BE1029978A1 - Decoratief paneel. - Google Patents

Decoratief paneel. Download PDF

Info

Publication number
BE1029978A1
BE1029978A1 BE20215932A BE202105932A BE1029978A1 BE 1029978 A1 BE1029978 A1 BE 1029978A1 BE 20215932 A BE20215932 A BE 20215932A BE 202105932 A BE202105932 A BE 202105932A BE 1029978 A1 BE1029978 A1 BE 1029978A1
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
panel
panels
locking
pair
coupled
Prior art date
Application number
BE20215932A
Other languages
English (en)
Other versions
BE1029978B1 (nl
Inventor
Rick Jan De
Original Assignee
Flooring Ind Ltd Sarl
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Flooring Ind Ltd Sarl filed Critical Flooring Ind Ltd Sarl
Priority to BE20215932A priority Critical patent/BE1029978B1/nl
Priority to PCT/IB2022/061265 priority patent/WO2023100029A1/en
Publication of BE1029978A1 publication Critical patent/BE1029978A1/nl
Application granted granted Critical
Publication of BE1029978B1 publication Critical patent/BE1029978B1/nl

Links

Classifications

    • E—FIXED CONSTRUCTIONS
    • E04—BUILDING
    • E04F—FINISHING WORK ON BUILDINGS, e.g. STAIRS, FLOORS
    • E04F15/00—Flooring
    • E04F15/02—Flooring or floor layers composed of a number of similar elements
    • E04F15/02038—Flooring or floor layers composed of a number of similar elements characterised by tongue and groove connections between neighbouring flooring elements
    • E—FIXED CONSTRUCTIONS
    • E04—BUILDING
    • E04F—FINISHING WORK ON BUILDINGS, e.g. STAIRS, FLOORS
    • E04F2201/00—Joining sheets or plates or panels
    • E04F2201/01—Joining sheets, plates or panels with edges in abutting relationship
    • E04F2201/0138—Joining sheets, plates or panels with edges in abutting relationship by moving the sheets, plates or panels perpendicular to the main plane
    • E—FIXED CONSTRUCTIONS
    • E04—BUILDING
    • E04F—FINISHING WORK ON BUILDINGS, e.g. STAIRS, FLOORS
    • E04F2201/00—Joining sheets or plates or panels
    • E04F2201/01—Joining sheets, plates or panels with edges in abutting relationship
    • E04F2201/0138—Joining sheets, plates or panels with edges in abutting relationship by moving the sheets, plates or panels perpendicular to the main plane
    • E04F2201/0146—Joining sheets, plates or panels with edges in abutting relationship by moving the sheets, plates or panels perpendicular to the main plane with snap action of the edge connectors
    • E—FIXED CONSTRUCTIONS
    • E04—BUILDING
    • E04F—FINISHING WORK ON BUILDINGS, e.g. STAIRS, FLOORS
    • E04F2201/00—Joining sheets or plates or panels
    • E04F2201/01—Joining sheets, plates or panels with edges in abutting relationship
    • E04F2201/0153—Joining sheets, plates or panels with edges in abutting relationship by rotating the sheets, plates or panels around an axis which is parallel to the abutting edges, possibly combined with a sliding movement
    • E—FIXED CONSTRUCTIONS
    • E04—BUILDING
    • E04F—FINISHING WORK ON BUILDINGS, e.g. STAIRS, FLOORS
    • E04F2201/00—Joining sheets or plates or panels
    • E04F2201/01—Joining sheets, plates or panels with edges in abutting relationship
    • E04F2201/0153—Joining sheets, plates or panels with edges in abutting relationship by rotating the sheets, plates or panels around an axis which is parallel to the abutting edges, possibly combined with a sliding movement
    • E04F2201/0161—Joining sheets, plates or panels with edges in abutting relationship by rotating the sheets, plates or panels around an axis which is parallel to the abutting edges, possibly combined with a sliding movement with snap action of the edge connectors
    • E—FIXED CONSTRUCTIONS
    • E04—BUILDING
    • E04F—FINISHING WORK ON BUILDINGS, e.g. STAIRS, FLOORS
    • E04F2201/00—Joining sheets or plates or panels
    • E04F2201/05—Separate connectors or inserts, e.g. pegs, pins, keys or strips
    • E04F2201/0523—Separate tongues; Interlocking keys, e.g. joining mouldings of circular, square or rectangular shape
    • E04F2201/0552—Separate tongues; Interlocking keys, e.g. joining mouldings of circular, square or rectangular shape adapted to be rotated around an axis parallel to the joint edge

Abstract

Het paneel bevat een eerste en een tweede paar tegenoverliggende randen met koppeldelen die bij voorkeur beide een vergrendeling in verticale en horizontale richting kunnen verzorgen. De panelen kunnen minstens aan één paar randen door middel van een neerwaartse beweging (M) gekoppeld worden. Hiertoe bevat de ene rand een naar boven gericht onderste haakvormig gedeelte (10), bevattende een lip (12) met een naar boven gericht vergrendelelement (13) dat proximaal daarvan een vrouwelijk deel (14) definieert; de tegenoverliggende rand bevat een naar onder gericht bovenste haakvormig gedeelte (11), dat een lip (15) bevat met een naar onder gericht vergrendelelement (16) dat een mannelijk deel (17) definieert. In gekoppelde toestand bedraagt de afstand tussen de onderzijde van het naar onder gericht vergrendelelement (16) van het paneel en de bovenzijde van de lip (12) van het onderste haakvormige gedeelte (10) van het ermee gekoppelde paneel overal minstens 0.05 millimeter.

