NL1018303C2 - Afdichtingsfolie. - Google Patents

Afdichtingsfolie. Download PDF

Info

Publication number
NL1018303C2
NL1018303C2 NL1018303A NL1018303A NL1018303C2 NL 1018303 C2 NL1018303 C2 NL 1018303C2 NL 1018303 A NL1018303 A NL 1018303A NL 1018303 A NL1018303 A NL 1018303A NL 1018303 C2 NL1018303 C2 NL 1018303C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
sealing foil
sealing
foil
bitumen
rails
Prior art date
Application number
NL1018303A
Other languages
English (en)
Inventor
Roeland Hans Ferdinand Delden
Guido Piero Zacchetti
Original Assignee
Redeahold Apeldoorn B V
Brai S P A
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Redeahold Apeldoorn B V, Brai S P A filed Critical Redeahold Apeldoorn B V
Priority to NL1018303A priority Critical patent/NL1018303C2/nl
Priority to ITMI20021320 priority patent/ITMI20021320A1/it
Application granted granted Critical
Publication of NL1018303C2 publication Critical patent/NL1018303C2/nl

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E01CONSTRUCTION OF ROADS, RAILWAYS, OR BRIDGES
    • E01BPERMANENT WAY; PERMANENT-WAY TOOLS; MACHINES FOR MAKING RAILWAYS OF ALL KINDS
    • E01B37/00Making, maintaining, renewing, or taking-up the ballastway or the track, not provided for in a single one of groups E01B27/00 - E01B35/00
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E01CONSTRUCTION OF ROADS, RAILWAYS, OR BRIDGES
    • E01BPERMANENT WAY; PERMANENT-WAY TOOLS; MACHINES FOR MAKING RAILWAYS OF ALL KINDS
    • E01B2/00General structure of permanent way
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E01CONSTRUCTION OF ROADS, RAILWAYS, OR BRIDGES
    • E01DCONSTRUCTION OF BRIDGES, ELEVATED ROADWAYS OR VIADUCTS; ASSEMBLY OF BRIDGES
    • E01D19/00Structural or constructional details of bridges
    • E01D19/08Damp-proof or other insulating layers; Drainage arrangements or devices ; Bridge deck surfacings
    • E01D19/083Waterproofing of bridge decks; Other insulations for bridges, e.g. thermal ; Bridge deck surfacings
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E01CONSTRUCTION OF ROADS, RAILWAYS, OR BRIDGES
    • E01BPERMANENT WAY; PERMANENT-WAY TOOLS; MACHINES FOR MAKING RAILWAYS OF ALL KINDS
    • E01B2203/00Devices for working the railway-superstructure
    • E01B2203/04Cleaning or reconditioning ballast or ground beneath
    • E01B2203/047Adding material, e.g. tar, glue, protective layers
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E01CONSTRUCTION OF ROADS, RAILWAYS, OR BRIDGES
    • E01BPERMANENT WAY; PERMANENT-WAY TOOLS; MACHINES FOR MAKING RAILWAYS OF ALL KINDS
    • E01B2204/00Characteristics of the track and its foundations
    • E01B2204/05Use of geotextiles

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Architecture (AREA)
  • Civil Engineering (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)
  • Bridges Or Land Bridges (AREA)
  • Railway Tracks (AREA)

