NL1013737C2 - Desinfectie-inrichting met ventilatorondersteuning. - Google Patents
Desinfectie-inrichting met ventilatorondersteuning. Download PDFInfo
- Publication number
- NL1013737C2 NL1013737C2 NL1013737A NL1013737A NL1013737C2 NL 1013737 C2 NL1013737 C2 NL 1013737C2 NL 1013737 A NL1013737 A NL 1013737A NL 1013737 A NL1013737 A NL 1013737A NL 1013737 C2 NL1013737 C2 NL 1013737C2
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- disinfection device
- fan
- air
- disinfectant
- deflection element
- Prior art date
Links
Classifications
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A61—MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
- A61L—METHODS OR APPARATUS FOR STERILISING MATERIALS OR OBJECTS IN GENERAL; DISINFECTION, STERILISATION OR DEODORISATION OF AIR; CHEMICAL ASPECTS OF BANDAGES, DRESSINGS, ABSORBENT PADS OR SURGICAL ARTICLES; MATERIALS FOR BANDAGES, DRESSINGS, ABSORBENT PADS OR SURGICAL ARTICLES
- A61L2/00—Methods or apparatus for disinfecting or sterilising materials or objects other than foodstuffs or contact lenses; Accessories therefor
- A61L2/16—Methods or apparatus for disinfecting or sterilising materials or objects other than foodstuffs or contact lenses; Accessories therefor using chemical substances
- A61L2/22—Phase substances, e.g. smokes, aerosols or sprayed or atomised substances
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A01—AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
- A01M—CATCHING, TRAPPING OR SCARING OF ANIMALS; APPARATUS FOR THE DESTRUCTION OF NOXIOUS ANIMALS OR NOXIOUS PLANTS
- A01M13/00—Fumigators; Apparatus for distributing gases
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A61—MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
- A61L—METHODS OR APPARATUS FOR STERILISING MATERIALS OR OBJECTS IN GENERAL; DISINFECTION, STERILISATION OR DEODORISATION OF AIR; CHEMICAL ASPECTS OF BANDAGES, DRESSINGS, ABSORBENT PADS OR SURGICAL ARTICLES; MATERIALS FOR BANDAGES, DRESSINGS, ABSORBENT PADS OR SURGICAL ARTICLES
- A61L9/00—Disinfection, sterilisation or deodorisation of air
- A61L9/14—Disinfection, sterilisation or deodorisation of air using sprayed or atomised substances including air-liquid contact processes
Landscapes
- Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
- Health & Medical Sciences (AREA)
- General Health & Medical Sciences (AREA)
- Epidemiology (AREA)
- Pest Control & Pesticides (AREA)
- Veterinary Medicine (AREA)
- Public Health (AREA)
- Animal Behavior & Ethology (AREA)
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Environmental Sciences (AREA)
- Chemical & Material Sciences (AREA)
- Chemical Kinetics & Catalysis (AREA)
- General Chemical & Material Sciences (AREA)
- Zoology (AREA)
- Wood Science & Technology (AREA)
- Insects & Arthropods (AREA)
- Toxicology (AREA)
- Catching Or Destruction (AREA)
- External Artificial Organs (AREA)
- Apparatus For Disinfection Or Sterilisation (AREA)
Description
s
Desinfectie-inrichting met ventilatorondersteuning
De uitvinding heeft betrekking op een desinfectie-inrichting volgens de aanhef van conclusie 1.
