NL1001156C2 - Inrichting voor het in voorraad houden van ontvangstmateriaal bij een afdrukeenheid. - Google Patents

Inrichting voor het in voorraad houden van ontvangstmateriaal bij een afdrukeenheid. Download PDF

Info

Publication number
NL1001156C2
NL1001156C2 NL1001156A NL1001156A NL1001156C2 NL 1001156 C2 NL1001156 C2 NL 1001156C2 NL 1001156 A NL1001156 A NL 1001156A NL 1001156 A NL1001156 A NL 1001156A NL 1001156 C2 NL1001156 C2 NL 1001156C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
roll
receiving material
conveyor
receiving
printing unit
Prior art date
Application number
NL1001156A
Other languages
English (en)
Inventor
Hendrikus Johannes Josep Soest
Jacobus Henricus Johan Janssen
Joannes Jacobus Wilhel Joosten
Harm Schonewille
Original Assignee
Oce Nederland Bv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Oce Nederland Bv filed Critical Oce Nederland Bv
Priority to NL1001156A priority Critical patent/NL1001156C2/nl
Priority to TW086206383U priority patent/TW349478U/zh
Priority to AU60522/96A priority patent/AU6052296A/en
Priority to EP96202301A priority patent/EP0762225A1/en
Priority to CN96112906A priority patent/CN1152730A/zh
Priority to KR1019960038795A priority patent/KR970016853A/ko
Priority to JP8260233A priority patent/JPH09150975A/ja
Application granted granted Critical
Publication of NL1001156C2 publication Critical patent/NL1001156C2/nl

Links

Classifications

    • GPHYSICS
    • G03PHOTOGRAPHY; CINEMATOGRAPHY; ANALOGOUS TECHNIQUES USING WAVES OTHER THAN OPTICAL WAVES; ELECTROGRAPHY; HOLOGRAPHY
    • G03GELECTROGRAPHY; ELECTROPHOTOGRAPHY; MAGNETOGRAPHY
    • G03G15/00Apparatus for electrographic processes using a charge pattern
    • G03G15/65Apparatus which relate to the handling of copy material
    • G03G15/6517Apparatus for continuous web copy material of plain paper, e.g. supply rolls; Roll holders therefor
    • GPHYSICS
    • G03PHOTOGRAPHY; CINEMATOGRAPHY; ANALOGOUS TECHNIQUES USING WAVES OTHER THAN OPTICAL WAVES; ELECTROGRAPHY; HOLOGRAPHY
    • G03GELECTROGRAPHY; ELECTROPHOTOGRAPHY; MAGNETOGRAPHY
    • G03G15/00Apparatus for electrographic processes using a charge pattern
    • HELECTRICITY
    • H04ELECTRIC COMMUNICATION TECHNIQUE
    • H04NPICTORIAL COMMUNICATION, e.g. TELEVISION
    • H04N1/00Scanning, transmission or reproduction of documents or the like, e.g. facsimile transmission; Details thereof
    • H04N1/00567Handling of original or reproduction media, e.g. cutting, separating, stacking
    • HELECTRICITY
    • H04ELECTRIC COMMUNICATION TECHNIQUE
    • H04NPICTORIAL COMMUNICATION, e.g. TELEVISION
    • H04N1/00Scanning, transmission or reproduction of documents or the like, e.g. facsimile transmission; Details thereof
    • H04N1/00567Handling of original or reproduction media, e.g. cutting, separating, stacking
    • H04N1/0057Conveying sheets before or after scanning
    • H04N1/00588Conveying sheets before or after scanning to the scanning position
    • HELECTRICITY
    • H04ELECTRIC COMMUNICATION TECHNIQUE
    • H04NPICTORIAL COMMUNICATION, e.g. TELEVISION
    • H04N1/00Scanning, transmission or reproduction of documents or the like, e.g. facsimile transmission; Details thereof
    • H04N1/00567Handling of original or reproduction media, e.g. cutting, separating, stacking
    • H04N1/0057Conveying sheets before or after scanning
    • H04N1/00599Using specific components
    • H04N1/00602Feed rollers
    • HELECTRICITY
    • H04ELECTRIC COMMUNICATION TECHNIQUE
    • H04NPICTORIAL COMMUNICATION, e.g. TELEVISION
    • H04N1/00Scanning, transmission or reproduction of documents or the like, e.g. facsimile transmission; Details thereof
    • H04N1/00567Handling of original or reproduction media, e.g. cutting, separating, stacking
    • H04N1/0062Removing sheets from a stack or inputting media
    • HELECTRICITY
    • H04ELECTRIC COMMUNICATION TECHNIQUE
    • H04NPICTORIAL COMMUNICATION, e.g. TELEVISION
    • H04N1/00Scanning, transmission or reproduction of documents or the like, e.g. facsimile transmission; Details thereof
    • H04N1/00567Handling of original or reproduction media, e.g. cutting, separating, stacking
    • H04N1/00631Ejecting or stacking
    • H04N1/00633Ejecting or stacking selectively to one of a plurality of output trays
    • HELECTRICITY
    • H04ELECTRIC COMMUNICATION TECHNIQUE
    • H04NPICTORIAL COMMUNICATION, e.g. TELEVISION
    • H04N1/00Scanning, transmission or reproduction of documents or the like, e.g. facsimile transmission; Details thereof
    • H04N1/00567Handling of original or reproduction media, e.g. cutting, separating, stacking
    • H04N1/00665Details specific to handling of web-shaped media, e.g. paper or film rolls
    • HELECTRICITY
    • H04ELECTRIC COMMUNICATION TECHNIQUE
    • H04NPICTORIAL COMMUNICATION, e.g. TELEVISION
    • H04N1/00Scanning, transmission or reproduction of documents or the like, e.g. facsimile transmission; Details thereof
    • H04N1/23Reproducing arrangements
    • H04N1/2307Circuits or arrangements for the control thereof, e.g. using a programmed control device, according to a measured quantity
    • H04N1/2353Selecting a particular reproducing medium from amongst a plurality of media or from a particular tray, e.g. paper or transparency
    • GPHYSICS
    • G03PHOTOGRAPHY; CINEMATOGRAPHY; ANALOGOUS TECHNIQUES USING WAVES OTHER THAN OPTICAL WAVES; ELECTROGRAPHY; HOLOGRAPHY
    • G03GELECTROGRAPHY; ELECTROPHOTOGRAPHY; MAGNETOGRAPHY
    • G03G2215/00Apparatus for electrophotographic processes
    • G03G2215/00362Apparatus for electrophotographic processes relating to the copy medium handling
    • G03G2215/00367The feeding path segment where particular handling of the copy medium occurs, segments being adjacent and non-overlapping. Each segment is identified by the most downstream point in the segment, so that for instance the segment labelled "Fixing device" is referring to the path between the "Transfer device" and the "Fixing device"
    • G03G2215/00379Copy medium holder
    • G03G2215/00383Cassette

