BE1024803B1 - Werkwijze voor het slijpen van messen van een landbouwvoertuig - Google Patents

Werkwijze voor het slijpen van messen van een landbouwvoertuig Download PDF

Info

Publication number
BE1024803B1
BE1024803B1 BE2017/5356A BE201705356A BE1024803B1 BE 1024803 B1 BE1024803 B1 BE 1024803B1 BE 2017/5356 A BE2017/5356 A BE 2017/5356A BE 201705356 A BE201705356 A BE 201705356A BE 1024803 B1 BE1024803 B1 BE 1024803B1
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
grinding
door
sharpening
cutting drum
cutting
Prior art date
Application number
BE2017/5356A
Other languages
English (en)
Inventor
Pieter WILLEMS
Belleghem Stijn Van
Dries Delie
Original Assignee
Cnh Industrial Belgium Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Cnh Industrial Belgium Nv filed Critical Cnh Industrial Belgium Nv
Priority to BE2017/5356A priority Critical patent/BE1024803B1/nl
Priority to EP18724236.7A priority patent/EP3634111B1/en
Priority to US16/613,019 priority patent/US11534882B2/en
Priority to BR112019023744-5A priority patent/BR112019023744B1/pt
Priority to PCT/EP2018/062278 priority patent/WO2018206809A1/en
Application granted granted Critical
Publication of BE1024803B1 publication Critical patent/BE1024803B1/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01DHARVESTING; MOWING
    • A01D75/00Accessories for harvesters or mowers
    • A01D75/18Safety devices for parts of the machines
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01DHARVESTING; MOWING
    • A01D75/00Accessories for harvesters or mowers
    • A01D75/08Sharpening apparatus fixed to the harvester or mower
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01FPROCESSING OF HARVESTED PRODUCE; HAY OR STRAW PRESSES; DEVICES FOR STORING AGRICULTURAL OR HORTICULTURAL PRODUCE
    • A01F29/00Cutting apparatus specially adapted for cutting hay, straw or the like
    • A01F29/09Details
    • A01F29/22Arrangement of knife sharpening devices
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B24GRINDING; POLISHING
    • B24BMACHINES, DEVICES, OR PROCESSES FOR GRINDING OR POLISHING; DRESSING OR CONDITIONING OF ABRADING SURFACES; FEEDING OF GRINDING, POLISHING, OR LAPPING AGENTS
    • B24B3/00Sharpening cutting edges, e.g. of tools; Accessories therefor, e.g. for holding the tools
    • B24B3/36Sharpening cutting edges, e.g. of tools; Accessories therefor, e.g. for holding the tools of cutting blades
    • B24B3/363Sharpening cutting edges, e.g. of tools; Accessories therefor, e.g. for holding the tools of cutting blades of blades mounted on a turning drum
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B24GRINDING; POLISHING
    • B24BMACHINES, DEVICES, OR PROCESSES FOR GRINDING OR POLISHING; DRESSING OR CONDITIONING OF ABRADING SURFACES; FEEDING OF GRINDING, POLISHING, OR LAPPING AGENTS
    • B24B3/00Sharpening cutting edges, e.g. of tools; Accessories therefor, e.g. for holding the tools
    • B24B3/36Sharpening cutting edges, e.g. of tools; Accessories therefor, e.g. for holding the tools of cutting blades
    • B24B3/368Sharpening cutting edges, e.g. of tools; Accessories therefor, e.g. for holding the tools of cutting blades installed as an accessory on another machine
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01DHARVESTING; MOWING
    • A01D43/00Mowers combined with apparatus performing additional operations while mowing
    • A01D43/08Mowers combined with apparatus performing additional operations while mowing with means for cutting up the mown crop, e.g. forage harvesters
    • A01D43/086Mowers combined with apparatus performing additional operations while mowing with means for cutting up the mown crop, e.g. forage harvesters and means for collecting, gathering or loading mown material

Landscapes

  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Environmental Sciences (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Harvester Elements (AREA)

Abstract

Werkwijze (100) voor het slijpen van messen (24) die gedragen worden door een snijtrommel (22) in een huis (46) van een landbouwvoertuig (10) dat de stap bevat van het in werking stellen (S102) van een messlijpprotocol. Het messlijpprotocol bevat de volgende stappen: het draaien (S104) van de snijtrommel (22) terwijl een slijpdeur (52) gesloten wordt gehouden om zo binnen in het huis (46) een overdruk op te wekken, het afschermen door de slijpdeur (52) van een slijpsteen (28) ten opzichte van de messen (24) tijdens het opwekken van de overdruk; het openen (S106) van een overgangsdeur (50) van het huis (46) onder de snijtrommel (22) om oogstmateriaal door de open overgangsdeur (64) te stoten; het openen (S108) van de slijpdeur (52) om de messen (24) aan de slijpsteen (28) bloot te stellen en het sluiten (S106) van de overgangsdeur (50); het slijpen (S110) van één of meerdere snijmessen (24) met de bloot gekomen slijpsteen (28); en het sluiten (S112) van de slijpdeur (52) om de slijpsteen (28) na het slijpen (S110) ten opzichte van de messen (24) af te schermen.

