NL1029837C2 - Inrichting voor het op stapel voeren van vellen. - Google Patents
Inrichting voor het op stapel voeren van vellen. Download PDFInfo
- Publication number
- NL1029837C2 NL1029837C2 NL1029837A NL1029837A NL1029837C2 NL 1029837 C2 NL1029837 C2 NL 1029837C2 NL 1029837 A NL1029837 A NL 1029837A NL 1029837 A NL1029837 A NL 1029837A NL 1029837 C2 NL1029837 C2 NL 1029837C2
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- sheet
- rotatably arranged
- slot
- arranged element
- rotation zone
- Prior art date
Links
Classifications
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B65—CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
- B65H—HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL, e.g. SHEETS, WEBS, CABLES
- B65H29/00—Delivering or advancing articles from machines; Advancing articles to or into piles
- B65H29/38—Delivering or advancing articles from machines; Advancing articles to or into piles by movable piling or advancing arms, frames, plates, or like members with which the articles are maintained in face contact
- B65H29/40—Members rotated about an axis perpendicular to direction of article movement, e.g. star-wheels formed by S-shaped members
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B65—CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
- B65H—HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL, e.g. SHEETS, WEBS, CABLES
- B65H31/00—Pile receivers
- B65H31/34—Apparatus for squaring-up piled articles
- B65H31/36—Auxiliary devices for contacting each article with a front stop as it is piled
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B65—CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
- B65H—HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL, e.g. SHEETS, WEBS, CABLES
- B65H2404/00—Parts for transporting or guiding the handled material
- B65H2404/20—Belts
- B65H2404/26—Particular arrangement of belt, or belts
- B65H2404/265—Arrangement of belt forming a deformable ring, e.g. driven in the nip of a roller pair
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B65—CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
- B65H—HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL, e.g. SHEETS, WEBS, CABLES
- B65H2404/00—Parts for transporting or guiding the handled material
- B65H2404/60—Other elements in face contact with handled material
- B65H2404/65—Other elements in face contact with handled material rotating around an axis parallel to face of material and perpendicular to transport direction, e.g. star wheel
- B65H2404/651—Other elements in face contact with handled material rotating around an axis parallel to face of material and perpendicular to transport direction, e.g. star wheel having at least one element, e.g. stacker/inverter
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B65—CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
- B65H—HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL, e.g. SHEETS, WEBS, CABLES
- B65H2801/00—Application field
- B65H2801/03—Image reproduction devices
- B65H2801/06—Office-type machines, e.g. photocopiers
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Mechanical Engineering (AREA)
- Pile Receivers (AREA)
Description
Inrichting voor het op stapel voeren van vellen 5 De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het op stapel voeren van inkomende vellen, omvattend een ontvangstvlak, een roteerbaar opgesteld element, welke aan zijn omtreksrand een sleuf omvat ter opname van althans een gedeelte van een op stapel te voeren vel, waarbij het roteerbaar opgesteld element in een eerste rotatiezone het op stapel te voeren vel kan opnemen en in een tweede rotatiezone het 10 opgenomen vel op het ontvangstvlak wordt bewogen, aandrijf middelen ter aandrijving van het roteerbaar opgestelde element, een aanslag, een aan de omtreksrand van het I roteerbaar opgestelde element aangebracht, gesloten-lusvormig wrijvingselement, welke in bedrijf gedurende althans een gedeelte van een omwenteling van het roteerbaar opgestelde element een kracht overbrengt op de bovenzijde van het uit de 15 sleuf afkomstige vel, welke kracht een component heeft welke is gericht in de richting van de aanslag. De uitvinding heeft tevens betrekking op een velrandretentiehaak.
Een dergelijke inrichting is bekend uit Amerikaans octrooischrift 5,065,997 en een uitvoering die tevens is voorzien van een wrijvingselement is in de handel verkrijgbaar in 20 de High Capacity Stacker (HCS) van de firma CP Bourg. Deze bekende inrichting omvat een tweetal schijven welke op een aangedreven rotatie-as zijn aangebracht. Deze schijven omvatten per schijf een tweetal opname sleuven, alsmede per schijf een tweetal wrijvingselementen. Bij het doorlopen van een cyclus kunnen inkomende vellen worden opgenomen in de sleuven die in de schijf zijn aangebracht. De inkomende 25 vellen hebben in voorkomende gevallen reeds een eerste laterale registratietraject doorlopen en worden door middel van een invoerkneep in een sleuf bewogen. Een opgenomen vel wordt tijdens een omwenteling op een ontvangstvlak bewogen, waarna de wrijvingselementen gedurende een deel van de omwenteling het vel tegen een aanslag zullen aan bewegen.
30 Nadeel van de bekende inrichting is dat deze in gebruik niet voldoende accuraat is met betrekking tot het vormen van nauwkeurig gevormde stapels. Het komt in gebruik *1 regelmatig voor dat vellen welke door de bekende inrichting op stapel zijn gevoerd niet op geordende wijze op de op het ontvangstvlak gevormde stapel komen te liggen. Afwijkingen in de oriëntatie van vellen ten opzichte van elkaar en ten opzichte van de 35 referentievlakken zijn zeer ongewenst, met name indien de stapels nog verder worden 102 98 37 2 nabewerkt, zoals in samenbindt toepassingen.
Doel van de uitvinding is een inrichting voor het op stapel voeren van inkomende vellen te verkrijgen, waarbij de vellen op betrouwbare wijze accuraat op een stapel worden gevoerd. Hiertoe is een inrichting uitgevonden volgens de aanhef van conclusie 1, 5 daardoor gekenmerkt dat het gesloten-lusvormig wrijvingselement zodanig is geplaatst dat het in bedrijf de beweging van een vel gedurende de opname van het vel in de sleuf in de eerste rotatiezone niet verstoort. Bij de inrichting volgens de uitvinding blijft de reeds gemaakte registratie van inkomende vellen beter behouden en vindt tevens geen additionele verstoring van de inkomende beweging van vellen plaats. Door de 10 positionering van de wrijvingselementen volgens de uitvinding wordt een significante verbetering bereikt van de uitlijning van de, op het ontvangstvlak gevormde stapels. Eventuele verdere samenbindt processen kunnen hierdoor meer accurate documenten vormen en de gebruiker ervaart, ook in gevallen waarbij geen verdere nabewerking meer wordt gepleegd, een hogere kwaliteit van afgeleverde stapels en documenten.
