NL1026307C2 - Grijpinrichting. - Google Patents

Grijpinrichting. Download PDF

Info

Publication number
NL1026307C2
NL1026307C2 NL1026307A NL1026307A NL1026307C2 NL 1026307 C2 NL1026307 C2 NL 1026307C2 NL 1026307 A NL1026307 A NL 1026307A NL 1026307 A NL1026307 A NL 1026307A NL 1026307 C2 NL1026307 C2 NL 1026307C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
vibrating
gripping device
bucket
mass
jaw members
Prior art date
Application number
NL1026307A
Other languages
English (en)
Inventor
Willem De Jong
Original Assignee
Aannemingsbedrijf L Paans En Z
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Aannemingsbedrijf L Paans En Z filed Critical Aannemingsbedrijf L Paans En Z
Priority to NL1026307A priority Critical patent/NL1026307C2/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL1026307C2 publication Critical patent/NL1026307C2/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B66HOISTING; LIFTING; HAULING
    • B66CCRANES; LOAD-ENGAGING ELEMENTS OR DEVICES FOR CRANES, CAPSTANS, WINCHES, OR TACKLES
    • B66C3/00Load-engaging elements or devices attached to lifting or lowering gear of cranes or adapted for connection therewith and intended primarily for transmitting lifting forces to loose materials; Grabs
    • B66C3/02Bucket grabs
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E02HYDRAULIC ENGINEERING; FOUNDATIONS; SOIL SHIFTING
    • E02FDREDGING; SOIL-SHIFTING
    • E02F3/00Dredgers; Soil-shifting machines
    • E02F3/04Dredgers; Soil-shifting machines mechanically-driven
    • E02F3/28Dredgers; Soil-shifting machines mechanically-driven with digging tools mounted on a dipper- or bucket-arm, i.e. there is either one arm or a pair of arms, e.g. dippers, buckets
    • E02F3/36Component parts
    • E02F3/40Dippers; Buckets ; Grab devices, e.g. manufacturing processes for buckets, form, geometry or material of buckets
    • E02F3/402Dippers; Buckets ; Grab devices, e.g. manufacturing processes for buckets, form, geometry or material of buckets with means for facilitating the loading thereof, e.g. conveyors
    • E02F3/404Dippers; Buckets ; Grab devices, e.g. manufacturing processes for buckets, form, geometry or material of buckets with means for facilitating the loading thereof, e.g. conveyors comprising two parts movable relative to each other, e.g. for gripping
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E02HYDRAULIC ENGINEERING; FOUNDATIONS; SOIL SHIFTING
    • E02FDREDGING; SOIL-SHIFTING
    • E02F3/00Dredgers; Soil-shifting machines
    • E02F3/04Dredgers; Soil-shifting machines mechanically-driven
    • E02F3/28Dredgers; Soil-shifting machines mechanically-driven with digging tools mounted on a dipper- or bucket-arm, i.e. there is either one arm or a pair of arms, e.g. dippers, buckets
    • E02F3/36Component parts
    • E02F3/40Dippers; Buckets ; Grab devices, e.g. manufacturing processes for buckets, form, geometry or material of buckets
    • E02F3/402Dippers; Buckets ; Grab devices, e.g. manufacturing processes for buckets, form, geometry or material of buckets with means for facilitating the loading thereof, e.g. conveyors
    • E02F3/405Dippers; Buckets ; Grab devices, e.g. manufacturing processes for buckets, form, geometry or material of buckets with means for facilitating the loading thereof, e.g. conveyors using vibrating means

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Mining & Mineral Resources (AREA)
  • Civil Engineering (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)
  • Placing Or Removing Of Piles Or Sheet Piles, Or Accessories Thereof (AREA)

