NL1025185C2 - Inrichting voor het invouwen van kratten. - Google Patents

Inrichting voor het invouwen van kratten. Download PDF

Info

Publication number
NL1025185C2
NL1025185C2 NL1025185A NL1025185A NL1025185C2 NL 1025185 C2 NL1025185 C2 NL 1025185C2 NL 1025185 A NL1025185 A NL 1025185A NL 1025185 A NL1025185 A NL 1025185A NL 1025185 C2 NL1025185 C2 NL 1025185C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
folding
crate
walls
conveyor
crates
Prior art date
Application number
NL1025185A
Other languages
English (en)
Inventor
Johannes Cornelis Andeweg
Original Assignee
Systemate Group Bv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Systemate Group Bv filed Critical Systemate Group Bv
Priority to NL1025185A priority Critical patent/NL1025185C2/nl
Priority to EP05075048A priority patent/EP1553022A1/en
Application granted granted Critical
Publication of NL1025185C2 publication Critical patent/NL1025185C2/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65BMACHINES, APPARATUS OR DEVICES FOR, OR METHODS OF, PACKAGING ARTICLES OR MATERIALS; UNPACKING
    • B65B69/00Unpacking of articles or materials, not otherwise provided for
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65BMACHINES, APPARATUS OR DEVICES FOR, OR METHODS OF, PACKAGING ARTICLES OR MATERIALS; UNPACKING
    • B65B43/00Forming, feeding, opening or setting-up containers or receptacles in association with packaging
    • B65B43/26Opening or distending bags; Opening, erecting, or setting-up boxes, cartons, or carton blanks
    • B65B43/265Opening, erecting or setting-up boxes, cartons or carton blanks

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Rigid Containers With Two Or More Constituent Elements (AREA)

