NL1024455C2 - Inrichting en werkwijze voor het onderling bevestigen van kokervormige lichamen, en samenstel. - Google Patents

Inrichting en werkwijze voor het onderling bevestigen van kokervormige lichamen, en samenstel. Download PDF

Info

Publication number
NL1024455C2
NL1024455C2 NL1024455A NL1024455A NL1024455C2 NL 1024455 C2 NL1024455 C2 NL 1024455C2 NL 1024455 A NL1024455 A NL 1024455A NL 1024455 A NL1024455 A NL 1024455A NL 1024455 C2 NL1024455 C2 NL 1024455C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
locking pin
tubular bodies
node
button
receiving spaces
Prior art date
Application number
NL1024455A
Other languages
English (en)
Inventor
Michiel Zweers
Original Assignee
Michiel Zweers
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Michiel Zweers filed Critical Michiel Zweers
Priority to NL1024455A priority Critical patent/NL1024455C2/nl
Priority to EP04774995A priority patent/EP1673542B1/en
Priority to DE602004027748T priority patent/DE602004027748D1/de
Priority to AT04774995T priority patent/ATE471464T1/de
Priority to US10/574,250 priority patent/US20070072456A1/en
Priority to PCT/NL2004/000698 priority patent/WO2005033527A1/nl
Priority to JP2006532143A priority patent/JP2007507675A/ja
Application granted granted Critical
Publication of NL1024455C2 publication Critical patent/NL1024455C2/nl

Links

Classifications

    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16BDEVICES FOR FASTENING OR SECURING CONSTRUCTIONAL ELEMENTS OR MACHINE PARTS TOGETHER, e.g. NAILS, BOLTS, CIRCLIPS, CLAMPS, CLIPS OR WEDGES; JOINTS OR JOINTING
    • F16B2/00Friction-grip releasable fastenings
    • F16B2/02Clamps, i.e. with gripping action effected by positive means other than the inherent resistance to deformation of the material of the fastening
    • F16B2/18Clamps, i.e. with gripping action effected by positive means other than the inherent resistance to deformation of the material of the fastening using cams, levers, eccentrics, or toggles
    • F16B2/185Clamps, i.e. with gripping action effected by positive means other than the inherent resistance to deformation of the material of the fastening using cams, levers, eccentrics, or toggles using levers
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16BDEVICES FOR FASTENING OR SECURING CONSTRUCTIONAL ELEMENTS OR MACHINE PARTS TOGETHER, e.g. NAILS, BOLTS, CIRCLIPS, CLAMPS, CLIPS OR WEDGES; JOINTS OR JOINTING
    • F16B2/00Friction-grip releasable fastenings
    • F16B2/005Means to increase the friction-coefficient
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16BDEVICES FOR FASTENING OR SECURING CONSTRUCTIONAL ELEMENTS OR MACHINE PARTS TOGETHER, e.g. NAILS, BOLTS, CIRCLIPS, CLAMPS, CLIPS OR WEDGES; JOINTS OR JOINTING
    • F16B7/00Connections of rods or tubes, e.g. of non-circular section, mutually, including resilient connections
    • F16B7/18Connections of rods or tubes, e.g. of non-circular section, mutually, including resilient connections using screw-thread elements
    • F16B7/185Connections of rods or tubes, e.g. of non-circular section, mutually, including resilient connections using screw-thread elements with a node element

