NL1029196C2 - Onderstel alsmede samenstel voorzien van een dergelijk onderstel. - Google Patents

Description

i

Onderstel alsmede samenstel voorzien van een dergelijk onderstel

De uitvinding heeft betrekking op een onderstel geschikt voor bevestiging van een kindervoertuigstoel op een voertuigstoel, 5 waarbij het onderstel losneembaar bevestigbaar is op de voertuigstoel, terwijl de kindervoertuigstoel losneembaar bevestigbaar is op het onderstel, welk onderstel is voorzien van een frame, een onder veerkracht ten opzichte van het frame verplaatsbare slede alsmede een aantal tegen veerkracht in ten opzichte van de slede verplaatsbare pennen, waarbij de 10 pennen door het positioneren van de kindervoertuigstoel op het onderstel van een eerste positie tegen veerkracht in naar een tweede positie verplaatsbaar zijn, waarna de slede onder veerkracht vanuit een beginpositie in een vergrendel richting naar een de kindervoertuigstoel aangrijpende vergrendel positie verplaatsbaar is.

15 De uitvinding heeft tevens betrekking op een samenstel voorzien van een dergelijk onderstel alsmede een kindervoertuigstoel.

Een dergelijke, uit EP-A-1.369.295 van aanvraagster bekend onderstel wordt op een voertuigstoel bevestigd waarna een gebruiker een kindervoertuigstoel op het onderstel plaatst. De kindervoertuigstoel kan 20 eenvoudig van het onderstel af worden gehaald waardoor de kindervoertuigstoel ook buiten het voertuig als kinderstoel voor het kind kan worden gebruikt.

De bevestigingen tussen zowel het onderstel met de voertuigstoel als van de kindervoertuigstoel met het onderstel dienen 25 zodanig te zijn dat bij een botsing van het voertuig de kindervoertuigstoel stevig met de voertuigstoel verbonden blijft.

De uitvinding beoogt een onderstel te verschaffen waarbij een verbeterde bevestiging tussen de kindervoertuigstoel en het onderstel wordt bereikt.

30 Dit doel wordt bij het onderstel volgens de uitvinding bereikt doordat de slede is voorzien van een verplaatsbaar met de slede 1029196 2 verbonden blokkeerelement dat van een vrijlooppositie waarin de slede ten opzichte van het frame verplaatsbaar is, onder veerkracht verplaatsbaar is naar een blokkeerpositie, waarin de in de vergrendel positie gelegen slede tegen verplaatsing in een aan de vergrendel richting tegengestelde 5 richting is geblokkeerd en vice versa.

Op deze wijze kan bij een botsing de slede niet ongewenst in een aan de vergrendel richting tegengestelde richting worden verplaatst, hetgeen tot een losraken van de kindervoertuigstoel zou leiden. Doordat de slede ten opzichte van het frame is geblokkeerd is een 10 dergelijke verplaatsing uitgesloten waardoor een robuuste bevestiging tussen de kindervoertuigstoel en het onderstel is gewaarborgd.

Een uitvoeringsvorm van het onderstel volgens de uitvinding wordt gekenmerkt doordat het blokkeerelement zwenkbaar met de slede is verbonden waarbij het blokkeerelement is voorzien van een rand die in de 15 blokkeerpositie, gezien in de verplaatsingsrichting, voor een rand van het frame is gelegen.

Door de rand van het frame wordt een verplaatsing van het blokkeerelement op een eenvoudige doch doelmatige wijze geblokkeerd.

Een verdere uitvoeringsvorm van het onderstel volgens de 20 uitvinding wordt gekenmerkt doordat het onderstel is voorzien van ten minste een signaleerelement met behulp waarvan aanduidbaar is dat de slede zich in de vergrendel positie bevindt alsmede het blokkeerelement zich in de blokkeerpositie bevindt.

Op deze wijze is het voor een gebruiker duidelijk dat de 25 kindervoertuigstoel stevig met het onderstel is vergrendeld. Indien de slede zich in de vergrendel positie bevindt doch het blokkeerelement nog niet in de blokkeerpositie is gelegen, zal dit duidelijk waarneembaar zijn voor de gebruiker waardoor de gebruiker maatregelen kan nemen om de kindervoertuigstoel alsnog correct met het onderstel te verbinden of het 30 onderstel kan laten nakijken.