15
Door de keuze van de positie en het materiaal van de gesloten-lusvormige wrijvingselementen volgens de uitvinding worden vellen die vanuit de sleuf op het ontvangstvlak, dan wel op een reeds gevormde stapel worden bewogen op beheerste wijze tegen de aanslag aan bewogen. Het zal voor de vakman duidelijk zijn dat de 20 geometrie en het gebruikte materiaal van de gesloten-lusvormige wrijvingselementen zodanig gekozen moet worden dat vellen tijdens deze registratieactie geen schade oplopen aan de velrand welke in contact komt met de aanslag, alsmede dat het gesloten-lusvormige wrijvingselement de bovenzijde van het opgelegde vel niet beschadigt of deformeert, terwijl toch voldoende kracht kan worden overgebracht om de 25 vellen tegen de aanslag aan te bewegen.
Een inrichting volgens de uitvinding kan in iedere applicatie worden toegepast waar inkomende vellen op een stapel moeten worden gevoerd. De inrichting volgens de uitvinding kan bijzonder gunstig worden toegepast in een stapelinrichting welke achter 30 een printer kan worden geplaatst, om bedrukte vellen op een rechte stapel te voeren.
In een uitvoeringsvorm volgens de uitvinding is het gesloten-lusvormig wrijvingselement aangebracht op een positie langs de omtreksrand van het roteerbaar opgestelde element welke positie, gezien in de bewegingsrichting van het roteerbaar opgestelde 35 element meer dan een halve cirkelboog van het begin van de sleuf is verwijderd.
1 0 2 98 3 7 3
Deze uitvoeringsvorm is voordelig, omdat deze positie een inkomend vel niet zal verstoren waardoor het vel beter uitgelijnd kan worden achtergelaten op het ontvangstvlak. Indien bijvoorbeeld een opstelling van twee roteerbaar opgestelde elementen gebruikt zou worden, waarbij de gesloten-lusvormige wrijvingselementen uit 5 exact hetzelfde materiaal zouden worden geproduceerd, dan nog zou het vel door aanraking tijdens het inbrengen in de sleuf beïnvloed worden. Dit effect wordt zelfs groter naar mate de inrichting langer in gebruik is.
Indien het gesloten-lusvormig wrijvingselement wordt geplaatst op meer dan een halve cirkelboog vanaf het begin van de sleuf waar het gesloten-lusvormige wrijvingselement 10 mee in samenwerking is, dat wil zeggen het wrijvingselement dat het vel zal aanwrijven dat uit die desbetreffende sleuf afkomstig is, zal een vel geen invloed ondervinden van die element bij invoer in de sleuf, terwijl de werking van het element wel behouden blijft.
In een uitvoeringsvorm worden de aandrijfmiddelen, welke zijn aangebracht ter 15 aandrijving van het roteerbaar opgestelde element, zodanig aangestuurd dat het moment van insturen van een opstapel te voeren vel en de positie van het roteerbaar opgestelde element zijn gesynchroniseerd. Dit is voordelig omdat hierdoor de betrouwbaarheid van de inrichting aanzienlijk wordt verbeterd. Immers, een vel dat wordt ingestuurd behoort met zoveel mogelijk betrouwbaarheid vanuit de invoerkneep in 20 de sleuf bewogen te worden, bij voorkeur zonder dat de eventueel reeds aangebrachte registratieslag teniet gedaan wordt.
In een uitvoeringsvorm doorloopt de rotatiesnelheid van het roteerbaar opgestelde element in bedrijf een snelheidsprofiel welke niet constant is. Dit is voordeling omdat 25 hierdoor een hogere productiviteit bereikt kan worden waar mogelijk terwijl voldoende nauwkeurigheid behouden blijft op punten van het proces waar nodig of gewenst. Zo kan in een nadere uitvoeringsvorm het roteerbaar opgestelde element in bedrijf tot stilstand worden gebracht in de eerste rotatiezone. Dit is voordelig omdat een vel dat vanuit de invoerkneep eenvoudiger en met meer nauwkeurigheid in de sleuf worden 30 bewogen. Hierdoor kan de besturing en constructie van de invoerkneep minder complex worden uitgevoerd indien gewenst.
In een uitvoeringsvorm wordt de rotatiesnelheid van het roteerbaar opgestelde element in bedrijf verhoogd tussen de tweede rotatiezone en de terugkeer naar de eerste 35 rotatiezone. Dit is voordelig omdat hierdoor de totale tijd die het roteerbaar opgestelde 1 0 2 98 3 7 4 element erover doet om een omwenteling te maken wordt verkort, terwijl er in de periode na de tweede rotatiezone, dat wil zeggen nadat een opgenomen vel op het ontvangstvlak is bewogen en voor de terugkeer naar de zone waarin een nieuw vel kan worden opgenomen geen vel in de sleuf aanwezig is, en dus ook geen zeer hoge eisen 5 worden gesteld aan de maximale rotatiesnelheid van het roteerbaar opgestelde element. Een verkorting van de omwentelingstijd resulteert in een hogere potentiële productiviteit.