Description

« ·\
Inrichting en werkwijze voor het onderling bevestigen van kokervormige lichamen, en samenstel
De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het onderling bevestigen van 5 kokervormige lichamen, omvattende: een ten minste in hoofdzaak star eerste knoopdeel voorzien van meerdere eerste opneemruimtes voor delen van meerdere kokervormige lichamen, een met het eerste knoopdeel samenwerkend ten minste in hoofdzaak star tweede knoopdeel voorzien van meerdere met de eerste opneemruimtes corresponderende tweede opneemruimtes voor delen van meerdere kokervormige 10 lichamen, en met het eerste knoopdeel en het tweede knoopdeel gekoppelde borgmiddelen voor het onderling borgen van het eerste knoopdeel en het tweede knoopdeel. De uitvinding heeft tevens betrekking op een samenstel van een dergelijke inrichting en meerdere kokervormige lichamen. De uitvinding heeft voorts betrekking op een werkwijze voor het onderling bevestigen van kokervormige lichamen.
15
De in aanhef genoemde inrichting is reeds bekend in de stand van techniek. Alzo beschrijft het Duitse octrooischrift DE 2903119 een knoop voor het onderling losneembaar verbinden van zich kruisende buizen. De bekende knoop omvat een onderste knoopdeel voorzien van meerdere opneemruimtes voor een buisdeel, en een 20 met het onderste knoopdeel samenwerkend bovenste knoopdeel eveneens voorzien van meerdere opneemruimtes voor een buisdeel. De knoop omvat tevens een op het bovenste knoopdeel gepositioneerde jukplaat ingericht voor samenwerking met van het onderste knoopdeel deel uitmakende uitkragende klauwen tijdens inklemming van de buizen in de knoop. De jukplaat is daarbij voorzien van een centrale draadstift die ten 25 opzichte van de jukplaat kan worden verplaatst richting het bovenste knoopdeel teneinde de inklemming van de buizen in de knoop te verstevigen. De draadstift wordt geborgd door een borgmoer. De bekende inrichting heeft meerdere nadelen. Een eerste nadeel van de inrichting is dat de inrichting constructief relatief complex is opgebouwd. Bovendien zal de te realiseren inklemming van de buizen in de inrichting relatief zwak 30 zijn, vanwege relatief laagkwalitatieve krachtoverbrenging in de inrichting. De door de jukplaat via de draadstift op het bovenste knoopdeel uitgeoefende voorkracht is namelijk doorgaans te gering om tot solide inklemming van de buizen in de inrichting te komen, met name indien aanzienlijke (buig)momenten op de buizen worden 1024455
I * i I
I 2 I uitgeoefend. Derhalve zal de bekende inrichting slechts in een zeer beperkt aantal I situaties - en met name in een verticale oriëntatie - kunnen worden toegepast.
I De uitvinding heeft tot doel het verschaffen van een constructief relatief simpele I 5 inrichting voor het op relatief solide wijze onderling bevestigen van kokervormige
I lichamen. I
I De uitvinding verschaft daartoe een inrichting volgens het in aanhef genoemde type, I
I met het kenmerk, dat de borgmiddelen ten minste één ten minste gedeeltelijk door beide I
I 10 knoopdelen omsloten borgpen omvat, welke borgpen is ingericht voor aangrijping op I
I een van het tweede knoopdeel afgelegen zijde van het eerste knoopdeel en op een van I
I het eerste knoopdeel afgelegen zijde van het tweede knoopdeel. De borgpen is ingericht I
I voor het onderling onder voorspanning laten aangrijpen van de beide knoopdelen, en I
fungeert derhalve doorgaans met name als voorspanbout. Daar de borgpen is ingericht I
I 15 voor het uitoefenen van een relatief hoge voorspankracht op de knoopdelen, kunnen op I
de kokervormige lichamen uitgeoefende momentkrachten worden opgevangen, hetgeen I
I resulteert in een relatief stevige inklemming. Bovendien is de inrichting constructief I
I relatief eenvoudig. Slechts een drietal elementen is benodigd om tot een relatief I
I duurzame en solide inklemming van de kokervormige lichamen in de inrichting te I
I 20 komen. De inrichting kan daarnaast in zeer diverse omstandigheden en situaties in een I
I willekeurige oriëntatie worden toegepast. Derhalve is het denkbaar om de inrichting I
