BE1030287A1 - Aandrijfsysteem voor een weefmachine met een blokkeerinrichting - Google Patents

Abstract

Een aandrijfsysteem (1) voor een weefmachine bevattende een eerste aandrijftandwiel (2), een tweede aandrijftandwiel (3), een schakeltandwiel (4) verplaatsbaar tussen een eerste positie en een tweede positie, en een blokkeerinrichting (9), waarbij de blokkeerinrichting (9) kan worden geactiveerd voor het blokkeren van een rotatie van het tweede aandrijftandwiel (3) terwijl het tweede aandrijftandwiel (3) in stilstand is, waarbij de blokkeerinrichting (9) een hefboom (14) met een tand (15) voor het ingrijpen met tanden (16) van het tweede aandrijftandwiel (3) bevat, en waarbij de hefboom (14) zwenkbaar is gemonteerd om een zwenkas (17) van de hefboom (14) die zich evenwijdig met de rotatie as (18) van het tweede aandrijftandwiel (3) uitstrekt tussen een blokkeerpositie, waarin de tand (15) met het tweede aandrijftandwiel (3) ingrijpt, en een rustpositie, waarin de tand (15) van het tweede aandrijftandwiel (3) is ontkoppeld. Een weefmachine met een dergelijk aandrijfsysteem (1).

Description

1 BE2023/0005

Aandrijfsysteem voor een weefmachine met een blokkeerinrichting.

Technisch gebied en stand van de techniek.

[0001] De uitvinding betreft een aandrijfsysteem voor een weefmachine bevattende een eerste aandrijftandwiel voor het aandrijven van een eerste groep elementen, een tweede aandrijftandwiel voor het aandrijven van een tweede groep elementen, een schakeltandwiel, waarbij het schakeltandwiel verplaatsbaar is tussen een eerste positie, waarin het schakeltandwiel in aandrijfverbinding is met het eerste aandrijftandwiel en het tweede aandrijftandwiel, en een tweede positie, waarin het schakeltandwiel niet in aandrijfverbinding is met het eerste aandrijftandwiel. De uitvinding betreft verder een weefmachine met een dergelijk aandrijfsysteem.

[0002] Een dergelijk aandrijfsysteem wordt bijvoorbeeld getoond in US 5617901 of US 7857011, waarbij een eerste aandrijftandwiel wordt aangewend voor het aandrijven van een eerste groep elementen omvattende een ladeaandrijving en een tweede aandrijftandwiel wordt aangewend voor het aandrijven van een tweede groep elementen omvattende een gaapvormingsinrichting. Bij normale werking is het schakeltandwiel in aandrijfverbinding met het eerste aandrijftandwiel en het tweede aandrijftandwiel voor het synchroon aandrijven van de eerste groep elementen en de tweede groep elementen. Voor een zogenoemd schotzoeken, wordt het schakeltandwiel in de tweede positie verplaatst, waarin het schakeltandwiel niet in aandrijfverbinding is met de eerste groep elementen, zodat bij rotatie van het schakeltandwiel, het eerste aandrijftandwiel niet geroteerd wordt.

2 BE2023/0005

[0003] Het aandrijfsysteem getoond in US 7857011 bevat verder een houdelement in de vorm van een tandwiel, dat axiaal verplaatsbaar is met het schakeltandwiel, waarbij in de tweede positie van het schakeltandwiel, het houdelement met het eerste aandrijftandwiel ingrijpt om het eerste aandrijftandwiel tegen rotatie te houden. Bovendien, tijdens een stilstand van de eerste groep elementen en de tweede groep elementen, is het gekend om het schakeltandwiel in positie te houden door een daaraan gekoppelde hoofdaandrijfmotor, waarbij de hoofdaandrijfmotor wordt aangedreven in positie modus en/of geremd met behulp van een rem.

Samenvatting van de uitvinding.

[0004] Het is het doel van de uitvinding te voorzien in een aandrijfsysteem en een weefmachine met een verbeterde blokkeerinrichting, welke blokkeerinrichting kan worden geactiveerd voor het blokkeren van een rotatie van het tweede aandrijftandwiel terwijl het tweede aandrijftandwiel in stilstand is.

[0005] Dit doel wordt opgelost door het aandrijfsysteem en de weefmachine met de kenmerken van conclusies 1 en 13.

Voorkeurdragende uitvoeringsvormen worden gedefinieerd in de afhankelijke conclusies.

[0006] Volgens een eerste aspect wordt een aandrijfsysteem voor een weefmachine voorzien bevattende een eerste aandrijftandwiel voor het aandrijven van een eerste groep elementen, in het bijzonder omvattende een ladeaandrijving, een tweede aandrijftandwiel voor het aandrijven van een tweede groep elementen, in het bijzonder omvattende een

3 BE2023/0005 gaapvormingsinrichting, een schakeltandwiel, waarbij het schakeltandwiel verplaatsbaar is tussen een eerste positie, waarin het schakeltandwiel in aandrijfverbinding is met het eerste aandrijftandwiel en het tweede aandrijftandwiel, en een tweede positie, waarin het schakeltandwiel niet in aandrijfverbinding is met het eerste aandrijftandwiel, en een blokkeerinrichting, waarbij de blokkeerinrichting kan worden geactiveerd voor het blokkeren van een rotatie van het tweede aandrijftandwiel terwijl het tweede aandrijftandwiel in stilstand is, waarbij de blokkeerinrichting een hefboom met een tand voor het ingrijpen met tanden van het tweede aandrijftandwiel bevat, en waarbij de hefboom zwenkbaar is gemonteerd om een zwenkas van de hefboom die zich evenwijdig met de rotatie as van het tweede aandrijftandwiel uitstrekt tussen een blokkeerpositie, waarin de tand met het tweede aandrijftandwiel ingrijpt, en een rustpositie, waarin de tand van het tweede aandrijftandwiel is ontkoppeld.

