NL1008151C2 - Werkwijze en inrichting voor het overbrengen van een uit een drainagekolom verkregen wrongelblok naar een kaasvat. - Google Patents

Werkwijze en inrichting voor het overbrengen van een uit een drainagekolom verkregen wrongelblok naar een kaasvat. Download PDF

Info

Publication number
NL1008151C2
NL1008151C2 NL1008151A NL1008151A NL1008151C2 NL 1008151 C2 NL1008151 C2 NL 1008151C2 NL 1008151 A NL1008151 A NL 1008151A NL 1008151 A NL1008151 A NL 1008151A NL 1008151 C2 NL1008151 C2 NL 1008151C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
cheese
curd
transfer
vessel
block
Prior art date
Application number
NL1008151A
Other languages
English (en)
Inventor
Frank Schouten
Jan Zantinge
Original Assignee
Tetra Laval Holdings & Finance
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Tetra Laval Holdings & Finance filed Critical Tetra Laval Holdings & Finance
Priority to NL1008151A priority Critical patent/NL1008151C2/nl
Priority to DK99200238T priority patent/DK0931453T3/da
Priority to ES99200238T priority patent/ES2177195T3/es
Priority to EP99200238A priority patent/EP0931453B1/en
Priority to DE69901464T priority patent/DE69901464T2/de
Priority to AT99200238T priority patent/ATE217479T1/de
Priority to NZ333933A priority patent/NZ333933A/xx
Priority to NO19990376A priority patent/NO314531B1/no
Priority to AU13218/99A priority patent/AU740376B2/en
Application granted granted Critical
Publication of NL1008151C2 publication Critical patent/NL1008151C2/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01JMANUFACTURE OF DAIRY PRODUCTS
    • A01J25/00Cheese-making
    • A01J25/11Separating whey from curds; Washing the curds
    • A01J25/111Separating whey from curds; Washing the curds by continuous separation
    • A01J25/112Separating whey from curds; Washing the curds by continuous separation in cylinders
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01JMANUFACTURE OF DAIRY PRODUCTS
    • A01J25/00Cheese-making
    • A01J25/12Forming the cheese

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Animal Husbandry (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Dairy Products (AREA)
  • Beans For Foods Or Fodder (AREA)
  • Noodles (AREA)

