NL1023536C2 - Ruimte en tafel voor het nuttigen van drank. - Google Patents

Description

9: +-

Titel: Ruimte en tafel voor het nuttigen van drank.

5 De uitvinding heeft betrekking op een ruimte voor het nuttigen van drank, zoals een café, omvattende een eerste deelruimte die is ingericht voor het daarin bereiden van eenheden van drank en een van de eerste deelruimte ruimtelijk gescheiden gelegen tweede deelruimte die is voorzien van ten minste een tafel waaraan ten minste een persoon staand of zittend 10 een eenheid van drank kan nuttigen.

Een dergelijk ruimte is op zich bekend als bijvoorbeeld een café of ander horecabedrijf. Veelal omvat de eerste deelruimte een bar waarin zich daarin of daarachter bevindend personeel drank vanuit grote voorraadvaten of flessen in kleinere volume-eenheden in een glas, kop of beker terecht laat 15 komen. Deze kleinere eenheden van drank worden dan ofwel aan de bar verkocht aan personen die zich in de tweede deelruimte bevinden ofwel meegegeven aan een medewerker van het horecabedrijf die de eenheden van drank serveert aan personen die zich in de tweede deelruimte bevinden. Deze personen nuttigen de drank veelal staand of zittend aan een tafel. Hier 20 . wordt onder verstaan het staan of zitten bij een tafel en het plaatsen van het glas, de kop of de beker op de tafel voor, tussen of na, perioden waarin de drank door dergelijke personen tot zich wordt genomen.

Een nadeel van een dergelijke ruimte is dat ten minste een van de personen die een drankje willen nuttigen in de tweede deelruimte zich ofwel 25 naar de eerste deelruimte dienen te begeven om het zich daarin of daarachter bevindende personeel ervan op de hoogte te brengen dat de persoon een of meerdere drankjes wil kopen, ofwel een medewerker van het café bij de betreffende tafel op de hoogte te brengen van deze wens. Vervolgens kunnen in de eerste deelruimte de bestelde klaargemaakte, dat 30 wil zeggen in de gebruikelijke of gewenste volume-eenheden worden gebracht om daarna bij de tafel te worden afgeleverd door ofwel een van de personen die een drankje willen nuttigen of de medewerker. Dit vergt heen 1023530»' 2 t ( en weer lopen tussen de tafel en de bar van ofwel een van de personen die aan een tafel een drankje willen nuttigen ofwel de medewerker. In het eerste geval kan dit proces op drukke tijdstippen ook leiden tot een samenklontering van personen die een drankje willen nuttigen rond de 5 eerste deelruimte, hetgeen voor nogal wat logistieke problemen zorgt. Immers, nadat een van de personen die een drankje willen nuttigen een of meerdere drankjes bij de eerste deelruimte heeft besteld en heeft ontvangen, zal de betreffende persoon met de drankjes, door de rond de eerste deelruimte samengeklonterde groep van personen moeten gaan om 10 deze uiteindelijk bij de betreffende tafel uit te kunnen delen.

In het tweede geval zal een of meerdere medewerkers heen en weer lopen tussen de tafels en de bar. Deze medewerker zijn voor de horecaondernemer een kostenpost.

De uitvinding beoogt tegemoet te komen aan ten minste een van de 15 bovengenoemde nadelen.

Dit doel is door de uitvinding bereikt door een ruimte te verschaffen die het kenmerk heeft dat ten opzichte van de tafel een doseerinrichting, waarmee drank van ten minste een soort kan worden vrijgegeven, zodanig is gefixeerd dat ten minste een aan de tafel staande of 20 zittende persoon de doseerinrichting kan bedienen ten behoeve van het aan de tafel verkrijgen van een gedoseerde hoeveelheid drank van de ten minste ene soort. Dit biedt het voordeel dat althans voor het verkrijgen van een drankje van de ten minste ene soort geen pad meer behoeft te worden afgelegd tussen deze zich in de tweede deelruimte bevindende tafel en de 25 eerste deelruimte. Personen die aan de tafel staan of zitten en een drankje van de ene soort willen nuttigen hoeven niet meer bij te dragen aan de samenklontering rond de eerste deelruimte. Het is mogelijk dat de samenklontering zich daardoor zelfs niet meer voordoet. Ook is het niet nodig dat de horecaondernemer medewerkers in dienst heeft om T033536·

I I

3 bestellingen op te nemen voor de drankjes van de ene soort en het serveren van deze drankjes.