Description

Titel: Afdichtingsfolie.
De onderhavige uitvinding betreft een werkwijze voor het bekleden van een oppervlak onder een spoorbaan, zoals de bovenzijde van een treinviaduct.
5
In de stand van de techniek is het bekend om een oppervlak af te dichten met behulp van afdichtingsfolie. Een dergelijke afichtingsfolie is doorgaans opgebouwd uit een aantal lagen, waarvan de basis wordt gevormd door een laag bitumenhoudend materiaal. Aan de bovenzijde is deze laag bitumenhoudend materiaal afgedekt met 10 bijvoorbeeld een beschermlaag uit steenslag of zand. Deze beschermlaag zorgt ervoor dat het bovenoppervlak van de afdichtingsfolie bestand is tegen plaatselijke druk die op de afdichtingsfolie wordt uitgeoefend. Bovendien beschermt deze beschermlaag het bovenoppervlak tegen UV-straling. Wanneer bijvoorbeeld met behulp van een scherp voorwerp druk wordt uitgeoefend op de afdichtingsfolie zorgt de beschermlaag ervoor 15 dat dit scherpe voorwerp niet direct in de bitumenhoudende laag kan snijden. Daardoor wordt de levensduur van de afdichtingsfolie door de aanwezigheid van de beschermlaag verhoogd. Aan de onderzijde is de bitumenhoudende laag doorgaans afgeschermd met behulp van een schermfolie, bijvoorbeeld uit kunststof. Deze schermfolie zorgt ervoor dat de afdichtingsfolie tijdens het transport niet kan vervuilen. 20 En de beschermlaag zorgt er tevens voor dat de afdichtingsfolie oprolbaar en afrolbaar is.
Afdichtingsfolie wordt in banen geproduceerd. Deze banen verlopen van een eerste naar een tweede eindrand, waarbij de banen aan de zijkanten worden begrensd door een 25 eerste en een tweede zijrand. Na het produceren van de banen worden de banen opgerold om de afdichtingsfolie in een compacte vorm naar de plaats van bestemming te kunnen transporteren. Normaal gesproken is het vlak dat met behulp van de banen moet worden afgedekt breder dan de breedte van een enkele baan. Daarom is afdichtingsfolie volgens de stand van de techniek aan de zijranden voorzien van 30 bevestigingsstroken voor het op elkaar bevestigen van naast elkaar geplaatste banen. Door de naast elkaar geplaatste banen met elkaar te verbinden kan met behulp van een beperkte baanbreedte een oppervlak met een in principe onbegrensde afmeting worden bedekt.
101 8303 ’ 2
Om de banen op een goede manier op elkaar te laten aansluiten worden de banen doorgaans met een zekere overlap naast elkaar gelegd. Om de banen aan elkaar te bevestigen wordt vervolgens een bitumenhoudende laag van tenminste een van de naast 5 elkaar geplaatste banen verwarmd met behulp van een gasvlam. Daarna worden de banen op elkaar gedrukt waarbij de verwarmde bitumenhoudende laag zorgt voor een waterdichte verbinding tussen de banen.
De bevestigingsstroken die aanwezig zijn aan de zijranden van de banen 10 afdichtingsfolie worden in de stand van de techniek doorgaans aan de bovenzijde aangebracht. Aan de onderzijde zijn geen speciale voorzieningen getroffen voor het aan elkaar bevestigen van banen. Een gebruiker moet aan de onderzijde met behulp van een mes beschermlagen van de bitumenhoudende laag lossnijden, of hij moet met behulp van een brander de aanwezige schermfolie verwijderen om daarna de bitumenlaag met 15 behulp van een gasvlam te kunnen warmen en vloeibaar te kunnen maken.
Het zal duidelijk zijn dat het aan elkaar vastmaken van verschillende banen afdichtingsfolie volgens de stand van de techniek in de eerste plaats tijdrovend is. In de tweede plaats hangt het van de vakman of hoe betrouwbaar de aansluiting is van een 20 baan afdichtingsfolie op een ernaast geplaatste baan afdichtingsfolie.
Wanneer een ondersteuning onder bijvoorbeeld een spoorbaan wordt voorzien van een afdichtingsfolie volgens de stand van de techniek is er relatief veel ruimte nodig om met behulp van een gasvlam de bitumenhoudende laag van de naast elkaar geplaatste 25 banen op een juiste wijze te verwarmen. In de praktijk betekent dat ofwel dat de rails zo hoog moeten worden opgetild dat een gebruiker onder de rails voldoende bewegingsruimte heeft, ofwel dat door de beperkte aanwezige bewegingsruimte de kwaliteit van de verbinding tussen naast elkaar gelegen banen in gevaar wordt gebracht.
30 Gezien het bovenstaande is het doel van de onderhavige uitvinding om te voorzien in een werkwijze van het in de aanhef genoemde soort, waarbij het aan elkaar bevestigen van de verschillende banen afdichtingsfolie niet alleen snel kan plaatsvinden, maar ook met een van tevoren bepaalde constante kwaliteit. Verder is het het doel van de 1101 8303 3 onderhavige uitvinding om te voorzien in een werkwijze volgens het in de aanhef genoemde soort waarbij er relatief weinig ruimte en tijd nodig is voor het aan elkaar bevestigen van naast elkaar geplaatste banen afdichtingsfolie.
5 Dat doel wordt volgens de onderhavige uitvinding bereikt doordat men - ter plaatse van het te bekleden oppervlak de rails opheft, - onder de rails meerdere banen afdichtingsfolie uitrolt, in een richting dwars op de langsrichting van de rails, waarbij elke volgende baan een daarnaast gelegen baan gedeeltelijk overlapt, 10 - de banen ter plaatse van de overlap met elkaar verbindt met behulp van een kleefmiddel, - waarna men de rails weer omlaag brengt.
Doordat men de banen afdichtingsfolie ter plaatse van de overlap met elkaar verbindt 15 met behulp van een kleefmiddel is het niet meer nodig om de bitumenhoudende laag van de banen ter plaatse van de overlap te verwarmen. Door gebruik te maken van kleefmiddel kan men de naast elkaar geplaatste banen afdichtingsfolie simpelweg op elkaar drukken om een goede verbinding tussen de banen te verkrijgen. De kenmerken van het gebruikte kleefmiddel bepalen de uiteindelijke kwaliteit van de verbinding 20 tussen naast elkaar geplaatste banen. Dat wil zeggen dat de eindkwaliteit van de verbinding niet meer van de ervaring of de handigheid van de gebruiker afhangt.
Volgens de uitvinding is het verder voordelig dat men de banen afdichtingsfolie voor het aanbrengen daarvan op lengte brengt, zodanig dat de lengte van de baan 25 overeenkomt met de breedte van het te bekleden oppervlak, zoals de breedte van een treinviaduct.
Door van tevoren de lengte van de gebruikte banen dakbedekkingsfolie af te stemmen op de breedte van het oppervlak dat met behulp van de afdichtingsfolie moet worden 30 bedekt, is het mogelijk de efficiency bij het aanbrengen van de afdichtingsfolie verder te verhogen. De eindgebruiker hoeft bij het aanbrengen van de banen afdichtingsfolie de banen niet verder te behandelen. Dat spaart bij het aanbrengen van de banen tijd. Vooral bij het aanbrengen van afdichtingsfolie onder een spoorbaan is het van belang lot 83 03^ 4 dat een eindgebruiker snel kan werken. Onnodige vertraging bij het aanbrengen van de banen afdichtingsfolie leidt tot onnodige vertraging van het spoorverkeer op de spoorbaan.