5
Dergelijke desinfectie-inrichtingen zijn bekend, waarbij het zich in de voorraadtank bevindende desinfectiemiddel onder verhoogde druk wordt geplaatst zodat het onder druk naar het uitvoermondstuk wordt getransporteerd en bij het uit het uitvoermondstuk treden fijn wordt verdeeld. Als alternatief hiervoor kunnen dergelijke desinfectie-10 inrichtingen ook zijn uitgerust met een pomp - bij voorkeur lagedruk pompen - welke het desinfectiemiddel uit de voorraadtank naar het uitvoermondstuk transporteren. Het uitvoermondstuk produceert een fijne ruimtevullende nevel (spuitnevel) van desinfectiemiddel, die zich als een dunne laag laat aanbrengen op een te desinfecteren oppervlak. Bij het opbrengen van het desinfectiemiddel moet erop gelet worden dat 15 geen oppervlaktedelen onbehandeld blijven, omdat anders vanuit deze delen de zich daar bevindende ziekteveroorzakers weer kunnen uitbreiden. De door de bekende desinfectie-inrichtingen geproduceerde spuitnevels worden na het uit het uitvoermondstuk treden sterk afgeremd door de omgevende lucht en hebben daardoor slechts een beperkte reikwijdte. Bij het uitvoeren van het desinfectiemiddel moet 20 daarom zorgvuldig ieder oppervlaktedeel van het te behandelen oppervlak in hoofdzaak direct besproeid worden.
Het is bijzonder belangrijk in de landbouwkundige intensieve veehouderij zowel een regelmatige profylactische alsook een speciale desinfectie uit te voeren van alle zich in 25 een stal bevindende oppervlakken om de zich na schoonmaak nog in de stal bevindende ziekteverwekkende kiemen te doden, respectievelijk irreversibel te inactiveren. Deze arbeidsintensieve, zeer kostbare en bij bepaalde grondstoffen op basis van hun giftigheid ook gevaarlijke arbeid is echter noodzakelijk om nieuw gestalde dieren een kiemarm milieu te geven en daarmee optimale aanvangsomstandigheden.
De Europese octrooiaanvrage EP 0 531 980 beschrijft een inrichting voor het verstuiven van een werkzame stof met een behuizing welke is omgeven door een lucht doorvoerende buitenmantel. Aan de invoerzijde van de buitenmantel is een ventilator 1013737 30 -2- geplaatst. In de door de ventilator opgewekte luchtstroom door de buitenmantel wordt door middel van een wervelstroom-mondstuk de werkzame stof gedoseerd.
Doel van de onderhavige uitvinding is daarom een desinfectie-inrichting voor het 5 verspreiden van fijnverdeeld desinfectiemiddel zodanig door te ontwikkelen dat een fijnverdeeld desinfectiemiddel ook over een relatief grote afstand en voor een relatief grote ruimte kan worden aangebracht, zodat niet ieder oppervlaktedeel in hoofdzaak direct besproeid moet worden.
10 Het doel wordt bij het desinfectie-inrichting van het in aanhef genoemde type overeenkomstig de uitvinding verschaft met het kenmerk dat de desinfectie-inrichting is toegerust voor montage aan een motorvoertuig, waarbij de ventilator op een drager is bevestigd, welke verankerbaar is aan het motorvoertuig zodanig dat de drager uitkraagt van het motorvoertuig.
15
De voordelen van de uitvinding zijn er in het bijzonder in gelegen dat fijnverdeeld desinfectiemiddel in hoofdzaak door de ventilator opgewekte luchtstroom over een in verhouding grote afstand wordt getransporteerd. Een direct besproeien van afzonderlijke oppervlaktedelen is daardoor overbodig. Ook bij een grote stalinrichting 20 bereikt het door de desinfectie-inrichting overeenkomstig de uitvinding uitgevoerde desinfectiemiddel in hoofdzaak iedere gewenste positie. Op basis van de bevestiging van de desinfectie-inrichting aan een voertuig wordt het mogelijk de desinfectie-inrichting zodanig groot uit te voeren dat deze niet handmatig inzetbaar is. Een op een voertuig bevestigde uitvoering is daarmee op voordelige wijze geschikt voor de 25 behandeling van grote ruimten zoals bijvoorbeeld stallen in de veehouderij.