Description

1 BE2021/5932
Decoratief paneel.
De uitvinding heeft betrekking op decoratieve panelen voor het vormen van een bekleding.
Meer specifiek betreft de uitvinding decoratieve panelen voor het vormen van een bekleding, bij voorkeur voor het vormen van een vloerbekleding, waarbij het paneel een eerste paar tegenoverliggende randen alsmede een tweede paar tegenoverliggende randen bevat; waarbij het eerste paar tegenoverliggende randen, optioneel, koppeldelen bevat die toelaten dat twee dergelijke panelen onderling aan elkaar kunnen worden gekoppeld en waarbij deze koppeldelen de volgende kenmerken vertonen: - de koppeldelen bevatten een horizontaal actief vergrendelsysteem dat in een gekoppelde toestand van twee dergelijke panelen een vergrendeling in het vlak van de panelen en loodrecht op de betreffende randen bewerkstelligt; - de koppeldelen bevatten tevens een verticaal actief vergrendelsysteem dat in een gekoppelde toestand van twee dergelijke panelen een vergrendeling dwars op het vlak van de panelen bewerkstelligt; waarbij het tweede paar tegenoverliggende randen koppeldelen bevat die toelaten dat twee dergelijke panelen onderling aan elkaar kunnen worden gekoppeld en waarbij deze koppeldelen de volgende kenmerken vertonen: - de koppeldelen bevatten een horizontaal actief vergrendelsysteem dat in een gekoppelde toestand van twee dergelijke panelen een vergrendeling in het vlak van de panelen en loodrecht op de betreffende randen bewerkstelligt; - de koppeldelen bevatten tevens een verticaal actief vergrendelsysteem dat in een gekoppelde toestand van twee dergelijke panelen een vergrendeling dwars op het vlak van de panelen bewerkstelligt; - het horizontaal actieve vergrendelsysteem van het tweede paar randen 1s minstens gevormd uit een naar boven gericht onderste haakvormig gedeelte dat zich aan één van voornoemde twee randen bevindt, alsmede een naar onder gericht bovenste haakvormig gedeelte dat zich aan de tegenoverliggende rand bevindt, waarbij het onderste haakvormige gedeelte bestaat uit een lip met een naar boven gericht vergrendelelement
2 BE2021/5932 dat proximaal daarvan een vrouwelijk deel in de vorm van een uitsparing definieert, terwijl het bovenste haakvormige gedeelte bestaat uit een lip met een naar onder gericht vergrendelelement dat een mannelijk deel vormt; - de koppeldelen zijn zodanig geconfigureerd dat twee dergelijke panelen aan hun betreffende randen door middel van een neerwaartse beweging van het eerste dergelijk paneel ten opzichte van het tweede dergelijk paneel aan elkaar kunnen worden gekoppeld, waarbij het mannelijk deel van het eerste dergelijk paneel in het vrouwelijk deel van het tweede dergelijk paneel gebracht wordt; waarbij het proximale uiteinde van het naar onder gericht vergrendelelement een eerste contactoppervlak bevat, waarbij het proximale uiteinde van het naar boven gericht vergrendelelement een tweede contactoppervlak bevat; waarbij in gekoppelde toestand van een eerste dergelijk paneel aan een tweede dergelijk paneel aan hun tweede paar tegenoverliggende randen er contact is tussen het eerste contactvlak van het eerste paneel en het tweede contactvlak van het tweede dergelijk paneel; waarbij dit contact een eerste contactzone vormt. Dergelijke panelen zijn gekend uit WO2017/115202,
WO2018/172955 en WO2021/111210.
Het is een doelstelling van de uitvinding om decoratieve panelen ter beschikking te stellen die met grotere zekerheid betrouwbaar tot een bekleding geïnstalleerd kunnen worden.
Het eerste aspect van de uitvinding betreft een decoratief paneel voor het vormen van een bekleding, bij voorkeur voor het vormen van een vloerbekleding, waarbij dit paneel een eerste paar tegenoverliggende randen alsmede een tweede paar tegenoverliggende randen bevat; waarbij het eerste paar tegenoverliggende randen, optioneel, koppeldelen bevat die toelaten dat twee dergelijke panelen onderling aan elkaar kunnen worden gekoppeld en waarbij deze koppeldelen de volgende kenmerken vertonen: - de koppeldelen bevatten een horizontaal actief vergrendelsysteem dat in een gekoppelde toestand van twee dergelijke panelen een vergrendeling in het vlak van de panelen en loodrecht op de betreffende randen bewerkstelligt;
3 BE2021/5932
- de koppeldelen bevatten tevens een verticaal actief vergrendelsysteem dat in een gekoppelde toestand van twee dergelijke panelen een vergrendeling dwars op het vlak van de panelen bewerkstelligt;
waarbij het tweede paar tegenoverliggende randen koppeldelen bevat die toelaten dat twee dergelijke panelen onderling aan elkaar kunnen worden gekoppeld en waarbij deze koppeldelen de volgende kenmerken vertonen: - de koppeldelen bevatten een horizontaal actief vergrendelsysteem dat in een gekoppelde toestand van twee dergelijke panelen een vergrendeling in het vlak van de panelen en loodrecht op de betreffende randen bewerkstelligt;
- de koppeldelen bevatten tevens een verticaal actief vergrendelsysteem dat in een gekoppelde toestand van twee dergelijke panelen een vergrendeling dwars op het vlak van de panelen bewerkstelligt;
- het horizontaal actieve vergrendelsysteem van het tweede paar randen 1s minstens gevormd uit een naar boven gericht onderste haakvormig gedeelte dat zich aan één van voornoemde twee randen bevindt, alsmede een naar onder gericht bovenste haakvormig gedeelte dat zich aan de tegenoverliggende rand bevindt, waarbij het onderste haakvormige gedeelte bestaat uit een lip met een naar boven gericht vergrendelelement dat proximaal daarvan een vrouwelijk deel in de vorm van een uitsparing definieert, terwijl het bovenste haakvormige gedeelte bestaat uit een lip met een naar onder gericht vergrendelelement dat een mannelijk deel vormt;
- de koppeldelen zijn zodanig geconfigureerd dat twee dergelijke panelen aan hun betreffende randen door middel van een neerwaartse beweging van het eerste dergelijk paneel ten opzichte van het tweede dergelijk paneel aan elkaar kunnen worden gekoppeld, waarbij het mannelijk deel van het eerste dergelijk paneel in het vrouwelijk deel van het tweede dergelijk paneel gebracht wordt;
waarbij het proximale uiteinde van het naar onder gericht vergrendelelement een eerste contactoppervlak bevat, waarbij het proximale uiteinde van het naar boven gericht vergrendelelement een tweede contactoppervlak bevat; waarbij in gekoppelde toestand van een eerste dergelijk paneel aan een tweede dergelijk paneel aan hun tweede paar tegenoverliggende randen er contact is tussen het eerste contactvlak van het eerste paneel
4 BE2021/5932 en het tweede contactvlak van het tweede dergelijk paneel; waarbij dit contact een eerste contactzone vormt.
Het decoratief paneel van de uitvinding wordt, volgens een eerste definitie, verder daardoor gekenmerkt dat in gekoppelde toestand van het eerste dergelijk paneel aan het tweede dergelijk paneel aan hun tweede paar tegenoverliggende randen er geen contact is tussen de onderzijde van het naar onder gericht vergrendelelement van het eerste dergelijk paneel en de bovenzijde van de lip van het onderste haakvormige gedeelte van het tweede dergelijk paneel, waarbij de afstand tussen de onderzijde van het naar onder gericht vergrendelelement van het eerste dergelijk paneel en de bovenzijde van de lip van het onderste haakvormige gedeelte van het tweede dergelijk paneel overal minstens 0.05 millimeter bedraagt. Met “overal” wordt hierbij bedoeld “over nagenoeg de volledige of over de volledige onderzijde van voornoemd naar onder gericht vergrendelelement”, namelijk van aan het distale uiteinde van deze onderzijde tot aan voornoemde eerste contactzone, of althans toch minstens over 85% van de contour van de onderzijde van het naar onder gericht vergrendelelement. Zo is het bijvoorbeeld mogelijk dat de eerste contactzone wordt voorafgegaan door een lokale afronding ter plaatse waarvan de voornoemde afstand niet wordt bewaard. Volgens een alternatieve, tweede, definitie wordt het decoratief paneel van de uitvinding verder daardoor gekenmerkt dat het in voornoemde gekoppelde toestand vrij is van verticaal actieve ondersteuningsvlakken tussen de onderzijde van voornoemd naar onder gericht vergrendelelement en de bovenzijde van de lip van het onderste haakvormige gedeelte, waarbij onder “verticaal actieve ondersteuningsvlakken” contactvlakken worden verstaan die horizontaal zijn of een hoek met de horizontale vormen van minder dan 25°.
Het is duidelijk dat als “onderzijde” die oppervlakken van een respectievelijk deel worden bedoeld die vrij naar onderen gericht zijn, namelijk vrij naar onderen gerichte oppervlakken waarvan de normaal een verticaal naar onderen gerichte componente omvat. Met “vrij” wordt bedoeld dat het betreffende oppervlak in een verticale projectie niet met een ander lager gelegen oppervlak samenvalt.
De panelen volgens de uitvinding, hetzij volgens de eerste of de tweede definitie daarvan, hebben het voordeel dat ze nog altijd betrouwbaar tot een visueel mooie en degelijke bekleding geïnstalleerd kunnen worden zelfs als wat grotere productie afwijkingen optreden bij het frezen van de koppeldelen aan het tweede paar tegenoverliggende 5 randen.
Een voorkeursuitvoering van de uitvinding wordt daardoor gekenmerkt dat de koppeldelen van het tweede paar tegenoverliggend randen hoofdzakelijk uit het materiaal van het paneel zelf verwezenlijkt zijn.
Een voorkeursuitvoering van de uitvinding wordt daardoor gekenmerkt dat het verticaal actieve vergrendelsysteem aan het tweede paar tegenoverliggende randen een eerste vergrendeldeel en een tweede vergrendeldeel bevat, waarbij het eerste vergrendeldeel zich aan het distale uiteinde van het naar onder gericht vergrendelelement bevindt en waarbij het tweede vergrendeldeel zich aan het proximale uiteinde bevindt van de rand die het vrouwelijke deel bevat, waarbij het eerste vergrendeldeel een derde contactoppervlak bevat, waarbij het tweede vergrendeldeel een vierde contactoppervlak bevat; waarbij in gekoppelde toestand van een eerste dergelijk paneel aan een tweede dergelijk paneel aan hun tweede paar tegenoverliggende randen het derde contactvlak van het eerste paneel contact maakt in een tweede contactzone met het vierde contactvlak van het tweede dergelijk paneel, waarbij een vergrendeling gevormd wordt in de richting loodrecht op de aldus gekoppelde panelen. Deze uitvoeringsvorm verhoogt de betrouwbaarheid van de installatie van de panelen tot een visueel aantrekkelijke bekleding, aangezien hoogteverschillen tussen panelen vermeden worden.
Bij hogere voorkeur overlapt in gekoppelde toestand van een eerste dergelijk paneel aan een tweede dergelijk paneel aan hun tweede paar tegenoverliggende randen waarbij het mannelijk deel van het eerste dergelijk paneel in het vrouwelijk deel van het tweede dergelijk paneel gebracht is, de verticale projectie van het eerste vergrendeldeel van het eerste dergelijk paneel op het vlak van de panelen over minder dan 0.10 millimeter, en bij voorkeur over hoogstens 0.07 millimeter, met de verticale projectie op het vlak van de panelen van het tweede vergrendeldeel van het tweede dergelijk paneel en/of dat in
6 BE2021/5932 gekoppelde toestand van een eerste dergelijk paneel aan een tweede dergelijk paneel aan hun tweede paar tegenoverliggende randen waarbij het mannelijk deel van het eerste dergelijk paneel in het vrouwelijk deel van het tweede dergelijk paneel gebracht is, de verticale projectie van de voornoemde tweede contactzone op het vlak van de panelen zich over minder dan 0.10 millimeter, en bij voorkeur over hoogstens 0.07 millimeter, uitstrekt, gemeten loodrecht op de betreffende randen. Dit verbetert de betrouwbaarheid van het installeren van panelen nog als er wat grotere afwijkingen zijn bij het frezen van de betreffende koppeldelen.
Een voorkeursuitvoering van de uitvinding wordt daardoor gekenmerkt dat in gekoppelde toestand van een eerste dergelijk paneel aan een tweede dergelijk paneel aan hun tweede paar tegenoverliggende randen waarbij het mannelijk deel van het eerste dergelijk paneel in het vrouwelijk deel van het tweede dergelijk paneel gebracht is, de raaklijn in de tweede contactzone een hoek maakt met het vlak van het paneel van minstens 15°, bij voorkeur van minstens 20°, bij hogere voorkeur van minstens 25°; en bij voorkeur van minder dan 75°, bij hogere voorkeur van minder dan 60°, bij hogere voorkeur van minder dan 50° en bij hogere voorkeur van minder dan 40°, en waarbij de voornoemde raaklijn bij voorkeur stijgend is in distale richting beschouwd op het vrouwelijk deel. Dit draagt bij tot het gemak van het betrouwbaar koppelen van de panelen. De vermelde waardes voor de hoek zijn tevens voordelig voor panelen die via uitwentelen terug gedemonteerd kunnen worden, aangezien dit het uitwentelen vergemakkelijkt.
Een voorkeursuitvoering van de uitvinding wordt daardoor gekenmerkt dat het derde contactvlak zich aan de bovenzijde van een uitstekend onderdeel van het naar onder gericht vergrendelelement bevindt, bij voorkeur waarbij dit uitstekend deel zich bevindt onder een uitsparing in het naar onder gericht vergrendelelement; en waarbij het vierde contactvlak gevormd wordt door ten minste een deel van de bovenzijde van een ondersnijding in de rand die het vrouwelijk deel bevat.
Een voorkeursuitvoering van de uitvinding wordt daardoor gekenmerkt dat het derde contactvlak zich aan de onderzijde van een uitsparing in het naar onder gericht
7 BE2021/5932 vergrendelelement bevindt en dat het vierde contactvlak gevormd wordt ten minste voor een deel aan de onderzijde van een onderdeel dat uitsteekt aan de rand die het vrouwelijk deel bevat.
Een voorkeursuitvoering van de uitvinding wordt daardoor gekenmerkt dat het derde contactvlak zich aan de bovenzijde van een uitstekend onderdeel van het naar onder gericht vergrendelelement bevindt, bij voorkeur waarbij dit uitstekend deel zich bevindt onder een uitsparing in het naar onder gericht vergrendelelement; en waarbij het vierde contactvlak gevormd wordt door ten minste een deel van de bovenzijde van een ondersnijding in de rand die het vrouwelijk deel bevat; en dat de rand die het mannelijk deel bevat een derde sluitvlak bevat substantieel loodrecht op het vlak van het paneel en waarbij de rand die het vrouwelijk deel bevat een vierde sluitvlak bevat substantieel loodrecht op het vlak van het paneel, waarbij in gekoppelde toestand van een eerste dergelijk paneel aan een tweede dergelijk paneel aan hun tweede paar tegenoverliggende randen waarbij het mannelijk deel van het eerste dergelijk paneel in het vrouwelijk deel van het tweede dergelijk paneel gebracht werd, het derde sluitvlak van het eerste dergelijk paneel en het vierde sluitvlak van het tweede dergelijk paneel contact maken of nauw bij elkaar aansluiten, waarbij de rand die het vrouwelijk deel bevat boven het vlak parallel met het oppervlak van het paneel en dat het meest proximaal gelegen punt bevat van de ondersnijding in de rand die het vrouwelijk deel bevat, geen onderdelen bevat die buiten het vierde sluitvlak uitsteken. Dergelijke uitvoeringsvormen laten nog beter toe om panelen te maken die toch nog gemakkelijk en betrouwbaar geïnstalleerd kunnen worden als er afwijkingen optreden bij het frezen van de koppeldelen. Dit aangezien er geen onderdelen gefreesd moeten worden aan de bovenkant van het paneel aan de rand die het vrouwelijk deel bevat die uitsteken buiten het vierde sluitvlak.
Een voorkeursuitvoering van de uitvinding wordt daardoor gekenmerkt dat het vierde contactvlak gevormd wordt door de bovenzijde van een ondersnijding waarbij deze ondersnijding aan de bovenzijde begrensd wordt door een deel dat van de rand uitsteekt en waarvan de onderzijde voor ten minste een deel er van deel uitmaakt van het vierde contactvlak.
8 BE2021/5932
Een voorkeursuitvoering van de uitvinding wordt daardoor gekenmerkt dat de rand die het mannelijk deel bevat een derde sluitvlak bevat substantieel loodrecht op het vlak van het paneel en waarbij de rand die het vrouwelijk deel bevat een vierde sluitvlak bevat substantieel loodrecht op het vlak van het paneel, waarbij in gekoppelde toestand van een eerste dergelijk paneel aan een tweede dergelijk paneel aan hun tweede paar tegenoverliggende randen waarbij het mannelijk deel van het eerste dergelijk paneel in het vrouwelijk deel van het tweede dergelijk paneel gebracht werd, het derde sluitvlak van het eerste dergelijk paneel en het vierde sluitvlak van het tweede dergelijk paneel contact maken of nauw met elkaar aansluiten, waarbij het vierde contactvlak gevormd wordt door de bovenzijde van een ondersnijding in de rand die het vrouwelijk deel bevat; bij voorkeur waarbij deze ondersnijding ten minste in de richting loodrecht op de rand van het paneel en in het vlak van het paneel vanaf het vierde sluitvlak een diepte heeft van minstens 1 millimeter, en bij hogere voorkeur van minstens 1.4 millimeter.
