BE1026059B1

BE1026059B1 - Kunststoffen buis die is aangepast voor een starre ophanging ervan en werkwijze voor het aanpassen van een kunststoffen buis in functie van een starre ophanging ervan

Info

Publication number: BE1026059B1
Application number: BE2018/5119A
Authority: BE
Inventors: Johan Fierlafijn; Guido Vranken
Original assignee: Aquadraat Engineering Bvba
Priority date: 2018-02-28
Filing date: 2018-02-28
Publication date: 2019-09-30
Also published as: EP3759384A1; WO2020174269A1; BE1026059A1

Abstract

Kunststoffen buis (2)die is aangepast voor een starre ophaning ervan, voorzien van één of meerdere kunststoffen rechtlijnige verstevigingen (3) die zich uitstrekken over minstens een gedeelte van de lengte (L) van de kunststoffen buis (1) en met die kunststoffen buis (1) zijn verbonden of er deel van uitmaken en waarbij aan de voornoemde verstevigingen (3) een profiel (4) is vastgemaakt of in de vornoemde verstevigingen (3) een profiel (4) geheel of gedeelteijk is ingebed, waarbij het profiel (4) is vervaardigd uit een materiaal met een thermische uitzettingscoëfficiënt die kleiner is dan de thermische uitzettingscoëfficiënt van het kunststoffen materiaal.

Description

Kunststoffen buis die is aangepast voor een starre ophanging ervan en werkwij ze voor het aanpassen van een kunststoffen buis in functie van een starre ophanging ervan.

5__

De huidige uitvinding heeft betrekking op een kunststoffen buis die is aangepast voor een starre ophanging ervan.

De huidige uitvinding heeft tevens betrekking op een werkwijze voor het aanpassen van een kunststoffen buis in functie van een starre ophanging ervan.

Zonder de uitvinding hiertoe te beperken, is de uitvinding 15 in het bijzonder van nut voor kunststoffen buizen die uit high-density polyethylene (HDPE) zijn vervaardigd, doch andere kunststoffen buizen die uit andere kunststoffen zoals PVC, PP, ABS en zo meer zijn vervaardigd zijn niet van de uitvinding uitgesloten.

.

De kunststoffen die gebruikt worden om kunststoffen buizen mee te vervaardigen en a fortiori HDPE, zijn zeer chemisch resistent en ze zijn gemakkelijk te verwerken tot allerlei mogelijke vormen.

Een groot nadeel echter van zulke kunststoffen is dat de thermische uitzetting ervan groot kan zijn,

HDPE heeft bijvoorbeeld een thermische uitzettingscoëfficiënt van 0,2 mm/m.K.

2018/5119

BE2018/5119

Een eerste mogelijkheid die reeds bekend is om problemen ten gevolge van thermische uitzetting van kunststoffen buizen in installaties, zoals regenwaterafvoerinstallaties, te vermijden, bestaat erin gedeelten van de installatie toe te laten bepaalde bewegingen of vervormingen te ondergaan.

Volgens de stand van de techniek worden hiertoe bijvoorbeeld zogenaamde buigbenen toegepast.

Zulke buigbenen zijn meer flexibele buisstukken die een hoek maken en ze worden met hun uiteinden aangesloten op buisstukken die door temperatuursverandering een uitzetting of inkrimping ondergaan.

Hierbij worden evenwel glijbeugels of glijophangingen

toegepast	voor	de	ophanging van zulk	buigbeen,	zodat	het
buigbeen	over	een	voldoende afstand	vrij	kan	bewegen	of
vervormen	om	de	optredende thermische	uitzetting	of

inkrimping op te kunnen vangen.

Bij een andere bekende techniek, die op hetzelfde principe is gebaseerd om gedeelten van de installatie toe te laten ten opzichte van elkaar te bewegen, worden zogenaamde 25 uitzettingsmoffen toegepast.

Deze uitzettingsmoffen bevatten twee telescopisch ten opzichte van elkaar beweegbare buisstukken, waarbij één van deze buisstukken vast wordt opgesteld.

De buisstukken zijn ten opzichte van elkaar afgedicht door middel van een (doorgaans rubberen) afdichting die evenwel

2018/5119

BE2018/5119 een beweging van de buisstukken ten opzichte van elkaar niet blokkeert.

Een nadeel van het toepassen van uitzettingsmoffen is dat 5 ze niet toepasbaar zijn in hemelwaterafvoersystemen die functioneren in onderdruk, aangezien de afdichting tussen de buisstukken van zulke uitzettingsmoffen bij het optreden van een onderdruk in het buizensysteem niet verzekerd is.

Een andere bekende methode om om te gaan met de neiging van kunststoffen buizen onder temperatuursverandering uit te zetten of te krimpen, bestaat erin de kunststoffen buizen door middel van een starre montage op te hangen 15 teneinde aldus de kunststoffen buizen als het ware in een karkas te dwingen dat geen uitzetting of inkrimping toelaat.

Volgens de stand van de techniek kunnen hiertoe zogenaamde 20 metalen montagerails worden gebruikt, die als een soort tussenschakel dienst doen, waarbij de kunststoffen buizen star worden verbonden met een montagerail door middel van beugels en de montagerails zelf aan de eigenlijke constructie, zoals een plafond of muur, zijn bevestigd 25 voor de ophanging van de kunststoffen buizen.

Hierbij vangen de montagerails de enorme krachten op die ontstaan door het verhinderen van de thermische uitzetting of inkrimping van de kunststoffen buizen bij 30 temperatuursverandering.

2018/5119

BE2018/5119

Het is duidelijk dat zulke starre montage met beugels die aan een montagerail worden bevestigd relatief ingewikkeld is, nauwkeurig dient uitgevoerd te worden en bovendien redelijk kostelijk is.

De huidige uitvinding heeft dan ook tot doel een oplossing te bieden aan één of meerdere van de voornoemde of mogelijke andere nadelen, waarmee een starre montage van kunststoffen buizen te kampen heeft.

Meer bepaald heeft de uitvinding tot doel een kunststoffen buis aan te bieden die is aangepast voor een starre montage en die beter in staat is de grote krachten op te vangen die voorkomen bij zulke montage ten gevolge van uitzetting of inkrimping bij een temperatuurwijziging,

Nog een doel van de uitvinding bestaat erin een werkwijze aan te bieden voor het aanpassen van een kunststoffen buis, zodanig dat ze beter geschikt is om star gemonteerd 20 te worden.

Hierbij is het een bijkomend doel van de uitvinding zulke werkwijze aan te reiken die gemakkelijk in een productiehal of op een werf kan worden uitgevoerd.

Nog een doel van de uitvinding bestaat erin de efficiëntie van een starre montage van kunststoffen buizen te verhogen en de kostprijs ervan te verlagen.

Hiertoe betreft de uitvinding een kunststoffen buis die is aangepast voor een starre ophanging ervan, waarbij de aangepaste kunststoffen buis een gedeelte bevat in de vorm

2018/5119

BE2018/5119 van een kunststoffen buis, waarbij deze kunststoffen buis is voorzien van één of meerdere kunststoffen rechtlijnige verstevigingen die zich uitstrekken over minstens een gedeelte van de lengte van de betreffende kunststoffen 5 buis en die met de kunststoffen buis zijn verbonden of er deel van uitmaken en dat aan de voornoemde versteviging of verstevigingen een profiel of element is vastgemaakt of in de voornoemde versteviging of verstevigingen een profiel of element geheel of gedeeltelijk is ingebed, waarbij het 10 profiel of element is vervaardigd uit een materiaal met een thermische uitzettingscoëfficiënt die kleiner is dan de thermische uitzettingscoëfficiënt van het kunststoffen materiaal waaruit de kunststoffen buis en de kunststoffen versteviging of verstevigingen zijn vervaardigd.

Een groot voordeel van zulke aangepaste kunststoffen buis volgens de uitvinding is dat een profiel of element dat vervaardigd is uit een materiaal met een thermische uitzettingscoëfficiënt die kleiner is dan de thermische 20 uitzettingscoëfficiënt van de kunststof waaruit de kunststoffen buis en de versteviging of verstevigingen zijn vervaardigd, rechtstreeks op de kunststoffen buis is

bevestigd, eraan	is verbonden	of	erin	is ingebed,	waardoor
een uitzetting of	inkrimping	van	de	kunststoffen	bui s	bij
25 wijziging van de	temperatuur	op	zeer	efficiënte	wij ze	aan

banden wordt gelegd.

Het profiel of element kan bijvoorbeeld vervaardigd zijn uit staal, maar bijvoorbeeld ook uit een met glasvezel verstevigd composietmateriaal.

2018/5119

BE2018/5119

Staal heeft een thermische uitzettingscoëfficiënt van 0,012 mm/m.K wat bijna een factor twintig kleiner is dan de thermische uitzettingscoëfficiënt van HDPE.

Bovendien heeft staal een erg grote treksterkte en druksterkte en is het goed bestand tegen knik zodat het een goed materiaal is om er een profiel of element mee te vervaardigen die de uitzetting of inkrimping van een aangepaste kunststoffen buis volgens de uitvinding kan 10 inperken bij een wijziging van de temperatuur.

Uiteraard kunnen volgens de uitvinding vele andere materialen worden toegepast ter vervaardiging van zulk profiel of element.

Het profiel of element kan beschouwd worden als een restrainer in de zin dat het bedoeld is om de uitzetting en inkrimping van de kunststoffen buis in te perken, te bedwingen of in te tomen.

Verder is het de bedoeling dat het profiel of element tevens als een montagerail kan dienst doen, voor de ophanging van de kunststoffen buis aan een ondersteunende constructie zoals een plafond, muur of dergelijke meer.

Het grote voordeel hierbij is dat het profiel of element, dat als restrainer en als montagerail dienst doet, rechtstreeks op een verstevigd deel van de kunststoffen buis is bevestigd of er geheel of gedeeltelijk is ingebed.

Aldus kunnen de ophangmiddelen waarmee de kunststoffen buis wordt opgehangen, bijvoorbeeld aan een draagstructuur

2018/5119

BE2018/5119 die gevormd wordt door een gebouw, rechtstreeks bevestigd worden in of aan het profiel of element, dat als montagerail dienst doet.

In principe zijn deze ophangmiddelen bijgevolg niet of in zeer beperkte mate onderhevig aan de krachten die optreden ten gevolge van thermische uitzetting of inkrimping, aangezien het profiel of het element zulke uitzetting of inkrimping tot een minimum beperkt houdt.

Dit staat in scherp contrast tot wat het geval is bij de bekende werkwijzen voor een starre ophanging van kunststoffen buizen, waarbij de bevestigingsbeugels aan grote momenten worden onderworpen, aangezien deze 15 bevestigingsbeugels de afstand dienen te overbruggen tussen de uitzettende en krimpende kunststoffen buis en de nagenoeg niet vervormende montagerail.

Voorts is het zo dat bij een aangepaste kunststoffen buis 20 volgens de uitvinding de versteviging of verstevigingen sterk bijdragen aan een robuuste verbinding tussen de kunststoffen buis en het profiel of element, waardoor krachten efficiënt worden overgebracht en het risico dat beschadiging aan de kunststoffen buis optreedt tot een 25 minimum wordt beperkt.

In een voorkeurdragende uitvoeringsvorm van een kunststoffen buis volgens de uitvinding zijn de versteviging of verstevigingen balkvormig en is het 30 profiel of element een U-vormig profiel of element dat complementair is aan de balkvormige versteviging of verstevigingen, waarbij het U-vormig profiel of element

2018/5119

BE2018/5119 hiertoe twee zijwanden heeft die verbonden worden door een bodem.

Bij voorkeur stemt hierbij de afstand tussen de zijwanden overeen met de breedte van de balkvormige verstevigingen en is de versteviging of zijn de verstevigingen tussen de twee zijwanden van het metalen profiel aangebracht.

Zulke uitvoeringsvorm van een kunststoffen buis 10 overeenkomstig de uitvinding is op zeer eenvoudige manier te vervaardigen, bij voorkeur in een productiehal of fabriek, maar eventueel zelfs op de werf, zoals hierna nog zal worden aangetoond, terwijl de vorm ervan uitermate compact is en zonder meer geschikt is voor een starre 15 ophanging en dit omwille van de redenen die hiervoor al werden opgesomd.

In nog een voorkeurdragende uitvoeringsvorm van een kunststoffen buis volgens de uitvinding is het profiel 20 vastgemaakt over de versteviging of verstevigingen met behulp van bouten die doorheen openingen in de zijwanden van het U-profiel evenals doorheen de breedte van de versteviging of verstevigingen zijn aangebracht en die met moeren zijn vastgeschroefd.