In een uitvoeringsvorm omvat de inrichting een sensor ter aanduiding van het bereiken 10 van de eerste rotatiezone van het roteerbaar opgestelde element. Dit is voordelig omdat hierdoor een betere synchronisatie kan plaatsvinden tussen de ontvangstpositie van de sleuf en de aansturing van de invoerkneep. Een sensor verhoogt de betrouwbaarheid ten aanzien van bijvoorbeeld het blind bijhouden van de positie van het roteerbaar opgestelde element, aangezien een afwijking in de ontvangstpositie van de sleuf tot een 15 minder accurate opname van een vel in de sleuf kan leiden. Een dergelijke sensor kan bijvoorbeeld een optische sensor omvatten welke zodanig is aangebracht dat deze een of meer posities in het roteerbaar opgestelde element kan detecteren, welke bijvoorbeeld zijn gemarkeerd door een of meer sleufjes. Een dergelijke sensor kan ook een magnetische sensor omvatten, waarbij de positiemarkeringen met, door een 20 dergelijke sensor waarneembaar materiaal zijn aangebracht. Ook andere detectiemethoden zijn hier te gebruiken. Indien gekozen wordt voor een niet constant rotatiesnelheidsprofiel, zoals reeds beschreven, kan gekozen worden om een of meer van de fases van het rotatiesnelheidsprofiel te signaleren door middel van een dergelijke sensor. Indien bijvoorbeeld de snelheid verhoogt wordt tussen de tweede 25 rotatiezone waarbij een vel op het ontvangstvlak is bewogen en de terugkeer naar de i eerste rotatiezone, bijvoorbeeld om een productiviteitsverhoging te bewerkstelligen, kan gekozen worden om vlak voor het bereiken van de ontvangstpositie in de eerste rotatiezone de snelheid te laten verminderen, om zodoende de ontvangstpositie met meer nauwkeurigheid te benaderen. Door de snelheid te verlagen voordat het 30 roteerbaar opgestelde element wederom in zijn ontvangstpositie komt kan het roteerbaar opgestelde element beter worden afgeremd op het moment dat een sensor detecteert dat de ontvangstpositie is bereikt.
In een uitvoeringsvorm omvat het gesloten-lusvormig wrijvingselement aan zijn 35 omtreksrand een materiaal met een hoge wrijvingscoëfficiënt ten opzichte van het vel.
102 98 37 _ 5 j
Dit is voordelig omdat hierdoor een betere wrijving ontstaat tussen het wrijvingselement en het vel waardoor het vel beter tegen de aanslag aanbewogen zal worden in bedrijf. Het zal duidelijk zijn dat de wrijving tussen het gesioten-lusvormig wrijvingselement en het vel ook niet te hoog moet worden gekozen, aangezien dit in sommige gevallen 5 deformatie kan opleveren aan het vel, de eventuele afbeelding of de velrand. Tevens moet het materiaal van het gesioten-lusvormig wrijvingselement vanzelfsprekend zodanig worden gekozen dat geen strepen of andere artefacten ontstaan door het aanvegen van het vel tegen de aanslag. Het gesioten-lusvormig wrijvingselement hoeft niet geheel uit een enkel materiaal te bestaan maar kan in een uitvoeringsvorm ook 10 meerdere materialen omvatten eventueel in een laagsgewijze configuratie zijn aangebracht. Zo kan de flexibiliteit en veerkracht van het element door een eerste laag gedomineerd worden terwijl de wrijvingseigenschappen in hoofdzaak worden bepaald door de laag waar het contact tussen vel en wrijvingselement plaatsvindt.
15 In een uitvoeringsvorm omvat het roteerbaar opgestelde element ter plaatse van de ingang van de sleuf een vrij draaibaar geleide wiel, die zodanig is gepositioneerd en gedimensioneerd dat het zich uitstrekt buiten de omtreksrand van het draaibaar opgestelde element, doch binnen de buitenste afbakening van de sleuf. Door een dergelijk wiel kan een inkomend vel met minder glijweerstand worden opgenomen in de 20 sleuf en vindt een betere richtingsgeleiding plaats waardoor minder versmering optreedt van een eventueel aangebracht printpatroon. Door de betere richtingsgeleiding die een dergelijk vrij draaibaar geleidewiel oplevert zal tevens minder risico ontstaan van een scheve opname van een vel in de sleuf.
25 De uitvinding heeft tevens betrekking op een velrandretentiehaak, die is gekenmerkt doordat een eerste zijde middelen omvat ter bevestiging, zodanig dat deze althans over een gedeelte van een omwenteling vrij draaiend kan worden bevestigd aan een frame en een tweede zijde welke zodanig is gevormd dat een in wezen horizontaal inkomend vel gemakkelijk kan worden opgenomen onder de retentiehaak. Dit is voordelig omdat 30 zo eventueel aanwezige krul ter plaatse van de opgenomen velrand kan worden beperkt waardoor een eventueel nakomend vel met meer betrouwbaarheid bovenop kan worden λ opgenomen. Tevens beperkt de velrandretentiehaak de eventueel optredende horizontale verplaatsing van een opgenomen vel doordat een tegenkracht kan worden opgeworpen door de retentiehaak. Daarnaast werkt de haak ook remmend ten opzichte 35 van het inkomende vel, waardoor een significatie geluidsreductie optreedt. De kracht 10 2 Q 8 5 7 _ 6 waarmee de retentiehaak een opgenomen vel tegen een ondergrond aandrukt kan bijvoorbeeld worden veroorzaakt door het eigen gewicht van de retentiehaak in een zwaartekrachtveld, door middel van een torsieveer ter plaatse van de bevestiging aan een frame of op andere wijze, bijvoorbeeld door middel van een magnetische 5 aantrekking.
Een dergelijke velrandretentiehaak kan zeer voordelig worden toegepast in een inrichting voor het op stapel voeren van inkomende vellen zoals reeds hierboven beschreven. Hierbij komen vellen immers in wezen horizontaal binnen op een 10 ontvangstvlak en is het voordelig dat de horizontale beweging van een vel in zijn geheel wordt beperkt, dat de beweging van de velrand in een richting loodrecht op het ontvangstvlak wordt tegen gegaan om zodoende met hoge betrouwbaarheid een accurate stapel te kunnen vormen.
15 De uitvinding zal nu verder worden toegelicht aan de hand van onderstaande voorbeelden waarin specifieke uitvoeringsvormen van de huidige uitvinding worden besproken.