I overeenkomstig de uitvinding toe te passen voor het vervaardigen van al dan niet I
I duurzame woningen of bedrijfspanden. De borgpen is bij voorkeur centraal gelegen ten I
opzichte van de beide knoopdelen, teneinde de krachtoverbrenging op de beide I
25 knoopdelen te optimaliseren. Het is echter eveneens denkbaar om in bepaalde situaties I
I meerdere borgpennen toe te passen in een enkele inrichting voor de borging van beide I
I knoopdelen. I
I In een voorkeursuitvoering is de effectieve lengte van de borgpen instelbaar. Op deze I
30 wijze is het mogelijk om de door de knoopdelen op de kokervormige lichamen I
I uitgeoefende voorspankrachten te reguleren. Het is daarbij zelfs denkbaar om de lengte I
I van de borgpen zodanig te vergroten dat de knoopdelen op (enige) afstand van elkaar I
I kunnen worden georiënteerd. Het moge duidelijk zijn dat de kokervormige lichamen in I
I een dergelijke toestand niet langer worden ingeklemd door de inrichting en aldus I
I 1024455
» I
3 relatief lichtvaardig uit de inrichting kunnen worden verwijderd. Aldus ontstaat een inrichting die is ingericht voor onderlinge losneembare bevestiging van meerdere kokervormige lichamen. Bovendien kan door het genereren van een zekere speling tussen de beide knoopdelen een toestand van voormontage van de kokervormige 5 lichamen worden verkregen, waarbij de kokervormige lichamen in een relatief instabiele toestand in de inrichting kunnen worden aangebracht. Na deze premontage kan de effectieve lengte van de borgpen worden ingekort, waarna de eigenlijke relatief solide, stabiele en duurzame inklemming van de kokervormige lichamen in de inrichting kan worden gerealiseerd. De regulatie van de effectieve lengte van de 10 borgpen kan bijvoorbeeld worden gerealiseerd middels een met de borgpen samenwerkende borgmoer. Bij voorkeur is de borgpen is voorzien van ten minste één op een knoopdeel aangrijpend excentrisch roteerbaar element. Door rotatie van het excentrisch roteerbare element kan de effectieve lengte van de borgpen eveneens worden gereguleerd. Een bijzonder voordeel van een dergelijke borgpen is dat de 15 voorspankracht reeds vooraf bepaalt is, hetgeen een zekere zekerheid, en alzo veiligheid, verschaft bij toepassing van een dergelijke borgpen. In een bijzondere voorkeursuitvoering is het excentrisch roteerbaar element voorzien van een handvat. Op deze wijze wordt rotatie van het excentrisch roteerbaar element gefacilieerd voor een gebruiker. Het handvat is daarbij bij voorkeur losneembaar gekoppeld met het 20 excentrisch roteerbaar element, waardoor het handvat na rotatie van het excentrisch roteerbaar element - en aldus na oplegging van een voorspanning op de knoopdelen -kan worden verwijderd teneinde de door de inrichting ingenomen ruimte te minimaliseren. De onderhavige voorkeursuitvoering van de inrichting is in het bijzonder geschikt voor toepassing in de modulaire woningbouw en in (andersoortige) 25 demontabele constructies.
In een andere voorkeursuitvoering is de borgpen voorzien van ten minste één op een knoopdeel aangrijpende nok. De nok kan star zijn verbonden met de borgpen, en dient alzo dus niet voor het variëren van de effectieve lengte van de borgpen. Het is eveneens 30 denkbaar om de nok uit te voeren als een moer, welke coaxiaal om de borgpen roteerbaar is. Op deze wijze is het aldus evenwel mogelijk om de effectieve lengte van de borgpen te reguleren. Doorgaans zal één uiteinde van de borgpen zijn voorzien van een star met de borgpen verbonden nok en zal een overliggend uiteinde van de borgpen 1024455
I i t I
I 4 I
I zijn voorzien van een element voor het reguleren van de effectieve lengte van de I
I borgpen. I
I In weer een andere voorkeursuitvoering is de borgpen losneembaar gekoppeld met ten I
I 5 minste één knoopdeel. Alzo is het mogelijk om het eerste knoopdeel geheel te I
I verwijderen van het tweede knoopdeel, hetgeen (voor)montage van de kokervormige I
I lichamen in de inrichting verder kan vergemakkelijken. Bovendien kunnen alzo separate I
I knoopdelen op relatief eenvoudige wijze worden vervangen en/of worden onderworpen I
