NL1030716C2 - Inrichting en werkwijze voor het vervaardigen van vormelingen. - Google Patents

Inrichting en werkwijze voor het vervaardigen van vormelingen. Download PDF

Info

Publication number
NL1030716C2
NL1030716C2 NL1030716A NL1030716A NL1030716C2 NL 1030716 C2 NL1030716 C2 NL 1030716C2 NL 1030716 A NL1030716 A NL 1030716A NL 1030716 A NL1030716 A NL 1030716A NL 1030716 C2 NL1030716 C2 NL 1030716C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
mold
mold container
pivoting
clay
pivotable
Prior art date
Application number
NL1030716A
Other languages
English (en)
Inventor
Wilhelmus Jacobus Maria Kosman
Original Assignee
Beheermij De Boer Nijmegen Bv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Beheermij De Boer Nijmegen Bv filed Critical Beheermij De Boer Nijmegen Bv
Priority to NL1030716A priority Critical patent/NL1030716C2/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL1030716C2 publication Critical patent/NL1030716C2/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B28WORKING CEMENT, CLAY, OR STONE
    • B28BSHAPING CLAY OR OTHER CERAMIC COMPOSITIONS; SHAPING SLAG; SHAPING MIXTURES CONTAINING CEMENTITIOUS MATERIAL, e.g. PLASTER
    • B28B5/00Producing shaped articles from the material in moulds or on moulding surfaces, carried or formed by, in or on conveyors irrespective of the manner of shaping
    • B28B5/04Producing shaped articles from the material in moulds or on moulding surfaces, carried or formed by, in or on conveyors irrespective of the manner of shaping in moulds moved in succession past one or more shaping stations
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B28WORKING CEMENT, CLAY, OR STONE
    • B28BSHAPING CLAY OR OTHER CERAMIC COMPOSITIONS; SHAPING SLAG; SHAPING MIXTURES CONTAINING CEMENTITIOUS MATERIAL, e.g. PLASTER
    • B28B5/00Producing shaped articles from the material in moulds or on moulding surfaces, carried or formed by, in or on conveyors irrespective of the manner of shaping
    • B28B5/02Producing shaped articles from the material in moulds or on moulding surfaces, carried or formed by, in or on conveyors irrespective of the manner of shaping on conveyors of the endless-belt or chain type
    • B28B5/021Producing shaped articles from the material in moulds or on moulding surfaces, carried or formed by, in or on conveyors irrespective of the manner of shaping on conveyors of the endless-belt or chain type the shaped articles being of definite length
    • B28B5/022Producing shaped articles from the material in moulds or on moulding surfaces, carried or formed by, in or on conveyors irrespective of the manner of shaping on conveyors of the endless-belt or chain type the shaped articles being of definite length the moulds or the moulding surfaces being individual independant units and being discontinuously fed
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B28WORKING CEMENT, CLAY, OR STONE
    • B28BSHAPING CLAY OR OTHER CERAMIC COMPOSITIONS; SHAPING SLAG; SHAPING MIXTURES CONTAINING CEMENTITIOUS MATERIAL, e.g. PLASTER
    • B28B7/00Moulds; Cores; Mandrels
    • B28B7/08Moulds provided with means for tilting or inverting
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B30PRESSES
    • B30BPRESSES IN GENERAL
    • B30B11/00Presses specially adapted for forming shaped articles from material in particulate or plastic state, e.g. briquetting presses, tabletting presses
    • B30B11/02Presses specially adapted for forming shaped articles from material in particulate or plastic state, e.g. briquetting presses, tabletting presses using a ram exerting pressure on the material in a moulding space
    • B30B11/14Presses specially adapted for forming shaped articles from material in particulate or plastic state, e.g. briquetting presses, tabletting presses using a ram exerting pressure on the material in a moulding space co-operating with moulds on a movable carrier other than a turntable or a rotating drum
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B30PRESSES
    • B30BPRESSES IN GENERAL
    • B30B15/00Details of, or accessories for, presses; Auxiliary measures in connection with pressing
    • B30B15/32Discharging presses

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Manufacturing & Machinery (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Ceramic Engineering (AREA)
  • Press-Shaping Or Shaping Using Conveyers (AREA)
  • Devices For Post-Treatments, Processing, Supply, Discharge, And Other Processes (AREA)