Fig. 1 is een schematische weergave van een stapeleenheid waarin een inrichting 20 volgens de uitvinding is geplaatst;
Fig. 2 is een schematische weergave van een uitvoeringsvorm volgens de uitvinding; Fig. 3 is een schematisch weergegeven zijaanzicht van een uitvoeringsvorm volgens de uitvinding;
Fig. 4 a-f is een schematische weergave van de werking van een inrichting volgens de 25 uitvinding;
Fig. 5 is een voorbeeld van een mogelijk rotatiesnelheidsprofiel;
Fig. 6 is een uitvoeringsvoorbeeld met een versmeringswiel;
Fig. 7 is een bovenaanzicht van het registratieliniaal;
Fig. 8 a-b toont schematisch perspectivische weergaves van een transportwiel in een 30 registratieliniaal.
In figuur 1 is een schematische weergave van een stapeleenheid 10 waarin een inrichting volgens de uitvinding is geplaatst. Een dergelijke stapeleenheid 10 kan bij voorbeeld achter een printer worden geplaatst. Door de veluitgang van een printer te 35 koppelen aan de ingang van een dergelijke stapeleenheid 10 kunnen vellen welke 10 2 98 37 « 7 afkomstig zijn uit de printer door de registratiebewerkingen van de stapeleenheid 10 op een nette stapel gevoerd worden. Een dergelijke stapeleenheid 10 kan uitgevoerd zijn met diverse uitvoer mogelijkheden, zoals bijvoorbeeld maar niet uitsluitend een palet uitvoer om stapels gemakkelijk op een palet uit de stapeleenheid te voeren, een 5 bindmogelijkheid om de stapels samengebonden door bijvoorbeeld een kunststof band of op andere wijze samen te binden om de stapelvorm ook tijdens transport te behouden.
De stapeleenheid 10 zoals getoond in figuur 1 ontvangt vellen via de velinlaat 11. Een ingevoerd vel wordt door middel van een registratieliniaal 12 tegen een registratiewand 10 13 getransporteerd. Dit registratieliniaal 12 is in bovenaanzicht weergegeven in figuur 7.
In de weergegeven uitvoeringsvorm zijn de transportknepen van het registratieliniaal 12 zodanig gevormd dat een kracht wordt overgebracht van de kneep op het vel in de richting van de registratiewand 13. Zodra het vel tegen de registratiewand aanligt, dient de kracht van de kneep op het vel in hoofdzaak in transportrichting plaats te vinden en 15 in mindere mate in de richting van de registratiewand 13, daar bij een overmatige kracht van een vel tegen een registratiewand veldeformatie kan optreden. Dit kan worden verkregen door de transportkneep van het registratieliniaal uit te voeren met wieltjes welke in een laterale richting flexibeler zijn dan in de andere laterale richting. Dit effect wordt bereikt door de transportwielen 80 te modelleren zoals weergegeven in figuur 8 a-20 d. Op het moment dat een vel tegen de registratiewand aan komt te liggen zal het transportwiel hierdoor uitbuigen en een kracht voortbrengen welke in hoofdzaak in transportrichting is gericht, waardoor een vel dat de registratiewand bereikt heeft niet met een te hoge kracht tegen de wand aangeduwd wordt waardoor deformaties aan het vel worden voorkomen.
25 Door deze eerste registratiehandeling komen alle vellen op dezelfde hoogte de keerlus 14 binnen. Achter deze keerlus 14 is een invoerkneep 15 geplaatst welke het invoertransport naar de module vormt, waarin zich een inrichting volgens de uitvinding bevindt. Deze module voert inkomende vellen tot een rechte stapel op een ontvangstvlak 21. Dit ontvangstvlak 21 kan in hoogte beweegbaar zijn waardoor de 30 stapelcapaciteit van de stapeleenheid vergroot kan worden. De stapel kan worden uitgenomen via een te openen luik of andersoortige uitneemopening 16. Ook kan de stapeleenheid 10 zijn voorzien van middelen (niet afgebeeld) om een gebruiker te assisteren bij het uitnemen van een stapel, bijvoorbeeld door de stapel geheel of gedeeltelijk buiten de stapeleenheid te brengen. Dit kan bijvoorbeeld zijn uitgevoerd als 35 een elektrisch bekrachtigde lade welke na het openen van de uitneemopening 16 naar 1 0 2 98 3 7 8 buiten wordt bewogen. Een dergelijke stapeleenheid kan elektronisch verbonden zijn met een printer zodat communicatie kan plaatsvinden met betrekking tot timing van vellen, of geheel autonoom zijn uitgevoerd waarbij de stapeleenheid zelf de timing van inkomende vellen detecteert.
5
Figuur 2 toont een schematische weergave van een inrichting volgens de uitvinding.
Deze omvat een ontvangstvlak 21 en twee roteerbaar opgestelde elementen 22 en 23 welke zijn bevestigd op een door een elektrisch aangedreven motor 25 aangedreven rotatie-as 24. Een inrichting kan een of meer van dergelijke roteerbaar opgestelde 10 elementen omvatten. De elektrisch aangedreven motor 25 kan bijvoorbeeld een elektrische servomotor of stappenmotor zijn. De roteerbaar opgestelde elementen zijn voorzien van een sleuf 26 en 27 waarin een inkomend vel vanuit de invoerkneep 15 geheel of gedeeltelijk kan worden opgenomen. In de positie zoals in figuur 2 weergegeven, bevinden de roteerbare elementen 22 en 23 zich in de eerste 15 rotatiezone, waarin de voorlopende rand van een vel in de sleuven 26 en 27 kan worden opgenomen.
