NL1015290C1 - Mestschuif, mestschuifsysteem en stal, voorzien van systeem. - Google Patents

Description

J ,

MESTSCHUIF, MESTSCHUIFSYSTEEM EN STAL, VOORZIEN

VAN SYSTEEM

De onderhavige uitvinding betreft een mest-schuif, een mestschuifsysteem en een stal voor vee met een dergelijk mestschuifsysteem, waarbij de mestschuif omvat: ten minste één zich over de stalvloer uitstrekken-5 de arm; een lichaam, waaraan de armen zijn aangebracht en van waaruit de armen zich uitstrekken.

In dergelijke bekende mestschuiven worden o.a. kettingen gebruikt. Het is echter wenselijk om kabels of andere soortgelijke langgerekte elementen te gebruiken 10 vanwege kostenaspecten. Het is bekend om kabels of dergelijke andere langgerekte elementen te gebruiken. Dergelijke kabels of soortgelijke langgerekte elementen vertonen als eigenschap, dat deze een bepaalde mate van rek vertonen. Een aandrijving voor het verplaatsen van de 15 mestschuif via dergelijke spanbare elementen is veelal ingericht om de werking hiervan te stoppen, wanneer een kabelbreuk optreedt.

De bekende techniek vertoont als nadeel, dat wanneer een bepaalde mate van rek optreedt in de kabel of 20 ander spanbaar element, dit door het systeem ten onrechte wordt geïnterpreteerd als een kabelbreuk.

Met de onderhavige uitvinding is beoogd dit bovengenoemde en andere nadelen te verhelpen, waartoe een mestschuif is verschaft, die zich onderscheidt door ten 25 minste één via een spanbaar element met een aandrijving te verbinden spanmechanisme. Met een mestschuif volgens de onderhavige uitvinding is het bovengenoemde probleem van de bekende techniek effectief voorkomen.

In een voorkeursuitvoeringsvorm is het spanme-30 chanisme opgesloten in het lichaam van de mestschuif. Hiermee wordt doeltreffend voorkomen, dat dieren in de 101529 0 2 stal verwondingen op kunnen lopen aan uitstekende delen. Verder is, door het spanmechanisme onderdeel te maken van de mestschuif, een eenvoudige en elegante configuratie verschaft, die door de boer of de monteur eenvoudig op 5 spanning te brengen is, wanneer dat gewenst is.

In een andere voorkeursuitvoeringsvorm omvat het spanmechanisme een kamer, waarin het spanbare element in een lus om een spanner is geslagen. Door het spanbare element, bijv. een kabel, in een lus om een spanner te 10 slaan, levert elke afstand, waarover de spanner wordt ingekort, een inname van het spanbare element van tweemaal deze afstand op.

In een dusdanige uitvoeringsvorm kan de spanner een trekbout omvatten met een geleideblok aan het naar 15 het spanbare element gerichte uiteinde, waarbij het spanbare element om het geleideblok is geslagen. Aldus is een zeer eenvoudige en elegante verwezenlijking verschaft .

Hierbij kan het geleideblok een met een moer 20 vergelijkbare functie vervullen, waarbij het geleideblok op-en-neer verplaatsbaar is langs de trekbout bij draaiing hiervan.

Bij voorkeur wordt, in een uitvoeringsvorm van een mestschuif, die aan tegenover elkaar gelegen zijde 25 met het spanbare element is verbonden, aan elk van beide zijde ook een spanmechanisme verschaft. Aldus is het mogelijk het spannen van het spanbare element zodanig plaats te laten vinden, dat de mestschuif nog altijd de uiteinden kan bereiken van de mestgang, d.w.z. de weg, 30 die de mestschuif af dient te leggen om deze weg te ontdoen van mest.

Zoals hierboven reeds is opgemerkt, omvat de onderhavige uitvinding tevens een mestschuifsysteem voor een veestal met een mestschuif volgens de uitvinding, een 35 aandrijving en een verbinding tussen de aandrijving en de mestschuif in de vorm van het spanbare langgerekte element. Ook omhelst de onderhavige uitvinding een stal met een dergelijk mestschuifsysteem hierin, waarbij de mest- 1015290 3 schuif over banen over de stalvloer te verplaatsen is. Deze banen zijn hierboven reeds geïdentificeerd als mestgangen.

De onderhavige uitvinding zal hieronder nader 5 worden beschreven aan de hand van een in de tekening getoond uitvoeringsvoorbeeld hiervan, waarbij de tekening toont: fig. 1 een gedeeltelijk opengewerkt perspekti-visch aanzicht van een stal volgens de onderhavige uit-10 vinding; fig. 2 een met II aangeduid detail uit fig. 1; en fig. 3 een gedeeltelijk opengewerkt perspekti-visch aanzicht van een detail III in fig. 2.

15 In de afzonderlijke figuren zijn gelijksoortige of identieke componenten aangeduid met dezelfde referen-tienummers.

In fig. 1 is een stal 1 getoond, die in hoofdzaak een gebouw 2 omvat met hierin een vloer 3. De vloer 20 3 omvat een tweetal als mestgangen bekende banen 4, waardoorheen hieronder nader te beschrijven mestschuiven 5 verplaatsbaar zijn om mest in de mestgangen 4 weg te schuiven.