Description

INRICHTING EN WERKWIJZE VOOR HET VERVAARDIGEN VAN VORMELINGEN
5 De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een inrichting en werkwijze voor het vervaardigen van vormelingen uit klei voor de steenindustrie. Tevens heeft de uitvinding betrekking op een vormbak waarmee de vormelingen te vervaardigen zijn.
, 10 .Voor het vervaardigen van vormelingen uit klei, zoals bakstenen, klinkers, vloertegels en dergelijke, zijn talloze inrichtingen bekend. Uit het document EP 1 027 971 Al is een steenfabricage-inrichting bekend waarin stenen vervaardigd worden door klei aan te brengen in van een aantal van 15 vormholtes voorziene vormbakken. De vormbakken worden hierbij in het horizontale vlak getransporteerd. Hiertoe is een groot aantal rollen in een rechthoekig frame geplaatst en volgen de vormbakken een rechthoekig traject langs de vier zijden van het rechthoekige frame. Een voordeel van de bekende 20 inrichting is dat vormbakken voorzien van holtes van bepaalde afmetingen eenvoudig vervangen kunnen worden door vormbakken met vormholtes van andere afmetingen, zodat met de bekende inrichting verschillende soorten stenen kunnen worden vervaardigd.
25 Aan de bekende inrichting kleeft echter een aantal bezwaren. Ten eerste zorgt de aandrijving van de rollen en daarmee van de vormbakken voor ongecontroleerde bewegingen, hetgeen slijtage veroorzaakt en hetgeen positieve positionering van de vormbakken bemoeilijkt. Dit kan tot 30 onnauwkeurigheden in de fabricage leiden. Bovendien is een veelvoud van aandrijvingen nodig, dat wil zeggen ten minste vier aandrijvingen voor het in de vier verschillende richtingen verplaatsen van de vormbakken. De aandrijvingen 1030716 2 moeten bovendien op elkaar afgestemd zijn. Dit maakt de bekende aandrijving nodeloos gecompliceerd en zorgt voor een grotere kans op storingen.
Tevens zijn steenfabricage-inrichtingen bekend waarin 5 de vormbakken zijn aangebracht aan een verticaal opgestelde kettingtransporteur. De vormbakken zijn aan elkaar gekoppeld en vormen een ketting die in een in hoofdzaak verticaal vlak ronddraait. De vormbakken zijn aan de bovenzijde van de transporteur open, zodat de vormholtes in de vormbakken 10 gevuld kunnen worden door van bovenaf klei in de vormholtes aan te brengen. Wanneer de vormbakken aan de onderzijde van de transporteur terechtkomen en de vormholtes derhalve naar beneden toe gericht zijn, valt zich in de vormholtes bevindende klei onder invloed van de zwaartekracht naar 15 beneden en verlaat derhalve de vormholtes.
Aan deze bekende inrichting kleeft echter eveneens een aantal bezwaren. Allereerst moeten de gevulde vormbakken. op een of andere manier afgesloten worden om te voorkomen dat de klei te vroeg en op ongecontroleerde wijze uit de 20 vormholtes valt. Dit vergt technische voorzieningen die de inrichting tamelijk gecompliceerd maken. Met name wanneer de inrichting bestemd is voor het vervaardigen van relatief kleine reeksen vormelingen, is de bekende inrichting onpraktisch te noemen. Een verder bezwaar is dat de verticaal 25 opgestelde kettingtransporteur een grote hoogte heeft, waardoor relatief veel plaats wordt ingenomen door de inrichting, het verwisselen van vormbakken een moeizaam karwei is en over het algemeen het bedieningsgemak te wensen overlaat. Een verder bezwaar is dat de breedte van de 30 vormbakken niet gevarieerd kan worden, hetgeen een beperking van de flexibiliteit, bijvoorbeeld voor wat .betreft het aantal en de afmetingen van de in de vormbakken voorziene holtes, met zich meebrengt.
1030716 3
Het is een doel van de onderhavige uitvinding een verbeterde inrichting en werkwijze voor het vervaardigen van vormelingen te verschaffen waarin de bovengenoemde bezwaren j volgens de stand van de techniek zijn ondervangen.
5 Volgens een eerste aspect van de onderhavige uitvinding wordt hiertoe een inrichting verschaft voor het vervaardigen van vormelingen uit klei voor de steenindustrie, omvattende: - een transporteur voor het transporteren van een 10 aantal van een of meer vormholtes voorziene vormbakken; - een boven de transporteur te positioneren kleiaanvoereenheid voor het in ten minste een van de vormholtes aanbrengen van klei; en - een transportplaat dragende afvoertransporteur voor 15 het afvoeren van uit de vormholtes geloste en op een transportplaat geplaatste vormelingen; waarbij de transporteur een rondgaande kettingtransporteur is, waarvan de ketting gevormd wordt door de aan. elkaar gekoppelde vormbakken en de rondgaande ketting liggend is 20 opgesteld.
Door gebruik te maken van een kettingtransporteur kan volstaan worden met een eenvoudige, in de meeste gevallen enkelvoudige aandrijving voor het transporteren van de vormbakken. Door bovendien de ketting van de ketting- .
25 transporteur liggend op te stellen, waarmee bedoeld wordt dat de ketting zich in een in hoofdzaak liggend vlak uitstrekt, is de hoogte van de inrichting beperkt, zodat minder zware eisen gesteld worden aan de ruimte waarin de inrichting is opgesteld en bovendien de vormbakken eenvoudiger door een 30 bedieningspersoon verwisseld kunnen worden. Voorts is door de relatief geringe hoogte onderhoud en reparatie van de inrichting eenvoudiger te realiseren.
t 0.1 0 7 1 6 4
Volgens een bepaalde voorkeursuitvoeringsvorm omvat de inrichting tevens een loseenheid voor het uit de ten minste ene vormholte lóssen van een of meer vormelingen van klei en het plaatsen van de vormelingen op een 5 transportplaat. De op de transportplaat geplaatste vormelingen kunnen aldus snel en efficiënt worden afgevoerd.
Volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm omvat een vormbak een vast deel en een ten opzichte van het vaste deel zwenkbaar deel, waarbij de vaste delen van de vormbakken 10 aan elkaar gekoppeld en tot een ketting verenigd zijn en de ten minste ene vormholte van een vormbak voorzien is in het zwenkbare deel. Door de vormbakken zwenkend uit te voeren kunnen telkens één of meer vormbakken, nadat deze eenmaal met klei gevuld zijn en eventueel een voor- en/of nabehandeling 15 ondergaan hebben, gezwenkt worden, waardoor zich in de vormbakken bevindende vormelingen van klei onder invloed van : de zwaartekrachten de vormbakken kunnen verlaten en op een transportplaat gepositioneerd kunnen worden.