In een voorkeursuitvoering geldt dat de ruimte een plafond of muur omvat waarmee de doseerinrichting is verbonden. In dit geval kan ten 5 minste een tafel onder of nabij de doseerinrichting zijn geplaatst zodat een aan de tafel staande of zittende persoon de doseerinrichting kan bedienen ten behoeve van het aan de tafel verkrijgen van een gedoseerde hoeveelheid drank van ten minste de ene soort.

Voor een dergelijke uitvoeringsvorm kan gelden dat de ruimte een 10 met de doseerinrichting verbonden leiding omvat voor ten minste de aanvoer van drank van de ten minste ene soort.

Het is, eventueel in een andere uitvoeringsvorm, mogelijk dat de tafel is verbonden met de doseerinrichting. In dit geval zal bij de verplaatsing van de tafel de doseerinrichting met de tafel mee verplaatsen. 15 Voor een dergelijke uitvoeringsvorm geldt bij voorkeur dat de tafel is voorzien van een tafelblad waarop of waartegen de doseerinrichting is aangebracht. Dit komt het gebruiksgemak ten goede.

Voorts kan gelden dat de tafel is voorzien van een met de doseerinrichting verbonden opslaginrichting voor het opslaan van een 20 voorraad van drank van de ten minste ene soort. Dit biedt het voordeel dat de tafel in principe overal kan worden geplaatst en niet afhankelijk is van eventuele leidingen en/of aansluitpunten voor het toevoeren van drank aan de doseerinrichting. In dit geval kan gelden dat de opslaginrichting onder het tafelblad is gelegen. Hiermee vormt de opslaginrichting geen visueel 25 obstakel voor rond de tafel staande of zittende personen. Bij voorkeur geldt daarbij dat de opslaginrichting een steun vormt voor het tafelblad. Dit komt de stabiliteit van de tafel ten goede.

Voorts kan gelden dat de opslaginrichting is voorzien van een koeling! Hierdoor blijft de kwaliteit van de drank van de ten minste ene 30 soort behouden en krijgt de drank, ten opzichte van de normalerwijs in de f023536· I eerste deelruimte bereidde eenheid van gekoelde drank, een zelfde mate van koeling zodat er geen verschil is in de mate van koeling tussen een drankje I dat geserveerd wordt vanuit de eerste deelruimte en een drankje dat met behulp van de doseerinrichting verkregen wordt in de tweede deelruimte.

I 5 Ook voor deze uitvoeringsvorm, waarbij de tafel is verbonden met I de doseerinrichting, kan gelden dat de doseerinrichting is verbonden met een leiding voor ten minste de aanvoer van drank van de ten minste ene I soort. Deze leiding kan ofwel via de opslaginrichting in verbinding staan I met de doseerinrichting ofwel direct in verbinding staan met de I 10 doseerinrichting. Bij het leeg raken van de opslaginrichting kan in beide I gevallen een dergelijke leiding uitkomst bieden.

Over het algemeen zal gelden dat de ruimte is voorzien van I registratiemiddelen voor het registeren van een genuttigde hoeveelheid I drank. Op basis van de registratie van de genuttigde hoeveelheid drank kan I 15 immers betaling voor de drank plaatsvinden. In het bijzonder geldt dat de registratiemiddelen zijn ingericht voor het per doseerinrichting registeren I van de genuttigde hoeveelheid drank. Zo is het mogelijk om bijvoorbeeld na I het nuttigen van een hoeveelheid drank per tafel bij de bar af te rekenen.

Het is ook mogelijk dat elke doseerinrichting is voorzien van I 20 registratiemiddelen zodat de aan een tafel staande of zittende personen zelf I eveneens in de gaten houden hoeveel drank zij hebben genuttigd.

Voor een versneld en eenvoudig betalingsverkeer kan gelden dat de tafel is voorzien van een betalingssysteem omvattend bijvoorbeeld een I chipbetaalsysteem of een geld inwerpautomaat. Dit brengt met zich dat ook I 25 voor het betalen van de genuttigde hoeveelheid drank geen pad tussen de I eerste deelruimte en de tafel in de tweede deelruimte meer behoeft te I worden afgelegd.