Zulke uitvoeringsvorm van een kunststoffen buis volgens de uitvinding is zeer gemakkelijk samen te stellen met middelen die overal voor handen zijn, maar biedt tevens de nodige sterkte om probleemloos te kunnen fungeren in een 30 starre ophanging.

2018/5119

BE2018/5119

Uiteraard is het volgens de uitvinding niet uitgesloten andere verbindingsmiddelen of andere verbindingsmethoden toe te passen voor het bevestigen van het profiel of element aan de versteviging of verstevigingen.

Hiertoe kunnen bijvoorbeeld tuimelbevestigingen, blinde bevestigingen, stiften, klossen en dergelijke meer worden toegepast.

Ook kan het profiel worden vervormd door persen om het te bevestigen aan of op de versteviging of verstevigingen.

De huidige uitvinding heeft tevens betrekking op een werkwijze voor het aanpassen van een kunststoffen buis in 15 functie van een starre ophanging ervan.

Zulke werkwijze volgens de uitvinding omvat minstens de volgende stappen:

	- het voorzien van	één	of meerdere	rechtlijnige
20	kunststoffen verstevigingen aan	een kunststoffen buis	over
	minstens een gedeelte van de	lengte van de	betreffende
	kunststoffen buis; en,
	- het aanbrengen van	een	profiel of e	lement,	dat
	vervaardigd is uit	een	materiaal	met	een
25	uit zettingscoëfficiënt	die	kleiner is	dan	de

uitzettingscoëfficiënt van het kunststoffen materiaal waaruit de kunststoffen buis en de kunststoffen versteviging of verstevigingen zijn vervaardigd, op, aan of in deze kunststoffen versteviging of verstevigingen 30 door het profiel of element eraan vast te maken of geheel of gedeeltelijk in te bedden in deze kunststoffen versteviging of verstevigingen.

2018/5119

BE2018/5119

Bij een voorkeurdragende werkwijze volgens de uitvinding wordt de versteviging of worden de verstevigingen met de kunststoffen buis verbonden door middel van een elektrolasbewerking, een spiegellasbewerking of een extrusielasbewerking.

De aangeboden	werkwij	zen volgens de	uitvinding	zorgen
ervoor dat op	werven	minder talrijke	en verschillende
materialen	en	producten,	vooral	minder
10 bevestigingsmaterialen,	moeten verwerkt	worden,	dan wat

het geval is bij de bekende werkwijzen.

Bijgevolg vergt een starre ophanging van een kunststoffen buis tevens minder arbeid wanneer een werkwijze volgens de 15 uitvinding wordt toegepast, vergeleken met de arbeid vereist bij toepassing van een bekende werkwijze.

Bovendien zijn deze werkwijzen volgens de uitvinding eenvoudig toe te passen en leveren ze een uitstekend, 20 robuust resultaat op.

Met het inzicht de kenmerken van de uitvinding beter aan te tonen, zijn hierna als voorbeeld zonder enig beperkend karakter, enkele voorkeurdragende uitvoeringsvormen 25 beschreven van een kunststoffen buis overeenkomstig de uitvinding, evenals van werkwijzen voor het aanpassen van een kunststoffen buis overeenkomstig de uitvinding, met verwijzing naar bijgaande figuren, waarin:

figuren 1 tot 5 in perspectief opeenvolgende stappen van een eerste mogelijke werkwijze volgens de

2018/5119

II

BE2018/5119 uitvinding illustreren voor het aanpassen van een kunststoffen buis;

figuren 6 tot 10 in perspectief een tweede mogelijke werkwijze volgens de uitvinding illustreren voor het aanpassen van een kunststoffen buis;

figuren 11 tot 17 in perspectief een derde mogelijke werkwijze volgens de uitvinding illustreren voor het aanpassen van een kunststoffen buis; en, figuur 18 in zijaanzicht weergeeft hoe een aangepaste 10 kunststoffen buis, zoals bekomen met de werkwijzen geïllustreerd in de voorgaande figuren, is opgehangen aan een plafond;

figuren 19 en 20 alternatieve manieren illustreren voor het ophangen van een kunststoffen buis, 15 respectievelijk met klassieke middelen en met middelen voorzien bij een aangepaste kunststoffen buis volgens de uitvinding;

figuur 21 op grotere schaal een zicht weergeeft volgens de pijl F21 op het gedeelte aangeduid met F21 20 in figuur 17, doch voor een andere uitvoeringsvorm van een aangepaste kunststoffen buis volgens de uitvinding;

figuren 22 tot 24 op analoge wijze als in figuur 21 nog andere uitvoeringsvormen van een aangepaste 25 kunststoffen buis overeenkomstig de uitvinding illustreren;

figuren 25 en 26 een zicht weergeven op een doorsnede van nog andere uitvoeringvormen van een aangepaste kunststoffen buis volgens de uitvinding;

figuren 27 en 28 op analoge wijze als in de figuren tot 24 nog andere uitvoeringsvormen van een

2018/5119

BE2018/5119 aangepaste kunststoffen buis overeenkomstig de uitvinding illustreren;

figuur 29 in zijaanzicht een alternatieve manier illustreert voor het ophangen van nog een andere uitvoeringsvorm van een aangepaste kunststoffen buis volgens de uitvinding aan een reeks balken van een plafond;

figuren 30 en 31 op grotere schaal de gedeelten weergeven die in figuur 29 respectievelijk met F30 en 10 F31 zi jn aangeduid;

figuren 32 en 33 op grotere schaal de doorsneden weergeven die in figuur 30 respectievelijk zijn aangeduid met sneden F32 en F33;

figuren 34 tot 37 schematisch opeenvolgende stappen 15 weergeven van een alternatieve werkwijze volgens de uitvinding voor het vervaardigen van aangepaste kunststoffen buizen overeenkomstig de uitvinding;

figuren 38 en 39 in perspectief twee stappen illustreren van nog een andere werkwijze volgens de 20 uitvinding;

figuur 40 een zijaanzicht volgens pijl F40 weergeeft op het resultaat verkregen na het samenstellen van de twee gedeelten weergegeven in figuur 39;

figuur 41 in perspectief een volgende stap van de 25 werkwijze weergeeft waarbij één of meerdere extrusielassen worden uitgevoerd;

figuren 42 en 43 in perspectief twee mogelijke uitvoeringsvormen weergeven van de voornoemde extrusielas of extrusielassen;

figuren 44 en 45 op grotere schaal in vooraanzicht de gedeelten weergeven aangeduid met de pijlen F44 en F4 5;

2018/5119

BE2018/5119 figuren 46 en 47 in perspectief en met weglaten van een gedeelte van een zijwand de uitvoeringsvorm van figuur 42 weergeven, respectievelijk wanneer een continue extrusielas wordt aangebracht of wanneer een onderbroken extrusielas wordt aangebracht;

figuren 48 tot 51 in bovenaanzicht metalen profielen weergeven die voorzien zijn van perforaties met verschillende vormen;

figuren 52 en 53 in bovenaanzicht metalen profielen weergeven die voorzien zijn van perforaties respectievelijk in een continue en een niet-continue uitvoering;

figuren 54 tot 58 op analoge wijze als in de figuren 34 tot 37 een alternatieve werkwijze volgens de uitvinding illustreren; en, figuren 59 en 60 nog twee andere werkwijzen volgens de uitvinding illustreren.

In figuur 1 is een kunststoffen buis 1 weergegeven die met een werkwijze volgens de uitvinding wordt omgevormd tot een aangepaste kunststoffen buis 2 overeenkomstig de uitvinding, die is weergegeven in figuur 5, en die door deze omvorming zeer geschikt is gemaakt voor ophanging volgens een starre montage.

De kunststoffen buis 1 is bijvoorbeeld vervaardigd uit HDPE, maar kunststoffen buizen 1 die vervaardigd zijn met andere kunststoffen kunnen volgens de uitvinding met een gelijkaardige werkwijze ongevormd worden.

2018/5119

BE2018/5119

De kunststoffen buis 1 is cilindervormig, heeft een lengte L, een cirkeivormige doorsnede met diameter D en een wanddikte T.

Deze lengte L moet evenwel juist geïnterpreteerd worden, aangezien volgens de uitvinding het gedeelte dat is weergegeven in de figuren evengoed de weergave kan zijn van een buisstuk van een kunststoffen buis 1 met veel grotere lengte dan de lengte L zoals weergegeven in de 10 figuren.

In een eerste stap van de hier besproken eerste mogelijke werkwijze volgens de uitvinding, die geïllustreerd wordt aan de hand van de figuren 1 tot 5, worden meerdere 15 kunststoffen verstevigingen 3, in dit geval meer bepaald drie kunststoffen verstevigingen 3 tot tegen de kunststoffen buis 1 gebracht.

Deze verstevigingen 3 zullen in een verdere stap van de 20 werkwijze met de kunststoffen buis 1 worden verbonden en zijn bedoeld als een houvast voor een metalen profiel 4.

In andere uitvoeringsvormen is het niet uitgesloten een profiel 4 of element toe te passen dat vervaardigd is uit 25 een andere materiaal dan metaal.

Het profiel 4 of element is bedoeld om inkrimping of uitzetting van de kunststoffen buis 1 onder invloed van een wijziging van de temperatuur tegen te gaan en heeft 30 daartoe liefst een uitzettingscoëfficiënt die zo klein mogelijk is, terwijl ook voldoende sterkte vereist is teneinde aan de optredende krachten te kunnen weerstaan.

2018/5119

BE2018/5119

De kunststoffen verstevigingen 3 worden in dit geval in vaste vorm tegen de kunststoffen buis 1 gebracht en zullen in een verdere stap van de werkwijze door lassen met de kunststoffen buis 1 worden verbonden.

De verstevigingen 3 zijn elk uitgevoerd als een balkvormig, rechtlijnig element 3 met een lengte L' en met een vierkante doorsnede 5.

Uiteraard is het volgens de uitvinding niet uitgesloten verstevigingen 3 toe te passen die een volledige andere vorm hebben.

De verstevigingen 3 hebben een breedte B, die relatief 15 klein is ten opzichte van de diameter D van de kunststoffen buis 1, zodat de verstevigingen 3 een langwerpig element vormen die als het ware als een bijna lijnvormig element op het buitenoppervlak 6 van de kunststoffen buis 1 kunnen worden aangebracht.

De drie verstevigingen 3 worden voorts volgens de werkwijze onderling uitgelijnd volgens de lengte L van de kunststoffen buis 1 en worden in dit geval op een regelmatige afstand E van elkaar tegen de kunststoffen 25 buis 1 aangebracht, wat in figuur 2 met de pijlen F is weergegeven.

Er valt nog op te merken dat de verstevigingen 3 vervaardigd kunnen zijn uit dezelfde kunststof als de 30 kunststoffen buis 1, terwijl in andere uitvoeringsvormen de verstevigingen 3 ook kunnen vervaardigd worden uit een ander materiaal dan de kunststoffen buis 1, althans voor

2018/5119

BE2018/5119 zover het gebruik van niet gelijke materialen fysisch en chemisch verantwoord is voor het verkrijgen van een kwalitatief hoogwaardige verlijming of kwalitatief hoogwaardige las tussen de betreffende materialen.

Al is dit volgens de uitvinding niet strikt noodzakelijk, wordt volgens de hier besproken werkwijze overeenkomstig de uitvinding het metalen profiel 4 eerst verbonden met de kunststoffen verstevfgingen 3, alvorens de kunststoffen 10 verstevigingen 3 op de kunststoffen buis 1 worden gelast.

Dit is geïllustreerd aan de hand van de figuren 3 en 4.

Volgens de uitvinding is het echter niet uitgesloten een 15 andere werkwijze toe te passen waarbij de hier vermelde stappen in een andere volgorde worden uitgevoerd.

In de stap van de werkwijze weergegeven in figuur 3 wordt het metalen profiel 4 over de kunststoffen verstevigingen 20 3 gebracht, wat is weergegeven met de pijlen G.

Het metalen profiel 4 is in dit geval een U-vormig profiel dat complementair is aan de balkvormige verstevigingen 3.

Het metalen profiel 4 heeft hiertoe twee zijwanden 7 en 8 die verbonden worden door een bodem 9.

De afstand K tussen de zijwanden 7 en 8 stemt overeen met de breedte B van de balkvormige verstevigingen 3.

Aldus worden bij de beweging volgens de pijlen G de verstevigingen 3 tussen de zijwanden 7 en 8 van het

2018/5119

BE2018/5119 metalen profiel 4 gebracht, terwijl de bodem 9 van het metalen profiel 4 de verstevigingen 3 langs de bovenkant afdekt.