I aan onderhoudswerkzaamheden. De borgpen kan worden losgekoppeld van het I
I 10 knoopdeel door translatie en/of rotatie van de borgpen ten opzichte van het betreffende I
I knoopdeel, waarna de borgpen via een in het knoopdeel aangebrachte sleuf kan worden I
I verwijderd. I
I Bij voorkeur is ten minste een deel van de eerste opneemruimtes en tweede I
I 15 opneemruimtes ten minste gedeeltelijk geprofileerd uitgevoerd. Een dergelijke I
I profilering draagt doorgaans tevens bij aan een verdere versteviging van de inklemming I
I van de kokervormige lichamen in de inrichting. I
I In een voorkeursuitvoering is ten minste een knoopdeel voorzien van koppelmiddelen I
I 20 voor koppeling van de inrichting aan een extern object. De aard, dimensionering en I
I geometrie van de koppelmiddelen is met name afhankelijk van het extern object I
I waaraan de inrichting gekoppeld dient te worden. Het extern object kan tevens zeer I
I divers van aard zijn, en kan bijvoorbeeld worden gevormd door een muur, vloer, I
I textiellaag, et cetera. In een bijzondere voorkeursuitvoering zijn de koppelmiddelen I
I 25 losneembaar verbonden aan het betreffende knoopdeel. De losneembare koppeling I
I vergroot doorgaans de flexibiliteit en toepasbaarheid van de knoop overeenkomstig de I
I uitvinding. I
I De uitvinding heeft tevens betrekking op een samenstel van een dergelijke inrichting en I
I 30 meerdere kokervormige lichamen, waarbij de kokervormige lichamen zijn ingeklemd in I
I de opneemruimtes van de inrichting. Bij voorkeur zijn de kokervormige lichamen ten I
I minste in hoofdzaak in een enkel vlak gelegen. Daar de door de inrichting op de I
I kokervormige lichamen uitgeoefende voorspanning voldoende groot is kan de inrichting I
I in een willekeurige positie worden georiënteerd. In een andere voorkeursuitvoering zijn I
I 1024455 I
) ( 5 de kokervormige lichamen, althans een deel daarvan, niet in eenzelfde vlak gelegen. Alsdan kan het samenstel bijvoorbeeld koepelvormig worden uitgevoerd.
De uitvinding heeft voorts betrekking op een werkwijze voor het onderling verbinden 5 van kokervormige lichamen met behulp van een dergelijke inrichting, omvattende de stappen: a) het positioneren van delen van meerdere kokervormig lichamen in de eerste en corresponderende tweede opneemruimtes, en b) het inklemmen van de kokervormige lichamen in de inrichting door het onder voorspanning laten aangrijpen van het eerste knoopdeel op het tweede knoopdeel via inkorting van de effectieve lengte van de 10 borgpen. Stap a) kan daarbij worden beschouwd als (voor)montagestap alvorens de eigenlijke onderlinge bevestiging van de kokervormige lichamen middels inklemming wordt gerealiseerd in stap b). Inkorting van de effectieve lengte van de borgpen kan geschieden op reeds in het voorgaande beschreven wijze. Demontage van de kokervormige lichamen kan op reciproque wijze plaatsvinden, waarbij vooreerst de 15 effectieve lengte van de borgpen wordt vergroot, waarna de kokervormige lichamen uit de inrichting kunnen worden verwijderd.
De uitvinding zal worden verduidelijkt aan de hand van in navolgende figuren weergegeven niet-limitatieve uitvoeringsvoorbeelden. Hierin toont: 20 figuur la een perspectivisch aanzicht op een schoen ten gebruike in een knoop overeenkomstig de uitvinding, figuur lb een perspectivisch aanzicht op een klem ten gebruike in een knoop overeenkomstig de uitvinding, figuur 2 een perspectivisch aanzicht op een voorkeursuitvoering van een knoop 25 overeenkomstig de uitvinding, figuur 3a een dwarsdoorsnede van de knoop volgens figuur 2 in een gesloten toestand, figuur 3b een dwarsdoorsnede van de knoop volgens figuur 2 in een geopende toestand, figuur 4 een perspectivisch aanzicht op een andere voorkeursuitvoering van een knoop overeenkomstig de uitvinding in een bedienbare toestand, 30 figuur 5 een perspectivisch aanzicht op de knoop volgens figuur 4 in een gebruiksklare toestand, en figuur 6 een perspectivisch aanzicht op een andere klem ten gebruike in een inrichting overeenkomstig de uitvinding.
