NL1010409C2 - Stelsel tandheelkundige implantaten alsmede daarvoor gebruikt tandheelkundig implantaat. - Google Patents
Stelsel tandheelkundige implantaten alsmede daarvoor gebruikt tandheelkundig implantaat. Download PDFInfo
- Publication number
- NL1010409C2 NL1010409C2 NL1010409A NL1010409A NL1010409C2 NL 1010409 C2 NL1010409 C2 NL 1010409C2 NL 1010409 A NL1010409 A NL 1010409A NL 1010409 A NL1010409 A NL 1010409A NL 1010409 C2 NL1010409 C2 NL 1010409C2
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- implant
- engagement surface
- implants
- stepped
- collar
- Prior art date
Links
Classifications
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A61—MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
- A61C—DENTISTRY; APPARATUS OR METHODS FOR ORAL OR DENTAL HYGIENE
- A61C8/00—Means to be fixed to the jaw-bone for consolidating natural teeth or for fixing dental prostheses thereon; Dental implants; Implanting tools
- A61C8/0018—Means to be fixed to the jaw-bone for consolidating natural teeth or for fixing dental prostheses thereon; Dental implants; Implanting tools characterised by the shape
- A61C8/0037—Details of the shape
- A61C8/0045—Details of the shape with a stepped body
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A61—MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
- A61C—DENTISTRY; APPARATUS OR METHODS FOR ORAL OR DENTAL HYGIENE
- A61C8/00—Means to be fixed to the jaw-bone for consolidating natural teeth or for fixing dental prostheses thereon; Dental implants; Implanting tools
- A61C8/0018—Means to be fixed to the jaw-bone for consolidating natural teeth or for fixing dental prostheses thereon; Dental implants; Implanting tools characterised by the shape
- A61C8/0022—Self-screwing
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A61—MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
- A61C—DENTISTRY; APPARATUS OR METHODS FOR ORAL OR DENTAL HYGIENE
- A61C8/00—Means to be fixed to the jaw-bone for consolidating natural teeth or for fixing dental prostheses thereon; Dental implants; Implanting tools
- A61C8/0089—Implanting tools or instruments
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A61—MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
- A61C—DENTISTRY; APPARATUS OR METHODS FOR ORAL OR DENTAL HYGIENE
- A61C8/00—Means to be fixed to the jaw-bone for consolidating natural teeth or for fixing dental prostheses thereon; Dental implants; Implanting tools
- A61C8/0048—Connecting the upper structure to the implant, e.g. bridging bars
- A61C8/005—Connecting devices for joining an upper structure with an implant member, e.g. spacers
- A61C8/006—Connecting devices for joining an upper structure with an implant member, e.g. spacers with polygonal positional means, e.g. hexagonal or octagonal
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A61—MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
- A61C—DENTISTRY; APPARATUS OR METHODS FOR ORAL OR DENTAL HYGIENE
- A61C8/00—Means to be fixed to the jaw-bone for consolidating natural teeth or for fixing dental prostheses thereon; Dental implants; Implanting tools
- A61C8/0048—Connecting the upper structure to the implant, e.g. bridging bars
- A61C8/005—Connecting devices for joining an upper structure with an implant member, e.g. spacers
- A61C8/0069—Connecting devices for joining an upper structure with an implant member, e.g. spacers tapered or conical connection
Landscapes
- Health & Medical Sciences (AREA)
- Animal Behavior & Ethology (AREA)
- Orthopedic Medicine & Surgery (AREA)
- Dentistry (AREA)
- Epidemiology (AREA)
- Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
- Oral & Maxillofacial Surgery (AREA)
- General Health & Medical Sciences (AREA)
- Public Health (AREA)
- Veterinary Medicine (AREA)
- Dental Prosthetics (AREA)
- Dental Tools And Instruments Or Auxiliary Dental Instruments (AREA)
- Materials For Medical Uses (AREA)
Description
Stelsel tandheelkundige implantaten alsmede daarvoor gebruikt tandheelkundig implantaat.