Hierbij kan al dan niet een spatie of ruimte worden gelaten tussen een betreffende versteviging 3 en de bodem 9 van het metalen profiel 4.

De bekomen situatie is weergegeven in figuur 4.

In een volgende stap van de werkwijze overeenkomstig de uitvinding die hier wordt toegelicht, wordt het metalen profiel 4 op de kunststoffen verstevigingen 3 vastgemaakt door bouten 10 aan te brengen doorheen openingen 11 die 15 voorzien zijn in de zijwanden 7 en 8 van het metalen Uprofiel 4 evenals doorheen de breedte B van de verstevigingen 3.

Daarna worden de bouten 10 vastgeschroefd met behulp van 20 moeren 12.

In een laatste stap van de hier besproken werkwij ze volgens de uitvinding worden de kunststoffen verstevigingen 3 verbonden met de kunststoffen buis 1 door 25 middel van een lasbewerking, wat schematisch is voorgesteld in figuur 5.

Bij het uitvoeren van zulke las tussen een kunststoffen versteviging 3 en de kunststoffen buis 1 is het belangrijk 30 zoveel mogelijk restspanningen in de lasverbinding te vermijden of deze restspanningen zo laag mogelijk te houden.

2018/5119

BE2018/5119

Om aan dit probleem te verhelpen kan er volgens een voorkeurdragende werkwijze overeenkomstig de uitvinding, alvorens het lassen te starten, in de kunststoffen buis een metalen buis worden aangebracht, die tegen het te lassen gedeelte wordt gehouden.

Bij voorkeur wordt er volgens deze werkwijze doorheen deze metalen buis tevens een koelmedium gepompt tijdens het lassen.

In andere werkwijzen overeenkomstig de uitvinding is het niet uitgesloten allerhande andere mogelijke elementen toe te passen, die de krimp na afkoeling deels of geheel kunnen verhinderen, zoals bijvoorbeeld geperforeerde en/of gekartelde bandijzers, al dan niet gekartelde buizen of staven, vezels, ...

Deze elementen hoeven niet uit metaal vervaardigd te zijn en kunnen vervaardigd worden uit alle mogelijke materialen met een beperkte thermische uitzettingscoëfficiënt.

Aldus wordt een kunststoffen buis 2 verkregen die is aangepast voor een starre ophanging ervan, waarbij deze aangepaste kunststoffen buis 2 in dit geval voorzien is 25 van meerdere kunststoffen, rechtlijnige verstevigingen 3 die zich uitstrekken over minstens een gedeelte van de lengte L van de originele kunststoffen buis 1, waarbij deze verstevigingen 3 met de kunststoffen buis 1 zijn verbonden door middel van een las en waarbij met behulp 30 van bouten 10 en moeren 12 aan de verstevigingen 3 een metalen profiel 4 is vastgemaakt, dat dienst doet als

2018/5119

BE2018/5119 montagerail voor de starre ophanging van het kunststoffen profiel 2.

In de figuren 6 tot 10 is nog een andere werkwijze volgens de uitvinding geïllustreerd, waarbij ditmaal slecht één enkele kunststoffen versteviging 3 op de kunststoffen buis is aangebracht, terwijl verder dezelfde stappen worden uitgevoerd.

Het verschil zit enkel in het feit dat ditmaal het metalen profiel 4 een lengte M heeft die hetzelfde is als de lengte L van de kunststoffen versteviging 3 of met andere woorden is het metalen profiel 4 over zijn geheie lengte M ondersteund en verbonden met de kunststoffen versteviging

3.

Uiteraard wordt op deze manier een nog robuustere uitvoering verkregen van een kunststoffen buis 2 volgens

de	uitvinding	die is aangepast	voor een starre	ophanging.
20
In	andere	uitvoeringsvormen	van een	aangepaste
kunststoffen	buis 2 volgens	de	uitvinding	is het niet

uitgesloten een metalen profiel 4 toe te passen dat langer is of dat net omgekeerd korter is dan de kunststoffen buis 25 1.

De verstevigingen 3 dienen bij voorkeur niet voorzien te zijn aan de buisuiteinden zodat zulke aangepaste kunststoffen buizen 2 volgens de uitvinding gemakkelijk 30 aan elkaar kunnen worden gekoppeld door het verwezenlijken van een buis verbinding met een techniek die volgens de huidige stand van de techniek bekend is.

2018/5119

BE2018/5119

Zulke verbinding tussen twee aangepaste kunststoffen buizen 2 volgens de uitvinding met verstevigingen 3 kan bijvoorbeeld tot stand worden gebracht door middel van spiegellassen of stuiklassen of met behulp van mechanische koppelingen of gelijk welk ander verbindingsmiddel dat hiertoe geschikt is.

De figuren 11 tot 17 illustreren opeenvolgende stappen van nog een andere werkwij ze volgens de uitvinding, waarbij ditmaal een versteviging 3 op de kunststoffen buis 1 wordt verwezenlijkt door middel van extrusie.

Figuur 11 geeft weer dat er vertrokken wordt van een kunststoffen buis 1 (of buisstuk) die identiek is aan de kunststoffen buis 1 weergegeven in de figuren 1 en 6.

In een eerste stap volgens deze werkwijze overeenkomstig de uitvinding wordt ditmaal eerst ter plaatse van de aan te brengen versteviging 3 een paar bekistingsprofielen 13 tegen de kunststoffen buis 1 aangebracht.

Dit hoeft echter volgens de uitvinding, zelfs bij het toepassen van extrusie voor het verwezenlijken van de versteviging 3 of verstevigingen 3, niet steeds het geval te zijn.

Deze stap van de werkwijze is geïllustreerd in figuur 12 waarbij de pijlen I de richting aangeven volgens dewelke de bekistingsprofielen 13 worden bewogen.

Deze bekistingsprof ielen 13 hebben in dit geval een Lvormig profiel gevormd door twee benen 14 en 15.

2018/5119

BE2018/5119

Ze kunnen vervaardigd zijn uit een metaal of uit gelijk welk materiaal dat hiertoe geschikt is en dat voldoende stijf en warmtebestendig is om de laten verlopen.

Hierbij wordt in het getoonde extrusie correct te voorbeeld van elk bekistingsprofiel 13 telkens één been 14 tegen de kunststoffen buis 1 gebracht, terwijl de andere opstaande benen 15 op een afstand R van elkaar worden gehouden overeenkomstig de breedte B van de door extrusie te vormen kunststoffen versteviging 3.

Daarna wordt ter vorming van een balkvormige, kunststoffen versteviging 3 op het buitenoppervlak 6 van het kunststoffen buisstuk 1 met een extruder 16 tussen de bekistingsprofielen 13 een gesmolten kunststof 17 aangebracht.

Het is belangrijk te noteren dat het gebruik van de bekistingsprof ielen 13 niet noodzakelijk is bij een goed afstelde extruder 16 die een versteviging 3 of verstevigingen 3 vormvast kan aanbrengen zonder gebruik te maken zulke bekistingsprofielen 13.

Zoals algemeen bekend is, wordt zulke extruder 16 gevoed met een granulaat 18 van de betreffende kunststof dat in de extruder 16 door opwarming tot een gesmolten kunststof 17 wordt omgevormd en dat eventueel via een matrijs 19 in de juiste vorm wordt gebracht.

2018/5119

2

BE2018/5119

In gra: tot	het geval nulaat 18 zo'n 220 ⁰	HDPE wordt	geëxtrudeerd, wordt de grondstofpellets	hierbij het 18 opgewarmd
of C.	worden
5 De	extruder	16	en de	kunststoffen buis 1	worden ten

opzichte van elkaar bewogen volgens de pijlen J zodat de gesmolten kunststof 17 tussen de bekistingsprofielen 13 wordt aangebracht over de vereiste lengte overeenkomstig de lengte L van de aan te brengen versteviging 3.

Bij voorkeur wordt de extrusie in één enkele beweging uitgevoerd.

Het is de bedoeling dat de gesmolten kunststof 17 samen 15 smelt met de wand 6 van de kunststoffen buis 1 om aldus één geheel te verkrijgen en een vaste verbinding tussen de kunststoffen buis 1 en de versteviging 3.

Na het stollen van de versteviging 3 door afkoeling kunnen 20 in een volgende stap van de werkwijze de bekistingsprofielen 13 worden weggenomen, wat in figuur 14 is geïllustreerd met de pijlen U.

In	de volgende	stap	van deze werkwijze	volgens	de
25 uitvinding wordt	het	metalen profiel 4, dat	dienst	zal
doen	als montagerail,	bevestigd op de versteviging 3	na
het	stollen ervan.
Dit	is in figuur	15	weergegeven en gebeurt	op volkomen

analoge wijze als weergegeven in figuur 8, althans voor zover er geen rekening mee gehouden wordt dat in figuur 8 het metalen profiel 4 wordt aangebracht over de

2018/5119

BE2018/5119 alvorens deze wordt verbonden door middel lassen met de geval verbonden terwij1 het extrusieproces f i kunststoffen buis 1

guur	15	de versteviging	uiteraard	reeds
met	de	kunststoffen buis	1 tijdens	het
en	pas	daarna het metalen	profiel 4	wordt

aangebracht.

Uiteraard zijn de hier besproken werkwijzen volgens de uitvinding slechts mogelijke voorbeelden en kunnen de 10 vermelde stappen in een andere volgorde worden uitgevoerd of kunnen bijkomende stappen worden toegepast of stappen van de beschreven werkwijzen worden weggelaten.

Voor het bevestigen van het metalen profiel 4 op de 15 geëxtrudeerde versteviging 3 wordt opnieuw gebruik gemaakt van bouten 10 die doorheen openingen 11 in de zijwanden 7 en 8 van het metalen profiel 4 worden aangebracht en die worden vastgeschroefd door middel van moeren 12.

Dit is geïllustreerd in figuur 16.

Andere werkwijzen waarbij andere bevestigingsmiddelen of andere technieken worden toegepast voor het vastmaken van het metalen profiel 4 aan de versteviging 3 of 25 verstevigingen, zijn volgens de uitvinding uiteraard niet uitgesloten.

Het uiteindelijke resultaat, weergegeven in figuur 17, is opnieuw een aangepaste kunststoffen buis 2 volgens de 30 uitvinding die geschikt is voor een starre ophanging.

2018/5119

BE2018/5119

Zulke starre ophanging is bij wijze van voorbeeld geïllustreerd in figuur 18.

Hierbij is de aangepaste kunststoffen buis 2 opgehangen aan een betonnen plafond 20 met ophangmiddelen 21 die aan het metalen profiel 4 zijn bevestigd.

In het getoonde voorbeeld zijn hiertoe draadstangen 22 met één uiteinde verbonden aan chemische bouten 23 die verankerd zijn in het betonnen plafond 20, terwijl het andere uiteinde van de draadstangen 22 is verbonden met het metalen profiel 4 van de kunststoffen buis 2 met behulp van beugels 24.

Deze beugels 24 omringen in dit geval tevens de aangepaste kunststoffen buis 2, maar dit is volgens de uitvinding niet noodzakelijk en de ophangmiddelen 21 kunnen even goed slechts in het metalen profiel 4 aangrijpen, wat bij wijze van voorbeeld in figuur 25 is weergegeven.

In figuur 18 is het betonnen plafond 20 evenals de daaraan opgehangen aangepaste kunststoffen buis 2 onderbroken getekend.

Typisch wordt de aangepaste kunststoffen buis 2 opgehangen met behulp van ophangmiddelen 21 die zijn voorzien op een tussenafstand TS1 van elkaar die overeenstemt met een tienvoud van de buisdiameter D van de kunststoffen buis 1.

In andere gevallen is het soms onmogelijk om ophangmiddelen 21 op zulke beperkte tussenafstand TS1 van elkaar te voorzien, bijvoorbeeld omdat de structuur van

2018/5119

BE2018/5119 het plafond 20 zulks niet toelaat, en kunnen ophangmiddelen 21 enkel op een grotere tussenafstand TS2 van elkaar in het plafond 20 worden aangebracht, wat bij wijze van voorbeeld in figuur 19 is geïllustreerd.

In zulk geval kan er gebruik gemaakt worden van een montagerail MR die is opgehangen aan het plafond 20 met behulp van montagemiddelen 21 en kan een kunststoffen buis 1 aan zulke montagerail MR worden opgehangen, bijvoorbeeld 10 met behulp van traditionele bevestigingsmiddelen TB in de vorm van beugels of dergelijke meer, en bevestigingsmiddelen voor het verwezenlijken van een vast punt VP, die in functie van de noodzaak over de montagerail MR zijn verspreid en waarbij de correcte 15 tussenafstanden TS3 voor een stabiele ophanging van de kunststoffen buis 1 aan de montagerail MR worden toegepast.