Description

Titel: Werkwijze en inrichting voor het overbrengen van een uit een drainagekolom verkregen wrongelblok naar een kaasvat.
De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het overbrengen van een uit een drainagekolom verkregen wrongelblok naar een kaasvat, waarbij een zich in een drainagekolom bevindende wrongelkolom periodiek wordt 5 neergelaten in een huls met behulp van een van een steunorgaan voorziene doseercilinder, aan de onderzijde van de wrongelkolom een wrongelblok wordt afgesneden, en de huls met daarin het wrongelblok zijdelings wordt verplaatst.
De uitvinding heeft voorts betrekking op een inrichting 10 voor toepassing van de werkwijze.
Bij de bekende werkwijze en inrichting wordt een bodemloze huls toegepast. Het steunorgaan met daarop het afgesneden wrongelblok wordt tot juist onder de onderrand van de huls neergelaten. Vervolgens wordt de huls met daarin het 15 zojuist gevormde wrongelblok over het steunorgaan opzij geschoven tot boven een sluisplaat. De sluisplaat opent wanneer zich onder de sluisplaat een kaasvat bevindt. Het wrongelblok valt in het kaasvat en kan dan verder getransporteerd worden voor verdere bewerkingen, zoals een 20 persbewerking.
Een bezwaar van deze bekende techniek is, dat door het verschuiven van het wrongelblok over het steunorgaan en over de sluisplaat alsmede over de overgangen tussen het steunorgaan en de sluisplaat en de beweging van de sluisplaat 25 beschadigingen kunnen optreden aan de onderzijde van het wrongelblok. Deze beschadigingen blijven zichtbaar in de uiteindelijk verkregen kaas en worden als storende gebreken ervaren.
Dit probleem neemt toe naarmate het gewicht van de 30 wrongelblokken groter is. De tendens bestaat om zwaardere blokken af te snijden met een gewicht van 40 kg en hoger. Bij dergelijke zware blokken treedt naast de boven genoemde problemen nog het probleem op dat de valhoogte van het blok '10 0 8 f 5 1 -2- van de sluisplaat tot de bodem van het kaasvat ook tot beschadiging en/of vervorming van het wrongelblok en derhalve van de uiteindelijke kaas kan leiden.
De uitvinding beoogt de boven aangegeven bezwaren te ! 5 ondervangen, en in het algemeen een efficiënte en veilige methode te verschaffen voor het overbrengen van een wrongelblok van de onderzijde van een wrongelkolom naar een % ! kaasvat. Hiertoe wordt volgens de uitvinding een werkwijze ^ van de beschreven soort daardoor gekenmerkt, dat de huls een 10 transfervat met op en neer beweegbare bodem is; dat het transfervat na gevuld te zijn met een wrongelblok opzij wordt | geschoven tot in een transferpositie in een station.
' Een inrichting voor het overbrengen van een uit een ff drainagekolom verkregen wrongelblok naar een kaasvat, waarbij ξ 15 een zich in een drainagekolom bevindende wrongelkolom s periodiek wordt neergelaten in een huls met behulp van een _ steunorgaan; aan de onderzijde van de wrongelkolom een wrongelblok wordt afgesneden, en de huls met daarin het wrongelblok zijwaarts wordt verplaatst, wordt volgens de a 20 uitvinding daardoor gekenmerkt, dat de huls een transfervat met een middels een doseercilinder op en neer beweegbare bodem is; dat middelen zijn voorzien om een gevuld transfervat opzij te schuiven tot in een transferpositie in ~ een station.
25 In het volgende zal de uitvinding nader worden — beschreven met verwijzing naar de bijgevoegde tekening.
Figuur 1 toont schematisch een voorbeeld van een bekende wrongeldra inage-inr i cht ing; figuur 2 illustreert schematisch in stappen A t/m H de ~ 30 werking van de bekende inrichting; figuren 3 t/m 8 tonen schematisch een voorbeeld van een H werkwijze en inrichting volgens de uitvinding; figuren 9 t/m 12 tonen schematisch een ander voorbeeld van de uitvinding; _ 35 figuur 13 toont schematisch een detail van een ^ uitvoeringsvoorbeeld van een detail van een transfervat of een kaasvat voor toepassing bij de uitvinding; en Ü « 10 0 3 1 5 1 -3- figuur 14 illustreert schematisch nog een ander voorbeeld van de uitvinding.
Figuur 1 toont schematisch een voorbeeld van een bekende wrongeldrainage-inrichting 1. De getoonde inrichting 5 heeft een drainagekolom 2, waarin in bedrijf aan de bovenzijde een wei-wrongelmengsel wordt toegevoerd. In de drainagekolom 2 ontstaat daardoor een wrongelkolom. De wei kan afvloeien via een geperforeerde wand of geperforeerde wanddelen. Aan de onderzijde van de wrongelkolom bevindt zich 10 een guillotinemes 3, dat door een cilinder 4 bediend wordt en met behulp waarvan op regelmatige tijdstippen een wrongelblok van de wrongelkolom wordt gesneden.