Aan de omtreksrand van elk roteerbaar opgestelde element 22, 23 is tevens een gesloten-lusvormig wrijvingselement 28, 29 aangebracht. Door middel van het bekrachtigen van motor 25 wordt de rotatie-as 24 aangedreven in de richting van pijl B, 20 waarbij het roteerbaar opgestelde element 22 en 23 en daarmee tevens de sleuf 26 en 27 alsmede het hierin opgenomen vel volgens pijl B in de richting van aanslag 30 beweegt. Tijdens de beweging van de rotatie-as 24 zal het hiermee verbonden gesloten-lusvormig wrijvingselement 28 en 29 een kracht uitoefenen met een component in de richting van de aanslag op de bovenzijde van het laatst op het 25 ontvangstvlak 21 afgelegde vel, waardoor deze tegen aanslag 30 wordt bewogen. In de hierna volgende beschrijving van figuur 4 a-f zal in meer detail worden ingegaan op de bewegingscyclus van de inrichting. Het zal voor de vakman duidelijk zijn dat, in het geval waarin geen vel op het ontvangstvlak 21 aanwezig is, het gesloten-lusvormig wrijvingselement 28 en 29 over het ontvangstvlak 21 zal vegen.
30 De uitvoering zoals getoond in figuur 2 is verder nog voorzien van een hulpmiddel om de bewegingsvrijheid van de velrand van reeds op het ontvangstvlak 21 bewogen vellen te beperken. Hierdoor zal eventueel in het vel aanwezige krul of anderszins aanwezige velrand deformatie beperkt worden. Dit komt ten goede aan het registratiegedrag van op het ontvangstvlak 21 bewogen vellen. In dit uitvoeringsvoorbeeld is een retentiehaak 35 31 en 32 aangebracht welke aan een uiteinde roteerbaar is opgehangen aan het frame 10 2 98 37 _ 9 en aan de andere zijde is gebogen, zodanig dat inkomende vellen die vanuit de sleuf 26 en 27 ter plaatse van de aanslag 30 op het ontvangstvlak worden bewogen hier gemakkelijk onder kunnen bewegen, terwijl de bewegingsvrijheid van de velrand wordt beperkt. De retentiekracht van de haak op de velrand is in hoofdzaak neerwaarts gericht 5 en kan bijvoorbeeld worden geleverd door uitsluitend het eigen gewicht van de haak in een zwaartekrachtsveld en/of door middel van een torsieveer ter plaatse van de ophanging aan het frame of door middel van magnetische aantrekking.
Figuur 3 toont een schematisch weergegeven zijaanzicht van een inrichting volgens de 10 uitvinding. Hierbij is de inrichting zoals ook hierboven beschreven in een ontvangstpositie afgebeeld. Afhankelijk van de hoek waaronder invoerkneep 15 staat ten opzichte van de geometrie van het roteerbaar opgestelde element 22 en in het bijzonder van de sleuf 26, met name de diepte van de sleuf 26 gezien vanaf het begin 35 van de sleuf kan een vel 40 in een eerste rotatiezone van een as-rotatie worden 15 opgenomen. Deze eerste rotatiezone bestrijkt het gebied waarin een vel 40 vanuit invoerkneep 15 in sleuf 26 wordt opgenomen. Indien het roteerbaar opgestelde element zodanig wordt aangestuurd dat deze stil staat ten tijde van de opname van een vel 40 in sleuf 26 kan deze eerste rotatiezone zeer klein zijn, indien het roteerbaar opgestelde element 22 beweegt tijdens de opname van een vel 40 in de sleuf 26 zal de grootte van 20 deze rotatiezone afhankelijk zijn van onder andere geometrie, rotatiesnelheid van het roteerbaar opgestelde element 22 en invoersnelheid van vel 40 vanuit invoerkneep 15. Als een vel 40 geheel of gedeeltelijk in de sleuf 26 is opgenomen zal de voorrand van vel 40 tijdens een rotatie van het roteerbaar opgestelde element 22 tegen aanslag 30 aanbewegen. Deze aanslag 30 zal de beweging van een in sleuf 26 aanwezig vel 40 25 tegenhouden terwijl het roteerbaar opgestelde element 22 door beweegt in rotatierichting B. De rotatiezone die aanvangt op het moment dat het in sleuf 26 aanwezige vel 40 tegen aanslag 30 aan beweegt en voortduurt tot het moment dat het vel 40 los van de sleuf 26 op ontvangstvlak 21 ligt heet tweede rotatiezone. In deze tweede rotatiezone wordt het in sleuf 26 aanwezige vel 40 op het ontvangstvlak 21 30 bewogen. De exacte aanvang en duur van deze tweede rotatiezone is vanzelfsprekend afhankelijk van de diepte van sleuf 26, lengte van vel 40 in de richting van rotatie en rotatiesnelheid van het roteerbaar opgestelde element 22.
Figuur 3 toont dat gesloten-lusvormig wrijvingselement 28 zodanig is geplaatst dat deze met zijn omtreksrand een vel dat op stapel is gevoerd op het ontvangstvlak 21 kan 35 beroeren in de richting van aanslag 30 zonder de invoerbeweging van vel 40 in sleuf 26 102 08 37_ 10 vanuit invoerkneep 15 te verstoren. Gesloten-lusvormig wrijvingselement 28 is hier uitgevoerd als een bandje van bijvoorbeeld rubber. Het materiaal van het gesloten-lusvormig wrijvingselement is in op zichzelf bekende wijze zodanig gekozen dat het een wrijvingskracht kan ontwikkelen bij beweging over de bovenzijde van een op een stapel 5 bewogen vel, en daarbij geen strepen of andere verminkingen aan dit vel toebrengt. Door een juiste keuze van de flexibiliteit van het gesloten-lusvormig wrijvingselement kan gezorgd worden dat een vel met de juiste kracht tegen de aanslag wordt bewogen. Bij een te hoge kracht zal een vel deformeren tegen de aanslag, bijvoorbeeld kreuken, en bij een te geringe kracht ontwikkeling zal het vel eenvoudigweg niet geheel tegen de 10 aanslag bewogen worden. Het zal voor de vakman duidelijk zijn dat dit gesloten- lusvormig wrijvingselement kan bestaan uit een eindloos wrijvingselement, waarbij het wrijvingselement als zodanig een gesloten lus vormt, of bijvoorbeeld kan worden gevormd uit een strook materiaal welke aan twee uiteinden is bevestigd aan een al dan niet gemeenschappelijke drager.