In zulk geval fungeert de montagerail MR als een 20 verstevigingselement waarmee de afstanden TS1 tussen opeenvolgende ophangmiddelen 21 kunnen worden overbrugd.

In figuur 20 wordt geïllustreerd hoe in een gelijkaardige, situatie als beschreven met betrekking tot figuur 19 25 handig gebruik kan gemaakt worden van een aangepaste kunststoffen buis 2 volgens de uitvinding in combinatie met traditionele bevestigingsmiddelen TB.

In het bij zonder is een aangepaste kunststoffen buis 2 30 volgens de uitvinding hiertoe erg geschikt indien het bijvoorbeeld van een type is dat voorzien is van meerdere verstevigingen 3 die op een onderlinge afstand TS4 van

2018/5119

BE2018/5119 elkaar zijn voorzien volgens de lengte van de kunststoffen buis 1 en waarop telkens een metalen profiel 4 van dezelfde lengte als de betreffende verstevigingen 3 is aangebracht.

In figuur 20 zijn twee zulke profielen 4 met telkens drie bouten 10 en moeren 12 vast aan de montagerail MR bevestigd voor het verwezenlijken van een vast punt VP, terwijl de aangepaste kunststoffen buis 2 verder is 10 opgehangen met traditionele bevestigingsmiddelen TB op tussenliggende posities, waarbij opnieuw een tussenafstand

TS3 wordt gerespecteerd voor de ophanging van de aangepaste kunststoffen buis 2.

In figuur 21 is een gedeelte weergegeven van een alternatieve uitvoeringsvorm van een aangepaste kunststoffen buis 2 volgens de uitvinding.

Net zoals in voorgaande uitvoeringsvormen, is de 20 aangepaste kunststoffen buis 2 voorzien van een rechtlijnige versteviging 3 of van meerdere rechtlijnige verstevigingen 3 die met de kunststoffen buis 1 is of zijn verbonden of die er deel van uitmaakt of uitmaken en die zich uitstrekt of uitstrekken over minstens een gedeelte 25 van de lengte L van de betreffende kunststoffen buis 1.

Het verschil met de vorige uitvoeringsvormen bestaat erin dat in dit geval de versteviging 3 of verstevigingen 3 vervaardigd is of zijn door het verbinden van een hol kokerprofiel 25 met een kunststoffen buis 1 bijvoorbeeld door middel van electrolassen, analoog aan wat werd geïllustreerd aan de hand van de figuren 1 tot 10.

2018/5119

BE2018/5119

Het hol kokerprofiel 25 heeft in het getoonde voorbeeld een vierkante doorsnede 26 en een dikte U die ietwat groter is dan de dikte T van de kunststoffen buis 1, doch volgens de uitvinding kunnen andere vormen en andere 5 diktes U worden toegepast.

Aan de bevestiging 3 of bevestigingen 3 in de vorm van één

of meerdere	kokerprofielen	25	is een metalen	profiel 4
vastgemaakt,	bijvoorbeeld met	middelen of op	een manier
10 zoals hiervoor beschreven.
Dat metalen	profiel 4 is in	de	uitvoeringsvorm	van figuur

tevens een U-vormig profiel met zijwanden 7 en 8 waarvan de hoogte V ietwat groter is dan de hoogte W van 15 het kokerprofiel 25 of de kokerprof ielen 25, zodat een kleine spatie X wordt gelaten tussen de bodem 9 van het Uvormige metalen profiel 4 en het kokerprofiel 25 of de kokerprofielen 25.

Deze spatie X laat toe dat ophangmiddelen 21 aan de bodem 9 van het U-vormige profiel 4 kunnen bevestigd worden.

In figuur 22 is nog een andere uitvoeringsvorm van een aangepaste kunststoffen buis 2 volgens de uitvinding 25 geïllustreerd, waarbij opnieuw zoals in voorgaande uitvoeringvormen een rechtlijnige versteviging 3 of rechtlijnige verstevigingen 3 is of zijn voorzien aan een kunststoffen buis 1, welke versteviging 3 of verstevigingen 3 balkvormig is of zijn en een volle dwarse 30 doorsnede 5 heeft of hebben.

2018/5119

BE2018/5119

Opnieuw werd een U-vormig metalen profiel 4 aan de versteviging 3 of verstevigingen 3 bevestigd, maar de zijwanden 7 en 8 hiervan hebben ditmaal een hoogte V die substantieel groter is dan de hoogte W van de versteviging 5 3 of verstevigingen 3.

Meer	bepaald	is de hoogte V	van deze	zij vanden 7 en 8	in
dit	geval	ongeveer	drie	maal de	hoogte W van	een
bevestiging	3, doch	andere	afmetingen zijn volgens	de

uitvinding niet uitgesloten.

Aldus wordt een substantiële spatie of afstand X gelaten tussen de bodem 9 van het U-vormige metalen profiel 4 en een bevestiging 3.

De spatie of afstand X bedraagt in dit geval min of meer twee maal de hoogte W van een versteviging 3, doch andere afmetingen en vormen zijn niet uitgesloten van de uitvinding.

Het is de bedoeling dat in de ruimte 27 tussen de bodem 9 van het metalen profiel 4 en de bevestiging 3 of de bevestigingen 3 nog een extra profiel kan worden aangebracht dat tevens aan het metalen profiel 4 wordt 25 verbonden en dat kan dienst doen als element voor het aan elkaar koppelen van meerdere identieke, aangepaste kunststoffen buizen 2 van dit type.

In figuur 23 is nog een andere uitvoeringsvorm van een aangepaste kunststoffen buis 2 volgens de uitvinding weergegeven, waarbij ditmaal een rechtlijnige versteviging of meerdere rechtlijnige verstevigingen 3 met een U

2018/5119

BE2018/5119 vormige dwarsdoorsnede 28 is of zijn voorzien over de lengte L van de kunststoffen buis 1.

De versteviging 3 of verstevigingen 3 kunnen bijvoorbeeld gevormd zijn door een U-vormig kunststoffen profiel 29 te verbinden met de kunststoffen buis 1, bijvoorbeeld door middel van electrolassen, zoals reeds werd geïllustreerd in andere uitvoeringsvormen.

Het U-vormige kunststoffen profiel 29 heeft hierbij twee parallelle zijwanden 30 en 31 die met elkaar verbonden zijn door middel van een bodem 32.

	De bodem 32 is aanliggend	tegen	de kunststoffen	buis	1
15	aangebracht en de zijwanden	30 en	31 strekken zich	uit weg
	van de kunststoffen buis 1 :	in een	richting AA' die	min	of
	meer dwars op de buiswand :	33 van	de kunststoffen	buis	1
	staat.
20	Aan weerszijden 34 en 35	van	de versteviging	3	of
	verstevigingen 3 is er met	behulp van bouten en	moeren
	telkens een metalen profiel 4,	meer bepaald L	-vormig
	metalen profielen 36 en 37,	tegen	de buitenzijde 38	van	de
	zijwanden 30 en 31 bevestigd

Deze L-vormige metalen profielen 36 en 37 zijn met één been 39 aanliggend tegen de betreffende buitenzijde 38 aangebracht, terwijl het andere been 40 dat loodrecht staat op het eerste been 39 zich uitstrekt uitwaarts weg 30 van de versteviging 3 of verstevigingen 3.

2018/5119

BE2018/5119

De benen 39 die aanliggend tegen de zijwanden 30 en 31 zijn aangebracht hebben een hoogte Y die substantieel groter is dan de hoogte Z van het U-vormige kunststoffen profiel 29, zodat de benen 39 met een gedeelte 41 boven de 5 versteviging 3 of verstevigingen 3 uitsteken.

De L-vormige metalen profielen 4 zijn opnieuw bedoeld als montage-element waarmee zulke aangepaste kunststoffen buis volgens een starre ophanging kan worden opgehangen aan 10 de structuur van een gebouw of dergelijke met behulp van ophangmiddelen 21 die in deze L-vormige metalen profielen 4 aangrijpen, meer bepaald in het uitstekend gedeelte 41 ervan.

Uiteraard vervullen de L-vormige metalen profielen 4 ook hun rol als een restrainer of met andere woorden als een element waarmee de uitzetting of inkrimping van de aangepaste kunststoffen buis 2 wordt ingeperkt.

In figuur 24 is nog een andere uitvoeringsvorm van een aangepaste kunststoffen buis 2 overeenkomstig de uitvinding weergegeven, waarbij in dit geval opnieuw een balkvormige, kunststoffen versteviging 3 of verstevigingen met een vierkante doorsnede 5 is of zijn voorzien over 25 minstens een gedeelte van de lengte L van een kunststoffen buis 1.

Om het uitzetten en krimpen van de aangepaste kunststoffen buis 2 bij temperatuurwijziging zoveel mogelijk tegen te 30 gaan is er in deze uitvoeringsvorm een metalen profiel of element 4 voorzien onder de vorm van één of meerdere ronde

2018/5119

BE2018/5119 metalen staven 42, buizen of kokers die in de versteviging of in de verstevigingen 3 is of zijn ingebed.

Uiteraard kunnen volgens de uitvinding in de verstevigingen 3 metalen profielen of elementen 4 worden ingebed met een volledige andere vorm en doorsnede of kunnen meerdere zulke metalen profielen of elementen 4 in de verstevigingen 3 worden voorzien.

Ook is het niet uitgesloten van de uitvinding om meerdere kunststoffen verstevigingen 3 parallel aan elkaar volgens de lengte L van de kunststoffen buis 1 te voorzien en deze kunststoffen verstevigingen te voorzien van een metalen profiel of element 4 dat erin is ingebed.

Figuren 25 en 26 illustreren zulke uitvoeringsvormen van een aangepaste, kunststoffen buis 2 volgens de uitvinding, waarbij in het geval van figuur 25 meer bepaald, een paar kunststoffen verstevigingen 3 met vierkante doorsnede 5 is 20 voorzien aan tegenoverstaande zijden van de kunststoffen buis 2, terwijl in figuur 26 twee zulke paren kunststoffen verstevigingen 3 met vierkante doorsnede 5 aan weerszijden van op een kunststoffen buis 1 zijn aangebracht, waarbij deze paren verstevigingen zich uitstrekken in vlakken die 25 loodrecht op elkaar staan.

In deze uitvoeringsvormen is telkens in elke kunststoffen versteviging 3 een metalen element 4 in de vorm van een metalen staaf 42 ingebed.

2018/5119

BE2018/5119

Het is duidelijk dat op analoge wijze de meest uiteenlopende alternatieve uitvoeringvormen kunnen bedacht worden.

In een mogelijke interessante variant kan in een versteviging 3 of in de verstevigingen 3 een metalen element 4 worden ingebed onder de vorm van een vakwerkstructuur, zodat een aangepaste kunststoffen buis 2 die hiermee is uitgerust grote afstanden tussen 10 ophangmiddelen 21 of dergelijke kan overbruggen zonder bijkomende ondersteuning.

Nog een voordeel van het gebruik van een metalen vakwerkstructuur bestaat erin dat grote buigmomenten 15 kunnen worden opgevangen met een minimum aan materiaal.

Het inbedden van zulk metalen element of profiel 4 kan bijvoorbeeld verwezenlijkt worden door een werkwijze volgens de uitvinding toe te passen die gelijkaardig is 20 aan de werkwijze geïllustreerd in de figuren 11 tot 17, waarbij het metalen profiel of element 4 tussen de bekistingsprofielen 13 wordt aangebracht alvorens gesmolten kunststof aan te brengen met de extruder 16.

In de uitvoeringsvormen van de figuren 24 tot 26 is de aangepaste kunststoffen buis 2 opgehangen door middel van ophangmiddelen 21 die bijvoorbeeld bevestigd zijn aan beide uiteinden van bouten die zich uitstrekken doorheen doorgangen 43 voorzien in de versteviging 3 of verstevigingen 3 en die aan de versteviging 3 of verstevigingen 3 zijn vastgemaakt, bijvoorbeeld met behulp van moeren.

2018/5119

BE2018/5119

Hierbij strekken de doorgangen 43 zich bij voorkeur uit in een gedeelte 44 van de versteviging 3 of verstevigingen 3 dat gelegen is tussen het metalen profiel of element 4 en de kunststoffen buis 1.

In figuur 27 is nog een andere uitvoeringsvorm van een aangepaste kunststoffen buis 2 volgens de uitvinding weergegeven, waarbij opnieuw één of meerdere balkvormige, kunststoffen verstevigingen 3 met vierkante doorsnede 5 10 zijn verbonden met een kunststoffen buis 1.