Description

(30) Voorrangsgegevens :
(73) Houder(s) :
CNH INDUSTRIAL BELGIUM NV
8210, ZEDELGEM
België (72) Uitvinder(s) :
WILLEMS Pieter 9990 MALDEGEM België
VAN BELLEGHEM Stijn 9990 MALDEGEM België
DELIE Dries
8920 POELKAPELLE
België (54) WERKWIJZE VOOR HET SLIJPEN VAN MESSEN VAN EEN LANDBOUWVOERTUIG (57) Werkwijze (100) voor het slijpen van messen (24) die gedragen worden door een snijtrommel (22) in een huis (46) van een landbouwvoertuig (10) dat de stap bevat van het in werking stellen (S102) van een messlijpprotocol. Het messlijpprotocol bevat de volgende stappen: het draaien (S104) van de snijtrommel (22) terwijl een slijpdeur (52) gesloten wordt gehouden om zo binnen in het huis (46) een overdruk op te wekken, het afschermen door de slijpdeur (52) van een slijpsteen (28) ten opzichte van de messen (24) tijdens het opwekken van de overdruk; het openen (S106) van een overgangsdeur (50) van het huis (46) onder de snijtrommel (22) om oogstmateriaal door de open overgangsdeur (64) te stoten; het openen (S108) van de slijpdeur (52) om de messen (24) aan de slijpsteen (28) bloot te stellen en het sluiten (S106) van de overgangsdeur (50); het slijpen (S110) van één of meerdere snijmessen (24) met de bloot gekomen slijpsteen (28); en het sluiten (S112) van de slijpdeur (52) om de slijpsteen (28) na het slijpen (S110) ten opzichte van de messen (24) af te schermen.
Figure BE1024803B1_D0001
Fig, 6
BELGISCH UITVINDINGSOCTROOI
FOD Economie, K.M.O., Middenstand & Energie
Publicatienummer: 1024803 Nummer van indiening: BE2017/5356
Dienst voor de Intellectuele Eigendom
Internationale classificatie: A01F 29/22 A01D 75/08 A01D 75/18 Datum van verlening: 03/07/2018
De Minister van Economie,
Gelet op het Verdrag van Parijs van 20 maart 1883 tot Bescherming van de industriële Eigendom;
Gelet op de wet van 28 maart 1984 op de uitvindingsoctrooien, artikel 22, voor de voor 22 September 2014 ingediende octrooiaanvragen ;
Gelet op Titel 1 Uitvindingsoctrooien van Boek XI van het Wetboek van economisch recht, artikel XI.24, voor de vanaf 22 September 2014 ingediende octrooiaanvragen ;
Gelet op het koninklijk besluit van 2 december 1986 betreffende het aanvragen, verlenen en in stand houden van uitvindingsoctrooien, artikel 28;
Gelet op de aanvraag voor een uitvindingsoctrooi ontvangen door de Dienst voor de Intellectuele Eigendom op datum van 12/05/2017.
Overwegende dat voor de octrooiaanvragen die binnen het toepassingsgebied van Titel 1, Boek XI, van het Wetboek van economisch recht (hierna WER) vallen, overeenkomstig artikel XI.19, § 4, tweede lid, van het WER, het verleende octrooi beperkt zal zijn tot de octrooiconclusies waarvoor het verslag van nieuwheidsonderzoek werd opgesteld, wanneer de octrooiaanvraag het voorwerp uitmaakt van een verslag van nieuwheidsonderzoek dat een gebrek aan eenheid van uitvinding als bedoeld in paragraaf 1, vermeldt, en wanneer de aanvrager zijn aanvraag niet beperkt en geen afgesplitste aanvraag indient overeenkomstig het verslag van nieuwheidsonderzoek.
Besluit:
Artikel 1. - Er wordt aan
CNH INDUSTRIAL BELGIUM NV, Leon Claeysstraat 3A, 8210 ZEDELGEM België;
vertegenwoordigd door
AMEYE Dirk C. A., Leon Claeysstraat 3A, 8210, ZEDELGEM;
een Belgisch uitvindingsoctrooi met een looptijd van 20 jaar toegekend, onder voorbehoud van betaling van de jaartaksen zoals bedoeld in artikel XI.48, § 1 van het Wetboek van economisch recht, voor: WERKWIJZE VOOR HET SLIJPEN VAN MESSEN VAN EEN LANDBOUWVOERTUIG.
UITVINDER(S):
WILLEMS Pieter, Brezendreef 10, 9990, MALDEGEM;
VAN BELLEGHEM Stijn, Veldhoekstraat 13, 9990, MALDEGEM;
DELIE Dries, Langemarkstraat 9, 8920, POELKAPELLE;
VOORRANG:
AFSPLITSING :
Afgesplitst van basisaanvraag : Indieningsdatum van de basisaanvraag :
Artikel 2. - Dit octrooi wordt verleend zonder voorafgaand onderzoek naar de octrooieerbaarheid van de uitvinding, zonder garantie van de Verdienste van de uitvinding noch van de nauwkeurigheid van de beschrijving ervan en voor risico van de aanvrager(s).
Brussel, 03/07/2018,
Bij bijzondere machtiging:
BE2017/5356
WERKWIJZE VOOR HET SLIJPEN VAN MESSEN VAN EEN LANDBOUWVOERTUIG
ACHTERGROND VAN DE UITVINDING
Deze uitvinding heeft betrekking op landbouwvoertuigen en meer bepaald op landbouwvoertuigen met messen en bijbehorende messlijpsystemen.