5 Volgens de uitvinding is het verder voordelig dat men na het opheffen van de rails, ballast, zoals grind, onder de opgeheven rails egaliseert voorafgaande aan het aanbrengen van de afdichtingsfolie.
Zoals hieronder zal worden toegelicht wordt de werkwijze volgens de onderhavige 10 uitvinding bij voorkeur uitgevoerd met behulp van afdichtingsfolie die zeer grote rekken mogelijk maakt, zonder dat afdichtingsfolie bezwijkt. Dat wil zeggen dat de afdichtingsfolie kan worden aangebracht op een onegale ondergrond, zoals bijvoorbeeld een grindbed. Wel is het voordelig om voor het aanbrengen van de banen afdichtingsfolie het aanwezige ballast, zoals bijvoorbeeld het grind, van tevoren 15 enigszins te egaliseren.
Als alternatief is het mogelijk dat men na het opheffen van de rails ballast, zoals grind, voorafgaand aan het aanbrengen van de afdichtingsfolie geheel of gedeeltelijk wegneemt en men de ballast na het aanbrengen van de afdichtingsfolie geheel of 20 gedeeltelijk terugplaatst.
Het is bijvoorbeeld mogelijk dat men het aanwezige ballast wegneemt, vervolgens de afdichtingsfolie aanbrengt en daarna de ballast terugplaatst. Op deze manier wordt bewerkstelligd dat de onderzijde van de afdichtingsfolie nauw kan aansluiten op 25 bijvoorbeeld een vlakke ondergrond.
Volgens de uitvinding is het verder mogelijk dat men een eerste gedeelte van een spoorbaan opheft voor het daaronder aanbrengen van afdichtingsfolie, waarna men het eerste gedeelte van de spoorbaan laat zakken en vervolgens een in het verlengde tweede 30 gedeelte opheft voor het daar aanbrengen van een afdichtingsfolie onder de spoorbaan. Het opheffen van de rails vindt plaats met behulp van een hefvoertuig.
»101 8 8 ü 3 ^ 5
Door deze maatregel is het mogelijk dat men een traject onder een spoorbaan geleidelijk voorziet van een afdichtingsfolie. Het is zelfs mogelijk dat men tussen het aanbrengen van de afdichtingsfolie onder het eerste gedeelte en het tweede gedeelte de werkzaamheden gedurende een bepaald tijdsinterval stilligt. Hierdoor is het mogelijk 5 om een eerste traject uit te voeren gedurende de nachtelijke uren. Vervolgens kan men het werk stilleggen om het normale treinverloop weer mogelijk te maken. In de daarop volgende nacht worden de werkzaamheden weer voortgezet.
Volgens de uitvinding is het verder mogelijk dat men de rails van de spoorbaan opheft 10 met behulp van een hefvoertuig dat via de rails naar de plaats van bestemming wordt toegereden.
Verder is het mogelijk dat men na het bevestigen van de banen onder de spoorbaan de eindranden van de banen bevestigt aan de ondergrond.
15
Door deze maatregel is het mogelijk dat men nadat alle werkzaamheden zijn afgerond en het treinverloop weer zijn normale doorgang kan vinden de verschillende eindranden van de banen afdichtingsfolie die onder het spoor zijn aangebracht, verbindt met de ondersteuning. Op deze wijze wordt een verdere verbetering van de aanhechting van de 20 banen afdichtingsfolie met de ondergrond bewerkstelligd.
Naast de hierboven genoemde werkwijze omvat de onderhavige uitvinding ook een afdichtingsfolie.
25 De afdichtingsfolie volgens de onderhavige uitvinding wordt gekenmerkt doordat deze is voorzien van een laag bitumenhoudend materiaal, met een eerste zijde, die in het gebruik de bovenzijde van het dakbedekkingsfolie vormt, en een tweede zijde, die in het gebruik de onderzijde van de folie vormt, waarbij de eerste zijde is bekleed met een beschermlaag uit steenslag, zand of geotextiel en waarbij de tweede zijde is bekleed 30 met een beschermfolie, bijvoorbeeld uit kunststof, waarbij de afdichtingsfolie zich als baan uitstrekt vanaf een eerste eindrand naar een tweede eindrand en de afdichtingsfolie aan een eerste zijrand een eerste bevestigingsstrook omvat aan de bovenzijde van de afdichtingsfolie en aan een tweede zijrand een bevestigingsstrook il 0 1 3 „ l o 6 omvat aan de onderzijde van de afdichtingsfolie voor het met behulp van de bevestigingsstroken aan elkaar bevestigen van naastgelegen banen afdichtingsfolie, waarbij ten minste een van de bevestigingsstroken is uitgevoerd als klevende plakstrook.
5
Door de bevestigingsstroken van de afdichtingsfolie uit te voeren als plakstrook wordt het aan elkaar verbinden van de verschillende banen afdichtingsfolie sterk vereenvoudigd. De zijrand van een eerste baan afdichtingsfolie wordt simpelweg vastgeplakt op de bevestigingsstrook van een daarnaast gelegen baan afdichtingsfolie.
10
Volgens de uitvinding is het voordelig dat de eerste bevestigingsstrook van de afdichtingsfolie wordt gevormd door het in hoofdzaak steenslagvrij of zandvrij houden aan de bovenzijde van de bitumenhoudende laag, nabij de eerste eindrand van de afdichtingsfolie. .
15
Als alternatief is het mogelijk dat de eerste bevestigingsstrook voorzien is van een laag dubbelzijdig plakband, dat aan de bovenzijde is afgedekt met een met de hand wegneembaar schermfolie. Een van de zijden van dit dubbelzijdige band zal aangrijpen op de bitumenhoudende laag. Deze bitumenhoudende laag heeft ook enige mate van 20 kleefkracht, zodat de bevestiging van het dubbelzijdige band op de bitumenlaag zeer hecht kan zijn. De tegenoverliggende zijde van de dubbelzijdige band wordt tijdens het leggen van de afdichtingsfolie gebruikt voor het vastplakken van een baan afdichtingsfolie op een daarnaast geplaatste baan afdichtingsfolie.
25 Als alternatief is het mogelijk dat de eerste bevestigingsstrook is voorzien van kleefmiddel als component van de bitumenhoudende laag, waarbij de bevestigingsstrook aan de bovenzijde is afgedekt met een met de hand wegneembare schermfolie.
30 Om de kleefkracht van de eerste bevestigingsstrook te waarborgen is het voordelig dat de bovenzijde van het dubbelzijdige plakband is afgedekt met een met de hand weg te nemen schermfolie. Door de aanwezigheid van deze schermfolie kan de eerste verbindingsstrook niet vervuilen tijdens het transport en/of tijdens de opslag van de 1018303 : 7 afdichtingsfolie. Juist voor het aan elkaar vastmaken van twee naast elkaar gelegen banen afdichtingsfolie wordt de schermfolie weggenomen en komt de bevestigingsstrook vrij. Door de aanwezigheid van de schermfolie wordt op deze wijze bewerkstelligd dat de kleefkracht van de bevestigingsstrook optimaal is.
5