De uitvinding heeft ook betrekking op een ruimte die is voorzien I van ten minste een tafel waaraan ten minste een persoon staand of zittend I 30 een eenheid van drank kan nuttigen.

I 1023536· 5

De uitvinding heeft voorts betrekking op een tafel voor het aan de tafel staand of zittend nuttigen van drank.

De uitvinding wordt thans toegelicht aan de hand van een tekening. Hierin toont: I 5 Fig. 1 in perspectief een voorbeeld van een ruimte volgens een I eerste uitvoeringsvorm van de uitvinding; I Fig. 2 een eerste uitvoeringsvorm van een tafel volgens de I uitvinding; I Fig. 3 een tweede uitvoeringsvorm van een tafel volgens de I 10 uitvinding; I Fig. 4 een tweede uitvoeringsvorm van een ruimte volgens de I uitvinding; I Gelijke onderdelen zijn in de tekening voorzien van gelijke I referentietekens.

I 15 In Fig. 1 wordt een ruimte 1 voor het nuttigen van drank getoond.

I Een dergelijk ruimte kan een café omvatten, maar ook een restaurant, een I discotheek etc. De ruimte omvat een eerste deelruimte I die is ingericht voor I het daarin bereiden van eenheden van drank. Deze deelruimte is in Fig. 1¾ I met een onderbroken lijn weergegeven. Doorgaans omvat een dergelijke I 20 eerste deelruimte I een bar waarbinnen medewerkers van een horecabedrijf I op bestelling drankjes in glazen, kopjes of bekers schenken en tegen I betaling uitserveren aan de bar. Ruimte 1 omvat een van de eerste I deelruimte I ruimtelijk gescheiden gelegen tweede deelruimte II die is I voorzien een of meerdere tafels 2 waaraan een of meerdere personen staand I 25 of zittend een drankje kunnen nuttigen. In het in Fig. 1 getoonde voorbeeld I van een ruimte omvat de tweede deelruimte drie van dergelijke tafels 2. Ten opzichte van elke tafel 2 is een doseerinrichting 3, waarmee drank van ten minste een soort kan worden vrijgegeven, zodanig gefixeerd dat ten minste een aan de tafel 2 staande of zittende persoon de doseerinrichting 3 kan I 30 bedienen ten behoeve van het aan de tafel 2 verkrijgen van een gedoseerde

I T023536B

H hoeveelheid drank van de ten minste ene soort. De doseerinrichting 3 kan H bijvoorbeeld een op zich bekende postmixtap of premixtap omvatten.

Hiermee kunnen diverse frisdranken in een glas, kop of beker worden getapt door het glas, de kop of de beker onder een uitlaat te plaatsen waar 5 de gewenste frisdrank uitstroomt nadat de doseerinrichting bijvoorbeeld met behulp van een met de gewenste frisdrank corresponderende knop daartoe in werking is gezet. Het is mogelijk dat de tafel is voorzien van een voorziening voor het vrijgeven van een glas, kop of beker. Deze kunnen bijvoorbeeld vanuit een koker in een stapeling worden aangeboden een 10 kunnen zijn vervaardigd van glas, keramiek, plastic (plexiglas) of karton.

I De doseerinrichting zou ook kunnen zijn voorzien van een activeringsorgaan dat geactiveerd wordt wanneer een glas, kop of beker I onder de uitlaat wordt gehouden en/of tegen het activeringsorgaan drukt.

Hen dergelijk activeringsorgaan kan een hendel omvatten die weggeduwd 15 moet worden om het glas, de kop of de beker onder de uitlaat te houden. Er kan ook sprake zijn van een zogenaamd non-drip activeringsorgaan. Het is uiteraard mogelijk dat de doseerinrichting een keuze aan frisdranken biedt.

I Het gebruik van frisdrank is doorgaans niet aan een minimum I leeftijdsgrens gebonden. Derhalve lijkt vooral het aanbieden van I 20 frisdranken met behulp van een dergelijke doseerinrichting eenvoudig I implementeerbaar aangezien de houder van het horecabedrijf geen strafbare I handelingen verricht wanneer dergelijke dranken aan minderjarigen I worden verkocht.