Description

Inrichting voor het invouwen van kratten
De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het invouwen van vouwkratten. Dergelijke vouwkrattèn kunnen zijn uitgevoerd met grendelsysteem. Dit kunnen vouwkratten zijn van een syteem met meerdere wandafmetingen, waarbij 5 een wandlengte gelijk blijft, zoals in een systeem van vouwkratten met afmetingen van 400x300 en 400x600 mm, waarbij de grendelmiddelen dan in de 400 mm wanden ondergebracht zijn. Dit kunnen bijvoorbeeld zogenoemde Europool-systeem kratten zijn.
10 Dergelijke kratten worden na gebruik of na reiniging weer ingevouwen om gestapeld te kunnen worden opgeslagen en/of vervoerd. Het invouwen geschiedt tot nu toe deels met de hand en/of op onderbroken wijze, waarbij de transporteur waarop de vouwkratten vervoerd worden steeds weer 15 opnieuw gestart en gestopt moet worden, hetgeen ten koste gaat van de capaciteit.
Een doel van de uitvinding is een inrichting van de in de aanhef genoemde soort te verschaffen, waarmee een hoge capaciteit te bereiken is.
20 Vanuit een aspect voorziet de uitvinding daartoe in een inrichting voor het invouwen van vouwkratten, welke vouwkratten in twee tegenover elkaar gelegen eerste wanden voorzien zijn van middelen voor vergendeling van de uitge- 1025185 2 vouwen stand, in samenwerking met aansluitende tweede wanden, omvattend een eerste transporteur voor het op de bodem ondersteund door de inrichting, volgens een proces-baan, voeren van de kratten met de eerste wanden dwars op 5 die procesbaan, waarbij de inrichting voorts voorzien is van middelen voor het deactiveren van de vergrendelings-middelen, welke deactiveringsmiddelen opgesteld zijn voor meebeweging in de procesbaan tijdens werking, eerste in-vouwmiddelen voor het tijdens voortgaande transport van de 10 vouwkrat neervouwen van de eerste wanden en tweede invouw-middelen voor het tijdens voortgaande transport van de vouwkrat neervouwen van de tweede wanden.
In de inrichting volgens de uitvinding worden de vouwkratten op doorlopend getransporteerde wijze ingevou-15 wen, waardoor de transporteur voor de kratten geactiveerd kan blijven en een hoge capaciteit bereikbaar is.
Bij voorkeur zijn de deactiveringsmiddelen ingericht voor aangrijping van de grendelmiddelen vanaf buitenzijdes van de eerste wanden. In een uitvoering daarvan zijn de 20 grendelmiddelen voorzien van bedieningsogen, die voor de-activering naar elkaar toe beweegbaar zijn, en de deactiveringsmiddelen voorzien zijn van in de ogen plaatsbare pennen, alsmede van middelen voor het van elkaar af bewegen van de pennen. Aldus kunnen de eerste -en tweede-25 wanden op eenvoudige, automatische en betrouwbare wijze, tijdens transport, worden ontgrendeld. In een eenvoudige uitvoering zijn de pennen aangebracht op respectieve einden van hefbomen, waarvan het andere eind voorzien is van een nokrol, waarbij de inrichting voorts voorzien is van 30 vast opgestelde rolgeleiders voor het in een richting dwars op de procesbaan verplaatsen van de betreffende nokrol len.
1025185 3
Bij voorkeur is de inrichting voorzien van meevoer-middelen voor het meevoeren van de vouwkratten, waarbij de meevbermiddelen bij voorkeur aangebracht zijn op een tweede transporteur, welke omloopt op een snelheid afwijkt van 5 die van de eerste transporteur, bij voorkeur lager is. De vouwkratten kunnen dan, onderwijl ondersteund en aangegrepen door de eerste transporteur, tegen de meevoermiddelen aankomen, waardoor hun positie vastgelegd/bepaald is. Bij voorkeur loopt de tweede transporteur om volgens een baan 10 die boven de eerste transporteur gelegen is, met draaias-sen evenwijdig aan de bodem van de vouwkrat en loodrecht op de procesbaan, waardoor de boven de eerste transporteur aanwezige ruimte benut wordt.