[0007] De blokkeerinrichting bevattende de hefboom die zwenkbaar gemonteerd is om de zwenkas die zich evenwijdig met de rotatie as van het tweede aandrijftandwiel uitstrekt is voordelig om het tweede aandrijftandwiel tegen rotatie te blokkeren zelfs wanneer grote externe krachten op het tweede aandrijftandwiel inwerken, waarbij het tweede aandrijftandwiel een grote kracht op de hefboom uitoefent. Het ontwerp en de opstelling zijn voordelig omdat de tand van de hefboom gemakkelijk kan ingrijpen met of ontkoppelen van tanden van het tweede aandrijftandwiel daar de tand bijna radiaal naar of weg van het tweede aandrijftandwiel kan bewegen. Hierdoor kan de tand ook gemakkelijk tussen twee tanden van het tweede aandrijftandwiel komen zelfs wanneer de tand niet volledig centraal tussen die twee tanden is aangebracht alvorens het ingrijpen.

4 BE2023/0005

[0008] De uitvinding is bijzonder voordelig wanneer het tweede aandrijftandwiel in aandrijfverbinding is met een jacquard systeem.

Wanneer een jacquard systeem in een stilstand positie is, zijn normaal verschillende kettingdraden in de open gaap positie en oefenen een grote kracht uit op het tweede aandrijftandwiel dat in stilstand moet worden gehouden.

[0009] Doorheen deze aanvraag en de volgende conclusies betekent het onbepaalde lidwoord "een" namelijk "een of meer".

Verwijzing naar een “eerste element" vereist niet de aanwezigheid van een "tweede element". Verder worden de uitdrukkingen "eerste" en "tweede" enkel gebruikt om het ene element van het andere element te onderscheiden en niet om een willekeurige volgorde van de elementen aan te duiden.

[0010] In uitvoeringsvormen, in de tweede positie, waarin het schakeltandwiel niet in aandrijfverbinding is met het eerste aandrijftandwiel, is het schakeltandwiel nog steeds in aandrijfverbinding met het tweede aandrijftandwiel.

[0011] In een uitvoeringsvorm wordt een hoofdaandrijfmotor aan het tweede aandrijftandwiel gekoppeld, waarbij bij normale werking het eerste aandrijftandwiel via het tweede aandrijftandwiel en het schakeltandwiel aan de hoofdaandrijfmotor wordt gekoppeld.

In andere uitvoeringsvormen wordt de hoofdaandrijfmotor aan het schakeltandwiel gekoppeld, waarbij bij normale werking het eerste aandrijftandwiel en het tweede aandrijftandwiel via het schakeltandwiel aan de hoofdaandrijfmotor worden gekoppeld.

[0012] Het eerste aandrijftandwiel, het tweede aandrijftandwiel en het schakeltandwiel worden afzonderlijk of gezamenlijk ook als tandwielen aangeduid.

[0013] In een uitvoeringsvorm, in de tweede positie van het schakeltandwiel, is het schakeltandwiel verplaatst van het eerste s aandrijftandwiel in de richting van de rotatie as van het eerste aandrijftandwiel, zodat voor het onderbreken van de aandrijfverbinding tanden van de tandwielen in de axiale richting worden gescheiden. In een andere uitvoeringsvorm wordt een tandgebied van het eerste aandrijftandwiel voorzien van minstens één inkeping of vrije ruimte die over een deel van de axiale lengte en meerdere tanden loopt, bijvoorbeeld vier tot vijftien tanden, zodat een aandrijfverbinding wordt onderbroken wanneer het schakeltandwiel in het gebied van de minstens één inkeping of vrije ruimte is aangebracht. Hierdoor kan een axiale verplaatsing van het schakeltandwiel tussen de eerste positie en de tweede positie, en aldus een vereiste ruimte voor het onderbreken van een aandrijfverbinding tussen het schakeltandwiel en het eerste aandrijftandwiel, worden verminderd.

[0014] De biokkeerinrichting bevattende de hefboom met minstens één tand voor het ingrijpen van tanden van het tweede aandrijftandwiel maakt het mogelijk om het tweede aandrijftandwiel in positie te houden ondanks eventuele externe krachten die tijdens stilstand van het tweede aandrijftandwiel op elementen van de tweede groep elementen inwerken. Dit maakt het mogelijk om het tweede aandrijftandwiel in positie te houden, zodat krachten en daaropvolgende lagerkrachten op het schakeltandwiel in aandrijfverbinding met het tweede aandrijftandwiel kunnen worden verminderd, welke krachten een niet bedoelde rotatie van het schakeltandwiel in — aandrijfverbindinig met het tweede aandrijftandwiel zouden kunnen veroorzaken en/of

6 BE2023/0005 wrijvingskrachten tussen tanden van het schakeltandwiel en tanden van het tweede aandrijftandwiel zouden kunnen veroorzaken die een axiale verplaatsing van het schakeltandwiel tegengaan, aldus, een verplaatsing van het schakeltandwiel ten opzichte van het eerste aandrijftandwiel en het tweede aandrijftandwiel verhinderen voor het verplaatsen van het schakeltandwiel tussen de eerste positie en de tweede positie.