1024455
I 6 I
I Figuur la toont een perspectivisch aanzicht op een schoen 1 ten gebruike in een knoop I
I overeenkomstig de uitvinding. Een dergelijke knoop is thans weergegeven in figuur 2. I
I De schoen 1 is voorzien van een basisstructuur 2 voorzien van een viertal I
I opneemruimtes 3 voor uiteinden van (niet-weergegeven) balkvormige lichamen. Elk I
I 5 van de opneemruimtes 3 is daarbij voorzien van een geprofileerd oppervlak 4. Het I
I geprofileerd oppervlak 4 kan geïntegreerd met de basisstructuur zijn gevormd, doch kan I
I tevens worden gevormd door een separaat aangebrachte, bij voorkeur uit een elastomeer I
I vervaardigde, materiaallaag. De basisstructuur 2 is voorzien van een centrale I
I dooropening 5 voor era (niet-weergegeven) centrale boigpen. De opneemruimtes 3 zijn I
I 10 onderling verbonden middels (diagonale) verstevigingsribben 6 en een viertal I
I uitkragende hoekprofielen 7. De schoen 1 kan uit diverse materialen, zoals bijvoorbeeld I
I metaal en/of kunststof zijn uitgevoerd, doch is bij voorkeur uitgevoerd als een ten I
I minste in hoofdzaak starre constructie. I
I 15 Figuur lb toont een perspectivisch aanzicht op een klem 8 tra gebruike in een knoop I
I overeenkomstig de uitvinding. De klem 8 is ingericht om samen te werken met de in I
I figuur 1 getoonde schoen 1. De klem 8 omvat eveneens era basisstructuur 9 voorzien I
I van vier opneemruimtes 10 voor uiteinden van balkvormige lichamen. De I
I opneemruimtes 10 zijn daarbij elk voorzien van een geprofileerd oppervlak lira I
I 20 worden onderling verbonden door verstevigingsribben 12. De basisstructuur is verder I
I voorzien van een centrale doorvoeropening 13 voor een (niet-weergegeven) boigpen. I
I Figuur 2 toont era perspectivisch aanzicht op een voorkeursuitvoering van een knoop I
I 14 overeenkomstig de uitvinding. De knoop omvat de schoen 1 zoals getoond in figuur I
I 25 la, de met de schoen 1 samenwerkende klem 8 zoals getoond in figuur lb, en een in de I
I respectievelijke (thans niet-zichtbare) doorvoeropeningen 5,13 van de schoen 1 en de I
I klem 8 opgenomen centrale borgpen 15. Slechts een uiteinde van de borgpen 15 is I
I getoond in figuur 2. Dit uiteinde is voorzien van een excentrisch roteerbare kop 16, I
I waarbij de rotatieas van de kop 16 in hoofdzaak loodrecht is georiënteerd ten opzichte I
I 30 van de borgpen 15. De kop 16 is voorzien van een opneemopening 17 voor een van een I
I handvat deel uitmakende inbuskoppeling (niet-weergegeven). In de getoonde toestand is I
I de kop 16 zodanig georiënteerd dat de kop 16 een voorspankracht uitoefent op de I
I schoen 1, en dat een overliggend uiteinde van de borgpen 15 een tegenovergestelde I
I voorspankracht uitoefent op de klem 8, zodanig dat de schoen 1 en de klem 8 voldoende I
I 1024455 7 voorspankracht op elkaar uitoefenen dat in de opneemruimtes 3,10 gepositioneerde lichamen op solide wijze zullen worden ingeklemd. Het moge duidelijk zijn dat de mate van inklemming tevens afhangt van de dimensionering van de balkvormige lichamen. Bij voorkeur sluiten deze lichamen onder klempassing aan op de schoen 1 en de klem 8.
5 Deze solide inklemming kan worden gereduceerd door de kop 16 van de borgpen 15 te roteren, waardoor de effectieve lengte van de borgpen 15 wordt vergroot, en alzo de opgelegde voorspankracht (aanzienlijk) zal worden gereduceerd.
Figuur 3a toont een dwarsdoorsnede van de knoop 14 volgens figuur 2 in een gesloten 10 toestand. Deze gesloten toestand is tevens weergegeven in figuur 2. Duidelijk weergegeven is dat de rotatieas 18 van de kop 16 excentrisch is gelegen ten opzichte van de kop 16. De kop is bovendien gepositioneerd in een in de schoen 1 aangebrachte verdieping 19, teneinde uitkragende delen van de knoop 14 te minimaliseren. De borgpen 15 is aan een van de kop 16 afgekeerd uiteinde voorzien van een op de klem 8 15 aangrijpende nok 20. Deze nok 20 is star verbonden met de borgpen 15. De borgpen 15 fungeert met name als voorspanbout teneinde een betrouwbare en relatief stevige koppeling van balkvormige lichamen te kunnen garanderen.