In dit geval is er aan weerszijden 33 en 34 van de kunststoffen versteviging 3 of verstevigingen 3 een metalen profiel 4 bevestigd, meer bepaald U-vormige 15 metalen profielen 45 en 46.

Deze U-vormige profielen 45 en 46 worden gevormd door een paar parallelle wanden 47 en 48 die zich uitstrekken dwars op een vlak tussenliggend gedeelte 49 met breedte S.

Elk van de U-vormige profielen 45 en 46 is met het vlak tussenliggend gedeelte 49 tegen een betreffende zijkant 50 of 51 van de versteviging 3 of verstevigingen 3 bevestigd, bijvoorbeeld met behulp van bouten en moeren, en de wanden 25 47 en 48 strekken zich uit in een uitwaartse richting dwars op de zijkanten 50 en 51.

De versteviging 3 of verstevigingen 3 heeft in dit geval een hoogte W die substantieel kleiner is dan de breedte S 30 van de U-vormige profielen 45 en 46, maar dit is volgens de uitvinding niet strikt noodzakelijk.

2018/5119

BE2018/5119

Aldus hebben de profielen 45 en 46 in dit geval een uitstekend gedeelte 52 dat met een hoogte X boven de versteviging 3 of verstevigingen 3 uitsteekt.

Volgens de uitvinding worden voor een starre ophanging van de aangepaste kunststoffen buis 2 bij voorkeur aan deze uitstekende gedeelten 52 ophangmiddelen 21 bevestigd, maar het is niet uitgesloten van de uitvinding om hiertoe ophangmiddelen 21 aan andere gedeelten van de U^profielen 10 45 en 46 of de verstevigingen 3 te bevestigen.

Figuur 28 illustreert nog een andere uitvoeringsvorm van een aangepaste kunststoffen buis 2 overeenkomstig de uitvinding, waarbij ditmaal een paar kunststoffen 15 verstevigingen 3 werden voorzien volgens de lengte L van een kunststoffen buis 1, waarbij de verstevigingen 3 gevormd worden door twee opstaande wanden 53 en 54 die parallel aan elkaar zijn aangebracht op een afstand I van elkaar en die zich uitstrekken volgens een richting AA' 20 min of meer dwars op de buiswand 33.

Andere uitvoeringsvormen waarbij de wanden 53 en 54 niet parallel aan elkaar zijn en waarbij de wanden 53 en 54 zich niet dwars op de buiswand 33 uitstrekken, doch 25 eerdere schuin staan opgesteld, zijn uiteraard niet van de uitvinding uitgesloten.

De wanden 53 en 54 zijn aan hun voet 55 vast verbonden met de kunststoffen buis 1, bijvoorbeeld door electrolassen, 30 door spiegellassen of door extrusielassen.

2018/5119

BE2018/5119

Aan weerszijden 34 en 35 van een versteviging 3, gevormd door de twee parallelle wanden 53 en 54, zijn er opnieuw metalen profielen of elementen 4 bevestigd die bedoeld zijn om het inkrimpen of uitzetten van de aangepaste 5 kunststoffen buis 2 zoveel mogelijk in te perken en die in deze uitvoeringsvorm elk meer bepaald gevormd worden door een strip 56 en 57 uit bandstaal die tegen de buitenzijde 58 van de parallelle wanden 53 en 54 zijn bevestigd.

Deze strips 56 en 57 uit bandstaal hebben een hoogte H die

substantieel groter is	dan	de	hoogte J	van de wanden 53 en
54, zodat de strips 56	en	57	met	een	uitstekend gedeelte
59 boven de wanden	53	en	54	of	de versteviging 3
uitsteken.
15
In het uitstekend gedeelte	59	zijn	de	strips 56 en 57 met
elkaar verbonden door	middel	van	verbindingsmiddelen die

in dit geval gevormd worden door metalen verbindingsbussen .

Deze verbindingsbussen 60 zijn achtereenvolgend volgens de lengte van de strips 56 en 57 tussen de strips 56 en 57

aangebracht en	met behulp	van bouten	en moeren	of
dergelijke met de	strips 56 en	57 verbonden.
25
De aangepaste	kunststoffen	buis 2	volgens	deze

uitvoeringsvorm kan opnieuw worden opgehangen met behulp van de meest uiteenlopende ophangmiddelen 21, die kunnen aangrijpen op de metalen verbindingsbussen 60, in de 30 strips 56 en 57 uit bandstaal of in de verstevigingen 3.

2018/5119

BE2018/5119

In figuur 29 is weergegeven hoe meerdere aangepaste kunststoffen buizen 2 volgens de uitvinding aan elkaar zijn gekoppeld en zijn opgehangen met behulp van ophangmiddelen 21 aan een bovenliggende structuur 61 die 5 gevormd wordt door een reeks balken 62 met I-vormige doorsnede 63 die parallel naast elkaar zijn opgesteld.

De ophangmiddelen 21 bevatten in dit geval klemverbindingen 64 die klemmend zijn aangebracht over de 10 onderste flenzen 65 van de I-vormige balken 62, evenals draadstangen 22, tuimelpluggen 66 of tuimelbevestigingen waarmee de aangepaste , kunststoffen buizen 2 zijn opgehangen aan deze klemverbindingen 64.

De aangepaste kunststoffen buizen 2 zijn in dit geval uitgevoerd op een wijze die veel gelijkenissen vertoont met de uitvoeringsvorm weergegeven in figuur 22.

Hierbij is over de lengte L van de buiswand 33 van een 20 kunststoffen buis 1 een balkvormige, kunststoffen versteviging 3 voorzien waarop met behulp van boutverbindingen 67 een metalen profiel 4 is bevestigd.

Dit metalen profiel 4 heeft in deze voorkeurdragende uitvoeringsvorm een min of meer omega-vormige doorsnede 68 of anders gezegd een U-vormige doorsnede 69 met twee zijwanden 70 en 71 die verbonden zijn door een bodem 72, waarbij de zijwanden 70 en 71 aan de uiteinden 73 en 74 haaks naar buiten zijn omgeplooid ter vorming van randen

75 en 76.

2018/5119

BE2018/5119

De afstand K tussen de zijwanden 70 en 71 stemt overeen met de breedte B van de balkvormige versteviging 3 en de versteviging 3 is passend tussen de twee zijwanden 70 en 71 van het metalen profiel 4 aangebracht.

De zijwanden hebben een hoogte V die substantieel groter

is dan de hoogte W van de	versteviging 3	zodat	er binnen
het metalen	profiel 4 een vrije	ruimte 27	boven de
versteviging	is met hoogte	X.
10
Dit is in meer detail weergegeven in	figuur	32 .
Voor het	aan elkaar	koppelen	van	de	aangepaste
kunststoffen	buizen 2	is er ter plaatse	van een

aaneensluiting 77 tussen twee zulke buizen 2 een kokervormige verbindingsbuis 78 met balkvormige doorsnede 79 aangebracht in de vrije ruimte 27 van elk van de uiteinden 80 en 81 van de betreffende buizen 2.

Als alternatief voor de kokervormige verbindingsbuis 78 kunnen bijvoorbeeld ook twee U-profielen worden toegepast

die zodanig	tegen	elkaar zijn	geplaatst	dat	ze een
kokervormige	ruimte	omsluiten,	terwij1	vele	andere
mogelij kheden	tevens niet uitgesloten	zijn	van de
25 uitvinding.

In nog een andere uitvoeringsvorm is het niet uitgesloten metalen elementen onder de vorm van kappen of dergelij ke toe te passen, die aan de buitenzijde van de metalen 30 profielen 4 van de te koppelen kunststoffen buizen 2 worden bevestigd in plaats van aan de binnenzijde ervan.

2018/5119

BE2018/5119

Deze kokervormige verbindingsbuis 78 heeft tevens een breedte C die overeenstemt met de breedte B van de versteviging 3 en de tussenafstand K tussen de zijwanden

70	en 71 van het metalen	profiel 4,	zodat	het	passend	in
5 het	metalen profiel 4 kan	bevestigd worden	door	middel	van
een	boutverbinding 82.
Aldus wordt een starre	koppeling	van	de	buizen	2

verwezenlij kt.

De metalen profielen 4 strekken zich uit tot op een zekere afstand N van de uiteinden 80 en 81 van de aangepaste kunststoffen buizen 2.

Dit laat toe de kunststoffen buizen 1 waterdicht aan elkaar te koppelen door bijvoorbeeld ter plaatse van een aaneensluiting 77 tussen twee buizen 2 een rubberen mof 83 als afdichting over de beide uiteinden 80 en 81 van de aanliggende buizen 2 aan te brengen.

Hierbij is in dit geval de rubberen mof 83 met een paar klemringen 84 vastgemaakt op de uiteinden 80 en 81.

In andere uitvoeringvormen kunnen voor het waterdicht of luchtdicht aaneenkoppelen van de kunststoffen buizen 1 uiteraard evengoed andere middelen of technieken worden toegepast, bijvoorbeeld door een lastechniek of door andere mechanische koppelingen toe te passen voor zulke waterdichte en/of luchtdichte aaneensluiting.

Er valt ook op te merken dat een installatie van aangepaste kunststoffen buizen 2 volgens de uitvinding

2018/5119

BE2018/5119 niet enkel voordelig is wat de eenvoud en sterkte ervan betreft, maar door de integratie van de metalen profielen 4 met de bevestigingen 3 in zulke aangepaste kunststoffen buis 2 zelf heeft zulke installatie ook betere 5 eigenschappen voor wat betreft geluidsdemping en kan de installatie door haar vorm ook veel gemakkelijker thermisch worden geïsoleerd door rondom de aangepaste kunststoffen buizen 2 een thermische isolatie aan te brengen, dan wat het geval is met de bekende gelijkaardige 10 installaties.

De figuren 34 tot 37 illustreren enkele stappen van een voorkeurdragende werkwijze volgens de uitvinding voor het vervaardigen van een aangepaste kunststoffen buis 2 met 15 een balkvormige versteviging 3 die zich uitstrekt over een gedeelte van de lengte L van een kunststoffen buis 1 en

waarbij de uiteinden	8 0 en	81 over <	een afstand	N	zijn
vrijgelaten, zodat	deze	uiteinden	8 0 en	81	de
oorspronkelijke ronde	vorm	behouden,	net zoals	dit	het
20 geval is in het	hiervoor	beschreven	voorbeeld	van	de
figuren 29 en 30.
De stappen van de	werkwij ze	gaan het	bevestigen	van	een
metalen profiel 4	vooraf en	zijn zodanig dat ze	in	een

continu proces kunnen worden toegepast op kunststoffen buizen 1 die achtereenvolgens aan de stappen worden onderworpen en waarbij deze stappen bijvoorbeeld automatisch worden uitgevoerd door machines die langs een productielijn staan opgesteld.

Figuur 34 illustreert een eerste stap van de werkwijze waarbij een kunststoffen buis 1 met een beweging volgens

2018/5119

BE2018/5119

de pijlen 0	wordt	aangeboden aan	een	vast	opgestelde
freesmachine	85 teneinde de buiswand	33	voor te bereiden
ter plaatse	van het	gedeelte 86 van	de	buis	1 waar een
versteviging	3 dient	te worden aangebracht	•
De uiteinden	8 0 en	81 worden niet	aan	deze	bewerking
onderworpen,	zodat 1	de afgewerkte buizen	2 er	hun ronde

vorm behouden en aldus gemakkelijk aan elkaar kunnen worden gekoppeld door middel van een cilindervormige mof 10 83, een klemkoppeling of een elektrolasverbinding of dergelij ke.

De voorbewerkte kunststoffen buis 1 is weergegeven in figuur 35 en heeft twee onbewerkte, ronde uiteinden 80 en 15 81, terwijl in het tussenliggend gedeelte 86 een toplaag van de buis 1 is afgefreesd.

Zoals meer in detail is weergegeven in figuur 32, worden de voorbewerkte kunststoffen buizen 1 in een volgende stap 20 van de werkwijze achtereenvolgens aan een productielijn 87 aangeboden.

Hierbij worden de onbewerkte uiteinden 80 en 81 van twee aanliggende buizen 1 eerst afgedekt met behulp van een 25 half cilindervormig, metalen afdekkapje 88 dat een lengte

2N heeft die het dubbele is van de afstand N, zodat deze uiteinden 80 en 81 worden afgeschermd tijdens het uitvoeren van daarop volgende bewerkingen.

In een volgende stap van de werkwi j ze worden de voorbewerkte kunststoffen buizen 1 verder bewogen volgens pijlen O in de productielijn 87 in de richting van een

2018/5119

BE2018/5119 voorverwarmingsinstallatie 89 die de toplaag van het voorbewerkt gedeelte 86 voorverwarmd tot een temperatuur die voldoende hoog is zodat een zekere verweking optreedt.