Description

Korte aanduiding: Grijpinrichting.
BESCHRIJVING
i ; De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een ' 5 grijpinrichting voor graafwerkzaamheden met een grijper, omvattende ten minste twee bekorganen met mesranden en bewegingsmiddelen voor het in bedrijf ten opzichte van elkaar heen en weer bewegen van de ten minste twee bekorganen tussen een eerste positie waarbij de mesranden op afstand van elkaar zijn gelegen en een tweede positie waarbij de mesranden in 10 hoofdzaak op elkaar aansluiten, waarbij door het vanaf de eerste positie naar de tweede positie bewegen van de mesranden door de bekorganen massa uit een grote hoeveelheid massa kan worden geschept.
Dergelijke grijpinrichtingen zijn algemeen bekend en worden bijvoorbeeld gebruikt bij graaf- en overslagwerkzaamheden, waaronder ook 15 is begrepen het graven in een onder water gelegen bodem.
Grijpinrichtingen van het in de inleiding beschreven type worden in de regel gebruikt als gereedschap van een kraan of een ander voertuig en kunnen zowel vast als demontabel met die kraan of dat voertuig zijn verbonden. De grijpinrichting omvat ten minste twee ten opzichte van 20 elkaar scharnierbare bekorganen die aan de naar elkaar toe gerichte onderzijden zijn voorzien van zogenaamde mesranden om de bekorganen tijdens het scheppen beter in de massa te laten dringen. Desondanks hebben de bekende grijpinrichtingen het nadeel dat zij in het bijzonder bij een harde massa onvoldoende in de massa kunnen scheppen met als 25 gevolg dat de grijper na een schepbeweging maar ten dele is gevuld.
Doordat de capaciteit van een grijper als gevolg hiervan niet ten volle wordt benut, duren de graafwerkzaamheden langer dan noodzakelijk zou zijn en is er sprake van een verhoogde slijtage. Het moge duidelijk zijn dat dit een kostenverhogend effect heeft. Met een harde massa wordt hier een 30 massa van bijvoorbeeld klei of sterk verdicht zand bedoeld.
De onderhavige uitvinding beoogt daarom het bovengenoemde 1026307______ 2 nadeel althans tenminste ten dele te ondervangen door het verschaffen van een grijpinrichting waarmee bij een relatief harde massa met een schepbeweging verhoudingsgewijs meer massa kan worden geschept dan met de grijpinrichtingen volgens de stand van de techniek. Dit doel wordt 5 bereikt met een grijpinrichting volgens de inleiding, waarbij trilmiddel en zijn voorzien voor het doen trillen van de bekorganen tijdens het naar elkaar bewegen van de mesranden tussen de eerste en de tweede positie. De trillende beweging heeft tot gevolg dat de mesranden makkelijker en daardoor dieper in de massa zullen grijpen en 10 dientengevolge meer massa uit de grote hoeveelheid massa zullen scheppen dan vergelijkbare bekende grijpinrichtingen zonder trilmiddel en. Hierdoor kan de capaciteit van de grijpinrichting beter worden benut en zullen graafwerkzaamheden sneller en dus goedkoper kunnen worden uitgevoerd. De grijpinrichting volgens de uitvinding heeft verder het voordeel, dat de 15 bekorganen met de mesranden minder hinder ondervinden van harde voorwerpen die zich in de massa bevinden. Deze ongerechtigheden kunnen schade veroorzaken aan de mesranden of zelfs hele bekorganen ontwrichten. Door de trilbeweging van de bekorganen "glijden" de mesranden makkelijker om de ongerechtigheden.
20 Bij een voorkeursuitvoeringsvorm volgens de uitvinding zijn de trilmiddelen voorzien aan ten minste één van de bekorganen. Door deze positionering worden de trillingen via het bekorgaan direct naar de mesrand doorgeleid. Bovendien is de tril inrichting eenvoudig bereikbaar voor reparatie of vervanging. De effectiviteit van de trilmiddelen is bij 25 een dergelijke opstelling slechts afhankelijk van de kwaliteit van de bak. Door de relatief kleine afstand tussen de trilmiddelen en de mesrand treedt geen, of althans nauwelijks, tril verlies op.
Voor een nog betere werking zijn bij voorkeur aan ieder van de bekorganen trilmiddelen zijn voorzien. Doordat ieder bekorgaan 30 rechtstreeks in trilling wordt gebracht heeft de mesrand van ieder bekorgaan een verbeterde aangrijping op een te scheppen (harde) massa.
1026307 1 3
Bij een andere voorkeursuitvoeringsvorm volgens de uitvinding zijn verbindingsmiddelen voorzien voor het verbinden van de twee bekorganen met elkaar, waarbij de trilmiddelen aan de verbindingsmiddelen zijn voorzien. Dit heeft als voordeel dat er geen 5 volumeverlies en dus capaciteitsverlies optreedt in de bekorganen. De positie is zodanig gekozen dat eenvoudig een kracht naar de trilmiddelen kan worden doorgeleid. Tenslotte is het voordelig dat de kans op beschadiging van de trilmiddelen, wanneer zij zijn voorzien aan de verbindingsorganen aanzienlijk kleiner is dan wanneer zij zijn voorzien 10 aan de bekorganen in welk geval de kans zou bestaan dat zij tijdens het graven in contact komen met de massa.