De in de desinfectie-inrichting aangebrachte ventilator omvat een uitvoeropening voor lucht waaruit de door de ventilator opgewekte luchtstroom treedt. Bij een voorkeursuitvoering van de desinfectie-inrichting is voor de uitvoeropening voor lucht 30 een afbuigelement aangebracht voor het afbuigen van de luchtstroom. De luchtstroom, welke in een door de ventilator bepaalde uitstroomrichting voor lucht in hoofdzaak gericht uit de uitvoeropening voor lucht treedt, wordt door het afbuigelement bij 101 37 37 -3- voorkeur verder verdeelt, zodat dit leidt tot een verbeterde verdeling van het aan de luchtstroom afgegeven desinfectiemiddel. Bij een doelmatige andere uitvoering is het afbuigelement in hoofdzaak plaatvormig uitgevoerd. Het vormt daarmee voor de luchtstroom een voldoende groot stootvlak, dat zorgt voor een afbuiging van de 5 luchtstroom van de uitvoerrichting voor lucht van de ventilator. Bijzonder doelmatig is het afbuigelement in hoofdzaak in een rechte hoek geplaatst ten opzichte van de uitvoerrichting voor lucht van de ventilator. Dit leidt ertoe dat de luchtstroom eveneens in hoofdzaak in een rechte hoek ten opzichte van de uitvoerrichting voor lucht van de ventilator wordt afgebogen en daarmee loodrecht daarop wordt afgegeven. Door deze 10 rangschikking kan een in hoofdzaak aan alle zijden, radiaal ten opzichte van de uitvoeropening voor lucht van de ventilator liggende afgave bereikt worden van lucht en het daarin fijnverdeelde desinfectiemiddel.
Bij een voorkeursuitvoeringsvorm steekt het afbuigelement in de uitvoerrichting voor 15 lucht van de ventilator ten opzichte van de uitvoeropening voor lucht aan alle zijden over. Dit veroorzaakt een sterkte lichtwerking van het afbuigelement en verhindert, dat de uit de ventilator tredende luchtstroom in hoofdzaak zijwaarts voorbij stroomt aan het afbuigelement. De uitvoeropening voor lucht van de ventilator omvat bij een voorkeursuitvoering van de uitvinding een in hoofdzaak cirkelvormige dwarsdoorsnede. 20 Bijzonder voordelig heeft dan het plaatvormige afbuigelement eveneens een in hoofdzaak cirkelvormige omtrek.
Om sterke werveling van de lucht tussen de uitvoeropening voor lucht van de ventilator en het afbuigelement te voorkomen heeft het afbuigelement tenminste gedeeltelijk een 25 in hoofdzaak bol oppervlak dat naar de uitvoeropening voor lucht is gekeerd.
Bij een andere voorkeursuitvoering wordt de uitvoeropening voor lucht door een in hoofdzaak naar buiten uitstrekkend gestel omgeven dat zich loodrecht op de uitvoerrichting voor lucht van de ventilator uitstrekt. Daarmee lopen het zich naar 30 buiten uitstrekkende gestel en het afbuigelement in hoofdzaak evenwijdig en op afstand van elkaar. Bij voorkeur steekt het zich naar buiten uitstrekkende gestel, in uitvoerrichting van lucht voor de ventilator gezien, in hoofdzaak in alle richtingen over 1 01 3737 -4- het afbuigelement. Het afbuigelement en het gestel vormen daarmee een zich in hoofdzaak radiaal naar buiten uitstrekkend luchtkanaal waaruit de door de ventilator afgegeven lucht in alle richtingen uittreedt.
5 Bij voorkeur is bij een uitvoeringsvorm van de uitvinding het uitvoermondstuk tussen het afbuigelement en het gestel aangebracht. Het desinfectiemiddel wordt daarmee afgegeven in de reeds loodrecht op de uitvoerrichting voor lucht van de ventilator afgebogen luchtstroom, en kan hiermee over een verhoudingsgewijs grote afstand worden getransporteerd.