[0015] In een uitvoeringsvorm wordt de tand aan een zijvlak van de hefboom gericht naar de tanden van het tweede aandrijftandwiel voorzien. Met andere woorden wordt de tand aangebracht om de tanden van het tweede aandrijftandwiel in een tandholte te grijpen.

[0016] In een uitvoeringsvorm, voor het bewegen van de hefboom, bevat de blokkeerinrichting een excenter, dat heen en weer kan worden gezwenkt of geroteerd om een as van rotatie die evenwijdig is met de zwenkas van de hefboom, waarbij het excenter wordt aangedreven met behulp van een zuiger die dwars op de as van rotatie van het excenter is gemonteerd.

[0017] In een andere uitvoeringsvorm bevat de blokkeerinrichting een axiaal verplaatsbare zuiger die zich evenwijdig met de zwenkas van de hefboom uitstrekt, waarbij de zuiger met de hefboom samenwerkt zodat de hefboom zwenkbaar is tussen de blokkeerpositie en de rustpositie door een axiale verplaatsing van de zuiger. Daar de zuiger evenwijdig met de zwenkas van de hefboom is aangebracht, kan een dergelijke blokkeerinrichting compact vervaardigd worden.

[0018] In een uitvoeringsvorm wordt de hefboom voorzien van

7 BE2023/0005 een doorgangsopening die verplaatst is van de zwenkas van de hefboom, waarbij de zuiger zich uitstrekt doorheen de doorgangsopening. Door de zuiger evenwijdig met de zwenkas van de hefboom te verschuiven, wordt de hefboom gezwenkt voor het ingrijpen met of ontkoppelen van het tweede aandrijftandwiel.

[0019] Hiertoe hebben de doorgangsopening en de zuiger in een uitvoeringsvorm tegenoverliggende schuine oppervlakken.

[0020] In een uitvoeringsvorm maakt de zuiger deel uit van een pneumatische actuator. In andere uitvoeringsvormen maakt de zuiger deel uit van een hydraulische actuator. De aanwending van een hydraulische actuator zorgt voor een betrouwbare heen- en weergaande beweging van de zuiger en het toepassen van hoge houdkrachten.

[0021] In een uitvoeringsvorm wordt een eerste einde van de zuiger in een blokkeerinrichtingbehuizing van de blokkeerinrichting gemonteerd en wordt een tweede einde van de zuiger in een gestel van de weefmachine gemonteerd. In een uitvoeringsvorm wordt een toevoersysteem voor de hydraulische actuator in de blokkeerinrichtingbehuizing voorzien. De blokkeerinrichting- behuizing kan aan een gestel van de weefmachine worden bevestigd, bijvoorbeeld met behulp van bouten of schroeven.

[0022] In een uitvoeringsvorm bevat de blokkeerinrichting een sensorsysteem voor het detecteren of de blokkeerinrichting al dan niet is geactiveerd, in het bijzonder voor het detecteren of de hefboom al dan niet in de blokkeerpositie is. Tijdens het schotzoeken wordt de tweede groep elementen bewogen, waarbij in het bijzonder de tweede groep elementen wordt bewogen via het tweede

8 BE2023/0005 aandrijftandwiel en de hoofdaandrijving in directe of indirecte aandrijfverbinding met het tweede aandrijftandwiel. Hiertoe moet de blokkeerinrichting ontkoppeld zijn van het tweede aandrijftandwiel.

Teneinde te vermijden dat de hoofdaandrijving het tweede aandrijftandwiel aandrijft terwijl de blokkeerinrichting is geactiveerd, wordt het sensorsysteem voorzien.

[0023] In een uitvoeringsvorm wordt een uitgang van het sensorsysteem op een monitor van de weefmachine weergegeven en/of naar een controle systeem van de weefmachine verzonden.

[0024] In een uitvoeringsvorm bevat het aandrijfsysteem een houdelement, dat met het schakeltandwiel axiaal verplaatsbaar is, waarbij in de tweede positie van het schakeltandwiel, het houdelement ingrijpt met het eerste aandrijftandwiel voor het houden van het eerste aandrijftandwiel tegen rotatie, en waarbij in de eerste positie van het schakeltandwiel, het houdelement van het eerste aandrijftandwiel ontkoppeld is, en een verplaatsingsinrichting om het schakeltandwiel en het houdelement tussen de eerste positie en de tweede positie te verplaatsen. In een uitvoeringsvorm is het houdelement een tandwiel in overeenstemming met US 7857011, welk hierbij door referentie wordt geïncorporeerd.

[0025] In een uitvoeringsvorm wordt het schakeltandwiel aangebracht om aangedreven te worden door de hoofdaandrijfmotor. In een uitvoeringsvorm kan tijdens het schotzoeken het schakeltandwiel worden losgekoppeld van de hoofdaandrijfmotor en manueel aangedreven worden of door een hulpaandrijfmotor aangedreven worden.

[0026] In een uitvoeringsvorm wordt een remsysteem voorzien

9 BE2023/0005 voor het remmen van het aandrijfsysteem, in het bijzonder een remsysteem voor het remmen van een as van de hoofdaandrijfmotor. In een uitvoeringsvorm kan het remsysteem worden geactiveerd bij het stoppen van de weefmachine voor een schotzoeken. Na het remmen van het aandrijfsysteem, kan de blokkeerinrichting worden geactiveerd voor het ingrijpen met het tweede aandrijftandwiel. Na de activering van de blokkeerinrichting kan het remsysteem worden gedeactiveerd.

[0027] Zoals hierboven vermeld, in uitvoeringsvormen, in de tweede positie, is het schakeltandwiel nog steeds in aandrijfverbinding met het tweede aandrijftandwiel.