Het heeft de voorkeur dat de verbindingsmiddelen voor ieder bekorgaan een tussen de eerste en de tweede positie van de mesranden met het bekorgaan meebewegend verbindingsorgaan omvatten dat is voorzien van 15 trilmiddelen. Hierdoor wordt de aangrijping op een te scheppen massa nog verder verbeterd ten opzichte van de hiervoor besproken uitvoeringsvorm.
Bij nog een andere voorkeursuitvoeringsvorm volgens de uitvinding zijn de trilmiddelen voorzien tussen het verbindingsorgaan en het bijbehorend bekorgaan. Hierdoor worden de voordelen van de twee 20 hierboven besproken voorkeursuitvoeringsvormen gecombineerd en worden relatief goed bereikbare trilmiddelen voorzien, waarbij de grijpcapaciteit van de grijpinrichting niet nadelig wordt beïnvloed door aanwezigheid van trilmiddelen in de ruimte waarin een opgeschepte hoeveelheid massa wordt opgenomen.
25 Het heeft de voorkeur dat de trilmiddelen een trilmotor omvatten. Trilmotoren zijn eenvoudige en reeds bestaande middelen voor het bereiken van het gewenste effect en kunnen bijvoorbeeld als roterende of als lineaire trilmotor zijn uitgevoerd.
Bij een voorkeursuitvoeringsvorm is de trilmotor een 30 hydraulische motor. De frequentie van hydraulische motoren is goed regelbaar, ze zijn milieuvriendelijk en hebben een korte opstarttijd.
1026307 4
Bovendien zijn de zeer compact en hebben zij een relatief grote slagkracht. Dit maakt het mogelijk om met de mesranden in relatief zeer ! / harde massa door te dringen.
' ; Bij een andere voorkeursuitvoeringsvorm is de trilmotor een :5 pneumatische motor. Naast de voordelen van de hydraulische trilmotor kan met pneumatische trilmotoren een relatief grote tril frequentie worden bereikt, wat de grijpinrichting nog effectiever maakt. Tenslotte hebben zowel pneumatische als hydraulische trilmotoren het voordeel dat zij uitstekend toepasbaar zijn bij graafwerkzaamheden onder water.
10 Hiernavolgend zal een gedetailleerde beschrijving van enkele uitvoeringsvormen volgens de uitvinding worden gegeven, waarbij zij opgemerkt dat deze beschrijving slechts is opgenomen ter illustratie van de uitvinding en op geen enkele wijze de beschermingsomvang van de uitvinding beperkt. De beschrijving dient te worden gelezen in combinatie 15 met de figuren, waarin:
Figuur 1 een schematisch zijaanzicht weergeeft van een bekende grijpinrichting;
Figuur 2a een perspectivisch aanzicht weergeeft van een conventionele grijper in de eerste positie; 20 Figuur 2b een zijaanzicht weergeeft van de grijper uit figuur la in de tweede positie;
Figuur 3a een perspectivisch aanzicht weergeeft van een uitvoeringsvorm van een grijper volgens de uitvinding in de eerste positie; 25 Figuur 3b een zijaanzicht weergeeft van de grijper uit figuur 3a in de tweede positie;
Figuur 4a een perspectivisch aanzicht weergeeft van een andere uitvoeringsvorm van een grijper volgens de onderhavige uitvinding in de eerste positie; 30 Figuur 4b een zijaanzicht weergeeft van de grijper uit figuur 4a in de tweede positie; 1026307 1 5
Figuur 5a een perspectivisch aanzicht weergeeft van nog een ander uitvoeringsvorm volgens de onderhavige uitvinding in de eerste f ; 1 positie; en t i | ! Figuur 5b een zijaanzicht weergeeft van de grijper uit 5 figuur 5a in de tweede positie.
In figuur 1 wordt een schematisch zijaanzicht getoond van een bekende grijpinrichting 1. De bekende grljpinrichting 1 is samengesteld uit een chassis 2, een opbouw 3 met cabine die roteerbaar is verbonden met het chassis 2 en twee armen 4, 5 die onderling 10 scharnierbaar en scharnierbaar ten opzichte van de opbouw 3 met de opbouw zijn verbonden. Aan een uiteinde van arm 5 is een grijper 6 bevestigd. Deze grijper 6 wordt in gebruik door de armen 4, 5 in de richting van een te scheppen massa gebracht om een deel van die massa weg te graven om vervolgens de weggegraven massa op een bestemde plek te deponeren. In het 15 hierna volgende zal verder worden ingegaan op de werking van verschillende typen grijpers, al dan niet voorzien van trilmiddel en, hetgeen echter niet uitsluit dat de trilmiddelen op een andere positie van de grijpinrichting kunnen zijn aangebracht.
Nu kijkend naar figuren 2a en 2b wordt een conventionele 20 grijper 11 van een grijpinrichting getoond. De conventionele grijper 11 heeft twee bakken 12 als bekorganen die aan de onderzijde zijn voorzien van mesranden die messen 13 vormen. De bakken 12 zijn respectievelijk om rotatieassen 14 tussen een eerste positie (figuur 2a) en een tweede positie (figuur 2b) scharnierbaar verbonden met een centraal 25 verbindingselement 15. De scharnierende beweging wordt veroorzaakt door de met de bakken 12 meebewegende verbindingsorganen die poten 16 vormen die als zuigercilinder samenstel zijn uitgevoerd hydraulisch te bekrachtigen. De poten 16 zijn met hun ene uiteinde 16a bevestigd aan het centraal verbindingselement 15 en met het andere uiteinde 16b 30 scharnierbaar om scharnierassen te bevestigen aan de respectievelijke bak 12.