10
Het heeft eveneens de voorkeur bij de onderhavige uitvinding te voorzien in meerdere uitvoermondstukken welke het desinfectiemiddel in de door de ventilator opgewekte luchtstroom afgeven. Daardoor kan een verbeterde verdeling worden bereikt van het desinfectiemiddel. Door een overeenkomstige plaatsing van de uitvoermondstukken in 15 de luchtstroom kan de hoeveelheid van het afgegeven desinfectiemiddel in verschillende richtingen worden afgegeven. Bij een doelmatige uitvoering zijn de uitvoermondstukken aangebracht op een in hoofdzaak over de rand van de uitvoeropening voor lucht aangebrachte ringleiding. Bijzonder voordelig is het wanneer voor ieder uitvoermondstuk een klep is aangebracht waarmee de afgiftehoeveelheid van 20 het bijbehorende uitvoermondstuk instelbaar is. Daarmee kan of voor het gebruik van de desinfectie-inrichting, of ook op continue wijze tijdens het gebruik, de afgave hoeveelheid van ieder afzonderlijk uitvoermondstuk worden bepaald en aangepast worden aan de bijbehorende vraag. 1 2 3 4 5 6 101 3737
Bij een andere doelmatige uitvoering is de drager uitgevoerd als een in lengterichting 2 verschuifbare slede zodat de daarop bevestigde ventilator in hoofdzaak over het 3 laadoppervlak van het voertuig verschoven kan worden. Daardoor kan de desinfectie- 4 inrichting voor transport eenvoudig op het laadvlak van het voertuig worden geschoven.
5
Wanneer als voertuig bijvoorbeeld een gesloten transportvoertuig wordt gebruikt dan 6 kan de desinfectie-inrichting door verschuiving tot in de binnenruimte van het voertuig worden beschermd tegen schadelijke omgevingsinvloeden. Voorts is er niets dat het -5- gebruik van het voertuig op de openbare weg beperkt wanneer de desinfectie-inrichting zich in de rustpositie bevindt.
De desinfectie-inrichting omvat eveneens een pomp die het vloeibare, fijnkorrelige, 5 poedervormige of gasvormige desinfectiemiddel transporteert naar de uitvoeropening.
Bovendien is er bij voorkeur voorzien in een stuur- en/of regelinrichting welke de ventilator en de hoeveelheid van het afgegeven desinfectiemiddel stuurt respectievelijk regelt. Voorts heeft het bijzonder de voorkeur dat een bedieninrichting is voorzien voor het bedienen van de desinfectie-inrichting, waarbij bij een doelmatige uitvoering de 10 bedieninrichting in een passagierscompartiment van het voertuig is aangebracht. Daarmee kan een persoon gelijktijdig de op het voertuig bevestigde desinfectie-inrichting bedienen en door een te desinfecteren ruimte rijden.
Voordelige andere uitvoeringen van de uitvinding zijn gekenmerkt door de 15 onderconclusies.
Navolgend wordt de uitvinding aan de hand van voorbeeldfiguren verduidelijkt. Hierin toont: figuur 1 een schematisch zijaanzicht op een desinfectie-inrichting overeenkomstig de 20 onderhavige uitvinding voor een bevestiging op een voertuig in een werkpositie; figuur 2 een dwarsdoorsnede in lengterichting door de desinfectie-inrichting uit figuur 1; en figuur 3 een zijaanzicht op de desinfectie-inrichting uit figuur 1 in een zich op een laadvloer van een voertuig bevindende rustpositie.
25
Figuur 1 toont een desinfectie-inrichting 1 welke op een drager 3 is bevestigd welke zich naar achter uitstrekt van een gedeeltelijk weergegeven voertuig 5. De drager 3 is in lengterichting uitgevoerd als verschuifbare slede, zodat de desinfectie-inrichting 1 tussen een in figuur 1 weergegeven werkpositie en een in figuur 3 weergegeven 30 rustpositie bewogen kan worden. In de werkpositie bevindt de desinfectie-inrichting zich aan de buitenzijde van het voertuig 5. Ter vereenvoudiging van het verschuiven 1 01 37 37 -6- van de drager 3 met de daarop bevestigde desinfectie-inrichting 1 naar de werkpositie is drager 3 voorzien van een handgreep 7.