Landbouwvoertuigen zoals veldhakselaars kunnen soms uitgerust zijn met draaiende messen om oogstmateriaal afkomstig van een veld fijn te hakken. In geval van veldhakselaars draaien toevoerrollen over het algemeen om oogstmateriaal naar de draaiende messen te richten, die aan het draaien gebracht worden door een snijtrommel. De draaiende messen werken eendrachtig samen met een stationair schaarblad om het oogstmateriaal dat naar de messen geleid wordt door te snijden, waarbij het afgesneden oogstmateriaal daarna voortbeweegt naar een gewasverwerker voor verdere verwerking en/of een versneller om het uit de oogstmachine te stoten.
Eén bepaald probleem dat voorkomt tijdens de oogstprocedure is dat de messen de neiging hebben om bot te worden na het snijden van een groot volume oogstmateriaal. Botte messen staan niet alleen bloot aan verdere, onomkeerbare schade, maar ze verhogen de vermogenbehoefte om een consistente verwerkingscapaciteit in stand te houden.
Om dit probleem te verhelpen, zijn slijpsystemen bekend die de messen automatisch kunnen slijpen. Om de messen te slijpen, wordt een deur in de buurt van het traject van de snijtrommel geopend en een slijpsteen, die ook een wetsteen genoemd kan worden, komt in contact met snijranden van de messen en slijpt de randen van de messen af tot ze een scherpe rand krijgen terwijl de snijtrommel draait. Eens de messen geslepen zijn, kan de slijpsteen geparkeerd worden op een zekere afstand van het omwentelingspad van de messen en wordt de slijpdeur gesloten zodat het oogsten met de veldhakselaar opnieuw kan beginnen met een minimaal risico dat verspreid oogstmateriaal uit het snijtrommelhuis kan ontsnappen.
Hoewel de slijpprocedure effectief is om de messen te slijpen, kan het slijpen zelf ook zelf oorzaak zijn van problemen. Aangezien de messen bijna altijd van metaal zijn en de
BE2017/5356 slijpsteen het metaal slijpt om de randen scherp te maken, kan een groot aantal vonken gevormd worden terwijl de slijpsteen de messen slijpt. Wanneer er oogstmateriaal achterblijft in de buurt van het slijpgebied, meer bepaald droog oogstmateriaal, kunnen de vonken die ontstaan bij het slijpen een thermisch incident veroorzaken. Verder kan het draaien van de snijtrommel overdruk binnen de oogstmachine opwekken. Wanneer de slijpdeur opengaat kan de slijpsteen de mesranden slijpen en neigt oogstmateriaal ertoe door de overdruk door de slijpdeur geperst te worden, wat ertoe kan leiden dat zieh oogstmateriaal ophoopt in de buurt van het slijpsysteem waardoor er een opstopping kan ontstaan of op een andere wijzer de werking van het slijpsysteem kan hinderen.
Wat hier ten opzichte van de stand van de techniek nodig is, is een landbouwvoertuig dat minder vatbaar is voor thermische incidenten en siechte werking van het slijpsysteem tijdens een messlijpprotocol.
SAMENVATTING VAN DE UITVINDING
Deze uitvinding verschaft een werkwijze voor het slijpen van messen die een messlijpprotocol bevat waardoor een overdruk wordt opgewekt om oogstmateriaal uit te stoten door een open overgangsdeur vooraleer een slijpdeur te openen om de messen te slijpen.
De uitvinding is in één vorm gericht op een werkwijze voor het slijpen van snijmessen die gedragen worden door een snijtrommel in een huis van een landbouwvoertuig die ook het bestaat in het in werking stellen van een messlijpprotocol. Het messlijpprotocol bevat de volgende stappen: het draaien van de snijtrommel terwijl een slijpdeur gesloten gehouden wordt om zo binnen in het huis een overdruk op te wekken, waarbij de slijpdeur een slijpsteen ten opzichte van de snijmessen afschermt tijdens het opwekken van de overdruk; het openen van een overgangsdeur van het huis onder de snijtrommel om oogstmateriaal door de open overgangsdeur te stoten; het openen van de slijpdeur om de snijmessen aan de slijpsteen bloot te stellen en het sluiten van de overgangsdeur; het slijpen van één of meerdere snijmessen met de bloot gekomen slijpsteen; en het sluiten van de slijpdeur om de slijpsteen na het slijpen ten opzichte van
BE2017/5356 de snijmessen af te schermen.
In één bij wijze van voorbeeld gegeven uitvoeringsvorm bevindt de slijpdeur zieh boven de snijtrommel. Het slijpen kan de stap bevatten van het laten zakken van de slijpsteen naar de snijtrommel. Het slijpen kan verder de stap bevatten van het bewegen van de slijpsteen längs een bewegingspad dat evenwijdig is met een omwentelingsas van de snijtrommel. Het bewegen van de slijpsteen längs het bewegingspad kan verlopen volgens een reeks slijpdoorgangen, waarbij elke doorgang gedefinieerd is door het bewegen van de slijpsteen längs het volledige bewegingspad, en het laten zakken van de slijpsteen naar de snijtrommel na een voorafbepaald aantal doorgangen. De slijpsteen kan tot buiten het huis omhoog bewogen worden of geparkeerd worden aan de kant van het huis vooraleer de slijpdeur dicht te doen.
In nog een andere bij wijze van voorbeeld gegeven uitvoeringsvorm blijft de snijtrommel tijdens het slijpen met de slijpsteen draaien. Daarbij kan de snijtrommel in dezelfde richting draaien als de normale snijrichting of in de tegenoverliggende richting om de gevolgen van een mogelijke botsing met de neergelaten slijpsteen te minimaliseren.