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een stelsel tandheelkundige 5 implantaten, omvattende een reeks van ten minste twee implantaten met verschillende diameter, waarbij elk implantaat getrapt is, met een kleiner en groter deel.
Uit het Amerikaanse octrooischrift 5.199.873 is een tandheelkundig implantaat bekend bestaande uit een aantal op elkaar volgende schroefdraaddelen met verschillende diameter. Een dergelijke constructie heeft ten opzichte van een lang doorgaand 10 schroefdraaddeel als voordeel dat bij even goede verankering de inbrengafstand die door schroeven afgelegd wordt aanzienlijk verkort kan worden. Daardoor kan de belasting op het botmateriaal beperkt worden en kan de inbrengtijd verkort worden. In de praktijk worden dergelijke implantaten met verschillende afmetingen gebruikt. Voor het vervaardigen van de betreffende openingen in het kaakbeen dienen boren gebruikt te 15 worden. Indien het schroefdraad conisch is, is het gebruikelijk dat een cilindrische boor toegepast wordt waarbij door het conische karakter van een dergelijk schroefdraad een stevige verbinding met de kaak verkregen wordt.
Het is het doel van de onderhavige uitvinding het aantal boren dat gebruikt moet worden in een setje implantaten zoveel mogelijk te beperken.
20 Dit doel wordt bij een hierboven beschreven stelsel verwezenlijkt doordat de boordiameter van het kleinere deel van een implantaat overeenkomt met de boordiameter van het grotere deel van een opvolgend kleiner implantaat. Met andere woorden, een boordiameter kan gebruikt worden voor twee implantaatdelen. Het is vanzelfsprekend mogelijk de betreffende boren getrapt uit te voeren. Dit betekent dat de 25 diameterverandering tussen de verschillende getrapte delen van een implantaat en meer in het bijzonder de daarbij behorende boordiameter, overeenkomt met de verandering tussen opvolgende implantaten.
Het hierboven beschreven stelsel van tandheelkundige implantaten wordt op van voordeel zijnde wijze toegepast bij implantaten omvattende een schachtdeel nabij het 30 van opbouw te voorziene einde voorzien van een uitwendig aangrijpoppervlak voor een gereedschap voor het indraaien van het implantaat en het ontvangen van die opbouw, waarbij het uitwendige aangrijpoppervlak ten minste gedeeltelijk omgeven wordt door een op afstand daarvan liggende, van de schacht uitstekende omtrekskraag. Daarmee 10 1 0409 -2- wordt een uitwendig aangrijpoppervlak voor een gereedschap voor het indraaien van het implantaat verkregen waarbij de stabiliteit van de later aan te brengen opbouw verbeterd wordt. Een dergelijk gereedschap kan een (ring- of pijp)sleutel zijn. Daarbij is het mogelijk dat de kraag zich minder ver uitstrekt dan het uitwendige aangrijpoppervlak 5 (steeds gerefereerd aan het vrije einde van beide delen), zich even ver uitstrekt of zich verder uitstrekt dan het betreffende aangrijpoppervlak.
Ook is het mogelijk door uitvoering van zowel de kraag als het uitwendige aangrijpoppervlak de ringvormige ruimte die daartussen begrensd wordt elke vorm te geven die enerzijds optimale aangrijping van het aangrijpoppervlak door het betreffende 10 gereedschap mogelijk maakt en anderzijds optimale fixatie van de opbouw. Bij een van voordeel zijnde uitvoering van de uitvinding is daartoe het inwendige oppervlak van de kraag conisch naar het vrije uiteinde daarvan uitlopend uitgevoerd. Daardoor wordt in een centrerend klemmend effect van de opbouw voorzien indien deze van een overeenkomstige of enigszins afwijkende conus voorzien is. Het aangrijpeinde kan elke 15 in de stand der techniek bekende vorm hebben. Dit kan cilindrisch uitgevoerd zijn in bijvoorbeeld zeskantige of achtkantige uitvoering. Ook is het mogelijk het aangrijpeinde enigszins conisch toelopend naar het vrije uiteinde uit te voeren. Ook in dat geval kan de vorm zeskantig, achtkantig of op andere wijze polygonaal zijn.