Een weer andere uitvoeringsvorm van het onderstel volgens 1 029 1 9 6 3 de uitvinding wordt gekenmerkt doordat het onderstel is voorzien van een met behulp van het blokkeerelement verplaatsbaar afdekelement dat tijdens het verplaatsen van het blokkeerelement naar de blokkeerpositie tegen veerkracht in verplaatsbaar is van een het signaleerelement afdekkende 5 positie.naar een het signaleerelement vrijgevende positie, en vice versa.

Zolang het blokkeerelement zich niet in de blokkeerpositie bevindt, zal het signaleerelement niet zichtbaar zijn. Pas indien het afdekelement tegen de veerkracht in is verplaatst, wordt het signaleerelement zichtbaar, hetgeen voor een gebruiker een signaal is dat 10 de kindervoertuigstoel stevig met het onderstel is verbonden.

Een nog verdere uitvoeringsvorm van het onderstel volgens de uitvinding wordt gekenmerkt doordat zich aan weerszijden van het frame signaleerelementen bevinden, die simultaan met behulp van afdekelementen afdekbaar zijn of vrij te geven zijn.

15 Op deze wijze zal voor een gebruiker altijd ten minste een signaleerelement waarneembaar zijn.

Een verdere uitvoeringsvorm van het onderstel volgens de uitvinding wordt gekenmerkt doordat de slede in de vergrendel richting verplaatsbaar is, indien alle pennen zich in de tweede positie bevinden.

20 Op deze wijze wordt een goede vergrendeling van de kindervoertuigstoel met het frame gewaarborgd.

Een verder uitvoeringsvorm van het onderstel volgens de uitvinding wordt gekenmerkt doordat het onderstel met behulp van haken met in het voertuig aanwezig beugels losneembaar bevestigbaar is.

25 Dergelijke beugels en daarmee samenwerkende haken vormen een zogenaamd isofix systeem met behulp waarvan een stevige bevestiging tussen een onderstel en een voertuig kan worden gerealiseerd.

De uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van tekeningen waarin : 30 fig. 1 een perspectivisch aanzicht van een onderstel volgens de uitvinding toont, 1 0 2 9 1 9 6 4 fig. 2 een opengewerkt aanzicht van het in fig. 1 weergegeven onderstel toont in een niet vergrendelde en niet geblokkeerde positie, fig. 3 het in fig. 2 weergegeven onderstel toont in een 5 fase van het bevestigen van een kindervoertuigstoel op het onderstel, fig. 4 het in fig. 2 weergegeven onderstel toont waarbij de slede zich in de vergrendel positie bevindt en het blokkeerelement zich in de blokkeerpositie bevindt, fig. 5 het in fig. 2 weergegeven onderstel toont tijdens 10 het deblokkeren van het blokkeerelement, fig. 6 het in fig. 2 weergegeven onderstel toont tijdens het ontgrendelen van de slede.

In de figuren zijn overeenkomende onderdelen voorzien van dezelfde verwijzingscijfers.

15 Fig. 1 toont een schematische weergave van een onderstel 1 volgens de uitvinding die is voorzien van een kunststoffen frame 2. Het kunststoffen frame 2 is voorzien van een uitsparing 3 waarin een kindervoertuigstoel (niet weergegeven) kan worden gepositioneerd. Het onderstel 1 is aan een voorzijde voorzien van een handgreep 4 met behulp 20 waarvan een in het frame 2 gelegen slede 3 (zie fig. 2-6) verplaatsbaar is. Aan weerszijden van het frame 2 zijn openingen 5 voorzien waar doorheen in het frame 2 gelegen signaleerelementen waarneembaar zijn. Het onderstel 1 is aan een achterzijde 6 voorzien van delen van bijvoorbeeld een zogenaamde isofix bevestiging. Dergelijke bevestigingen zijn op zich 25 bekend en zullen derhalve niet nader worden toegelicht.