1026307" 6
Wanneer met de grijper 11 een massa (niet getoond) moet worden geschept worden de bakken 12 door de verlenging van poten 16 om de rotatieassen 14 gescharnierd zodat de messen 13 volgens de pijlen a in een boog naar elkaar toe bewegen tot de tweede positie is bereikt.
5 Tijdens deze beweging grijpen de messen 13 aan op de (niet getoonde) massa en graven zich als het ware een weg daar doorheen naar elkaar toe. Bij een relatief zachte massa zullen de messen 13 door de massa glijden waardoor de bakken 13 in de tweede positie volledig, of althans grotendeels, zijn gevuld met massa. Wanneer de massa echter relatief hard 10 is zullen de messen 13 bij het naar elkaar bewegen weerstand van die ondergrond ondervinden en zullen de messen 13 minder diep in de massa graven dan bij een zachtere massa. Wanneer één van de bakken 13 tijdens de schepbeweging een hard voorwerp, zoals een betonblok, raakt is het mogelijk dat het mes 13 en soms zelfs de bak 12 verwringt ais gevolg van 15 enerzijds de kracht van de grijper 11 en anderzijds de weerstand die een dergelijk voorwerp verschaft.
Nu kijkend naar figuren 3a en 3b wordt een grijper 21 volgens de onderhavige uitvinding getoond die grote overeenkomsten vertoont met de grijper 11 uit figuren 2a en 2b maar is voorzien van een 20 behuizing 30 aan de binnenzijde van een verlengstuk 28 van de bak met een roterende trilmotor van een conventioneel type. Wanneer de bakken 22 om de rotatieassen 24 van de eerste positie (figuur 3a) naar de tweede positie (figuur 3b) met de messen 23 naar elkaar toe worden bewogen wordt de roterende trilmotor in de behuizing 30 bekrachtigd waardoor de bakken 25 22 en de messen 23 in trilling worden gebracht. Door deze tril beweging zullen de messen 23 tijdens de schepbeweging beter door de massa dringen dan bij de afwezigheid van de tril beweging. Verder 1s het risico op beschadiging als gevolg van harde voorwerpen in de grond die de grijpbeweging tegenwerken aanzienlijk kleiner wanneer op de bekorganen 30 een tril beweging wordt overgebracht dan wanneer dat niet het geval is.
In de figuren 4a en 4b wordt wederom een grijper 41 volgens 1026307 7 de onderhavige uitvinding getoond die vergelijkbaar is met de grijper 11 uit figuren 2a en 2b. Grijper 41 is voorzien van een lineaire tril motor van een conventioneel type in het centraal verbindingselement 45. Wanneer de bakken 42 door de poten 46 om de rotatieassen 44 van de eerste positie 5 (figuur 4a) naar de tweede positie (figuur 4b) worden bewogen wordt de lineaire trilmotor 50 in het centraal verbindingselement 45 bekrachtigd. De tril beweging vanuit het centraal verbindingselement 45 wordt via de verbinding bij de rotatieassen 44 en via poten 46 overgebracht op de bakken 42 en daarmee op de messen 43. Hiermee wordt op een andere wijze 10 een vergelijkbaar effect bereikt als bij de grijper 21 uit figuren 3a en 3b. Nu bevindt de lineaire trilmotor 50 zich echter op een minder kwetsbare plaats dan bij grijper 21. Bij grijper 21 is de roterende trilmotor in de behuizing 30 weer makkelijker toegankelijk voor reparatie of vervanging dan bij de grijper 41 uit de figuren 4a en 4b.
15 Figuren 5a en 5b tenslotte tonen een zogenaamde draadgrijper 61 waarbij de bakken 62 wederom scharnierbaar zijn om rotatieassen 64 die zijn verbonden met een katrol 65 met kabels 67 die samenwerken met de poten 66. Aan de poten 66 is een behuizing 70 bevestigd waarin zich een roterende trilmotor bevindt die wordt 20 bekrachtigd wanneer de grijper 61 vanuit de eerste positie (figuur 5a) naar de tweede positie (figuur 5b) wordt bewogen. De tril beweging die door de roterende trilmotoren wordt gegenereerd wordt via de poten 66 overgebracht op de bakken en de messen. In dit uitvoeringsvoorbeeld wordt dus een derde wijze weergegeven waarop het effect van de trilling kan 25 worden bewerkstel1i gd.
De bovengenoemde uitvoeringsvoorbeelden volgens de uitvinding beogen de uitvinding op niet limitatieve wijze te illustreren. Het moge duidelijk zijn dat op de beschreven grijpers verschillende aanpassingen kunnen worden aangebracht die voor de vakman bekend zijn. Zo 30 kunnen bijvoorbeeld zowel roterende als lineaire trilmotoren bij alle typen grijpers worden toegepast. De trilmotoren kunnen op verschillende 102630?"“ 8 wijzen worden aangedreven, bijvoorbeeld hydraulisch of pneumatisch, maar ook anderszins zoals elektrisch. Mogelijk worden ze via eenzelfde ; aandrijving bekrachtigd als het zuiger cilindersamenstel van de poten. De tl) ; tril middel en kunnen op iedere gewenste plaats op de inrichting worden ! ' 5 aangebracht, hoewel mag worden aangenomen dat ze effectiever zullen zijn naarmate zij zich dichter bij de bekorganen bevinden. De beschermlngsomvang van de uitvinding wordt echter uitsluitend bepaald door de hiernavolgende conclusies.
10 10263 07 ui