In een verdere ontwikkeling van de meevoermiddelen 15 omvatten deze een voorlopende, eerste meevoerder en een nalopende, tweede meevoerder omvatten, die opgesteld zijn om een vouwkrat tussen zich in de houden. In het geval van een lagere snelheid van de meevoermiddelen lopen de vouwkratten met hun voorlopende eerste wand aan tegen de eer-20 ste meevoerder.
Teneinde het vouwen zo onbelemmerd te laten plaatsvinden kunnen de meevoerders gevormd zijn om de vouwkrat tenminste aan te grijpen op een plaats buiten vouwwanden.
Indien de onderlinge afstand van de eerste en tweede 25 meevoerders instelbaar is kunnen kratten met verschillende afmetingen, per proces, behandeld worden, bijvoorbeeld in een eerste proces kratten van 400 x 300 mm en in een tweede proces kratten van 400 x 600 mm.
In een constructief compacte uitvoering zijn de deac-30 tiveringsmiddelen althans deels aangebracht op de meevoermiddelen.
1025185 4
Bij voorkeur zijn de eerste invouwmiddelen boven-strooms van de tweede invouwmiddelen geplaatst, waardoor de tweede wanden vrij zijn ingevouwen te worden.
In een voorkeursuitvoering omvatten de eerste invouw-5 middelen een eerste invouwer voor het invouwen van de voorlopende eerste wand van een vouwkrat, alsmede een tweede invouwer voor het invouwen van de nalopende eerste wand van een vouwkrat, waarbij de eerste invouwer benedenstrooms van de tweede invouwer geplaatst is. De eerste in-10 vouwer kan aldus niet tegen een nog opstaande nalopende eerste wand aankomen, waardoor deze anders naar een opstaande stand zou worden gedwongen.
Op eenvoudige wijze kan de eerste invouwer stationair zijn opgesteld, bij voorkeur meegevend scharnierbaar om 15 een as dwars op de procesbaan, evenwijdig aan de bodem, tegen een voorspanning naar een neerhangende stand in, zodat deze omhoog gedwongen kan worden door een onverhoopt niet ontgrendelde voorlopende eerste wand van een krat.
De tweede invouwer kan beweegbaar zijn binnen de baan 20 van de nalopende eerste wand voor het uitoefenen van een drukkracht op de buitenzijde daarvan, waardoor de voorlopende eerste wand probleemloos kan passeren voordat de nalopende eerste wand wordt neergeklapt. De tweede invouwer is bij voorkeur roteerbaar om een as evenwijdig aan de bo-25 dem van de vouwkrat en loodrecht op de procesbaan, bij voorkeur op een snelheid groter dan de transportsnelheid van de vouwkrat ter plaatse, waardoor het neerklappen van de nalopende eerste wand snel en effectief kan plaatsvinden.
30 De tweede invouwmiddelen kunnen voorzien zijn van drukmiddelen voor het uitoefenen van een druk op de buitenzijde van de tweede wanden, waardoor het neerklappen daarvan bevorderd wordt. De drukmiddelen zijn bij voorkeur 1025185 5 in en uit de bewegingsbaan van de tweede wanden beweegbaar, zodat zij optimaal werkzaam kunnen zijn maar op tijd kunnen worden teruggehaald uit de baan van de kratten, zodat storing/hinder voorkomen wordt in het geval een krat 5 onverhoopt nog opstaande eerste wanden heeft die neerklappen van de tweede wanden zouden verhinderen.
Bij voorkeur zijn de drukmiddelen aangebracht op een hefboom, die scharnierbaar is om een loodrecht op de bodem gerichte, stationaire as, welke as bij voorkeur boven-10 strooms van de drukmiddelen gelegen is.