Dergelijke uitvoeringsvormen zorgen voor een zekere elasticiteit in de koppeldelen, waardoor zelfs bij afwijkingen van de dimensies van de koppeldelen bij het frezen, er toch nog een betrouwbare koppeling mogelijk wordt.
Een voorkeursuitvoering van de uitvinding wordt daardoor gekenmerkt dat het paneel geconfigureerd is zodat in gekoppelde toestand van een eerste dergelijk paneel aan een tweede dergelijk paneel aan hun tweede paar tegenoverliggende randen waarbij het mannelijk deel van het eerste dergelijk paneel in het vrouwelijk deel van het tweede dergelijk paneel gebracht werd een vergrendeling in de richting loodrecht op de gekoppelde panelen bekomen wordt aan het distale uiteinde van het naar onder gericht vergrendelelement van het eerste dergelijk paneel, waarbij deze vergrendeling ten minste gerealiseerd wordt door een inzetstuk aan het distale uiteinde van het naar onder gericht vergrendelelement van het eerste dergelijk paneel in samenwerking met een uitsparing in de rand van het tweede dergelijk paneel; of door een uitsparing aan het distale uiteinde van het naar onder gericht vergrendelelement van het eerste dergelijk paneel in samenwerking met een inzetstuk in de rand van het tweede dergelijk paneel, waarbij tijdens het koppelen het inzetstuk of ten minste een deel er van vanuit zijn oorspronkelijke positie beweegt, verschuift of buigt, en dan ten minste voor een deel in de richting van zijn oorspronkelijke positie terugkeert, zodat de vergrendeling in de
9 BE2021/5932 richting loodrecht op het vlak van de gekoppelde panelen bekomen wordt. Deze uitvoeringsvormen bieden het synergetisch voordeel dat ruimere toleranties toelaatbaar zijn bij het produceren van de koppeldelen. Het inzetstuk is een afzonderlijk onderdeel, dat via specifieke productietechnieken gemaakt kan worden. Doordat het inzetstuk — of ten minste een deel er van - beweegt, verschuift of buigt tijdens het koppelen, heeft dit de flexibiliteit om productietoleranties in de koppeldelen op te vangen.
Een voorkeursuitvoering van de uitvinding wordt daardoor gekenmerkt dat het distale uiteinde van het naar onder gericht vergrendelelement vrij is van verticaal actieve vergrendeldelen, zodat er in gekoppelde toestand van een eerste dergelijk paneel aan een tweede dergelijk paneel aan hun tweede paar tegenoverliggende randen, waarbij het mannelijk deel van het eerste dergelijk paneel in het vrouwelijk deel van het tweede dergelijke paneel gebracht werd, geen vergrendeling in de richting loodrecht op de gekoppelde panelen bewerkstelligd wordt aan het distale uiteinde van het naar onder gericht vergrendelelement van het eerste dergelijk paneel. Aangezien er aan het distale uiteinde van het naar onder gericht vergrendelelement geen vergrendeldelen gefreesd moeten worden, wordt het frezen van deze rand gemakkelijker. Hierdoor verhoogt de betrouwbaarheid van het installeren van deze panelen.
Een voorkeursuitvoering van de uitvinding wordt daardoor gekenmerkt dat de koppeldelen aan het tweede paar tegenoverliggende randen geconfigureerd zijn zodat in gekoppelde toestand van een eerste dergelijk paneel aan een tweede dergelijk paneel aan hun tweede paar tegenoverliggende randen waarbij het mannelijk deel van het eerste dergelijk paneel in het vrouwelijk deel van het tweede dergelijk paneel gebracht werd, de hoek tussen het vlak van de gekoppelde panelen en de raaklijn in de eerste contactzone 90° of minder dan 90° is, waarbij deze hoek de hoek is in proximale richting van het eerste dergelijk paneel.
Een voorkeursuitvoering van de uitvinding wordt daardoor gekenmerkt dat de koppeldelen aan het tweede paar tegenoverliggende randen geconfigureerd zijn zodat in gekoppelde toestand van een eerste dergelijk paneel aan een tweede dergelijk paneel aan hun tweede paar tegenoverliggende randen waarbij het mannelijk deel van het eerste
10 BE2021/5932 dergelijk paneel in het vrouwelijk deel van het tweede dergelijk paneel gebracht werd, de hoek tussen het vlak van de gekoppelde panelen en de raaklijn in de eerste contactzone minder dan 75° is — en bij voorkeur meer dan 50° is -, waarbij deze hoek de hoek is in proximale richting van het eerste dergelijk paneel. Dergelijke uitvoeringsvormen vergemakkelijken de installatie van de panelen, en dus ook de betrouwbaarheid van de installatie. Het kan voorkomen tijdens het installeren van een paneel dat een paneel terug verwijderd moet worden en opnieuw geïnstalleerd. Bij deze uitvoeringsvorm kan het paneel verwijderd worden aan het tweede paar tegenoverliggende randen door het paneel uit te wentelen. Dit is een eenvoudige methode, die ook vermijdt dat beschadiging optreedt van panelen die verwijderd en opnieuw geplaatst moeten worden.
Een voorkeursuitvoering van de uitvinding wordt daardoor gekenmerkt dat de koppeldelen aan het tweede paar tegenoverliggende randen geconfigureerd zijn zodat in gekoppelde toestand van een eerste dergelijk paneel aan een tweede dergelijk paneel aan hun tweede paar tegenoverliggende randen waarbij het mannelijk deel van het eerste dergelijk paneel in het vrouwelijk deel van het tweede dergelijk paneel gebracht werd, de raaklijn in de eerste contactzone beschouwd in de richting naar de bovenkant van de gekoppelde panelen en naar het eerste dergelijk paneel, de hoek tussen het vlak van de gekoppelde panelen en de raaklijn in de eerste contactzone meer dan 90° bedraagt, en bij voorkeur meer dan 90° bedraagt, en bij voorkeur minder dan 105° bedraagt, waarbij deze hoek de hoek is in proximale richting van het eerste dergelijk paneel. Bij deze uitvoeringsvorm verzorgt de eerste contactzone voor een vergrendeling van de gekoppelde panelen in de richting loodrecht op het vlak van de panelen. Deze uitvoeringsvorm is voordelig om panelen betrouwbaar te kunnen installeren zelfs bij afwijkingen bij het frezen van de betreffende koppeldelen. Deze eerste contactzone bevindt zich op zekere afstand van de bovenkant van het paneel. Afwijkingen bij het frezen kunnen opgevangen worden door buigen of vervormen van de lip van het naar boven gericht onderste haakvormig gedeelte. Dit leidt niet tot een visueel afwijkend beeld van de geïnstalleerde panelen.
Een voorkeursuitvoering van de uitvinding wordt daardoor gekenmerkt dat het naar onder gericht vergrendelelement en het naar boven gericht vergrendelelement
11 BE2021/5932 geconfigureerd zijn zodat bij het koppelen van een eerste dergelijk paneel aan een tweede dergelijk paneel aan hun tweede paar tegenoverliggende randen een voorspanning gevormd wordt in de eerste contactzone, bij voorkeur door toepassing van overlappende contouren van het naar onder gericht vergrendelelement en van het naar boven gericht vergrendelelement, bij hogere voorkeur waarbij deze overlappende contouren een verschil in hoek met het vlak van de panelen hebben van maximaal 5°, bij hogere voorkeur van maximaal 4°, bij hogere voorkeur van maximaal 3°. Deze voorspanning is voordeling om de randen van de gekoppelde panelen tegen elkaar te duwen en hoogteverschil tussen gekoppelde panelen te vermijden. Dit verzorgt een betere installatie. De keuze van het verschil van de hoeken van de overlappende contouren is ook dusdanig dat er bij het optreden van freestoleranties toch nog een betrouwbare installatie mogelijk is.
De voorspanning kan het resultaat zijn van een vervorming, hetzij een elastische verbuiging, hetzij een elastische compressie, hetzij een combinatie van beide.
Een voorkeursuitvoering van de uitvinding wordt daardoor gekenmerkt dat het distale uiteinde van het naar boven gericht vergrendelelement of het distale uiteinde van de lip van het onderste haakvormige gedeelte een vijfde vergrendeldeel bevat voor het realiseren in gekoppelde toestand van een eerste dergelijk paneel aan een tweede dergelijk paneel aan hun tweede paar tegenoverliggende randen waarbij het mannelijk deel van het eerste dergelijk paneel in het vrouwelijk deel van het tweede dergelijk paneel gebracht werd van een vergrendeling in de richting loodrecht op het vlak van de gekoppelde panelen, waarbij het vijfde vergrendeldeel van het tweede dergelijk paneel samenwerkt met een zesde vergrendeldeel aan de tegenoverliggende rand van het eerste dergelijk paneel. Deze uitvoeringsvorm verhoogt de betrouwbaarheid van de installatie als er productietoleranties zijn in de betreffende koppel- en vergrendeldelen. Deze bevinden zich relatief onderaan in het paneel. Productietoleranties kunnen opgevangen worden zonder dat dit zichtbaar wordt in de geïnstalleerde panelen. De lip van het naar boven gericht onderste haakvormig gedeelte kan bijvoorbeeld wat buigen om toleranties op te vangen.
12 BE2021/5932
Bij voorkeur maakt in gekoppelde toestand van het eerste dergelijk paneel aan het tweede dergelijk paneel aan hun tweede paar tegenoverliggende randen het vijfde vergrendeldeel van het tweede dergelijk paneel contact met het zesde vergrendeldeel aan de tegenoverliggende rand van het eerste dergelijk paneel. Dit zorgt voor een goede vergrendeling van de geïnstalleerde panelen en dus een visueel mooie bekleding.
Een voorkeursuitvoering van de uitvinding wordt daardoor gekenmerkt dat volgens een eerste mogelijkheid het vijfde vergrendeldeel ten minste gevormd wordt door een uitsteeksel aan het distale uiteinde van het naar boven gericht vergrendelelement of aan het distale uiteinde van de lip van het onderste haakvormige gedeelte en het zesde vergrendeldeel ten minste gevormd wordt door een ondersnijding of een uitsparing aan de rand die het mannelijk deel bevat; of dat volgens een tweede mogelijkheid het vijfde vergrendeldeel ten minste gevormd wordt door een ondersnijding aan het distale uiteinde van het naar boven gericht vergrendelelement of aan het distale uiteinde van de lip van het onderste haakvormige gedeelte en het zesde vergrendeldeel ten minste gevormd wordt door een uitstekend deel aan de rand die het mannelijk deel bevat; bij voorkeur waarbij deze ondersnijding een hoek maakt tussen 20° en 30° met het vlak van het paneel.
Een voorkeursuitvoering van de uitvinding wordt daardoor gekenmerkt dat in gekoppelde toestand van het eerste dergelijk paneel aan het tweede dergelijk paneel aan hun tweede paar tegenoverliggende randen het vijfde vergrendeldeel van het tweede paneel geen contact maakt met het zesde vergrendeldeel aan de tegenoverliggende rand van het eerste paneel. Aangezien er geen contact is tussen het vijfde vergrendeldeel en het zesde vergrendeldeel aan gekoppelde randen van het tweede paar tegenoverliggende randen, kunnen productietoleranties ten minste van deze vergrendeldelen, maar ook andere productietoleranties, er opgevangen worden zonder dat dit een negatief effect heeft op het gemak van installatie van de panelen of het visuele resultaat van de bekleding gevormd door deze panelen.
Een voorkeursuitvoering van de uitvinding wordt daardoor gekenmerkt dat in gekoppelde toestand van het eerste dergelijk paneel aan het tweede dergelijk paneel aan hun tweede paar tegenoverliggende randen waarbij het mannelijk deel van het eerste
13 BE2021/5932 dergelijk paneel in het vrouwelijk deel van het tweede dergelijk paneel gebracht werd, de loodrechte projecties op het vlak van de gekoppelde panelen van het vijfde vergrendeldeel van het tweede dergelijk paneel en van het zesde vergrendeldeel van het eerste dergelijk paneel een overlap hebben van minder dan 0.15 millimeter, en bij voorkeur van minder dan 0.12 millimeter en bij hogere voorkeur van ten hoogste 0.10 millimeter. Deze uitvoeringsvormen zorgen voor het opvangen van productietoleranties en tevens voor een goede verticale vergrendeling van de koppeling van panelen aan hun tweede paar tegenoverliggende randen. Dit draagt verder bij tot betrouwbaar installeren van de panelen tot een visueel aantrekkelijke bekleding, zelfs bij wat ruimere productietoleranties in de koppeldelen aan het tweede paar tegenoverliggende randen.
Een voorkeursuitvoering van de uitvinding wordt daardoor gekenmerkt dat in gekoppelde toestand van het eerste dergelijk paneel aan het tweede dergelijk paneel aan hun tweede paar tegenoverliggende randen waarbij het mannelijk deel van het eerste dergelijk paneel in het vrouwelijk deel van het tweede dergelijk paneel gebracht werd, er loodrecht op het vijfde vergrendeldeel van het tweede dergelijk paneel er overal een afstand tot het zesde vergrendeldeel van het eerste dergelijk paneel is van minstens 0.15 millimeter, bij voorkeur van minstens 0.17 millimeter. Deze uitvoeringsvormen zorgen voor het opvangen van productietoleranties en tevens voor een goede verticale vergrendeling van de koppeling van panelen aan hun tweede paar tegenoverliggende randen. Dit draagt verder bij tot betrouwbaar installeren van de panelen tot een visueel aantrekkelijke bekleding, zelfs bij wat ruimere productietoleranties in de koppeldelen aan het tweede paar tegenoverliggende randen.
Een voorkeursuitvoering van de uitvinding wordt daardoor gekenmerkt dat het vijfde vergrendeldeel ten minste door een ondersnijding gevormd wordt aan het distale uiteinde van het naar boven gericht vergrendelelement of aan het distale uiteinde van de lip van het onderste haakvormige gedeelte, en dat het zesde vergrendeldeel ten minste gevormd wordt door een uitstekend deel aan de rand die het mannelijk deel bevat.
Een voorkeursuitvoering van de uitvinding wordt daardoor gekenmerkt dat de absolute waarde van het verschil tussen de hoek die het oppervlak van het vijfde vergrendeldeel
14 BE2021/5932 maakt met het vlak van de panelen en de hoek die het oppervlak van het zesde vergrendeldeel maakt met het vlak van de panelen kleiner is dan 5°, bij voorkeur kleiner is dan 3°, bij hogere voorkeur kleiner is dan 2°.
Een voorkeursuitvoering van de uitvinding wordt daardoor gekenmerkt dat noch het distale uiteinde van het naar boven gericht vergrendelelement noch het distale uiteinde van de lip van het onderste haakvormige gedeelte een vergrendeldeel bevat voor het verzorgen van een vergrendeling in de richting loodrecht op de gekoppelde panelen bij koppelen van een eerste dergelijk paneel aan een tweede dergelijk paneel aan hun tweede paar tegenoverliggende randen waarbij het mannelijk deel van het eerste dergelijk paneel in het vrouwelijk deel van het tweede dergelijk paneel gebracht wordt.
Een voorkeursuitvoering van de uitvinding wordt daardoor gekenmerkt dat in gekoppelde toestand van een eerste dergelijk paneel aan een tweede dergelijk paneel aan hun tweede paar tegenoverliggende randen waarbij het mannelijk deel van het eerste dergelijk paneel in het vrouwelijk deel van het tweede dergelijk paneel gebracht wordt, de afstand gemeten in de richting loodrecht op het vlak van de panelen tussen de onderzijde van het van het naar onder gericht vergrendelelement van het eerste dergelijk paneel en de bovenzijde van de lip van het onderste haakvormige gedeelte van het tweede dergelijk paneel in de distale helft van de verticale projectie op het vlak van de panelen van het naar onder gericht vergrendelelement van het eerste paneel overal ten minste 0.07 millimeter is, en bij voorkeur overal minstens 0.10 millimeter is. Dergelijke panelen hebben het voordeel dat ze nog op meer betrouwbare manier tot een visueel mooie en degelijke bekleding geïnstalleerd kunnen worden zelfs als wat grotere productie afwijkingen optreden bij het frezen van de koppeldelen aan het tweede paar tegenoverliggende randen.
Een voorkeursuitvoering van de uitvinding wordt daardoor gekenmerkt dat in gekoppelde toestand van een eerste dergelijk paneel aan een tweede dergelijk paneel aan hun tweede paar tegenoverliggende randen waarbij het mannelijk deel van het eerste dergelijk paneel in het vrouwelijk deel van het tweede dergelijk paneel gebracht wordt, de kleinste waarde van de afstand gemeten in de richting loodrecht op het vlak van de
15 BE2021/5932 panelen tussen de onderzijde van het naar onder gericht vergrendelelement van het eerste paneel en de bovenzijde van de lip van het onderste haakvormige gedeelte van het tweede dergelijk paneel in de distale helft van de verticale projectie op het vlak van de panelen van het naar onder gericht vergrendelelement van het eerste paneel groter is dan de kleinste waarde van de afstand gemeten in de richting loodrecht op het vlak van de panelen tussen de onderzijde van het van het naar onder gericht vergrendelelement van het eerste paneel en de bovenzijde van de lip van het onderste haakvormige gedeelte van het tweede paneel in de proximale helft van de verticale projectie op het vlak van de panelen van het naar onder gericht vergrendelelement van het eerste paneel. Dergelijke panelen hebben het voordeel dat ze nog op meer betrouwbare manier tot een visueel mooie en degelijke bekleding geïnstalleerd kunnen worden zelfs als wat grotere productie afwijkingen optreden bij het frezen van de koppeldelen aan het tweede paar tegenoverliggende randen.