Hiertoe wordt met behulp van een cilinder 5 een steunplateau 6 omhoog bewogen tot aan de hoogte van het 15 mes 3(figuur 2A). Als het mes zich in de open positie bevindt (figuur 2B) kan de wrongelkolom door het steunplateau ondersteund neergelaten worden middels een geschikte besturing van de cilinder 5. De wrongelkolom zakt daarbij in een huls 7 zonder bodem, ook wel aangeduid als schuifcassette 20 (figuur 2C).
In de tekening (figuur 1, figuur 2C) bevindt het steunplateau zich nog op een kleine afstand boven de met 8 aangegeven laagste positie. Zodra het steunplateau met daarop de wrongelkolom een positie heeft bereikt, die overeenkomt 25 met de gewenste hoogte van het te vormen wrongelblok 9, wordt het onderste deel van de wrongelkolom afgesneden met behulp van het mes 3 (figuur 2D). Vervolgens wordt het steunplateau met daarop het wrongelblok in de laagste positie gebracht (figuur 2E). Als het steunplateau zich in de laagste positie 30 bevindt wordt de schuifcassette 7 met behulp van een cilinder 10 opzij (in de figuren naar rechts) geschoven (figuur 2F). Het wrongelblok 9 schuift daarbij over het stempel tot op een sluisplaat 11. Als zich onder de sluisplaat een kaasvat bevindt, zoals schematisch bij 12 in 35 figuur 2F aangegeven, opent de sluitplaat zich en valt het wrongelblok in het kaasvat. De schuifcassette 7 wordt daarna door de cilinder 10 teruggetrokken terwijl het gevulde -4- kaasvat 12 wordt afgevoerd (figuur 2G). Vervolgens beweegt het steunplateau weer omhoog (figuur 2H) en kan de cyclus zich herhalen.
= In de figuren 3 t/m 8 is een eerste voorbeeld van een 5 werkwijze en inrichting volgens de uitvinding geïllustreerd.
^ Opgemerkt wordt, dat drainagekolommen in diverse uitvoeringen ] bekend zijn. De uitvinding is niet beperkt tot toepassing bij s één specifiek type drainagekolom of drainage-inrichting.
* In de figuren 3 t/m 8 zijn voor overeenkomstige delen 10 dezelfde verwijzingscijfers gebruikt als in de 2 figuren 1 en 2.
f Figuur 3 toont een van een wrongelkolom 30 afgesneden 1 wrongelblok 9, dat in een transfervat 31 met een door een 1 cilinder 5 op en neer beweegbare bodem 32 is opgenomen, op 1 15 soortgelijke wijze als boven beschreven voor de bekende techniek. Een belangrijk verschil is echter, dat het " transfervat 31 anders dan de boven beschreven huls of “ schuifcassette een bodem 32 heeft, die weliswaar evenals het ^ steunorgaan 6 op en neer beweegbaar is, maar die in de 20 onderste stand met het transfervat gekoppeld blijft, in die z zin dat de bodem samen met de rest van het vat en het zich ^ daarin bevindende wrongelblok van het stempel 33 van de cilinder 5 en over een steunvlak 34 opzij geschoven kan 2 worden, zoals met een pijl 35 aangegeven in figuur 3. De 25 onderzijde van het wrongelblok schuift nu niet zelf over een — steunvlak en wordt derhalve niet beschadigd.
Het transfervat kan al dan niet geperforeerde wanden en/of een al dan niet geperforeerde bodem hebben. De wanden kunnen voorts aan de binnenzijde glad zijn of van groeven 30 zijn voorzien. De wanden kunnen desgewenst aan de onderzijde “ van middelen zijn voorzien om te voorkomen dat de bodem uit het vat kan vallen. Hiertoe zouden de wanden bijvoorbeeld van ~~ een smalle binnenwaarts gekeerde flens kunnen zijn voorzien, zoals in figuur 9 bij 40 aangegeven, waarop de bodem 32 rust. ;ej 35 De bodem kan eventueel van een rondgaande schouder 41 zijn ^ voorzien, zodat een gladde onderzijde van het transfervat ontstaat. De bodem kan echter ook los in het transfervat = 1003151 -5- liggen zonder dat bodem met het transfervat is verbonden. Van belang is dat het wrongelblok verplaatst wordt terwijl het op de bodem ligt.
Het met een wrongelblok gevulde transfervat wordt 5 volgens de uitvinding tot in een omkeerinrichting 36 geschoven. De omkeerinrichting 36 omvat een cilinder 37, die op de bodem 32 van het vat kan aangrijpen, als het vat zich in een transferpositie op een plateau 38 van de omkeerinrichting bevindt, zoals in het rechter gedeelte van 10 figuur 3 getoond. In de transferpositie bevindt het transfervat 31 zich boven de cilinder 37 en onder een omgekeerd aangebracht kaasvat 39.