Claims (9)

1. Grijpinrichting voor graafwerkzaamheden met een grijper, omvattende ten minste twee bekorganen met mesranden en bewegingsmiddelen 5 voor het in bedrijf ten opzichte van elkaar heen en weer bewegen van de ten minste twee bekorganen tussen een eerste positie waarbij de mesranden op afstand van elkaar zijn gelegen en een tweede positie waarbij de mesranden in hoofdzaak op elkaar aansluiten, waarbij door het vanaf de eerste positie naar de tweede positie bewegen van de mesranden door de 10 bekorganen massa uit een grote hoeveelheid massa kan worden geschept, met het kenmerk, dat tril middel en zijn voorzien voor het doen trillen van de bekorganen tijdens het naar elkaar bewegen van de mesranden tussen de eerste en de tweede positie.
2. Grijpinrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat 15 de trilmiddelen zijn voorzien aan ten minste ëên van de bekorganen.
3. Grijpinrichting volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat aan ieder van de bekorganen trilmiddelen zijn voorzien.
4. Grijpinrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat verbindingsmiddelen zijn voorzien voor het verbinden van de twee 20 bekorganen met elkaar, waarbij de trilmiddelen aan de verbindingsmiddelen zijn voorzien.
5. Grijpinrichting volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat de verbindingsmiddelen voor ieder bekorgaan een tussen de eerste en de tweede positie van de mesranden met het bekorgaan meebewegend 25 verbindingsorgaan omvatten dat is voorzien van trilmiddelen.
6. Grijpinrichting volgens één van de conclusies 4 of 5, met het kenmerk, dat de trilmiddelen zijn voorzien tussen het verbindingsorgaan en het bijbehorend bekorgaan.
7. Grijpinrichting volgens één of meer van de voorgaande 30 conclusies, met het kenmerk, dat de trilmiddelen een trilmotor omvatten.
8. Grijpinrichting volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat 10Z6307 ' de trilmotor een hydraulische motor is.
9. Grijpinrichting volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat : , de tril motor een pneumatische motor is. I i t ;15 1026307 '
NL1026307A 2004-06-02 2004-06-02 Grijpinrichting. NL1026307C2 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1026307A NL1026307C2 (nl) 2004-06-02 2004-06-02 Grijpinrichting.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1026307A NL1026307C2 (nl) 2004-06-02 2004-06-02 Grijpinrichting.
NL1026307 2004-06-02