In nog een andere bij wijze van voorbeeld gegeven uitvoeringsvorm kan de werkwijze de stap bevatten van het aanpassen van een positie van een schaarblad volgens het messlijpprotocol.
In nog een andere bij wijze van voorbeeld gegeven uitvoeringsvorm kan de werkwijze ook de stap bevatten van het stoppen met draaien van minstens één toevoerrol vooraleer de overgangsdeur te openen.
In nog een andere bij wijze van voorbeeld gegeven uitvoeringsvorm verschaft de deze uitvinding een landbouwvoertuig dat geconfigureerd is om eender welke van de eerder beschreven werkwijzen uit te voeren.
In nog een andere bij wijze van voorbeeld gegeven uitvoeringsvorm kan één of meerdere van de eerder beschreven werkwijzen toegepast worden door een controller van het landbouwvoertuig. Het landbouwvoertuig kan bijvoorbeeld een veldhakselaar zijn. Het landbouwvoertuig kan ook een display bevatten dat operationeel gekoppeld is aan de controller, waarbij het messlijpprotocol in werking gesteld wordt door een overeenkomstig
BE2017/5356 pictogram op het display te kiezen.
Een voordeel van deze uitvinding is dat de overdruk die opgewekt wordt tijdens het draaien van de snijtrommel oogstmateriaal door de open overgangsdeur kan uitstoten, i.p.v. door een open slijpdeur, om minder risico te lopen dat oogstmateriaal zieh verzamelt op een plaats die het messlijpprotocol kan hinderen.
Een ander voordeel is dat het uitstoten van oogstmateriaal door de open overgangsdeur het risico van een thermisch incident kan verminderen door potentieel brandbaar oogstmateriaal uit een gebied te verwijderen waar vonken waarschijnlijk zullen voorkomen tijdens het slijpen.
Nog een ander voordeel is dat het bovengenoemde messlijpprotocol gemakkelijk toegepast kan worden in sterk uiteenlopende landbouwvoertuigen met minimale, of zelfs geen wijzigingen van de fysieke onderdelen.
KORTE BESCHRIJVING VAN DE TEKENINGEN
De bovenvermelde en andere kenmerken en voordelen, en de manier om ze te bereiken zullen duidelijker worden en de uitvinding zal beter begrepen kunnen worden door verwijzing naar de volgende beschrijving van bij wijze van voorbeeld gegeven uitvoeringsvormen van de uitvinding samen met de bijbehorende tekeningen, waarin:
Figuur 1 een zijaanzicht is van een landbouwvoertuig, weergegeven als een veldhakselaar, gevormd in overeenstemming met een bij wijze van voorbeeld gegeven uitvoeringsvorm van deze uitvinding;
Figuur 2 een vergroting is van het gebied met markering A in Figuur 1 en de veldhakselaar weergeeft met een gesloten overgangsdeur en een gesloten slijpdeur;
Figuur 3 een andere vergroting is van het gebied met markering A in de Figuren 12 die de veldhakselaar weergeeft met een open overgangsdeur en een gesloten slijpdeur;
Figuur 4 een aanzicht is in dwarsdoorsnede van de veldhakselaar die getoond is de Figuren 1-3;
Figuur 5 nog een andere vergroting is van het gebied met markering A in de Figuren 1-3 en de veldhakselaar weergeeft met een open slijpdeur en een gesloten
BE2017/5356 overgangsdeur; en
Figuur 6 een stroomschema is dat een werkwijze illustreert in overeenstemming met een bij wijze van voorbeeld gegeven uitvoeringsvorm van deze uitvinding.
Overeenkomstige verwijzingen (nummers en/of letters) geven door alle verschillende aanzichten heen overeenkomstige onderdelen aan. De hier uiteengezette voorbeelden illustreren uitvoeringsvormen van de uitvinding, en zulke voorbeelden mögen niet ge'interpreteerd worden alsof ze de reikwijdte van de uitvinding op enige wijze zouden beperken.
GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING VAN DE UITVINDING
De termen voorwaarts, achterwaarts, links en rechts, wanneer ze gebruikt worden in verband met het landbouwvoertuig en/of onderdelen ervan zijn gewoonlijk bepaald met verwijzing naar de voorwaartse rijrichting van de oogstmachine in werking, maar nogmaals, ze mögen niet ge'interpreteerd worden als beperkende termen. De termen in de lengte, lengte- en dwars zijn bepaald ten opzichte van de lengterichting van het landbouwvoertuig en mögen evenmin als beperkend gezien worden. De termen omhoog, omlaag, omhoog bewegen, omlaag bewegen en laten zakken zijn bepaald met verwijzing naar een grondvlak waarop het landbouwvoertuig rust en mögen eveneens niet als beperkend ge'interpreteerd worden.