Een voorkeursuitvoering van de uitvinding wordt daardoor gekenmerkt dat aan de onderzijde van de lip van het onderste haakvormige gedeelte een zich tot aan het distale uiteinde van de lip uitstrekkende uitsparing aanwezig is, bij voorkeur waarbij deze uitsparing zich in proximale richting tot voorbij het naar boven gericht vergrendelelement uitstrekt. Deze uitvoeringsvorm laat een naar beneden buigen toe van de lip van het naar boven gericht onderste haakvormig gedeelte, waardoor afwijkingen bij het frezen gecompenseerd kunnen worden tijdens de installatie van de panelen.
Bij hogere voorkeur strekt in gekoppelde toestand van een eerste dergelijk paneel aan een tweede dergelijk paneel aan hun tweede paar tegenoverliggende randen waarbij het eerste dergelijk paneel met zijn mannelijk deel in het vrouwelijk deel van het tweede dergelijk paneel gebracht werd, de uitsparing aan de onderzijde van de lip van het onderste haakvormige gedeelte van het tweede dergelijk paneel zich in proximale richting van het tweede dergelijk paneel niet uit tot aan de verticale projectie van de eerste contactzone op de onderkant van de aldus gekoppelde panelen.
Een voorkeursuitvoering van de uitvinding wordt daardoor gekenmerkt dat het naar onder gericht vergrendelelement zich in de proximale helft ervan dieper uit strekt dan in
16 BE2021/5932 de distale helft ervan, waarbij dit verschil bij voorkeur ten minste 0.20 millimeter bedraagt, en bij hogere voorkeur ten minste 0.25 millimeter bedraagt. Deze uitvoeringsvorm laat toe om in gekoppelde toestand de verticale afstand tussen de onderkant van het naar onder gericht vergrendelelement en de lip van het naar boven gericht onderste haakvormig gedeelte in het distale deel van het naar onder gericht vergrendelelement groter te maken dan in het proximale deel van het naar onder gericht vergrendelelement. Hierdoor kunnen afwijkingen in productie van koppeldelen beter gecompenseerd worden, zodat een betrouwbare installatie van een visueel aantrekkelijke bekleding bekomen kan worden.
Een voorkeursuitvoering van de uitvinding wordt daardoor gekenmerkt dat het decoratief paneel een toplaag en een substraat bevat; waarbij het substraat bestaat uit of één of meerdere bevat van - een houtvezelplaat, bij voorkeur een MDF of een HDF plaat; - een spaanplaat; - één of meerdere lagen al dan niet gevuld polymeer (bij voorkeur gevuld met minerale vulmiddelen), bij voorkeur thermoplastisch polymeer, bij voorkeur polyvinyl chloride; waarbij optioneel één of meerdere lagen geschuimd kunnen zijn; - één of meerdere lagen die een minerale matrix bevatten met vulmiddelen; bijvoorbeeld een minerale matrix gebaseerd op Portland cement of op magnesium oxide of op gips; of - één of meerdere houtlagen.
Een voorkeursuitvoering van de uitvinding wordt daardoor gekenmerkt dat het decoratief paneel een toplaag en een substraat bevat, waarbij de toplaag een decoratieve laag in de vorm van een bedrukking bevat, bij voorkeur waarbij de decoratieve laag bekomen wordt op een van de volgende wijzen: een bedrukking op het substraat, een bedrukte papierlaag geïmpregneerd met hars (bij voorkeur geïmpregneerd met melamine hars of met een acrylaat hars), of een bedrukte polymeer folie (bij voorkeur een bedrukte polyvinyl chloride folie).
17 BE2021/5932
Een voorkeursuitvoering van de uitvinding wordt daardoor gekenmerkt dat het decoratief paneel een toplaag en een substraat bevat, waarbij de toplaag een doorzichtige of doorschijnende slijtlaag bevat, waarbij de slijtlaag één of meerdere bevat van een polymeerfolie (bij voorkeur een polyvinyl chloride folie), een papierlaag geïmpregneerd met hars (bij voorkeur melamine hars of een acrylaathars) of een laklaag (bij voorkeur een acrylaatlaag).
Bij hogere voorkeur bevat de slijtlaag partikels die de abrasieweerstand van de slijtlaag verhogen. Een voorbeeld van dergelijke partikels zijn korund partikels.
Een voorkeursuitvoering van de uitvinding wordt daardoor gekenmerkt dat de koppeldelen aan het eerste paar tegenoverliggende randen hoofdzakelijk uit het materiaal van het paneel zelf verwezenlijkt zijn; en dat de koppeldelen aan het eerste paar tegenoverliggende randen zodanig geconfigureerd zijn dat twee dergelijke panelen aan deze randen door middel van een wentelbeweging en/of door middel van een horizontale schuifbeweging met snapeffect aan elkaar kunnen worden gekoppeld.
Een voorkeursuitvoering van de uitvinding wordt daardoor gekenmerkt dat de koppeldelen aan het eerste paar tegenoverliggende randen gevormd worden door een tanden een groef; waarbij de groef begrensd wordt door een bovenste lip en een onderste lip, waarbij bij voorkeur de onderste lip verder uitsteekt dan de bovenste lip, waarbij de rand die de tand bevat en de rand die de groef bevat elk een vergrendeldeel bevatten voor het vergrendelen in de richting in het vlak van de panelen en loodrecht op de gekoppelde randen bij koppeling van twee dergelijke panelen aan hun eerste paar tegenoverliggende randen.
Bij hogere voorkeur wordt het vergrendeldeel aan de rand die de tand bevat gevormd door een uitsparing aan de onderzijde van de tand; en wordt het vergrendeldeel aan de rand die de groef bevat gevormd wordt door een opstaand vergrendeldeel aan de onderste lip, bij voorkeur aan het distale uiteinde van de onderste lip. Dergelijke uitvoering leidt tot een configuratie die bijzonder robuust is voor productie-afwijkingen. Zo kan bijvoorbeeld een uitbuiging van de onderste lip worden bekomen in de gekoppelde
18 BE2021/5932 toestand. Het voorzien van koppeldelen met het oog op dergelijke verbuiging laat toe onder een variëteit van omstandigheden een hoog kwalitatieve gekoppelde toestand te verkrijgen, waarbij de naden kunnen worden gesloten, en waarbij ook een verticale ondersteuning van de onderzijde van de tand op de onderste groeflip kan worden gegarandeerd.
Zoals voornoemd, voorziet de samenwerking tussen tand en groef, volgens de meest voorkeurdragende uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding, in verticale ondersteuningsvlakken gevormd door één of meerdere contacten tussen de onderzijde van de tand en de bovenzijde van de onderste groeflip. Bij voorkeur bevindt minstens één contact zich op het gedeelte van de onderlip dat zich uitstrekt voorbij de bovenste groeflip. Dergelijk contact kan zich in de onmiddellijke omgeving van het opstaand vergrendeldeel bevinden, hier nagenoeg bij aansluiten of aansluiten en/of meer proximaal op een afstand van het voornoemde vergrendeldeel, bijvoorbeeld met een gedeelte van het contact verticaal onder het distale uiteinde van de bovenste groeflip of met een gedeelte van het contact op een afstand van het distale uiteinde van de bovenste groeflip die kleiner is dan de horizontaal gemeten diepte van de groef. Het is ook mogelijk dat beide contacten aanwezig zijn, bijvoorbeeld één contact aansluitend met het opstaand vergrendeldeel en één contact op een afstand van het distale uiteinde van de bovenste groeflip, waarbij deze contacten gescheiden zijn door een spatie of luchtkamer.
Bij voorkeur is de onderste groeflip in de voornoemde gekoppelde toestand verbogen, bijvoorbeeld over een verticale afstand van minstens 0.03mm. Het betreft bij voorkeur een elastische verbuiging die minstens gedeeltelijk terug wordt opgeheven bij ontkoppeling. Dergelijke elastische verbuiging kan voor een actief dichten van mogelijke naden zorgen.
Een voorkeursuitvoering van de uitvinding wordt daardoor gekenmerkt dat de randen van het decoratief paneel geconfigureerd zijn zodat de rand van het tweede paar tegenoverliggende randen die het mannelijk deel bevat gekoppeld kan worden aan de rand van het eerste paar tegenoverliggende randen die de groef bevat, waarbij zowel een vergrendeling van deze gekoppelde randen in het vlak van deze gekoppelde panelen en
19 BE2021/5932 loodrecht op de betreffende randen bekomen wordt, als een vergrendeling in de richting loodrecht op het vlak van de gekoppelde panelen.
Een voorkeursuitvoering van de uitvinding wordt daardoor gekenmerkt dat de randen van het decoratief paneel geconfigureerd zijn zodat de rand van het eerste paar tegenoverliggende randen die de tand bevat gekoppeld kan worden aan de rand van het tweede paar tegenoverliggende randen die het vrouwelijk deel bevat, waarbij zowel een vergrendeling van deze gekoppelde randen in het vlak van deze gekoppelde panelen en loodrecht op de betreffende randen bekomen wordt, als een vergrendeling in de richting loodrecht op het vlak van de gekoppelde panelen.
Deze uitvoeringsvormen laten toe om dezelfde configuratie panelen zowel in standaard installatie patronen als in speciale installatiepatronen, zoals bijvoorbeeld visgraatpatroon, te gebruiken. Voor visgraatpatroon zijn dan wel twee types panelen nodig, waarbij het ene type paneel qua koppeldelen aan het eerste paar tegenoverliggende randen gespiegeld 1s ten opzichte van het tweede type panelen.
Een voorkeursuitvoering van de uitvinding wordt daardoor gekenmerkt dat de tand en de ondersnijding die aan de bovenzijde het vierde contactvlak bevat geconfigureerd zijn zodat de rand van het eerste paar tegenoverliggende randen die de tand bevat gekoppeld kan worden aan de rand van het tweede paar tegenoverliggende randen die het vrouwelijk deel bevat, waarbij de tand ten minste ten dele gebracht wordt in de ondersnijding die aan de bovenzijde het vierde contactvlak bevat, waarbij deze tand en deze ondersnijding een vergrendeling verzorgen in de richting loodrecht op de aldus gekoppelde panelen.
Een voorkeursuitvoering van de uitvinding wordt daardoor gekenmerkt dat het paneel ten hoogste 5 mm dik is, en bij voorkeur ten hoogste 4.5 millimeter dik is, en bij hogere voorkeur ten hoogste 4 millimeter dik 1s.
In het algemeen wordt opgemerkt dat het gebrek aan verticaal actieve ondersteuningsvlakken zoals gedefinieerd aan de hand van de tweede alternatieve
20 BE2021/5932 definitie van het eerste aspect, bij voorkeur wordt gecompenseerd aan de hand van één of een combinatie van twee of meer van de volgende kenmerken: - de lengte van het voornoemde tweede paar tegenoverliggende randen is kleiner dan 40 maal de dikte van het betreffende decoratieve paneel. Op deze manier kan de gekoppelde toestand van het voornoemde tweede paar tegenoverliggende randen in enige mate ondersteund blijven door de gekoppelde toestand van beide aanliggende eerste paar tegenoverliggende randen; - de lengte van het voornoemde tweede paar tegenoverliggende randen is kleiner dan 180 mm. Ook hier kan de gekoppelde toestand van het voornoemde tweede paar tegenoverliggende randen in enige mate ondersteund blijven door de gekoppelde toestand van beide aanliggende eerste paar tegenoverliggende randen; - de dikte van het betreffende decoratieve paneel is 4 mm of meer. De dikte van het paneel kan bijdragen aan de verticale ondersteuning van de gekoppelde toestand; - het voornoemde tweede paar tegenoverliggende randen omvat verticaal actieve ondersteuningsvlakken op een positie boven voornoemde tweede contactzone.
Dergelijke verticale ondersteuningsvlakken kunnen de kwaliteit van de gekoppelde toestand vergroten onder meer doordat zij voor een goede aansluiting in de hoogte kunnen zorgen; - de voornoemde tweede contactzone betreft een samenwerking onder spanning.
De afwezigheid van verticale ondersteuningsvlakken, of de aanwezigheid van een afstand zoals in de voornoemde eerste definitie, kan ervoor zorgen dat een eerste vergrendeldeel, bijvoorbeeld in de vorm van een uitsteeksel aan het distale uiteinde van het naar onder gericht vergrendelelement bevindt, vlot in samenwerking kan worden gebracht met een tweede vergrendeldeel, bijvoorbeeld in de vorm van een ondersnijding aan het proximale uiteinde van de rand die het vrouwelijke deel, zelfs wanneer deze een enigszins overlappende contour zouden vertonen. Door de veerkracht van het mannelijk deel, kan dit mannelijk deel met het eerste vergrendeldeel enigszins naar beneden gebogen in het vrouwelijk deel worden aangebracht. De aanwezige spatie, gecreëerd door voornoemde afstand, kan hiertoe worden aangewend. Deze veerkracht wordt bij uitstek verwacht bij
21 BE2021/5932 decoratieve panelen met een substraat dat één of meerdere lagen al dan niet gevuld polymeer (bij voorkeur gevuld met minerale vulmiddelen), bij voorkeur thermoplastisch polymeer, bij voorkeur polyvinyl chloride bevat. Door de mogelijkheid een samenwerking onder spanning te bekomen bij de tweede contactzone, zonder hierbij het installeren al te veel te bemoeilijken, kan een betere kwaliteit van de aansluiting in de hoogterichting tussen de gekoppelde decoratieve panelen worden bekomen; - proximaal van het eerste vergrendeldeel is het bovenste haakvormige gedeelte vrij van uitsparingen die de paneeldikte reduceren tot op de helft of minder. In het bijzonder strekt de uitsparing die het naar onder gericht vergrendelelement proximaal begrenst zich aldus maximaal uit tot op de helft van de paneeldikte.
Het vermijden van diepe uitsparingen leidt tot een stijver geheel, waardoor op zich al enige ondersteuning wordt bekomen. - het voornoemde eerste paar tegenoverliggende randen omvat verticaal actieve ondersteuningsvlakken. Zo bijvoorbeeld kunnen de contacten tussen de onderzijde van een tand en de bovenzijde van een onderste groeflip, zoals hoger nog besproken, verticaal actieve ondersteuningsvlakken vormen. De aanwezigheid van dergelijke contacten helpt mee in de ondersteuning van de gekoppelde toestand aan het tweede paar tegenoverliggende randen.
Het tweede aspect van de uitvinding betreft een set van decoratieve panelen. De set bevat een eerste type panelen en de set bevat een tweede type panelen. Bij zowel het eerste type panelen als bij het tweede type panelen zijn de randen van de panelen geconfigureerd zodat de rand van het tweede paar tegenoverliggende randen die het mannelijk deel bevat gekoppeld kan worden aan de rand van het eerste paar tegenoverliggende randen die de groef bevat, waarbij zowel een vergrendeling van deze gekoppelde randen in het vlak van deze gekoppelde panelen en loodrecht op de betreffende randen bekomen wordt, als een vergrendeling in de richting loodrecht op het vlak van de gekoppelde panelen. Bij zowel het eerste type panelen als bij het tweede type panelen zijn de randen van de panelen geconfigureerd zodat de rand van het eerste paar tegenoverliggende randen die de tand bevat gekoppeld kan worden aan de rand van het tweede paar tegenoverliggende randen die het vrouwelijk deel bevat, waarbij zowel een
29 BE2021/5932 vergrendeling van deze gekoppelde randen in het vlak van deze gekoppelde panelen en loodrecht op de betreffende randen bekomen wordt, als een vergrendeling in de richting loodrecht op het vlak van de gekoppelde panelen. Bovendien zijn de randen van het decoratief paneel van het eerste type en de randen van het decoratief paneel van het tweede type geconfigureerd zodat de rand van het tweede paar tegenoverliggende randen die het mannelijk deel bevat van een paneel van het eerste type gekoppeld kan worden aan de rand van het eerste paar tegenoverliggende randen die de groef bevat van een paneel van het tweede type, waarbij zowel een vergrendeling van deze gekoppelde randen in het vlak van deze gekoppelde panelen en loodrecht op de betreffende randen bekomen wordt, als een vergrendeling in de richting loodrecht op het vlak van de gekoppelde panelen Bovendien zijn de randen van het decoratief paneel van het eerste type en de randen van het decoratief paneel van het tweede type geconfigureerd zodat de rand van het eerste paar tegenoverliggende randen die de tand bevat van een paneel van het tweede type gekoppeld kan worden aan de rand van het tweede paar tegenoverliggende randen die het vrouwelijk deel bevat van een paneel van het tweede type, waarbij zowel een vergrendeling van deze gekoppelde randen in het vlak van deze gekoppelde panelen en loodrecht op de betreffende randen bekomen wordt, als een vergrendeling in de richting loodrecht op het vlak van de gekoppelde panelen.
Met deze set panelen kan een bekleding in visgraat gerealiseerd worden die betrouwbaar tot een visueel mooie visgraatbekleding geïnstalleerd kan worden, zelfs als zijn er tijdens de productie van de koppeldelen van een of van beide types van de panelen relatief grote afwijkingen opgetreden.