[0028] Wanneer het tweede aandrijftandwiel tegen rotatie wordt gehouden met behulp van de hoofdaandrijfmotor en/of het remsysteem tijdens stilstand, na een activering van de blokkeerinrichting is het niet meer nodig om het tweede aandrijftandwiel tegen rotatie te houden door de hoofdaandrijfmotor en/of door het remsysteem, en wordt vermeden dat het schakeltandwiel ten opzichte van het eerste aandrijftandwiel en/of het tweede aandrijftandwiel wordt geroteerd door externe krachten die op het tweede aandrijftandwiel inwerken, welke relatieve rotatie anders hoge tandkrachten en daaropvolgende lagerkrachten zou kunnen veroorzaken bij het bewegen van het schakeltandwiel naar de eerste positie voor een aandrijfverbinding met het eerste aandrijftandwiel of bij het bewegen van het schakeltandwiel naar de tweede positie.

[0029] Volgens een tweede aspect wordt een weefmachine voorzien met een aandrijfsysteem met een blokkeerinrichting zoals hierboven beschreven.

10 BE2023/0005

[0030] In een uitvoeringsvorm bevat de weefmachine een eerste aandrijftandwiel aangewend voor het aandrijven van een eerste groep elementen omvattende een ladeaandrijving en een tweede aandrijftandwiel aangewend voor het aandrijven van een tweede groep elementen omvattende een gaapvormingsinrichting, in het bijzonder een jacquard systeem.

Korte beschrijving van de tekeningen.

[0031] Hierna zullen uitvoeringsvormen van de uitvinding in detail worden beschreven met verwijzing naar de tekeningen.

Doorheen de tekeningen zullen dezelfde elementen met dezelfde referentienummers worden aangeduid.

Figuur 1 toont een vereenvoudigd perspectief aanzicht van een aandrijfsysteem voor een weefmachine bevattende een blokkeerinrichting in een eerste positie van het schakeltandwiel, terwijl de blokkeerinrichting niet geactiveerd is.

Figuur2 toont een vereenvoudigd perspectief aanzicht van het aandrijfsysteem van figuur 1 in een eerste positie van het schakeltandwiel, terwijl de blokkeerinrichting geactiveerd is.

Figuur 3 toont een vereenvoudigd perspectief aanzicht van het aandrijfsysteem van figuur 1 in een tweede positie van het schakeltandwiel, terwijl de blokkeerinrichting geactiveerd is.

Figuur 4 toont een vereenvoudigd perspectief aanzicht van het aandrijfsysteem van figuur 1 in een tweede positie van het schakeltandwiel, terwijl de blokkeerinrichting niet geactiveerd is.

11 BE2023/0005

Figuur 5 toont een blokkeerinrichtingbehuizing met een gestel van de weefmachine in een perspectief aanzicht.

Figuur 6 toont een detail van het aandrijfsysteem van figuur 1 met een blokkeerinrichtingbehuizing in een perspectief aanzicht.

Figuur 7 toont in een perspectief aanzicht de blokkeerinrichting en een deel van het tweede aandrijftandwiel van het aandrijfsysteem van figuur 1, terwijl de blokkeerinrichting geactiveerd is.

Figuur8 toont in een perspectief aanzicht de blokkeerinrichting en een deel van het tweede aandrijftandwiel van figuur 7, terwijl de blokkeerinrichting niet geactiveerd is.

Figuur 9 toont in een doorgesneden aanzicht de blokkeerinrichting en het tweede aandrijftandwiel, terwijl de blokkeerinrichting niet geactiveerd is.

Figuur 10 toont in een doorgesneden aanzicht de blokkeerinrichting en het tweede aandrijftandwiel van figuur 9, terwijl de blokkeerinrichting geactiveerd is.

Figuur 11 toont in een detail de actuator van de blokkeerinrichting in dwarsdoorsnede, terwijl de blokkeerinrichting niet geactiveerd is.

Figuur 12 toont de hefboom van de blokkeerinrichting afzonderlijk.

Figuur 13 toont een aanzicht van een tweede uitvoeringsvorm van een blokkeerinrichting in een geactiveerde toestand, terwijl de blokkeerinrichting geactiveerd is.

Gedetailleerde beschrijving van uitvoeringsvormen van de uitvinding.

[0032] Figuren 1 tot 4 tonen in vereenvoudigde aanzichten een aandrijfsysteem 1 voor een weefmachine (niet getoond) bevattende

12 BE2023/0005 een eerste aandrijftandwiel 2 voor het aandrijven van een eerste groep elementen omvattende een ladeaandrijving (niet getoond), een tweede aandrijftandwiel 3 voor het aandrijven van een tweede groep elementen omvattende een gaapvormingsinrichting (niet getoond), een schakeltandwiel 4, een houdelement 5, een hoofdaandrijfmotor 6 met een aandrijfmotor tandwiel 7 dat in het schakeltandwiel 4 grijpt, zodat het schakeltandwiel 4 kan worden aangedreven om te roteren door de hoofdaandrijfmotor 6, een remsysteem 8 voor het remmen van de as 52 van de hoofdaandrijfmotor 6 en het aandrijfmotor tandwiel 7, en een blokkeerinrichting 9 voor het tweede aandrijftandwiel 3. De gaapvormingsinrichting aangedreven door het tweede aandrijftandwiel 3 kan een gekend nokkensysteem, een dobby systeem of een jacquard systeem zijn.

