NL1003614C2

NL1003614C2 - Werkwijze voor het middels een gietprocédé vervaardigen van een van koel- of verwarmingsribben voorzien voorwerp uit metaal, in het bijzonder aluminium, koper, messing of brons.

Info

Publication number: NL1003614C2
Application number: NL1003614A
Authority: NL
Inventors: Charles Marius Sanders
Original assignee: Eurotech Group B V
Priority date: 1996-07-16
Filing date: 1996-07-16
Publication date: 1998-01-21

Description

Titel: Werkwijze voor het middels een gietprocédé vervaardigen van een van koel- of verwarmingsribben voorzien voorwerp uit metaal, in het bijzonder aluminium, koper, messing of brons.

5 Voor het uit vloeibaar metaal gieten van voorwerpen met koel- of verwarmingsribben bestaan twee methodes: spuitgieten en zandgieten.

Spuitgieten is gewoonlijk te duur en zandgieten met de gebruikelijke methode leidt tot voorwerpen waarvan de minimale wanddikte en de minimale onderlinge afstand tussen de ribben relatief groot is, zodat 10 het beschikbare koel- of verwarmingsoppervlak beperkt is. Het vergroten van de breedte van de ribben zou tot praktische problemen leiden. Voorts is het bij het gieten van ronde voorwerpen zoals lamphouders onder toepassing van de zandgietmethode, onmogelijk om de vormgeving van het inwendige van de voorwerpen te realiseren indien 15 het riboppervlak maximaal is.

De uitvinding beoogt genoemde nadelen te vermijden en hiertoe is de werkwijze gekenmerkt doordat een aantal uit plaatmetaal bestaande ribben onder handhaving van 20 onderlinge afstand tot een pakket worden verzameld, de ruimtes tussen de ribben worden verdeeld in eerste delen waarin bij het gieten van het voorwerp gietmetaal kan binnendringen en tweede delen, waarin bij het gieten van het voorwerp gietmetaal niet kan binnendringen, en 25 ~ tenslotte het voorwerp wordt gegoten waarbij de genoemde eerste delen van de ruimtes tussen de ribben met gesmolten metaal worden gevuld en de ribdelen die deze eerste delen begrenzen, worden ingesmolten.

30 De ribben bestaan bij voorkeur uit metaal dat ongeveer hetzelfde smelttraject heeft als het metaal van de rest van het voorwerp. Dit betekent bijvoorbeeld dat bij een voorwerp uit een aluminiumlegering ook de plaatmetalen ribben uit een aluminiumlegering bestaan.

35 De uitvinding is in het bijzonder met veel voordeel van toepassing op de vervaardiging van lamphouders voor lampen van hoog vermogen die ; zeer veel warmte moeten afgeven, waarbij de koelribben van lamphouders die volgens de gebruikelijke gietmethode worden gemaakt, te weinig 1 00 3 6 1 A .

2 oppervlak bezitten. De hiertoe ontworpen methode is gekenmerkt door dat de plaatmetalen ribben bestaan uit vlakke ringen die tot een pakket worden gestapeld waarbij tussen de ringen afstandhoudorganen zijn aangebracht die de ruimtes tussen de 5 ribben verdelen in genoemde eerste en genoemde tweede delen, dat binnen de stapel van ringen een zandkem wordt geplaatst waarvan de uitwendige vorm in hoofdzaak overeenkomt met de gewenste vorm van het inwendige van de lamphouder, en dat tenslotte vloeibaar metaal tussen het pakket van ringen en de 10 zandkern wordt gegoten welk metaal de ruimtes tussen de ringen tot aan de afstandhoudorganen vult.

Om op grote schaal rechte of gebogen voorwerpen te fabriceren kan de werkwijze zijn gekenmerkt doordat 15 - de plaatmetalen ribben in op afstand van elkaar aangebrachte gleuven in het inwendige oppervlak van een U- of L-vormige mal worden geschoven, de ruimtes tussen de ribben tot aan de achterwand van de U- of L-vormige mal met kernzand worden gevuld, 20 - de U- of L-vormige mal wordt verwijderd, waarbij de ribben op de plaats waar zij in de gleuven staken, uitsteken, en tenslotte het voorwerp in een zandvorm wordt gegoten waarbij de uitstekende ribdelen die in de achterwand van de U of L staken, in het voorwerp worden ingegoten.

25

De uitvinding zal nu aan de hand van de figuren nader worden toegelicht.

De figuren 1, 2 en 3 tonen in doorsnede achtereenvolgens drie fasen in 30 de vervaardiging van een lamphouder voor een lamp van groot vermogen.

De figuren 4, 5 en 6 tonen in perspectivisch aanzicht achtereenvolgens drie fasen waarin de vervaardiging van een recht voorwerp met koel- of verwarmingsribben.

In figuur 1 is te zien dat uit plaatmetaal gesneden ringen 1 onder tussenschakeling van ringvormige metalen afstandhouders 2 op elkaar zijn gestapeld. Van beneden naar boven zijn vier ringpakketten van 1003614.

35 3 afnemende breedte te zien. De buitenomtrekken van de ringen zijn op de mantel van een denkbeeldige cilinder gelegen.

Figuur 2 toont een binnen de pakketten van ringen 1 geplaatste kern 3 5 uit kernzand en een op de pakketten en de gietkern aangebrachte met puntstreeplijnen aangegeven gietvorm 4.