In een verdere uitvoering is de inrichting voorts voorzien van middelen voor het opmerken van een bepaalde hoogte van de krat na passage van de eerste en tweede vouwmiddelen, waarmee kan worden vastgesteld of een vouw-15 krat inderdaad ingevouwen is. Er kan daarbij voorzien zijn in middelen voor het in respons op de meting van de op-merkmiddelen van de eerste transporteur afwerpen van de gemeten vouwkrat.
De uitvinding zal worden toegelicht aan de hand van 20 een in de tekeningen weergegeven voorbeelduitvoering van een inrichting volgens de uitvinding. Getoond wordt in:
Figuren 1A-1D een voorbeeld van een vouwkracht die met behulp van een inrichting volgens de uitvinding kan worden ingevouwen, 25 Figuur 2 een schematisch zij-aanzicht op een voor- beeld-uitvoering van een inrichting volgens de uitvinding;
Figuren 3A-C details van krattenmeevoerders in de inrichting van figuur 2;
Figuren 4A, B een detail van een wandinvouwer in de 30 inrichting van figuur 2;
Figuren 5A, B een detail op een verdere wandinvouwer in de inrichting van figuur 2; en
Figuren 6A, B detail op een volgende wandinvouwer in 1025185 6 de richting van figuur 2.
De in de figuren 1A-D weergegeven vouwkrat 1 bezit een bodem 4, twee eerste wanden 2 en twee tweede wanden 3, welke wanden schamierbaar bevestigd zijn aan de 5 bodem 4. De in dit voorbeeld weergegeven krat is van het type Europool, met een afmeting van 400x300 mm. Europool kratten zijn ook verkrijgbaar in afmetingen van 400x600 mm. In beide gevallen bezitten de tweede wanden 3 een lengte van 400 mm en zijn zij voorzien van bedienbare 10 sluitmiddelen 5, die naar elkaar toegetrokken kunnen worden voor het opheffen van een vergrendeling tussen de opstaande randen van de elkaar ontmoetende wanden 2 en 3. Het grendelmechanisme is ontworpen om automatisch actief te worden, door klikken, wanneer genoemde randen van de wanden 15 2 en 3 op juiste wijze tegen elkaar gebracht zijn.
In figuur IA is de krat 1 in platgevouwen toestand weergegeven, waarbij de wanden 2 over de wanden 3 liggen. In figuur 1B zijn de wanden 2 bijna geheel opgezet, maar liggen de wanden 3 nog tegen de bodem 4. In figuur IC 20 worden de wanden 3 omhoog gebracht, en in figuur 1D is de opgezette krat 1 te zien, die met de figuur 2 weergegeven inrichting in de platgevouwen toestand van figuur IA gebracht kan worden.
De kratteninvouwinrichting 10 weergegeven in figuur 2 25 omvat een gestel 20, waarop een transport/steunbaan 21 ondersteund is, eventueel op een apart deel van dat gestel 20, waarbij een transportband 22 kratten 1 aan kan voeren vanuit de richting A, door de inrichting 10 heen, naar het, op de tekening rechts gezien, afgifte-eind. De transport-30 band 22 wordt continu aangedreven door middel van een niet weergegeven motor, en loopt aan beide einden om omlooprol-len. De transportband 22 wordt aangedreven op een snelheid Vi.
1025185 7
Op een gestel 20 is boven de transportband 22 een transporteur 11 met in verticaal vlak omlopend kettingstel 14 voorzien, dat omloopt om kettingwielen 15 en 16, waarvan één is aangedreven. Op de ketting 14 zij paren meenemers 5 12, 13 aangebracht, die mee omlopen met de ketting 14, op de tekening gezien, tegen de wijzers van de klok in.
Op het kettingwiel 16, althans op de as daarvan, is voor meegaande rotatie daarmee een tweede tandwiel 17 aangebracht, waaromheen een verdere ketting 18 omloopt, die 10 aan het andere keereind omloopt om een kettingwiel 19, dat bevestigd is op een op het gestel 20 gelegerde dwarsas 30. Zoals weergegeven in figuur 4A, B zijn "tweede" invouwers 40 aangebracht voor rotatie door as 30.