[0033] Figuur 5 toont gedeeltelijk het aandrijfsysteem 1 van figuur 1 gemonteerd op een weefmachine in een perspectief aanzicht. Figuur 6 toont het aandrijfsysteem 1 van figuur 1 met een blokkeerinrichtingbehuizing 12 en een gesteldeel 13 van een gestel van de weefmachine in een perspectief aanzicht. Zoals getoond in figuur 5 wordt de blokkeerinrichtingbehuizing 12 met bouten 40 bevestigd aan een tussengesteldeel 41 dat aan het gesteldeel 13 is bevestigd met behulp van bouten (niet getoond).

[0034] Het schakeltandwiel 4 is verplaatsbaar tussen een eerste positie getoond in figuren 1 en 2, waarin het schakeltandwiel 4 in aandrijfverbinding is met het eerste aandrijftandwiel 2 en het tweede aandrijftandwiel 3, en een tweede positie getoond in figuren 3 en 4, waarin het schakeltandwiel 4 niet in aandrijfverbinding is met het eerste aandrijftandwiel 2.

13 BE2023/0005

[0035] In de getoonde uitvoeringsvorm is het houdelement 5 axiaal verplaatsbaar met het schakeltandwiel 4. Zoals getoond in figuren 3 en 4, in de tweede positie van het schakeltandwiel 4, grijpt het houdelement 5 in met het eerste aandrijftandwiel 2 voor het houden van het eerste aandrijftandwiel 2 tegen rotatie. In de eerste positie van het schakeltandwiel 4, zoals getoond in figuren 1 en 2, wordt het houdelement 5 van het eerste aandrijftandwiel 2 ontkoppeld. In de getoonde uitvoeringsvorm zijn het houdelement 5 en het schakeltandwiel 4 aan een aandrijfarm 10 gekoppeld en zijn gezamenlijk verplaatsbaar door middel van een verplaatsingsinrichting 11 (schematisch getoond). Een dergelijke verplaatsingsinrichting 11 is bijvoorbeeld gekend uit US 5617901 of

US 7857011, welke hierbij door referentie worden geïncorporeerd.

[0036] Zoals getoond in figuren 1 tot 4, in de getoonde uitvoeringsvorm, is het tweede aandrijftandwiel 3 in aandrijfverbinding is met het schakeltandwiel 4 in de eerste positie en in de tweede positie van het schakeltandwiel 4. Hierdoor, na het onderbreken van een aandrijfverbinding tussen het schakeltandwiel 4 en het eerste aandrijftandwiel 2, kan de hoofdaandrijfmotor 6 worden bediend om de tweede groep elementen te bewegen, bijvoorbeeld om een gebroken inslagdraad te verwijderen.

[0037] De blokkeerinrichting 9 kan worden geactiveerd voor het blokkeren van een rotatie van het tweede aandrijftandwiel 3 terwijl het tweede aandrijftandwiel 3 in stilstand is, dit betekent voor, tijdens en na een verplaatsing van het schakeltandwiel 4 tussen de eerste positie en de tweede positie.

[0038] Figuren 7 en 8 tonen in een perspectief aanzicht de blokkeerinrichting 9 en een deel van het tweede aandrijftandwiel 3

14 BE2023/0005 van het aandrijfsysteem 1 van figuur 1, respectievelijk terwijl de blokkeerinrichting 9 geactiveerd is en terwijl de blokkeerinrichting 9 niet geactiveerd is. Figuren 9 tot 10 tonen in een doorgesneden aanzichten de blokkeerinrichting 9 en het tweede aandrijftandwiel 3.

[0039] Zoals best te zien in figuren 7 en 8 bevat de blokkeerinrichting 9 een hefboom 14 met een tand 15 voor het ingrijpen met tanden 16 van het tweede aandrijftandwiel 3. De hefboom 14 is zwenkbaar gemonteerd om een zwenkas 17 van de hefboom 14, welke zwenkas 17 zich evenwijdig met de rotatie as 18 (zie figuren 1 tot 4) van het tweede aandrijftandwiel 3 uitstrekt tussen een blokkeerpositie getoond in figuren 2, 3 en 7, waarin de tand 15 met het tweede aandrijftandwiel 3 ingrijpt, en een rustpositie getoond in figuren 1, 4 en 8, waarin de tand 15 van het tweede aandrijftandwiel 3 is ontkoppeld.

[0040] Figuur 12 toont de hefboom 14 afzonderlijk. In de getoonde uitvoeringsvorm, zoals best te zien in figuren 7, 8 en 12 is de tand 15 voorzien aan een zijvlak 19 van de hefboom 14 gericht naar de tanden 16 van het tweede aandrijftandwiel 3. Met andere woorden, de tand 15 wordt aangebracht voor het ingrijpen met een tandholte tussen twee tanden 16 van het tweede aandrijftandwiel 3.

[0041] In de uitvoeringsvorm getoond in figuren 1 tot 11 bevat de blokkeerinrichting 9 verder een axiaal verplaatsbare zuiger 20 die zich evenwijdig met de zwenkas 17 van de hefboom 14 uitstrekt.

[0042] De zuiger 20, in de uitvoeringsvorm getoond in figuur 11, maakt deel uit van een hydraulische actuator 23.