Description

Inrichting voor het in voorraad houden van ontvangstmateriaal bij een afdrukeenheid 5
De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het in voorraad houden van ontvangstmateriaal bij een afdrukeenheid, omvattende een onder de afdrukeenheid gelegen magazijn voor ontvangstmateriaal met ten minste drie afzonderlijke, boven elkaar gelegen houders, een eerste transportbaan die zich in 10 verticale richting bij de houders uitstrekt en tweede, van transportrollen voorziene transportbanen die zich vanaf elk van die houders naar de eerste transportbaan uitstrekken en een derde transportbaan die zich vanaf het boveneinde van de eerste transportbaan door de afdrukeenheid uitstrekt.
Een dergelijke inrichting is bekend uit US-A-5 237 378. In de daarin 15 beschreven inrichting is ontvangstmateriaal voorradig in de vorm van een aantal recht boven elkaar gelegen rollen. Vanaf elk van deze rollen kan ontvangstmateriaal via een gemeenschappelijke transportbaan worden toegevoerd naar de boven de rollen gelegen afdrukeenheid en daar doorheen worden gevoerd in een richting die tegengesteld is aan de richting waarin het ontvangstmateriaal van de rol is 20 getrokken.
In deze bekende inrichting is een invoerbaan aanwezig die is ingericht voor het met de hand invoeren van een ontvangstvel, welke invoerbaan in de ruimte tussen de bovenste voorraadrol en de afdrukeenheid ligt en uitmondt in het verticale gedeelte van de gemeenschappelijke eerste transportbaan en is een invoerbaan voor af te 25 drukken originelen aanwezig die zich door de afdrukeenheid uitstrekt. Wanneer deze origineleninvoerbaan niet boven een niveau ligt dat ideaal is voor bediening door een staande bedienaar is, beperkt de onder de afdrukeenheid gelegen invoerbaan voor het met de hand invoeren van ontvangstvellen de voor opslag van ontvangstmateriaal beschikbare ruimte onder de afdrukeenheid.
30 De uitvinding stelt zich tot doel om in een inrichting van het in de aanhef bedoelde soort voldoende ruimte te creëren voor het in voorraad houden van een verscheidenheid aan verschillende ontvangstmaterialen, welke ontvangstmaterialen selectief automatisch naar de afdrukeenheid kunnen worden gevoerd.
Vooral bij afdrukinrichtingen van het type waarin in elektronische vorm 35 beschikbare informatie wordt afgedrukt en de bediening van de afdrukinrichting op een andere plaats gebeurt, bijvoorbeeld op een fysiek van de afdrukinrichting gescheiden aftastinrichting voor af te drukken originelen, is voldoende ruimte van 10 01 1 56.
2 belang om ervoor te zorgen dat de kans groot is dat het voor een ingestelde afdrukopdracht benodigde ontvangstmateriaal voorradig en direct beschikbaar is, om er aldus voor te zorgen dat een aantal verschillende afdrukopdrachten automatisch na elkaar kunnen worden uitgevoerd, ook met verschillende soorten en/of formaten 5 ontvangstmateriaal, zonder dat tussenkomst van een bedienaar voor het verwisselen van ontvangstmateriaal in het magazijn nodig is.
Dit doel wordt volgens de uitvinding bereikt doordat ten minste één van die houders een houder voor een stapel ontvangstvellen is en ten minste een van de andere houders een houder voor een rol ontvangstmateriaal is.
10 Hierdoor wordt bereikt dat ontvangstmateriaal in ruime verscheidenheid en/of omvang aanwezig kan zijn voor het ongestoord uitvoeren van een relatief groot aantal afdrukopdrachten zonder dat ontvangstmateriaal in de houders hoeft te worden bijgevuld of verwisseld.
Bij voorkeur ligt de invoerbaan voor het met de hand invoeren van een 15 ontvangstvel aan de van de tweede transportbaan afgekeerde zijde van de eerste transportbaan en mondt rechtstreeks uit in de derde transportbaan. Hierdoor wordt bereikt dat in het geval dat de inrichting volgens de uitvinding is voorzien van een origineleninvoerbaan die op de ideale werkhoogte voor een voor de afdrukeenheid staande bedienaar ligt, de invoerbaan voor het met de hand invoeren van een 20 ontvangstvel op korte afstand onder deze ideale werkhoogte kan liggen en in het geval dat de inrichting volgens de uitvinding een origineleninvoerbaan heeft op een van de afdrukeenheid gescheiden aftastinrichting, zoals realiseerbaar bij een elektronische afdrukinrichting, de invoerbaan voor het met de hand invoeren van een ontvangstvel op een ideale werkhoogte voor een voor de afdrukeenheid 25 staande bedienaar kan liggen, waarbij in beide gevallen de hoogte van de inrichting optimaal benut kan worden voor de opslag van ontvangstmateriaal onder de afdrukeenheid.
In een aantrekkelijke uitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding draagt ten minste één van de houders voor een rol ontvangstmateriaal aan de van 30 de eerste transportbaan afgekeerde zijde van die rol ten minste een andere rol ontvangstmateriaal waarvan de rolas op gelijke hoogte ligt als de rolas van de er naast gelegen rol ontvangstmateriaal en strekt een vierde transportbaan voor van die andere rol afgewikkeld ontvangstmateriaal zich in een plat vlak aan de onderzijde van de naast elkaar gelegen rollen ontvangstmateriaal uit.
35 Hierdoor wordt bereikt dat rollen ontvangstmateriaal vlak boven elkaar en naast elkaar kunnen liggen zodat een optimale benutting van de ruimte onder de afdrukeenheid voor het opslaan en naar de afdrukeenheid voeren van 1 tl (η i 5 6 - 3 ontvangstmateriaal mogelijk is.