De loseenheid van de inrichting omvat hiertoe bij 20 voorkeur zwenkmiddelen voor het heen en weer doen zwenken van de zwenkbare vormdelen tussen een vulstand, waarin de vormholtes naar boven zijn gericht en derhalve gevuld kunnen worden, en een losstand, waarin de vormholtes naar beneden zijn gericht en derhalve de klei in de vormholtes onder 25 invloed van de zwaartekracht de vormbak kan verlaten.
Volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm omvat de inrichting besturingsmiddelen voor het intermitterend aandrijven van de kettingtransporteur en de zwenkmiddelen voor het telkens tijdens stilstand lossen van één of meer 30 vormelingen uit een vormbak. Het lossen vindt bij voorkeur plaats door de zwenkbare vormbakdelen vanuit de vulstand naar de losstand te zwenken. Tijdens een andere periode of dezelfde periode van stilstand vindt bij voorkeur ook het 1 03 0716 5 zwenken vanaf de losstand naar de vulstand en/of het uitvoeren van de voor- en/of nabehandelingsstappen plaats.
Wanneer de transporteur tot stilstand is gekomen, wordt bijvoorbeeld het nabij de loseenheid gepositioneerde 5 zwenkbare vormbakdeel vanaf de vulstand naar de losstand gezwenkt, zodat de vormeling gelost kan worden uit de vormbak. De vormbak kan vervolgens verder getransporteerd en gereinigd worden. Na de reiniging en eventueel bezanding van i de vormholtes van de vormbak wordt het zwenkbare vormbakdeel 10 in een verdere loseenheid weer teruggezwenkt. Hiertoe omvatten de zwenkmiddelen een tweede zwenkeenheid voor het vanaf de losstand en vulstand zwenken van een zwenkbaar vormbakdeel teneinde de één of meer vormholtes in de vormbak met klei te kunnen vullen.
15 Volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm omvatten de eerste en/of tweede zwenkeenheid: - een zich over in hoofdzaak ten minste een halve cirkelboog uitstrekkend geleidingsorgaan; - een langs het geleidingsorgaan verplaatsbare 20 zwenkwagen, en - een of meer aan de zwenkwagen voorziene meenemers i waarmee telkens een zwenkbaar vormbakdeel mee te nemen is voor het doen zwenken van de betreffende vormbak.
Telkens wanneer een vormbak getransporteerd wordt tot 25 nabij een zwenkeenheid, kan het zwenkbare deel van de vormbak met behulp van de zwenkwagen worden meegenomen en vanaf de vulstand naar de losstand of vanaf de losstand naar de vulstand gezwenkt worden. De constructie van de zwenkeenheid/-eenheden volgens de onderhavige uitvoering is 30 eenvoudig en maakt relatief korte cyclustijden mogelijk.
Zoals hierboven reeds is vermeld, omvattende de zwenkmiddelen in een verdere voorkeursuitvoeringsvorm een afzonderlijke eerste zwenkeenheid voor het vanaf de vulstand 1030716 I 6 naar de losstand zwenken van een zwenkbaar vormbakdeel en tweede zwenkeenheid voor het vanaf de losstand naar de vulstand zwenken van het zwenkbare vormbakdeel. Door het zwenken van het zwenkbare vormbakdeel in twee aparte, bij 5 voorkeur op verschillende posities langs de ketting- transporteur geplaatste zwenkeenheden uit te voeren, kan een eenmaal geloste vormbak direct getransporteerd worden, zonder dat de transporteur behoeft te wachten totdat de vormbak weer teruggezwenkt is tot in de vulstand. Dit betekent een 10 kleinere cyclustijd en daarmee een hogere fabricagecapaciteit van de inrichting.
Volgens een andere voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding omvat de eerste zwenkeenheid: - een afdekorgaan, in het bijzonder een afdekplaat, 15 waarmee de ten minste ene vormholte van de vormbak tijdelijk af te dekken is; - tweede zwenkmiddelen voor het zwenken van het afdekorgaan; en - verplaatsingsmiddelen voor het in de losstand van 20 een zwenkbaar vormbakdeel verplaatsen van het afdekorgaan tussen een de vormholte afsluitende en een de vormholte vrijgevende stand.
Het afdekorgaan zorgt ervoor dat de vormeling tijdens het zwenken niet te snel loskomt uit de vormholte. Direct 25 vanaf het begin van de zwenkbeweging van het zwenkbare vormbakdeel of pas wanneer het zwenkbare vormbakdeel zover gezwenkt is dat het gevaar van vroegtijdige ontlading ontstaat, worden de vormholtes afgeschermd door het afdekorgaan (bijvoorbeeld een afdekplaat), zodat de klei in 30 de vormholtes gevangen blijft. In de losstand waarin het zwenkbare vormbakdeel boven een transportplaat gepositioneerd is, wordt het afdekorgaan door verplaatsmiddelen onder de 1030716 7 vormbak weggetrokken, zodat de vormeling direct op de transportplaat terechtkomt.
Volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm omvatten de tweede zwenkmiddelen voor het zwenken van het afdekorgaan 5 eveneens een zich over in hoofdzaak tenminste een halve cirkel uitstrekkend tweede geleidingsorgaan en een langs het geleidingsorgaan verplaatsbare tweede zwenkwagen waaraan het afdekorgaan bevestigd is. Het tweede geleidingsorgaan kan zijn geïntegreerd met het eerder genoemde eerste 10 geleidingsorgaan voor het zwenken van het zwenkbare .vormbakdeel, maar in bepaalde uitvoeringen kunnen de beide geleidingsorganen als afzonderlijke constructies zijn uitgevoerd.
Wanneer de geleidingsorganen zich over een halve 15 cirkelboog uitstrekken, betekent dit dat de zwenkwagens heen en weer verplaatst moeten worden en derhalve van transportrichting wisselen. In een andere, bevoorkeurde uitvoeringsvorm vormen het eerste en/of het tweede geleidingsorgaan als een gehele cirkelboog uitgevoerd en zijn 20 de eerste en/of tweede zwenkwagens ingericht voor het in één richting doorlopen van het respectievelijke geleidingsorgaan. De zwenkwagen behoeft derhalve niet heen en weer te worden geplaatst en kan de gehele cirkelboog doorlopen, zonder dat de transportrichting aangepast behoeft te worden. In veel 25 gevallen betekent dit dat het zwenkproces sneller kan worden uitgevoerd, hetgeen een kortere cyclustijd van de kettingtransporteur mogelijk maakt. Bovendien maakt deze constructie een eenvoudigere aandrijfmechanisme voor beide zwenkwagens, bijvoorbeeld met behulp van een tandrad-30 tandbeugelconstructie in plaats van een constructie met een ketting, mogelijk.