De voorverwarming kan bijvoorbeeld gerealiseerd worden door de toplaag met infrarood licht 90 te bestralen, doch het is niet uitgesloten van de uitvinding andere verwarmingstechnieken toe te passen.

Bij het voortschrijden van de kunststoffen buizen 1 in de productielijn 87 volgens de pijlen O worden de buizen 1 vervolgens naar een extruder 16 geleid en wordt er een balkvormige versteviging 3 aangebracht op de buizen 1 en dit meer bepaald zowel over het voorbewerkt gedeelte 86 15 als over de afdekkapjes 88.

De extruder 16 wordt gevoed met een granulaat 18 dat, althans voor zover het om HDPE gaat, wordt opgewarmd tot een temperatuur van ongeveer 220°C tot een gesmolten 20 kunststof 17 wordt verkregen, die door stollen gebonden wordt aan het verweekte gedeelte van de kunststoffen buizen 1.

Alvorens de aangebrachte gesmolten kunststof 17 volledig 25 gehard is door stolling, wordt in een volgende stap van de werkwijze met een walsmachine 91 een gekarteld bandijzer 92 in de bovenzijde 93 van de te vormen versteviging 3 gewalst.

Dit is geïllustreerd in het rechter gedeelte van figuur .

2018/5119

BE2018/5119

In een volgende stap van de werkwijze wordt het geëxtrudeerde gedeelte afgekoeld.

Dit kan gebeuren in een koelinstallatie 94, waarin gekoelde lucht 95 naar de versteviging 3 wordt geblazen, doch allerlei mogelijke andere technieken of een koeling eenvoudigweg verwezenlijkt door blootstelling aan de omgevingslucht kunnen volgens de uitvinding even goed worden toegepast.

Het is tevens niet uitgesloten van de uitvinding hiertoe waterkoeling toe te passen.

Na afkoeling en stolling van de gesmolten kunststof 17 tot een uitgehard geheel, wordt een kunststoffen versteviging bekomen die versmolten is met de toplaag van de kunststoffen buis 1 en waarin in de bovenzijde 93 een ijzerband 92 is ingebed.

In een volgende stap van de werkwijze kan dan ter plaatse van de afdekkapjes 88 een gedeelte 96 van de versteviging 3 met lengte 2N of iets groter worden weggezaagd en kunnen vervolgens de afdekkapjes 88 worden weggehaald.

Aldus worden de kunststoffen buizen 1 die door het geëxtrudeerde gedeelte aan elkaar waren gekoppeld, terug van elkaar gescheiden, waarbij de vorm van de oorspronkelijke kunststoffen buis 1 ter plaatse van de uiteinden 80 en 81 behouden is, terwijl in een tussenliggend gedeelte een versteviging 3 is voorzien die gewapend is met een ijzerband 92.

2018/5119

BE2018/5119

Aan de versteviging 3 van zulke aangepaste kunststoffen buizen 2 kunnen in verdere stappen van een werkwijze volgens de uitvinding één of meerdere metalen profielen 4 worden bevestigd volgens methodes die hiervoor reeds 5 besproken werden of door nog andere methodes toe te passen. '

Figuren 38 tot 49 illustreren nog andere werkwijzen volgens de uitvinding voor het aanpassen van een 10 kunststoffen profiel 1 in functie van een starre ophanging ervan.

In figuur 38 wordt weergegeven dat een metalen profiel 4 rechtstreeks aan een kunststoffen buis 1 met cirkelvormige 15 doorsnede kan verbonden worden door gelijktijdig zowel het gedeelte 97 van de buiswand 33 ter plaatse van het aan te brengen profiel 4 als het metalen profiel 4 zelf met behulp van één of meerdere verwarmingselementen 98 te verwarmen en verweken.

In dit geval heeft het metalen profiel 4 een U-vormige doorsnede en wordt het gevormd door twee zijwanden 7 en 8 die verbonden zijn door een bodem 9, maar in andere uitvoeringvormen kan dit metalen profiel 4 vele andere 25 vormen aannemen.

Belangrijken is het feit dat in het gedeelte 99 van het metalen profiel 4 dat bedoeld is om tegen de buiswand 33 te worden aangebracht, meer bepaald in dit geval in de 30 bodem 9, perforaties 100 zijn voorzien.

2018/5119

BE2018/5119

De verwarmingselementen 98 kunnen van allerlei aard zijn en kunnen bijvoorbeeld infraroodlampen zijn of gasstralers die de betreffende zone 97 van de buiswand 33 en de bodem 9 van het metalen profiel 4 verwarmen door middel van 5 stralingswarmte 101.

In een andere werkwijze kan gebruik gemaakt worden van een verwarmingselement 98 onder de vorm van een gasbrander of dergelijke, waarbij de gedeelten 97 en 99 met een open 10 vlam worden verwarmd.

In een volgende stap van de werkwijze, die is weergegeven in figuur 39, is het de bedoeling de kunststoffen buis 1 en het metalen profiel 4 samen te voegen door een beweging 15 aan gegeven met de pijlen P.

Hierbij wordt het metalen profiel 4 in de verweekte zone

102 van de buiswand 33 van de kunststoffen buis 1 geduwd, zodanig dat de verweekte PE-kunststof 103 in de 20 perforaties 100 voorzien in de bodem 9 van het metalen profiel vloeit.

Dit is in meer detail weergegeven in figuur 40.

In een laatste stap van de hier besproken werkwijze volgens de uitvinding is het de bedoeling aan de binnenzijde 104 een extrusielas 105 aan te brengen met behulp van een extruder 16, wat is geïllustreerd aan de hand van figuur 41.

2018/5119

BE2018/5119

Hierbij wordt gesmolten kunststof 17 tussen de zijwanden 7 en 8 van het U-vormig profiel 4 gestort in een richting volgens de pijlen Q.

De gesmolten kunststof 17 van de extrusielas 105 versmelt hierbij met de verweekte kunststof 103 van het buismateriaal dat door de perforaties 100 is gedrukt in de vorige stap van de werkwijze, zodat na stolling door afkoeling een stevige verbinding tussen het metalen 10 profiel 4 en de kunststoffen buis 1 wordt verkregen.

Het resultaat is een aangepaste kunststoffen buis 1 volgens de uitvinding die voorzien is van een kunststoffen versteviging 3 waarin een metalen profiel 4 gedeeltelijk 15 is ingebed en waarbij andersom tevens de versteviging 3 tussen de zijwanden 7 en 8 van het metalen profiel 4 is gevat.

Figuren 42 en 44 illustreren nog dat de extrusielas 105 aan de binnenzijde 104 van het metalen profiel 4 vol kan 20 uitgevoerd worden, waarbij deze extrusielas 105 de binnenzijde gedeeltelijk vult en zich uitstrekt van de ene zijwand 7 tot de andere zijwand 8 van het metalen profiel 4 .

In een andere uitvoeringvorm kan de extrusielas 105 beperkter worden uitgevoerd, waarbij het volstaat een verdikking ter plaatse van de perforaties 100 in de bodem 9 te vormen, zodanig dat het metalen profiel 4 voldoende verankerd is in de kunststoffen buis 1.

Dit is geïllustreerd in figuren 43 en 45.

2018/5119

BE2018/5119

Figuur 46 illustreert verder dat een uitvoeringsvorm met volle extrusielas 105, zoals hiervoor besproken met betrekking tot figuur 42, continu kan worden uitgevoerd, waarbij de extrusielas 105 zich uitstrekt over de lengte 5 van het metalen profiel 4 zonder onderbrekingen.

Figuur 47 illustreert dat een vol uitgevoerde extrusielas

105 tevens discontinu of onderbroken kan worden uitgevoerd, waarbij de extrusielas 105 gevormd wordt door 10 afzonderlijke lasgedeelten 106 die onderling op een zekere afstand R1 van elkaar liggen in de lengterichting van het metalen profiel 4.

In de figuren 48 tot 51 wordt weergegeven dat de bodem 9 15 van het metalen profiel 4 of in andere uitvoeringsvormen andere gedeelten van het metalen profiel 4, kan voorzien worden van perforaties 100 die allerlei vormen kunnen . aannemen, bijvoorbeeld teneinde in functie van de gebruikte kunststof een goede verbinding te verkrijgen.

In de figuur 48 zijn er grotere cirkelvormige perforaties 107 die op regelmatige afstand van elkaar in de bodem 9 van het metalen profiel 4 zijn voorzien, terwijl in figuur 49 grotere cirkelvormige perforaties 107 en paren kleinere 25 cirkeivormige perforaties 108 afwisselend in de bodem 9 zijn aangebracht.

In figuur 50 is de bodem 9 voorzien van een combinatie bestaande uit driehoekige perforaties 109 en vierkante 30 perforaties 110, terwijl in figuur 51 op regelmatige afstand van elkaar balkvormige perforaties 111 zijn aangebracht in de bodem 9.

2018/5119

BE2018/5119

In sommige voorbeelden, meer bepaald in de figuren 49 en

50, zijn verschillende vormen van perforaties 100 gecombineerd ter vorming van een patroon 112.

5 De volledige lengte	van	het	metalen	profiel	4	kan
geperforeerd worden	op	een	continue	manier	volgens
eenzelfde patroon,	wat	bij	wijze van	voorbeeld	is

weergeven in figuur 52 voor cirkelvormige perforaties 107.

In een andere uitvoeringsvorm kan het profiel 4 op een onderbroken manier worden geperforeerd, waarbij telkens een reeks perforaties 113 of een patroon 112 wordt geponst en tussenliggend over een zekere tussenliggende afstand R2 geen perforaties worden uitgevoerd.

Zulk voorbeeld is weergegeven in figuur 52, waarbij telkens een reeks 113 van vier cirkelvorige perforaties 107 is aangebracht op een afstand R2 van elkaar.

Zulk metalen profiel 4 is bijvoorbeeld geschikt voor het verwezenlijken van een onderbroken extrusielas 105 zoals is weergegeven in figuur 47.

Uiteraard is het volgens de uitvinding niet uitgesloten 25 gelijk welke andere vormen perforaties 100 toe te passen of te combineren al dan niet op continue wijze of met toepassing van regelmatige tussenafstanden dan wel variërende tussenafstanden en dergelijke meer.

In de figuren 54 tot en met 58 is nog geïllustreerd hoe in een continu proces dat vergelijkbaar is met het proces besproken met betrekking tot de figuren 34 tot en met 37

2018/5119

BE2018/5119 een werkwijze kan worden toegepast die een alternatief vormt voor de werkwijze geïllustreerd in de figuren 38 tot en met 42, waarbij opnieuw een metalen profiel 4 of element in een geëxtrudeerde versteviging 3 minstens 5 gedeeltelijk wordt ingebed.

Meer bepaald is de hierna besproken alternatieve werkwijze erg geschikt voor het geval waarbij met de gebruikte kunststof 17 door verweking van de kunststoffen buis 1 10 geen goede vervloeiing van verweekte kunststof 103 in perforaties 100 van een metalen profiel 4 kan worden verkregen, noch een goede verbinding tot stand kan worden gebracht in de eerste stappen van de voornoemde werkwij ze geïllustreerd in de figuren 38 tot 42 of dit een 15 vervorming van de buis 1 teweeg zou brengen, het toepassen van een grote druk zou vereisen en dergelijke meer.

In een eerste stap wordt een voorbereidende bewerking uitgevoerd die erin bestaat in een gedeelte 86 van een 20 kunststoffen buis 1 een toplaag door frezen te verwijderen, waarbij de uiteinden 80 en 81 van de kunststoffen buis 1 over een afstand N ongemoeid worden gelaten.

Dit is weergegeven in de figuren 54 en 55 en is compleet analoog aan wat is weergegeven in de figuren 38 en 39.

In een volgende stap van de alternatieve werkwijze wordt nu eerst een metalen U-vormig profiel 4 met een bodem 9 30 waarin perforaties 100 zijn voorzien tegen het afgefreesde gedeelte 86 aangebracht, wat is weergegeven in figuur 56.

2018/5119

BE2018/5119

Dan worden zulke kunststoffen buizen 1 waarop een metalen profiel 4 is aangebracht achtereenvolgens aan een productielijn 87 aangeboden, waarbij opeenvolgende kunststoffen buizen 1 met hun uiteinden 80 en 81 5 aansluitend aan elkaar worden gebracht en waarbij er over deze uiteinden 80 en 81 ter afdekking een metalen afdekkap 88 wordt voorzien.