In een verdere aantrekkelijke uitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding is elke houder gevormd door een lade die beweegbaar tussen een stand waarin de lade geheel onder de afdrukeenheid ligt en een stand waarin de lade, 5 gezien in horizontale richting, buiten de afdrukeenheid uitsteekt, bij voorkeur aan de zijde van de inrichting waar een ontvangstve! met de hand in de afdrukeenheid gevoerd kan worden.
Door de als houder fungerende lade voor het inleggen en uitnemen van ontvangstmateriaal aan dezelfde zijde als de handinvoer te bedienen wordt bereikt 10 dat alle bedieningsfuncties voor het toevoeren van ontvangstmateriaal aan een zijde van de afdrukeenheid met de daaronder gelegen houder voor ontvangstmateriaal kan liggen, terwijl functionele eenheden voor het uitvoeren , afleggen en verder verwerken van in de afdrukeenheid bedrukt ontvangstmateriaal aan de tegenover die bedieningszijde gelegen zijde situeerbaar zijn.
15 Door de hoogte van een lade bestemd voor opname van een of meer rollen ontvangstmateriaal een veelvoud te maken van de hoogte van een lade bestemd voor opname van een stapel vellen kunnen een geheel aantal veilenlades op de plaats van een rollenlade worden geplaatst, zodat een optimale benutting van de beschikbare ruimte, ook bij aanwezigheid van meer dan één veilenhouder, wordt 20 bereikt.
De uitvinding wordt hierna verder toegelicht aan de hand van bijgaande tekeningen, waarin:
Fign. 1 -6 een aantal uitvoeringsvormen van een inrichting volgens de uitvinding weergeven, elk met een ander aantal houders voor stapels ontvangstvellen en/of 25 rollen ontvangstmateriaal,
Fig. 7 een constructieve uitvoeringsvorm is van een inrichting volgens de uitvinding met als laden uitgevoerde stapel-en rollenhouders,
Fig. 8 een losse als lade uitgevoerde rollenhouder is,
Fig. 9 de inrichting volgens Fig. 7 met ernaast staande bedienaar weergeeft vóór het 30 openen van een lade,
Fig. 10 de inrichting volgens Fig. 9 met geopende lade weergeeft,
Fig. 11 een schematische weergave is van een aandrijving voor het selectief aanvoeren van ontvangstmateriaal van één van de rollen uit een lade en Fig. 12 een doorsnede is volgens lijn XII-XII in Fig. 11.
35 De in Fig. 1-6 weergegeven inrichtingen omvatten een afdrukeenheid 1 en een daaronder gelegen magazijn 2 voor ontvangstmateriaal dat in de afdrukeenheid 1 bedrukt kan worden. De afdrukeenheid 1 omvat een fotogeleidende trommel 3 10 01 4 waarop een tonerbeeld gevormd kan worden dat in een beeldoverdrachtstation 4 wordt overgedragen op een door invoerrollen 5 met de fotogeieidende trommel 3 in contact gebracht en door transportbaan 7 gevoerd ontvangstvel. De op het ontvangstvel overgedragen toner wordt vervolgens in een fixeerinrichting 6 door 5 middel van stralingswarmte op het vel gefixeerd.
De afdrukeenheid 1 is ingericht voor het afdrukken van in elektronische vorm beschikbare informatie, welke informatie afkomstig kan zijn van een aftastinrichting voor af te drukken originelen die los van de afdrukeenheid is opgesteld. Doordat bij de afdrukeenheid 1 met de hand alleen losse ontvangstvellen via handinvoerbaan 8 10 hoeven te worden ingevoerd, en geen velvormige originelen, kan de handinvoerbaan 8 op een voor een bedienaar van gemiddelde lengte ideale werkhoogte worden aangebracht, bijvoorbeeld op een hoogte van 950 mm.
Bij uitvoering van de afdrukeenheid als een kopieerapparaat waarin doorgevoerde originelen worden afgetast, zou de invoerbaan voor originelen op die ideale 15 werkhoogte aangebracht zijn, zodat noodzakelijkerwijs de handinvoerbaan voor ontvangstvellen daaronder zou liggen, bijvoorbeeld op een werkhoogte van 800 mm, hetgeen ten koste gaat van de onder de afdrukeenheid 1 beschikbare magazijnruimte.
Het in Fig. 1 weergegeven magazijn 2 is ingericht voor opname van een stapel 20 ontvangstvellen 9 in een direct onder de afdrukeenheid 1 gelegen vellenhouder 10 in het magazijn 2.
Vellenhouder 10 is voorzien van een zich in verticale richting door de houder 10 uitstrekkende transportbaan 11 waarin door rollen 12 van de stapel 9 afgenomen vel wordt gevoerd. Transportbaan 11 mondt uit in een transportbaan 14 die zich 25 uitstrekt in de afdrukeenheid 1 en die op zijn beurt vlak voor de invoerrollen 5 uitmondt in de handinvoerbaan 8. De vellenhouder 10 is uitgevoerd als een lade die aan de zijde van het magazijn 2 waarin zich de transportbaan 11 bevindt, naar buiten geschoven kan worden voor het inleggen of uitnemen van ontvangstvellen. Direct onder de vellenhouder 10 bevat het magazijn 2 twee identieke, eveneens als 30 uitschuifbare laden uitgevoerde rollenhouders 15 en 16. Elk van deze laden 15,16 kan één rol ontvangstmateriaal bevatten en is voorzien van een zich in verticale richting door de lade uitstrekkende transportbaan 17 en een snij-inrichting 18 voor het afsnijden van een vel van een van de rol in de betreffende lade afgewikkeld ontvangstmateriaal. Om het afsnijden van een vel in een stilgezette baan te kunnen 35 uitvoeren zonder het veltransport door het beeldoverdrachtsstation 4 te hoeven onderbreken wordt, voorafgaande aan het afsnijden, in transportbaan 14 een lus 19 in de baan gevormd, welke lus tijdens het afsnijden wordt weggetrokken door het 1 0 0 1 1 56.