Nu met verwijzing naar de tekeningen en meer bepaald naar de Figuren 1-2, is een landbouwvoertuig 10 weergegeven in de vorm van een veldhakselaar die bestaat uit een frame 12, een paar voorste toevoerrollen 14A, 14B gedragen door het frame 12 in de buurt van een voorkant 16 van de oogstmachine 10, een paar achterste toevoerrollen 18A, 18B achter de voorste toevoerrollen 14A, 14B, een snijkop 20 die een snijtrommel 22 bevat die een reeks snijmessen 24 aan het draaien brengt, en een slijpsysteem 26 dat een slijpsteen 28 bevat. Hoewel het landbouwvoertuig 10 weergegeven is in de vorm van een veldhakselaar dient men in te zien dat deze uitvinding niet beperkt is tot toepassing in veldhakselaars, en toegepast kan worden op andere landbouwvoertuigen die messen bevatten zoals maaidorsers en maaiers. De veldhakselaar 10 is weergegeven met een
BE2017/5356 maïsmaaier aan de voorkant 16 van de oogstmachine 10, maar men dient in te zien dat de oogstmachine 10 ook uitgerust kan worden met andere types maaiers, zoals een maaibord van een opraper, of snijelement(en). De veldhakselaar 10 kan ook een versneller 30 bevatten die draait om afgesneden oogstmateriaal uit een uitloop 32 te stuwen en een operatorcabine 34 waarmee een operator acties van de oogstmachine 10 kan regelen. De operatorcabine 34 kan bijvoorbeeld een controller 36 bevatten die functioneel gekoppeld is aan een display 38, dat een aanraakscherm kan zijn, de operator kan verschillende bedieningsfuncties van de oogstmachine 10 gebruiken. De controller 36 kan, bijvoorbeeld een elektronische verwerkingskring zijn, met een centrale verwerkingseenheid en een geheugen, die operationeel gekoppeld is aan onderdelen van de snijkop 20 en het slijpsysteem 26, en die geconfigureerd is om verschillende functies ervan te regelen, die verder hierin beschreven zullen worden. Men dient in te zien dat de bovengenoemde elementen van de oogstmachine 10 eender welke geschikte constructie kunnen hebben voor het uitvoeren van hun respectieve functies zonder van de reikwijdte van deze uitvinding af te wijken.
Met verwijzing nu naar Figuur 2 is een vergroot aanzicht van het gebied met markering A in Figuur 1 weergegeven om aspecten van deze uitvinding beter te illustreren. Zoals te zien is, werken de snijmessen 24 bij het draaien samen met een schaarblad 40 om oogstmateriaal dat gericht wordt naar de snijkop 20 door de achterste toevoerrollen 18A, 18B te snijden. Het schaarblad 40 kan verstelbaar zijn om de relatieve positionering van het schaarblad 40 ten opzichte van de snijkop 20 in te stellen, zoals bekend. De veldhakselaar 10 kan ook een paar conditioneringsrollen 44A, 44B tussen de snijkop 20 en de versneller 30 bevatten die afgesneden oogstmateriaal van de snijkop 20 ontvangen en de conditie van het oogstmateriaal bepalen, meer bepaald eventuele aanwezige korrels, vooraleer het oogstmateriaal de versneller 30 bereikt om het te lossen.
De veldhakselaar 10 bevat een huis 46 dat de snijkop 20 en een overgangskanaal 48 bevat tussen de snijkop 20 en de versneller 30, zoals weergegeven in Figuur 2, waaraan een overgangsdeur 50 verbonden is die gesloten is. Zo ook bevat het huis 46 een slijpdeur 52 tussen de snijkop 20 en het slijpsysteem 26, die gesloten weergegeven is in de Figuren 2-4
BE2017/5356 zodat de slijpsteen 28 ten opzichte van de snijmessen 24 van de snijkop 20 afgeschermd wordt. De overgangsdeur 50 kan geopend en gesloten worden door een respectieve overgangsactuator 54, zoals een pneumatische of hydraulische cilinder, die operationeel gekoppeld is aan de controller 36 en, zo ook kan de slijpdeur 52 geopend en gesloten worden door een respectieve slijpdeuractuator 56, zoals een pneumatische of hydraulische cilinder, die operationeel gekoppeld is aan de controller 36. Zoals getoond, kunnen het slijpsysteem 26 en slijpdeur 52 boven de snijkop 20 gevormd zijn, zodat de slijpsteen 28 bewogen wordt vanuit een geparkeerde positie naast de bovenkant van het huis 46 naar een operationele positie boven de snijkop 20 door een slijpsteenslede 62 die aangedreven kan worden door één of meer actuators. De slijpsteen 28 kan bijvoorbeeld neergelaten worden om de snijmessen 24 te bereiken vanuit de geparkeerde positie. De overgangsdeur 50 kan gevormd zijn onder de snijkop 20, waarvan de betekenis hierna verder beschreven zal worden. Wanneer de slijpdeur 52 gesloten is en de slijpsteen 28 afgeschermd is ten opzichte van de snijmessen 24, moet de slijpsteen 28 zieh buiten het rotatiepad van de snijmessen 24 bevinden en zou zodoende niet in Staat mögen zijn de snijmessen 24 te slijpen als de snijtrommel 22 draait. Men dient in te zien dat, hoewel het slijpsysteem 26 beschreven is als het bewegen van de slijpsteen 28 met de slijpsteenslede 62 naar de snijtrommel 22 om de snijmessen 24 te wetten en te slijpen, ook overwogen wordt dat de snijtrommel 22 beweegbaar kan zijn naar de slijpsteen 28 wanneer de slijpdeur 52 open is om snijmessen 24 te slijpen, en dat deze uitvinding eveneens van toepassing is op eender welke werkwijze voor het in contact brengen van de snijmessen 24 met de slijpsteen 28 om ze te slijpen.