De bodem 32 van het vat 31 wordt nu door de cilinder 37 omhoog bewogen tot het wrongelblok 9 zich geheel of 15 grotendeels in het omgekeerde kaasvat 39 bevindt, zoals in figuur 4 getoond. De complete omkeerinrichting 36 wordt nu over 180’ geroteerd om een horizontale as, zoals schematisch aangegeven bij 43 met een gebogen pijl 44. De omgekeerde stand van de omkeerinrichting 36 is getoond in figuur 5.
20 Tijdens de rotatie begint het wrongelblok na een verdraaiing van 90' of meer reeds in het kaasvat 39 te glijden. In de omgekeerde stand zakt het wrongeblok geheel in het kaasvat, dat zich nu in de normale stand bevindt en afgevoerd kan worden zoals met een pijl 45 in figuur 5 aangegeven.
25 Om te voorkomen dat de bodem 32 van het transfervat 31 op het wongelblok in het kaasvat valt kan een tijdelijke koppeling tussen het stempel 46 van de cilinder 37 en de bodem 32 toegepast worden. Het stempel kan bijvoorbeeld met vacuum of mechanisch met de bodem koppelbaar zijn. Het 30 stempel kan hiertoe bijvoorbeeld zijn voorzien van een met onderdruk bekrachtigbare zuignap of bijvoorbeeld van delen van een bajonetsluiting, die samenwerken met contradelen aan de bodem.
Als alternatief is het mogelijk de bodem bijvoorbeeld 35 van zijdelingse nokken of dergelijke te voorzien, die voorkomen dat de bodem uit het kaasvat valt.
' ' ' i? ί -6-
Nadat het wrongelblok is overgenomen door het kaasvat en het kaasvat is afgevoerd kan de omkeerinrichting weer in de uitgangspositie worden gedraaid. Tevens wordt dan de bodem weer naar de onderzijde van het transfervat gebracht door de 5 cilinder 37. Dit kan tijdens en/of voorafgaand aan en/of na de terugdraaibeweging plaats vinden. Volgens de afgebeelde werkwijze wordt de bodem eerst terug getrokken (figuur 6).
| Figuur 7 toont de omkeerinrichting 36 in de teruggedraaide ^ stand, waarbij het transfervat zich weer in de gebruikelijke 10 stand bevindt. Vanuit de in figuur 7 getoonde positie kan het transfervat met niet nader getoonde op zichzelf bekende 1 middelen teruggeschoven worden tot onder de drainagekolom, al 1 dan niet via een omloopbaan en/of een reinigingsstation.
I Vervolgens wordt de omkeerinrichting 36 weer van een i 15 omgekeerd kaasvat 39 voorzien (figuur 8) en kan de cyclus * zich herhalen.
ia
Het transfervat 31 dient tijdelijk met de 3 omkeerinrichting gekoppeld te zijn om in de omgekeerde stand — niet uit de omkeerinrichting te vallen. Evenzo dient het _ 20 kaasvat 39 tijdelijk met de omkeerinrichting gekoppeld te zijn. De omkeerinrichting kan hiertoe van mechanische of met vacuum werkende klemorganen zijn voorzien. Ook zou bijvoorbeeld gebruik kunnen worden gemaakt van flenzen aan het transfervat en/of het omkeerva1" die onder strippen of 25 dergelijke op het plateau 38 of op de drager 47 voor de kaasvaten grijpen.
Opgemerkt wordt, dat de omkeerinrichting desgewenst kan zijn ingericht om gelijktijdig de inhoud van meer dan één transfervat over te brengen in een corresponderend aantal 30 kaasvaten.
= Figuren 9 t/m 12 tonen schematisch een tweede voorbeeld van een werkwijze en inrichting volgens de uitvinding. Figuur 9 toont schematisch het onderste einde van een drainagekolom 2 van een wrongeldrainage-inrichting. In de drainage-kolom ::ipj 35 bevindt zich een wrongelkolom 50. De wrongelkolom 50 rust op fl een de drainagekolom 2 afsluitend guillotinemes 3 dat heen en
Jv weer beweegbaar is op de door een pijl 51 aangegeven wijze om _ 100 G 15 1 -7- de drainagekolom af te sluiten of vrij te geven en om het onderste deel van een uit de drainagekolom gezakte wrongelkolom 50 af te snijden, op soortgelijke wijze als hierboven al werd beschreven.
5 In figuur 9 is de situatie zodanig, dat het guillotinemes zich in de sluitstand bevindt en dat zich onder het guillotinemes een leeg transfervat 52 bevindt.
Als een transfervat zich onder de drainagekolom bevindt wordt op gebruikelijke wijze de beweegbare bodem 53 omhoog 10 bewogen middels een cilinder 5. Als de bodem zich juist onder het guillotinemes bevindt kan het guillotinemes worden weggetrokken zodra het drainageproces van de wrongelkolom 50 inmiddels voldoende is voortgeschreden. Als het guillotinemes is weggetrokken wordt de wrongelkolom 50 ondersteund door de 15 bodem 53, die op bekende wijze vervolgens daalt (figuur 10) tot een kaasblok van de gewenste hoogte kan worden afgesneden. Het guillotinemes wordt dan weer in de sluitstand gebracht, waarbij een kaasblok 55 wordt afgesneden en de bodem 53 daalt verder tot deze zich ter hoogte van de 20 onderrand van het transfervat bevindt, zoals in figuur 11 getoond. Het transfervat 52 kan dan opzij