5 continu door het beeldoverdrachtsstation 4 bewegend vel. Het afsnijden kan ook uitgevoerd worden met een snijinrichting die een voortbewegende materiaalbaan doorsnijdt; lusvorming is dan overbodig.
Bij een afstand tussen de onderkant van de afdrukeenheid 1 en de 5 invoerbaan 8 van 150 mm, die nodig kan zijn om de lusvorming mogelijk te maken, en een afstand van de bodem van het magazijn tot de vloer van 100 mm, blijft als beschikbare hoogte van het magazijn over 950-150-100 = 700 mm, voldoende voor drie rollenhouders die elk 200 mm hoog zijn en een vellenhouder van 100 mm.
Een dergelijke veilenhouder is geschikt voor opname van een stapel tot een 10 gebruikelijk dikte van 35 mm, voldoende voor ongeveer 20 tot ruim 300 vel, afhankelijk van de veldikte. Een rollenhouder van 200 mm hoogte is geschikt voor opname van een rol ontvangstmateriaal met een roldiameter tot 185 mm. De onderlinge afstand tussen de rollen bedraagt dan 15 mm voldoende om een vlakke transportbaan tussen de rollen aan te leggen zoals verderop zal worden 15 beschreven.
De in de Fig. 1 weergegeven rollenlade 15 en 16 zijn identiek uitgevoerd en elk ingericht voor opname van één rol ontvangstmateriaal. Voor het inleggen en uitnemen van een rol ontvangstmateriaal 19 respectievelijk 20 zijn de laden 15 en 16 aan de voorzijde -de zijde waar de handinvoerbaan 8 zich bevindt- uitschuifbaar, 20 om de rol van bovenaf in de lade te kunnen leggen. De boven in het magazijn 2 opgenomen veilenhouder 10 is vooral geschikt voor opname van ontvangstmateriaal dat doorgaans niet in rolvorm beschikbaar is, bijvoorbeeld voor opname van in langsrichting door de afdrukeenheid 1 te voeren vellen van A4-formaat die niet in dwarsrichting door de afdrukeenheid 1 gevoerd kunnen worden bij het ontbreken 25 van transportmiddelen op voldoende korte afstanden.
In de in Fig. 1 weergegeven uitvoeringsvorm van het magazijn 2 is de ruimte onder de twee rollenladen 15 en 16 opengelaten om dienst te kunnen doen als opvangruimte 21 voor kopieën die in de afdrukeenheid 1 zijn bedrukt. Daartoe is de achterwand 22 van het magazijn 2 beweegbaar tussen een met onderbroken lijnen 30 weergegeven gesloten stand en een met getrokken lijnen weergegeven open stand, in welke open stand de achterwand 22 fungeert als een geleideplaat voor het geleiden van een kopievel van de fixeerinrichting 6 naar de opvangruimte 21 waar het kopievel vanaf de voorzijde uit het magazijn 2 kan worden genomen.
De in Fig. 2 weergegeven uitvoeringsvorm van het magazijn 2 verschilt van 35 de in Fig. 1 weergegeven uitvoeringsvorm van het magazijn doordat in Fig. 2 de in Fig. 1 weergegeven open opvangruimte 21 is benut voor opname van een derde rollenhouder 25 die evenals de andere rollenhouders één rol ontvangstmateriaal 24 1 i.. '· 15 6.
6 kan herbergen.
In de in Fig. 3 weergeven uitvoeringsvorm van het magazijn 2 is elk van de drie plaatsbare rollenhouders ingericht voor opname van een tweede voorraadrol, 26, 27 of 28, zodat in totaal zes voorraadrollen aanwezig kunnen zijn in de ruimte 5 onder de afdrukeenheid 1. Met elk van deze rollen 19, 20, 24, 26, 27, 28 kan een ander soort ontvangstmateriaal in voorraad worden gehouden, bijvoorbeeld van een ander soort materiaal en/of een andere breedte.
Vanuit elke rolhouder 15,16 en 25 kan automatisch toevoer van ontvangstmateriaal van één van beide opgenomen rollen, respectievelijk 19 of 26, 20 of 27 en 24 of 28, 10 plaatsvinden en wel door het afgerolde uiteinde van één van die rollen, bijvoorbeeld 26 met de hand in de kneep van een voor beide voorraadrollen 19 of 26 gemeenschappelijk transportrollenpaar 29 te steken, nadat eventueel het losse uiteinde van de andere rol, bijvoorbeeld 16, uit die kneep is teruggetrokken.
In de in Fig. 4 weergegeven variant op de in Fig. 3 weergegeven 15 uitvoeringsvorm is elk van de drie rollenladen 15, 16 en 25 voorzien van geschieden toevoerbanen 32 en 33 in de laden, welke banen 32 en 33 zich uitstrekken van een van de rollen tot aan de gemeenschappelijke transportbaan 17 die zich in verticale richting door de betreffende laden uitstrekt. Elk van de toevoerbanen 32 en 33 is voorzien van een onafhankelijk aandrijfbaar transportrollenpaar 34, respectievelijk 20 35. Aldus kan van uit elke rolhouder 15, 16 en 25 automatisch toevoer van ontvangstmateriaal van elk van beide aanwezig voorraadrollen plaatsvinden en een vel daarvan worden afgesneden, waarbij telkens de voorlopende rand van de niet-actieve voorraadrol vanaf de snijplaats in de gemeenschappelijk toevoerbaan 17 tot in de eigen toevoerbaan 32, respectievelijk 33 wordt teruggetrokken om toevoer van 25 ontvangstmateriaal vanaf de andere voorraadrol in dezelfde lade of vanaf een lager gelegen baan niet te hinderen.
Fig. 5 betreft een uitvoeringsvorm van een magazijn 2 waarbij de bovenste rolhouder 15 van Fig. 4 is verwisseld voor twee veilenhouders 36, 37 die, zoals eerder beschreven, elke een hoogte hebben die de helft is van de hoogte van een 30 rollenhouder. Van de overgebleven twee rollenhouders is de bovenste van het in fig. 3 weergegeven type en de onderste van het in Fig. 4 weergegeven type.