In een volgende stap van de alternatieve werkwijze worden 10 de kunststoffen buizen 1 en de metalen profielen 4 in een voorverwarmingsinstallatie 89 voorverwarmd, waarna met een extruder 16 gesmolten kunststof 17 tussen de zijwanden 7 en 8 van de metalen profielen 4 evenals op de afdekkappen 88 wordt aangebracht.

Deze stappen zijn weergegeven in de figuur 57.

De warmte aanwezig	in de	gesmolten kunststof	17,	in het
metalen	profiel 4 en	in de	kunststoffen	bui s 1	ter	plaatse
20 van de	perforaties	100	is voldoende	groot	om	via de

perforaties 100 in de bodem 9 van het metalen profiel 4 een goede versmelting te verkrijgen tussen de geëxtrudeerde kunststof 17 in het metalen U-vormige profiel 4 en de verweekte kunststof 103 van de kunststoffen buis 1 en dit zonder dat in een voorafgaande bewerking verweekt materiaal 103 van de kunststoffen buis 1 doorheen de perforaties 100 is geperst.

Aldus wordt vermeden dat in een voorafgaande stap te hoge drukken moeten worden toegepast om verweekte materiaal 103 doorheen de perforaties te persen, wat een groot risico tot vervorming van de kunststoffen buis 1 inhoudt.

2018/5119

BE2018/5119

Na het extruderen van de gesmolten kunststof 17 worden de kunststoffen buizen 1 met metalen profielen 4 gepresenteerd aan een koelinstallatie 94 die de gesmolten kunststof 17 doet stollen zodat een stevige verbinding 5 tussen kunststoffen buis 1 en metalen profiel 4 wordt verkregen.

Net zoals in de voorgaande werkwijze, wordt tot slot aan de uiteinden 80 en 81 ter plaatse van de afdekkappen 88 10 een gedeelte 96 met lengte 2N weggezaagd en worden de afdekkappen 88 weggenomen, waarna afgewerkte aangepaste kunststoffen buizen 2 worden bekomen die voorzien zijn van een versteviging 3 waarin een U-vormig metalen profiel 4 gedeeltelijk is ingebed.

Deze laatste stappen van de werkwijze worden geïllustreerd aan de hand van figuur 58.

In figuur 59 is een alternatieve werkwijze volgens de 20 uitvinding geïllustreerd die kan beschouwd worden als een variant op de werkwijze besproken aan de hand van de figuren 54 tot 58.

De eerste stappen van de werkwijze tot aan het 25 extrusieproces zijn volledig identiek als in de hiervoor besproken werkwijze, waarbij een gedeelte 86 van een kunststoffen buis 1 eerst een voorbereidende freesbewerking ondergaat, een metalen profiel 4 met Uvormige doorsnede op de voorbewerkte kunststoffen buis 1 30 wordt aangebracht en de uiteinden 80 en 81 van opeenvolgende buizen 1 worden afgedekt door middel van een afdekkapje 88.

2018/5119

BE2018/5119

Zulke afdekkapjes 88 kunnen vervaardigd zijn uit een metaal, bijvoorbeeld uit aluminium of gelijk welk ander metaal, maar ook uit gelijk welk warmtebestendig materiaal, bijvoorbeeld een warmtebestendige kunststof,

Eventueel kunnen zulke afdekkapjes 88 wit worden uitgevoerd of wit gelakt worden, bijvoorbeeld om de opwarming ervan onder invloed van infrarode belichting met IR-lampen zoveel mogelijk te beperken.

Het verschil met de hiervoor besproken werkwijzen volgens de uitvinding is dat er in dit geval voor het aanbrengen van een versteviging 3 op de kunststoffen buis 1, meer bepaald in het U-vormige profiel 4, geen extrusie 15 bewerking wordt uitgevoerd, maar er een continue strook kunststoffen materiaal 114 door verwarming wordt versmolten met de buiswand van de kunststoffen buis 1 ter plaatse van perforaties 100 voorzien in de bodem 9 van het U-vormige metalen profiel 4.

De continue strook kunststoffen materiaal 114 kan aangebracht worden onder de vorm van een hol of vol, kunststoffen profiel of holle of volle kunststoffen buis met een dwarsdoorsnede die gelijk welke vorm kan aannemen.

Als alternatief is het ook niet uitgesloten gebruik te maken van een kunststoffen draad of strip of dergelijke meer.

Hierbij is het de bedoeling dat in een voorafgaande stap zowel het geheel bestaande uit het metalen profiel 4 en . het gedeelte van de kunststoffen buis 1 in de nabijheid

2018/5119

BE2018/5119 van het metalen profiel 4 als de aan te brengen continue strook kunststoffen materiaal 114, of toch minstens de te versmelten gedeelten of zijde 115 daarvan, wordt opgewarmd met behulp van een verwarmingsinstallatie 89.

Deze verwarmingsinstallatie 89 kan bestaan uit IR-lampen die infrarood licht 90 uitstralen, doch gelijk welke andere geschikte verwarmingstechniek kan hiertoe worden toegepast.

Het is hierbij de bedoeling dat de continue strook kunststoffen materiaal in één doorgaande beweging geleidelijk wordt opgewarmd en in het metalen profiel 4 wordt aangebracht, zodat er doorheen de perforaties 100 in 15 de bodem 9 van de metalen profielen 4 een versmelting optreedt met de kunststoffen buis 1.

Tot slot worden de metalen afdekkapjes 88 opnieuw verwijderd na het wegzagen van een gedeelte 96 van de 20 versteviging 3 ter plaatse van de uiteinden 80 en 81 van opeenvolgende buizen 1.

Aldus wordt opnieuw een aangepaste kunststoffen buis 2 volgens de uitvinding bekomen, met een versteviging 3 25 gevormd door een versmolten continue strook kunststoffen materiaal 114 waarin een metalen profiel 4 gedeeltelijk is ingebed.

In figuur 60 is nog een andere werkwijze volgens de uitvinding weergegeven die vergelijkbaar is met de werkwijze van figuur 59 en waarbij dus ook geen extrusie bewerking wordt toegepast.

2018/5119

BE2018/5119

Ditmaal wordt er echter geen continue strook kunststoffen materiaal 114 in de metalen profielen 4 aangebracht, doch een reeks 116 van opeenvolgende kunststoffen vormstukken 117 .

Deze kunststoffen vormstukken 117 worden opnieuw opgewarmd in de verwarmingsinstallatie 89.

De kunststoffen vormstukken 117 zijn in dit geval voorzien

10 van	een	uitsteeksel 118 met een	vorm	die overeenkomt	met
de	vorm	van de perforaties 100	in	de bodem 9 van	een
metalen	profiel 4.
Het	is	de bedoeling dat tijdens	het	samenbrengen van	de

kunststoffen vormstukken 117 en het metalen profiel 4 deze uitsteeksels 118 telkens ter plaatse van een perforatie 100 worden gepositioneerd, zodat een goede versmelting van elk kunststoffen vormstuk 117 met de kunststoffen buis 1 wordt verkregen en aldus een sterke onderlinge verbinding 20 tussen de vormstukken 117, de kunststoffen buis 1 en het metalen profiel 4.

Het is echter volgens de uitvinding niet noodzakelijk zulke uitsteeksels 118 aan de vormstukken 117 te voorzien 25 en in andere werkwijzen volgens de uitvinding kan een verbinding tussen de vormstukken 117 en de kunststoffen buis 1 evengoed bekomen worden door vloeiing van gesmolten materiaal van de kunststoffen vormstukken 117 en/of de buiswand.

Deze werkwijze volgens figuur 60 kan beschouwd worden als een variant op de voorgaande werkwijze van figuur 59,

2018/5119

BE2018/5119 waarbij er ditmaal geen continue doorlopende versteviging wordt gerealiseerd, maar er integendeel een reeks discontinue verstevigingen 3 op een onderlinge afstand van elkaar over de kunststoffen buis 1 en het metalen profiel

4 zijn aangebracht.

Hierbij is een metalen profiel 4 gedeeltelijk ingebed in een reeks 119 van verstevigingen 3 gevormd door de vormstukken 117.

De huidige uitvinding is geenszins beperkt tot de als voorbeeld beschreven uitvoeringsvormen van een aangepaste kunststoffen buis 2 volgens de uitvinding, doch dergelijke aangepaste kunststoffen buis 2 kan in velerlei vormen en afmetingen worden uitgevoerd zonder buiten het kader van de uitvinding te treden.

De huidige uitvinding is tevens geenszins beperkt tot de als voorbeeld beschreven werkwijzen voor het aanpassen van een kunststoffen buis in functie van een starre ophanging ervan, doch andere werkwijzen kunnen hiertoe, worden toegepast zonder buiten het kader van de uitvinding te treden.

Claims

Conclusies .

1. Kunststoffen buis (2) die is aangepast voor een

5 starre ophanging ervan, daardoor gekenmerkt dat de aangepaste kunststoffen buis (2) een gedeelte bevat in de vorm van een kunststoffen buis (1), waarbij deze kunststoffen buis (1) is voorzien van één of meerdere kunststoffen rechtlijnige verstevigingen 10 (3) die zich uitstrekken over minstens een gedeelte van de lengte (L) van de betreffende kunststoffen buis (1) en die met de kunststoffen buis (1) zijn verbonden of er deel van uitmaken en dat aan de voornoemde versteviging of verstevigingen (3) een 15 profiel (4) of element is vastgemaakt of in de voornoemde versteviging of verstevigingen (3) een profiel (4) of element geheel of gedeeltelijk is ingebed, waarbij het profiel (4) of element is vervaardigd uit een materiaal met een thermische 20 uit zettingscoëf f iciënt die kleiner is dan de thermische uitzettingscoëfficiënt van het kunststoffen materiaal waaruit de kunststoffen buis (1) en de kunststoffen versteviging of verstevigingen (3) zijn vervaardigd.
2. Aangepaste kunststoffen buis (2) volgens conclusie

1, daardoor gekenmerkt dat de kunststoffen buis (2) een versteviging (
3) bevat die een breedte (B) heeft, die relatief klein is ten opzichte van de 30 diameter (D) van de kunststoffen buis (1), waarbij de versteviging (3) een langwerpig, rechtlijnig element op het buitenoppervlak (6) van de

2018/5119

BE2018/5119 kunststoffen buis (1) vormt dat is uitgevoerd

volgens één van de volgende mogelijkheden: - als een balkvormige versteviging (3) ; - als een kokervormige versteviging (3) ; - als een U-vormige versteviging (3) ; - als een ve rsteviging (3) gevormd door twee opstaande parallelle wanden (53, 54) die dwars op de

buiswand (33 ) staan ; - als een versteviging (3) gevormd door twee niet parallelle wanden die op de buiswand (33) zijn voorzien; of, - als een extrusielas (105) die in een metalen profiel (4) is voorzien.

15 3. Aangepaste kunststoffen buis (2) volgens conclusie 1 of 2, daardoor gekenmerkt dat de buis (2) één of

meerdere metalen profielen (
4) of metalen elementen

bevat met een vorm overeenkomstig één van de 20 volgende mogelij kheden; - een U-vormig of Omega-vormig metalen profiel (4) met zijwanden ( 7, 8) die één of meerdere kunststoffen verstevigingen (3) omsluiten;

- een paar L-vormige metalen profielen (36, 37) of

25 een paar U-vormige metalen profielen (46, 46) die aan weerszijden (34, 35) van één of meerdere kunststoffen verstevigingen (3) zijn aangebracht;

- een paar L-vormige metalen profielen (36, 37) of

een paar U-vormige metalen profielen (46, 46) die 30 aan weerszijden ( 34, 35) van één of meerdere kunststoffen verstevigingen ( 3) zijn aangebracht ; - een paar strippen bandstaal (56, 57) die onderling

2018/5119

BE2018/5119 zijn verbonden door middel van verbindingsbussen (60) en die één of meerdere kunststoffen verstevigingen (3) omsluiten;

- een metalen buis, staaf of koker (42) die volledig
5 in een kunststoffen versteviging (3) is ingebed;

- een gekartelde en/of geperforeerde buis of koker;

- een gekartelde staaf zoals bijvoorbeeld een wapeningsstaaf; of,

- een U-vormig metalen profiel (4) dat gedeeltelijk

10 is ingebed in een kunststoffen versteviging (3) en waarbij de kunststoffen versteviging (3) tussen de zijwanden (7, 8) van het metalen profiel (4) is gevat, 15 4. Aangepaste kunststoffen buis (2) volgens één of

meerdere van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de versteviging of verstevigingen (3) balkvormig zijn en dat het profiel (4) een U-vormig of Omega-vormig profiel is dat complementair is aan 20 de balkvormige versteviging of verstevigingen (3) en hiertoe twee zijwanden (7, 8) heeft die verbonden worden door een bodem (9).