Benedenstrooms daarvan is op het gestel 20 een "eer-15 ste" invouwer 50 geplaatst, nader weergegeven in de figuren 5A en 5B.
Benedenstrooms daarvan zijn op het gestel 20 zij-invouwers aangebracht, nader weergegeven in de figuren 6A, B.
20 Onder verwijzing naar de figuren 3A-C is van elk paar meevoerders 12, 13 de voorlopende meevoerder 13 voorzien van een houder 33, die beweegt door een sleuf 28 in vaste geleiding 25 die ook steun biedt aan de ketting 14. De houder 33 is aan het ondereind voorzien van een dwars inste-25 kend U-vormig profiel 41, dat aan de nalopende zijde voorzien is van een aanslagplaat 43. Op de houder 33 zijn op enige hoogte van scharnieren 36a, 36b voorzien, waarop - in dit voorbeeld uitgelegd voor 36a - een in het horizontale vlak schamierbare hefboom 35a bevestigd is. De hefboom 35a 30 is aan één eind voorzien van een opstaande as 34a met rol 39a, die bediend kan worden door aankomst tegen een onderaan rail 25 bevestigde geleidebaan 26, die dan eigenlijk dienst doet als curvebaan. Het andere einde van de hefboom 1025185 8 35a is voorzien van een pen 37a. Door invloed van de baan 26 op de vrij draaibare rol 39a wordt laatstgenoemde naar buiten gedwongen, waardoor hefboom 35a scharniert om scharnier 36a en de pen 37a in dwarsrichting naar binnen be-5 weegt. De pennen 37a zijn bestemd om in de ogen 5 van het grendelmechanisme van de vouwkracht l te reiken. Begrepen zal worden dat door het naar elkaar toe bewegen van de ogen 5 het grendelmechanisme in een vouwkrat wordt opgeheven, zodat daarna de wanden 2 en 3 neergeklapt kunnen worden. Na 10 bediening van de hefbomen 35a zorgt een tussen de beide hefbomen 35a, b geplaatste veer 38 ervoor dat de hefbomen 35a, b zich weer naar een uitgangsstand bewegen, waarin zij in een volgende omloop in de ontgrendelogen 5 van een volgende krat 1 gestoken kunnen worden.
15 Begrepen zal worden dat de meevoerder 12 op vergelijk bare wijze is opgebouwd, zoals te zien is in figuren 3A, B. De houder 32 daarvan reikt echter schuin naar boven, om het indraaien in de baan van de kratten 1 te bevorderen.
De onderlinge afstand tussen de meevoerders 12 en 13 20 is af gestemd op de te behandelen vouwkrat. In het geval van een krat met de voornoemde afmetingen 400 x 300 mm wordt de krat met 400 mm in de breedte geplaatst en is de onderlinge afstand tussen de aanslagplaten 42 en 43 300 mm.
25 In figuur 3B is verder te zien het transportvlak ge vormd wordt door transportband 22. De kratten kunnen hierbij zijdelings geleid zijn door plaatsvaste geleidestangen 27.
Bij het inlopen van de kratten 1 in het gebied onder 30 het tandwiel 15, is de beweging van de ketting 14 zo afgestemd op de beweging van de transportband 22, dat deze de meevoerders 12 en 13 met een snelheid evenwijdig aan de richting A van V2 beweegt die substantieel lager is dan de 1 0251 9 snelheid Vj., in dit voorbeeld enige tientallen procenten. Als gevolg daarvan wordt na het inlopen van een voorlopende meevoerder 13 een vouwkrat 1 door de transportband 22 tegen het aanslagoppervlak 43 daarvan gedwongen. Vervolgens slipt 5 de band 22, die continu wordt aangedreven, onder de vouwkrat 1 door. Daarop wordt de volgende meevoerder 12 in de baan A gedraaid, om met aanslagplaat 42 eventueel tegen de nalopende wand 3 van de vouwkrat te komen. De vouwkrat 1 is dan als het ware ingesloten gehouden tijdens het verdere 10 proces, waarbij de transportband 22 onder de krat 1 blijft doorslippen.