Volgens de uitvinding is het verder mogelijk dat de tweede plakstrook gevormd wordt door het in hoofdzaak vrijlaten van de bitumenhoudende laag aan de onderzijde van de afdichtingsfolie, waarbij de tweede bevestigingsstrook is voorzien van een met de hand wegneembare schermfolie.
10
Net als bij de eerste bevestigingsstrook geldt ook voor de tweede bevestigingsstrook dat de kleefkracht van de tweede bevestigingsstrook het best wordt gewaarborgd wanneer deze tijdens de opslag en/of transport is afgedekt, en juist voor het bevestigen van een daarnaast gelegen baan afdichtingsfolie vrijkomt.
15
Volgens de uitvinding is het voordelig dat de bitumenhoudende laag aan de onderzijde daarvan voorzien is van een versterkingslaag, die glasdraden omvat.
Het is volgens de uitvinding voordelig wanneer de versterkingslaag is gecacheerd tegen 20 de onderzijde van de bitumenhoudende laag.
Doordat de versterkingslaag is aangebracht aan de onderzijde van de bitumenhoudende laag en niet is aangebracht in de bitumenhoudende laag, kan de gehele bitumenhoudende laag rekken en krimpen, zonder daarbij gehinderd te worden door de 25 aanwezigheid van de versterkingslaag. Dit voordeel komt vooral tot zijn recht wanneer het aanwezige ballast onder de rails van een spoorbaan niet zijn verwijderd voordat de afdichtingsfolie wordt aangebracht. De weerstand tegen mechanische beschadigingen van de bitumenhoudende laag is namelijk erg hoog, vooral wanneer in deze bitumenhoudende laag geen verstevigingselementen aanwezig zijn. Door deze hoge 30 mechanische weerstand zal een steen niet makkelijk door de bitumenhoudende laag kunnen doordringen, zeker niet wanneer deze steen zich eerst door de verstevigingsmat van glasdraden heeft moet doorwerken.
tl 01 83 0 3 8
Volgens de uitvinding is het verder voordelig dat de versterkingslaag gevormd wordt door een mat met een in hoofdzaak open structuur.
Daarbij is het voordelig dat de versterkingslaag zich uitstrekt tot aan de tweede 5 plakstrook van de afdichtingsfolie.
Omdat de versterkingslaag onder de afdichtingsfolie smaller is dan de breedte van de afdichtingsfolie zelf, zijn de aanwezige overlappen tussen naast elkaar gelegen banen afdichtingsfolie compleet homogeen. Dat wil zeggen dat er ter plaatse van de 10 overlappen geen verstevigingsbaan aanwezig is. Eventueel aan de bovenzijde van de verstevigingsbaan aanwezig water kan hierdoor de overlappen niet bereiken en kan niet door capillaire werking in de overlap terecht komen. Wanneer de verstevigingsbaan zou doorlopen tot in de overlappen zou deze water kunnen transporteren naar de overlappen en daardoor delaminatie veroorzaken.
15
Volgens de uitvinding is het voordelig dat de schermfolie aan de onderzijde van de afdichtingsfolie polipropyleen omvat.
Door de aanwezigheid van deze beschermfolie uit bijvoorbeeld polipropyleen wordt 20 een eventuele versterkingslaag aan de onderzijde van de bitumen afgedekt. Dat betekent dat in het gebruik de versterkingslaag (die doorgaans bestaat uit glasdraden) niet vrij ligt. Door de aanwezigheid van de laag polipropyleenfolie wordt de hanteerbaarheid van de afdichtingsfolie volgens de uitvinding hoger dan wanneer deze laag niet aanwezig zou zijn. De polipropyleenfolie voorkomt het losraken van de 25 glasdeeltjes, die bij langdurig gebruik van de folie bij de gebruiker tot irritatie kan leiden. Tevens beschermt de beschermfolie de glasdraden bij het op de plaats brengen van de afdichtingsfolie. Wanneer de afdichtingsfolie bijvoorbeeld naar de plaats van gebruik wordt geschoven kan tijdens die schuifhandeling het glas niet beschadigen door de aanwezigheid van de beschermfolie.
30
Volgens de uitvinding is het verder voordelig dat de afmetingen van de afdichtingsfolie zo zijn gekozen dat de lengte van de afdichtingsfolie in hoofdzaak overeenkomt met de breedte van de ondergrond die met de afdichtingsfolie moet worden afgedekt.
1018303 9
Het feit dat men de afmetingen van de afdichtingsfolie zo kiest dat deze overeenkomen met de breedte van een ondergrond die men met de banen afdichtingsfolie wil bedekken heeft in de eerste plaats als voordeel dat men tijdens het aanbrengen van de 5 afdichtingsfolie de folie niet hoeft in te korten. Dit scheelt tijd tijdens het leggen van de afdichtingsfolie. Verder wordt de lengte al voor het transport van de banen afdichtingsfolie tot een minimum beperkt. Dat wil zeggen dat de hanteerbaarheid van de individuele rollen afdichtingsfolie verder wordt vergroot. De lengte van een baan afdichtingsfolie is bijvoorbeeld 5, 5 meter. De breedte van deze banen afdichtingsfolie 10 is bijvoorbeeld 1 meter.
Volgens de uitvinding is het voordelig dat de laag van bitumenhoudend materiaal een homogene compound vormt. Met het woord homogeen wordt een bitumenhoudende laag bedoeld die niet wordt verstoord door een verstevigingsmat die gedrekt is in 15 bitumen.
De uitvinding zal verder worden toegelicht aan de hand van de bijgaande figuren waarin: 20 Figuur 1 schematisch een aanzicht weergeeft van een treinviaduct dat aan de bovenzijde moet worden afgedekt met afdichtingsfolie.
Figuur 2 een dwarsdoorsnede weergeeft van de afdichtingsfolie volgens de vinding.
25 Figuur 3 een bovenaanzicht weergeeft van de afdichtingsfolie volgens figuur 2.
Figuur 4 een onderaanzicht weergeeft van de afdichtingsfolie volgens figuur 2.
In figuur 1 is een treinviaduct 1 afgebeeld, waarop verschillende naast elkaar geplaatste 30 stroken afdichtingsfolie 2 zijn aangebracht. De banen afdichtingsfolie 2 zijn niet in zijn geheel te zien omdat de banen 2 dakpansgewijs op elkaar zijn gelegd waarbij de zijrand van een eerste baan afdichtingsfolie steeds de daarnaast gelegen baan afdichtingsfolie overlapt. Op het viaduct 1 strekken zich spoorrails 3 uit. De spoorrails 3 zijn 1018303 10 aangebracht op zogenaamde dwarsliggers 30, die bijvoorbeeld van hout of van beton zijn vervaardigd. De stroken afdichtingsfolie 2 lopen in hoofdzaak parallel aan de dwarsliggers 30. Dat wil zeggen dat de stroken afdichtingsfolie 2 zich uitstrekken in een richting dwars op de langsrichting van de rails 3. De langsrichting van de banen 5 afdichtingsfolie 2 zijn aangegeven met pijlen A.