worden geschoven tot boven een kaasvat 54. In deze positie, die met onderbroken lijnen is getoond in figuur 11 wordt de bodem 53 gesteund door het stempel 57, dat vervolgens daalt, zoals met 25 een pijl 58 aangegeven, tot de bodem 53 en het kaasblok 55 zich in het kaasvat 54 bevinden en de in figuur 12 getoonde situatie is ontstaan. Nadat het kaasvat 54 is gevuld met een kaasblok 55 wordt het gevulde kaasvat middels geschikte (niet getoonde) afvoermiddelen afgevoerd en wordt een leeg kaasvat 30 54 toegevoerd tot in de in figuur 12 getoonde positie van het gevulde kaasvat. Vervolgens wordt met behulp van de cilinder 56 de beweegbare bodem 53 omhoog bewogen tot een met de onderzijde van het transfervat, dat zich nog steeds (of weer) op de in figuur 12 getoonde plaats bevindt, 35 corresponderend niveau zoals met onderbroken lijnen in figuur 12 is aangegeven. Het transfervat 52 wordt dan samen met de bodem 53 weer tot onder de drainagekolom 2 bewogen, zoals in *> ’’ -8- figuur 9 is te zien. Het stempel 57 blijft daarbij bij voorkeur in de hoge stand, zoals eveneens in figuur 9 is te zien. Anders dan bij het eerder beschreven uitvoeringsvoorbeeld hebben de kaasvaten een op en neer 5 beweegbare bodem, terwijl het transfervat geen eigen bodem heeft. De op en neer beweegbare bodems van de kaasvaten fungeren telkens als tijdelijke bodem voor het transfervat.
De tijdelijke bodem kan met het transfervat zijdelings verschuiven. In figuur 12 is de beweegbare bodem 53 met 10 onderbroken lijnen getekend in de stand waarin de beweegbare bodem samenwerkt met het transfervat In de met volgetrokken lijnen getekende stand vormt de bodem 53 de bodem van het kaasvat 54. Voorts is bij 56 schematisch een voor het op en neer bewegen van de bodem dienende cilinder met stempel 57 15 getoond. De bodem 53 dient ongehinderd de onderrand van het transfervat te kunnen passeren. De kaasvaten 54 kunnen echter op soortgelijke wijze als getoond in figuur 13 zodanig zijn uitgevoerd, dat de bodem 53 ter hoogte van de onderrand van het kaasvat ondersteund kan worden.
20 Volgens een nog andere uitwerking van de uitvindingsgedachte kunnen door toepassing van kaasvaten met op en neer beweegbare bodem, zoals hierboven beschreven, de afgesneden wrongelblokken direkt onder de drainagekolom in de kaasvaten worden opgevangen. Een afzonderlijk transfervat is 25 dan niet nodig. Een dergelijke werkwijze is volledigheidshalve nog eens schematisch getoond in figuur 14.
Figuur 14 toont een drainagekolom 2 met daarin een wrongelkolom 50. Onder de drainagekolom bevindt zich een huls 52 met op en neer beweegbare bodem 53. De huls 52 is in dit 30 voorbeeld echter niet een deel van een transfervat, doch de huls vormt de zijwand van een kaasvat 60, dat een beweegbare bodem 53 heeft. Links van het kaasvat 60 bevindt zich een leeg kaasvat 60', dat de plaats van het kaasvat 60 kan innemen, zodra het kaasvat 60 onder de drainagekolom vandaan 35 is bewogen, bijvoorbeeld naar de bij 60" aangegeven positie. Een verschil tussen een transfervat en een kaasvat is, dat de kaas in een kaasvat verder behandeld wordt, bijvoorbeeld -9- geperst, dat een kaasvat derhalve in constructief opzicht aan zwaardere eisen dient te voldoen dan een transfervat.
De kaasvaten kunnen met een aanvoertransporteur aangevoerd worden en met een afvoertransporteur afgevoerd 5 worden. Daarbij kunnen duwcilinders zijn voorzien, soortgelijk aan bijvoorbeeld de cilinder 10 van figuur 9, om de kaasvaten onder de drainagekolom te brengen en/of juist onder de drainagekolom vandaan te schuiven. Het is ook mogelijk een intermitterend aangedreven doorgaande 10 transporteur toe te passen, mits de transporteur mogelijkheden biedt, bijvoorbeeld openingen in het transportvlak, om de cilinder 5 met de beweegbare bodems van de kaasvaten te laten samenwerken.
Opgemerkt wordt, dat na het voorgaande diverse 15 modificaties voor de deskundige voor de hand liggen. Zo kan de beschreven werkwijze zowel bij kolommen met een enkele wrongelkolom als bij kolommen met meerdere wrongelkolommen binnen één huls toegepast worden. In het laatste geval kan met één enkele snijbeweging ofwel telkens één wrongelblok of 20 meer dan één wrongelblok gelijktijdig afgesneden worden. Ook zijn voor het verschuiven en vasthouden van het transfervat en de kaasvaten verschillende oplossingen denkbaar. Deze en soortgelijke modificaties worden geacht binnen het kader van de uitvinding te vallen.