[0043] Zoals getoond in figuren 9 tot 11, wordt een eerste einde

15 BE2023/0005 21 van de zuiger 20 in de blokkeerinrichtingbehuizing 12 gemonteerd en wordt een tweede einde 22 van de zuiger 20 in een gesteldeel 13 van de weefmachine gemonteerd, waarbij het eerste einde 21 van de zuiger 20 beweegbaar in een eerste vloeistofkamer 24 voorzien in de blokkeerinrichtingbehuizing 12 wordt gemonteerd, die met een hydraulische vloeistof kan worden gevuld voor het bewegen van de zuiger 20 weg van de blokkeerinrichtingbehuizing 12, en het tweede einde 22 van de zuiger 20 beweegbaar in een tweede vloeistofkamer 25 voorzien in gesteldeel 13 wordt gemonteerd, die met de hydraulische vloeistof kan worden gevuld voor het bewegen van de zuiger 20 weg van het gesteldeel 13. Zoals best te zien in figuur 11 wordt een toevoerkanaal 26 voor de hydraulische vloeistof, in het bijzonder olie, gevormd in de blokkeerinrichtingbehuizing 12, die naar een ventiel 27 leidt. Het ventiel 27 kan selectief worden bediend om de hydraulische vloeistof via een eerste vloeistofkanaal 28 naar de eerste vloeistofkamer 24 te voeren, of via een tweede vloeistofkanaal 29, een tussenringvormige ring 42 in de blokkeerinrichtingbehuizing 12, een radiaal kanaal 43, een axiaal kanaal 44 in de zuiger 20 naar de tweede vloeistofkamer 25. In de getoonde uitvoeringsvorm wordt ter hoogte van de tweede vloeistofkamer 25 een afvoerkanaal 30 voorzien, dat door een afvoerschroef 31 (zie figuren 7 tot 10) wordt gesloten.

[0044] De zuiger 20 werkt samen met de hefboom 14 zodat door een axiale verplaatsing van de zuiger 20 de hefboom 14 zwenkbaar is tussen de blokkeerpositie getoond in figuren 2, 3, 7 en 10 en de rustpositie getoond in figuren 1, 4, 8 en 9.

[0045] Hiertoe wordt in de getoonde uitvoeringsvorm de hefboom 14 voorzien van een doorgangsopening 32 die verplaatst is

16 BE2023/0005 van de zwenkas 17 van de hefboom 14. Zoals best te zien in figuur 12, in de getoonde uitvoeringsvorm, wordt een vorkvormige hefboom 14 met twee pinnen 33 voorzien, waarbij de doorgangsopening 32 tussen de twee pinnen 33 is gevormd en een open zijde heeft.

[0046] De zuiger 20 strekt zich uit doorheen de doorgangsopening 32 van de hefboom 14. De doorgangsopening 32 heeft twee schuine oppervlakken 34 (zie figuur 12) en de zuiger 20 heeft twee schuine oppervlakken 35 (zie figuur 11). De schuine oppervlakken 34, 35 kunnen met elkaar samenwerken, zodat een axiale verplaatsing van de zuiger 20 de hefboom 14 laat zwenken om de zwenkas 17 van de hefboom 14, die zich evenwijdig met de zuiger 20 uitstrekt. Hierdoor zorgt de beweging van de zuiger 20 ervoor dat de tand 15 aan de hefboom 14 ingrijpt met of ontkoppelt van het tweede aandrijftandwiel 3.

[0047] Zoals getoond in figuren 7 tot 10 bevat de blokkeerinrichting 9 verder een sensorsysteem 36 voor het detecteren of de blokkeerinrichting 9 al dan niet is geactiveerd. In de getoonde uitvoeringsvorm is het sensorsysteem 36 een nabijheidssensorsysteem, bijvoorbeeld een optisch nabijheidssensorsysteem of een inductief sensorsysteem, bevattende een detector 37 en een target 38. De target 38 kan op een opening 39 (zie figuur 12) in de hefboom 14 worden gemonteerd. In de getoonde uitvoeringsvorm is de target 38 een as die in de opening 39 is geschroefd.

[0048] De detector 37 is stationair in de blokkeerinrichting- behuizing 12 aangebracht, in een positie zodat de target 38 kan worden gedetecteerd wanneer de blokkeerinrichting 9 is geactiveerd

17 BE2023/0005 en de hefboom 14 in de blokkeerpositie is zoals getoond in figuren 7 en 10. Zoals getoond in figuren 8 en 9, wanneer de hefboom 14 in de rustpositie is, wordt de target 38 uit een bereik van de detector 37 bewogen.

[0049] Een uitgang van het sensorsysteem 36 kan op een monitor (niet getoond) van de weefmachine worden weergegeven en/of naar een controle systeem (niet getoond) van de weefmachine worden verzonden.

[0050] In gebruik worden het remsysteem 8 en de hoofdaandrijfmotor 6 bijvoorbeeld geactiveerd voor het stoppen van de weefmachine voor een schotzoeken. Nadat het aandrijfsysteem 1 in een schotzoekpositie wordt bewogen, kan de blokkeerinrichting 9 worden geactiveerd om met het tweede aandrijftandwiel 3 in te grijpen zoals getoond in figuur 2. Dan kan de activering van de hoofdaandrijfmotor 6 voor het in positie houden van het schakelwiel 4 worden verminderd, waarbij de blokkeerinrichting 9 het tweede aandrijftandwiel 3 blokkeert. Vervolgens kan de blokkeerinrichting 11 worden geactiveerd om het schakeltandwiel 4 in de tweede positie getoond in figuur 3 te bewegen, waarin het schakeltandwiel 4 niet langer in aandrijfverbinding is met het eerste aandrijftandwiel 2, en het houdelement 5 ingrijpt met het eerste aandrijftandwiel 2.