De desinfectie-inrichting 1 voor het verspreiden van een fïjnverdeeld desinfectiemiddel 5 (dit kan ook een beschermmiddel voor planten zijn) omvat een voorraadtank (niet weergegeven) voor het bevatten van vloeibaar, respectievelijk vervloeibaar desinfectiemiddel en een leiding 9, 11, 13 voor het transporteren van het desinfectiemiddel van de voorraadtank naar tenminste één als uitvoeropening uitgevoerd uitvoermondstuk 15. De leiding bevat een buisdeel 9 dat de afstand overbrugt van de 10 voorraadtank, respectievelijk een hogedruk pomp (niet weergegeven) tot een aansluitstuk 17. Deze afstand wijzigt wanneer de desinfectie-inrichting 1 van de werkpositie wordt verschoven in de rustpositie. Voor dit doel kan of het buisdeel 9 losgemaakt worden van het met een afsluitkraan voorziene aansluitstuk 17, of het buisdeel 9 wordt verbogen wanneer de desinfectie-inrichting 1 van de werkpositie in de 15 rustpositie wordt bewogen. Op het aansluitstuk 17 volgt een buisdeel 11 waardoor het desinfectiemiddel wordt toegevoerd aan een ringleiding 13. De ringleiding 13 staat in hoofdzaak loodrecht op de drager 3 en strekt zich uit loodrecht op de lengterichting hiervan. Op de omtrek van de ringleiding 13 zijn meerdere uitvoermondstukken 15 aangebracht. Voor ieder uitvoermondstuk 15 bevindt zich een regelklep 19 waarmee de 20 hoeveelheid bepaald kan worden van het door de bijbehorende uitvoermondstuk 15 getransporteerde desinfectiemiddel. Op afstand van en parallel aan de ringleiding 13 verloopt de buitenste rand van een uitvoeropening 21 voor lucht van een ventilator 23, waaraan de ringleiding 13 met penvormige houders 24 is bevestigd. De ventilator 23 transporteert lucht door een voor een toevoerkanaal 25 geplaatst schermrooster 27 tot de 25 uitvoeropening 21 voor lucht. Boven het schermrooster 27 is in het bovenste gebied van het toevoerkanaal 25 bovendien een afdekplaat 29 aangebracht, welke voorkomt dat objecten van boven door het schermrooster 27 in het toevoerkanaal 25 kunnen vallen.
De getransporteerde lucht komt in uitvoerrichting 31 voor lucht van de ventilator 23 uit 30 de uitvoeropening 21 voor lucht en botst tegen een afbuigelement 33, dat zich loodrecht op de uitvoerrichting 31 voor lucht uitstrekt voor de uitvoeropening 21 voor lucht. Het afbuigelement 33 is in hoofdzaak plaatvormig uitgevoerd en steekt in alle richtingen in 101 3737 -7- uitvoerrichting 31 voor lucht ten opzichte van de uitvoeropening 21 voor lucht. Het afbuigelement 33 heeft evenals de uitvoeropening 21 voor lucht een in hoofdzaak cirkelvormige omtrek en heeft in een centraal gebied een in hoofdzaak bol oppervlak 35 dat naar de uitvoeropening 21 voor lucht is gekeerd. Het afbuigelement 33 is door 5 afstandhouders 37 vast verbonden met de ventilator 23.
De uitvoeropening 21 voor lucht wordt omgeven door een zich naar buiten uitstrekkend gestel 39 dat zich loodrecht uitstrekt op de uitvoerrichting 31 voor lucht van de ventilator 23. Het gestel 39 heeft evenals het plaatvormige afbuigelement 33 een in 10 hoofdzaak cirkelvormige omtrek en is in hoofdzaak parallel aan en op afstand van het afbuigelement 33 geplaatst. De diameter van het gestel 39 is iets groter dan die van het plaatvormige afbuigelement 33. Gezamenlijk vormen het gestel 39 en het plaatvormige afbuigelement 33 met betrekking tot de uitvoerrichting 31 voor lucht een in hoofdzaak radiaal naar buiten gericht omlopend luchtkanaal 40.