Claims (26)

  1. 2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de huls een transfervat is met een op en neer beweegbare 15 bodem en dat het transfervat na gevuld te zijn met een wrongelblok zijwaarts wordt geschoven tot in een transferpositie in een transferstation, waarbij het wrongelblok tijdens het verschuiven op de beweegbare bodem blijft liggen.
  2. 3. Werkwijze volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat het transferstation een omkeerstation is, en dat in het omkeerstation boven de transferpositie van het transfervat in omgekeerde positie een kaasvat wordt aangebracht; dat de bodem van het transfervat omhoog wordt bewogen tot het 25 wrongelblok althans deels in het kaasvat reikt; dat vervolgens het omkeerstation om een horizontale as wordt geroteerd tot het kaasvat zich in de normale positie bevindt, waarna het kaasvat wordt afgevoerd; en dat het omkeerstation en de bodem van het transfervat weer in de uitgangspositie 30 wordt teruggebracht; en dat tenslotte het transfervat uit het omkeerstation wordt verwijderd.
  3. 4. Werkwijze volgens conclusie 2 of 3, met het kenmerk, dat het transfervat via een omloopbaan van het omkeerstation naar een drainagekolom wordt teruggevoerd. .1 | ·' r, '’· 0 ·ί| Λ i Λ ΰ J J I - -11-
  4. 5. Werkwijze volgens conclusie 2, net het kenmerk, dat in het transferstation het wrongelblok liggend op de beweegbare bodem wordt overgebracht naar een gereedstaand kaasvat, en dat het kaasvat met daarin het op de beweegbare 5 bodem liggende wrongelblok vervolgens uit het transferstation wordt afgevoerd en het transfervat wordt teruggevoerd naar dra i nageko1om.
  5. 6. Werkwijze volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de beweegbare bodem voor het overbrengen van een 10 wrongelblok van een transfervat naar een kaasvat neerwaarts uit het transfervat wordt bewogen tot in een zich onder het transfervat bevindend kaasvat zonder bodem.
  6. 7. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat als huls een kaasvat met beweegbare bodem wordt 15 toegepast, dat direkt onder de drainagekolom met een wrongelblok wordt gevuld, waarbij het kaasvat deel uitmaakt van een aantal gelijksoortige kaasvaten, die opeenvolgend aan een drainagekolom worden toegevoerd en die elk na gevuld te zijn met een wrongelblok middels geschikte transportmiddelen 20 wordt getransporteerd naar althans één bewerkingsstation voor verdere bewerking van het wrongelblok, waarbij het wrongelblok steeds ondersteund biijdt door de beweegbare bodem van een kaasvat.
  7. 8. Inrichting voor het overbrengen van een uit een 25 drainagekolom verkregen wrongelblok naar een kaasvat, waarbij een zich in èen drainagekolom bevindende wrongelkolom telkens periodiek wordt neergelaten in een huls met behulp van een steunorgaan; aan de onderzijde van de wrongelkolom een wrongelblok wordt afgesneden, en de huls met daarin het 30 wrongelblok zijwaarts wordt verplaatst, met het kenmerk, dat het steunorgaan een middels een doseercilinder op en neer beweegbare bodem omvat; en dat middelen zijn voorzien om een gevulde huls tezamen met de beweegbare bodem en een daarop liggend wrongelblok opzij te verplaatsen.
  8. 9. Inrichting volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat de huls een transfervat is met op en neer beweegbare bodem en dat de genoemde middelen om de huls opzij te ’ ·'> 'i -12- verplaatsen zijn ingericht om de huls samen met de beweegbare bodem en een daarop liggend wrongelblok opzij te schuiven tot in een transferpositie in een transferstation, dat tenminste één transferpositie omvat.
  9. 10. Inrichting volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat het transferstation is uitgevoerd als omkeerstation, dat I van middelen is voorzien om boven de transferpositie in omgekeerde stand een kaasvat aan te brengen; dat het = omkeerstation voorts van middelen is voorzien om de bodem van t 10 het transfervat met daarop een wrongelblok omhoog te bewegen = tot het wrongelblok althans deels in het kaasvat reikt en dat j rotatiemiddelen zijn voorzien om het omkeerstation in , omgekeerde toestand te brengen met het kaasvat onder en het transfervat boven zodat het wrongelblok in het kaasvat kan ? 15 glijden. * 11. Inrichting volgens conclusie 10, met het kenmerk, ' dat de middelen om de bodem van het transfervat omhoog te ^ bewegen een in het omkeerstation gemonteerde cilinder omvatten met een op de bodem van het transfervat aangrijpend s 20 stempel.
  10. 12. Inrichting volgens conclusie 13, met het kenmerk, dat het stempel is voorzien van koppelmiddelen om een tijdelijke koppeling met de bodem van het transfervat tot stand te brengen.
  11. 13. Inrichting volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat de koppelmiddelen met vacuum werken.
  12. 14. Inrichting volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat de koppelmiddelen een tijdelijke mechanische koppeling ~ tot stand brengen.
  13. 15. Inrichting volgens conclusie 14, met het kenmerk, dat de koppelmiddelen een bajonetkoppeling tot stand kunnen — brengen.
  14. 16. Inrichting volgens één der conclusies 10 t/m 15, met het kenmerk, dat het omkeerstation is ingericht om te = 35 kunnen roteren om een horizontale as. M ' -13-
  15. 17. Inrichting volgens één der conclusies 10 t/m 16, met het kenmerk, dat het omkeerstation is voorzien van vasthoudmiddelen voor een kaasvat en voor een transfervat.
  16. 18. Inrichting volgens conclusie 17, met het kenmerk, 5 dat de vasthoudmiddelen klemorganen omvatten.
  17. 19. Inrichting volgens conclusie 17 of 18, met het kenmerk, dat de vasthoudmiddelen railvormige organen omvatten die om flenzen van een kaasvat en/of transfervat kunnen grijpen.
  18. 20. Inrichting volgens conclusie 9, gekenmerkt door transfermiddelen, die zijn ingericht om de beweegbare bodem met het daarop liggende wrongelblok uit een transfervat te verwijderen en in een kaasvat te plaatsen.
  19. 21. Inrichting volgens conclusie 20, met het kenmerk, 15 dat de transfermiddelen een van een stempel voorziene cilinder omvatten die is ingericht om de beweegbare bodem te ondersteunen en vanuit het transfervat neerwaarts te bewegen tot in een onder het transfervat geplaatst kaasvat.
  20. 22. Inrichting volgens conclusie 21, met het kenmerk, 20 dat de beweegbare bodem nadat deze is overgebracht naar een kaasvat de bodem van het kaasvat vormt.
  21. 23. Inrichting voor het vormen en in kaasvaten afvoeren van wrongelblokken omvattend een drainage-inrichting met één of meer drainagekolommen, die elk één of meer drainagepijpen 25 omvatten, gekenmerkt door een inrichting voor het overbrengen van wrongelblokken als omschreven in één der conclusies 8 t/m 22.
  22. 24. Inrichting volgens conclusie 23, gekenmerkt door een omloopbaan voor de terugvoer van geledigde transfervaten.
  23. 25. Inrichting volgens conclusie 24, met het kenmerk, dat de omloopbaan langs een reinigingsstation voert.
  24. 26. Inrichting volgens conclusie 8, met het kenmerk, de huls is uitgevoerd als kaasvat met beweegbare bodem, welk kaasvat deel uitmaakt van een aantal gelijksoortige 35 kaasvaten, die middels geschikte toevoermiddelen opeenvolgend aan een drainagekolom worden toegevoerd om telkens direkt onder de drainagekolom met een wrongelblok gevuld te worden, 1008101 -14- en die elk, na gevuld te zijn, middels geschikte afvoermiddelen worden getransporteerd naar tenminste één bewerkingsstation voor verdere bewerking van het wrongelblok, terwijl het wrongelblok op de beweegbare bodem van het = 5 kaasvat in het kaasvat ligt.
  25. 27. Inrichting volgens conclusie 26, met het kenmerk, = dat de toevoermiddelen en de afvoermiddelen gevormd worden I door een doorgaande transporteur.
  26. 28. Transfervat of kaasvat met beweegbare bodem voor •’i 10 toepassing in een werkwijze volgens één der conclusies 1 t/m 7 of in een inrichting volgens één der conclusies 1 8 t/m 27. i 'f m 3. v· - 3 i s
NL1008151A 1998-01-28 1998-01-28 Werkwijze en inrichting voor het overbrengen van een uit een drainagekolom verkregen wrongelblok naar een kaasvat. NL1008151C2 (nl)