Een voorkeursuitvoering van het tweede aspect van de uitvinding wordt daardoor gekenmerkt dat de koppeldelen aan het eerste paar tegenoverliggende randen van het eerste type panelen gespiegeld zijn ten opzichte van de koppeldelen aan het eerste paar tegenoverliggende randen van het tweede type panelen.
Met het inzicht de kenmerken van de uitvinding beter aan te tonen, zijn hierna, als voorbeeld zonder enig beperkend karakter, enkele voorkeurdragende uitvoeringsvormen beschreven, met verwijzing naar de bijgaande tekeningen, waarin:
23 BE2021/5932 figuur 1 schematisch en in perspectief een gedeelte van een vloerbekleding weergeeft die uit vloerpanelen volgens de uitvinding bestaat; figuur 2 op een grotere schaal het gedeelte weergeeft dat in figuur 1 met F2 is aangeduid; figuur 3 in bovenaanzicht een vloerpaneel uit de vloerbekleding van figuren 1 en 2 weergeeft, figuren 4 en 5 op een grotere schaal doorsneden weergeven respectievelijk volgens lijnen IV-IV en V-V in figuur 3; figuur 6 de koppeldelen van figuur 4 in gekoppelde toestand toont; figuren 7 en 8 de speciale optionele koppelingsmogelijkheden tonen van de uitvoeringsvorm van het paneel geïllustreerd in de figuren 4 - 6; figuren 9 — 16 uitvoeringsvormen illustreren van de uitvinding, en figuren 17 en 18 illustreren hoe de uitvinding toegepast kan worden voor het realiseren van speciale installatiepatronen.
Figuur 1 geeft schematisch en in perspectief een gedeelte van een vloerbekleding weer die uit decoratieve panelen 1 volgens de uitvinding bestaat. Figuur 2 geeft op een grotere schaal het gedeelte weer dat in figuur 1 met F2 aangeduid is. Figuur 3 geeft in bovenaanzicht een vloerpaneel 1 uit de vloerbekleding van figuren 1 en 2 weer.
De decoratieve panelen 1 van dit voorbeeld zijn aan hun randen zodanig geconfigureerd dat zij onderling koppelbaar zijn volgens het zogenaamde fold-down principe. Dit is een principe dat op zichzelf bekend is, en dat erin bestaat dat dergelijke vloerpanelen 1 aan het eerste paar randen 2-3 door een wentelbeweging R aan elkaar kunnen worden gekoppeld, en aan het tweede paar randen 4-5 door een neerwaartse beweging M aan elkaar kunnen gekoppeld worden, waarbij de neerwaartse beweging M het gevolg is van de wentelbeweging R en dus in hoofdzaak gelijktijdig tot stand komt. De vloerpanelen 1 zijn hierbij aan hun randen 2-3 en 4-5 tevens zodanig geconfigureerd dat uiteindelijk een vergrendeling in verticale richting V en ook in horizontale richting H, dit laatste loodrecht op de betreffende randen, tot stand komt.
24 BE2021/5932
Figuren 4 en 5 geven op een grotere schaal doorsneden weer respectievelijk volgens lijnen IV-IV en V-V in figuur 3. Hierbij illustreert figuur 4 de koppeldelen 8, 9 aan het tweede paar tegenoverliggende randen 4, 5 van een voorbeeld van een paneel 1 volgens de uitvinding; en figuur 5 de koppeldelen 6, 7 aan het eerste paar tegenoverliggende randen 2, 3 van dit voorbeeld van een paneel 1 volgens de uitvinding.
Figuur 4 illustreert de koppeldelen 8, 9 aan het tweede paar tegenoverliggende randen 4, 5 van een voorbeeld van een paneel 1 volgens de uitvinding. Figuur 6 toont twee dergelijke panelen 1 gekoppeld aan hun tweede paar tegenoverliggende randen 4, 5.
Het tweede paar tegenoverliggende randen 4-5 bevat koppeldelen 8-9 die toelaten dat twee dergelijke panelen 1 onderling aan elkaar kunnen worden gekoppeld. Deze koppeldelen 8-9 zijn hoofdzakelijk uit het materiaal van het paneel 1 zelf verwezenlijkt.
De koppeldelen 8-9 bevatten een horizontaal actief vergrendelsysteem dat in een gekoppelde toestand van twee dergelijke panelen 1 een vergrendeling in het vlak van de panelen 1 en loodrecht op de betreffende randen 4-5 bewerkstelligt. Het horizontaal actieve vergrendelsysteem van het tweede paar randen 4-5 wordt gevormd uit een naar boven gericht onderste haakvormig gedeelte 10 dat zich aan één van deze twee randen 4 bevindt, en uit een naar onder gericht bovenste haakvormig gedeelte 11 dat zich aan de tegenoverliggende rand 5 bevindt. Het onderste haakvormige gedeelte 10 bestaat uit een lip 12 met een naar boven gericht vergrendelelement 13 dat proximaal daarvan een vrouwelijk deel 14 in de vorm van een uitsparing definieert, terwijl het bovenste haakvormige gedeelte 11 bestaat uit een lip 15 met een naar onder gericht vergrendelelement 16 dat een mannelijk deel 17 vormt.
Twee dergelijke panelen 1 kunnen aan hun betreffende randen 4-5 door middel van een neerwaartse beweging M van een eerste dergelijk paneel 1 ten opzichte van een tweede dergelijk paneel 1 aan elkaar worden gekoppeld, waarbij het mannelijk deel 17 van het eerste dergelijk paneel 1 in het vrouwelijk deel 14 van het tweede dergelijk paneel 1 gebracht wordt.
25 BE2021/5932
Het proximale uiteinde van het naar onder gericht vergrendelelement 16 bevat een eerste contactoppervlak 18. Het proximale uiteinde van het naar boven gericht vergrendelelement 13 bevat een tweede contactoppervlak 20.
In gekoppelde toestand, zoals weergegeven in figuur 6, van een eerste dergelijk paneel 1 aan een tweede dergelijk paneel 1 aan hun tweede paar tegenoverliggende randen 4-5 is er contact tussen het eerste contactvlak 18 van het eerste paneel 1 en het tweede contactvlak 20 van het tweede dergelijk paneel 1. Dit contact vormt een eerste contactzone C1. Deze contactzone C1 zorgt voor een vergrendeling van de gekoppelde panelen 1 in horizontale richting. Dit is de richting loodrecht op de gekoppelde randen 4-5 en in het vlak van de gekoppelde panelen 1.
In gekoppelde toestand van het eerste dergelijk paneel 1 aan het tweede dergelijk paneel l aan hun tweede paar tegenoverliggende randen 4-5 is er geen contact tussen de onderzijde 70 van het naar onder gericht vergrendelelement 16 van het eerste dergelijk paneel en de bovenzijde 71 van de lip 12 van het onderste haakvormige gedeelte 10 van het tweede dergelijk paneel. De afstand D1 tussen de onderzijde 70 van het naar onder gericht vergrendelelement 16 van het eerste dergelijk paneel 1 en de bovenzijde 71 van de lip 12 van het onderste haakvormige gedeelte 10 van het tweede dergelijk paneel 1 bedraagt overal minstens 0.05 millimeter. In dit voorbeeld 1s 0.05 millimeter de kleinste afstand D6 tussen de onderzijde van het naar onder gericht vergrendelelement 16 van het eerste dergelijk paneel 1 en de bovenzijde van de lip 12 van het onderste haakvormige gedeelte 10 van het tweede dergelijk paneel 1.
Er wordt opgemerkt dat het paneel 1 uit het voorbeeld tevens de kenmerken van de tweede alternatieve definitie van het eerste aspect van de uitvinding vertoont, namelijk dat het paneel 1 in de gekoppelde toestand vrij is van verticaal actieve ondersteuningsvlakken tussen de onderzijde 70 van het naar onderen gericht vergrendelelement 16 en de bovenzijde 71 van de lip 12 van het onderste haakvormige gedeelte 10.
26 BE2021/5932
Het decoratieve paneel 1 bevat een verticaal actief vergrendelsysteem aan het tweede paar tegenoverliggende randen 4, 5. In het paneel van het voorbeeld bevat dit verticaal actief vergrendelsysteem een eerste vergrendeldeel 19 en een tweede vergrendeldeel 21.
Het eerste vergrendeldeel 19 bevindt zich aan het distale uiteinde van het naar onder gericht vergrendelelement 16. Het tweede vergrendeldeel 21 bevindt zich aan het proximale uiteinde van de rand 4 die het vrouwelijke deel 14 bevat. Het eerste vergrendeldeel 19 bevat een derde contactoppervlak 23. Het tweede vergrendeldeel 21 bevat een vierde contactoppervlak 24. In gekoppelde toestand van een eerste dergelijk paneel 1 aan een tweede dergelijk paneel 1 aan hun tweede paar tegenoverliggende randen 4, 5 maakt het derde contactvlak 25 van het eerste paneel 1 contact in een tweede contactzone C2 met het vierde contactvlak 24 van het tweede dergelijk paneel 1, waarbij een vergrendeling gevormd wordt in de richting loodrecht op de aldus gekoppelde panelen 1.
In het getoonde voorbeeld bevindt het derde contactvlak 23 zich aan de bovenzijde van een uitstekend onderdeel van het naar onder gericht vergrendelelement 16. Dit uitstekend deel bevindt zich onder een uitsparing 72 in het naar onder gericht vergrendelelement 16.
Het vierde contactvlak 24 wordt gevormd door ten minste een deel van de bovenzijde van een ondersnijding 73 in de rand 4 die het vrouwelijk deel 14 bevat
De rand 5 die het mannelijk deel 17 bevat, bevat een derde sluitvlak 74 substantieel loodrecht op het vlak van het paneel. De rand 4 die het vrouwelijk deel 14 bevat, bevat een vierde sluitvlak 75 substantieel loodrecht op het vlak van het paneel. . In het getoonde voorbeeld heeft deze ondersnijding 73 in de richting loodrecht op de rand van het paneel 1 en in het vlak van het paneel 1 vanaf het vierde sluitvlak 75 een diepte D2 1.5 millimeter.
In gekoppelde toestand van een eerste dergelijk paneel 1 aan een tweede dergelijk paneel 1 aan hun tweede paar tegenoverliggende randen 4, 5 waarbij het mannelijk deel 17 van het eerste dergelijk paneel 1 in het vrouwelijk deel 14 van het tweede dergelijk paneel 1 gebracht werd, maken het derde sluitvlak 74 van het eerste dergelijk paneel 1 en het
27 BE2021/5932 vierde sluitvlak 75 van het tweede dergelijk paneel 1 contact met elkaar of sluiten ze nauw bij elkaar aan.
In het getoonde voorbeeld bevat de rand 4 met het vrouwelijk deel 14, boven het vlak H1 parallel met het oppervlak van het paneel 1 en dat het meest proximaal gelegen punt 81 bevat van de ondersnijding 73 in de rand 4 die het vrouwelijk deel 14 bevat, geen onderdelen die buiten het vierde sluitvlak 75 uitsteken.
Alternatief is het ook mogelijk dat het vierde contactvlak 24 gevormd wordt door de bovenzijde van een ondersnijding waarbij deze ondersnijding aan de bovenzijde begrensd wordt door een deel dat van de rand 4 uitsteekt en waarvan de onderzijde voor ten minste een deel ervan deel uitmaakt van het vierde contactvlak 24.
In het getoond voorbeeld maakt de raaklijn T2 in de tweede contactzone C2 een hoek A2 met het vlak van het paneel van 30°, waarbij de betreffende raaklijn T2 stijgend is in distale richting beschouwd ten opzichte van de rand 4 met het vrouwelijk deel 14.
In het getoonde voorbeeld overlapt in gekoppelde toestand de verticale projectie van het eerste vergrendeldeel 19 van het eerste dergelijk paneel 1 op het vlak van de panelen over een afstand D8 gelijk aan 0.07 millimeter met de verticale projectie op het vlak van de panelen 1 van het tweede vergrendeldeel 21 van het tweede dergelijk paneel 1. Er wordt opgemerkt dat, in het voorbeeld, in gekoppelde toestand van een eerste dergelijk paneel 1 aan een tweede dergelijk paneel 1 aan hun tweede paar tegenoverliggende randen 4-5 waarbij het mannelijk deel 17 van het eerste dergelijk paneel 1 in het vrouwelijk deel 14 van het tweede dergelijk paneel 1 gebracht is, de verticale projectie van de voornoemde tweede contactzone C2 op het vlak van de panelen 1 zich over een afstand D8 van minder dan 0.10 millimeter, en bij voorkeur over hoogstens 0.07 millimeter, uitstrekt, gemeten loodrecht op de betreffende randen 4-5.
In het getoonde voorbeeld is de hoek A1 tussen het vlak van de gekoppelde panelen en de raaklijn T1 in de eerste contactzone C1 67°. Deze hoek A1 is de hoek in proximale
28 BE2021/5932 richting van het eerste dergelijk paneel, hoek A1 zoals aangeduid op figuur 6. Dit is gemeten in wijzerzin van de horizontale naar de raaklijn T1.
In het getoonde voorbeeld zijn het naar onder gericht vergrendelelement 16 en het naar boven gericht vergrendelelement 13 geconfigureerd zodat bij het koppelen een voorspanning gevormd wordt in de eerste contactzone Cl door toepassing van overlappende contouren van het naar onder gericht vergrendelelement 16 en van het naar boven gericht vergrendelelement 13. In het getoonde voorbeeld hebben deze overlappende contouren een verschil in hoek A1 met het vlak van de panelen van 3°. De voorspanning is het gevolg van een elastische verbuiging van het naar boven gericht vergrendelelement 13.
In het getoonde voorbeeld bevat het distale uiteinde van het naar boven gericht vergrendelelement 13 of het distale uiteinde van de lip 12 van het onderste haakvormige gedeelte 10 een vijfde vergrendeldeel 76 voor het realiseren in samenwerking met een zesde vergrendeldeel 77 aan de tegenoverliggende rand 5 van het eerste dergelijk paneel l van een vergrendeling in verticale richting, dit is in de richting loodrecht op de gekoppelde panelen 1.
Het vijfde vergrendeldeel 76 wordt in deze uitvoeringsvorm gevormd door een ondersnijding 82 aan het distale uiteinde van het naar boven gericht vergrendelelement 13 of aan het distale uiteinde van de lip 12 van het onderste haakvormige gedeelte 10.
Deze ondersnijding maakt een hoek A3 van 25° met het vlak van het paneel 1.
Het zesde vergrendeldeel 77 wordt in deze uitvoeringsvorm gevormd door een uitstekend deel 83 aan de rand 4 die het mannelijk deel 17 bevat.
In gekoppelde toestand aan het tweede paar tegenoverliggende randen 4-5 maakt het vijfde vergrendeldeel 76 geen contact met het zesde vergrendeldeel 77 aan de gekoppelde rand 4 van het andere paneel 1. De loodrechte projecties op het vlak van de gekoppelde panelen 1 van het vijfde vergrendeldeel 76 en van het zesde vergrendeldeel 77 van de
29 BE2021/5932 gekoppelde randen 4-5 hebben in het voorbeeld een overlap D3 gelijk aan of ongeveer gelijk aan 0.10 millimeter.
In gekoppelde toestand is er loodrecht op het vijfde vergrendeldeel 76 overal een afstand
D4 tot het zesde vergrendeldeel 77 van ten minste 0.10 millimeter.
In het voorbeeld is de absolute waarde van het verschil tussen de hoek die het oppervlak van het vijfde vergrendeldeel 76 maakt met het vlak van de panelen 1 en de hoek die het oppervlak van het zesde vergrendeldeel 77 maakt met het vlak van de panelen 1 kleiner dan 2°. Bij voorkeur is er geen verschil tussen deze hoeken.
In gekoppelde toestand is de afstand D5 gemeten in de richting loodrecht op het vlak van de panelen 1 tussen de onderzijde 70 van het van het naar onder gericht vergrendelelement 16 en de bovenzijde 71 van de lip 12 van het onderste haakvormige gedeelte 10 van het er mee gekoppelde paneel in de distale helft van de verticale projectie op het vlak van de panelen 1 van het naar onder gericht vergrendelelement 16 van het eerste paneel 1 overal ten minste 0. 10 millimeter.
In gekoppelde toestand is de kleinste waarde van de afstand D5 gemeten in de richting loodrecht op het vlak van de panelen 1 tussen de onderzijde van het naar onder gericht vergrendelelement 16 en de bovenzijde van de lip 12 van het onderste haakvormige gedeelte 10 van het er mee gekoppelde paneel 1 in de distale helft van de verticale projectie op het vlak van de panelen 1 van het naar onder gericht vergrendelelement 16 van het eerste paneel groter dan de kleinste waarde van de afstand D6 gemeten in de richting loodrecht op het vlak van de panelen tussen de onderzijde van het naar onder gericht vergrendelelement 16 en de bovenzijde van de lip 12 van het onderste haakvormige gedeelte 10 van het er mee gekoppelde paneel 1 in de proximale helft van de verticale projectie op het vlak van de panelen 1 van het naar onder gericht vergrendelelement 16 van het eerste paneel.
In het getoonde voorbeeld bevat de onderzijde 84 van de lip 12 van het onderste haakvormige gedeelte 10 een zich tot aan het distale uiteinde van de lip uitstrekkende
30 BE2021/5932 uitsparing 45. Deze uitsparing 45 strekt zich in het getoonde voorbeeld in proximale richting van de rand 4 die deze uitsparing 45 bevat niet uit tot aan de verticale projectie van de eerste contactzone C1 op de onderkant van de aldus gekoppelde panelen 1. Met andere woorden strekt de uitsparing 45 zich van het distale uiteinde van de lip 12 slechts uit tot op een afstand van de verticale projectie van de eerste contactzone C1. Zodoende blijft de eigenlijke contactzone C1 verticaal ondersteund.
In het getoonde voorbeeld strekt het naar onder gericht vergrendelelement 16 zich in de proximale helft ervan dieper uit dan in de distale helft ervan, in het voorbeeld is dit verschil 0.25 millimeter.
Figuur 5 geeft een doorsnede weer volgens lijn V-V in figuur 3. Figuur 5 illustreert de koppeldelen 6, 7 aan het eerste paar tegenoverliggende randen 2, 3 van dit voorbeeld van een paneel volgens de uitvinding. Deze koppeldelen 6, 7 zijn geconfigureerd zodat twee dergelijke panelen 1 aan deze randen door middel van een wentelbeweging R aan elkaar kunnen worden gekoppeld; waarbij een vergrendeling van de gekoppelde panelen 1 bekomen wordt in de richting loodrecht op het vlak van de panelen 1 en ook in de richting loodrecht op deze gekoppelde randen 2-3 in het vlak van de gekoppelde panelen 1.