In een andere voorkeursuitvoeringsvorm zijn de vormbakken bodemloos uitgevoerd en is de afvoertransporteur 1030716 8 ingericht voor het tijdens het in de vormholtes aanbrengen van klei tegen de onderzijde van een of meer van de bodemloze vormbakken houden van een transportplaat en voor het vervolgens naar beneden verplaatsen van de transportplaat 5 teneinde een of meer vormelingen uit de betreffende vormbakken te lossen. Met deze uitvoeringsvorm kunnen de zwenkbare uitvoeringen van de vormbakken achterwege blijven, alhoewel ook in deze de vormbakken zwenkbaar zijn uitgevoerd.
Dit maakt de inrichting veelzijdiger.
10 Volgens een ander aspect van de onderhavige uitvinding wordt een werkwijze verschaft voor het vervaardigen van vormelingen uit klei voor de steenindustrie in de inrichting zoals hierin gedefinieerd, waarbij de werkwijze de stappen omvat van: 15 - het door de kleiaanvoereenheid met klei vullen van ten minste een vormholte in een vormbak; - het met een in hoofdzaak horizontaal opgestelde . kettingtransporteur in in hoofdzaak een horizontaal vlak transporteren van de vormbak; 20 - het uit de vormholte van de vormbak lossen van ten minste een vormeling; - het naar de kleiaanvoereenheid transporteren van de vormbak.
In een bepaalde variant omvat de werkwijze bij 25 voorkeur: a) het door de kleiaanvoereenheid met klei vullen van ten minste een vormholte in een zwenkbaar deel van een vormbak; b) het transporteren van de vormbak naar de eerste ! 30 zwenkeenheid; c) het vanaf de vulstand naar de losstand zwenken van het zwenkbare vormbakdeel en het uit de vormholte lossen van een vormeling; 1030716 _______ 9 d) het in de losstand verder transporteren van de i vormbak; e) het reinigen van de vormholte; f) het naar een tweede zwenkeenheid transporteren van 5 de vormbak; g) het vanaf de losstand naar de vulstand zwenken van het zwenkbare vormbakdeel; en h) het naar de kleiaanvoereenheid transporteren van de vormbak.
10 In een andere variant omvat de werkwijze bij voorkeur: a) het door de kleiaanvoereenheid met klei vullen van ten minste een vormholte van een bodemloze vormbak, waarbij tegen de onderzijde van een of meer van de bodemloze 15 vormbakken een transportplaat gehouden wordt; b) het transporteren van de vormbak en transportplaat en het herhalen van stap a voor een verdere vormbak totdat een vooraf ingesteld aantal vormbakken gevuld is; c) het naar beneden verplaatsen van de transportplaat 20 teneinde een of meer vormelingen uit de betreffende vormbakken te lossen; d) het afvoeren van de transportplaat met de daarop geplaatste vormelingen.
Verdere voordelen, kenmerken en details van de 25 onderhavige uitvinding zullen worden verduidelijkt aan de hand van de navolgende beschrijving van enige voorkeursuitvoeringsvormen daarvan. In de beschrijving wordt verwezen naar de bijgevoegde figuren die tonen: figuur 1: een schematisch bovenaanzicht van een 30 voorkeursuitvoeringsvorm van een liggende transporteur volgens de uitvinding; figuur 2: een gedetailleerd zijaanzicht van een voorkeursuitvoeringsvorm van een vormbak; 1 03071 6 10 figuur 3: een doorsnede langs III-III van de voorkeursuitvoeringsvorm van figuur 1 figuur 4A: een aanzicht van een voorkeursuitvoering j van de tweede zwenkeenheid, in de uitgangssituatie; 5 figuur 4B: een aanzicht van de voorkeursuitvoering van de tweede zwenkeenheid, in een eerste tussenstand; figuur 4C: een aanzicht van de voorkeursuitvoering, in een tweede tussenstand; figuur 4Ö: een aanzicht van de voorkeursuitvoering, 10 in de eind-/beginstand; figuur 5: een aanzicht van een voorkeursuitvoering van de eerste zwenkeenheid; figuur 6: een boven aanzicht van een andere voorkeursuitvoering van de liggende transporteur; en 15 figuur 7: een schematisch zijaanzicht van de in figuur 6 getoonde voorkeursuitvoering.
Figuur 1 toont een overzichtstekening van een voorkeursuitvoeringsvorm van een inrichting 1 voor het vervaardigen van bakstenen. De inrichting omvat een 20 horizontaal opgestelde kettingtransporteur 2, bestaande uit een tweetal horizontale kettingwielen 6,7, die aangebracht zijn aan een op een ondergrond geplaatst frame 8 (figuur 2).
Een van de wielen 6,7 of beide wielen worden door een (niet-weergegeven) elektrische aandrijfmotor aangedreven (richting 25 P1 zoals weergegeven in figuur 1, aandrijving tegengestelde richting is uiteraard evenzeer mogelijk). Om de kettingwielen 6,7 is een ketting aangebracht bestaande uit achter elkaar geplaatste vormbakken 5 die met behulp van koppelstukken 3 scharnierend met elkaar zijn verbonden. De ketting wordt ' 30 geleid in een bovenste U-vormige goot 10 en een onderste U-vormige goot 9, waarin beide goten zijn bevestigd aan het frame 8. Aan de uiteinden van de koppelstukken 3 zijn 1030716 11 loopwielen 11,12 aangebracht waarmee de ketting door respectievelijke goten 9,10 kan rollen.
j De vormbakken 5 waaruit de ketting is opgebouwd, J omvatten elk een vast deel 13 en een beweegbaar deel 14. Het 5 vaste deel 13 omvat een verbindingsplaat 4 waaraan scharnierelementen 15 zijn voorzien. Aan de scharnierelementen 15 is het beweegbare deel 14 van de vormbak 5 bevestigd. In de beweegbare vormbakdeel 14 is in de weergegeven uitvoeringsvorm een viertal vormholtes 16 10 voorzien. De vormholtes hebben zodanige afmetingen en vorm, dat vormelingen van gewenste afmetingen en verhoudingen kunnen worden vervaardigd. In de weergegeven uitvoeringsvorm zijn vier vormholtes 16 per bewegend vormbakdeel 14 voorzien. Het is echter eveneens mogelijk dat er minder vormholtes (dat 15 wil zeggen één vormholte) of meer (dat wil zeggen meer dan twee vormholtes) in het beweegbare vormbakdeel 14 zijn voorzien.
Het zwenkbare vormbakdeel 14 en het vaste vormbakdeel 13 zijn met behulp van scharnier 15 ten opzichte van elkaar 20 opwaarts en neerwaarts scharnierbaar, dat wil zeggen dat het vormbakdeel in een zich in hoofdzaak verticaal uitstrekkend zwenkvlak zwenkbaar is, zoals is weergegeven in figuur 2. Aan het beweegbare vormbakdeel 14 is voorts een aanslag 18 voorzien die aan. kan liggen tegen de verbindingsplaat 4, j J 25 zodat de zwenkbeweging van het beweegbare vormbakdeel 14 beperkt wordt en het vormbakdeel 14 in twee horizontale standen te brengen is. In de figuur 2 weergegeven horizontale stand, oftewel losstand genoemd, zijn de vormholtes 16 van het zwenkbare vormbakdeel 14 naar onderen gericht, terwijl in 30 een andere horizontale stand, ook wel vulstand, de vormholten 16 naar de bovenzijde zijn gericht. Om de vormbakdelen 14 te kunnen zwenken zijn deze aan hun uiteinden voorzien van een 1 03 0716 12 meeneemnok 17 waarop een onderdeel van de nader te beschrijven zwenkeenheid kan aangrijpen.