De vouwkracht 1 komt dan aan bij de ''tweede" invouwer 40 van de figuren 4A, B. Deze invouwer 40 omvat twee langwerpige bladen 40a, b, die voor rotatie vast bevestigd zijn 15 op dwarsas 30. Wanneer, zoals weergegeven in figuur 4B, de platen 40a, b in de baan van de vouwkrat 1 worden gedraaid in de richting B, klappen zij aan tegen het buitenoppervlak van de nalopende wand 3 van de vouwkrat 1. De ketting 18 wordt aangedreven op een snelheid V3, die zodanig is, dat 20 de omtrekssnelheid van de platen 40a, b hoger is dan de snelheid van de ketting 14. De lengte van de platen 40a, b is zodanig gekozen, dat de platen 40a, b de - immers ontgrendelde - nalopende wand 3 neer kunnen klappen en dan zonder obstructie verder kunnen bewegen. Afhankelijk van de 25 gekozen snelheid V2 kunnen de platen 40a, b eventueel met een vrijlooptrajeet bewogen worden, waarbij zij dan over een traject vrij neerwaarts draaien.
Vervolgens komt de krat 1 aan bij de "eerste" invouwer 50, welke tenminste één langwerpige plaat 51 omvat, die aan 30 het ondereind voorzien is van een gebogen rand 52. Aan het boveneind 56 (figuur 5A) is de plaat 51 vrij schamierbaar bevestigd op gestel 20, ter plaatse van scharnier 56. Op een plaats 55 beneden het scharnier 56 is de plaat 51 door
1 0251 85 J
10 middel van een veer 53 verbonden met een vast punt 54 op het gestel 20.
Wanneer de vouwkrat 1 aankomt in de richting A zal het profiel 40, in het bijzonder de achterzijde van de plaat 5 42, tegen de gebogen rand 52 aankomen, waardoor de plaat 51 mee verdraaid wordt in richting C, naar de weergegeven schuine stand. Hierbij wordt een trekspanning in de veer 53 opgebouwd. Vervolgens kan de rand 52 over de plaat 40/42 bewegen, waardoor de veerkrachten vrij komen en de plaat 51 10 naar de verticale stand beweegt, tegen de voorlopende wand 3 aanklappend. Wanneer de wand 3 niet ontgrendeld is, kan de plaat 51 mee bewegen, schamierbaar om scharnier 56. Daarna zorgt de veer 53 voor terugstelling naar de in figuur 5B weergegeven verticale stand, bijvoorbeeld tegen een 15 niet weergegeven aanslag.
Direct benedenstrooms van de invouwer 50 zijn de zij-in-invouwers 60 geplaatst, ook zichtbaar in figuur 5B, nader weergegeven in de figuren 6A, 6B. De zij-invouwers 60a, b zijn opgesteld aan weerszijden van de baan voor de vouw-20 kratten 1, en omvatten elk een kunststof vinger 63, die door bouten bevestigd is aan een hefboom 62, die schamierbaar (richting D) is om een verticaal scharnier 61. Het andere eind van de hefboom 62 is ter plaatse van 64 schar-nierbaar bevestigd aan de zuigerstang van een pneumatische 25 cilinder 65. Door bediening van de cilinder 65 wordt de hefboom 62 gedraaid in de richting D zodat de vinger 63 met afgerond vlak 66 tegen de nog opstaande zijwanden 2 aanloopt en deze naar binnen laat klappen. Direct daarna wordt de hefboom 62 weer teruggedraaid. Opgemerkt wordt dat de 30 vingers 65 enkel worden geactiveerd, door een verder niet weergegeven centrale besturingseenheid, indien de "eerste" invouwer 50 niet werkzaam heeft kunnen zijn omdat de betreffende krat 1 niet goed ontgrendeld was.
1 025 1 85 11
Vervolgens komt de krat 1 aan bij het einde van de inrichting 10, alwaar zich een fotocel 80 bevindt, waarmee de centrale besturingseenheid kan constateren of de betreffende krat 1 is ingevouwen of niet.
1025185