Priority Applications (9)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1008151A NL1008151C2 (nl) 1998-01-28 1998-01-28 Werkwijze en inrichting voor het overbrengen van een uit een drainagekolom verkregen wrongelblok naar een kaasvat.
DK99200238T DK0931453T3 (da) 1998-01-28 1999-01-27 Fremgangsmåde og apparat til overførsel af en blok ostemasse fra en drænkolonne til et ostekar
ES99200238T ES2177195T3 (es) 1998-01-28 1999-01-27 Proceso para pasar un bloque de pasta cuajada de una columna de descarga a un molde de queso.
EP99200238A EP0931453B1 (en) 1998-01-28 1999-01-27 Process and apparatus for transferring a curd block obtained from a drainage column to a cheese vessel
DE69901464T DE69901464T2 (de) 1998-01-28 1999-01-27 Verfahren und Vorrichtung zum Übertragen eines durch eine Entwässerungskolonne hergestellten Molkenblockes zu einem Käsefass
AT99200238T ATE217479T1 (de) 1998-01-28 1999-01-27 Verfahren und vorrichtung zum übertragen eines durch eine entwässerungskolonne hergestellten molkenblockes zu einem käsefass
NZ333933A NZ333933A (en) 1998-01-28 1999-01-27 Process and apparatus for transferring a curd block obtained from a drainage column to a cheese vessel
NO19990376A NO314531B1 (no) 1998-01-28 1999-01-27 Fremgangsmåte og apparat for overföring av en ostemasseblokk som tas ut fraen dreneringskolonne til en osteform
AU13218/99A AU740376B2 (en) 1998-01-28 1999-01-27 Process and apparatus for transferring a curd block obtained from a drainage column to a cheese vessel