De in Fig. 6 weergegeven uitvoeringsvorm tenslotte betreft een magazijn met uitsluitend houders voor veilenstapels en wel twee veilenbakken, respectievelijk 38, 39, op de plaats van de middelste rollenhouder 16 en twee veilenbakken 40 en 41 35 op de plaats van de onderste rollenhouder 25.
De bovenste vellenbaklade 10 en de laden 36 t/m 40 zijn daarbij ingericht voor opname van een stapel vellen van maximaal het formaat A2, met zijn korte zijde van 1001156.
7 420 mm evenwijdig aan de toevoerrichting liggend, en de onderste vellenbaklade 41 is ingericht voor opname van een stapel vellen van maximaal het formaat A1, met zijn korte zijde van 600 mm eveneens evenwijdig aan de toevoerrichting liggend.
Voor inrichting van het magazijn 2 in een van de in Fig. 1*6 weergegeven 5 indelingen, of een variant daarop, zijn de zijwanden van het magazijn, op regelmatige afstanden van 100 mm, in verticale richting gezien, voorzien van bevestigingsmiddelen voor het inbouwen van niet-weergegeven rechtgeleide-rails voor het plaatsen en in- en uitschuiven van 200 mm hoge rollenladen of 100 mm hoge vellenbakladen, waarbij de rollenladen van het type kunnen zijn voor opname 10 van één rol, of van het type voor opname van twee rollen, al dan niet met automatische omschakelmogelijkheid.
Ook de voorzieningen in het magazijn 2 voor het aandrijven van de separatierollen 12 in de vellenbakladen 10 en 36 t/m 41 en transportrollenparen 29, en 34 en 35 in de rollenbakladen, zijn afgestemd op elke mogelijke indeling van het magazijn 2 die 15 is gebaseerd op de 100 mm inbouwmaat voor een vellenbaklade en/of de dubbele inbouwmaat van 200 mm voor een rollenbaklade. Zo kan bijvoorbeeld de bovenste rollenbaklade de plaats innemen van de twee bovenste vellenbakladen 10 en 36.
Het kan aanbeveling verdienen om zoveel mogelijk de gewenste soorten ontvangstmateriaal in rolvorm in het magazijn 2 op te nemen, omdat (aangebroken) 20 rollen ontvangstmateriaal buiten het magazijn slechter hanteerbaar zijn dan (aangebroken) stapels ontvangstvellen. In een kast of op een schap liggende rollen kunnen namelijk gemakkelijk wegrollen en/of afrollen, terwijl ze moeilijk stapelbaar zijn, dit in tegenstelling tot pakken ontvangstvellen die gemakkelijk stabiel stapelbaar zijn en daardoor minder opslagruimte buiten het magazijn 2 vergen dan rollen.
25 De in de Fig. 7 weergegeven constructieve uitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding is van het type met één vellenbaklade 10, één rollenbaklade 15 voor opname van één rol van het in Fig. 2 weergegeven type, een rollenbaklade 16 voor opname van twee rollen van het in Fig. 3 weergegeven type en een rollenbaklade 25 voor opname van twee rollen van het in Fig. 4 weergegeven type.
30 In de vellenbaklade 10 zijn een aantal rollen 12 opgenomen die op een op zich zelf bekende wijze een kopievel van de tegen een van die rollen gedrukte stapel 9 separeren en in de gemeenschappelijke verticale transportbaan 11 voeren en vandaar door de afdrukeenheid via transportbaan 14 en 7. In de besturingsinrichting van de afdrukinrichting is voorzien in besturingsmiddelen om telkens een kopievel 35 vanuit de vellenbaklade 10 aan te voeren wanneer het kopievelformaat en oriëntatie van de stapel in lade 10 overeenkomt met het gewenste formaat waarop een afdruk moet worden gemaakt.
10 0 1 1 5 6.
8
Van de drie in Fig. 7 weergegeven rolienbakladen is de bovenste iade 15 het eenvoudigste uitgevoerd. Ze bevat twee steunrollen 43 en 44 waarop de kern 45 van een rol ontvangstmateriaal 19 kan rusten. De bodem van deze lade is gevormd door een geleideplaat 46 die zich vlak onder een rol van maximale omvang uitstrekt, 5 in het midden onder de rol in horizontale richting en tussen de rol 19 en de gemeenschappelijk transportbaan 17 schuin omhoog.
Boven een gedeelte van het schuin omhoog lopende deel van de geleideplaat 46 is op korte afstand daarvan een geleideplaat 47 opgesteld die met geleideplaat 46 een gesloten transportbaan vormt tot in de gemeenschappelijk transportbaan 17 . In dit 10 gesloten transportbaandeel is een transportrollenpaar 29 en een detector 50 voor een daarin aanwezige materiaalbaan opgesteld. Een flexibele flap 48 is met een zijde bevestigd aan de lade en rust met zijn vrije uiteinde op de geleideplaat 46. Nadat een rol ontvangstmateriaal 19 op de steunrollen 43 en 44 en de flap 48 is gelegd, wordt deze met de hand in de met een pijl aangegeven richting gedraaid 15 waarbij het vrije uiteinde van de materiaalbaan over de flap 48 in de gesloten transportbaan tussen geleideplaten 46 en 47 schuift. Bij bediening van detector 50 door de voorrand worden de transportrollen 29 kortstondig geactiveerd om de materiaalbaan vanaf de rol strak te trekken en te houden. Het inleggen van voorraadrollen in de beide andere laden gebeurt op overeenkomstige wijze. In de 20 middelste rollenlade 16, die naast elkaar twee voorraadrollen 20 en 27 kan opnemen, strekt de geleideplaat 51 die de bodem van de lade vormt, zich tot onder de voorraadrol 27 uit en is tussen deze geleideplaat 51 en de voorraadrol 20 een geleideplaat 52 opgesteld die een gesloten transportbaan voor een van rol 27 afgerolde materiaalbaan onder rol 20 vormt. Voor automatische aanvoer vanaf rol 27 25 kan de rol 20 met de hand tegen de wijzers van de klok verdraaid worden om het losse uiteinde tot boven geleideplaat 52 terug te trekken, waarna rol 26 met de hand in de met een pijl aangegeven richting wordt gedraaid om het losse uiteinde via de gesloten transportbaan tussen geleideplaten 51 en 52 te schuiven en vervolgens tussen geleideplaten 46 en 47 tot bij transportrollenpaar 29.