Naast de slijpsteenslede 62 die de slijpsteen 28 naar de snijtrommel 22 beweegt, d.w.z. de slijpsteen 28 laat zakken, kan de slijpsteenslede 62 de slijpsteen 28 ook in een dwarsrichting T bewegen, die weergegeven is als uit de pagina van Figuur 2 stekend, en evenwijdig met een omwentelingsas AR (weergegeven in de Figuren 3-4) van de snijtrommel 22. De slijpsteenslede 62 kan de slijpsteen 26 bijvoorbeeld bewegen in de richting T längs een bewegingspad zodat de slijpsteen 28 een volledige breedte van elk snijmes 24 kan slijpen zonder dat hij dezelfde breedte heeft als de snijmessen 24, waardoor
BE2017/5356 het gewicht van de relatieve zware slijpsteen 28 beperkt wordt en het aantal vonken opgewekt tijdens het slijpen ook vermindert. De slijpsteenslede 62 kan een roterende actuator bevatten of eraan gekoppeld zijn die een zieh dwars uitstrekkende ketting of riem aandrijft die verbonden is met de slijpsteen 28. Als alternatief kan de slijpsteenslede 62 een dwarse hydraulische cilinder bevatten die aangebracht is tussen de bovenkant van het huis 46 en de slijpsteen 28. De controller 36 kan bijvoorbeeld geconfigureerd zijn om de actuators die verbonden zijn met de slijpsteenslede 62 te bedienen om de slijpsteen 28 een voorafbepaald aantal doorgangen te laten uitvoeren, waarbij elke doorgang gedefinieerd is door het bewegen van de slijpsteen 28 längs het volledige bewegingspad, vooraleer de slijpsteen 28 verder te bewegen naar de snijtrommel 22. Zoals bekend is kan het voorafbepaalde aantal doorgangen elk gewenst aantal zijn. De controller 36 kan bijvoorbeeld geconfigureerd zijn om ervoor te zorgen dat de slijpsteenslede 62 de slijpsteen 28 draagt en één doorgang uitvoert vooraleer de slijpsteen 28 naar de snijtrommel 22 te laten zakken. Zodoende kan de slijpsteenslede 62 de slijpsteen 28 dragen en zo bewegen dat de slijpsteen 28 de snijmessen 24 stapsgewijs kan slijpen. In één bij wijze van voorbeeld gegeven uitvoeringsvorm kan de slijpsteen 28 aangebracht zijn in een bedrade ring die een lichte neerwaartse draaibeweging maakt bij contact met een korte nok die aan één einde van het dwarse bewegingspad is aangebracht om de slijpsteen 28 automatisch te laten zakken bij het bereiken van het einde van het bewegingspad waar de nok gelegen is.
Wanneer een gebruiker de snijmessen 24 van de snijkop 20 wenst te slijpen, kan de gebruiker de controller 36 een messlijpprotocol in werking stellen om de snijmessen 24 automatisch te slijpen. De gebruiker kan het messlijpprotocol in werking stellen door bijvoorbeeld een gepast pictogram te selecteren op het display 38 in de cabine 34 om de controller 36 een commando te geven om het messlijpprotocol in werking te stellen, op vergelijkbare wijze als andere functies van de oogstmachine 10. De gebruiker kan het messlijpprotocol starten terwijl de snijtrommel 22 nog draait, bv. tijdens een korte onderbreking in het oogstproces. Tijdens het oogsten is de overgangsdeur 50 normaal gesloten en is de slijpdeur 52 gesloten terwijl de toevoerrollen 14A, 14B, 18A, 18B draaien
BE2017/5356 om het oogstmateriaal naar de snijtrommel 22 te transporteren. Eens het messlijpprotocol in werking gesteld is, kan de controller 36 een commando geven om de snijtrommel 22 te beginnen draaien, als de snijtrommel 22 nog niet draait, en bepalen of de overgangsdeur 50 open is en de slijpdeur 52 gesloten is. Indien, nadat het messlijpprotocol in werking gesteld is, de overgangsdeur 50 gesloten is, zoals weergegeven in Figuur 2, en/of de slijpdeur 52 open is, kan de controller 36 aan de respectieve deuractuator 54, 56 een commando geven respectievelijk om de overgangsdeur 50 te openen en/of de slijpdeur 52 te sluiten, zodat de overgangsdeur 50 open is en de slijpdeur 52 gesloten, zoals weergegeven in Figuur 3. De gebruiker kan ook kiezen om de rotatie van de voorste toevoerrollen 14A, 14B en/of achterste toevoerrollen 18A, 18B te stoppen vooraleer het messlijpprotocol in werking te stellen, of, als alternatief, kan het messlijpprotocol ook de stap bevatten van het stoppen van de rotatie van één of meer toevoerrollen 14A, 14B, 18A, 18B door de controller 36.
Wanneer de slijpdeur 52 gesloten is, creëert de draaiende snijtrommel 22 een overdruk binnen het huis 46, meer bepaald grenzend aan het traject van de snijmessen 24. Als de overgangsdeur 50 niet open is vooraleer de controller 36 een commando heeft gegeven om de snijtrommel 22 te doen draaien, kan de controller 36 ook een commando geven om de overgangsdeur 50 open te doen gaan na het begin van de rotatie van de snijtrommel 22. De overdruk die gecreëerd wordt als de snijtrommel 22 draait terwijl de slijpdeur 52 gesloten wordt gehouden kan het oogstmateriaal in het huis 46 onder druk zetten zodat het onder druk staande oogstmateriaal naar een opening wordt gedwongen om de opgebouwde druk af te laten. Wanneer de slijpdeur 52 gesloten is en de overgangsdeur 50 open is, maakt de open overgangsdeur 50 een opening 64 vrij (zoals weergegeven in Figuur 3) in het huis 46 waardoor het onder druk gezette oogstmateriaal zal wegstromen om de opgebouwde overdruk in het huis 46 af te laten, waarbij de stroming van de lucht en van het onder druk gezette oogstmateriaal weergegeven zijn door pijl CM in Figuur 3. Het draaien van de snijtrommel 22 in het messlijpprotocol kan gedurende een voorafbepaalde tijdsspanne gebeuren, bv. één tot drie minuten, met een voorafbepaald toerental van de snijtrommel 22, waarbij dient te worden begrepen dat
BE2017/5356 zowel de draaitijd als de snelheid naar wens kunnen variëren.