Verwijzend naar figuur 1 worden in een zogenaamde bezanderbak 20 de vormholtes 16 van een zich in de losstand 5 bevindende vormbak 5 voorzien van zandlaag. Deze zandlaag heeft als functie het verminderen van de kleefkracht tussen de later in de vormholten aan te brengen klei en de wanden van de vormholten. Vervolgens wordt de vormbak 5 verder getransporteerd door aandrijving van de transportketting. De 10 aandrijving geschiedt intermitterend, dat wil zeggen dat de vormbakken telkens over een voorafbepaalde afstand worden verplaatst, waarna een korte periode van stilstand optreedt.
Tijdens de periode van stilstand kunnen diverse handelingen plaatsvinden, waaronder het eerder genoemde bezanden in de 15 bezandenbak 20.
Wanneer de eerder genoemde vormbak 5 het eerste kettingwiel 6 gepasseerd is, komt deze terecht bij een eerste zwenkeenheid 21. Deze zwenkeenheid grijpt het zwenkbare deel 14 van de vormbak aan bij de nok 17 en draait deze vanaf de 20 losstand over circa 180' naar de vulstand. Een nadere beschrijving van de constructie van de eerste zwenkeenheid zal in het navolgende onder verwijzing naar figuur 5 worden gegeven.
Nadat de vormbak in de vulstand gebracht is, komt 25 deze terecht bij een vuleenheid 22 (figuur 2, figuur 3).
Vuleenheid 22 omvat een kleireservoir en een pers 31, waarmee een vooraf bepaalde hoeveelheid klei in de vormholten 16 is te persen. Vervolgens wordt de vormbak verder getransporteerd in de richting van een tweede zwenkeenheid 23, ook wel de 30 ontvormer genoemd. De constructie van de tweede zwenkeenheid zal eveneens in het hierna volgende beschreven worden. Zoals is weergegeven in figuren 4A-4C draait bij de tweede zwenkeenheid de zich in de vultoestand (V) bevindende vormbak ! 1030716 13 16 terug tot in de eerder genoemde lostoestand (L) waarna de zich in de vormholten 16 van de vormbak 5 bevindende klei wordt gedeponeerd op een van transportplaten 30,30',30’' en/of een droogplaten.
5 Transportplaten 30-30,fzijn aangebracht op een afzonderlijke transportplatentransporteur 51 die de transportplaten intermitterend in de richting P2 transporteert, zodat telkens een aantal vormelingen op de juiste positie op een transportplaat gepositioneerd kan 10 worden. Een dergelijk transportsysteem is voor de vakman in het betreffende vakgebied bekend en een uitgebreide I beschrijving hiervan wordt hier derhalve weggelaten.
| | Wanneer de vormholten 16 van de vormbak 5 zijn ontvormd, wordt de vormbak 5 verder getransporteerd tot 15 voorbij het tweede kettingwiel 7. Daar worden de vormholten 16 in een spoeleenheid 24 schoongespoeld en vervolgens eventueel in een afzuigeenheid 25 leeggezogen, zodat de i vormbak gereed is voor een nieuwe fabricagecyclus.
In figuren 4A-4D is een voorkeursuitvoeringsvorm van 20 een loseenheid 23 volgens de uitvinding weergegeven. De loseenheid 23 zorgt voor het omkeren van de betreffende vormbak 5, opdat de in de vormbak ontstane vormholten van de vormbak ontstane vormelingen op juiste wijze op een transportbaan of droogplaat of transportplaat 30,30',30*' 25 terechtkomt. Getoond is een boogconstructie 40 aan de binnenzijde waarvan een loopwagen 42 verplaatst kan worden. Loopwagen 42 is met wielen 53,54 over een halve cirkelboog of minder van de boogconstructie 40 verplaatst worden met behulp van een aandrijfmotor 43. Aandrijfmotor 43 drijft hierbij een 30 of meer van de wielen 53,54 aan. Andere aandrijfmechanismen, zoals een aandrijving met een of meer kettingen, vallen binnen het bereik van de vakman.
1030716 14
Evenzo is een meeneemnok 41 verplaatsbaar door een draaibaar opgestelde boogconstructie 47 te draaien. De boogconstructie 47 is opgesteld op een drietal rollen 48 en is daarmee in het verticale vlak roteerbaar. Het aandrijven 5 van de rotatiebeweging van de boogconstructie 47 vindt plaats door middel van een van een aandrijfrol 45 voorziene aandrijfmotor 49. Door rotatie van de boogconstructie 47 ondervindt de meeneemnok 41 een roterende beweging. De meeneemnok 41 grijpt hierbij aan op de nok 17 van het 10 vormbakdeel 14 een neemt deze mee.
Het ligt binnen het bereik van de vakman om andere (combinaties van) verplaatsingsmechanismen toe te passen. Als voorbeeld kunnen het vormbakdeel en de afdekplaat 50 respectievelijk met behulp van een loopwagen en een draaibare 15 boogconstructie verplaatst worden.
Gezien in een richting tegenovergesteld aan de transportrichting van het vormbakdeel 14 verplaatsen de loopwagen 42 en meeneemnok 41 zich met de wijzers van de klok mee (P3) vanaf de genoemde vulstand (V) tot de losstand (L). 20 Loopwagen 41 kan aangrijpen op de eerder genoemde nok 17 van het beweegbare vormbakdeel 14 en zodoende de vormbak over een hoek van circa 180' meenemen.
Om te voorkomen dat zich in het vormbakdeel 14 bevindende klei halverwege uit de vormbak valt, is een 25 zwenkbarè afdekplaat 50 voorzien die tenminste gedeeltelijk meebeweegt met de beweging van het zwenkbare vormbakdeel 14. De afdekplaat 50 is verplaatsbaar door middel van de tweede loopwagen 42. Wanneer de vormbak enigszins rechtsom gedraaid is, bijvoorbeeld over een hoek van circa 20', komt de 30 bovenzijde 51 van het zwenkbare vormbakdeel 14 in de nabijheid van de afdekplaat 50. Op dat moment wordt de tweede loopwagen 42 geactiveerd en zullen het zwenkbare vormbakdeel 14 en de afdekplaat 50 (vrijwel) geheel synchroon verplaatst 1030716 15 worden (richting P„), totdat de in figuur 4B getoonde losstand bereikt is. De afdekplaat 50 zorgt tijdens deze beweging ervoor dat de klei niet abusievelijk uit de vormholten 16 gelost kan worden.