Figuur 3b toont een dwarsdoorsnede van de knoop 14 volgens figuur 2 in een geopende 20 toestand. In deze geopende toestand is de kop 16 om de rotatieas 18 geroteerd ten opzichte van de in figuur 3a getoonde toestand van de kop 16. Door deze excentrische rotatie is de (effectieve) lengte van de borgpen 15 vergroot, waardoor de door de schoen 1 en de klem 8 op elkaar uitgeoefende voorspankrachten zullen worden gereduceerd. In de getoonde geopende toestand zijn centraal gelegen delen van de schoen 1 25 respectievelijk de klem 8 op afstand van elkaar gelegen. In deze toestand is het mogelijk om (ingeldemde) balkvormige lichamen uit de knoop 14 te verwijderen en/of andere balkvormige lichamen te positioneren in de opneemruimtes 3,10 van de schoen 1 respectievelijk de klem 8. Alzo kan een zekere premontage van de balkvormige lichamen worden gerealiseerd, temeer daar de onderling afstand tussen de schoen 1 en 30 de klem nog immer is beperkt door de borgpen 15. Na het positioneren van uiteinden van de balkvormige lichamen in de verschillende opneemruimtes 3,10 kan de kop 16 van de borgpen 15 wederom worden geroteerd - resulterende in een verkleining van de effectieve lengte van de borgpen 15 - waardoor de balkvormige lichamen onderling op relatief solide en stabiele wijze onderling kunnen worden verbonden.
1024455 Η
Figuur 4 toont een perspectivisch aanzicht op een andere vooikeursuitvoering van een I
knoop 19 overeenkomstig de uitvinding in een bedienbare toestand. De knoop 19 komt I
is constructief nagenoeg identiek aan de in figuur 2 getoonde knoop 14. Echter, in de in I
5 de huidige figuur 4 getoonde knoop 19 zijn een schoen 20 en een klem 21 onderling I
gekoppeld door een borgstift 22 voorzien van een excentrisch roteerbare kop 23, welke I
kop 23 is voorzien van een opneemopening 24 voor een (niet-weergegeven) I
vergrendelpin. De borgstift 22 is nabij de kop 23 tevens voorzien van een (niet-
zichtbare) opneemopening voor een deel van de vergrendelpin. Op deze wijze kan de I
10 knoop 19 in de getoonde (gesloten) toestand worden vergrendelt door de vergrendelpin, I
en kan ongewenst openen van de van de knoop 19 worden voorkomen. De kop 23 is I
thans losneembaar gekoppeld met een handvat 25 voor het vergemakkelijken van het I
roteren van de kop 23. I
15 Figuur 5 toont een perspectivisch aanzicht op de knoop 19 volgens figuur 4 in een I
gebruiksklare toestand. In de getoonde toestand is het handvat 25 losgenomen van de I
kop 23 en is de vergrendelpin 26 gepositioneerd in de opneemopening 24. Alzo kan de I
ingeklemde toestand van (niet-weergegeven) in de knoop 19 opgenomen balken worden I
geconsolideerd en kan een (ongewenste) toestandswijziging van de knoop 19 worden
20 voorkomen, of althans worden tegengegaan. De vergrendel pin 26 is thans verbonden I
met een koppelelement 27 voor koppeling van de knoop 19 aan een extern object, zoals I
bijvoorbeeld een muur, een vloer, een naastgelegen knoop, een (textiele) bekleding, et I
cetera. I
25 Figuur 6 toont een perspectivisch aanzicht op een andere klem 28 ten gebniike in een I
inrichting overeenkomstig de uitvinding. De klem 28 is nagenoeg identiek aan de in
figuur lb weergegeven klem 8, De klem 28 is echter voorzien van een doorvoeropening I
29 voor een voorspanbout 30, waarbij de doorvoeropening 29 zodanig is vormgegeven
dat deze is ingericht voor doorvoer van een van de voorspanbout 30 deel uitmakende I
30 flens 31. In de getoonde toestand rust de flens 31 op een in de klem 28 aangebrachte I
verdieping 32 en kan slechts worden losgekoppeld van de klem 28 na een haakse rotatie I
van de voorspanbout 30 (en de flens 31). De flens 31 is voorzien van een opneemruimte I
33 voor een (niet-weergegeven) koppelelement voor koppeling van de inrichting aan I
een extern object. I
1 024455 I
I I
9
Het moge duidelijk zijn dat de uitvinding niet beperkt is tot de hier weergegeven en beschreven uitvoeringsvooibeelden, maar dat binnen het kader van de bijgaande conclusies een groot aantal varianten mogelijk zijn, die voor de vakman op dit gebied 5 voor de hand zullen liggen.
1 024455