15
De inrichting kan tevens nog zijn voorzien van een sensor 33 ter detectie van een vel 40 of velrand. Deze sensor kan bijvoorbeeld worden uitgevoerd als optische sensor waarbij het passeren van een vel 40 of velrand wordt gedetecteerd en waarbij dit signaal bijvoorbeeld wordt gebruikt in de aansturing van de aandrijfmotor 25.
20
Figuur 4 a-f toont een schematische weergave van de werking van de inrichting volgens de uitvinding. In figuur 4a staat de inrichting in zijn ontvangststand, in de eerste rotatiezone. De sleuf 26 is zodanig gepositioneerd ten opzichte van de invoerkneep 15 dat een vel 40 kan worden opgenomen in de sleuf 26. Deze eerste rotatiezone kan zeer 25 klein zijn indien het roteerbaar opgestelde element stil wordt gezet tijdens de opname van een vel 40 in de sleuf 26. Indien het roteerbaar opgestelde element niet wordt stil gezet moet de relatieve snelheid van het op te nemen vel 40 ten opzichte van de rotatiesnelheid van het roteerbaar opgestelde element voldoende groot zijn om het vel 40 althans gedeeltelijk op te nemen. In figuur 4b is getoond hoe een vel 40 door de 30 invoerkneep 15 in sleuf 26 wordt bewogen. Als een vel 40 vervolgens in sleuf 26 is opgenomen, zoals getoond in figuur 4c kan het roteerbaar opgestelde element verder bewegen zodat de voorrand van vel 40 tijdens deze omwenteling tegen aanslag 30 aanbeweegt. Deze situatie is getoond in figuur 4d. Deze situatie toont de aanvang van de tweede rotatiezone. Doordat het roteerbaar opgestelde element 22 vanaf deze 35 positie verder roteert, terwijl de beweging van vel 40 wordt tegengehouden door 102 88 3 7_ 11 aanslag 30 zal het vel 40 op het ontvangstvlak 21 worden bewogen. In figuur 4e is het einde van de tweede rotatiezone getoond. Hier is het vel 40 geheel achtergelaten op ontvangstvlak 21. Het roteerbaar opgestelde element 22 kan doorroteren naar de eerste rotatiezone waarin een nieuw vel kan worden opgenomen in de sleuf 26 en de cyclus 5 opnieuw kan beginnen. Een vel 40 dat op ontvangstvlak 21 wordt achtergelaten heeft echter in voorkomende gevallen nog niet de juiste registratie ten opzichte van aanslag 30. Een vel 40 kan bijvoorbeeld op enige afstand van aanslag 30 worden achtergelaten. Doordat een gesloten-lusvormig wrijvingselement 28 is aangebracht aan de omtreksrand van het roteerbaar element 22 kan gedurende een omwenteling een kracht 10 met een component F in de richting van de aanslag 30 op de bovenzijde van een op ontvangstvlak 21 achtergelaten vel 40 worden uitgeoefend, waardoor deze alsnog de juiste registratie ten opzichte van aanslag 30 aan zal nemen. Dit is getoond in figuur 4f. Gesloten-lusvormig wrijvingselement 28 mag niet de beweging van een vel 40 vanuit invoerkneep 15 verstoren. In een voorkeursuitvoeringsvorm volgens de uitvinding is het 15 gesloten-lusvormig wrijvingselement geplaatst op een positie langs de omtreksrand van het roteerbaar opgestelde element 22 die meer dan een halve cirkelboog van het begin 35 van sleuf 26 afligt gezien in de bewegingsrichting van het roteerbaar opgestelde element 22. Het zal voor de vakman duidelijk zijn dat de zone waarin het gesloten-lusvormig wrijvingselement 28 geplaatst kan worden zich niet uitsterkt boven een 20 gehele cirkelboog afstand vanaf het begin 35 van sleuf 26. Een verstoring van de beweging van vel 40 vanuit de invoerkneep 15 naar de sleuf 26 zal de registratie van een gevormde stapel nadelig beïnvloeden.
Figuur 5 toont een voorbeeld van een mogelijk rotatiesnelheidsprofiel. De rotatie van het 25 roteerbaar opgestelde element hoeft immers niet noodzakelijkerwijs constant te zijn. In dit voorbeeld wordt het roteerbaar opgestelde element in de eerste rotatiezone stilgezet tijdens de opname van een vel in de sleuf. In het profiel is dit fase 8. Nadat een vel is opgenomen in de sleuf wordt versneld naar een eerste snelheid waarmee het roteerbaar opgestelde element en daarmee ook het in de sleuf opgenomen vel richting 30 de tweede rotatiezone beweegt. Deze versnellingsfase is in figuur 5 weergegeven als fase 1. Met de eerste snelheid komt gedurende fase 2 het vel in aanraking met de aanslag. Deze snelheid is zodanig gekozen worden dat geen schade wordt toegebracht aan de velrand als deze in aanraking komt met de aanslag. Nadat een vel op het ontvangstvlak is achtergelaten kan het roteerbaar opgestelde element versnellen (fase 35 3) naar een hogere tweede snelheid om het roteerbaar opgestelde element terug te 10 2 98 37_ 12 brengen naar zijn ontvangstpositie in de eerste rotatiezone. Om niet door te schieten voorbij de eerste rotatiezone kan de inrichting voorzien worden van een sensor die de aankomst van het roteerbaar opgestelde element in de eerste rotatiezone kan detecteren. Dit kan bijvoorbeeld worden gedaan door een optische sensor in combinatie 5 met een gleuf in het roteerbaar opgestelde element. Om deze gleuf te kunnen detecteren en het roteerbaar opgestelde element te kunnen af remmen is in dit snelheidsprofiel gekozen om het laatste gedeelte van de beweging richting ontvangstpositie af te remmen (fase 5) en met een lagere derde snelheid te bewegen tot de sensor de gleuf detecteert (fase 6) en op het moment van detectie af te remmen 10 tot stilstand (fase 7). Vervolgens staat het roteerbaar opgestelde element stil en kan de cyclus opnieuw worden ingezet.