Nadat de snijtrommel 22 gedurende de voorafbepaalde tijdsspanne gedraaid heeft en de overgangsdeur 50 opengehouden werd, kan de slijpdeur 52 geopend worden en kan de overgangsdeur 50 gesloten worden door de respectieve actuators 54, 56, te bedienen, zoals weergegeven in Figuur 5. Men dient in te zien dat de slijpdeur 52 open kan zijn vooraleer de overgangsdeur 50 te sluiten, dat de overgangsdeur 50 gesloten kan worden tegelijkertijd met het open gaan van de slijpdeur 52, of dat de slijpdeur 52 open kan gaan na het sluiten van de overgangsdeur 50. Wanneer de slijpdeur 52 geopend is, staan de snijmessen 24 bloot aan de slijpsteen 28 zodat de slijpsteen 28 en de snijmessen 24 samengebracht kunnen worden, waardoor de slijpsteen 28 de snijmessen 24 kan slijpen tijdens het draaien van de snijtrommel 22. Optioneel kan de slijpsteen 28 ook tijdens het slijpen draaien. Zoals hiervoor beschreven, kan de slijpsteen 28 door de slijpsteenslede 62 neergelaten worden naar de snijtrommel 22 en de snijmessen 24, en in doorgangen längs een bewegingspad bewogen worden. De snijtrommel 22 kan zowel in een eerste richting RI als in een tweede richting R2 draaien tijdens het slijpen met elk gewenst toerental om de snijmessen 24 met de slijpsteen 28 te slijpen. Wegens het uitstoten van oogstmateriaal door de opening 64 vanwege de overdruk die gecreëerd wordt tijdens het draaien van de snijtrommel 22 terwijl de slijpdeur 52 gesloten is en de overgangsdeur 50 open is, kan het ophopen van het oogstmateriaal in het huis 46 verminderd of zelfs geëlimineerd worden, vooraleer de snijmessen 24 met de slijpsteen 28 te slijpen, waardoor het risico op een thermisch incident dat veroorzaakt wordt door vonken die tijdens het slijpen opgewekt worden vermindert net als het risico dat oogstmateriaal en puin verstopt geraken bij het bewegen van de slijpsteenslede 62 wanneer de slijpdeur 52 geopend is. Na afloop van het slijpen van de snijmessen 24 met de slijpsteen 28 kan de slijpsteen 28 omhoog en/of terug bewogen worden naar de geparkeerde positie buiten het huis 46 en kan de slijpdeur 52 gesloten worden, en zodoende de slijpsteen 28 opnieuw afschermen $ten opzichte van de snijmessen 24 zodat de oogstmachine 10 met de geslepen snijmessen 24 weer oogstmateriaal kan beginnen snijden. Optioneel kan een positie van het schaarblad 40 versteld worden na het messlijpprotocol, zoals gewenst en in overeenstemming met de
BE2017/5356 bekende werkwijzen om de speling tussen de snijmessen 24 en de aangrenzende rand van het schaarblad 40 tot een minimum te herleiden.
Met verwijzing nu naar Figuur 6 wordt een stroomschema getoond dat een werkwijze 100 illustreert voor het slijpen van snijmessen 24 die ged ragen, worden door een snijtrommel 22 in een huis 46 van balenpers 10 volgens een bij wijze van voorbeeld gegeven uitvoeringsvorm van deze uitvinding. De werkwijze 100 bevat de stap van het in werking stellen S102 van een messlijpprotocol. Het messlijpprotocol bevat de stap van het draaien S104 van de snijtrommel terwijl de slijpdeur 52 gesloten wordt gehouden zodat binnen het huis 46 een overdruk gecreëerd wordt, waarbij de slijpdeur 52 de bovenkant van het huis 46 sluit en de slijpsteen 28 afschermt ten opzichte van de snijmessen 24 tijdens het opwekken van de overdruk. De overgangsdeur 50 van het huis 46 onder de snijtrommel 22 wordt geopend S106 om het oogstmateriaal door de open overgangsdeur 64 te stoten. Men dient in te zien dat het draaien S104 van de snijtrommel 22 kan beginnen vooraleer de overgangsdeur 50 te openen S106 om de overdruk op te kunnen bouwen alvorens oogstmateriaal door de open overgangsdeur 64 te stoten, of dat de overgangsdeur 52 geopend S106 kan worden vooraleer de snijtrommel 22 te draaien S104. Daarna wordt de slijpdeur 52 geopend S108 om de snijmessen 24 bloot te stellen aan de slijpsteen 28 en wordt de overgangsdeur 50 gesloten S108. De slijpsteen 28 slijpt S110 de snijmessen 24 en de slijpdeur 52 wordt nu ook weer gesloten S112 om de slijpsteen 28 na het slijpen ten opzichte van de snijmessen 24 af te schermen. Het slijpen S110 kan de stap bevatten na het laten zakken van de slijpsteen 28 naar de snijtrommel 22 en/of het bewegen van de slijpsteen 28 längs een bewegingspad dat evenwijdig is met de omwentelingsas AR van de snijtrommel 22. Het bewegen van de slijpsteen 28 längs het bewegingspad kan in een reeks doorgangen uitgevoerd worden, waarbij elke doorgang bepaald wordt door het bewegen van de slijpsteen 28 längs het volledige bewegingspad en het laten zakken van de slijpsteen 28 naar snijtrommel 22 na een voorafbepaald aantal doorgangen. De slijpsteen 28 kan omhoog bewogen worden tot buiten het huis 46 en/of geparkeerd worden naast het huis 46 vooraleer slijpdeur 52 te sluiten S112. Tijdens het slijpen Slid kan de snijtrommel 22 blijven draaien, waarbij de snijtrommel 22 in de eerste