Claims (13)

1. Inrichting voor het onderling bevestigen van kokervormige lichamen, I I omvattende: I 5. een ten minste in hoofdzaak star eerste knoopdeel voorzien van meerdere eerste I I opneemruimtes voor delen van meerdere kokervormige lichamen, I I - een met het eerste knoopdeel samenwerkend ten minste in hoofdzaak star I I tweede knoopdeel voorzien van meerdere met de eerste opneemruimtes I I corresponderende tweede opneemruimtes voor delen van meerdere I I 10 kokervormige lichamen, en I I - met het eerste knoopdeel en het tweede knoopdeel gekoppelde borgmiddelen I voor het onderling borgen van het eerste knoopdeel en het tweede knoopdeel, I I met het kenmerk, I I dat de borgmiddelen ten minste één ten minste gedeeltelijk door beide knoopdelen I 15 omsloten borgpen omvat, welke borgpen is ingericht voor aangrijping op een van het I I tweede knoopdeel afgelegen zijde van het eerste knoopdeel en op een van het eerste I I knoopdeel afgelegen zijde van het tweede knoopdeel. I
2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de effectieve lengte van de I I 20 borgpen instelbaar is. I
3. Inrichting volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de borgpen is voorzien van I I ten minste één excentrisch roteerbaar element. I I 25
4. Inrichting volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat het excentrisch roteerbaar I I element is voorzien van een handvat. I
5. Inrichting volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat het handvat losneembaar I I gekoppeld is met het excentrisch roteerbaar element. I I 30 I
6. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de I I borgpen is voorzien van ten minste één nok. I I 1024455_ • t
7. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de borgpen losneembaar is gekoppeld met ten minste één knoopdeel.
8. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat ten 5 minste een deel van de eerste opneemruimtes en tweede opneemruimtes ten minste gedeeltelijk geprofileerd is uitgevoerd.
9. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat ten minste een knoopdeel is voorzien van koppelmiddelen voor koppeling van de inrichting 10 aan een extern object.
10. Inrichting volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat de koppelmiddelen losneembaar zijn verbonden aan het betreffende knoopdeel.
11. Samenstel van een inrichting volgens één der conclusies 1-10 en meerdere kokervormige lichamen, waarbij de kokervormige lichamen zijn ingeklemd in de opneemruimtes van de inrichting.
12. Samenstel volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat de kokervormige 20 lichamen ten minste in hoofdzaak in een enkel vlak zijn gelegen.
13. Werkwijze voor het onderling verbinden van kokervormige lichamen met behulp van een inrichting volgens een der conclusies 1-10, omvattende de stappen: a) het positioneren van delen van meerdere kokervormig lichamen in de eerste en 25 corresponderende tweede opneemruimtes, en b) het inklemmen van de kokervormige lichamen in de inrichting door het onder voorspanning laten aangrijpen van het eerste knoopdeel op het tweede knoopdeel via inkorting van de effectieve lengte van de borgpen. 1024455
NL1024455A 2003-10-06 2003-10-06 Inrichting en werkwijze voor het onderling bevestigen van kokervormige lichamen, en samenstel. NL1024455C2 (nl)