Het koppeldeel aan een eerste rand 2 wordt gevormd door een tand 58 en het koppeldeel aan de tweede rand 3 wordt gevormd door een groef 59. De groef 59 wordt begrensd door een bovenste lip 61 en een onderste lip 60. De onderste lip 60 steekt verder uit dan de bovenste lip 61. Elk van deze randen 2, 3 bevat een vergrendeldeel 62-63 voor het vergrendelen in de richting in het vlak van de panelen 1 en loodrecht op de gekoppelde randen 2-3 bij koppeling van twee dergelijke panelen 1 aan hun eerste paar tegenoverliggende randen 2, 3. Het vergrendeldeel aan de rand 2 die de tand 58 bevat wordt gevormd door een uitsparing 62 aan de onderzijde van de tand; en het vergrendeldeel aan de rand 3 die de groef 59 bevat wordt gevormd door een opstaand vergrendeldeel 63 aan het distale uiteinde van de onderste lip 60.
Het voorbeeld van de uitvinding geïllustreerd in figuren 4 tot en met 6 vertoont een aantal bijzondere kenmerken die optioneel zijn in het kader van de uitvinding.
31 BE2021/5932
Zoals geïllustreerd wordt in figuur 7 zijn de randen van het decoratief paneel geïllustreerd in figuren 4 tot en met 6 geconfigureerd zodat de rand 5 van het tweede paar tegenoverliggende randen 4-5 die het mannelijk deel 17 bevat gekoppeld kan worden aan de rand 3 van het eerste paar tegenoverliggende randen 2-3 die de groef 59 bevat, waarbij zowel een vergrendeling van deze gekoppelde randen in het vlak van deze gekoppelde panelen 1 en loodrecht op de betreffende randen bekomen wordt, als een vergrendeling in de richting loodrecht op het vlak van de gekoppelde panelen 1.
Zoals geïllustreerd wordt in figuur 8 zijn de randen van het decoratief paneel geïllustreerd in figuren 4 tot en met 6 geconfigureerd zodat de rand 2 van het eerste paar tegenoverliggende randen 2-3 die de tand 58 bevat gekoppeld kan worden aan de rand 4 van het tweede paar tegenoverliggende randen 4-5 die het vrouwelijk deel 14 bevat, waarbij zowel een vergrendeling van deze gekoppelde randen in het vlak van deze gekoppelde panelen 1 en loodrecht op de betreffende randen bekomen wordt, als een vergrendeling in de richting loodrecht op het vlak van de gekoppelde panelen1. Om dit mogelijk te maken, zijn de tand 58 en de ondersnijding 73 die aan de bovenzijde het vierde contactvlak 24 bevat geconfigureerd zodat de rand 2 van het eerste paar tegenoverliggende randen die de tand 58 bevat gekoppeld kan worden aan de rand 4 van het tweede paar tegenoverliggende randen 4-5 die het vrouwelijk deel 14 bevat, waarbij de tand 58 ten minste ten dele gebracht wordt in die ondersnijding 73, waarbij deze tand 58 en de ondersnijding 73 een vergrendeling verzorgen in de richting loodrecht op de aldus gekoppelde panelen 1.
Figuur 9 toont het tweede paar tegenoverliggende randen 4, 5 van een uitvoeringsvorm van de uitvinding. Figuur 10 toont twee dergelijke panelen 1 gekoppeld aan hun tweede paar tegenoverliggende randen 4-5. Referentiecijfers die gelijk zijn aan referentiecijfers van andere figuren hebben de zelfde betekenis als in die figuren.
Figuur 10 geeft weer dat de koppeldelen van het tweede paar tegenoverliggende randen 4, 5 geconfigureerd zijn zodat in gekoppelde toestand van een eerste dergelijk paneel 1 aan een tweede dergelijk paneel aan hun tweede paar tegenoverliggende randen 4, 5
32 BE2021/5932 waarbij het mannelijk deel 17 van het eerste dergelijk paneel in het vrouwelijk deel 14 van het tweede dergelijk paneel gebracht werd een vergrendeling in de richting loodrecht op de gekoppelde panelen 1 bekomen wordt aan het distale uiteinde van het naar onder gericht vergrendelelement 16 van het eerste dergelijk paneel 1. Deze vergrendeling wordt gerealiseerd door een inzetstuk 79 aan het distale uiteinde van het naar onder gericht vergrendelelement 16 in samenwerking met een uitsparing 85 in de rand 4 van het tweede dergelijk paneel 1, waarbij tijdens het koppelen het inzetstuk 79 of ten minste een deel er van vanuit zijn oorspronkelijke positie beweegt, verschuift of buigt, en dan ten minste voor een deel in de richting van zijn oorspronkelijke positie terugkeert, zodat de vergrendeling in de richting loodrecht op het vlak van de gekoppelde panelen 1 bekomen wordt.
In dit voorbeeld bevat noch het distale uiteinde van het naar boven gericht vergrendelelement 13 noch het distale uiteinde van de lip 12 van het onderste haakvormige gedeelte 10 een vergrendeldeel voor het verzorgen van een vergrendeling in de richting loodrecht op de gekoppelde panelen 1. Dus wordt er bij koppeling van dergelijke panelen 1 aan hun tweede paar tegenoverliggende randen 4-5 geen koppeling in verticale richting (dit is de richting loodrecht op het vlak van de panelen) bekomen ter plaatse van het distale uiteinde van de randen 4 van de panelen 1 die het naar boven gericht vergrendelelement 13 bevatten.
Figuur 11 toont het tweede paar tegenoverliggende randen 4, 5 van een uitvoeringsvorm van de uitvinding. Figuur 12 toont twee dergelijke panelen 1 gekoppeld aan hun tweede paar tegenoverliggende randen 4-5. Referentiecijfers die gelijk zijn aan referentiecijfers in andere figuren hebben dezelfde betekenis als in die figuren.
Figuur 12 geeft weer dat de koppeldelen van het tweede paar tegenoverliggende randen 4, 5 geconfigureerd zijn zodat in gekoppelde toestand van een eerste dergelijk paneel 1 aan een tweede dergelijk paneel 1 aan hun tweede paar tegenoverliggende randen 4, 5 waarbij het mannelijk deel 17 van het eerste dergelijk paneel 1 in het vrouwelijk deel 14 van het tweede dergelijk paneel 1 gebracht werd een vergrendeling in de richting loodrecht op de gekoppelde panelen 1 bekomen wordt aan het distale uiteinde van het
33 BE2021/5932 naar onder gericht vergrendelelement 16 van het eerste dergelijk paneel 1. Deze vergrendeling wordt gerealiseerd door een uitsparing 85 aan het distale uiteinde van het naar onder gericht vergrendelelement 16 van het eerste dergelijk paneel 1 in samenwerking met een inzetstuk 79 in de rand 4 van het tweede dergelijk paneel 1, waarbij tijdens het koppelen het inzetstuk 79 of ten minste een deel er van vanuit zijn oorspronkelijke positie beweegt, verschuift of buigt, en dan ten minste voor een deel in de richting van zijn oorspronkelijke positie terugkeert, zodat de vergrendeling in de richting loodrecht op het vlak van de gekoppelde panelen 1 bekomen wordt.
In deze uitvoeringsvorm bevat noch het distale uiteinde van het naar boven gericht vergrendelelement 13 noch het distale uiteinde van de lip 12 van het onderste haakvormige gedeelte 10 een vergrendeldeel voor het verzorgen van een vergrendeling in de richting loodrecht op de gekoppelde panelen 1. Dus wordt er bij koppeling van dergelijke panelen 1 aan hun tweede paar tegenoverliggende randen 4-5 geen koppeling in verticale richting (dit is de richting loodrecht op het vlak van de panelen) bekomen ter plaatse van het distale uiteinde van de randen 4 van de panelen 1 die het naar boven gericht vergrendelelement 13 bevatten.
Figuur 13 toont het tweede paar tegenoverliggende randen 4, 5 van een uitvoeringsvorm van de uitvinding. Figuur 14 toont twee dergelijke panelen 1 gekoppeld aan hun tweede paar tegenoverliggende randen 4-5. Referentiecijfers die gelijk zijn aan referentiecijfers in andere figuren hebben de zelfde betekenis als in die figuren.
Deze koppeldelen 8-9 zijn hoofdzakelijk uit het materiaal van het paneel 1 zelf verwezenlijkt.
Figuur 14 geeft weer dat de koppeldelen 8, 9 aan het tweede paar tegenoverliggende randen 4, 5 in deze uitvoeringsvorm uitgevoerd zijn zodat in gekoppelde toestand van een eerste dergelijk paneel 1 aan een tweede dergelijk paneel 1 aan hun tweede paar tegenoverliggende randen 4-5 waarbij het mannelijk deel 17 van het eerste dergelijk paneel 1 in het vrouwelijk deel 14 van het tweede dergelijk paneel 1 gebracht werd, de hoek A1 tussen de raaklijn T1 in de eerste contactzone C1 en het vlak van de gekoppelde
34 BE2021/5932 panelen 1 meer dan 90° bedraagt. Deze hoek A1 is de hoek in proximale richting van het eerste dergelijk paneel, hoek Al zoals aangeduid in figuur 14. Hierdoor is er bij deze uitvoeringsvorm in de eerste contactzone Cl een vergrendeling in verticale richting aanwezig. Dit is in wijzerzin gemeten van de horizontale naar de raaklijn T1.
In deze uitvoeringsvorm bevat noch het distale uiteinde van het naar boven gericht vergrendelelement 13 noch het distale uiteinde van de lip 12 van het onderste haakvormige gedeelte 10 een vergrendeldeel voor het verzorgen van een vergrendeling in de richting loodrecht op de gekoppelde panelen 1. Dus wordt er bij koppeling van dergelijke panelen 1 aan hun tweede paar tegenoverliggende randen 4-5 geen koppeling in verticale richting (dit is de richting loodrecht op het vlak van de panelen 1) bekomen ter plaatse van het distale uiteinde van de randen 4 van de panelen 1 die het naar boven gericht vergrendelelement 13 bevatten.
Figuur 15 toont het tweede paar tegenoverliggende randen 4, 5 van een uitvoeringsvorm van de uitvinding. Figuur 16 toont twee dergelijke panelen 1 gekoppeld aan hun tweede paar tegenoverliggende randen 4-5. Referentiecijfers die gelijk zijn aan referentiecijfers in andere figuren hebben dezelfde betekenis als in die figuren.
In de uitvoeringsvorm van figuren 15 en 16 bevat het distale uiteinde van het naar onder gericht vergrendelelement 16 geen verticaal actieve vergrendeldelen, zodat er in gekoppelde toestand van een eerste dergelijk paneel 1 aan een tweede dergelijk paneel 1 aan hun tweede paar tegenoverliggende randen 4-5, waarbij het mannelijk deel 17 van het eerste dergelijk paneel 1 in het vrouwelijk deel 14 van het tweede dergelijke paneel 1 gebracht werd, geen vergrendeling in de richting loodrecht op de gekoppelde panelen 1 bewerkstelligd wordt ter plaatse van het distale uiteinde van het naar onder gericht vergrendelelement 16 van het eerste dergelijk paneel 1.
In deze uitvoeringsvorm zijn de koppeldelen 8, 9 aan het tweede paar tegenoverliggende randen 4-5 uitgevoerd zodat, in gekoppelde toestand van een eerste dergelijk paneel 1 aan een tweede dergelijk paneel 1 aan hun tweede paar tegenoverliggende randen 4-5 waarbij het mannelijk deel 17 van het eerste dergelijk paneel 1 in het vrouwelijk deel 14
35 BE2021/5932 van het tweede dergelijk paneel 1 gebracht werd, de hoek A1 tussen de raaklijn T1 in de eerste contactzone C1 en het vlak van de gekoppelde panelen meer dan 90° bedraagt.
Deze hoek A1 is de hoek in proximale richting van het eerste dergelijk paneel, hoek A1 zoals aangeduid in figuur 14, namelijk gemeten in wijzerzin van de horizontale naar de raaklijn T1. Hierdoor is er bij deze uitvoeringsvorm in de eerste contactzone C1 een vergrendeling in verticale richting aanwezig.
In het getoonde voorbeeld bevat het distale uiteinde van het naar boven gericht vergrendelelement 13 een vijfde vergrendeldeel 76 voor het realiseren in samenwerking met een zesde vergrendeldeel 77 aan de tegenoverliggende rand 5 van het eerste dergelijk paneel 1 van een vergrendeling in verticale richting, dit is in de richting loodrecht op de gekoppelde panelen 1. Het vijfde vergrendeldeel 76 wordt gevormd door een uitsteeksel aan het distale uiteinde van het naar boven gericht vergrendelelement 13 en het zesde vergrendeldeel 77 wordt gevormd door een uitsparing aan de rand 5 die het mannelijk 17 deel bevat. In gekoppelde toestand aan het tweede paar tegenoverliggende randen 4-5 maakt het vijfde vergrendeldeel 76 contact met het zesde vergrendeldeel 77 aan de gekoppelde rand 4 van het andere paneel 1.
Figuren 17 en 18 illustreren hoe de uitvinding toegepast kan worden voor het realiseren van speciale installatiepatronen, bijvoorbeeld in een visgraat patroon. De referentiecijfers hebben dezelfde betekenis als bij de andere figuren. Om deze speciale installatiepatronen te kunnen vormen, worden twee types panelen gebruikt, een eerste type 1A en een tweede type 1B. Elk van deze twee types panelen 1A, 1B heeft een eerste paar tegenoverliggende randen 2, 3 en een tweede paar tegenoverliggende randen 4, 5. De koppeldelen 6, 7 aan het eerste paar tegenoverliggende randen 2, 3 van het eerste type panelen 1A zijn gespiegeld ten opzichte van de koppeldelen 6, 7 aan het eerste paar tegenoverliggende randen van het tweede type panelen 1B. De koppeldelen 8, 9 van figuur 4 kunnen gebruikt worden aan het tweede paar tegenoverliggende randen 4, 5 van zowel het eerste type panelen 1A als aan het tweede paar tegenoverliggende randen 4, 5 van het tweede type panelen 1B. De koppeldelen 6, 7 van figuur 5 kunnen gebruikt worden aan het eerste paar tegenoverliggende randen 2, 3 van zowel het eerste type panelen 1A als aan het eerste paar tegenoverliggende randen 2, 3 van het tweede type panelen 1B.
36 BE2021/5932
Er wordt opgemerkt dat de panelen uit de voorbeelden bij voorkeur één of meerdere van de volgende kenmerken vertonen, zoals die bijvoorbeeld zijn weergegeven op figuren 1 tot 6: - de lengte L van het voornoemde tweede paar tegenoverliggende randen 4-5 is kleiner dan 40 maal de dikte T van het betreffende decoratieve paneel. Op deze manier kan de gekoppelde toestand van het voornoemde tweede paar tegenoverliggende randen 4-5 in enige mate ondersteund blijven door de gekoppelde toestand van beide aanliggende eerste paar tegenoverliggende randen 2-3; - de lengte L van het voornoemde tweede paar tegenoverliggende randen 4-5 1s kleiner dan 180 mm. Ook hier kan de gekoppelde toestand van het voornoemde tweede paar tegenoverliggende randen 4-5 in enige mate ondersteund blijven door de gekoppelde toestand van beide aanliggende eerste paar tegenoverliggende randen 2-3; - de dikte T van het betreffende decoratieve paneel 1 is 4 mm of meer. De dikte
T van het paneel 1 kan bijdragen aan de verticale ondersteuning van de gekoppelde toestand, - het voornoemde tweede paar tegenoverliggende randen 4-5 omvat verticaal actieve ondersteuningsvlakken 86 op een positie boven voornoemde tweede contactzone C2. Zulk voorbeeld is in streeplijn weergegeven in figuur 6.
Dergelijke verticale ondersteuningsvlakken 86 kunnen de kwaliteit van de gekoppelde toestand vergroten onder meer doordat zij voor een goede aansluiting in de hoogte kunnen zorgen; - de voornoemde tweede contactzone C2 betreft een samenwerking onder spanning. De afwezigheid van verticale ondersteuningsvlakken, of de aanwezigheid van een afstand D1-D5-D6 zoals in de voornoemde eerste definitie, kan ervoor zorgen dat een eerste vergrendeldeel 19, bijvoorbeeld in de vorm van een uitsteeksel aan het distale uiteinde van het naar onder gericht vergrendelelement 16 bevindt, vlot in samenwerking kan worden gebracht met een tweede vergrendeldeel 21, bijvoorbeeld in de vorm van een ondersnijding aan het proximale uiteinde van de rand 4 die het vrouwelijke deel 14, zelfs wanneer
37 BE2021/5932 deze een enigszins overlappende contour zouden vertonen. Door de veerkracht van het mannelijk deel 17, kan dit mannelijk deel 17 met het eerste vergrendeldeel 19 enigszins naar beneden gebogen in het vrouwelijk deel 14, meer speciaal in voornoemde ondersnijding die het tweede vergrendeldeel 21 vormt, worden aangebracht. De aanwezige spatie, gecreëerd door voornoemde afstand D1-D5-
D6, kan worden aangewend om enigszins plaats te bieden aan de voornoemde verbuiging, - proximaal van het eerste vergrendeldeel 19 is het bovenste haakvormige gedeelte 11 vrij van uitsparingen die de paneeldikte T reduceren tot op de helft of minder. In het bijzonder strekt de uitsparing 88 die het naar onder gericht vergrendelelement 16 proximaal begrenst zich aldus maximaal uit tot op de helft van de paneeldikte T. Het vermijden van diepe uitsparingen leidt tot een stijver geheel, waardoor op zich al enige ondersteuning wordt bekomen; - het voornoemde eerste paar tegenoverliggende randen 2-3 omvat verticaal actieve ondersteuningsvlakken 86. Zo bijvoorbeeld kunnen de contacten tussen de onderzijde van een tand 58 en de bovenzijde van een onderste groeflip 60 verticaal actieve ondersteuningsvlakken 86 vormen. De aanwezigheid van dergelijke contacten aan het eerste paar tegenoverliggende randen 2-3 helpt mee in de ondersteuning van de gekoppelde toestand aan het tweede paar tegenoverliggende randen 4-5.
Er wordt verder opgemerkt dat de decoratieve panelen weergegeven 1 in de figuren een toplaag 57 en een substraat 80 omvatten.
De huidige uitvinding is geenszins beperkt tot de hierboven beschreven uitvoeringsvormen, doch dergelijke decoratieve panelen kunnen volgens verschillende varianten worden gerealiseerd zonder buiten het kader van de huidige uitvinding te treden.