Om onder de rails 3 de afdichtingsfolie 2 te kunnen aanbrengen moeten de treinrails 3 worden verwijderd. Uit economische overwegingen is het niet aantrekkelijk om de rails 3 in zijn geheel van zijn plaats te moeten halen. Daarom is het voordeliger de rails op 10 zijn plaats te laten liggen en alleen in verticale richting omhoog te heffen, zodat aan de onderzijde van de rails 3 ruimte vrij komt voor het aanbrengen van de afdichtingsfolie 2. Wanneer de rails 3 worden opgetild is er onder deze rails 3 slechts een beperkte ruimte aanwezig om het afdichtingsfolie op het viaduct 1 te kunnen aanbrengen. Wanneer onder de opgetilde rails afdichtingsfolie wordt aangebracht volgens de 15 werkwijze volgens de stand van de techniek, moet een gebruiker onder de rails, dat wil zeggen in een zeer beperkte ruimte, met behulp van een gasvlam de onderzijde van tenminste een van de naast elkaar geplaatste banen afdichtingsfolie verwarmen. Door de beperkte ruimte zal dit verwarmen en vervolgens op elkaar bevestigen van de banen afdichtingsfolie niet gemakkelijk zijn uit te voeren. Bovendien zal het de nodige tijd 20 vergen. Verder zal de kwaliteit van de uiteindelijke verbinding afhangen van de handigheid en de vakbekwaamheid van de eindgebruiker.
Door echter gebruik te maken van de werkwijze volgens de vinding kan een eerste baan afdichtingsfolie met behulp van kleefmiddel worden vastgeplakt op een daarnaast 25 aangebrachte tweede baan afdichtingsfolie. Dat wil zeggen dat de verschillende naast elkaar geplaatste banen afdichtingsfolie 2 snel onder de opgetilde treinrails 3 kunnen worden bevestigd. Bovendien is de kwaliteit van de eindverbinding onafhankelijk van de eindgebruiker zelf.
30 Het kleefmiddel is op de afdichtingsfolie aangebracht in de vorm van een plakstrook. In plaats van dubbelzijdig plakband kan natuurlijk ook kleefmiddel gebruikt worden dat direct op de bovenzijde van de bitumenhoudende laag is aangebracht. Of als bestanddeel van de bitumenhoudende laag is aangebracht.
101 8303 ” 11
De snelheid van het aanbrengen van de afdichtingsfolie onder de rails wordt verder bevorderd doordat de lengte van de afdichtingsfolie 2 in hoofdzaak overeenkomt met de breedte van het viaduct 1. Dat betekent dat men elke baan afdichtingsfolie slechts 5 aan de zijranden daarvan hoeft te worden verbonden met naast gelegen banen afdichtingsfolie 2. Aan de eindranden van de baan afdichtingsfolie hoeven geen bijzondere maatregelen te worden genomen om de baan afdichtingsfolie op de ondergrond te bevestigen.
10 Volgens de uitvinding is het mogelijk dat men eerst de naast elkaar geplaatste banen afdichtingsfolie 2 aan elkaar bevestigt en vervolgens de rails 3 weer omlaag laat zakken. Daarna kan, zonder dat men de treinenloop verder belemmert, de eindrand van de verschillende banen 2 met de ondergrond worden verbonden. Op deze manier kan een verdere verbetering van de bevestiging van de banen afdichtingsfolie 2 op de 15 ondergrond worden bewerkstelligd.
In figuur 2 is een dwarsdoorsnede afgebeeld van de afdichtingsfolie 2 volgens de onderhavige uitvinding. De afdichtingsfolie 2 strekt zich uit van een eerste zijrand 2a tot de tweede zijrand 2b. De afdichtingsfolie 2 is als volgt opgebouwd: het centrale 20 gedeelte van de afdichtingsfolie 2 wordt gevormd door een homogene, dragerloze bitumenhoudende laag 4. Deze bitumenhoudende laag 4 is aan de bovenzijde afgedekt met hulp van een dunne laag steenslag. Aan de onderzijde van de afdichtingsfolie is een bekleding 6 aanwezig, die bijvoorbeeld kan bestaan uit een kunststoffolie, zoals propyleenfolie. Voor het verhogen van de sterkte van de afdichtingsfolie 2 is verder een 25 versterkingslaag 7 aangebracht. Opgemerkt wordt dat de versterkingslaag 7 minder breed is dan de baan afdichtingsfolie 2 zelf. Dat wil zeggen dat nabij de zijrand 2b de bitumenhoudende laag aan de onderzijde slechts gedeeltelijk van die versterkingslaag 7 vrij is. Deze versterkingslaag 7 wordt bijvoorbeeld opgebouwd uit een mat met gevlochten glasdraden. Deze mat heeft bij voorkeur een open structuur. Dat wil zeggen 30 dat de glasdraden slechts een beperkt gedeelte van het oppervlak van de bitumenhoudende laag bedekken.
101 8303 ^ 12
In figuur 2 is te zien dat men bij de eerste zijrand 2a een gedeelte van de bovenzijde van de bitumenhoudende laag 4 niet afdekt door middel van de laag steenslag, zand of geotextiel. Nabij deze zijrand 2a is de bovenzijde voorzien van een strook onbedekt bitumen. Op deze strook is een laag dubbelzijdig plakband 8 aangebracht. Dit 5 dubbelzijdige plakband 8 zal met de onderzijde daarvan vastkleven op de bovenzijde van de bitumenhoudende laag 4. De bovenzijde van het plakband 8 kan worden afgedekt met behulp van een schermfolie 9. Het is voor het verwerken van de afdichtingsfolie gewenst wanneer deze schermfolie 9 met de hand is te verwijderen.
10 Het doel van de schermfolie 9 spreekt voor zich. De schermfolie 9 zorgt ervoor dat de bovenzijde van het dubbelzijdige plakband 8 tijdens de opslag en/of het transport van de afdichtingsfolie 2 niet kan vervuilen. De schermfolie 9 kan worden verwijderd juist voordat naast elkaar geplaatste stroken op elkaar worden bevestigd. Dat wil zeggen dat de kleefkracht van het dubbelzijdige plakband 8 bij het op elkaar bevestigen van twee 15 naast elkaar geplaatste banen afdichtingsfolie te allen tijde optimaal is.
In figuur 2 is verder te zien dat de onderzijde van de bitumenhoudende laag 4 nabij de eindrand 2b voor een gedeelte vrijgehouden is. Dat betekent dat de bekleding 6 ter plaatse van deze strook niet aanwezig is. Zoals hierboven al is vermeld is ook de 20 verstevigingslaag 7 ter plaatste van de eindrand 2b slechts gedeeltelijk aanwezig. Doordat de onderzijde van de bitumenhoudende laag 4 vrij is gehouden van zowel de bekleding 6 als de verstevigingslaag 7 wordt bereikt dat bij het bevestigen van twee naast elkaar gelegen stroken afdichtingsfolie de bitumenhoudende laag 4 van een eerste baan afdichtingsfolie direct aangrijpt op de bovenzijde van het dubbelzijdige plakband 25 8. In de eerste plaats betekent dat dat ter plaatse van de overlap van de naast elkaar geplaatste banen geen verstevigingslagen aanwezig zijn die de buigzaamheid en de vervormbaarheid van de bitumenhoudende laag zouden kunnen beperken. Verder wordt voorkomen dat met behulp van de versterkingslaag, die opgebouwd is uit glasvezel, vocht kan worden toegevoerd naar de verbinding tussen de beide banen. Wanneer met 30 behulp van de versterkingslaag vocht naar de verbinding zou kunnen worden toegevoerd, zou er onder invloed van het vocht delaminatie kunnen optreden ter plaatse van de verbinding.
1018303^ 13
In figuur 2 is te zien dat de vrijgelaten strook nabij de zijrand 2b aan de onderzijde van de bitumenhoudende laag 4 is afgedekt met behulp van een schermfolie 10. Ook van deze schermfolie 10 is het gewenst dat deze met de hand is te verwijderen. In het gebruik zal een eerste baan afdichtingsfolie 2 naast een tweede baan afdichtingsfolie 2 5 worden geplaatst. Wanneer deze banen op de juiste wijze naast elkaar liggen en met een eerste baan er voldoende overlap is over de tweede baan worden in een enkele bewerkingsgang de schermfolie 9 van de onderste baan en de schermfolie 10 van de bovenste baan losgetrokken. Tegelijkertijd drukt men de onderzijde van de bitumenhoudende laag 4 van de bovenste baan op de bovenzijde van het dubbelzijdige 10 plakband 8. Op deze wijze wordt in een enkele bewerkingsgang een goede verbinding verkregen tussen de twee naast elkaar geplaatste banen afdichtingsfolie.