Claims (21)

5
1. Inrichting voor het invouwen van vouwkratten, welke vouwkratten in twee tegenover elkaar gelegen eerste wanden voorzien zijn van middelen voor vergendeling van de uitgevouwen stand, in samenwerking met aansluitende tweede 10 wanden, omvattend een eerste transporteur voor het op de bodem ondersteund door de inrichting, volgens een proces-baan, voeren van de kratten met de eerste wanden dwars op die procesbaan, waarbij de inrichting voorts voorzien is van middelen voor het deactiveren van de vergrendelings-15 middelen, welke deactiveringsmiddelen opgesteld zijn voor meebeweging in de procesbaan tijdens werking, eerste in-vouwmiddelen voor het tijdens voortgaande transport van de vouwkrat neervouwen van de eerste wanden en tweede invouw-middelen voor het tijdens voortgaande transport van de 20 vouwkrat neervouwen van de tweede wanden.
2. Inrichting volgens conclusie 1, waarbij de deactiveringsmiddelen ingericht zijn voor aangrijping van de grendelmiddelen vanaf buitenzijdes van de eerste wanden.
3. Inrichting volgens conclusie 2, waarbij de gren-25 delmiddelen voorzien zijn van bedieningsogen, die voor de- activering naar elkaar toe beweegbaar zijn, en de deactiveringsmiddelen voorzien zijn van in de ogen plaatsbare pennen, alsmede van middelen voor het van elkaar af bewegen van de pennen.
4. Inrichting volgens conclusie 3, waarbij de pen nen aangebracht zijn op respectieve einden van hefbomen, waarvan het andere eind voorzien is van een nokrol, waarbij de inrichting voorts voorzien is van vast opgestelde 1 0251 85 rolgeleiders voor het in een richting dwars op de proces-baan verplaatsen van de betreffende nokrollen.
5. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, voorts voorzien van meevoermiddelen voor het mee- 5 voeren van de vouwkratten, waarbij de meevoermiddelen bij voorkeur aangebracht zijn op een tweede transporteur, welke omloopt op een snelheid die afwijkt van die van de eerste transporteur, bij voorkeur lager is.
6. Inrichting volgens conclusie 5, waarbij de twee- 10 de transporteur omloopt volgens een baan die boven de eerste transporteur gelegen is, met draaiassen evenwijdig aan de bodem van de vouwkrat en loodrecht op de procesbaan.
7. Inrichting volgens conclusie 5 of 6, waarbij meevoermiddelen een voorlopende, eerste meevoerder en een 15 nalopende, tweede meevoerder omvatten, die opgesteld zijn om een vouwkrat tussen zich in de houden.
8. Inrichting volgens conclusie 7, waarbij de mee-voerders gevormd zijn om de vouwkrat tenminste aan te grijpen op een plaats buiten vouwwanden.
9. Inrichting volgens conclusie 7 of 8, waarbij de onderlinge afstand van de eerste en tweede meevoerders instelbaar is.
10. Inrichting volgens een der conclusies 2-4, in combinatie met een der conclusies 5-9, waarbij de deacti- 25 veringsmiddelen althans deels aangebracht zijn op de meevoermiddelen .
11. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de eerste invouwmiddelen bovenstrooms van de tweede invouwmiddelen zijn geplaatst.
12. Inrichting volgens een der voorgaande conclu sies, waarbij de eerste invouwmiddelen een eerste invouwer voor het invouwen van de voorlopende eerste wand van een vouwkrat omvatten, alsmede een tweede invouwer voor het 1 0251 85 ' invouwen van de nalopende eerste wand van een vouwkrat, waarbij de eerste invouwer benedenstrooms van de tweede invouwer geplaatst is.
13. Inrichting volgens conclusie'12, waarbij de eer-5 ste invouwer stationair is opgesteld, bij voorkeur meegevend scharnierbaar om een as dwars op de procesbaan, evenwijdig aan de bodem, tegen een voorspanning naar een neerhangende stand in.
14. Inrichting volgens conclusie· 12 of 13, waarbij 10 de tweede invouwer beweegbaar is binnen de baan van de nalopende eerste wand voor het uitoefenen van een drukkracht op de buitenzijde daarvan.
15. Inrichting volgens conclusie 14, waarbij de tweede invouwer roteerbaar is om een as evenwijdig aan de 15 bodem van de vouwkrat en loodrecht op de procesbaan, bij voorkeur op een snelheid groter dan de transportsnelheid van de vouwkrat ter plaatse.
16. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de tweede invouwmiddelen voorzien zijn van 20 drukmiddelen voor het uitoefenen van een druk op de buitenzijde van de tweede wanden.
17. Inrichting volgens conclusie 16, waarbij de drukmiddelen in en uit de bewegingsbaan van de tweede wanden beweegbaar zijn.
18. Inrichting volgens conclusie 17, waarbij de drukmiddelen aangebracht zijn op een hefboom, die scharnierbaar is om een loodrecht op de bodem gerichte, stationaire as, welke as bij voorkeur bovenstrooms van de drukmiddelen gelegen is.
19. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, voorts voorzien van middelen voor het opmerken van een bepaalde hoogte van de krat na passage van de eerste en tweede vouwmiddelen. 1025185
20. Inrichting volgens conclusie 19, voorts voorzien van middelen voor het in respons op de meting van de op-merkmiddelen van de eerste transporteur afwerpen van de gemeten vouwkrat.
21. Inrichting voorzien van een of meer van de ken merkende maatregelen zoals omschreven in de bijbehorende beschrijving en/of getoond in de bijbehorende tekeningen. 10 -o-o-o- 1025185
NL1025185A 2004-01-07 2004-01-07 Inrichting voor het invouwen van kratten. NL1025185C2 (nl)