Claims (43)

38 BE2021/5932 Conclusies.
1.- Decoratief paneel voor het vormen van een bekleding, bij voorkeur voor het vormen van een vloerbekleding, waarbij dit paneel (1) een eerste paar tegenoverliggende randen (2-3) alsmede een tweede paar tegenoverliggende randen (4-5) bevat; waarbij, optioneel, het eerste paar tegenoverliggende randen (2-3) koppeldelen (6-7) bevat die toelaten dat twee dergelijke panelen (1) onderling aan elkaar kunnen worden gekoppeld en waarbij deze koppeldelen (6-7) de volgende kenmerken vertonen: - de koppeldelen (6-7) bevatten een horizontaal actief vergrendelsysteem dat in een gekoppelde toestand van twee dergelijke panelen (1) een vergrendeling in het vlak van de panelen (1) en loodrecht op de betreffende randen (2-3) bewerkstelligt; - de koppeldelen (6-7) bevatten tevens een verticaal actief vergrendelsysteem dat in een gekoppelde toestand van twee dergelijke panelen (1) een vergrendeling dwars op het vlak van de panelen bewerkstelligt; waarbij het tweede paar tegenoverliggende randen (4-5) koppeldelen (8-9) aan bevat die toelaten dat twee dergelijke panelen (1) onderling aan elkaar kunnen worden gekoppeld en waarbij deze koppeldelen (8-9) de volgende kenmerken vertonen: - de koppeldelen (8-9) bevatten een horizontaal actief vergrendelsysteem dat in een gekoppelde toestand van twee dergelijke panelen (1) een vergrendeling in het vlak van de panelen (1) en loodrecht op de betreffende randen (4-5) bewerkstelligt; - de koppeldelen (8-9) bevatten tevens een verticaal actief vergrendelsysteem dat in een gekoppelde toestand van twee dergelijke panelen (1) een vergrendeling dwars op het vlak van de panelen (1) bewerkstelligt; - het horizontaal actieve vergrendelsysteem van het tweede paar randen (4-5) is minstens gevormd uit een naar boven gericht onderste haakvormig gedeelte (10) dat zich aan één van voornoemde twee randen (4) bevindt, alsmede een naar onder gericht bovenste haakvormig gedeelte (11) dat zich aan de tegenoverliggende rand (5) bevindt, waarbij het onderste haakvormige gedeelte (10) bestaat uit een lip (12) met een naar boven gericht vergrendelelement (13) dat proximaal daarvan een vrouwelijk deel (14) in de vorm van een uitsparing definieert, terwijl het bovenste haakvormige gedeelte (11)
39 BE2021/5932 bestaat uit een lip (15) met een naar onder gericht vergrendelelement (16) dat een mannelijk deel (17) vormt; - de koppeldelen (8-9) zijn zodanig geconfigureerd dat twee dergelijke panelen (1) aan hun betreffende randen (4-5) door middel van een neerwaartse beweging (M) van het eerste dergelijk paneel ten opzichte van het tweede dergelijk paneel aan elkaar kunnen worden gekoppeld, waarbij het mannelijk deel (17) van het eerste dergelijk paneel in het vrouwelijk deel (14) van het tweede dergelijk paneel gebracht wordt; waarbij het proximale uiteinde van het naar onder gericht vergrendelelement (16) een eerste contactoppervlak (18) bevat, waarbij het proximale uiteinde van het naar boven gericht vergrendelelement (13) een tweede contactoppervlak (20) bevat, waarbij in gekoppelde toestand van een eerste dergelijk paneel aan een tweede dergelijk paneel aan hun tweede paar tegenoverliggende randen er contact is tussen het eerste contactvlak (18) van het eerste paneel en het tweede contactvlak (20) van het tweede dergelijk paneel; waarbij dit contact een eerste contactzone (C1) vormt; daardoor gekenmerkt dat in gekoppelde toestand van het eerste dergelijk paneel aan het tweede dergelijk paneel aan hun tweede paar tegenoverliggende randen er geen contact is tussen de onderzijde (70) van het naar onder gericht vergrendelelement (16) van het eerste dergelijk paneel en de bovenzijde van de lip (12) van het onderste haakvormige gedeelte (10) van het tweede dergelijk paneel, waarbij de afstand tussen de onderzijde (71) van het naar onder gericht vergrendelelement (16) van het eerste dergelijk paneel en de bovenzijde van de lip (12) van het onderste haakvormige gedeelte (10) van het tweede dergelijk paneel overal minstens 0.05 millimeter bedraagt.
2.- Decoratief paneel volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat de koppeldelen (8-9) van het tweede paar tegenoverliggend randen (4-5) hoofdzakelijk uit het materiaal van het paneel (1) zelf verwezenlijkt zijn.
3.- Decoratief paneel volgens om het even dewelke van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het verticaal actieve vergrendelsysteem aan het tweede paar tegenoverliggende randen een eerste vergrendeldeel (19) en een tweede vergrendeldeel (21) bevat, waarbij het eerste vergrendeldeel (19) zich aan het distale uiteinde van het naar onder
40 BE2021/5932 gericht vergrendelelement (16) bevindt en waarbij het tweede vergrendeldeel (21) zich aan het proximale uiteinde bevindt van de rand die het vrouwelijke deel (14) bevat, waarbij het eerste vergrendeldeel (19) een derde contactoppervlak (23) bevat, waarbij het tweede vergrendeldeel (21) een vierde contactoppervlak (25) bevat;
waarbij in gekoppelde toestand van een eerste dergelijk paneel aan een tweede dergelijk paneel aan hun tweede paar tegenoverliggende randen het derde contactvlak (25) van het eerste paneel contact maakt in een tweede contactzone (C2) met het vierde contactvlak (23) van het tweede dergelijk paneel, waarbij een vergrendeling gevormd wordt in de richting loodrecht op de aldus gekoppelde panelen.
4- Decoratief paneel zoals in conclusie 3, daardoor gekenmerkt dat in gekoppelde toestand van een eerste dergelijk paneel aan een tweede dergelijk paneel aan hun tweede paar tegenoverliggende randen waarbij het mannelijk deel van het eerste dergelijk paneel in het vrouwelijk deel van het tweede dergelijk paneel gebracht is, de verticale projectie van het eerste vergrendeldeel (19) van het eerste dergelijk paneel op het vlak van de panelen over minder dan 0. 10 millimeter, en bij voorkeur over hoogstens 0.07 millimeter, overlapt met de verticale projectie op het vlak van de panelen van het tweede vergrendeldeel (21) van het tweede dergelijk paneel en/of dat in gekoppelde toestand van een eerste dergelijk paneel aan een tweede dergelijk paneel aan hun tweede paar tegenoverliggende randen waarbij het mannelijk deel van het eerste dergelijk paneel in het vrouwelijk deel van het tweede dergelijk paneel gebracht is, de verticale projectie van de voornoemde tweede contactzone (C2) op het vlak van de panelen zich over minder dan 0.10 millimeter, en bij voorkeur over hoogstens 0.07 millimeter, uitstrekt, gemeten loodrecht op de betreffende randen.
5- Decoratief paneel zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 3 - 4, daardoor gekenmerkt dat in gekoppelde toestand van een eerste dergelijk paneel aan een tweede dergelijk paneel aan hun tweede paar tegenoverliggende randen waarbij het mannelijk deel van het eerste dergelijk paneel in het vrouwelijk deel van het tweede dergelijk paneel gebracht is, de raaklijn (T2) in de tweede contactzone (C2) een hoek (A2) maakt met het vlak van het paneel van minstens 15°, bij voorkeur van minstens 20°, bij hogere voorkeur van minstens 25°; en bij voorkeur van minder dan 75°, bij hogere
41 BE2021/5932 voorkeur van minder dan 60°, bij hogere voorkeur van minder dan 50° en bij hogere voorkeur van minder dan 40°.
6- Decoratief paneel zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 3 -5, daardoor gekenmerkt dat volgens een eerste optie het derde contactvlak (23) zich aan de bovenzijde van een uitstekend onderdeel van het naar onder gericht vergrendelelement (16) bevindt, bij voorkeur waarbij dit uitstekend deel zich bevindt onder een uitsparing in het naar onder gericht vergrendelelement; en waarbij het vierde contactvlak (25) gevormd wordt door ten minste een deel van de bovenzijde van een ondersnijding (73) in de rand die het vrouwelijk deel bevat; en/of dat volgens een tweede optie het derde contactvlak (23) zich aan de onderzijde van een uitsparing in het naar onder gericht vergrendelelement (16) bevindt en dat het vierde contactvlak (25) gevormd wordt ten minste voor een deel aan de onderzijde van een onderdeel dat uitsteekt aan de rand die het vrouwelijk deel bevat.
7.- Decoratief paneel zoals in om het even dewelke van de conclusies 3 - 6, daardoor gekenmerkt dat het derde contactvlak (23) zich aan de bovenzijde van een uitstekend onderdeel van het naar onder gericht vergrendelelement (16) bevindt, bij voorkeur waarbij dit uitstekend deel zich bevindt onder een uitsparing in het naar onder gericht vergrendelelement (16); en waarbij het vierde contactvlak (25) gevormd wordt door ten minste een deel van de bovenzijde van een ondersnijding in de rand die het vrouwelijk deel bevat; en dat de rand die het mannelijk deel bevat een derde sluitvlak (74) bevat substantieel loodrecht op het vlak van het paneel en waarbij de rand die het vrouwelijk deel bevat een vierde sluitvlak (75) bevat substantieel loodrecht op het vlak van het paneel, waarbij in gekoppelde toestand van een eerste dergelijk paneel aan een tweede dergelijk paneel aan hun tweede paar tegenoverliggende randen waarbij het mannelijk deel van het eerste dergelijk paneel in het vrouwelijk deel van het tweede dergelijk paneel gebracht werd, het derde sluitvlak van het eerste dergelijk paneel en het vierde sluitvlak van het tweede dergelijk paneel contact maken of nauw bij elkaar aansluiten, waarbij de rand die het vrouwelijk deel bevat boven het vlak parallel met het oppervlak van het paneel en dat het meest proximaal gelegen punt bevat van de ondersnijding in de rand
42 BE2021/5932 die het vrouwelijk deel bevat, geen onderdelen bevat die buiten het vierde sluitvlak uitsteken.
8- Decoratief paneel zoals in conclusie 6, daardoor gekenmerkt dat het vierde contactvlak (25) gevormd wordt door de bovenzijde van een ondersnijding waarbij deze ondersnijding aan de bovenzijde begrensd wordt door een deel dat van de rand uitsteekt en waarvan de onderzijde voor ten minste een deel ervan deel uitmaakt van het vierde contactvlak (25).
9- Decoratief paneel zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 7 - 8, daardoor gekenmerkt dat de rand die het mannelijk deel bevat een derde sluitvlak (74) bevat substantieel loodrecht op het vlak van het paneel en waarbij de rand die het vrouwelijk deel bevat een vierde sluitvlak (75) bevat substantieel loodrecht op het vlak van het paneel, waarbij in gekoppelde toestand van een eerste dergelijk paneel aan een tweede dergelijk paneel aan hun tweede paar tegenoverliggende randen waarbij het mannelijk deel van het eerste dergelijk paneel in het vrouwelijk deel van het tweede dergelijk paneel gebracht werd, het derde sluitvlak van het eerste dergelijk paneel en het vierde sluitvlak van het tweede dergelijk paneel contact maken of nauw met elkaar aansluiten, waarbij het vierde contactvlak (25) gevormd wordt door de bovenzijde van een ondersnijding in de rand die het vrouwelijk deel bevat; bij voorkeur waarbij deze ondersnijding ten minste in de richting loodrecht op de rand van het paneel en in het vlak van het paneel vanaf het vierde sluitvlak een diepte heeft van minstens 1 millimeter, en bij hogere voorkeur van minstens 1.4 millimeter.
10.- Decoratief paneel zoals in conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat het paneel geconfigureerd is zodat in gekoppelde toestand van een eerste dergelijk paneel aan een tweede dergelijk paneel aan hun tweede paar tegenoverliggende randen waarbij het mannelijk deel van het eerste dergelijk paneel in het vrouwelijk deel van het tweede dergelijk paneel gebracht werd een vergrendeling in de richting loodrecht op de gekoppelde panelen bekomen wordt aan het distale uiteinde van het naar onder gericht vergrendelelement (16) van het eerste dergelijk paneel, waarbij deze vergrendeling ten
43 BE2021/5932 minste gerealiseerd wordt door een inzetstuk aan het distale uiteinde van het naar onder gericht vergrendelelement (16) van het eerste dergelijk paneel in samenwerking met een uitsparing in de rand van het tweede dergelijk paneel; of door een uitsparing aan het distale uiteinde van het naar onder gericht vergrendelelement (16) van het eerste dergelijk paneel in samenwerking met een inzetstuk in de rand van het tweede dergelijk paneel, waarbij tijdens het koppelen het inzetstuk of ten minste een deel er van vanuit zijn oorspronkelijke positie beweegt, verschuift of buigt, en dan ten minste voor een deel in de richting van zijn oorspronkelijke positie terugkeert, zodat de vergrendeling in de richting loodrecht op het vlak van de gekoppelde panelen bekomen wordt.
11.- Decoratief paneel zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 1 — 2; daardoor gekenmerkt dat het distale uiteinde van het naar onder gericht vergrendelelement (16) vrij is van verticaal actieve vergrendeldelen, zodat er in gekoppelde toestand van een eerste dergelijk paneel aan een tweede dergelijk paneel aan hun tweede paar tegenoverliggende randen, waarbij het mannelijk deel (17) van het eerste dergelijk paneel in het vrouwelijk deel (14) van het tweede dergelijke paneel gebracht werd, geen vergrendeling in de richting loodrecht op de gekoppelde panelen bewerkstelligd wordt aan het distale uiteinde van het naar onder gericht vergrendelelement (16) van het eerste dergelijk paneel.
12.- Decoratief paneel zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de koppeldelen (8-9) aan het tweede paar tegenoverliggende randen (4-5) geconfigureerd zijn zodat in gekoppelde toestand van een eerste dergelijk paneel aan een tweede dergelijk paneel aan hun tweede paar tegenoverliggende randen waarbij het mannelijk deel van het eerste dergelijk paneel in het vrouwelijk deel van het tweede dergelijk paneel gebracht werd, de hoek tussen het vlak van de gekoppelde panelen en de raaklijn (T1) in de eerste contactzone (C1) 90° of minder dan 90° is, waarbij deze hoek de hoek is in proximale richting van het eerste dergelijk paneel.
13.- Decoratief paneel zoals in conclusie 12, daardoor gekenmerkt dat de koppeldelen (8-9) aan het tweede paar tegenoverliggende randen (4-5) geconfigureerd zijn zodat in gekoppelde toestand van een eerste dergelijk paneel aan een tweede dergelijk paneel aan
44 BE2021/5932 hun tweede paar tegenoverliggende randen waarbij het mannelijk deel van het eerste dergelijk paneel in het vrouwelijk deel van het tweede dergelijk paneel gebracht werd, de hoek (A1) tussen het vlak van de gekoppelde panelen en de raaklijn (T1) in de eerste contactzone (C1) minder dan 75° is — en bij voorkeur meer dan 50° is -, waarbij deze hoek (A1) de hoek is in proximale richting van het eerste dergelijk paneel. 14- Decoratief paneel zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 1 — 11, daardoor gekenmerkt dat de koppeldelen (8-9) aan het tweede paar tegenoverliggende randen (4-5) geconfigureerd zijn zodat in gekoppelde toestand van een eerste dergelijk paneel aan een tweede dergelijk paneel aan hun tweede paar tegenoverliggende randen waarbij het mannelijk deel van het eerste dergelijk paneel in het vrouwelijk deel van het tweede dergelijk paneel gebracht werd, de raaklijn in de eerste contactzone (C1) beschouwd in de richting naar de bovenkant van de gekoppelde panelen en naar het eerste dergelijk paneel, de hoek (A1) tussen het vlak van de gekoppelde panelen en de raaklijn in de eerste contactzone (C1) bij voorkeur meer dan 90° bedraagt, en bij voorkeur minder dan 105° bedraagt, waarbij deze hoek de hoek is in proximale richting van het eerste dergelijk paneel.
15.- Decoratief paneel zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het naar onder gericht vergrendelelement (16) en het naar boven gericht vergrendelelement (13) geconfigureerd zijn zodat bij het koppelen van een eerste dergelijk paneel aan een tweede dergelijk paneel aan hun tweede paar tegenoverliggende randen een voorspanning gevormd wordt in de eerste contactzone (C1), bij voorkeur door toepassing van overlappende contouren van het naar onder gericht vergrendelelement (16) en van het naar boven gericht vergrendelelement (13), bij hogere voorkeur waarbij deze overlappende contouren een verschil in hoek met het vlak van de panelen hebben van maximaal 5°, bij hogere voorkeur van maximaal 4°, bij hogere voorkeur van maximaal 3°.
16.- Decoratief paneel zoals in conclusie 15, daardoor gekenmerkt dat de voorspanning het resultaat is van een vervorming, hetzij een elastische verbuiging, hetzij een elastische compressie, hetzij een combinatie van beide.
45 BE2021/5932
17.- Decoratief paneel zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het distale uiteinde van het naar boven gericht vergrendelelement (13) of het distale uiteinde van de lip (12) van het onderste haakvormige gedeelte (10) een vijfde vergrendeldeel (76) bevat voor het realiseren in gekoppelde toestand van een eerste dergelijk paneel aan een tweede dergelijk paneel aan hun tweede paar tegenoverliggende randen waarbij het mannelijk deel van het eerste dergelijk paneel in het vrouwelijk deel van het tweede dergelijk paneel gebracht werd van een vergrendeling in de richting loodrecht op het vlak van de gekoppelde panelen, waarbij het vijfde vergrendeldeel (76) van het tweede dergelijk paneel samenwerkt met een zesde vergrendeldeel (77) aan de tegenoverliggende rand van het eerste dergelijk paneel.
18.- Decoratief paneel zoals in conclusie 17, daardoor gekenmerkt dat in gekoppelde toestand van het eerste dergelijk paneel aan het tweede dergelijk paneel aan hun tweede paar tegenoverliggende randen het vijfde vergrendeldeel (76) van het tweede dergelijk paneel contact maakt met het zesde vergrendeldeel (77) aan de tegenoverliggende rand van het eerste dergelijk paneel.
19.- Decoratief paneel zoals in conclusie 18, daardoor gekenmerkt dat volgens een eerste mogelijkheid het vijfde vergrendeldeel ten minste gevormd wordt door een uitsteeksel aan het distale uiteinde van het naar boven gericht vergrendelelement (13) of aan het distale uiteinde van de lip (12) van het onderste haakvormige gedeelte (10) en het zesde vergrendeldeel ten minste gevormd wordt door een ondersnijding of een uitsparing aan de rand die het mannelijk deel bevat; of dat volgens een tweede mogelijkheid het vijfde vergrendeldeel ten minste gevormd wordt door een ondersnijding aan het distale uiteinde van het naar boven gericht vergrendelelement (13) of aan het distale uiteinde van de lip (12) van het onderste haakvormige gedeelte (10) en het zesde vergrendeldeel ten minste gevormd wordt door een uitstekend deel aan de rand die het mannelijk deel bevat; bij voorkeur waarbij deze ondersnijding een hoek maakt tussen 20° en 30° met het vlak van het paneel.
46 BE2021/5932
20.- Decoratief paneel zoals in conclusie 17, daardoor gekenmerkt dat in gekoppelde toestand van het eerste dergelijk paneel aan het tweede dergelijk paneel aan hun tweede paar tegenoverliggende randen het vijfde vergrendeldeel (76) van het tweede paneel geen contact maakt met het zesde vergrendeldeel (77) aan de tegenoverliggende rand van het eerste paneel.
21.- Decoratief paneel zoals in conclusie 20, daardoor gekenmerkt dat in gekoppelde toestand van het eerste dergelijk paneel aan het tweede dergelijk paneel aan hun tweede paar tegenoverliggende randen waarbij het mannelijk deel van het eerste dergelijk paneel in het vrouwelijk deel van het tweede dergelijk paneel gebracht werd, de loodrechte projecties op het vlak van de gekoppelde panelen van het vijfde vergrendeldeel van het tweede dergelijk paneel en van het zesde vergrendeldeel van het eerste dergelijk paneel een overlap hebben van minder dan 0.15 millimeter, en bij voorkeur van minder dan 0.12 millimeter en bij hogere voorkeur van ten hoogste 0.10 millimeter.
22.- Decoratief paneel zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusie 20 - 21, daardoor gekenmerkt dat in gekoppelde toestand van het eerste dergelijk paneel aan het tweede dergelijk paneel aan hun tweede paar tegenoverliggende randen waarbij het mannelijk deel van het eerste dergelijk paneel in het vrouwelijk deel van het tweede dergelijk paneel gebracht werd, er loodrecht op het vijfde vergrendeldeel van het tweede dergelijk paneel er overal een afstand tot het zesde vergrendeldeel van het eerste dergelijk paneel is van minstens 0.15 millimeter, bij voorkeur van minstens 0.17 millimeter.
23.- Decoratief paneel zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 20 - 22, daardoor gekenmerkt dat het vijfde vergrendeldeel ten minste door een ondersnijding gevormd wordt aan het distale uiteinde van het naar boven gericht vergrendelelement (13) of aan het distale uiteinde van de lip (12) van het onderste haakvormige gedeelte (10); en dat het zesde vergrendeldeel ten minste gevormd wordt door een uitstekend deel aan de rand die het mannelijk deel bevat. 24- Decoratief paneel zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 21 - 23, daardoor gekenmerkt dat de absolute waarde van het verschil tussen de hoek die het
47 BE2021/5932 oppervlak van het vijfde vergrendeldeel maakt met het vlak van de panelen en de hoek die het oppervlak van het zesde vergrendeldeel maakt met het vlak van de panelen kleiner is dan 5°, bij voorkeur kleiner is dan 3°, bij hogere voorkeur kleiner is dan 2°.
25.- Decoratief paneel zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 1 - 16, daardoor gekenmerkt dat noch het distale uiteinde van het naar boven gericht vergrendelelement (13) noch het distale uiteinde van de lip (12) van het onderste haakvormige gedeelte (10) een vergrendeldeel bevat voor het verzorgen van een vergrendeling in de richting loodrecht op de gekoppelde panelen bij koppelen van een eerste dergelijk paneel aan een tweede dergelijk paneel aan hun tweede paar tegenoverliggende randen waarbij het mannelijk deel van het eerste dergelijk paneel in het vrouwelijk deel van het tweede dergelijk paneel gebracht wordt.
26.- Decoratief paneel zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat in gekoppelde toestand van een eerste dergelijk paneel aan een tweede dergelijk paneel aan hun tweede paar tegenoverliggende randen waarbij het mannelijk deel van het eerste dergelijk paneel in het vrouwelijk deel van het tweede dergelijk paneel gebracht wordt, de afstand gemeten in de richting loodrecht op het vlak van de panelen tussen de onderzijde van het van het naar onder gericht vergrendelelement (16) van het eerste dergelijk paneel en de bovenzijde van de lip (12) van het onderste haakvormige gedeelte (10) van het tweede dergelijk paneel in de distale helft van de verticale projectie op het vlak van de panelen van het naar onder gericht vergrendelelement (16) van het eerste paneel overal ten minste 0.07 millimeter is, en bij voorkeur overal minstens 0. 10 millimeter is.
27.- Decoratief paneel zoals in conclusie 26, daardoor gekenmerkt dat in gekoppelde toestand van een eerste dergelijk paneel aan een tweede dergelijk paneel aan hun tweede paar tegenoverliggende randen waarbij het mannelijk deel van het eerste dergelijk paneel in het vrouwelijk deel van het tweede dergelijk paneel gebracht wordt, de kleinste waarde van de afstand gemeten in de richting loodrecht op het vlak van de panelen tussen de onderzijde van het naar onder gericht vergrendelelement (16) van het eerste paneel en de bovenzijde van de lip (12) van het onderste haakvormige gedeelte (10) van het tweede
48 BE2021/5932 dergelijk paneel in de distale helft van de verticale projectie op het vlak van de panelen van het naar onder gericht vergrendelelement (16) van het eerste paneel groter is dan de kleinste waarde van de afstand gemeten in de richting loodrecht op het vlak van de panelen tussen de onderzijde van het van het naar onder gericht vergrendelelement (16) van het eerste paneel en de bovenzijde van de lip (12) van het onderste haakvormige gedeelte (10) van het tweede paneel in de proximale helft van de verticale projectie op het vlak van de panelen van het naar onder gericht vergrendelelement (16) van het eerste paneel.
28- Decoratief paneel zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat aan de onderzijde van de lip (12) van het onderste haakvormige gedeelte (10) een zich tot aan het distale uiteinde van de lip uitstrekkende uitsparing (45) aanwezig is, bij voorkeur waarbij deze uitsparing (45) zich in proximale richting tot voorbij het naar boven gericht vergrendelelement (13) uitstrekt.
29- Decoratief paneel zoals in conclusie 28, daardoor gekenmerkt dat in gekoppelde toestand van een eerste dergelijk paneel aan een tweede dergelijk paneel aan hun tweede paar tegenoverliggende randen waarbij het eerste dergelijk paneel met zijn mannelijk deel in het vrouwelijk deel van het tweede dergelijk paneel gebracht werd, de uitsparing aan de onderzijde van de lip (12) van het onderste haakvormige gedeelte (10) van het tweede dergelijk paneel zich in proximale richting van het tweede dergelijk paneel niet uitstrekt tot aan de verticale projectie van de eerste contactzone (C1) op de onderkant van de aldus gekoppelde panelen.
30.- Decoratief paneel zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het naar onder gericht vergrendelelement (16) zich in de proximale helft ervan dieper uit strekt dan in de distale helft ervan, waarbij dit verschil bij voorkeur ten minste 0.20 millimeter bedraagt, en bij hogere voorkeur ten minste 0.25 millimeter bedraagt.
49 BE2021/5932
31.- Decoratief paneel zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het decoratief paneel een toplaag (57) en een substraat (80) bevat; waarbij het substraat bestaat uit of één of meerdere bevat van - een houtvezelplaat, bij voorkeur een MDF of een HDF plaat; -een spaanplaat; - één of meerdere lagen al dan niet gevuld polymeer (bij voorkeur gevuld met minerale vulmiddelen), bij voorkeur thermoplastisch polymeer, bij voorkeur polyvinyl chloride; waarbij optioneel één of meerdere lagen geschuimd kunnen zijn; - één of meerdere lagen die een minerale matrix bevatten met vulmiddelen; bijvoorbeeld een minerale matrix gebaseerd op Portland cement of op magnesium oxide of op gips; of - één of meerdere houtlagen.
32.- Decoratief paneel zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies daardoor gekenmerkt dat het decoratief paneel een toplaag en een substraat bevat, waarbij de toplaag een decoratieve laag in de vorm van een bedrukking bevat, bij voorkeur waarbij de decoratieve laag bekomen wordt op een van de volgende wijzen: een bedrukking op het substraat, een bedrukte papierlaag geïmpregneerd met hars (bij voorkeur geïmpregneerd met melamine hars of met een acrylaat hars), of een bedrukte polymeer folie (bij voorkeur een bedrukte polyvinyl chloride folie).
33.- Decoratief paneel zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies daardoor gekenmerkt dat het decoratief paneel een toplaag en een substraat bevat, waarbij de toplaag een doorzichtige of doorschijnende slijtlaag bevat, waarbij de slijtlaag één of meerdere bevat van een polymeerfolie (bij voorkeur een polyvinyl chloride folie), een papierlaag geimpregneerd met hars (bij voorkeur melamine hars of een acrylaathars) of een laklaag (bij voorkeur een acrylaatlaag). 34- Decoratief paneel zoals in conclusie 33, daardoor gekenmerkt dat de slijtlaag partikels bevat die de abrasieweerstand van de slijtlaag verhogen, bij voorbeeld waarbij deze partikels korund partikels zijn.
50 BE2021/5932
35.- Decoratief paneel zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het paneel ten hoogte 5 mm dik is, en bij voorkeur ten hoogste
4.5 millimeter dik is, en bij hogere voorkeur ten hoogste 4 millimeter dik is.
36.- Decoratief paneel zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de koppeldelen (6-7) aan het eerste paar tegenoverliggende randen (2-3) hoofdzakelijk uit het materiaal van het paneel (1) zelf verwezenlijkt zijn; en dat de koppeldelen (6-7) aan het eerste paar tegenoverliggende randen (2-3) zodanig geconfigureerd zijn dat twee dergelijke panelen (1) aan deze randen door middel van een wentelbeweging (R) en/of door middel van een horizontale schuifbeweging met snapeffect aan elkaar kunnen worden gekoppeld.
37.- Decoratief paneel zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de koppeldelen (6-7) aan het eerste paar tegenoverliggende randen (2-3) gevormd worden door een tand en een groef; waarbij de groef begrensd wordt door een bovenste lip en een onderste lip, waarbij bij voorkeur de onderste lip verder uitsteekt dan de bovenste lip, waarbij de rand die de tand bevat en de rand die de groef bevat elk een vergrendeldeel bevatten voor het vergrendelen in de richting in het vlak van de panelen en loodrecht op de gekoppelde randen bij koppeling van twee dergelijke panelen aan hun eerste paar tegenoverliggende randen.
38.- Decoratief paneel zoals in conclusie 37, daardoor gekenmerkt dat het vergrendeldeel aan de rand die de tand bevat gevormd wordt door een uitsparing aan de onderzijde van de tand; en het vergrendeldeel aan de rand die de groef bevat gevormd wordt door een opstaand vergrendeldeel aan de onderste lip, bij voorkeur aan het distale uiteinde van de onderste lip.
39.- Decoratief paneel zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 36 - 38, daardoor gekenmerkt dat de randen van het decoratief paneel geconfigureerd zijn zodat de rand van het tweede paar tegenoverliggende randen die het mannelijk deel bevat gekoppeld kan worden aan de rand van het eerste paar tegenoverliggende randen die de groef bevat, waarbij zowel een vergrendeling van deze gekoppelde randen in het vlak
51 BE2021/5932 van deze gekoppelde panelen (1) en loodrecht op de betreffende randen bekomen wordt, als een vergrendeling in de richting loodrecht op het vlak van de gekoppelde panelen.
40.- Decoratief paneel zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 36 - 39, daardoor gekenmerkt dat de randen van het decoratief paneel geconfigureerd zijn zodat de rand van het eerste paar tegenoverliggende randen die de tand bevat gekoppeld kan worden aan de rand van het tweede paar tegenoverliggende randen die het vrouwelijk deel bevat, waarbij zowel een vergrendeling van deze gekoppelde randen in het vlak van deze gekoppelde panelen (1) en loodrecht op de betreffende randen bekomen wordt, als een vergrendeling in de richting loodrecht op het vlak van de gekoppelde panelen.
41.- Decoratief panel zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 3 - 9 en zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 37 - 40, daardoor gekenmerkt dat de tand en de ondersnijding die aan de bovenzijde het vierde contactvlak (25) bevat geconfigureerd zijn, zodat de rand van het eerste paar tegenoverliggende randen die de tand bevat gekoppeld kan worden aan de rand van het tweede paar tegenoverliggende randen die het vrouwelijk deel bevat, waarbij de tand ten minste ten dele gebracht wordt in de ondersnijding die aan de bovenzijde het vierde contactvlak (25) bevat, waarbij deze tand en deze ondersnijding een vergrendeling verzorgen in de richting loodrecht op de aldus gekoppelde panelen.
42.- Set van decoratieve panelen, daardoor gekenmerkt dat de set een eerste type panelen zoals in conclusies 39 en 40 en optioneel zoals in conclusie 41 bevat en een tweede type panelen zoals in conclusies 39 en 40 en optioneel zoals in conclusie 41 bevat, waarbij de randen van het decoratief paneel van het eerste type en de randen van het decoratief paneel van het tweede type geconfigureerd zijn zodat de rand van het tweede paar tegenoverliggende randen die het mannelijk deel bevat van een paneel van het eerste type gekoppeld kan worden aan de rand van het eerste paar tegenoverliggende randen die de groef bevat van een paneel van het tweede type, waarbij zowel een vergrendeling van deze gekoppelde randen in het vlak van deze gekoppelde panelen (1) en loodrecht op de betreffende randen bekomen wordt, als een vergrendeling in de richting loodrecht op het vlak van de gekoppelde panelen; en
52 BE2021/5932 zodat de rand van het eerste paar tegenoverliggende randen die de tand bevat van een paneel van het tweede type gekoppeld kan worden aan de rand van het tweede paar tegenoverliggende randen die het vrouwelijk deel bevat van een paneel van het tweede type, waarbij zowel een vergrendeling van deze gekoppelde randen in het vlak van deze gekoppelde panelen (1) en loodrecht op de betreffende randen bekomen wordt, als een vergrendeling in de richting loodrecht op het vlak van de gekoppelde panelen.
43.- Set van decoratieve panelen zoals in conclusie 42, daardoor gekenmerkt dat de koppeldelen aan het eerste paar tegenoverliggende randen van het eerste type panelen gespiegeld zijn ten opzichte van de koppeldelen aan het eerste paar tegenoverliggende randen van het tweede type panelen.
BE20215932A 2021-12-02 2021-12-02 Decoratief paneel. BE1029978B1 (nl)