15
Figuur 2 toont een doorsnede door het op een voertuig 5 bevestigde desinfectie-inrichting 1 overeenkomstig figuur 1, waarbij overeenkomstige onderdelen zijn aangeduid door overeenkomstige verwijscijfers. In de ventilator 23 is een schoepenrad 41 geplaatst, dat door een motor 43 wordt aangedreven en om een as roteert welke 20 evenwijdig aan de uitvoerrichting 31 voor lucht loopt. De motor 43 is vast verbonden met de behuizing van de ventilator 23 door bevestigingen 45.
In de uitvoerrichting 31 achter het schoepenrad 41 en de bevestigingen 45 bevindt zich een schermrooster 27 dat gedeeltelijk wordt omsloten door een afdekplaat 29. In de 25 uitvoerrichting 31 voor lucht van het schoepenrad 41 bevindt zich een tweede schermrooster 47 dat de uitvoeropening 21 voor lucht van de ventilator beschermt tegen ongewenste toegang.
De gedeeltelijke doorsnede door het voertuig 5 geeft schematisch een deel weer van een 30 laadvloer 49 van het voertuig 5. Daar zijn verdere toevoerinrichtingen 51 aangebracht welke noodzakelijk zijn voor het functioneren van de desinfectie-inrichting 1. Tot de toevoerinrichtingen 51 behoren bijvoorbeeld een voorraadtank voor desinfectiemiddel, 1013737 -8- een hogedruk pomp, verdere buisleidingen, elektrische stuurkabels, besturings- en regelinrichtingen, een bedieningsinrichting etcetera. Deze zijn echter niet in detail weergegeven.
5 Figuur 3 toont de desinfectie-inrichting uit figuur 1 in een op een laadvloer 49 van het voertuig 5 geschoven rustpositie.
In plaats van desinfectiemiddels kunnen met beschreven inrichting ook andere middelen, zoals bijvoorbeeld een beschermmiddel voor planten, worden verspreid.
10
Waar op basis van bouwtechnische omstandigheden voor de behandeling eventueel niet alle beoogde oppervlakken bereikt kunnen worden, respectievelijk waar bijvoorbeeld elektrische schakelingen kunnen beschadigen door bevochtiging, kan door een op de drukleiding aangebrachte uitvoerpositie bijzonder voordelig een slang worden 15 aangebracht met een mondstuk aan het uitvoeruiteinde, om zo de genoemde oppervlakken handmatig te behandelen.
1013737
Claims (19)
1. Desinfectie-inrichting (1) voor het verspreiden van een fijn verdeeld desinfectiemiddel, met 5. een voorraadtank voor het opnemen van het vloeibaar desinfectiemiddel en - een leiding (9,11,13) voor het transporteren van het desinfectiemiddel van de voorraadtank naar tenminste één uitvoeropening, in het bijzonder een uitvoermondstuk (15), waarbij de desinfectie-inrichting (1) een ventilator (23) voor het opwekken van een luchtstroom omvat waarbij de uitvoeropening het desinfectiemiddel afgeeft in de door 10 de ventilator (23) opgewekte luchtstroom, met het kenmerk, dat de desinfectie-inrichting (1) is toegerust voor montage aan een motorvoertuig (5), waarbij de ventilator (23) op een drager (3) is bevestigd, welke verankerbaar is aan het motorvoertuig (5) zodanig dat de drager (3) uitkraagt van het motorvoertuig (5). 15
2. Desinfectie-inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de ventilator (23) een uitvoeropening (21) voor lucht omvat, waaruit de door de ventilator (23) opgewekte luchtstroom komt, en voor de uitvoeropening (21) voor lucht een afbuigelement (33) is aangebracht voor het afbuigen van de luchtstroom. 20
3. Desinfectie-inrichting volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat het afbuigelement (33) in hoofdzaak plaatvormig is.
4. Desinfectie-inrichting volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat het 25 afbuigelement (33) in hoofdzaak met een rechte hoek is aangebracht op de uitvoerrichting (31) van lucht van de ventilator (23).