Priority Applications (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1025185A NL1025185C2 (nl) 2004-01-07 2004-01-07 Inrichting voor het invouwen van kratten.
EP05075048A EP1553022A1 (en) 2004-01-07 2005-01-07 Device for folding up crates

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1025185A NL1025185C2 (nl) 2004-01-07 2004-01-07 Inrichting voor het invouwen van kratten.
NL1025185 2004-01-07

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1025185C2 true NL1025185C2 (nl) 2005-07-08

Family

ID=34588172

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1025185A NL1025185C2 (nl) 2004-01-07 2004-01-07 Inrichting voor het invouwen van kratten.

Country Status (2)

Country Link
EP (1) EP1553022A1 (nl)
NL (1) NL1025185C2 (nl)

Families Citing this family (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB2583932A (en) * 2019-05-14 2020-11-18 Nissan Motor Mfg Uk Ltd Device for folding a collapsible crate
CL2020002515A1 (es) * 2020-09-29 2021-02-12 Wenco Sa Máquina y método para el armado automatizado de cajas plegables

Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP0067323A2 (de) * 1981-06-12 1982-12-22 Uwe W. Friedrich Zusammenklappbarer Transportkasten
FR2702198A1 (fr) * 1993-03-01 1994-09-09 Raef Sarl Location Cageot repliable pour le transport de fruits et légumes.
EP0978454A1 (en) * 1998-08-04 2000-02-09 Systemate Group B.V. Device and method for unfolding foldable crates and method for emptying crates
EP1081049A2 (de) * 1999-08-27 2001-03-07 Frutmac S.R.L. Verfahren und Vorrichtung zum Aufklappen von zusammengeklappten Steigen
EP1375355A2 (de) * 2002-06-28 2004-01-02 Karl Fiederling Vorrichtung zum Entfalten und Weiterleiten von Klappbehältern

Patent Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP0067323A2 (de) * 1981-06-12 1982-12-22 Uwe W. Friedrich Zusammenklappbarer Transportkasten
FR2702198A1 (fr) * 1993-03-01 1994-09-09 Raef Sarl Location Cageot repliable pour le transport de fruits et légumes.
EP0978454A1 (en) * 1998-08-04 2000-02-09 Systemate Group B.V. Device and method for unfolding foldable crates and method for emptying crates
EP1081049A2 (de) * 1999-08-27 2001-03-07 Frutmac S.R.L. Verfahren und Vorrichtung zum Aufklappen von zusammengeklappten Steigen
EP1375355A2 (de) * 2002-06-28 2004-01-02 Karl Fiederling Vorrichtung zum Entfalten und Weiterleiten von Klappbehältern

Also Published As

Publication number Publication date
EP1553022A1 (en) 2005-07-13

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US7316642B2 (en) Apparatus for forming containers
JPS5924922B2 (ja) 包装機械
US20060032727A1 (en) Angled-roller belt conveyor
US10315793B2 (en) Product packaging system with tipping system
NL1017176C1 (nl) Verpakkingsinrichting.
US4122939A (en) Load transfer mechanism for packaging machine
NL1025185C2 (nl) Inrichting voor het invouwen van kratten.
US7828507B2 (en) Stack turning apparatus with multiple drive means to straighten and eject stack from turntable
NL194753C (nl) Inrichting voor het in liggende toestand verwijderen van verpakkingsfolie van een door het folie omhulde stapel ronde schijfachtige artikelen.
JPH1192001A (ja) 積重ね機械
NL9100487A (nl) Werkwijze en inrichting voor afzonderlijk transport van offset-drukplaten.
US3968623A (en) Wrap-around carton forming machine
NL1026875C2 (nl) Uitvouwinrichting voor kratten.
CA2695392C (fr) Systeme de depose de documents dans des caisses
US4015403A (en) Wrap-around carton forming machine
NL1008515C2 (nl) Worstpakmachine.
US4028866A (en) Wrap-around carton forming machine
US3486294A (en) Automatic wrapping machine
US3999683A (en) Wrap-around carton forming machine
CN207192196U (zh) 一种管状带式输送机的调偏装置
JP2596555B2 (ja) 段ボール箱の自動開梱切り出し装置
RU2237003C2 (ru) Устройство для разборки стопы плоских предметов, в частности печатных изделий
JPH0516730U (ja) 材料の整列装置
NL1028457C2 (nl) Invouwinrichting voor vouwkratten.
US3451562A (en) Stacker

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
SD Assignments of patents

Owner name: POLYLOGISTICS HOLDING B.V.

Effective date: 20090714

Owner name: NUMAFA HOLDING B.V.

Effective date: 20090714

V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20110801