5 In de lospositie bevindt de afdekplaat 50 zich direct op of vlak boven de transportplaat 30. Vervolgens trekt een cilinder 52 de afdekplaat 50 in horizontale richting onder het beweegbare vormbakdeel 14 vandaan (richting P5, figuur 4B), zodat de in de vorm aangebrachte klei direct op de 10 transportplaat 30 terechtkomt. De teruggetrokken stand van de afdekplaat 50 is weergegeven in figuur 4C. Vervolgens wordt de transportplaat 30 door de transportplaattransporteur enigszins naar beneden (richting P6, eindstand met stippellijnen weergegeven) verplaatst (circa 10 a 20 cm) , 15 zoals in figuur 4C is weergegeven. Hiertoe is de transportplaat-transporteur verticaal beweegbaar uitgevoerd. Door de gecontroleerde neerwaartse verticale beweging, wordt de klei onder invloed van de zwaartekracht gelijkmatig uit de vormholten 16 gelost, zodat de vormeling onbeschadigd de 20 vormholten 16 verlaat. Nadat de transportplaat 30 aldus enigszins naar beneden is verplaatst, keert de afdekplaat 50 terug tot in de uitgangspositie. De afdekplaat 50 wordt hiertoe met de loopwagen 42 teruggedraaid (richting P7, zoals is weergegeven in figuur 4D). Ook de meeneemnok 41 wordt naar 25 de uitgangspositie teruggebracht door deze verder te draaien of terug te draaien. Wanneer de afdekplaat 50 in de uitgangspositie is teruggekeerd, wordt vormbak 5 door de kettingtransporteur naar de volgende positie verplaatst. Ook kan tijdens het terugbrengen van de afdekplaat 50 naar de 30 uitgangsstand reeds een volgende vormbak 5 aangevoerd worden, zodat wanneer de afdekplaat 50 op de uitgangspositie gearriveerd is, de volgende vormbak 5 gereed staat, zoals is weergegeven in figuur 4D. Er hoeft derhalve niet gewacht te 1030716 16 worden totdat de afdekplaat 50 weer terug is in zijn uitgangspositie, zodat een zeer kleine cyclustijd realiseerbaar is. Tevens wordt tijdens het terugkeren van de afdekplaat 50 in de uitgangspositie of daarna de 5 transportplaat 30 weer opwaarts geplaatst. Tevens vindt een verplaatsing in langsrichting (richting P8) plaats, zodat de transportplaat 30 gereed is voor het opvangen van verdere vormlingen van een vormbak 5. Wanneer de transportplaat 30 echter reeds voorzien is van voldoende vormelingen, wordt 10 deze afgevoerd en wordt een nieuwe transportplaat aangevoerd.
De constructie van de eerste zwenkeenheid 21 komt overeen met die van de tweede zwenkeenheid 23, zoals is weergegeven in figuur 5. In de eerste zwenkeenheid 21 kan echter een afdekplaat en de constructie voor het verplaatsen 15 ervan achterwege blijven, aangezien bij het zwenken van de vormbak 5 vanuit de losstand naar de vulstand de vormholten 16 leèg zijn. De werking van de eerste zwenkeenheid 21 komt overeen met die van de tweede' zwenkeenheid 23 met dien verstande dat in plaats van een rotatie met de wijzers van de 20 klok mee een rotatie tegen de wijzers van de klok in (richting P9) plaatsvindt. Nadat de meeneemnok 41 het vormbakdeel 14 over 180 graden gezwenkt heeft, wordt de nok 41 verder gedraaid (richting P10) tot in de uitgangstoestand. Een gedetailleerde beschrijving van de zwenkhandeling wordt 25 derhalve hier achterwege gelaten.
In de getoonde uitvoering is het zwenkbare vormbakdeel 14 voorzien van een viertal vormholtes. Het is echter zeer eenvoudig het zwenkbare vormbakdeel 14 te verwijderen en te vervangen door een zwenkbaar vormbakdeel 30 met een afwijkend aantal vormholtes. Tevens is het mogelijk om het zwenkbare vormbakdeel breder (of smaller) te maken dan het oorspronkelijke vormbakdeel zodat het aantal vormholtes naar believen gevarieerd kan worden. Door de beschreven T 03 0 7 7 6 i 17 horizontale opstelling van de kettingtransporteur en de zwenkbaarheid van de vormmbakdelen is de breedte van de vormbakken in principe onbeperkt zolang in de vulstand een vormbakdeel niet in contact dreigt te komen met de vormbakken 5 in het tegenoverliggende deel van de vormbakketting.
Figuren 6 en 7 tonen een andere voorkeursuitvoering van een transporteur 60 volgens de onderhavige uitvinding. In deze uitvoeringsvorm worden geen zwenkeenheden gebruikt. De vormbakken behoeven derhalve niet zwenkbaar te zijn 10 uitgevoerd, alhoewel ze dat wel kunnen zijn, bijvoorbeeld om de verschillende uitvoeringsvormen universeel te houden. De transporteur 60 komt grotendeels overeen met de in verband met figuur 1 beschreven transporteur en een gedetailleerde beschrijving ervan kan derhalve achterwege worden gelaten. De 15 transporteur 60 omvat een tweetal horizontale kettingwielen 6,7 welke door een (niet weergegeven) elektrische aandrijfmotor worden aangedreven. Om de kettingwielen 6, 7 is op de eerder beschreven wijze een ketting 61 aangebracht bestaande uit achter elkaar geplaatste vormbakken 62, 20 62',62'' die met behulp van koppelstukken scharnierend met elkaar zijn verbonden. De vormbakken 62 zijn al dan niet scharnierend aan de ketting 61 bevestigd en zijn uitgevoerd zonder bodems.
De vormholtes 63 in de vormbakken worden op eerder 25 genoemde wijze gevuld in een vuleenheid 22. Met behulp van het kleireservoir en de pers is een vooraf bepaalde hoeveelheid klei in de respectievelijke bodemloze vormholtes 63 te persen. Om te voorkomen dat de klei aan de onderzijde de vormbak weer direct verlaat, wordt direct onder de 30 vormbakken een transportplaat 65 gepositioneerd. De transportplaat 65 wordt met behulp van een schematisch weergegeven transportplaattransporteur 66 aangevoerd (Pu) en vlak onder de vormholtes 63 van de vormbak 62 gehouden. De 1 030716 18 transportplaattransporteur 66 is zodanig ingericht dat de transportplaat 65 synchroon meeloopt (P^) met één of meer vormbakken 62. Nadat de transportplaat voldoende gevuld is met vormelingen van klei, wordt de droogplaat op positie A 5 naar beneden verplaatst (richting P13) zodat de vormelingen uit de vormholtes 63 van de vormbak 62 zakken. Op deze wijze kunnen zogenaamde "wasserstrich" of "waterstruck" tegels zonder zand op de bodems en/of zijkanten vervaardigd worden met een liggende transporteur.
10 Nadat de vormelingen aldus gelost zijn zorgt de transporteur 66 ervoor dat de betreffende transportplaat 62,62' wordt afgevoerd (P14) voor verdere afhandeling. De vormelingen kunnen bijvoorbeeld in een oven 67 gedroogd worden en vervolgens worden afgevoerd (P15) . Nadat de 15 vormelingen zijn afgevoerd komt de transportplaat 65 wederom terecht op de uitgangspositie waarna een nieuwe cyclus van opvangen van vormelingen en verwerken daarvan aanvangt.
De onderhavige uitvinding is niet bepèrkt tot de hierboven beschreven voorkeursuitvoeringsvormen daarvan. De 20 gevraagde rechten worden veeleer bepaalde door de navolgende conclusies binnen de strekking waarvan velerlei modificaties denkbaar zijn.
1030716