5. Desinfectie-inrichting volgens conclusie 2, 3 of 4, met het kenmerk, dat het afbuigelement (33) in de uitvoerrichting (31) van lucht van de ventilator (23) ten 30 opzichte van de uitvoeropening (21) aan alle zijden oversteekt. 1013737 -10-
6. Desinfectie-inrichting volgens een der conclusies 2 tot 5, met het kenmerk, dat het afbuigelement (33) tenminste gedeeltelijk een in hoofdzaak convex oppervlak (35) bezit, dat is toegekeerd naar de uitvoeropening (21) voor lucht.
7. Desinfectie-inrichting volgens een der conclusies 2 tot 6, met het kenmerk, dat de uitvoeropening (21) voor lucht omgeven wordt door een in hoofdzaak zich naar buiten uitstrekken gestel (39), dat zich in hoofdzaak loodrecht uitstrekt op de uitvoerrichting (31) voor lucht van de ventilator (23).
8. Desinfectie-inrichting volgens conclusie 3 en 7, met het kenmerk, dat het uitvoermondstuk (15) is aangebracht tussen het afbuigelement (33) en het gestel (39).
9. Desinfectie-inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat meerdere uitvoermondstukken (15) zijn aangebracht. 15
10. Desinfectie-inrichting volgens conclusie 8 en 9, met het kenmerk, dat de uitvoermondstukken (15) zijn aangebracht op een in hoofdzaak over de rand van de uitvoeropening (21) voor lucht aangebrachte ringleiding (13).
11. Desinfectie-inrichting volgens conclusie 7 tot 10, met het kenmerk, dat het zich naar buiten uitstrekkende gestel (39) in uitvoerrichting (31) voor lucht van de ventilator (23) in hoofdzaak in alle richtingen uitsteekt ten opzichte van het afbuigelement (33).
12. Desinfectie-inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, 25 dat voor ieder uitvoermondstuk (15) een klep (17) is geplaatst.
13. Desinfectie-inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de drager (3) in langsrichting verschuifbaar is, zodat de daarop bevestigde ventilator (23) in hoofdzaak verschoven kan worden over een laadvlak (49) van het motorvoertuig 30 (5). 1013737 -11- *
14. Desinfectie-inrichting volgens een der voorgaande conclusies, gekenmerkt door een hoge druk pomp die het vloeibare desinfectiemiddel naar het uitvoermondstuk (15) transporteert.
15. Desinfectie-inrichting volgens een der voorgaande conclusies, gekenmerkt door een besturings- en/of regelinrichting, welke de ventilator (23) en de hoeveelheid van het afgegeven desinfectiemiddel bestuurt respectievelijk regelt.
16. Desinfectie-inrichting volgens een der voorgaande conclusies, gekenmerkt door 10 een bedieningsinrichting voor het bedienen van de desinfectie-inrichting (1).
17. Desinfectie-inrichting volgens conclusie 16, met het kenmerk, dat de bedieninrichting is aangebracht in een passagiersruimte van het motorvoertuig (5).
18. Desinfectie-inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat aan de drukleiding een aftappunt is aangebracht voor een slangaansluiting.