Verrassenderwijs is gebleken dat bij een slechts geringe verhoging van de 20 kostprijs van het vervaardigen van het implantaat een veel stabielere fixatie van de opbouw verkregen kan worden. Bovendien is het mogelijk het uitwendige oppervlak van de kraag elke gewenste gedaante te geven. Deze kan eveneens conisch uitlopend uitgevoerd zijn maar bij andere uitvoeringen cilindrisch zijn uitgevoerd.
Met de hierboven beschreven constructie is het mogelijk het vrije uiteinde van het 25 aangrijpoppervlak wezenlijk lager te plaatsen dan in de stand der techniek. Daardoor kan na implantatie de afdekschroef die over het aangrijpoppervlak geplaatst wordt veel lager liggen. Bovendien betekent dit dat het kantelmoment uitgeoefend op het implantaat tijdens kauwbelasting veel lager is. Door het lager liggen zijn vooral bij een complexe externe opbouw prothetisch veel meer mogelijkheden.
30 Indien gebruik gemaakt wordt van een kraag die conisch uitlopend uitgevoerd is, ligt de hoek van deze conus ten opzichte van de langshartlijn van het implantaat bij voorkeur in het gebied tussen 40 en 50° en is meer in het bijzonder ongeveer 45°. Door deze hoek zodanig te kiezen is het mogelijk de opbouw respectievelijk het secundaire 10 1 0 4 o 9 -3- deel optimaal aan te passen.
Indien deze kraag zich ook uitwendig conisch uitstrekt, is een vloeiende overgang naar de opbouw respectievelijk het secundaire deel mogelijk.
Het zich in de kaak uitstrekkende deel van het implantaat kan van dwarsopeningen 5 en/of andere de aangroei met het kaakbeen bevorderende middelen voorzien zijn.
Begrepen dient te worden dat het hierboven beschreven stelsel van tandheelkundige implantaten ook op andere tandheelkundige implantaten dan hierboven beschreven toegepast kan worden, d.w.z. implantaten waarbij het aangrijpoppervlak voor een gereedschap inwendig is of waarbij een dergelijke hierboven beschreven kraag niet 10 aanwezig is.
De uitvinding heeft zowel op éénfase- als op tweefasenimplantaten betrekking. Bovendien is het mogelijk bepaalde delen van het implantaat al dan niet van schroefdraad te voorzien.
De uitvinding zal hieronder nader aan de hand van een in de tekening afgebeeld 15 uitvoeringsvoorbeeld verduidelijkt worden. Daarbij tonen:
Fig. 1 in doorsnede een eerste uitvoering van een tandheelkundig implantaat volgens de uitvinding;
Fig. 2 in doorsnede overeenkomstig fig. 1 een tweede uitvoering van een tandheelkundig implantaat volgens de uitvinding; 20 Fig. 3 een reeks tandheelkundige implantaten en
Fig. 4 een reeks boren te gebruiken bij de implantaten volgens fig. 3.
In fig. 1 (een tweefasenimplantaat) is een eerste uitvoering van een tandheelkundig implantaat in het geheel met 1 aangegeven. Dit bestaat uit een schachtdeel 2 voorzien van een conisch schroefdraaddeel 3 nabij het inbrengeinde. De 25 conische schroefdraad is zelfsnijdend uitgevoerd terwijl het konische verloop van de kemdiameter van het schroefdraad afwijkt van het konische verloop van de buitendiameter, d.w.z. dit schroefdraad hoeft niet getapt te worden. Nabij het einde waar de niet afgebeelde opbouw aangebracht moet worden, is een enigszins konisch schroefdraaddeel 4 aanwezig, waarbij de draadhoogte constant is. Tussen deel 4 en deel 2 30 is een glad cilindrisch deel 5 uitgevoerd. De lengte daarvan is afhankelijk van een aantal factoren, zoals de dikte van het kaakbeen van de patiënt, en verschillende lengtes zijn voor de (tand)arts beschikbaar. Schroefdraaddeel 4 kan bij enigszins conische uitvoering zelfsnijdend zijn. Echter voor harder bot is het aan te raden vooraf schroefdraad in het bot 10 10 4Ο9 -4- te tappen.