30 In de onderste rollenlade 25 heeft elk van beide rollen 24 en 28 een afzonderlijke transportbaan tot bij de gemeenschappelijke verticale transportbaan 17. De transportbaan voor rol 24 is opgebouwd uit twee geleideplaten 46 en 47 als in de bovenste lade en de transportbaan voor rol 28 is opgebouwd uit een onderste geleideplaat 53 die zich onder beide rollen 24 en 28 uitstrekt en schuin omhoog 35 doorloopt tot een aan de gemeenschappelijke transportbaan 17 en een bovenste geleideplaat die deels is gevormd door de geleideplaat 45 en deels door een geleideplaat 54, welk laatste haandeel een schuin omhoog lopende gesloten 10 0 1 1 3 6.
9 geleidebaan vormt waarin een transportrollenpaar 35 en een detector 56 zijn opgenomen zoals in de parallel daarboven liggende transportbaan.
In de gemeenschappelijke transportbaan 17 zijn in elke rotlenlade een snij-inrichting 18 opgenomen voor het afsnijden van een vel van de in die lade opgenomen 5 voorraadrol, welke snij-inrichting 18 van de in de Nederlandse octrooiaanvrage 9500398 beschreven soort kan zijn.
Verder is in elke lade, behalve de onderste, een transportrollenpaar 57 in de gemeenschappelijke verticale transportbaan 17 opgesteld voor het in baan 17 transporteren van een vel dat afkomstig is van een daaronder gelegen lade.
10 Om het snijden van een materiaalbaan door snij-inrichting 18 mogelijk te maken bij stilstaande baan zijn in de afdrukeenheid twee gevorkte geleideplaten 58 en 59 aanwezig die door niet weergegeven veren in een lusvormende stand worden gedrukt. Nadat de voorlopende rand van de materiaalbaan door transportrollen 65 voorbij die lus is gegrepen worden door de ontstane baanspanning de geleideplaten 15 58 en 59 omlaag getrokken tot in de standen 58’ en 59’. Tijden het wegtrekken van de lus vindt het snijden plaats. Voor het op de gewenste lengte afsnijden van een vel wordt de snij-inrichting in de betreffende lade geactiveerd nadat de baan een bepaalde afstand voorbij een detector 63 is voortbewogen die in de naasthoger gelegen lade is opgenomen, waarbij de besturing rekening houdt met de vaste 20 afstand tussen de geactiveerde detector en de vlak daarvoor liggende snij-inrichting 18.
Met een van de vrijdraaibare steunrollen 44 voor een rol is een pulsenschijf 55 gekoppeld voor het afleiden uit het aantal afgegeven pulsen per tijdseenheid van de rotatiesnelheid van de voorraadrol, waarbij bij rol-op de pulsenfrequentie nul 25 wordt.
In Fig. 8 is een lade weergegeven met ingetekende handen die een voorraadrol in zijn initiële werkstand brengen.
In Fig. 9 is de in Fig. 7 beschreven inrichting weergegeven met een bedienaar staande voor de inrichting met gesloten laden, waarbij de bedienaar met zijn handen 30 gemakkelijk werkzaamheden kan verrichten, zoals het tillen en laten zakken van een voorraadrol of een pak papier voor plaatsing in de laden. De gerede kopieën worden in de in Fig. 9 weergegeven inrichting op een vlakke aflegtafel 61 afgelegd.
In Fig. 10 is de in Fig. 7 beschreven inrichting weergegeven met een onder de aflegtafel 61 geschoven vouwinrichting 62 voor het op zich zelf bekende wijze 35 achtereenvolgens in langs- en dwarsrichting zig-zag vouwen van groot-formaat kopievellen. Tevens is in Fig. 10 de onderste lade 25 in geopende stand weergegeven.
10 0115 6.
10
In Fign. 11 en 12 is een variant op de in Fig. 7 voor de onderste lade weergegeven rollenparen 34 en 35 weergegeven. In deze variant zijn de tussen de parallelle transportbanen 32 en 33 gelegen transportrollen vervangen door één gemeenschappelijke schijvenvormige transportrol 63 die in twee richtingen 5 aandrijfbaar is door een motor 59. Met de schijven 64 en 65 van transportrol 63 werken respectievelijk twee aandrukrollen 66 en 67 samen die knepen in de parallelle transportbanen 32, 33 vormen. Eénrichtingskoppelingen 68 en 69 tussen de motor-as en de schijven 64 en 65 die in aan elkaar tegengestelde richtingen werken verhinderen dat deze schijven met ermee samenwerkende aandrukrollen 66 10 en 67 een transportkneep kunnen vormen die in een aan de aanvoerrichting tegengestelde richting werkt. De selectieve aandrijving van de transportknepen in banen 32 en 33 kan ook gerealiseerd worden door het tandwiel op de as van motor 59 te laten samenwerken met een tandwiel op elk van de assen van de drukrollen 66 en 67, waarbij een éénrichtingslager de koppeling vormt tussen elk van die 15 tandwielen en de drukrolas. Voor het terugtrekken van ontvangstmateriaal van de niet-actieve rol uit de gemeenschappelijke transportbaan 17 door snij-inrichting 18 kan op elk van de aandrukrollen 66 en 67 een uit Research Disclosure van oktober 1981, bladzijden 389-390 bekend mechanisme gebruikt worden.
De in Fign. 11 en 12 weergegeven aandrijving maakt een compacte uitvoering van 20 de in Fig. 8 weergegeven transportrollenparen 49 en 55 mogelijk.
10 0 1 1 5 6 .