Priority Applications (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE20215932A BE1029978B1 (nl) 2021-12-02 2021-12-02 Decoratief paneel.
PCT/IB2022/061265 WO2023100029A1 (en) 2021-12-02 2022-11-22 Decorative panel

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE20215932A BE1029978B1 (nl) 2021-12-02 2021-12-02 Decoratief paneel.

Publications (2)

Publication Number Publication Date
BE1029978A1 true BE1029978A1 (nl) 2023-06-26
BE1029978B1 BE1029978B1 (nl) 2023-07-03

Family

ID=78829726

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE20215932A BE1029978B1 (nl) 2021-12-02 2021-12-02 Decoratief paneel.

Country Status (2)

Country Link
BE (1) BE1029978B1 (nl)
WO (1) WO2023100029A1 (nl)

Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO2017115202A1 (en) 2015-12-31 2017-07-06 Flooring Industries Limited, Sarl Floor panel for forming a floor covering
WO2018172955A2 (en) 2017-03-21 2018-09-27 Flooring Industries Limited, Sarl Floor panel for forming a floor covering
WO2021111210A1 (en) 2019-12-03 2021-06-10 Flooring Industries Limited, Sarl Floor panel for forming a floor covering

Family Cites Families (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE19929896B4 (de) * 1999-06-30 2009-07-30 Akzenta Paneele + Profile Gmbh Befestigungssystem für Paneele
ATE222634T1 (de) * 1999-06-30 2002-09-15 Akzenta Paneele & Profile Gmbh Paneel sowie befestigungssystem für paneele
DE102006011887A1 (de) * 2006-01-13 2007-07-19 Akzenta Paneele + Profile Gmbh Sperrelement, Paneel mit separatem Sperrelement, Verfahren zur Installation eines Paneelbelags aus Paneelen mit Sperrelementen sowie Verfahren und Vorrichtung zur Vormontage eines Sperrelements an einem Paneel
EP2009197B1 (en) * 2006-04-14 2016-04-13 Yekalon Industry Inc. A floor block, a floor system and a laying method therefor
EP2423410B1 (de) * 2010-08-27 2013-02-13 Barlinek S.A. Baupaneel mit verbesserten Verriegelungsmitteln zur lösbaren Verbindung mit gleichartigen Baupaneelen
EP3737802B1 (en) * 2018-01-09 2023-05-10 Välinge Innovation AB Set of panels

Patent Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO2017115202A1 (en) 2015-12-31 2017-07-06 Flooring Industries Limited, Sarl Floor panel for forming a floor covering
WO2018172955A2 (en) 2017-03-21 2018-09-27 Flooring Industries Limited, Sarl Floor panel for forming a floor covering
WO2021111210A1 (en) 2019-12-03 2021-06-10 Flooring Industries Limited, Sarl Floor panel for forming a floor covering

Also Published As

Publication number Publication date
WO2023100029A1 (en) 2023-06-08
BE1029978B1 (nl) 2023-07-03

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US11680415B2 (en) Mechanical locking of floor panels with a flexible bristle tongue
US7861482B2 (en) Locking system comprising a combination lock for panels
US9347227B2 (en) Floating floor system, floor panel, and installation method for the same
RU2396398C2 (ru) Панель, прежде всего половая панель
CA2656920C (en) Locking system comprising a combination lock for panels
US6647689B2 (en) Panel, particularly a flooring panel
US7617651B2 (en) Floor panel
US6918220B2 (en) Locking systems for floorboards
BE1020508A3 (nl) Paneel.
US6521314B2 (en) Panel, particularly a floor panel
CN110431276B (zh) 用于形成地板覆盖物的地板镶板
US20180305937A1 (en) Set of floor panels for forming a floor covering
US11053693B2 (en) Plurality of floor panels and floor panels used hereby
CN113874587A (zh) 用于形成地板覆盖物的地板镶板
BE1029978A1 (nl) Decoratief paneel.
BE1028185B1 (nl) Paneel
CA3169835A1 (en) Panel
CA3229809A1 (en) Panel, in particular floor panel, having sealing function, and panel system
US20220389720A1 (en) Panel
BE1017532A6 (nl) Vloerpaneel en vloerbekleding bestaande uit dergelijke vloerpanelen.
BE1030080A1 (nl) Paneel

Legal Events

Date Code Title Description
FG Patent granted

Effective date: 20230703