I Het is echter niet uitgesloten dat een dergelijke doseerinrichting 3 I 25 ook, of in plaats van frisdrank, alcoholhoudende drank aanbiedt. Zo is het mogelijk om bijvoorbeeld bier of wijn eveneens met behulp van een dergelijke doseerinrichting aan te bieden. In dit geval kan de houder van I het horecabedrijf toegang tot de tweede deelruimte bijvoorbeeld beperken I tot meerderjarigen. Het is ook mogelijk dat de doseerinrichting koffie en/of I 30 thee kan vrijgeven. Ook chocolademelk is niet uitgesloten.

7

Onder een tafel wordt in dit verband een overigens normale reguliere tafel verstaan die veelal is voorzien van een tafelblad met in hoofdzaak in een horizontaal vlak gelegen, in zichzelf gesloten, omtreksrand. Een dergelijke tafel is veelal zodanig uitgevoerd dat op elke 5 positie langs de omtreksrand het staand of zittend nuttigen van drank i mogelijk is. Voorts geldt veelal dat een tafel vrij van een verbinding met een ondergrond kan worden opgesteld.

Bij voorkeur geldt dat de tafel 2 is verbonden met de doseerinrichting 3. Een voorbeeld van een dergelijk tafel wordt getoond in 10 Fig. 2. De tafel 2 is voorzien van een tafelblad 4 waarop of waartegen de doseerinrichting 3 is aangebracht. De tafel 2 kan zijn voorzien van een met de doseerinrichting 3 verbonden opslaginrichting (niet in detail getoond) voor het opslaan van een voorraad van drank. Bij voorkeur geldt dat de opslaginrichting onder het tafelblad 2 is gelegen. Zo kan de opslaginrichting 15 een steun 5 vormen voor het tafelblad 4.

Het is mogelijk dat opslaginrichting is voorzien van een koeling (eveneens niet getoond). Deze koeling kan elektrisch worden gedreven, en eventueel ook op gas. Ook een passieve koeling is niet uitgesloten. Voorts is het mogelijk dat de tafel een ijsblokjesmachine omvat. Een dergelijke op 20 zich bekende ijsblokjesmachine kan ook zijn aangebracht in of nabij de doseerinrichting.

Het is duidelijk dat een op een nabij de doseerinrichting 3 gelegen stoel 6 zittende persoon (niet getoond) de doseerinrichting van de betreffende tafel 2 kan bedienen ten behoeve van het aan de tafel verkrijgen 25 van een gedoseerde hoeveelheid drank. Deze persoon kan desgewenst ook drank verkrijgen voor een op een verder van .de doseerinrichting 3 gelegen stoel 7 zittende tafelgenoot (niet getoond). Ook ten opzichte van een tafel waar men bij voorkeur aan gaat staan gezien de hoogte van het tafelblad ten opzichte van de vloer, kan een dergelijke doseerinrichting zodanig zijn 30 gefixeerd dat de ten minste een aan de tafel staande persoon de doseerinrichting kan bedienen ten behoeve van het aan de tafel verkrijgen van de gedoseerde hoeveelheid drank.

Het is eveneens mogelijk dat de doseerinrichting 3 zodanig ten opzichte van de tafel is gefixeerd dat ook personen die niet aan de H 5 betreffende tafel staan of zitten toch gebruik kunnen maken van de H doseerinrichting zonder de aan de tafel zittende of staande personen te H hinderen. Een voorbeeld van een dergelijke tafel wordt getoond in Fig. 3. Zo kan de doseerinrichting zijn geplaatst nabij of tegen een omtreksrand 9 van het tafelblad 4. Een dergelijke doseerinrichting 3 zal bedienbaar en

10 toegankelijk zijn van een zijde A waar de tafel 2 zich bevindt of een zijde B

die vrij is van een tafelblad 4. Alhoewel Fig. 1 slechts de in Fig. 2 getoonde tafel toont kan ook de in Fig. 3 getoonde tafel zich in een dergelijk ruimte 1 bevinden. Ronde en vierhoekige vormen zijn voorkeursvormen van het tafelblad. De doseerinrichting is bij dergelijke tafelbladen bij voorkeur in 15 een centraal gelegen deel van het tafelblad opgesteld en bij voorkeur zodanig uitgevoerd dat deze in nagenoeg elke richting toegankelijk en bedienbaar is.