Claims (12)

1. Inrichting voor het in voorraad houden van ontvangstmateriaal bij een afdrukeenheid (1), omvattende een onder de afdrukeenheid (1) gelegen magazijn (2) 5 voor ontvangstmateriaal met ten minste drie afzonderlijke, boven elkaar gelegen houders (10; 15,16, 25; 36 t/m 41), een eerste transportbaan (17) die zich in verticale richting bij de houders (10; 15, 25; 36 t/m 41) uitstrekt en tweede, van transportrollen (34) voorziene transportbanen (32) die zich vanaf elk van die houders naar de eerste transportbaan (17) uitstrekken en een derde transportbaan (7) die 10 zich vanaf het boveneinde van de eerste transportbaan (17) door de afdrukeenheid (1) uitstrekt, met het kenmerk, dat ten minste één van die houders een houder (10; 36 t/m 41) voor een stapel ontvangstvellen (9) is en ten minste één van de andere houders een houder (15, 16, 25) voor een rol ontvangstmateriaal (19, 20, 24, 26, 27, 28) is.
2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat een invoerbaan (8) voor het met de hand invoeren van een ontvangstvel aan de van de tweede transportbaan (32, 33) afgekeerde zijde van de eerste transportbaan (17) ligt en rechtstreeks uitmondt in de derde transportbaan (7).
3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat ten minste één 20 van de houders (15, 16, 25)voor een rol ontvangstmateriaal (19, 20, 24) aan de van de eerste transportbaan (17) afgekeerde zijde van die rol ten minste een andere rol ontvangstmateriaal (27, 28) kan dragen waarvan de rolas op gelijke hoogte ligt als de rolas van de er naast gelegen rol ontvangstmateriaal (19, 20, 24) en dat een vierde transportbaan (33) voor van die andere rol (26, 27, 28) afgewikkeld 25 ontvangstmateriaal zich in een plat vlak aan de onderzijde van de naast elkaar gelegen rollen ontvangstmateriaal (19, 26; 20, 27; 24, 28) uitstrekt.
4. Inrichting volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de vierde transportbaan (33) is gevormd door een zich onder de naast elkaar gelegen rollen uitstrekkende onderste geleideplaat (53) en een zich alleen onder het dichtst bij de 30 eerste transportbaan gelegen rol (19, 20, 24) uitstrekkende bovenste geleideplaat (46).
5. Inrichting volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat de vierde transportbaan (33) uitmondt in de tweede transportbaan (32) vóór een daarin opgenomen door transportrollen (34) gevormde transportkneep.
6. Inrichting volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat de vierde transportbaan (33) rechtstreeks uitmondt in de eerste transportbaan (17) en is voorzien van een door transportrollen (35) gevormde transportkneep in het tussen 10 01 ; de het dichtst bij de gemeenschappelijke transportbaan (17) gelegen rol ontvangstmateriaal (24) en de gemeenschappelijke transportbaan (17) gelegen gedeelte (33).
7. inrichting volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat de tussen de vierde 5 transportbaan (33) en de tweede transportbaan (32) gelegen transportrollen (34, 35) zijn gevormd door op een gemeenschappelijk as (63) bevestigde schijven (64, respectievelijk 65) die respectievelijk samenwerken met drukrollen (66, 67) voor het vormen van transportknepen in de vierde en de tweede transportbaan, waarbij een aandrijfmotor (64) in draairichting omkeerbaar is en via in tegengestelde richtingen 10 werkende eenrichtingskoppelingen de transportknepen selectief aandrijven.
8. Inrichting volgens een der voorafgaande conclusies, met het kenmerk, dat elke houder (10; 15, 16, 25; 36 t/m 41) is gevormd door een lade die beweegbaar tussen een stand waarin de lade geheel onder de afdrukeenheid (1) ligt en een stand waarin de lade gezien in horizontale richting, buiten de afdrukeenheid (1) 15 uitsteekt.
9. Inrichting volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat de lade kan uitsteken aan de zijde van de inrichting waar zich een invoerbaan (8) voor het met de hand invoeren van ontvangstmateriaal in de afdrukeenheid (1) bevindt.
10. Inrichting volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat in elk gedeelte van 20 de gemeenschappelijke transportbaan die in een lade bevindt waarin een rol ontvangstmateriaal is opgenomen, een snij-inrichting (18) aanwezig is voor het afsnijden van een vel van van die rol afgewikkeld ontvangstmateriaal.
11. Inrichting volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat de hoogte van een lade (15; 16; 25) voor opname van een rol (19, 20, 24, 26, 27, 28) 25 ontvangstmateriaal een veelvoud is van de hoogte van een lade (10; 36 t/m 41) voor opname van een stapel vellen (9).
12. Inrichting volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat dit veelvoud twee bedraagt. 10 0 1 1 56.
NL1001156A 1995-09-08 1995-09-08 Inrichting voor het in voorraad houden van ontvangstmateriaal bij een afdrukeenheid. NL1001156C2 (nl)