Met 6 is de lijn aangegeven tot waar het implantaat in de kaak ingebracht wordt, d.w.z. de overgang van het tandvlees naar het bot. Uit fig. 1 blijkt (een tweefasenimplantaat) dat deze bovengrens overeenkomt met het uiteinde van een kraag 7 5 die om zeskant 10 aangebracht is. Zeskant 10 steekt enigszins boven deze kraag 7 uit. De ruimte tussen kraag 7 en zeskant 10 is met 8 aangegeven. Uit fig. 1 blijkt dat het inwendige oppervlak van kraag 7 conisch uitgevoerd is en dit is met 9 aangegeven. Het inwendige van zeskant 10 is voorzien van een schroefdraad 22 voor het vastzetten van een opbouw of secundair deel. Een dergelijke niet afgebeelde opbouw of secundair deel 10 wordt enerzijds over zeskant 10 geplaatst maar grijpt anderzijds met het uitwendige oppervlak aan op het conische deel 9. Daardoor vindt optimale stabilisatie plaats en kunnen dwarskrachten uitgeoefend op het secundaire deel respectievelijk de opbouw eenvoudig door het implantaat opgenomen worden zonder dat grote kantelmomenten ontstaan.
15 In fig. 2 (een éénfaseimplantaat) is een variant van de constructie volgens fig. 1 getoond. Deze variant is in het geheel met 11 aangegeven. Dit implantaat 11 is voorzien van een schachtdeel 12 en evenals de bovenstaande uitvoering van een benedenschroefdraaddeel 13 en een bovenschroefdraaddeel 14 die echter bij deze uitvoering direct op elkaar aansluiten. De overgangslijn bot-tandvlees is met 16 20 aangegeven en ligt wezenlijk lager, d.w.z. het implantaat steekt aanzienlijk verder (bijvoorbeeld 3 mm) boven het botmateriaal uit. Daarop kan rechtstreeks een stegconstructie geplaatst worden zonder tussenkomst van een secundair deel zoals bij een tweefasen-implantaat. Dezelfde secondaire delen kunnen zowel bij één- als tweefasenimplantaten toegepast worden. De kraag volgens de uitvinding is hier met 17 25 aangegeven en begrenst tussen het thans als ZESkant 20 uitgevoerde aangrijpoppervlak een ruimte 18. Kraag 18 is uitwendig eveneens conisch uitgevoerd zodat de opbouw zich met een vloeiende overgang daarop aan zal sluiten. In het inwendige van ZESkant 20 is weer een schroefdraad 22 aangebracht. De conushoek tussen de hartlijn 15 en het conische deel 19 is met α aangegeven. Deze ligt volgens de uitvinding bij voorkeur in 30 het bereik tussen 40 en 50° en meer in het bijzonder is deze hoek ongeveer 45°. Uit fig. 2 blijkt dat het zeskant zich nauwelijks voorbij het vrije uiteinde van de kraag 17 uitstrekt.
In fig. 3 is een reeks implantaten getoond. Deze hebben elk getrapte delen. De verschillende implantaten zijn aangegeven met de verwijzingscijfers 26-29 terwijl de 101 0409 -5- boordiameters van de getrapte delen met 'a-c' aangegeven zijn. Benadrukt wordt dat het hier boordiameters betreft, d.w.z. dat de uiteindelijke diameter van het implantaat kan afwijken door deformatie van het botmateriaal, bijvoorbeeld tijdens het snijden van schroefdraad.