In Fig. 4 wordt een alternatieve uitvoeringsvorm van een ruimte I volgens de uitvinding getoond. In dit geval omvat de ruimte 1 een plafond 7 I 20 waarmee de doseerinrichting 3 is verbonden. De doseerinrichting zou ook tegen de muur 8 kunnen zijn aangebracht. Met name bij een dergelijke uitvoeringsvorm geniet het de voorkeur dat de doseerinrichting 3 is I verbonden met een leiding (niet getoond) voor ten minste de aanvoer van I drank van ten minste de ene soort. Ook bij de andere in deze specificatie I 25 besproken en getoonde uitvoeringsvormen is het mogelijk dat de I doseerinrichting is voorzien van een leiding voor ten minste de aanvoer van I drank. Door een dergelijk leiding kan drank aan worden gevoerd. Het is I mogelijk dat de leiding meeraderig is uitgevoerd en dat door elke ader een I andere drank wordt aangevoerd. Het is ook mogelijk dat de leiding met I 30 name water en/of koolzuurgas aanvoert en dat de doseerinrichting is

t I

9 voorzien van een reservoir met eventueel geconcentreerde zoetstoffen (bijvoorbeeld siroop) die aan het water met het eventueel daaraan toegevoegde koolzuurgas wordt toegevoegd voor het verkrijgen van een gewenste frisdrank. Dergelijke postmixtappen zijn op zich bekend. De 5 leiding kan water en/of koolzuurgas aanvoeren vanaf een elders gelegen voorraad die bij voorkeur gekoeld is. Het is in dat geval niet noodzakelijk dat de doseerinrichting is voorzien van een koeling. De tafel met de doseerinrichting of de doseerinrichting zelf kan ook voorzien zijn van een elektridteitssnoer mocht dit nodig zijn voor de koeling en/of de bediening 10 van de doseerinrichting. Het is echter goed mogelijk dat de tafel met de doseerinrichting en/of de doseerinrichting zelf geheel zelf ondersteunend is uitgevoerd, en geen leidingen behoeft te hebben voor aanvoer vanaf elders van drank en/of elektriciteit, en geen leidingen behoeft te hebben voor afvoer van bijvoorbeeld in een lekbak terecht gekomen drank.

15 Over het algemeen geldt dat de ruimte is voorzien van registratiemiddelen (niet getoond) voor het registreren van een genuttigde hoeveelheid drank. Deze registratiemiddelen kunnen zodanig zijn ingericht dat in een bepaalde deelruimte genuttigde hoeveelheid drank kan worden geregistreerd, en op basis van deze registratie kan worden afgerekend.

20 Een dergelijke toepassing zou geschikt kunnen zijn bij het verhuren van de deelruimte aan een groep bijvoorbeeld ten behoeve van een in de deelruimte te houden feest. Het is echter ook mogelijk dat de registratiemiddelen zijn ingericht voor het per doseerinrichting 3 registreren van de genuttigde hoeveelheid drank. Zo kan een groep personen 25 bijvoorbeeld plaatsnemen aan een bepaalde tafel, en bij vertrek, op basis van de registratie van de genuttigde hoeveelheid drank afrekenen. Het is mogelijk dat elke doseerinrichting 3 is voorzien van de registratiemiddelen (niet getoond). Zo kan iedereen bij een bepaalde tafel in de gaten houden welke hoeveelheid drank is genuttigd. Het is eveneens mogelijk om bij elke 30 uitvoeringsvorm de tafel te voorzien van een betalingssysteem omvattend bijvoorbeeld een chipbetaalsysteem of een geld inwerpautomaat. Deze kan H zodanig zijn ingericht dat vooraf per te doseren hoeveelheid drank betaald moet worden. Dergelijke betalingssystemen zijn op zich bekend.

I Het is ook mogelijk dat de doseerinrichting vanaf elders uit gebruik 5 kan worden genomen door de horecaondernemer of zijn medewerkers wanneer de personen rond de betreffende tafel niet betalen, zich misdragen, of in het geval er sprake is van alcoholmisbruik en enkele personen volgens I het inzicht van de horecaondernemer genoeg gehad hebben.