In figuur 3 is een bovenaanzicht weergegeven van de afdichtingsfolie 2 volgens figuur 2. Aan de bovenzijde is met behulp van puntjes de bekleding 5 uit steenslag, zand of 15 geotextiel aangeduid. Links in figuur 3 is de schermfolie 9 afgebeeld.
Figuur 4 is een onderaanzicht van de schermfolie 2 volgens figuur 2 afgebeeld. Aan de onderzijde is de beschermlaag 6 te zien, terwijl rechts in figuur 4 de schermfolie 10 is afgebeeld.
20
De afdichtingsfolie volgens de onderhavige uitvinding is in het bijzonder geschikt voor het afdichten van bijvoorbeeld een viaduct zoals te zien is in figuur 1. Ieder spoorwegnet is zo uitgerust dat het aanwezige spoor zo veel mogelijk wordt belast. Het stilleggen van een bepaalde route over het spoor voor renovatiewerkzaamheden 25 gedurende langere tijd is logistiek gezien onmogelijk. Daarom is het van groot belang dat de renovatiewerkzaamheden 's nachts worden uitgevoerd. Om de treinloop niet in gevaar te brengen moet de renovatie in een hele korte tijd plaats vinden en bovendien is het gewenst dat de werkzaamheden kunnen worden uitgevoerd met een hoge mate van flexibiliteit.
30
Bij het aanbrengen van een afdichtingslaag zoals is weergegeven in figuur 1 worden de volgende handelingen uitgevoerd: 1018303^ 14 - In de nachtelijke uren, op het moment dat het spoor minder druk belast wordt, rijdt een speciale trein naar het te renoveren viaduct.
- Met behulp van de speciale trein worden de rails met daaraan vast de dwarsliggers (beton of hout) opgetild.
5 - Door het optillen van de rails ontstaat een vrije ruimte tussen de rails en de bovenzijde van het grindbed dat op het viaduct aanwezig zal zijn van ongeveer 40 cm..
- Het aanwezige grindbed wordt ofwel gladgestreken ofwel geheel of gedeeltelijk verwijderd.
10 - Vervolgens wordt de afdichtingsfolie volgens de onderhavige uitvinding in stroken uitgerold en onder de rails aangebracht. In figuur 1 is de legrichting van de banen aangegeven met A. Om het aanbrengen van de afdichtingslaag sneller te laten plaatsvinden is het voordelig wanneer de lengte van de banen afdichtingsfolie overeenkomt met de breedte van het viaduct. Gezien het feit dat de breedte van de 15 stroken afdichtingsmateriaal in figuur 1 langer is dan de lengte van de banen zou ook kunnen worden gesproken van het feit dat de "lengte" van de banen gelijk wordt gekozen aan de breedte van het viaduct. In dat geval zouden echter de bevestigingsstroken niet aan de eindranden maar aan de zijranden van de stroken dakbedekkingsmateriaal bevestigd zijn.
20 - Vanwege de aanwezigheid van de bevestigingsstroken aan de zijranden 2a en 2b van figuur 2, is het niet nodig om met behulp van branders bitumen te verwarmen. Alleen de respectievelijke schermfolies 9, 10 hoeven van de overlappen te worden verwijderd en vervolgens is de baan klaar voor het bevestigen van de baan aan een naastgelegen baan.
25 - Het maken van aansluitingen tussen de afdichtingsfolie volgens de uitvinding met de randen van het viaduct kan plaatsvinden op het moment dat de rails alweer zijn teruggeplaatst. Het maken van de aansluiting hoeft de treinenloop verder niet te belemmeren.
- Zowel onder als boven de afdichtingslaag volgens de onderhavige uitvinding kan 30 een geotextiel worden geplaatst.
- Als het opgetilde gedeelte van de rails compleet is voorzien van een nieuwe laag afdichtingsfolie laat men de rails omlaag zakken en worden er wederom stenen tussen de rails en de dwarsliggers gelegd.
1 0 1 8303 ' 15 - De speciale trein die gebruikt wordt voor het optillen van de rails rijdt een stukje verder om op een nieuwe plaats de rails op te tillen en het aanbrengen van de afdichtingslaag mogelijk te maken. De werkzaamheden kunnen gedurende het aanbrengen van de afdichtingslaag worden onderbroken en in dat geval kan de 5 bijzondere trein naar een rangeerstation worden gereden om plaats te maken voor een normale treinenloop.
In een volgende onderbreking (bijvoorbeeld de volgende nacht) kunnen de werkzaamheden worden voortgezet.
10
Voor de bitumenlaag die gebruikt wordt voor de afdichtingsbaan 2 volgens de onderhavige uitvinding wordt gebruik gemaakt van een materiaal dat bestaat uit bitumen en styreenbutadieenstyreen (SBS). Het bijzondere van de bitumenhoudende laag volgens de uitvinding is dat een relatief grote hoeveelheid SBS in de 15 bitumenhoudende laag is verwerkt. In de bitumenhoudende laag is geen geïmpregneerde verstevigingsmat aanwezig. Het grote voordeel hiervan is dat de gehele bitumenhoudende laag kan rekken en krimpen. De eventuele rek en de krimp van de laag wordt niet beperkt door de aanwezigheid van een verstevigingsmat in de bitumenhoudende laag. Dit is met name voordelig wanneer de afdichtingslaag volgens 20 de uitvinding wordt aangebracht op een stenen bed. In dat geval is het voordelig wanneer de weerstand tegen mechanische beschadigingen relatief hoog is. Een steen kan in dat geval niet of moeilijk door de bitumenhoudende laag heen boren.
Een groot voordeel van de afdichtingsbaan 2 volgens de onderhavige uitvinding is dat 25 er slechts een ruimte van 40 cm nodig is om de baan af te rollen onder een opgetrokken spoorbaan. Verder is het natuurlijk een belangrijk voordeel dat door de aanwezigheid van de zelfklevende bevestigingsstroken het aan elkaar bevestigen van banen afdichtingsmateriaal snel kan plaatsvinden. De afdichtingslaag 2 volgens de onderhavige uitvinding kan ofwel direct op een ondersteuning zoals de bovenzijde van 30 een brug, ofwel op een laag stenen, zoals grind, ofwel op een laag geotextiel worden aangebracht. Deze laag geotextiel wordt bijvoorbeeld aangebracht bovenop een laag grind.
1 01 830 3 ' 16
De verwerking van het materiaal volgens de onderhavige uitvinding is mogelijk tijdens bijna alle weertypes. Wellicht is het aanbrengen van de afdichtingslaag bij strenge vorst niet aan te raden. Een verder kenmerk van de verstevigingsband van de onderhavige uitvinding is dat deze is gecacheerd met een cacheringlaag die is aangebracht tegen de 5 bitumenhoudende massa. De verstevigingsmat is daarom niet aanwezig in het bitumineuze materiaal zelf. Hierdoor blijven alle eigenschappen van de bitumenhoudende massa in stand. Dat wil zeggen dat de afdichtingslaag een elasticiteit kan bereiken van ongeveer 1000%.
101 8303 *