5 Uit fig. 3 blijkt dat implantaat 26 kleiner is dan implantaat 27. De boordiameter van het grootste getrapte deel, of de kop, is met 'a' aangegeven en deze komt overeen met de boordiameter a van het kleinste getrapte deel, of basis 'b', van implantaat 27. Daardoor kan met een beperkt aantal boren volstaan worden. Daarbij is het nog van belang onderscheid te maken tussen situaties waarin het botmateriaal van de kaak 10 verhoudingsgewijs zacht is en waarin dit verhoudingsgewijs hard is. In het geval van een hard materiaal is het noodzakelijk schroefdraad te snijden en eventueel voor die tijd een extra boorhandeling uit te voeren. De implantaten getoond in fig. 3 Zijn niet voorzien van een glad deel 5, zoals getoond in fig. 1. In principe wordt bij het aanbrengen van implantaten ernaar gestreefd zoveel mogelijk aangrijping op de betreffende kaak te 15 hebben. Het merg aanwezig tussen de harde buitenschalen van de kaak biedt minder steun dan deze buitenschalen zelf. Daarom wordt ernaar gestreefd de lengte van het implantaat zodanig af te stellen, dat zowel aan de boven- als de onderzijde aangrijping op dit harde materiaal plaatsvindt. Daarvan afhankelijk wordt de lengte van het implantaat gemeten. Volgens de uitvinding kan dit op bijzonder eenvoudige wijze geschieden door 20 het aanpassen van de lengte van deel 5.
Door het aanpassen van de lengte van deel 5 zal de lengte van het bovendeel van het implantaat, d.w.z. van de 'kop' niet wijzigen. Daardoor kan bij de hierboven beschreven boortechniek de tweede boor steeds over dezelfde diepte in de kaak aangebracht worden. De eerste boor, d.w.z. De boor voor het onderste schroefdraad, 25 moet vanzelfsprekend wel tot de juiste diepte in de kaak aangebracht worden en deze zal afhankelijk zijn van de lengte van het gladde deel 5.
Op de wijze getoond in fig. 3 kan een eenvoudige opbouw van een serie implantaten met zowel verschillende lengte als diameter verkregen worden en is slechts een zeer beperkt aantal boren getoond in fig. 4a-d noodzakelijk om een dergelijke reeks 30 implantaten te kunnen plaatsen. Begrepen zal worden dat de diameter van het implantaat afhankelijk is van de hoeveelheid aangetroffen botmateriaal en de grootte van de opbouw. Hoewel een dergelijke reeks implantaten bij voorkeur uitgevoerd is zoals getoond in fig. 1 en 2, kan het einde nabij de aan te brengen opbouw ook volgens enige U 1 Ο4Ο9 -6- andere in de stand der techniek bekende constructie verwezenlijkt zijn.
Hoewel de uitvinding hierboven aan de hand van voorkeursuitvoeringen beschreven is, moet begrepen worden dat daaraan talrijke wijzigingen aangebracht kunnen worden zonder buiten het bereik van de onderhavige uitvinding te geraken zoals 5 waarvoor in de bijgaande conclusies rechten gevraagd worden.
1 β 1 0 40 9
Claims (6)
1. Stelsel tandheelkundige implantaten, omvattende een reeks van ten minste twee implantaten (26-29) met verschillende diameter, waarbij elk implantaat getrapt is, met 5 een kleiner en groter deel, met het kenmerk, dat de boordiameter (a-c) van het kleinere deel van een implantaat (29, 28, 27) overeenkomt met de boordiameter van het grotere deel (a-c) van een opvolgend kleiner implantaat (28,27,26).
2. Stelsel volgens conclusie 1, waarbij ten minste een van die tandheelkundige implantaten (1, 11, 26-29) omvat een schachtdeel (2, 12) nabij het van opbouw te 10 voorziene einde voorzien van een uitwendig aangrijpoppervlak (10, 20) voor een gereedschap voor het indraaien van het implantaat en het ontvangen van die opbouw, met het kenmerk, dat het uitwendige aangrijpoppervlak ten minste gedeeltelijk omgeven wordt door een op afstand daarvan liggende, van de schacht uitstekende omtrekskraag (7, 17).
3. Stelsel volgens conclusie 2, waarbij het inwendige begrenzingsoppervlak (9, 19. van die omtrekskraag ten minste nabij het vrije uiteinde daarvan conisch is.