Hiertoe zijn de mestschuiven 5 in een kring met 25 elkaar en met een aandrijving 6 verbonden door middel van een kabel 7. Aldus zijn ook de verplaatsingen of de bewegingen van de mestschuiven 5 in de mestgangen 4 gekoppeld en tegengesteld. Wanneer één van de mestschuiven 5 het uiteinde van de mestgang 4 het dichtst nabij de 30 aandrijving 6 bereikt, bereikt de andere van de mestschuiven 5 het andere uiteinde van de hierbij behorende mestgang 4.

Om de levensduur van de kabel 7 zo lang moge-lijk te houden, is er een aantal maatregelen getroffen.

35 Op de hoekpunten van de rechthoekige kringloop, die door de kabel 7 wordt gedefinieerd, zijn wielen 8 opgesteld, die een grote diameter hebben. De kabel 7 is hieromheen geslagen en de grote diameter van de wielen 8 voorkomt, 1015290 4 dat de kabel 7 een abrupte buiging moet doorlopen bij de hoeken, maar de wielen 8 voeren de kabel 7 geleidelijk rond. Verder kan de kabel op allerlei manieren tegen bijv. corrosie zijn beschermd. Als voorbeeld wordt een 5 gevlochten staalkabel genoemd, waaromheen een kunststof bekleding is aangebracht. Het kunststof kan zelfs tussen het vlechtwerk van de gevlochten staalkabel worden aangebracht. Verder kan de aandrijving 6 een trommel omvatten, waaromheen de kabel 7 een aantal maal is geslagen, waar-10 bij de trommel in de aandrijving 6 met een bijv. elektromotor aan te drijven is. Doordat de kabel 7 een aantal maal om de trommel is geslagen, wordt de vereiste wrijving tussen de trommel en de kabel 7 gegenereerd, die nodig is om beide mestschuiven 5 aan te drijven. Bij 15 voorkeur heeft ook de trommel in de aandrijving 6, net als de wielen 8, een grote diameter om abrupte buiging van de kabel 7 te voorkomen.

In fig. 2 is in meer detail één van de mestschuiven 5 uit fig. 1 getoond, zoals in fig. 1 met II is 20 aangeduid. Deze mestschuif 5 omvat een lichaam 10, vanwaar zich armen 9 uitstrekken. In de hier getoonde uitvoeringsvorm zijn twee armen 9 aangebracht, maar andere constructies zijn evenzeer mogelijk.

Zoals in fig. 2 is getoond, zijn aan de onder-25 zijde van de armen 9 schraapranden 11 aangebracht, die bijv. van rubber kunnen zijn.

Het lichaam 10 wordt aan tegenover elkaar gelegen zijden aangegrepen door de kabel 7, zoals in fig. 2 is getoond. In fig. 3 is, zoals in fig. 2 met III is j 30 aangeduid, in meer detail een aanzicht getoond van het ! lichaam 10, waarvan het binnenwerk is opengewerkt om de I configuratie hiervan te tonen. Het lichaam 10 omvat twee ! spanmechanismen 12, waarvan er slechts één opengewerkt j zichtbaar is. De kabel 7 is aldus niet één doorlopende 35 kabel maar, zoals in fig. 3 is getoond, een tweetal kabels, waarvan de in het lichaam 10 stekende uiteinden zijn onderworpen aan de werking van de spanmechanismen 12. De spanmechanismen 12 zijn, zoals duidelijk te zien 1015290 5 is, opgesloten in het lichaam 10 van de mestschuif 5, zodat uitstekende delen aan de buitenzijde geen aanleiding kunnen geven tot verwondingen van de dieren.

Elk van de spanmechanismen 12 is in de hier 5 getoonde uitvoeringsvorm opgenomen in een afzonderlijke kamer 13, waarin een uiteinde van kabel 7 in de betreffende van de kamers 13 binnen wordt gevoerd door een gleuf 14 heen. De kabel 7 is verder om een geleideblok 15 geslagen en het uiteinde van de kabel 7 is vastgezet met 10 een klemconstructie, die onder andere bouten 16 omvat.

Het spanmechanisme 12 omvat naast geleideblok 15 een trekbout 17, die het geleideblok 15 aangrijpt en waarmee het geleideblok 15 in de lengterichting van de trekbout 17 verplaatsbaar is. In de hier getoonde uitvoe-15 ringsvorm is het geleideblok 15 met een moer vergelijkbaar en door draaiing van de trekbout 17 in de lengterichting hiervan verplaatsbaar.

Wanneer de trekbout 17 wordt aangehaald om het geleideblok 15, waaromheen de kabel 7 is geslagen, naar 20 achteren toe in de figuur te verplaatsen, resulteert elke verplaatsing van het geleideblok 15 over een afstand in het innemen van de kabel 7 over tweemaal deze afstand. Aldus is een soort overbrenging gecreëerd om het innemen van kabel 7 te vergemakkelijken.