Fig. 2 toont het in fig. 1 weergegeven onderstel 1 in een opengewerkt aanzicht met enkele detailuitvergrotingen. In het kunststoffen frame 2 is een metalen frame 7 gelegen dat star met het kunststoffen frame 2 is verbonden. Het metalen frame 7 omvat twee zich 30 evenwijdig aan elkaar uitstrekkende liggers 8 die zijn voorzien van uitsparingen 9. Het onderstel 1 omvat verder een slede 10 die is voorzien i | 1 0 2 9 1 9 6 5 van twee zich dwars op de liggers 8 uitstrekkende liggers 11. De liggers 11 omvatten met de uitsparingen 9 samenwerkende uitsteeksels 12, 13. Aan de van de uitsteeksels 12 en 13 afgekeerde zijden omvatten de liggers 11 haken 14 die tegenover een rand 15, 16 van het kunststoffen 5 frame 2 zijn gelegen. De haken 14 zijn voorzien van om zwenkassen 17, 18 zwenkbare pennen 19, 20. De pennen 19, 20 zijn tegen de veerkracht van een veer 21 in zwenkbaar in de door pijl PI, P2 aangegeven richtingen. Bij de in fig. 2 weergegeven positie zijn uiteinden van de pennen 19, 20 tegen randen 15, 16 van het kunststoffen frame 2 aan gelegen. Hierdoor 10 wordt een verplaatsing van de slede 10 in de door pijl P3 aangeven vergrendel richting op eenvoudige wijze voorkomen. De slede 10 is aan de voorzijde voorzien van het handvat 4 alsmede van een onder het handvat 4 gelegen blokkeerelement 22 dat zwenkbaar om een zwenkas 23 met de slede 10 is verbonden. Het onderstel 1 omvat verder twee afdek-15 elementen 24 die zwenkbaar om zwenkassen 25 met het onderstel 2 zijn verbonden. De afdekëlementen 24 zijn aan weerszijden van het frame 2 gelegen, waarbij elk afdekelement 24 in de in fig. 2 weergegeven positie voor een van de openingen 5 in het frame 2 is gelegen, zodat door elke opening 5 een afdekelement 24 waarneembaar is. Bij voorkeur heeft het 20 afdekelement 24 een opvallende waarschuwingskleur, zoals bijvoorbeeld rood. Aan een van de opening 5 afgekeerde zijde van het afdekelement 24 zijn in het frame 2 signaleerelementen 26 voorzien. Het signaleer-element 26 heeft bij voorkeur een opvallende kleur zoals groen. Zoals reeds hierboven aangegeven is bij de in fig. 2 weergegeven situatie door 25 de opening 5 het afdekelement zichtbaar en is Het signaleerelement 26 door het afdekelement 24 aan het zicht onttrokken.

Een met het onderstel 1 te koppelen kindervoertuigstoel omvat twee zich evenwijdig aan de liggers 8 uitstrekkende staven 30 die op een afstand van elkaar zijn gelegen die overeenkomt met de afstand 30 tussen de zwenkassen 17, 18.

De werking van het onderstel 1 zal nu aan de hand van de ί 1029196 6 figuren 2-6 nader worden toegelicht.

Een gebruiker bevestigt het onderstel 1 met op zich bekende middelen zoals isofix bevestigingen met het voertuig. Vervolgens worden door de gebruiker de staven 30 van de kindervoertuigstoel tegenover de 5 pennen 19, 20 van het onderstel 1 gepositioneerd, waarna de gebruiker de kindervoertuigstoel en derhalve de staven 30 in de door pijl P4 aangegeven richting verplaatst. Zoals zichtbaar in fig. 3 worden door het verplaatsen van de staven 30 in de door pijl P4 aangegeven richting de pennen 19, 20 om de zwenkassen 17, 18 tegen veerkracht in in de door de 10 pijlen PI, P2 aangegeven richting gezwenkt. Aangezien de pennen 19, 20 nog niet volledig voorbij de randen 15, 16 van het kunststoffen frame zijn verplaatst is een verplaatsing van de slede 10 in de door pijl P3 aangegeven vergrendel richting nog niet mogelijk. Het blokkeerelement 22 bevindt zich tijdens het aanbrengen van de kindervoertuigstoel op het 15 onderstel 1 in de in fig. 3 weergegeven positie waarbij het met een van de zwenkassen 23 afgekeerde uiteinde aanligt tegen het handvat 4 en met het een nabij de zwenkas 23 gelegen vlak 31 aanligt op een bij voorkeur metalen rand 32 van het frame 7. Zoals duidelijk zichtbaar in fig. 3 omvat het blokkeerelement 22 een zich dwars op het vlak 31 uitstrekkende 20 rand 33 die zich evenwijdig aan de rand 32 uitstrekt. Bij de in fig. 3 weergegeven positie zijn de afdekelementen 24 voor de signaleer-elementen 26 gelegen en zijn de afdekelementen 24 door de openingen 5 heen zichtbaar, hetgeen voor een gebruiker een aanwijzing is dat de kindervoertuigstoel nog niet correct met het onderstel 1 is gekoppeld.