4. Stelsel volgens conclusie 3, waarbij de conushoek α ten opzichte van de hartlijn (15) van de schacht 40-50° en meer in het bijzonder ongeveer 45° is.
5. Stelsel volgens een van de voorgaande conclusies in combinatie met conclusie 20 2, waarbij die schacht een getrapte schacht is.
6. Stelsel volgens conclusie 5, omvattende nabij het inbrengeinde een zelfsnijdend conisch schroefdraaddeel (3, 13) en nabij het van de opbouw te voorziene einde een konisch schroefdraaddeel (4, 14). 25 ***** 1010409
Priority Applications (7)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1010409A NL1010409C2 (nl) | 1998-10-27 | 1998-10-27 | Stelsel tandheelkundige implantaten alsmede daarvoor gebruikt tandheelkundig implantaat. |
DE69926852T DE69926852T2 (de) | 1998-10-27 | 1999-10-27 | Serie zahnärztlicher Implantate |
DK99203536T DK0997112T3 (da) | 1998-10-27 | 1999-10-27 | Sæt af tandimplantater |
EP99203536A EP0997112B1 (en) | 1998-10-27 | 1999-10-27 | Set of dental implants |
ES99203536T ES2248959T3 (es) | 1998-10-27 | 1999-10-27 | Conjunto de implantes dentales e implante dental utilizado para el mismo. |
US09/428,231 US6203324B1 (en) | 1998-10-27 | 1999-10-27 | Set of dental implants and dental implant used therefor |
AT99203536T ATE302572T1 (de) | 1998-10-27 | 1999-10-27 | Serie zahnärztlicher implantate |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1010409 | 1998-10-27 | ||
NL1010409A NL1010409C2 (nl) | 1998-10-27 | 1998-10-27 | Stelsel tandheelkundige implantaten alsmede daarvoor gebruikt tandheelkundig implantaat. |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL1010409C2 true NL1010409C2 (nl) | 2000-05-03 |
Family
ID=19768035
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL1010409A NL1010409C2 (nl) | 1998-10-27 | 1998-10-27 | Stelsel tandheelkundige implantaten alsmede daarvoor gebruikt tandheelkundig implantaat. |
Country Status (7)
Country | Link |
---|---|
US (1) | US6203324B1 (nl) |
EP (1) | EP0997112B1 (nl) |
AT (1) | ATE302572T1 (nl) |
DE (1) | DE69926852T2 (nl) |
DK (1) | DK0997112T3 (nl) |
ES (1) | ES2248959T3 (nl) |
NL (1) | NL1010409C2 (nl) |
Families Citing this family (27)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US6419492B1 (en) * | 2000-05-15 | 2002-07-16 | Robert L. Schroering | Dental implant system incorporating an external hex and Morse tapered walls |
US20030031981A1 (en) * | 2000-10-21 | 2003-02-13 | Robert Holt | Prosthetic implant |
DE10204324B4 (de) * | 2001-02-02 | 2007-03-29 | Friadent Gmbh | Implantatsystem |
DE20120205U1 (de) * | 2001-12-13 | 2002-02-28 | Dinkelacker, Wolfgang, Dr.med.dent., 71063 Sindelfingen | Formschraube für Knochenimplantate |
US7198488B2 (en) * | 2002-07-26 | 2007-04-03 | Bredent Dentalgerate Fach- Und Organisationsberatung Peter Brehm | Dental implant comprising an anchoring head and a screw element |
JP4420423B2 (ja) | 2002-09-26 | 2010-02-24 | 株式会社ジーシー | セルフタップ付き歯科用スクリュー型インプラントフィクスチャー用ドリルセット |
SE0203787L (sv) * | 2002-12-19 | 2004-03-09 | Exopro L A | Fixtur för förankring i benvävnad |
US7108511B1 (en) | 2003-08-15 | 2006-09-19 | Shatkin Todd E | System of dental restoration of single stage dental implants and loading with a preformed crown restoration |