Claims (21)

1. Inrichting voor het vervaardigen van vormelingen j 5 uit klei voor de steenindustrie, omvattende: - een transporteur voor het transporteren van een aantal van een of meer vormholtes voorziene vormbakken; - een boven de transporteur te positioneren kleiaanvoereenheid voor het in ten minste een van de 10 vormholtes aanbrengen van klei; en - een transportplaat dragende afvoertransporteur voor het afvoeren van uit de vormholtes geloste en' op een transportplaat geplaatste vormelingen; waarbij de transporteur een rondgaande kettingt.ransporteur 15 is, waarvan de ketting gevormd wordt door de aan elkaar gekoppelde vormbakken en de rondgaande ketting liggend is opgesteld.
2. Inrichting volgens conclusie 1,.tevens omvattende een loseenheid voor het uit de ten minste ene vormholte 20 lossen van een of meer vormelingen van klei en het plaatsen van de vormelingen op een transportplaat.
3. Inrichting volgens conclusie 1, waarbij een vormbak een vast deel en ten opzichte van het vaste deel zwenkbaar deel omvat, waarbij de vaste delen van de 25 vormbakken aan elkaar gekoppeld en tot een ketting verenigd zijn en de ten minste ene vormholte van een vormbak voorzien is in het zwenkbare deel.
4. Inrichting volgens conclusie 2, waarbij de loseenheid zwenkmiddelen omvat voor het heen en weer doen 30 zwenken van de zwenkbare vormbakdelen tussen een vulstand waarin de vormholtes naar boven zijn gericht en een losstand waarin de vormholtes naar beneden zijn gericht. i n s n 71 ft _
5. Inrichting volgens conclusie 4, waarin het door een zwenkbaar vormbakdeel beschreven zwenkvlak zich in hoofdzaak verticaal uitstrekt.
6. Inrichting volgens een van de voorgaande 5 conclusies, omvattende besturingsmiddelen voor het intermitterend aandrijven van de kettingtransporteur en de zwenkmiddelen voor het telkens tijdens stilstand lossen van een of meer vormelingen uit een vormbak. .
7. Inrichting volgens een van de voorgaande j 10 conclusies, waarbij de zwenkmiddelen een eerste zwenkeenheid omvatten voor het vanaf de vulstand naar de losstand stand I zwenken van een zwenkbaar vormbakdeel voor het lossen van de : ten minste ene vormeling op de transportplaat.
8. Inrichting volgens een van de voorgaande 15 conclusies, waarbij de zwenkmiddelen een tweede zwenkeenheid voor het vanaf de losstand naar de vulstand zwenken van een zwenkbaar vormbakdeel teneinde de een of meer vormholtes in ! de vormbak met klei te kunnen vullen.
9. Inrichting volgens conclusie 7 of 8, waarbij de 20 eerste en/of tweede, zwenkeenheid omvat: - een zich over in hoofdzaak ten minste een halve ! cirkelboog uitstrekkend geleidingsorgaan; i - een langs het geleidingsorgaan verplaatsbare ! zwenkwagen, en ! 25. een of meer aan de zwenkwagen voorziene meenemers waarmee telkens een zwenkbaar vormbakdeel mee te nemen is j voor het doen zwenken van de betreffende vormbak. \
10. Inrichting volgens conclusie 9, waarbij de j i zwenkwagen verplaatsbaar is met een van een elektromotor j 30 voorziene kettingaandrijving. j
11. Inrichting volgens conclusie 9 of 10, waarbij de j eerste zwenkeenheid omvat: ! 1030716 | - een afdekorgaan, in het bijzonder een afdekplaat, waarmee de ten minste ene vormholte van de vormbak tijdelijk af te dekken is; - tweede zwenkmiddelen voor het zwenken van het 5 afdekorgaan; en - verplaatsingsmiddelen voor het in de losstand van een zwenkbaar vormbakdeel verplaatsen van het afdekorgaan tussen een de vormholte afsluitende en een de vormholte vrijgevende stand.
12. Inrichting volgens conclusie 11, waarbij de eerste zwenkeenheid omvat: - een zich over in hoofdzaak ten minste een halve cirkelboog uitstrekkend tweede geleidingsorgaan; en - een langs het.geleidingsorgaan verplaatsbare tweede 15 zwenkwagen waaraan het afdekorgaan bevestigd is.
13. Inrichting volgens conclusie 9 of 12, waarbij het eerste en/of tweede geleidingsorgaan een gehele cirkelboog vormt en de eerste en/of tweede zwenkwagen is ingericht voor het in één richting doorlopen van het respectievelijke 20 geleidingsorgaan.
14. Inrichting volgens conclusie 11, waarbij de eerste zwenkeenheid is ingericht voor het in hoofdzaak synchroon zwenken van het afdekorgaan en het zwenkbare vormbakdeel.
15. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarin de afvoertransporteur is ingericht voor het neer- en opwaarts verplaatsen van de transportplaat.
16. Inrichting volgens conclusie 1, waarin de vormbakken bodemloos zijn uitgevoerd en de afvoertransporteur 30 is ingericht voor het tijdens het in de vormholtes aanbrengen van klei tegen de onderzijde van een of meer van de bodemloze vormbakken houden van een transportplaat en voor het vervolgens naar beneden verplaatsen van de transportplaat 103 0716 teneinde een of meer vormelingen uit de betreffende vormbakken te lossen.
17. Vormbak voor het vervaardigen van vormelingen van klei, bij voorkeur in een inrichting zoals gedefinieerd in 5 een van de voorgaande conclusies, de vormbak omvattende: - een vast vormbakdeel, aan weerszijden voorzien van eerste scharnieren voor het scharnierbaar koppelen aan verdere vormbakdelen; - een aan het vaste vormbakdeel verwisselbaar 10 aangebracht zwenkbaar vormbakdeel voorzien van een of meer vormholtes voor het houden van klei; en - een of meer tussen het vaste en zwenkbare vormbakdeel bevestigde tweede scharnieren voor het zwenken van het zwenkbare vormbakdeel ten opzichte van het vaste 15 vormbakdeel.
18. Werkwijze voor het vervaardigen van vormelingen uit klei voor de steenindustrie in een inrichting volgens een van de conclusies 1-16, de werkwijze de stappen omvattende van: 20. het door de kleiaanvoereenheid met klei vullen van ten minste een vormholte in een vormbak; - het met een in hoofdzaak horizontaal opgestelde kettingtransporteur in in hoofdzaak een horizontaal vlak transporteren van de vormbak; 25. het uit de vormholte van de vormbak lossen van ten minste een vormeling,- - het naar de kleiaanvoereenheid transporteren van de vormbak.
19. Werkwijze volgens conclusie 18, omvattende: 30 a) het door de kleiaanvoereenheid met klei vullen van ten minste een vormholte in een zwenkbaar deel van een vormbak; 1030716 b) het transporteren van de vormbak naar de eerste zwenkeenheid; c) het vanaf de vulstand naar de losstand zwenken van het zwenkbare vormbakdeel en het uit de vormholte lossen van 5 een vormeling; d) het in de losstand verder transporteren van de vormbak; e) het reinigen van de vormholte; f) het naar een tweede zwenkeenheid transporteren van 10 de vormbak; g) het vanaf de losstand naar de vulstand zwenken van het zwenkbare vormbakdeel; en h) het naar de kleiaanvoereenheid transporteren van de vormbak.
20. Werkwijze volgens conclusie 19, omvattende: a) het door de kleiaanvoereenheid met klei vullen van ten minste een vormholte van een bodemloze vormbak, waarbij tegen de onderzijde van een of meer van de bodemloze vormbakken een transportplaat gehouden wordt; 20 b) het transporteren van de vormbak en transportplaat en het herhalen van stap a voor een verdere vormbak totdat een vooraf ingesteld aantal vormbakken gevuld is; c) het naar beneden verplaatsen van de transportplaat teneinde een of meer vormelingen uit de betreffende 25 vormbakken te lossen; d) het afvoeren van de transportplaat met de daarop geplaatste vormelingen.
21. Gebruik van de inrichting volgens een van de conclusies 1-16. 1030716
NL1030716A 2005-12-20 2005-12-20 Inrichting en werkwijze voor het vervaardigen van vormelingen. NL1030716C2 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1030716A NL1030716C2 (nl) 2005-12-20 2005-12-20 Inrichting en werkwijze voor het vervaardigen van vormelingen.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1030716 2005-12-20
NL1030716A NL1030716C2 (nl) 2005-12-20 2005-12-20 Inrichting en werkwijze voor het vervaardigen van vormelingen.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1030716C2 true NL1030716C2 (nl) 2007-06-21