Claims (20)

1. Werkwijze voor het bekleden van een oppervlak onder een spoorbaan, zoals de bovenzijde van een treinviaduct, met het kenmerk, dat men 5. ter plaatse van het te bekleden oppervlak de rails opheft, - onder de rails meerdere banen afdichtingsfolie uitrolt, in een richting dwars op de langsrichting van de rails, waarbij elke volgende baan een daarnaast gelegen baan gedeeltelijk overlapt, - de banen ter plaatse van de overlap met elkaar verbindt met behulp van een 10 kleefmiddel, - waarna men de rails weer omlaag brengt.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat men de banen afdichtingsfolie voor het aanbrengen daarvan op lengte brengt, zodanig dat de lengte van de baan 15 overeenkomt met de breedte van het te bekleden oppervlak, zoals de breedte van een treinviaduct.
3. Werkwijze volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat men na het opheffen van de rails, ballast, zoals grind, onder de opgeheven rails egaliseert voorafgaande aan het 20 aanbrengen van de afdichtingsfolie.
4. Werkwijze volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat men na het opheffen van de rails ballast, zoals grind, voorafgaand aan het aanbrengen van de afdichtingsfolie geheel of gedeeltelijk wegneemt en men de ballast na het aanbrengen van de 25 afdichtingsfolie geheel of gedeeltelijk terugplaatst.
5. Werkwijze volgens een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat men een eerste gedeelte van een spoorbaan opheft voor het daaronder aanbrengen van afdichtingsfolie, waarna men het eerste gedeelte van de spoorbaan laat zakken en 30 vervolgens een tweede gedeelte opheft voor het daar aanbrengen van een afdichtingsfolie onder de spoorbaan. 101 8303 i
6. Werkwijze volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat tussen het aanbrengen van de afdichtingsfolie onder het eerste gedeelte en het tweede gedeelte de werkzaamheden gedurende een bepaald tijdsinterval stilligt.
7. Werkwijze volgens een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat men de rails van de spoorbaan opheft met behulp van een hefvoertuig dat via de rails naar de plaats van bestemming wordt toegereden.
8. Werkwijze volgens een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat men na 10 het bevestigen van de banen onder de spoorbaan de eindranden van de banen bevestigt aan de ondergrond.
9. Afdichtingsfolie, in het bijzonder geschikt voor de werkwijze volgens een van de voorgaande conclusies, voorzien van een laag bitumenhoudend materiaal, met een 15 eerste zijde, die in het gebruik de bovenzijde van het dakbedekkingsfolie vormt, en een twéede zijde, die in het gebruik de onderzijde van de folie vormt, waarbij de eerste zijde is bekleed met een beschermlaag uit steenslag, zand of geotextiel en waarbij de tweede zijde is bekleed met een beschermfolie, bijvoorbeeld uit kunststof, waarbij de afdichtingsfolie zich als baan uitstrekt vanaf een eerste eindrand naar een tweede 20 eindrand en de afdichtingsfolie aan een eerste zijrand een eerste bevestigingsstrook omvat aan de bovenzijde van de afdichtingsfolie en aan een tweede zijrand een bevestigingsstrook omvat aan de onderzijde van de afdichtingsfolie voor het met behulp van de bevestigingsstroken aan elkaar bevestigen van naastgelegen banen afdichtingsfolie, met het kenmerk, dat ten minste een van de bevestigingsstroken is 25 uitgevoerd als klevende plakstrook.
10. Afdichtingsfolie volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat de eerste bevestigingsstrook van de afdichtingsfolie wordt gevormd door het in hoofdzaak steenslagvrij of zandvrij houden aan de bovenzijde van de bitumenhoudende laag, nabij 30 de eerste eindrand van de afdichtingsfolie. 1018303^
11. Afdichtingsfolie volgens conclusie 9 of 10, met het kenmerk, dat de eerste bevestigingsstrook voorzien is van een laag dubbelzijdig plakband, dat aan de bovenzijde is afgedekt met een met de hand wegneembaar schermfolie.
12. Afdichtingsfolie volgens conclusie 9 of 10, met het kenmerk, dat de eerste bevestigingsstrook is voorzien van kleefmiddel als component van de bitumenhoudende laag, waarbij de bevestigingsstrook aan de bovenzijde is afgedekt met een met de hand wegneembare schermfolie.
13. Afdichtingsfolie volgens een van de conclusies 9-12, met het kenmerk, dat de tweede plakstrook gevormd wordt door het in hoofdzaak vrijlaten van de bitumenhoudende laag aan de onderzijde van de afdichtingsfolie, waarbij de tweede bevestigingsstrook is voorzien van een met de hand wegneembare schermfolie.
14. Afdichtingsfolie volgens een van de conclusies 9-13, met het kenmerk, dat de bitumenhoudende laag aan de onderzijde daarvan voorzien is van een versterkingslaag, die glasdraden omvat.
15. Afdichtingsfolie volgens conclusie 14, met het kenmerk, dat de versterkingslaag is 20 gecacheerd tegen de onderzijde van de bitumenhoudende laag.
16. Afdichtingsfolie volgens conclusie 14 of 15, met het kenmerk, dat de versterkingslaag gevormd wordt door een mat met een in hoofdzaak open structuur.
17. Afdichtingssfolie volgens een van de conclusies 14-16, met het kenmerk, dat de versterkingslaag zich uitstrekt tot in de tweede plakstrook van de afdichtingsfolie.
18. Afdichtingsfolie volgens een van de conclusies 9-17, met het kenmerk, dat de schermfolie aan de onderzijde van de afdichtingsfolie polipropyleen omvat. 30
19. Afdichtingsfolie volgens een van de conclusies 9-18, met het kenmerk, dat de afmetingen van de afdichtingsfolie zo zijn gekozen dat de lengte van de 10183031 afdichtingsfolie in hoofdzaak overeenkomt met de breedte van de ondergrond die met de afdichtingsfolie moet worden afgedekt.
20. Afdichtingsfolie volgens een van de conclusies 9-19, met het kenmerk, dat de laag 5 van bitumenhoudend materiaal een homogene compound vormt. 101 8303 '
NL1018303A 2001-06-15 2001-06-15 Afdichtingsfolie. NL1018303C2 (nl)