Vervolgens wordt de activering van de hoofdaandrijfmotor 6 voor het in positie houden van het schakeltandwiel 4 versterkt, zodat de blokkeerinrichting 9 kan worden gedeactiveerd om het tweede aandrijftandwiel 3 los te maken, zoals getoond in figuur 4, en kan de hoofdaandrijfmotor 6 in traagloop worden aangedreven om het tweede aandrijftandwiel 3 en de tweede groep elementen omvattende de daaraan gekoppelde gaapvormingsinrichting voor het schotzoeken naar een andere positie, bijvoorbeeld een positie

18 BE2023/0005 die het verwijderen van een inslagdraad mogelijk maakt, te bewegen. Daarna wordt het aandrijfsysteem 1 terug bewogen naar de schotzoekpositie en grijpt de blokkeerinrichting 9 terug in met het tweede aandrijftandwiel 3, waarna de activering van de hoofdaandrijfmotor 6 terug wordt verminderd. De blokkeerinrichting 11 kan worden geactiveerd om het schakeltandwiel 4 in de eerste positie getoond in figuur 2 te bewegen, waarna de activering van de hoofdaandrijfmotor 6 kan worden versterkt en daarna kan de blokkeerinrichting 9 worden gedeactiveerd om het tweede aandrijftandwiel 3 los te maken, zoals getoond in figuur 1. Dan kan een normaal weefproces worden gestart.

[0051] De uitvinding kan het meest voordelig worden gebruikt wanneer de gaapvormingsinrichting een gekend jacquard systeem is, omdat tijdens het schotzoeken de krachten die op het tweede aandrijftandwiel 3 worden uitgeoefend door de gaapvormingsinrichting het grootst zijn wanneer een jacquard systeem wordt gebruikt.

[0052] In de getoonde uitvoeringsvorm wordt een tandgebied van het eerste aandrijftandwiel 2 voorzien van twee inkepingen 45 (zie figuur 1) die over een deel van de axiale lengte van het eerste aandrijftandwiel 2 en meerdere tanden loopt. Hierdoor is het onderbreken van de aandrijfverbinding tussen het schakeltandwiel 4 en het eerste aandrijftandwiel 2 enkel mogelijk in twee gedefinieerde hoekposities van het eerste aandrijftandwiel 2. De inkepingen 45 kunnen worden voorzien zoals gekend uit US 5617901, welke hierbij door referentie wordt geïncorporeerd.

[0053] Figuur 13 toont een tweede uitvoeringsvorm van een blokkeerinrichting 9 in een geactiveerde toestand. De

19 BE2023/0005 blokkeerinrichting 9 getoond in figuur 13 bevat een hefboom 14 met een tand 15 voor het ingrijpen met tanden 16 van het tweede aandrijftandwiel 3 (zie figuren 1 tot 10). De hefboom 14 getoond in figuur 13 is ook zwenkbaar gemonteerd om een zwenkas 17 en zwenkbaar tussen een blokkeerpositie getoond in figuur 13, waarin de tand 15 kan ingrijpen met het tweede aandrijftandwiel 3, en een rustpositie (niet getoond), waarin de tand 15 wordt ontkoppeld van het tweede aandrijftandwiel 3. In de uitvoeringsvorm getond in figuur 13 bevat de blokkeerinrichting 9 een excenter 46 voor het bewegen van de hefboom 14, welk excenter 46 heen en weer kan worden gezwenkt of geroteerd om een as van rotatie 47 die evenwijdig is met de zwenkas 17 van de hefboom 14. In de getoonde uitvoeringsvorm wordt het excenter 46 aangedreven met behulp van een zuiger 48 die dwars op de as van rotatie 47 van het excenter 46 is gemonteerd en via een koppelstang 49 met het excenter 46 is verbonden. De zuiger 48 kan door een cilinder 50 worden aangedreven, bijvoorbeeld een hydraulische of pneumatische cilinder, die roteerbaar is om een vast aangebrachte as van rotatie 51.

[0054] In de uitvoeringsvormen getoond in figuren 1 tot 4 zijn de tandwielen 2, 3, 4 en 7 rechte tandwielen of tandwielen met rechte vertanding, waarbij alle rotatie assen van de tandwielen evenwijdig zijn aangebracht, en waarbij door beweging van het schakeltandwiel 4 evenwijdig met de rotatie as 53 van het eerste aandrijftandwiel 2, het schakeltandwiel 4 en het eerste aandrijftandwiel 2 kunnen ingrijpen of ontkoppelen. In een alternatieve uitvoeringsvorm (niet getoond), zijn de tandwielen 2, 3, 4 en 7 schroefvormige tandwielen, waarbij voor het ingrijpen met of ontkoppelen van het schakeltandwiel 4 en het eerste aandrijftandwiel 2 een beweging van het schakeltandwiel 4

20 BE2023/0005 evenwijdig met de rotatie as 53 van het eerste aandrijftandwiel 2 gecombineerd wordt met een gestuurde rotatie van het schakeltandwiel 4, terwijl bijvoorbeeld het tweede aandrijftandwiel 3 door de blokkeerinrichting 9 wordt geblokkeerd.

Wanneer het tweede aandrijftandwiel 3 een schroefvormig tandwiel is, kan de tand 15 worden aangebracht onder een hoek ten opzichte van de zwenkas 17 van de hefboom 14, zodat de tand 15 tussen twee tanden 16 van het tweede aandrijftandwiel 3 kan ingrijpen voor het blokkeren van het tweede aandrijftandwiel 3. Ook het houdelement

5 is geprofileerd om met de schroefvormige tandwielen samen te werken.