SE0401096L (sv) * | 2004-04-29 | 2005-10-30 | Nobel Biocare Ab | Anordning vid hålupptagning i käkven och implantat för för applicering i hålupptagningen |
US20080014556A1 (en) * | 2004-06-04 | 2008-01-17 | Stefan Neumeyer | Tooth Implant |
DE102004061792A1 (de) * | 2004-06-04 | 2005-12-22 | Neumeyer, Stefan, Dr. | Zahnimplantat |
WO2006008346A1 (fr) * | 2004-06-18 | 2006-01-26 | Jacques Fain | Implant dentaire monobloc coronoradiculaire a cupule inversee |
US20060212997A1 (en) * | 2005-03-08 | 2006-09-28 | Blanchard James C | Footwear covering apparatus |
ES2313830B1 (es) * | 2006-10-30 | 2009-12-18 | Antonio Coso Echevarria | Implante dental, llave y sistema de retirada del implante respecto del envase, transporte y colocacion del implante directamente en la boca del paciente utilizando la llave. |
FR2929102B1 (fr) * | 2008-03-28 | 2011-04-29 | Robert Fromental | Perfectionnement a un implant favorisant le maintien osseux autour du col implantaire |
US9314318B2 (en) * | 2008-08-26 | 2016-04-19 | Zest Ip Holdings, Llc | Dental anchor apparatus and method |
JP5487415B2 (ja) * | 2008-12-12 | 2014-05-07 | 学校法人日本大学 | インプラント |
KR101134342B1 (ko) * | 2010-04-22 | 2012-04-09 | 주식회사 메가젠임플란트 | 치과용 임플란트의 픽스츄어 및 그를 구비하는 임플란트 시술용 세트 |
US20120178048A1 (en) * | 2011-01-11 | 2012-07-12 | Cottrell Richard D | Dental implant with multiple thread patterns |
EP2510900A1 (en) | 2011-04-14 | 2012-10-17 | Astra Tech AB | Fixture |
EP2510901A1 (en) * | 2011-04-14 | 2012-10-17 | Astra Tech AB | Set of fixtures |
EP2510898A1 (en) | 2011-04-14 | 2012-10-17 | Astra Tech AB | Fixture |
EP2510899A1 (en) | 2011-04-14 | 2012-10-17 | Astra Tech AB | Fixture |
FR2982478B1 (fr) | 2011-11-15 | 2014-01-10 | Robert Fromental | Implant dentaire pour implantation post-extractionnelle immediate |
FR2989266B1 (fr) * | 2012-04-13 | 2014-05-23 | Rech S Et De Fabrication Serf Soc Et | Gamme d'implants dentaires |
US10743966B2 (en) * | 2015-01-21 | 2020-08-18 | Kwang Seob Kim | Implant unit |
IT201700068034A1 (it) * | 2017-06-19 | 2018-12-19 | Plan 1 Health Srl | Impianto dentale endosseo |
Citations (5)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
DE9002823U1 (de) * | 1989-09-14 | 1990-05-17 | Nobelpharma AB, Göteborg | Implantierbarer Verankerungsstift für eine Zahnprothese |
US5199873A (en) * | 1990-01-15 | 1993-04-06 | Friedrichsfeld Ag Keramik- Und Kunststoffwerke | Dental implant |
US5527182A (en) * | 1993-12-23 | 1996-06-18 | Adt Advanced Dental Technologies, Ltd. | Implant abutment systems, devices, and techniques |
EP0819410A1 (en) * | 1996-07-19 | 1998-01-21 | Lucia Biemmi | Dental implant and related milling cutter for implant seating |
WO1998052490A1 (de) * | 1997-05-24 | 1998-11-26 | Friadent Gmbh | Vorrichtung zur bildung eines zahnersatzes |
Family Cites Families (2)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US5788497A (en) * | 1991-08-02 | 1998-08-04 | Wellesley Research Associates, Inc. | Dental post |
DE19523038A1 (de) * | 1995-06-24 | 1997-01-02 | Merck Patent Gmbh | Zahnwurzelimplantat |
-
1998
- 1998-10-27 NL NL1010409A patent/NL1010409C2/nl not_active IP Right Cessation
-
1999