5 . Aangepaste l· kunststoffen buis (2) volgens conclusie 25 4, daardoor gekenmerkt dat de afstand (K) tussen de zijwanden (7 , 8) overeenstemt met de breedte (B) van de balkvormige verstevigingen (3), waarbij de versteviging of verstevigingen (3) tussen de twee zijwanden (7, 8) van het profiel (4) zijn 30 aangebracht.

2018/5119

BE2018/5119
6. Aangepaste kunststoffen buis (2) volgens conclusie 3 of 4, daardoor gekenmerkt dat het profiel (4) is vastgemaakt over de versteviging of verstevigingen (3) met behulp van bouten (10) die doorheen

5 openingen (11) in de zijwanden (7, 8) van het Uvormige profiel (4) of Omega-vormig profiel (4) evenals doorheen de breedte (B) van de versteviging of verstevigingen (3) zijn aangebracht en die met moeren (12) zijn vastgeschroefd.
7. Kunststoffen buis (2) volgens één of meerdere van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de kunststoffen buis (2) is opgehangen met ophangmiddelen (21) die aan het profiel (4) en/of

15 aan één of meerdere verstevigingen (3) zijn bevestigd.
8. Kunststoffen buis (2) volgens één of meerdere van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de

20 kunststoffen buis (2) en de versteviging of verstevigingen (3) gemaakt zijn uit dezelfde kunststof, meer bepaald uit één van de volgende kunststoffen :

- HDPE;

25 - PE;

- PP;

- PVC;

- ABS.

30 9. Werkwijze voor het aanpassen van een kunststoffen buis (1) in functie van een starre ophanging ervan, daardoor gekenmerkt dat de werkwij ze minstens de volgende stappen omvat:

2018/5119

BE2018/5119

- het voorzien van één of meerdere rechtlijnige kunststoffen verstevigingen (3) aan een kunststoffen buis (1) over minstens een gedeelte van de lengte

(L) van de betreffende kunststoffen buis (1) ; en, 5 - het aanbrengen van een profiel (4) of element, dat vervaardigd is uit een materiaal met een uitzettingscoëfficiënt die kleiner is dan de

uitzettingscoëfficiënt van het kunststoffen materiaal waaruit de kunststoffen buis (1) en de 10 kunststoffen versteviging of verstevigingen (3) zijn vervaardigd, op, aan of in deze kunststoffen versteviging of verstevigingen (3) door het profiel (4) of element eraan vast te maken of geheel of gedeeltelijk in te bedden in deze kunststoffen 15 versteviging of verstevigingen (3).

10. Werkwijze volgens conclusie 9, daardoor gekenmerkt dat de kunststoffen versteviging (3) of kunststoffen verstevigingen (3) een rechtlijnig, langwerpig

20 element vormen dat balkvormig, kokervormig of Uvormig is en dat uit dezelfde kunststof is vervaardigd als de kunststoffen buis (1).

11. Werkwijze volgens conclusie 10, daardoor gekenmerkt

25 dat het profiel (4) of element een U-vormig of

Omega-vormig profiel vormt dat complementair is aan de balkvormige versteviging of verstevigingen (3) en hiertoe twee zijwanden (7, 8) heeft die verbonden worden door een bodem (9).

12. Werkwijze volgens conclusie 11, daardoor gekenmerkt dat de afstand (K) tussen de zijwanden (7, 8)

2018/5119

BE2018/5119 overeenstemt met de breedte (B) van de balkvormige verstevigingen (3).

13. Werkwijze volgens één of meerdere van de voorgaande

5 conclusies 9 tot 12, daardoor gekenmerkt dat de kunststoffen versteviging (3) of kunststoffen verstevigingen (3) in vaste vorm tegen de kunststoffen buis (1) wordt of worden gebracht en door lassen met de kunststoffen buis (1) wordt of 10 worden verbonden.

14. Werkwijze volgens conclusie 13, daardoor gekenmerkt . dat alvorens de kunststoffen versteviging of kunststoffen verstevigingen (3) op de kunststoffen 15 buis (1) wordt of worden gelast het profiel (4) wordt verbonden met de versteviging of verstevigingen (3).

15. Werkwijze volgens conclusie 13 of 14, daardoor

20 gekenmerkt dat alvorens het lassen te starten in de kunststoffen buis (1) een metalen buis wordt aangebracht die tegen het te lassen gedeelte wordt gehouden en waarbij doorheen de metalen buis een koelmedium wordt gepompt tijdens het lassen.

16. Werkwijze volgens één of meerdere van de conclusies 13 tot 15, daardoor gekenmerkt dat meerdere langwerpige, balkvormige verstevigingen (3) in vaste vorm op regelmatige afstand (E) van elkaar tegen de

30 kunststoffen buis (1) worden gehouden en dit volgens de lengte (L) van de kunststoffen buis (1) in het verlengde van elkaar, waarbij de verstevigingen (3) daarna tegen de kunststoffen buis (1) worden gelast.

2018/5119

BE2018/5119

17. Werkwijze volgens één of meerdere van de conclusies
9 tot 16, daardoor gekenmerkt dat de versteviging of verstevigingen (3) op de kunststoffen buis (1)

5 verwezenlijkt worden door het uitvoeren van de volgende stappen:

- eerst ter plaatse van de aan te brengen versteviging of verstevigingen (3) een paar bekistingsprofielen (13) tegen de kunststoffen buis
10 (1) aan te brengen en dit op een afstand (R) van elkaar, overeenkomstig de breedte (B) van de versteviging of verstevigingen (3);

- ter vorming van een versteviging of verstevigingen (3) met een extruder (16) tussen de
15 bekistingsprofielen (13) een gesmolten kunststof (17) aan te brengen en dit over de vereiste lengte overeenkomstig de lengte (L) van de aan te brengen versteviging of verstevigingen (3);

- de gesmolten kunststof (17) laten samensmelten met

20 de wand (6) van de kunststoffen buis (1) en laten stollen door koeling; en,

- de bekistingsprofielen (13) weg te nemen.
18. Werkwijze volgens conclusie 17, daardoor gekenmerkt

25 dat het profiel (4) wordt bevestigd op de versteviging of de verstevigingen (3) na het stollen ervan.
19. Werkwijze volgens één of meerdere van de conclusies

30 12 tot 18, daardoor gekenmerkt dat het profiel (4) op de versteviging of verstevigingen (3) wordt vastgemaakt door bouten (10) aan te brengen die doorheen openingen (11) in de zijwanden (7, 8) van

2018/5119

BE2018/5119 het U-vormige of Omega-vormige profiel (4) evenals doorheen de breedte (B) van de versteviging of verstevigingen (3) worden aangebracht, waarna de bouten (10) worden vastgeschroefd met moeren (12).
20. Werkwijze volgens één of meerdere van de conclusies

9 tot 19, daardoor gekenmerkt dat de versteviging of verstevigingen (3) op de kunststoffen buis (1) verwezenlijkt worden door het uitvoeren van de

10 volgende stappen:

- het uitvoeren van een voorbereidende bewerking die erin bestaat een gedeelte (86) van een kunststoffen buis (1) af te frezen, waarbij de uiteinden (80, 81) over een afstand (N) onbewerkt worden gelaten;

15 - het aanbrengen van een metalen afdekkapje (88) over de uiteinden (80, 81) van twee voorbewerkte kunststoffen buizen (1) die aanliggend aan elkaar en in het verlengde van elkaar zijn geplaatst;

- het voorverwarmen van het voornoemde voorbewerkte

20 gedeelte (86) van de kunststoffen buis of buizen (1) ;

- het aanbrengen van een kunststoffen versteviging (3) door middel van extrusie over de lengte van de

kunststoffen buis of buizen (1) ; 25 - het walsen van een bandijzer (92) in de bovenzijde (93) van de kunststoffen versteviging (3) ;

- het afkoelen van de geëxtrudeerde gesmolten kunststof (17) voor de kunststoffen versteviging (3) ;

30 - het af zagen van een gedeelte (96) met een lengte (2N) van de versteviging (3) ter plaatse van de aaneensluiting tussen twee opeenvolgende buizen (1);

2018/5119

BE2018/5119 en,

- het wegnemen van het metalen afdekkapje (88).
21. Werkwijze volgens één of meerdere van de conclusies

5 9 tot 20, daardoor gekenmerkt dat ze de volgende stappen omvat : - het voorzien van perforaties ( 100) in een gedeelte (99) van een metalen profiel (4) ;

- het gelijktijdig verwarmen van een gedeelte (99)

10 van een metalen profiel (4) en een gedeelte (97) van een kunststoffen buis (1) ter verweking van dat gedeelte (97);

- het aandrukken van het metalen profiel (4) in de verweekte zone (102) van de kunststoffen buis (1)

15 waarbij de verweekte kunststof (103) doorheen de perforaties (100) kan vloeien;

- het aanbrengen van een extrusielas (105) in het metalen profiel (4), waarbij een versmelting van de

gesmolten kunststof (17) van de extrusie met : de 20 verweekte kunststof (103) van de kunststoffen buis optreedt ; en, - het laten stolle n van de kun ststof (17, 103) teneinde het metalen profiel (4; ) in te bedden.

25
22. Werkwijze volgens één of meerdere van de conclusies

9 tot 21, daardoor gekenmerkt dat ze de volgende stappen omvat : - het voorzien van perforaties ( 100) in een gedeelte (99) van een metalen profiel (4) ; 30 - het aanbrengen van het metalen profiel ( 4 ) tegen de kunststoffen buis (1) ;

het gelijktijdig verwarmen van zowel het geheel

2018/5119

BE2018/5119

gevormd door minstens een gedeelte van een metalen profiel (4) en een gedeelte van een kunst stoffen buis (1) al s een gedeelte (115) van een kunststoffen materiaal (114, 117) ;

- het aanbrengen van het kunststoffen materiaal (114, 117) in het metalen profiel (4), waarbij een versmelting met de kunststof (103) van de kunststoffen buis (1) optreedt ter plaatse van de perforaties (100); en,

- het laten stollen van de kunststof (17, 103) teneinde het metalen profiel (4) in te bedden.
23. Werkwijze volgens conclusies 22, daardoor gekenmerkt dat het kunststoffen materiaal een continue strook

15 kunststoffen materiaal (114) vormt die in één doorgaande beweging in het metalen profiel (4) wordt aangebracht.
24. Werkwijze volgens conclusies 22, daardoor gekenmerkt

20 dat het kunststoffen materiaal een reeks i (116) kunststoffen vormstukken (117) vormt die in één doorgaande beweging in het metalen profiel (4) worden aangebracht. 25 25. Werkwijze volgens één of meerdere van de conclusies

9 tot 24, daardoor gekenmerkt dat ze de volgende stappen omvat:

- het uitvoeren van een voorbereidende bewerking die erin bestaat een gedeelte (86) van een kunststoffen

30 buis (1) af te frezen, waarbij de uiteinden (80, 81) over een afstand (N) onbewerkt worden gelaten;

- het voorzien van perforaties (100) in een gedeelte

2018/5119

BE2018/5119

(99) van een metalen profiel (4); - het aanbrengen van het metalen profiel (4) met het gedeelte (99) dat is voorzien van perforaties (100) tegen het afgefreesde gedeelte (86) van de ^: 5 kunststoffen buis (1); - het aanbrengen van een metalen afdekkapje (88) over de uiteinden (80, 81) van twee voorbewerkte kunststoffen buizen (1) voorzien van een voornoemd metalen profiel (4) die aanliggend aan elkaar en in 10 het verlengde van elkaar zijn geplaatst; - het voorverwarmen de kunststoffen buis of buizen (1) en de metalen profiel (4) die erop zijn aangebracht ; - het verwezenlijken van een kunststoffen 15 versteviging (3) door middel van extrusie over de lengte van de kunststoffen buis of buizen (1) door het aanbrengen van een extrusielas (105) in de metalen profielen (4) en over de afdekkappen (88), waarbij een versmelting van de gesmolten kunststof 20 (17) van de extrusie met de verweekte kunststof (103) van de kunststoffen buis optreedt doorheen de perforaties (100); - het afkoelen en laten stollen van de gesmolten kunststof (17, 103) teneinde het metalen profiel (4) 25 gedeeltelijk in te bedden en een kunststoffen versteviging (3) te verwezenlijken; - het af zagen van een gedeelte (96) met een lengte (2N) van de versteviging (3) ter plaatse van de aaneensluiting tussen twee opeenvolgende buizen (1); 30 en,

- het wegnemen van het metalen afdekkapje (88).