Claims (14)

21 BE2023/0005 Conclusies.

1. Aandrijfsysteem voor een weefmachine bevattende een eerste aandrijftandwiel (2) voor het aandrijven van een eerste groep elementen, een tweede aandrijftandwiel (3) voor het aandrijven van een tweede groep elementen, een schakeltandwiel (4), waarbij het schakeltandwiel (4) verplaatsbaar is tussen een eerste positie, waarin het schakeltandwiel (4) in aandrijfverbinding is met het eerste aandrijftandwiel (2) en het tweede aandrijftandwiel (3), en een tweede positie, waarin het schakeltandwiel (4) niet in aandrijfverbinding is met het eerste aandrijftandwiel (2), en een blokkeerinrichting (9), daardoor gekenmerkt dat de blokkeerinrichting (9) kan worden geactiveerd voor het blokkeren van een rotatie van het tweede aandrijftandwiel (3) terwijl het tweede aandrijftandwiel (3) in stilstand is, waarbij de blokkeerinrichting (9) een hefboom (14) met een tand (15) voor het ingrijpen met tanden (16) van het tweede aandrijftandwiel (3) bevat, en waarbij de hefboom (14) zwenkbaar is gemonteerd om een zwenkas (17) van de hefboom (14) die zich evenwijdig met de rotatie as (18) van het tweede aandrijftandwiel (3) uitstrekt tussen een blokkeerpositie, waarin de tand (15) met het tweede aandrijftandwiel (3) ingrijpt, en een rustpositie, waarin de tand (15) van het tweede aandrijftandwiel (3) is ontkoppeld.

2. Het aandrijfsysteem volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat de tand (15) aan een zijvlak (19) van de hefboom (14) gericht naar de tanden (16) van het tweede aandrijftandwiel (3) is voorzien.

3. Het aandrijfsysteem volgens conclusie 1 of 2, daardoor gekenmerkt dat de blokkeerinrichting (9) een axiaal verplaatsbare

22 BE2023/0005 zuiger (20) bevat die zich evenwijdig met de zwenkas (17) van de hefboom (14) uitstrekt, waarbij de zuiger (20) met de hefboom (14) samenwerkt zodat de hefboom (14) zwenkbaar is tussen de blokkeerpositie en de rustpositie door een axiale verplaatsing van de zuiger (20).

4. Het aandrijfsysteem volgens conclusie 3, daardoor gekenmerkt dat de hefboom (14) voorzien is van een doorgangsopening (32) die verplaatst is van de zwenkas (17) van de hefboom (14), waarbij de zuiger (20) zich uitstrekt doorheen de doorgangsopening (32).

5. Het aandrijfsysteem volgens conclusie 4, daardoor gekenmerkt dat de doorgangsopening (32) en de zuiger (20) tegenoverliggende schuine oppervlakken (34, 35) hebben.

6. Het aandrijfsysteem volgens één van de conclusies 3 tot 5, daardoor gekenmerkt dat de zuiger (20) deel uitmaakt van een hydraulische actuator (23).

7. Het aandrijfsysteem volgens één van de conclusies 3 tot 6, daardoor gekenmerkt dat een eerste einde (21) van de zuiger (20) in een blokkeerinrichtingbehuizing (12) van de blokkeerinrichting (9) is gemonteerd en een tweede einde (22) van de zuiger (20) in een gesteldeel (13) van de weefmachine is gemonteerd.

8. Het aandrijfsysteem volgens één van de conclusies 1 tot 6, daardoor gekenmerkt dat de blokkeerinrichting (9) een sensorsysteem (36) bevat voor het detecteren of de blokkeerinrichting (9) al dan niet geactiveerd is, in het bijzonder voor het detecteren of de hefboom (14) al dan niet in de blokkeerpositie

23 BE2023/0005 is.

9. Het aandrijfsysteem volgens conclusie 8, daardoor gekenmerkt dat een uitgang van het sensorsysteem (36) op een monitor van de weefmachine is weergegeven en/of naar een controle systeem van de weefmachine is verzonden.

10. Het aandrijfsysteem volgens één van de conclusies 1 tot 9, daardoor gekenmerkt dat het aandrijfsysteem (1) een houdelement (5), dat met het schakeltandwiel (4) axiaal verplaatsbaar is, waarbij in de tweede positie van het schakeltandwiel (4), het houdelement (5) ingrijpt met het eerste aandrijftandwiel (2) voor het houden van het eerste aandrijftandwiel (2) tegen rotatie, en waarbij in de eerste positie van het schakeltandwiel (4), het houdelement (5) van het eerste aandrijftandwiel (2) ontkoppeld is, en een verplaatsingsinrichting (11) om het schakeltandwiel (4) en het houdelement (5) tussen de eerste positie en de tweede positie te verplaatsen, bevat.

11. Het aandrijfsysteem volgens één van de conclusies 1 tot 10, daardoor gekenmerkt dat het schakeltandwiel (4) is aangebracht om aangedreven te worden door een hoofdaandrijfmotor (6).

12. Het aandrijfsysteem volgens één van de conclusies 1 tot 11, daardoor gekenmerkt dat een remsysteem (8) is voorzien voor het remmen van het aandrijfsysteem (1), in het bijzonder een remsysteem (8) voor het remmen van een as (52) van de hoofdaandrijfmotor (6).

13. Weefmachine met een aandrijfsysteem (1) volgens één van de conclusies 1 tot 12.

24 BE2023/0005

14. Weefmachine volgens conclusie 13, daardoor gekenmerkt dat de weefmachine een eerste aandrijftandwiel (2) aangewend voor het aandrijven van een eerste groep elementen omvattende een ladeaandrijving en een tweede aandrijftandwiel (3) aangewend voor het aandrijven van een tweede groep elementen omvattende een gaapvormingsinrichting, in het bijzonder een jacquard systeem, bevat.