Priority Applications (7)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1024455A NL1024455C2 (nl) 2003-10-06 2003-10-06 Inrichting en werkwijze voor het onderling bevestigen van kokervormige lichamen, en samenstel.
EP04774995A EP1673542B1 (en) 2003-10-06 2004-10-05 Device and method for interconnection of box-profiled elements, and assembly
DE602004027748T DE602004027748D1 (de) 2003-10-06 2004-10-05 Vorrichtung und verfahren zum miteinanderverbinden von kastenprofilelementen und anordnung
AT04774995T ATE471464T1 (de) 2003-10-06 2004-10-05 Vorrichtung und verfahren zum miteinanderverbinden von kastenprofilelementen und anordnung
US10/574,250 US20070072456A1 (en) 2003-10-06 2004-10-05 Device and method for interconnection of box-profile elements, and assembly
PCT/NL2004/000698 WO2005033527A1 (nl) 2003-10-06 2004-10-05 Inrichting en werkwijze voor het onderling bevestigen van kokervormige lichamen, en samenstel
JP2006532143A JP2007507675A (ja) 2003-10-06 2004-10-05 箱形要素の相互結合及び組み立てのためのデバイス及び方法

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1024455 2003-10-06
NL1024455A NL1024455C2 (nl) 2003-10-06 2003-10-06 Inrichting en werkwijze voor het onderling bevestigen van kokervormige lichamen, en samenstel.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1024455C2 true NL1024455C2 (nl) 2005-04-07

Family

ID=34420817

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1024455A NL1024455C2 (nl) 2003-10-06 2003-10-06 Inrichting en werkwijze voor het onderling bevestigen van kokervormige lichamen, en samenstel.

Country Status (7)

Country Link
US (1) US20070072456A1 (nl)
EP (1) EP1673542B1 (nl)
JP (1) JP2007507675A (nl)
AT (1) ATE471464T1 (nl)
DE (1) DE602004027748D1 (nl)
NL (1) NL1024455C2 (nl)
WO (1) WO2005033527A1 (nl)

Families Citing this family (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL2015682B1 (en) 2015-10-29 2017-05-31 The Mastermind Company B V Coupling device and connecting device.
WO2018022721A1 (en) 2016-07-26 2018-02-01 Chatsworth Products, Inc. Features for cable managers and other electronic equipment structures

Family Cites Families (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR2352193A1 (fr) * 1976-05-18 1977-12-16 Meys Willy Dispositif permettant le blocage reglable d'une piece mobile par rapport a un bati fixe
US4194851A (en) * 1977-11-10 1980-03-25 Polyproducts Corp. Universal hub for geodesic domes
DE2903119A1 (de) 1979-01-27 1980-07-31 Licentia Gmbh Knotenpunkt zur loesbaren verbindung sich kreuzender rohre
SE416995B (sv) 1979-05-17 1981-02-16 Opto System Ab Rorkoppling
US5046882A (en) * 1989-09-27 1991-09-10 Bae Jin Corporation Tent frame folding device

Also Published As

Publication number Publication date
EP1673542A1 (en) 2006-06-28
JP2007507675A (ja) 2007-03-29
DE602004027748D1 (de) 2010-07-29
EP1673542B1 (en) 2010-06-16
ATE471464T1 (de) 2010-07-15
US20070072456A1 (en) 2007-03-29
WO2005033527A1 (nl) 2005-04-14

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US9496692B2 (en) Frame for cable feedthrough systems and frame parts therefor
US6296415B1 (en) CAM type hub and strut for use in portable and semi-permanent structures
KR102166001B1 (ko) 강화 커플러 및 칼럼 정렬 장치 조합
US4744111A (en) Knock-down commode
JPH04119068U (ja) ワンタツチ式ドーム型テントの下部関節部の折畳み防止装置
AU580869B2 (en) Expansible fastening element
NL1024455C2 (nl) Inrichting en werkwijze voor het onderling bevestigen van kokervormige lichamen, en samenstel.
EP2093343B1 (en) Tension device for connection and tensioning of means connected to construction elements and method for producing the tension device
US20040255997A1 (en) Fastener for assembling connecting parts of a collapsible canopy frame
JPH11513089A (ja) 金属製凹形ビーム材(異形材)用の連結アングルジョイント
KR200201539Y1 (ko) 비계용 클램프
KR102041789B1 (ko) 트러스거더의 결합 및 해지용 장치
US5572838A (en) Strongback attachment system
DE69917999T2 (de) Kabelklemme
JP6867708B2 (ja) シート覆設構造物
KR200487458Y1 (ko) 동바리용 쐐기 타입 클램프
EP0453392A2 (de) Versorgungskanal für elektrische Energie
DE20012851U1 (de) Schlitzklemme
EP1302107A1 (en) Spraying apparatus
JPH076347Y2 (ja) 型枠の枠締装置
EP1402127A1 (en) Set of plates, a plate, a coupling structure and locking means therefor
JP2538225Y2 (ja) 配筋用スペーサ
JP4683756B2 (ja) 横架材連結用金具
FR2476720A1 (fr) Dispositif comprenant des elements modulaires et angulaires pour la construction de parois quelconques droites ou courbes
JP2500798Y2 (ja) 建築部材の接合構造

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20110501