Priority Applications (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1018303A NL1018303C2 (nl) 2001-06-15 2001-06-15 Afdichtingsfolie.
ITMI20021320 ITMI20021320A1 (it) 2001-06-15 2002-06-14 Membrana stagna

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1018303A NL1018303C2 (nl) 2001-06-15 2001-06-15 Afdichtingsfolie.
NL1018303 2001-06-15

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1018303C2 true NL1018303C2 (nl) 2002-12-17

Family

ID=19773561

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1018303A NL1018303C2 (nl) 2001-06-15 2001-06-15 Afdichtingsfolie.

Country Status (2)

Country Link
IT (1) ITMI20021320A1 (nl)
NL (1) NL1018303C2 (nl)

Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR1332056A (nl) * 1963-12-16
US3587964A (en) * 1969-04-18 1971-06-28 Meadows W R Inc Protective course for bridge deck
DE2510162A1 (de) * 1975-03-08 1976-09-16 Phoenix Gummiwerke Ag Dichtungsbahn aus gummi oder gummiaehnlichem material
DE19535052A1 (de) * 1994-10-04 1996-04-11 Plasser Bahnbaumasch Franz Maschine zur Einbringung eines Geokunststoffes unterhalb eines Gleises

Patent Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR1332056A (nl) * 1963-12-16
US3587964A (en) * 1969-04-18 1971-06-28 Meadows W R Inc Protective course for bridge deck
DE2510162A1 (de) * 1975-03-08 1976-09-16 Phoenix Gummiwerke Ag Dichtungsbahn aus gummi oder gummiaehnlichem material
DE19535052A1 (de) * 1994-10-04 1996-04-11 Plasser Bahnbaumasch Franz Maschine zur Einbringung eines Geokunststoffes unterhalb eines Gleises

Also Published As

Publication number Publication date
ITMI20021320A1 (it) 2003-12-15

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US7550187B2 (en) Moisture barrier membrane with tearable release liner composite
JP4336989B2 (ja) 床版用防水シートの貼り付け機械
US11624160B2 (en) Paving machine membrane dispenser
CA2559213C (en) Flooring material, methods for producing and laying same
EP3099859A1 (en) Method for waterproofing railway bridges and waterproofing material for carrying out said method
NL1018303C2 (nl) Afdichtingsfolie.
CA2174397A1 (en) Pavement sealing product and method
FR2478709A1 (fr) Membrane d'etancheite comprenant une couche de semi-independance integree et son procede de fabrication
JP4188505B2 (ja) アスファルトシート
JP2002322603A (ja) アスファルト舗装の防水施工方法
JP3467413B2 (ja) 面状ヒータを埋設したアスファルト舗装構造の形成方法
JP5286193B2 (ja) アスファルト舗装地用pc構造体及びその設置工法
KR100797088B1 (ko) 교면 보수공법
JP4237019B2 (ja) 省力化軌道施工用シートおよび施工方法
JP3580747B2 (ja) コンクリートの養生防水シートおよび養生防水工法
FR2582333A1 (fr) Feuille bitumineuse et revetement d'etancheite en comportant application.
JPH0892905A (ja) アスファルトコンクリート舗装下面の防水施工法
CN214939243U (zh) 一种有砟铁路桥面复合防水体系
CN111535169B (zh) 一种公路桥梁沥青层纵向暗埋排水的施工方法
FR2789675B1 (fr) Beton bitumineux et procede pour couche de roulement a adherence elevee et durable
JP3832523B2 (ja) 舗装下地用シート
JPS6011164B2 (ja) 床版の舗装方法
JP2590191Y2 (ja) 舗装下地用シート
JP2004332271A (ja) 環境対応の防水シートとその施工法
JPS60129304A (ja) アスフアルト舗装のセンタ−ジヨイントなどにおける施工継目の施工方法

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20140101