Priority Applications (7)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1001156A NL1001156C2 (nl) 1995-09-08 1995-09-08 Inrichting voor het in voorraad houden van ontvangstmateriaal bij een afdrukeenheid.
TW086206383U TW349478U (en) 1995-09-08 1996-03-09 Apparatus for keeping receiving material in stock in a printing unit
AU60522/96A AU6052296A (en) 1995-09-08 1996-07-15 Apparatus for keeping receiving material in stock in a printing unit
EP96202301A EP0762225A1 (en) 1995-09-08 1996-08-19 Apparatus for keeping receiving material in stock in a printing unit
CN96112906A CN1152730A (zh) 1995-09-08 1996-09-06 用于把接受材料储存在印刷设备内的装置
KR1019960038795A KR970016853A (ko) 1995-09-08 1996-09-07 인쇄유니트의 수상물질 보관 장치
JP8260233A JPH09150975A (ja) 1995-09-08 1996-09-09 受取材料を印刷ユニット内にストックする装置

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1001156 1995-09-08
NL1001156A NL1001156C2 (nl) 1995-09-08 1995-09-08 Inrichting voor het in voorraad houden van ontvangstmateriaal bij een afdrukeenheid.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1001156C2 true NL1001156C2 (nl) 1997-03-11

Family

ID=19761548

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1001156A NL1001156C2 (nl) 1995-09-08 1995-09-08 Inrichting voor het in voorraad houden van ontvangstmateriaal bij een afdrukeenheid.

Country Status (7)

Country Link
EP (1) EP0762225A1 (nl)
JP (1) JPH09150975A (nl)
KR (1) KR970016853A (nl)
CN (1) CN1152730A (nl)
AU (1) AU6052296A (nl)
NL (1) NL1001156C2 (nl)
TW (1) TW349478U (nl)

Families Citing this family (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JP3627806B2 (ja) * 2001-06-21 2005-03-09 京セラミタ株式会社 画像形成装置
NL1027495C2 (nl) * 2004-11-12 2006-05-15 Oce Tech Bv Printer en voorraadeenheid voor toepassing in deze printer.
NL1027496C2 (nl) * 2004-11-12 2006-05-15 Oce Tech Bv Printer, voorraadeenheid voor deze printer en orgaan ter opname in deze voorraadeenheid.
EP2197683B1 (en) 2007-10-05 2013-06-19 OCE-Technologies B.V. Printing system and folding module
JP2014169157A (ja) * 2013-03-04 2014-09-18 Ryobi Mhi Graphic Technology Ltd 印刷機
WO2017035814A1 (zh) * 2015-09-02 2017-03-09 深圳市博思得科技发展有限公司 打印机自动续纸的装置和方法

Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4885613A (en) * 1987-10-08 1989-12-05 Ricoh Company, Ltd. Device applicable to an image recording apparatus for feeding a recording medium
EP0391632A2 (en) * 1989-04-03 1990-10-10 Sharp Kabushiki Kaisha Sheet feeding device for facsimile apparatus
US5237378A (en) * 1992-05-26 1993-08-17 Xerox Corporation Copier/printer employing a roll media feed apparatus and dual functions sensors

Family Cites Families (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JP3205076B2 (ja) * 1992-09-30 2001-09-04 株式会社リコー 複写装置
JP3420310B2 (ja) * 1993-12-24 2003-06-23 株式会社リコー 画像形成装置とそのロール紙用給紙ユニット
JPH07206226A (ja) * 1994-01-17 1995-08-08 Ricoh Co Ltd ウエブ搬送装置

Patent Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4885613A (en) * 1987-10-08 1989-12-05 Ricoh Company, Ltd. Device applicable to an image recording apparatus for feeding a recording medium
EP0391632A2 (en) * 1989-04-03 1990-10-10 Sharp Kabushiki Kaisha Sheet feeding device for facsimile apparatus
US5237378A (en) * 1992-05-26 1993-08-17 Xerox Corporation Copier/printer employing a roll media feed apparatus and dual functions sensors

Also Published As

Publication number Publication date
CN1152730A (zh) 1997-06-25
JPH09150975A (ja) 1997-06-10
KR970016853A (ko) 1997-04-28
AU6052296A (en) 1997-03-13
TW349478U (en) 1999-01-01
EP0762225A1 (en) 1997-03-12

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US5316279A (en) Copier/printer job stacking with discrete cover sheets with extending printed banners
US4285607A (en) Apparatus for feeding single sheets from a magazine to the printing cylinder of a printing office machine or data processing machine and for stacking the single sheets arriving from the printing cylider
CN1268438A (zh) 打印机的送纸机构
JPS6337069A (ja) シ−トスタック装置
US6039479A (en) Printing assembly with continuous stock cutter and sheet feeder for feeding cut sheets to printer
GB2351071A (en) Sheet feeding from two sources with a single pick feed mechanism
AU643610B2 (en) Removable dual bin envelope feed tray for an image reproduction machine such as a printer or copier
NL1001156C2 (nl) Inrichting voor het in voorraad houden van ontvangstmateriaal bij een afdrukeenheid.
JPS6093048A (ja) 印刷装置用装紙装置
JPH08231068A (ja) 2種類のモードを備えた用紙フィーダ
US5114133A (en) Automatic sheet feeding device
JPH05229714A (ja) シート積重ね装置
NL9101324A (nl) Inrichting voor het afleggen van vellen op boven elkaar gelegen dragers.
JPS6093047A (ja) プリンター/送紙器ユニツト、プリンターおよび包袋供給装置
JPH0873108A (ja) シート後処理装置
EP0568080A1 (en) Image scanning apparatus
US7491028B2 (en) Automatic paper ejector and stacker for punch machine
US6089559A (en) Method and device for separably depositing sheets in a stack
JPH04341458A (ja) シート後処理装置
US6203001B1 (en) Arrangement for depositing sheets output by an office machine
JPH09301614A (ja) 画像形成システム
JP3464958B2 (ja) 排紙装置及びこれを用いた丁合装置並びに画像形成装置
JPS62211266A (ja) 排出トレイ装置
JP2860837B2 (ja) ステイプラ装置を備えたソータ
KR200379148Y1 (ko) 용지스택장치

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
TD Modifications of names of proprietors of patents

Owner name: OCE-TECHNOLOGIES B.V.