- 1999-10-27 DK DK99203536T patent/DK0997112T3/da active
- 1999-10-27 EP EP99203536A patent/EP0997112B1/en not_active Expired - Lifetime
- 1999-10-27 AT AT99203536T patent/ATE302572T1/de not_active IP Right Cessation
- 1999-10-27 US US09/428,231 patent/US6203324B1/en not_active Expired - Lifetime
- 1999-10-27 DE DE69926852T patent/DE69926852T2/de not_active Expired - Lifetime
- 1999-10-27 ES ES99203536T patent/ES2248959T3/es not_active Expired - Lifetime
Patent Citations (5)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
DE9002823U1 (de) * | 1989-09-14 | 1990-05-17 | Nobelpharma AB, Göteborg | Implantierbarer Verankerungsstift für eine Zahnprothese |
US5199873A (en) * | 1990-01-15 | 1993-04-06 | Friedrichsfeld Ag Keramik- Und Kunststoffwerke | Dental implant |
US5527182A (en) * | 1993-12-23 | 1996-06-18 | Adt Advanced Dental Technologies, Ltd. | Implant abutment systems, devices, and techniques |
EP0819410A1 (en) * | 1996-07-19 | 1998-01-21 | Lucia Biemmi | Dental implant and related milling cutter for implant seating |
WO1998052490A1 (de) * | 1997-05-24 | 1998-11-26 | Friadent Gmbh | Vorrichtung zur bildung eines zahnersatzes |
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
US6203324B1 (en) | 2001-03-20 |
ES2248959T3 (es) | 2006-03-16 |
EP0997112B1 (en) | 2005-08-24 |
EP0997112A1 (en) | 2000-05-03 |
DE69926852T2 (de) | 2006-06-29 |
DK0997112T3 (da) | 2005-09-19 |
DE69926852D1 (de) | 2005-09-29 |
ATE302572T1 (de) | 2005-09-15 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
NL1010409C2 (nl) | Stelsel tandheelkundige implantaten alsmede daarvoor gebruikt tandheelkundig implantaat. | |
US7108510B2 (en) | Endosseous dental implant | |
EP1333771B1 (fr) | Dispositif de positionnement pour la pose de protheses dentaires implanto-portees | |
EP3007644B1 (en) | Dental implant socket arrangement | |
US9579167B2 (en) | Fixture for a dental implant and an implant system comprising the same | |
US5622500A (en) | Insertion tool/healing collar/abutment | |
US4668191A (en) | Jaw implant for receiving a replacement-tooth holder | |
US20110097688A1 (en) | Implant for fixing dental prostheses | |
KR102131972B1 (ko) | 치과용 임플란트 | |
US7396231B2 (en) | Flared implant extender for endosseous dental implants | |
US20140127643A1 (en) | Frictional angled dental implant | |
RU2637612C2 (ru) | Набор для зубного имплантата | |
CN101621970A (zh) | 牙齿植入体、基台结构和用于植入牙齿植入体的方法 | |
EP3007643B1 (en) | Dental implant socket with an annular recess | |
EP1772113A1 (en) | Angled implant prosthesis | |
KR102048180B1 (ko) | 개선된 고정 구조 및 완충 구조를 갖는 인공치아용 임플란트 | |
FR2737847A1 (fr) | Implant-taraud comprimant | |
KR200382442Y1 (ko) | 픽스츄어의 식립 각도를 보상 가능한 어버트먼트 | |
FR2802404A1 (fr) | Implant dentaire provisoire | |
US10004577B2 (en) | Transfixed multiple dental prosthesis | |
EP2005916B1 (en) | Support device for one or more elements of a dental prosthesis | |
CN1251650C (zh) | 锥形植入物 | |
KR20240101044A (ko) | 치과 임플란트용 스크류 및 이를 포함하는 치과용 임플란트 구조체 |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
PD2B | A search report has been drawn up | ||
MK | Patent expired because of reaching the maximum lifetime of a patent |
Effective date: 20181026 |