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1026307C2 true NL1026307C2 (nl) 2005-12-05

Family

ID=34973885

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1026307A NL1026307C2 (nl) 2004-06-02 2004-06-02 Grijpinrichting.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL1026307C2 (nl)

Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
AT231654B (de) * 1961-08-25 1964-02-10 A Ridinger Maschf Selbstgreifer
US3896952A (en) * 1972-06-19 1975-07-29 Mitsubishi Heavy Ind Ltd Method for unloading an iron ore being in a state of a consolidated and hardened body and a grab-bucket for use in the same
US4084336A (en) * 1975-07-17 1978-04-18 Kensetsu Kikai Chosa Kabushiki Kaisha Vibrator equipped grab bucket
DE3103616A1 (de) * 1981-02-03 1982-08-12 Liebherr-Hydraulikbagger Gmbh, 7951 Kirchdorf Greifer mit vibrator
DE3810459A1 (de) * 1988-03-26 1989-10-12 Hochtief Ag Hoch Tiefbauten Seilgefuehrter schlitzwandgreifer

Patent Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
AT231654B (de) * 1961-08-25 1964-02-10 A Ridinger Maschf Selbstgreifer
US3896952A (en) * 1972-06-19 1975-07-29 Mitsubishi Heavy Ind Ltd Method for unloading an iron ore being in a state of a consolidated and hardened body and a grab-bucket for use in the same
US4084336A (en) * 1975-07-17 1978-04-18 Kensetsu Kikai Chosa Kabushiki Kaisha Vibrator equipped grab bucket
DE3103616A1 (de) * 1981-02-03 1982-08-12 Liebherr-Hydraulikbagger Gmbh, 7951 Kirchdorf Greifer mit vibrator
DE3810459A1 (de) * 1988-03-26 1989-10-12 Hochtief Ag Hoch Tiefbauten Seilgefuehrter schlitzwandgreifer

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US4512090A (en) Excavator bucket with retractable scraper and scarifier
JP2016516928A (ja) 作業具の互換性を拡張した掘削機
US4928410A (en) Reversible clam shell bucket
GB2242657A (en) Hydraulic excavator vehicle
NL1026307C2 (nl) Grijpinrichting.
JP2002275928A (ja) バケット装置
JPS61500501A (ja) 材料作業機械
US3641689A (en) Hydraulically actuated clamshell buckets
JP2010269568A (ja) 切断処理装置
US4832390A (en) Clamshell loader bucket with broom brushes
JP2655828B2 (ja) 建設機械のクランプ付きフレーム
US4537556A (en) Reciprocating backhoe bucket
WO1995031394A1 (en) Power bucket
NL1013918C2 (nl) Grijper.
US3027027A (en) Combination pick and bucket attachment for excavating machines and the like
CH641864A5 (fr) Engin de terrassement.
JP6470831B1 (ja) 樹木伐採機
SU1521834A1 (ru) Рабочее оборудование одноковшового гидравлического экскаватора
US20180171577A1 (en) Debris gripper and extractor for hydraulic equipment
JP7146700B2 (ja) バケット及びこのバケットを備えた作業機
JP3343612B2 (ja) 油圧ショベル用バケット
KR200245906Y1 (ko) 굴삭기
SE428138B (sv) Grevskopa med gripanordning
FR2499121A1 (fr) Benne preneuse a vibreur
SU727769A1 (ru) Рабочее оборудование одноковшового экскаватора

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20090101