Het zal de vakman geen moeite kosten om met behulp van bekende 10 technologie elke uitvoeringsvorm van deze uitvinding te vervaardigen.

I De uitvinding beperkt zich geenszins tot de getoonde en hierboven I besproken uitvoeringsvoorbeelden. In plaats van een op zich bekende I postmixtap kan er sprake zijn van een op zich bekende premixtap. In dat I geval zal bij voorkeur in gebruik een overdruk heersen in de I 15 opslaginrichting voor behoud van het koolzuur. Zoals gesteld, de vakman kan zowel bij gebruik van de premixtap als bij gebruik van de postmixtap de opslaginrichting en de eventuele aan· en afvoerleidingen zodanig in of onder de tafel verwerken dat deze geen obstakel vormen bij het gebruik van de I tafel. Voorts kan de tafel zodanig zijn uitgevoerd dat deze zonder aan- en/of I 20 afvoerleidingen kan opereren, maar ook zodanig zijn uitgevoerd dat deze I langdurig met gebruik van aan- en afvoerleidingen kan opereren. Het is I mogelijk dat de doseerinrichting en de tafel een integraal met elkaar verbonden geheel vormen. Een dergelijke tafel kan zeer robuust zijn I uitgevoerd en zal met name wanneer deze eveneens is voorzien van een I 25 opslaginrichting en een koeling uitermate geschikt zijn voor gebruik bij I grote evenementen of op terrassen. Het zal eveneens duidelijk zijn dat de tafels in vele ruimten toepasbaar zijn. Hierbij valt te denken aan wachtruimte, stationshallen, terrassen en dergelijke. Al dergelijke ruimten kunnen zijn voorzien van een tafel ten opzichte waarvan een 30 doseerinrichting, waarmee drank van ten minste een soort kan worden 11 vrijgegeven, zodanig is gefixeerd dat ten minste een aan de tafel staande of zittende persoon de doseerinrichting kan bedienen ten behoeve van het aan de tafel verkrijgen van een gedoseerde hoeveelheid drank van de ten minste ene soort. Het is niet noodzakelijk dat zich in de ruimte een eerste 5 deelruimte, zoals een bar, bevindt.

Voorts is het mogelijk dat de tafels zijn voorzien van wieltjes en eventueel remmen voor deze wieltjes. De tafels kunnen ook zijn voorzien van lekbladen en een afvoer die daarmee is verbonden en/of een opvangbak. Ook kan de tafel zijn voorzien van ene afvalbak voor het weggooien van 10 plastic of kartonnen bekers.

Wanneer de doseerinrichting aan een plafond of muur is bevestigd kan er zijn voorzien in een hoogte of afstandsinstelling. Alhoewel de tafel in elk geval geschikt is om zittend of staand daaraan drank te nuttigen, is het uiteraard ook mogelijk dat de tafel geschikt is voor het daaraan zittend of 15 staand nuttigen van een maaltijd.

Met andere woorden, het tafelblad is tenminste zo groot dat een glas, beker of kop daarop geplaatst kan worden. Bij voorkeur is het zo groot dat tenminste een bord op de tafel past. Het is ook niet uitgesloten dat het tafelblad zo groot is dat een eventueel opengevouwen krant op de tafel kan 20 worden geplaatst. Het aantal mensen dat aan de tafel kan staan of zitten is tenminste één, bij voorkeur twee of meer.

Varianten op dergelijke ruimten alsmede varianten op de hierboven besproken tafel worden elk geacht binnen het raamwerk van de uitvinding te vallen.