Figuur 3 toont een gevormde lamphouder als eindprodukt, waarbij de ruimte tussen de zandkern 3 en de pakketten van ringen met gesmolten 10 metaal 5 ie volgegoten tot aan de af standhouders 2, waarbij de aan de binnenzijde van die afstandhouders 2 gelegen delen van de ringen 1 door het gietmetaal 5 zijn omgoten en in dat gietmetaal 5 zijn ingesmolten. De aan de buitenzijde van de afstandhouders uitstekende delen la van de ringen liggen vrij van elkaar en vormen de gewenste 15 koel- of verwarmingsribben. De plaatmetalen ribben kunnen dun zijn en een relatief kleine afstand ten opzichte van elkaar bezitten, zodat het totale koel- of verwarmingsoppervlak zeer groot kan zijn. De vormgeving van het binnenoppervlak van de lamphouder is met grote nauwkeurigheid tot stand gebracht.

20

Bij het vervaardigen van een recht of licht gebogen metalen voorwerp met metalen koel- of verwarmingsribben wordt, zoals de figuren 4 en 5 tonen, gebruik gemaakt van een U-vormige mal 5 die aan de binnenzijde is voorzien van gleuven 7· Deze zijn op relatief kleine regelmatige 25 afstand van elkaar geplaatst en hebben in de achterwand een grotere diepte dan in de boven en onderwand van de mal.

In de gleuven 6 van de mal 5 zijn plaatmetalen strippen 8 geschoven en de ruimte tussen de strippen 8 is met kernzand 9 gevuld.

30

Figuur 5 toont de situatie dat de mal 6 en het pakket van strippen 7 en kernzand 9 uit elkaar zijn geschoven.

Het pakket van strippen 7 wordt vervolgens in een zandvorm geplaatst 35 waarbij de uitstekende stripdelen 8a, die in de gleuven in de achterwand van de mal 6 steken, in de gietopening zijn gebracht en bij het gieten van het gewenste voorwerp 10, zoals figuur 6 laat zien, door het gesmolten metaal zijn omgoten en in dat metaal zijn 1 00 3 61 A .

4 ingesmolten. De resterende delen van de strippen 8 vormen de koel- of verwarmingsribben.

De figuren illustreren slechts uitvoeringsvoorbeelden die niet 5 beperkend zijn voor de beschermingsomvang. Wezenlijk voor de uitvindingsgedachte is dat de plaatmetalen strippen met onderlinge af stand tot een pakket worden verzameld, de ruimtes tussen de ribben worden verdeeld in eerste delen waarin bij het gieten van het voorwerp het gietmetaal kan binnendringen en tweede delen waarin bij het gieten 10 van het voorwerp geen gietmetaal kan binnendringen, en het voorwerp wordt gegoten waarbij de genoemde eerste delen tussen de ribben met gesmolten metaal wordt gevuld en de ribdelen die deze eerste delen begrenzen worden ingesmolten.

1 0 0 3 6 14.

Claims

1. Werkwijze voor het middels een gietprocédé vervaardigen van een van koel- of verwarmingsribben voorzien voorwerp uit metaal, in het 5 bijzonder aluminium, koper, messing of brons, met het kenmerk, dat een aantal uit plaatmetaal bestaande ribben (1; 8) onder handhaving van onderlinge afstand tot een pakket worden verzameld, dat de ruimtes tussen de ribben worden verdeeld in eerste delen 10 waarin bij het gieten van het voorwerp gietmetaal kan binnendringen en tweede delen waarin bij het gieten van het voorwerp gietmetaal niet kan binnendringen, en dat tenslotte het voorwerp wordt gegoten waarbij de genoemde eerste delen van de ruimtes tussen de ribben met gesmolten metaal 15 worden gevuld en de ribdelen (la, 8a) die deze eerste delen begrenzen, worden ingesmolten.

2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de ribben (1; 8) bestaan uit metaal dat ongeveer hetzelfde smelttraject heeft als 20 het metaal dat de rest van het voorwerp zal vormen.

3. Werkwijze voor het vervaardigen van een lamphouder onder toepassing van de werkwijze volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de plaatmetalen ribben (1) bestaan uit vlakke ringen die tot 25 een pakket worden gestapeld waarbij tussen de ringen afstandhoudorganen (2) zijn aangebracht die de ruimtes tussen de ribben verdelen in genoemde eerste en genoemde tweede delen, dat binnen de stapel van ringen een zandkern (3) wordt geplaatst waarvan de uitwendige vorm in hoofdzaak overeenkomt met de 30 gewenste vorm van het inwendige van de lamphouder, en dat tenslotte vloeibaar metaal tussen het pakket van ringen en de zandkern wordt gegoten welk metaal de ruimtes tussen de ringen (1) tot aan de afstandhoudorganen (2) vult.

35 Werkwijze volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de plaatmetalen ribben (8) in op afstand van elkaar aangebrachte gleuven (7) in het inwendige oppervlak van een U- of L-vormige mal (6) worden geschoven, 1003514. - dat de ruimtes tussen de ribben (8) tot aan de achterwand van de U- of L-vormige mal (6) met kernzand worden gevuld, dat de U- of L-vormige mal (6) wordt verwijderd, waarbij de ribben op de plaats waar zij in de gleuven staken, uitsteken, en 5 - dat tenslotte het voorwerp in een zandvorm wordt gegoten waarbij de uitstekende ribdelen (8a) die in de achterwand van de U of L uitstaken, in het voorwerp worden ingegoten. 1 00 3 ó1 -i .