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1008151A NL1008151C2 (nl) 1998-01-28 1998-01-28 Werkwijze en inrichting voor het overbrengen van een uit een drainagekolom verkregen wrongelblok naar een kaasvat.
NL1008151 1998-01-28

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1008151C2 true NL1008151C2 (nl) 1999-07-29

Family

ID=19766431

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1008151A NL1008151C2 (nl) 1998-01-28 1998-01-28 Werkwijze en inrichting voor het overbrengen van een uit een drainagekolom verkregen wrongelblok naar een kaasvat.

Country Status (9)

Country Link
EP (1) EP0931453B1 (nl)
AT (1) ATE217479T1 (nl)
AU (1) AU740376B2 (nl)
DE (1) DE69901464T2 (nl)
DK (1) DK0931453T3 (nl)
ES (1) ES2177195T3 (nl)
NL (1) NL1008151C2 (nl)
NO (1) NO314531B1 (nl)
NZ (1) NZ333933A (nl)

Families Citing this family (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL2002041C (nl) * 2008-09-30 2010-03-31 Tetra Laval Holdings & Finance Kaasbereidingsinrichting met vertikale draineerkolom en doseerinrichting.

Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB2125674A (en) * 1982-08-24 1984-03-14 Alfa Laval Cheddar Systems Ltd Cheese block former
EP0235867A1 (en) * 1986-03-04 1987-09-09 Stork Friesland B.V. Method and apparatus for conveying portions of curd from a curd dispensing column to a cheese mould on a discharge track during cheese-making
EP0336649A1 (en) * 1988-03-31 1989-10-11 Alfa-Laval Cheese Systems Limited Method and apparatus for producing moulded cheese blocks

Patent Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB2125674A (en) * 1982-08-24 1984-03-14 Alfa Laval Cheddar Systems Ltd Cheese block former
EP0235867A1 (en) * 1986-03-04 1987-09-09 Stork Friesland B.V. Method and apparatus for conveying portions of curd from a curd dispensing column to a cheese mould on a discharge track during cheese-making
EP0336649A1 (en) * 1988-03-31 1989-10-11 Alfa-Laval Cheese Systems Limited Method and apparatus for producing moulded cheese blocks

Also Published As

Publication number Publication date
NZ333933A (en) 2000-03-27
AU740376B2 (en) 2001-11-01
NO990376D0 (no) 1999-01-27
EP0931453B1 (en) 2002-05-15
ES2177195T3 (es) 2002-12-01
NO990376L (no) 1999-07-29
EP0931453A1 (en) 1999-07-28
DE69901464D1 (de) 2002-06-20
NO314531B1 (no) 2003-04-07
DE69901464T2 (de) 2003-01-16
DK0931453T3 (da) 2002-08-19
ATE217479T1 (de) 2002-06-15
AU1321899A (en) 1999-08-19

Similar Documents

Publication Publication Date Title
EP0259342B1 (en) A device for pressing and molding curd
US4955425A (en) Casting handling apparatus
GB2096555A (en) Livestock handling system and method and apparatus therefor
NL1008151C2 (nl) Werkwijze en inrichting voor het overbrengen van een uit een drainagekolom verkregen wrongelblok naar een kaasvat.
US2815055A (en) Mechanism for separating egg whites from egg yolks
US5209943A (en) Process for making bulk cheese
NL8600551A (nl) Werkwijze en inrichting voor het bij de kaasbereiding transporteren van wrongelporties vanuit een wrongeldoseerkolom naar een kaasvorm op een afvoerbaan.
US4008034A (en) Brick making machine having stripping means
EP0916256B1 (en) Method and apparatus for producing cut fresh curd blocks
US4208119A (en) Photographic film developer
US3823826A (en) Horizontal filter press
US1953524A (en) Packing machine
US5813444A (en) Apparatus and method for filling a plurality of containers with particulate matter
NL1007571C2 (nl) Werkwijze en inrichting voor het produceren van verpakte verse wrongelblokken.
NL8303225A (nl) Inrichting voor het behandelen van vormen voor voedingsmiddelen en installatie met een dergelijke inrichting, die in het bijzonder kan worden gebruikt voor het vervaardigen van gekookte ham.
NL1018608C2 (nl) Kaasmaakinrichting.
NL1003792C2 (nl) Draineerbak voor de kaasbereider.
NL2002041C (nl) Kaasbereidingsinrichting met vertikale draineerkolom en doseerinrichting.
NL1006497C1 (nl) Werkwijze en inrichting voor het ledigen van een met producten gevulde houder.
US3241691A (en) Equipment used in handling of cheese discs
CZ288960B6 (cs) Systém třídicích boxů pro řezivo nebo srovnatelné zboľí
CA2254177C (en) Method and apparatus for producing cut fresh curd blocks
EP0592612B1 (en) Apparatus and method for making bulk cheese
JPS6253413B2 (nl)
SU614294A2 (ru) Устройство дл отделени блоков замороженных пищевых продуктов от форм

Legal Events

Date Code Title Description
VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20040801