25

Claims (15)

1. 2 Ruimte die is voorzien van ten minste een tafel waaraan ten I 15 minste een persoon staand of zittend een eenheid van drank kan nuttigen, I met het kenmerk, dat ten opzichte van de tafel een doseerinrichting, waarmee drank van ten minste een soort kan worden vrijgegeven, zodanig I is gefixeerd dat ten minste een aan de tafel staande of zittende persoon de I doseerinrichting kan bedienen ten behoeve van het aan de tafel verkrijgen I 20 van in een gedoseerde hoeveelheid drank van de ten minste ene soort.
2. 3 Ruimte volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de tafel is I verbonden met de doseerinrichting.
3. 4 Ruimte volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de tafel is I voorzien van een tafelblad waarop of waartegen de doseerinrichting is I 25 aangebracht. I 5 Ruimte volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de tafel is voorzien van een met de doseerinrichting verbonden I opslaginrichting voor het opslaan van een voorraad van drank van de ten I minste ene soort. I inoQKoe· 1 t
4. 6 Ruimte volgens conclusie 4 en 5, met het kenmerk, dat de opslaginrichting onder het tafelblad is gelegen.
5. 7 Ruimte volgens conclusie 4 en 5 of volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat de opslaginrichting een steun vormt voor het tafelblad.
6. 5. Ruimte volgens een der conclusies 5-7, met het kenmerk, dat de opslaginrichting is voorzien van een koeling.
7. 9 Ruimte volgens conclusie 1, 2 of 3, met het kenmerk, dat de ruimte een plafond of muur omvat waarmee de doseerinrichting is verbonden.
8. 10 Ruimte volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, 10 dat de ruimte een met de doseerinrichting verbonden leiding omvat voor tenminste aanvoer van drank van de ten minste ene soort.
9. 11 Ruimte volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de ruimte is voorzien van registratiemiddelen voor het registreren van een genuttigde hoeveelheid drank. 15 12 Ruimte volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat de registratiemiddelen zijn ingericht voor het per doseerinrichting registreren van de genuttigde hoeveelheid drank.
10. 13 Ruimte volgens conclusie 11 of 12, met het kenmerk, dat elke doseerinrichting is voorzien van de registratiemiddelen 20 14 Ruimte volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de tafel is voorzien van een betalingssysteem omvattende bijvoorbeeld een chipbetaalsysteem of een geld inwerpautomaat.
11. 15 Een tafel waaraan ten minste een persoon staand of zittend een eenheid van drank kan nuttigen, met het kenmerk, dat de tafel zodanig is 25 verbonden met een doseerinrichting waarmee drank van ten minste een soort kan worden vrijgegeven dat ten minste een aan de tafel staande of zittende persoon de doseerinrichting kan bedienen ten behoeve van het aan de tafel verkrijgen van een gedoseerde hoeveelheid drank van de ten minste ene soort. 1023536· I 14 I 16 Tafel volgens conclusie 14, met het kenmerk, dat de tafel is I voorzien van een tafelblad waarop of waartegen de doseerinrichting is I aangebracht. I 17 Tafel volgens conclusie 14 of 15, met het kenmerk, dat de tafel ie I 5 voorzien van een opslaginrichting voor het opslaan van een voorraad van I drank van ten minste de ene soort. I 18 Tafel volgens conclusie 15 en 16, met het kenmerk, dat de I opslaginrichting onder het tafelblad is gelegen. I 19 Tafel volgens conclusie 16 en 17 of volgens conclusie 18, met het 10 kenmerk, dat de opslaginrichting een steun vormt voor het tafelblad.
12. 20 Tafel volgens een der conclusies 17-19, met het kenmerk, dat de I opslaginrichting is voorzien van een koeling.
13. 21 Tafel volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat I de doseerinrichting verbindbaar is met een leiding voor de aanvoer van I 15 drank van de ten minste ene soort. I 22 Tafel volgens een der conclusies 15-21, met het kenmerk, dat de I tafel is voorzien van registratiemiddelen voor het registreren van een genuttigde hoeveelheid drank. I 23 Tafel volgens een der conclusies 15-22, met het kenmerk, dat de 20 tafel ie voorzien van een betalingsysteem omvattende bijvoorbeeld een I chipbetaalsysteem of een geld inwerpautomaat.
14. 24 Tafel volgens een der conclusies 15-23, met het kenmerk, dat de I tafel en de doseerinrichting een integraal met elkaar verbonden geheel I vormen. I 25 25. Tafel volgens een der voorgaande conclusies 16-24, met het I kenmerk, dat het tafelblad in hoofdzaak een ronde vorm heeft.
15. 26. Tafel volgens conclusie 25, met het kenmerk, dat de I doseerinrichting op of nabij het middelpunt van het tafelblad is I aangebracht. I 30 I VDt'8S 36·