19. Verspreidingsinrichting voor bestrijdingsmiddelen tegen plantenziekten voor het verspreiden van fijnverdeeld bestrijdingsmiddel van plantenziekten overeenkomstig de 20 desinfectie-inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij in plaats van desinfectiemiddel een bestrijdingsmiddel voor plantenbescherming wordt toegepast. 1 01 3737
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
DE29821552 | 1998-12-04 | ||
DE29821552U DE29821552U1 (de) | 1998-12-04 | 1998-12-04 | Gebläseunterstütztes Feindesinfektionsgerät |
Publications (2)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL1013737A1 NL1013737A1 (nl) | 2000-06-06 |
NL1013737C2 true NL1013737C2 (nl) | 2001-06-01 |
Family
ID=8066136
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL1013737A NL1013737C2 (nl) | 1998-12-04 | 1999-12-03 | Desinfectie-inrichting met ventilatorondersteuning. |
Country Status (3)
Country | Link |
---|---|
DE (1) | DE29821552U1 (nl) |
DK (1) | DK199901724A (nl) |
NL (1) | NL1013737C2 (nl) |
Citations (3)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
GB525736A (en) * | 1939-02-27 | 1940-09-03 | Geoffrey Warner Parr | Improvements in and relating to apparatus for the nebulisation of liquids |
EP0531980A1 (de) * | 1991-09-10 | 1993-03-17 | Werner Stahl | Vorrichtung zum Zerstäuben eines Wirkstoffs |
FR2697164A1 (fr) * | 1992-10-23 | 1994-04-29 | Francais Prod Ind Cfpi | Dispositif d'atomisation d'un produit désinfectant liquide pour locaux à décontaminer. |
-
1998
- 1998-12-04 DE DE29821552U patent/DE29821552U1/de not_active Expired - Lifetime
-
1999
- 1999-12-02 DK DK199901724A patent/DK199901724A/da not_active Application Discontinuation
- 1999-12-03 NL NL1013737A patent/NL1013737C2/nl not_active IP Right Cessation
Patent Citations (3)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
GB525736A (en) * | 1939-02-27 | 1940-09-03 | Geoffrey Warner Parr | Improvements in and relating to apparatus for the nebulisation of liquids |
EP0531980A1 (de) * | 1991-09-10 | 1993-03-17 | Werner Stahl | Vorrichtung zum Zerstäuben eines Wirkstoffs |
FR2697164A1 (fr) * | 1992-10-23 | 1994-04-29 | Francais Prod Ind Cfpi | Dispositif d'atomisation d'un produit désinfectant liquide pour locaux à décontaminer. |
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
DE29821552U1 (de) | 1999-02-18 |
NL1013737A1 (nl) | 2000-06-06 |
DK199901724A (da) | 2000-06-05 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
AU596051B2 (en) | Method and kit for treatment of air conditioning system | |
KR20100006534A (ko) | 미스트 발생 장치 | |
NL8502649A (nl) | Inrichting voor het op een gewas spuiten van een vloeistof. | |
JP2011251149A (ja) | 空気清浄器 | |
EP3928801A1 (en) | Fogging system for dry-mist disinfection | |
CN112272569A (zh) | 用于借助于雾化器对至少一个房间、特别是人的居住空间进行消毒的设备 | |
KR101708183B1 (ko) | 농약 살포기의 분사장치 | |
MXPA03010662A (es) | Metodo y aparato para distribuir agentes de tratamiento. | |
NL1013737C2 (nl) | Desinfectie-inrichting met ventilatorondersteuning. | |
US20060108447A1 (en) | Washing device for a glass pane in a motor vehicle | |
CN204709457U (zh) | 适于畜禽养殖场的高效自动外环境消毒车 | |
US20080029614A1 (en) | Mist-Spraying Apparatus | |
JP5282235B2 (ja) | 可搬式噴霧除菌装置 | |
US11737446B2 (en) | System, method and an apparatus for spraying insect control substances | |
KR20160094208A (ko) | 이동식 스팀 방역기 | |
KR20130091883A (ko) | 소독액 분무장치 | |
US20200367485A1 (en) | Modular spraying leg | |
US6360964B1 (en) | Pressure washer | |
JPH11514247A (ja) | 流体物を使う燻蒸装置 | |
KR20220167576A (ko) | 승용형 멀티 방역 장치 | |
US11930807B2 (en) | Anti-drift diffuser for pneumatic atomization sprayers | |
KR200357803Y1 (ko) | 다기능 방역장치 | |
KR102422731B1 (ko) | 공간 살균 방역이 가능한 휴대형 분무 살균방역 장치 | |
GB2318294A (en) | Fogging machine | |
KR20110037432A (ko) | 휴대용 약액 분무장치 |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
AD1A | A request for search or an international type search has been filed | ||
RD2N | Patents in respect of which a decision has been taken or a report has been made (novelty report) |
Effective date: 20010319 |
|
PD2B | A search report has been drawn up | ||
VD1 | Lapsed due to non-payment of the annual fee |
Effective date: 20080701 |