i 25 Door het nog verder verplaatsen van de pennen 30 in de door pijl P4 aangegeven richting worden de pennen 19, 20 nog verder in de door pijlen PI, 2 aangeven richtingen gezwenkt totdat de pennen 19, 20 zich in de in fig. 4 weergegeven positie bevinden. Hierbij zijn de pennen 19, 20 onder.de randen 15, 16 van het frame 2 gelegen zodat in verplaatsing 30 onder veerkracht van de slede 10 in de door pijl P3 aangegeven richting mogelijk is. De veerkracht wordt geleverd door een veer die bij de in 1029196 7 fig. 2 weergegeven situatie onder voorspanning is bevestigd tussen de slede 10 en het frame 2. Door het verplaatsen van de slede 10 in de door pijl P3 aangegeven vergrendel richting worden de haken 14 stevig om de staven 30 heen gepositioneerd waardoor een goede vergrendeling van de 5 kindervoertuigstoel met het onderstel 1 wordt verkregen. Tegelijkertijd met het verplaatsen van de slede 10 in de door pijl P3 aangegeven richting, wordt het platte vlak 31 van het blokkeerelement 22 over de rand 32 in de door pijl P3 aangegeven richting geschoven totdat de rand 33 in de door pijl P3 aangegeven vergrendelrichting gezien voor de 10 rand 32 is gelegen. Zodra het blokkeerelement 22 deze positie in heeft genomen, wordt het blokkeerelement 22 onder verkracht van een veer (niet weergegeven) om de zwenkas 23 in de door pijl P6 aangegeven richting gezwenkt waardoor de rand 33 tegenover de rand 32 van het frame komt te 1i ggen.

15 Het blokkeerelement 22 is voorzien van twee pallen 35 die tegenover uiteinden van de afdekelementen 24 zijn gelegen. Door het zwenken van het blokkeerelement 22 worden de pallen 35 in de door pijl P7 aangegeven richting verplaatst waardoor de afdekelementen 24 in de door pijl P8 aangegeven richting tegen veerkracht van een veer (niet 20 weergegeven) in om de zwenkas 25 worden gezwenkt. Hierdoor wordt het afdekelement 24 uit het zichtsveld van de openingen 5 in het kunststoffen frame 2 verwijderd en worden door de openingen 5 de signaleerelementen 26 zichtbaar. Dit is een aanduiding voor de gebruiker dat de kinder voertuigstoel stevig met het onderstel 1 is gekoppeld, waarbij met behulp 25 van de slede 10 de staven 30 zijn vergrendeld en met behulp van het blokkeerelement 22 eri met name door de tegenover de rand 32 liggende rand 33 een verplaatsing in een aan de door pijl P3 aangegeven vergrendelrichting is geblokkeerd.

In het geval van een botsing, waarbij op de kindervoertuig-30 stoel een relatief grote kracht in een aan pijl P3 tegengestelde richting wordt uitgeoefend, zal door deze kracht de rand 33 tegen de rand 32 1029196 i 8 aangedrukt worden waardoor de slede 10 niet in de aan pijl P3 tegengestelde richting kan worden verplaatst, waardoor is gewaarborgd dat de staven 30 van de kindervoertuigstoel stevig met het onderstel 1 verbonden blijven. Zodra de kindervoertuigstoel van het onderstel 1 dient 5 te worden verwijderd, pakt de gebruiker het handvat 4 vanaf een onderzijde beet waardoor automatisch een kracht F op het blokkeer- element 22 wordt uitgeoefend, ten gevolge waarvan het blokkeerelement 22 in een aan pijl P6 tegengestelde richting om de zwenkas 23 wordt gezwenkt naar de in fig. 5 weergegeven positie. Hierbij worden de pallen 35 door 10 veerkracht in een aan pijl P7 tegengestelde richting verplaatst, waardoor de afdekelementen 24 onder veerkracht om de zwenkas 25 in de aan pijl P8 tegengestelde richting worden gezwenkt en de in fig. 5 weergegeven positie innemen, waarbij door de afdekelementen 24 de signaleer- elementen 26 weer worden afgedekt. Dit is voor de gebruiker een signaal 15 dat er geen optimale koppeling is tussen de kindervoertuigstoel en het onderstel 1. Vervolgens trekt de gebruiker het handvat 4 en derhalve de daarmee verbonden slede 10 in een aan pijl P3 tegengestelde, door pijl P10 weergegeven ontgrendel richting naar de in fig. 6 weergegeven situatie. Hierbij komt het platte vlak 31 van het blokkeerelement 22 weer 20 op de rand 32 te liggen, waardoor het blokkeerelement 22 de in fig. 6 weergegeven positie behoudt. De haken 14 worden van de randen 15, 16 af verplaatst zodat een gebruiker de kindervoertuigstoel en de daarmee verbonden staven 30 in de door pijl Pil aangegeven richting van het onderstel 1 af kan tillen. Na het verwijderen van de kindervoertuigstoel 25 zullen de pennen 19, 20 onder invloed van de veerkracht in de aan pijlen PI, P2 tegengestelde richting worden gezwenkt naar de in fig. 2 weergegeven uitgangspositie.