Indien de vellen die met de inrichting op stapel worden gevoerd gevoelig zijn voor versmering, bijvoorbeeld in geval van geprinte inkjet afbeeldingen is het van belang de 15 beweging van vellen in de sleuf zo wrijvingsloos mogelijk te maken om kans op versmering te verkleinen. In figuur 6 is een uitvoeringsvoorbeeld getoond waarin een vrij draaibaar opgesteld wiel 99 is geplaatst ter plaatse van de ingang van de sleuf. Dit wiel 99 geleidt het inkomende vel in de juiste richting en verminderd de wrijving die een vei ondervindt tijdens de opname in de sleuf. Hierdoor wordt de kans op versmering 20 aanzienlijk verkleind terwijl de functionaliteit van de inrichting niet wordt aangetast.
10 2 98 3 7.
Claims (11)
1. Inrichting voor het op stapel voeren van inkomende vellen, omvattend: - een ontvangstvlak; 5. een roteerbaar opgesteld element, welke aan zijn omtreksrand een sleuf omvat ter opname van althans een gedeelte van een op stapel te voeren vel, waarbij het roteerbaar opgesteld element in een eerste rotatiezone het op stapel te voeren vel kan opnemen en in een tweede rotatiezone het opgenomen vel op het ontvangstvlak wordt bewogen; 10. aandrijfmiddelen ter aandrijving van het roteerbaar opgestelde element; - een aanslag; - een aan de omtreksrand van het roteerbaar opgestelde element aangebracht, gesloten-lusvormig wrijvingselement, welke in bedrijf gedurende althans een gedeelte van een omwenteling van het roteerbaar opgestelde element een kracht overbrengt op 15 de bovenzijde van het uit de sleuf afkomstige vel, welke kracht een component heeft welke is gericht in de richting van de aanslag, met het kenmerk dat het gesloten-lusvormig wrijvingselement zodanig is geplaatst dat het in bedrijf de beweging van een vel gedurende de opname van het vel in de sleuf in de eerste rotatiezone niet verstoort. 20
2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk dat het gesloten-lusvormig wrijvingselement is aangebracht op een positie langs de omtreksrand van het roteerbaar opgestelde element welke positie, gezien in de bewegingsrichting van het roteerbaar opgestelde element meer dan een halve cirkelboog van het begin van de 25 sleuf is verwijderd.
3. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de aandrijfmiddelen ter aandrijving van het roteerbaar opgestelde element zodanig worden aangestuurd dat het moment van insturen van een op stapel te voeren vel en de positie 30 van het roteerbaar opgestelde element zijn gesynchroniseerd.
4. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de rotatiesnelheid van het roteerbaar opgestelde element in bedrijf een snelheidsprofiel doorloopt welke niet constant is. 35
5. Inrichting volgens conclusie 4, met het kenmerk dat het roteerbaar opgestelde 10208 37____ element in bedrijf tot stilstand wordt gebracht in de eerste rotatiezone.
6. Inrichting volgens conclusie 3-5, met het kenmerk dat de rotatiesnelheid van het roteerbaar opgestelde element in bedrijf wordt verhoogd tussen de tweede rotatiezone 5 en de terugkeer naar de eerste rotatiezone
7. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk dat het een sensor omvat ter aanduiding van het bereiken van de eerste rotatiezone van het roteerbaar opgestelde element. 10
8. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk dat het gesloten-lusvormig wrijvingselement aan zijn omtreksrand een materiaal met een hoge wrijvingscoëfficiënt omvat.
9. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk dat het roteerbaar opgestelde element ter plaatse van de ingang van de sleuf een vrij draaibaar geleide wiel omvat, welke zodanig is gedimensioneerd en gepositioneerd dat het zich uitstrekt buiten de omtreksrand van het draaibaar opgestelde element.
10. Velrand retentiehaak, met het kenmerk dat een eerste zijde middelen omvat ter bevestiging, zodanig dat deze althans over een gedeelte van een omwenteling vrijdraaiend kan worden bevestigd aan een frame en een tweede zijde welke zodanig is gevormd dat een in wezen horizontaal inkomend vel gemakkelijk kan worden opgenomen onder de retentiehaak. 25
11. Velrand retentiehaak, met het kenmerk dat deze is geplaatst in een inrichting volgens een der conclusies 1 -9. 102 98 37
Priority Applications (4)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1029837A NL1029837C2 (nl) | 2005-08-31 | 2005-08-31 | Inrichting voor het op stapel voeren van vellen. |
JP2006218562A JP2007063020A (ja) | 2005-08-31 | 2006-08-10 | シートスタッキング装置 |
US11/511,483 US20070056453A1 (en) | 2005-08-31 | 2006-08-29 | Sheet stacking device |
EP06119759A EP1762523B1 (en) | 2005-08-31 | 2006-08-30 | Sheet stacking device |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1029837 | 2005-08-31 | ||
NL1029837A NL1029837C2 (nl) | 2005-08-31 | 2005-08-31 | Inrichting voor het op stapel voeren van vellen. |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL1029837C2 true NL1029837C2 (nl) | 2007-03-01 |
Family
ID=36177791
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL1029837A NL1029837C2 (nl) | 2005-08-31 | 2005-08-31 | Inrichting voor het op stapel voeren van vellen. |
Country Status (2)
Country | Link |
---|---|
US (1) | US20070056453A1 (nl) |
NL (1) | NL1029837C2 (nl) |
Families Citing this family (5)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
EP2776352B1 (en) * | 2011-11-09 | 2015-08-26 | OCE-Technologies B.V. | Sheet stacking device |