25 De combinatie van trekbout 17 en geleideblok 15 vormen tezamen een spanner als uitvoeringsvorm van het spanmechanisme 12.

Hoewel in het voorgaande in het bijzonder met betrekking tot de aandrijving 6 en de hoèkwielen 8 aan-30 dacht is besteed aan een grote buigingsradius ter bescherming van de kabel 7, is een dergelijke grote bui-gingsradius in het lichaam 10, zoals dat in fig. 3 is getoond, niet strikt noodzakelijk. De buiging in de kabel 7 om het geleideblok 15 heen is relatief stationair. De 35 bocht "loopt" alleen langs de lengte van de kabel 7 wanneer de trekbout 17 wordt aangehaald.

De in fig. 3 getoonde uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding omvat twee spanmechanismen 12, 1015290 6 waarvan er één opengewerkt is getoond, in het binnenste van het lichaam 10, zodat het mogelijk is de kabels aan de voor- en achterzijde in de bewegingsrichting te spannen of te ontspannen. Aldus kan worden verzekerd, dat de 5 mestschuiven, bijv. in de configuratie van een stal in fig. 1, de uiteinden van de mestgang 4 zullen bereiken, en dat gelijktijdig zullen doen. Door het op geschikte wijze bedienen van de spanmechanismen 12, die elk werken op een afzonderlijk uiteinde van de aan weerszijde gele-10 gen kabels 7, kan de plaats van de mestschuif 5 in een geheel systeem, zoals dat bijv. in fig. 1 is getoond, worden ingesteld.

De kop van de spanbout 17 is bijv. een standaard maat, zodat het instellen van de gewenste span-15 kracht in de kabel 7 eenvoudig te verwezenlijken is. De in de figuren getoonde uitvoeringsvorm kent een aantal voordelen, maar de uitvinding dient niet hiertoe beperkt te worden uitgelegd.

Zo is de getoonde constructie eenvoudig en 20 tegen geringe kosten te produceren en ook gemakkelijk te installeren. Verder is de constructie compact en heeft de tweezijdige werking voordelen voor wat betreft het stellen van de positie van de mestschuif in een totaalsysteem. Overigens wordt nog opgemerkt, dat het spanmecha-25 nisme in principe zelfremmend is, het springt niet terug, wanneer de spanning op de kabel afneemt. Zelfs als de kabel 7 zou breken, dan zal het hier getoonde spanmechanisme 12 hiervan nauwelijks hinder ondervinden.

Er zijn echter alternatieven en aanvullende 30 uitvoeringsvormen mogelijk, die zich op zullen dringen aan de vakman na kennisneming van het voorgaande. Zo kan | worden volstaan met een enkel spanmechanisme 12, en kan de overbrenging zodanig worden aangepast, dat meer of minder dan tweemaal de afstand aan kabel wordt ingenomen 35 dan die, waarover het geleideblok is verplaatst. Zo blijkt, dat het bereik van de onderhavige uitvinding slechts is beperkt door de definitie van de beschermings-omvang volgens de bijgevoegde conclusies.

1015290 i

Claims (9)

1. Mestschuif voor het schoonschuiven van de vloer van een veestal, omvattende: - ten minste één zich over de stalvloer uitstrekkende arm; 5. een lichaam, waaraan de armen zijn aangebracht en van waaruit de armen zich uitstrekken; en - ten minste één via een spanbaar element met een aandrijving te verbinden spanmechanisme.

2. Mestschuif volgens conclusie 1, waarbij het 10 spanmechanisme is opgesloten in het lichaam.

3. Mestschuif volgens conclusie 1 of 2, waarbij het spanmechanisme een kamer omvat, waarin het spanbare element in een lus om een spanner geslagen is.

4. Mestschuif volgens conclusie 3, waarbij de 15 spanner een trekbout omvat met aan het naar het spanbare element gerichte einde een geleideblok, waarom het spanbare element is geslagen.

5. Mestschuif volgens conclusie 4, waarbij het geleideblok een met een moer overeenkomstige doorgang met 20 hierin inwendig schroefdraad voor de trekbout omvat, en langs de trekbout verplaatsbaar is tijdens draaiing van de trekbout.

6. Mestschuif volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij het lichaam aan tegenover elkaar 25 gelegen zijden met telkens een spanbaar element te verbinden is, waarbij aan elke van de zijden een spanmechanisme is aangebracht.

7. Mestschuif volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij het spanbare element een kabel is.

8. Mestschuif systeem voor een veestal, omvat tende ten minste één mestschuif volgens één van de voorgaande conclusies en een aandrijving voor de mestschuif, 1015290 « I » waarbij de aandrijving en de mestschuif zijn verbonden via een spanbaar langgerekt element.

9. Stal voor vee, omvattende een gebouw met een vloer en met een mestschuifsysteem volgens conclusie 8, 5 waarbij de mestschuif over banen over de stalvloer te verplaatsen is. i ! i X 1015290 I