Het is uiteraard ook mogelijk om een ander blokkeerelement toe te passen waarmee na het vergrendelen van de kindervoertuigstoel met 30 het onderstel 1 een verplaatsing van de slede 10 in de door pijl P10 aangegeven richting op effectieve wijze wordt voorkomen.

L 1029196 9

Het is ook mogelijk om in plaats van een afzonderlijk afdekelement en een signaleerelement een enkel signaleerelement te gebruiken dat is voorzien van bij voorkeur een rood en een groen oppervlak, waarbij afhankelijk van het al of niet geblokkeerd zijn van 5 het blokkeerelement het groene of het rode oppervlak zichtbaar is.

Het is ook mogelijk om de op het onderstel te plaatsen kinderstoel te voorzien van andere middelen zoals bijvoorbeeld pennen om de pennen 19, 20 van het onderstel te bedienen.

1029196

Claims (8)

1. Onderstel geschikt voor bevestiging van een kindervoertuig- stoel op een voertuigstoel, waarbij het onderstel losneembaar 5 bevestigbaar is op de voertuigstoel, terwijl de kindervoertuigstoel losneembaar bevestigbaar is op het onderstel, welk onderstel is voorzien van een frame, een onder veerkracht ten opzichte van het frame verplaatsbare slede alsmede een aantal tegen veerkracht in ten opzichte van de slede verplaatsbare pennen, waarbij de pennen door het 10 positioneren van de kindervoertuigstoel op het onderstel van een eerste positie tegen veerkracht in naar een tweede positie verplaatsbaar zijn, waarna de slede onder veerkracht vanuit een beginpositie in een vergrendel richting naar een de kindervoertuigstoel aangrijpende vergrendel positie verplaatsbaar is, met het kenmerk, dat de slede is 15 voorzien van een verplaatsbaar met de slede verbonden blokkeerelement dat van een vrijlooppositie waarin de slede ten opzichte van het frame verplaatsbaar is, onder veerkracht verplaatsbaar is naar een blokkeer- positie, waarin de in de vergrendel positie gelegen slede tegen verplaatsing in een aan de vergrendel richting tegengestelde richting is 20 geblokkeerd en vice versa.

2. Onderstel volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het blokkeerelement zwenkbaar met de slede is verbonden waarbij het blokkeerelement is voorzien van een rand die in de blokkeerpositie, gezien in de verplaatsingsrichting, voor een rand van het frame is 25 gelegen.

3. Onderstel volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het onderstel is voorzien van ten minste een signaleer- element met behulp waarvan aanduidbaar is dat de slede zich in de vergrendel positie bevindt alsmede het blokkeerelement zich in de 30 blokkeerpositie bevindt.

4. Onderstel volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat het 1029196 onderstel is voorzien van een met behulp van het blokkeerelement verplaatsbaar afdekelèment dat tijdens het verplaatsen van het blokkeerelement naar de blokkeerpositie tegen veerkracht in verplaatsbaar is van een het signaleerelement afdekkende positie naar een het 5 signaleerelement vrijgevende positie, en vice versa.

5. Onderstel volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat zich aan weerszijden van het frame signaleerelementen bevinden, die simultaan met behulp van afdekelementen afdekbaar zijn of vrij te geven zijn.

6. Onderstel volgens een der voorgaande conclusies, met het 10 kenmerk, dat de slede in de vergrendel richting verplaatsbaar is, indien alle pennen zich in de tweede positie bevinden.

7. Onderstel volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het onderstel met behulp van haken met in het voertuig aanwezig beugels losneembaar bevestigbaar is.

8. Samenstel voorzien van een onderstel volgens een der voorgaande conclusies alsmede een kindervoertuigstoel, met het kenmerk, dat de kindervoertuigstoel is voorzien van met de pennen samenwerkende elementen. i 1029196