FR3025578B1 (fr) * | 2014-09-09 | 2020-01-10 | Solystic | Transmission mecanique pour une unite d'empilage du courrier avec un embrayage-frein et un engrenage elliptique |
US9688500B2 (en) * | 2015-01-08 | 2017-06-27 | Crane Payment Innovations, Inc. | Compact document bundler |
US10065826B1 (en) * | 2017-08-04 | 2018-09-04 | Xerox Corporation | Stacking module with fans |
CN112830429B (zh) * | 2020-12-30 | 2022-04-12 | 湖南星邦智能装备股份有限公司 | 高空作业平台动作的控制方法、装置、设备及存储介质 |
Citations (3)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US5065997A (en) * | 1990-02-26 | 1991-11-19 | Xerox Corporation | Sheet inverter and stacking apparatus |
US5194558A (en) * | 1991-09-30 | 1993-03-16 | Xerox Corporation | Disk stacker with novel paddle wheel wiper made of polyether urethane |
FR2760733A1 (fr) * | 1997-03-12 | 1998-09-18 | C P Bourg Sa | Machine d'empilage de feuilles |
Family Cites Families (15)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
FR1383779A (fr) * | 1963-08-01 | 1965-01-04 | Bull Sa Machines | Appareil de manutention de feuilles |
JPS5493890A (en) * | 1977-12-30 | 1979-07-25 | Minolta Camera Kk | Eyeeground oximeter |
JPS54147690A (en) * | 1978-05-12 | 1979-11-19 | Minolta Camera Kk | Eyeground photometry optical system |
US4485820A (en) * | 1982-05-10 | 1984-12-04 | The Johns Hopkins University | Method and apparatus for the continuous monitoring of hemoglobin saturation in the blood of premature infants |
JPH0662237B2 (ja) * | 1985-04-12 | 1994-08-17 | ゼロツクス コーポレーシヨン | シートスタツク装置 |
US5026036A (en) * | 1988-03-31 | 1991-06-25 | Ricoh Company, Ltd. | Device for controlling stacking of paper sheets on an intermediate tray of an image forming apparatus |
US5119814A (en) * | 1990-07-25 | 1992-06-09 | Minnich Thomas E | Method and apparatus for monitoring blood loss via retinal venous oxygen saturation |
US5318022A (en) * | 1991-03-01 | 1994-06-07 | John Taboada | Method and apparatus for determining hemoglobin oxygenation such as in ocular and other vascular beds |
US5308919A (en) * | 1992-04-27 | 1994-05-03 | Minnich Thomas E | Method and apparatus for monitoring the arteriovenous oxygen difference from the ocular fundus |
US5935076A (en) * | 1997-02-10 | 1999-08-10 | University Of Alabama In Huntsville | Method and apparatus for accurately measuring the transmittance of blood within a retinal vessel |
US5776060A (en) * | 1997-02-20 | 1998-07-07 | University Of Alabama In Huntsville | Method and apparatus for measuring blood oxygen saturation within a retinal vessel with light having several selected wavelengths |
US5803705A (en) * | 1997-04-03 | 1998-09-08 | Xerox Corporation | Disk type inverter-stacker with improved sheet handling slots for different paper weights |
DE19814694A1 (de) * | 1997-04-08 | 1998-10-15 | Fuji Electric Co Ltd | Medium-Aufnahmevorrichtung |
DE10059005A1 (de) * | 2000-11-28 | 2002-05-29 | Nexpress Solutions Llc | Blattablagevorrichtung |
DE10311858B3 (de) * | 2003-03-17 | 2004-08-19 | Nexpress Solutions Llc | Vorrichtung zum Transport eines im wesentlichen bogenförmigen Elementes, insbesondere eines Bedruckstoffbogens |
-
2005
- 2005-08-31 NL NL1029837A patent/NL1029837C2/nl not_active IP Right Cessation
-
2006
- 2006-08-29 US US11/511,483 patent/US20070056453A1/en not_active Abandoned
Patent Citations (3)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US5065997A (en) * | 1990-02-26 | 1991-11-19 | Xerox Corporation | Sheet inverter and stacking apparatus |
US5194558A (en) * | 1991-09-30 | 1993-03-16 | Xerox Corporation | Disk stacker with novel paddle wheel wiper made of polyether urethane |
FR2760733A1 (fr) * | 1997-03-12 | 1998-09-18 | C P Bourg Sa | Machine d'empilage de feuilles |
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
US20070056453A1 (en) | 2007-03-15 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
NL1029837C2 (nl) | Inrichting voor het op stapel voeren van vellen. | |
US7441771B2 (en) | Sheet-like medium alignment apparatus | |
US7828279B2 (en) | Document transport apparatus | |
EP2776352B1 (en) | Sheet stacking device | |
CN101998928A (zh) | 堆叠装置及具有该堆叠装置的图像形成装置 | |
CN101654028A (zh) | 装订装置 | |
US7665724B2 (en) | Kicker | |
EP1762523B1 (en) | Sheet stacking device | |
CN102107566B (zh) | 纸摞运送装置 | |
EP3303199B1 (en) | Print apparatus comprising an anti-jamming device, and corresponding printing method | |
US7527260B2 (en) | Closed loop scuffer for sheet handling | |
JPH057290B2 (nl) | ||
JPH02502715A (ja) | シート分離装置 | |
US7708272B2 (en) | Device and method for forming a stack of sheets on a delivery surface | |
KR101197254B1 (ko) | 용지 후처리장치의 적재용지 누름장치 | |
KR102485803B1 (ko) | 금융 자동화 기기 및 이의 제어 방법 | |
JPS597076A (ja) | 印字装置 | |
EP3774344B1 (en) | Knockdown apparatus for compiling recording media in finisher | |
JP2017182751A (ja) | 読取装置、および、料金自動収受機 | |
NL1034044C2 (nl) | Separatiemodule voor het separeren van flexibele producten van een stapel van dergelijke producten, werkwijze voor het separeren van flexibele producten en een verpakkingslijn voorzien van een dergelijke separatiemodule. | |
JP3313161B2 (ja) | 画像形成装置における用紙収納装置 | |
US20190381812A1 (en) | Media sheet finishing | |
JP2758351B2 (ja) | カード払出装置 | |
JPS6137104Y2 (nl) | ||
JP2017182734A (ja) | 読取装置、および、料金自動収受機 |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
PD2B | A search report has been drawn up | ||
V1 | Lapsed because of non-payment of the annual fee |
Effective date: 20140301 |