Family

ID=36973021

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1030716A NL1030716C2 (nl) 2005-12-20 2005-12-20 Inrichting en werkwijze voor het vervaardigen van vormelingen.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL1030716C2 (nl)

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL2005247C2 (nl) * 2010-08-19 2012-02-21 Beheermij De Boer Nijmegen Bv Inrichting voor het vervaardigen van vormelingen uit klei, alsmede werkwijze voor de toepassing daarvan.

Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US1608768A (en) * 1924-02-26 1926-11-30 Buttress Gypsum Tile Company Mechanism for manufacturing hollow blocks
EP0408150A1 (en) * 1989-07-10 1991-01-16 Beheermaatschappij De Boer Nijmegen B.V. A device for working a supply of clay to mouldings adapted for firing hand mould bricks
ES2217941A1 (es) * 2002-11-12 2004-11-01 Ceramica Piera, S.L. Maquina para la fabricacion de ladrillos.
EP1481780A1 (en) * 2003-04-14 2004-12-01 Beheermaatschappij De Boer Nijmegen B.V. System and method of manufacturing green bricks

Patent Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US1608768A (en) * 1924-02-26 1926-11-30 Buttress Gypsum Tile Company Mechanism for manufacturing hollow blocks
EP0408150A1 (en) * 1989-07-10 1991-01-16 Beheermaatschappij De Boer Nijmegen B.V. A device for working a supply of clay to mouldings adapted for firing hand mould bricks
ES2217941A1 (es) * 2002-11-12 2004-11-01 Ceramica Piera, S.L. Maquina para la fabricacion de ladrillos.
EP1481780A1 (en) * 2003-04-14 2004-12-01 Beheermaatschappij De Boer Nijmegen B.V. System and method of manufacturing green bricks

Cited By (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL2005247C2 (nl) * 2010-08-19 2012-02-21 Beheermij De Boer Nijmegen Bv Inrichting voor het vervaardigen van vormelingen uit klei, alsmede werkwijze voor de toepassing daarvan.
EP2420368A1 (en) 2010-08-19 2012-02-22 Beheermaatschappij De Boer Nijmegen B.V. Device for manufacturing green bricks from clay, and method for application thereof

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US9073709B2 (en) Palletising device
RU2586929C1 (ru) Система и способ уплотнения
US7024988B2 (en) Plant for the continuous processing and packing of meat products
EP0024237A2 (fr) Presse de moulage de produits en béton, comprenant un dispositif d'alimention en béton
NL1030716C2 (nl) Inrichting en werkwijze voor het vervaardigen van vormelingen.
NL8601671A (nl) Werkwijze en inrichting voor het vervaardigen van stenen.
US20100044919A1 (en) Molding apparatus with deformable mold
US4958721A (en) Inclined bucket elevator
US1425449A (en) Mold-handling apparatus
NL2006574C2 (nl) Inrichting voor het aanbrengen van vormstenen op pallets of andere steunmiddelen.
NL2009324C2 (nl) Transportsysteem, transportinrichting en vormbakdeel daarvoor, alsmede een daarmee voorziene inrichting en een werkwijze voor de toepassing daarvan.
CN204171272U (zh) 用于轨道式浇铸机的沙土循环装置
NL1023170C2 (nl) Systeem en werkwijze voor het vervaardigen van vormelingen.
NL2006568C2 (en) Building block production installation with stirring organs having axes of rotation extend in a moving direction of a charging trough.
US8033816B2 (en) Apparatus and method for making cobble-like blocks
US1740711A (en) Automatic brick-making machine and apparatus
NL8802566A (nl) Inrichting voor het vormen van baksteenvormlingen.
US1488973A (en) Method of and means for manufacturing teacups, breakfast cups, and other vessels or articles of pottery
NL2010904C2 (nl) Vulbak voor vormstenen met een vormsteenuitneeminrichting.
CN201075974Y (zh) 干果喷涂装置
NL192608C (nl) Inrichting voor het vervaardigen van vormlingen uit klei.
GB2391222A (en) Apparatus and system for dispensing dough
CN219340707U (zh) 一种中频电炉的自动上料机构
US1861575A (en) Can conveying and dumping apparatus
NL8802564A (nl) Afstrijkinrichting voor een baksteenvorminrichting.

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20090701