BE2017/5356 richting R1 of de tweede richting R2 draait tijdens het slijpen S110. Na het slijpen S110, kan een positie van het schaarblad 40 versteld S114 worden. Men dient in te zien dat het landbouwvoertuig 10 in de vorm van een veldhakselaar geconfigureerd kan zijn om de werkwijze 100 uit te voeren en dat de werkwijze 100 toegepast kan worden door een controller 36 van het voertuig 10. Het messlijpprotocol kan in werking gesteld worden S102, bijvoorbeeld door een overeenkomstig pictogram te kiezen op een display 38 dat operationeel gekoppeld is aan de controller 36 of door een specifieke knop in te drukken op een bedieningspaneel naast de operatorstoel.
Hoewel deze uitvinding werd beschreven met betrekking tot minstens één uitvoeringsvorm, kan deze uitvinding verder gewijzigd worden binnen de geest en de reikwijdte van deze onthulling. Deze octrooiaanvraag is dan ook bedoeld om aile variaties en gebruiken of aanpassingen van de uitvinding te dekken door gebruik te maken van de algemene principes ervan. Verder is deze aanvraag bedoeld om zulke afwijkingen van deze onthulling zoals bekend binnen de bekende of gebruikelijke praktijk ten opzichte van de stand van de techniek, waartoe deze uitvinding behoort en die binnen de grenzen van de bijgevoegde conclusies vallen te dekken.
BE2017/5356

Claims (13)

  1. CONCLUSIES:
    1. Werkwijze (100) voor het slijpen van messen (24) die gedragen worden door een snijtrommel (22) in een huis (46) van een landbouwvoertuig (10), bestaande uit:
    het in werking stellen (S102) van een messlijpprotocol, waarbij het messlijpprotocol de volgende stappen bevat:
    het draaien (S104) van de snijtrommel (22) terwijl een slijpdeur (52) gesloten wordt gehouden om zo binnen in het huis (46) een overdruk op te wekken, waarbij de slijpdeur (52) de slijpsteen (28) ten opzichte van de messen (24) afschermt tijdens het opwekken van de overdruk;
    het openen (S106) van een overgangsdeur (50) van het huis (46) onder de snijtrommel (22) om oogstmateriaal door de open overgangsdeur (64) te stoten;
    het openen (S108) van de slijpdeur (52) om de messen (24) aan de slijpsteen (28) bloot te stellen en het sluiten (S106) van de overgangsdeur (50);
    het slijpen (S110) van één of meerdere snijmessen (24) met de blootgekomen slijpsteen (28); en het sluiten (S112) van de slijpdeur (52) om de slijpsteen (28) na het slijpen (SI 10) ten opzichte van de messen (24) af te schermen.
  2. 2. Werkwijze (100) volgens conclusie 1, waarbij de slijpdeur (52) zieh boven de snijtrommel (22) bevindt.
  3. 3. Werkwijze (100) volgens conclusie 2, waarbij het slijpen (SI 10) de stap bevat van het laten zakken van de slijpsteen (28) naar de snijtrommel (22).
  4. 4. De werkwijze (100) volgens conclusie 2 of 3, waarbij het slijpen (S110) de stap bevat van het bewegen van de slijpsteen (28) längs een bewegingspad dat evenwijdig is met de omwentelingsas (AR) van de snijtrommel (22).
    BE2017/5356
  5. 5. Werkwijze (100) volgens conclusie 4, waarbij het bewegen van de slijpsteen (28) längs het bewegingspad verloopt volgens een reeks slijpdoorgangen, waarbij elke doorgang gedefinieerd is door het bewegen van de slijpsteen (28) längs het volledige bewegingspad, en het laten zakken van de slijpsteen (28) naar de snijtrommel (22) na een voorafbepaald aantal doorgangen.
  6. 6. Werkwijze (100) volgens conclusie 3, waarbij de slijpsteen (28) omhoog en/of tot buiten het huis (46) bewogen wordt vooraleer slijpdeur (52) te sluiten.
  7. 7. Werkwijze (100) volgens een of meerdere van de voorgaande conclusies, waarbij de snijtrommel (22) tijdens het slijpen (S110) met de slijpsteen blijft draaien.
  8. 8. Werkwijze (100) volgens een of meerdere van de voorgaande conclusies, die verder de stap bevat van het aanpassen (S114) van een positie van een schaarblad (40) volgens het messlijpprotocol.
  9. 9. Werkwijze (100) volgens een of meerdere van de voorgaande conclusies, die verder de stap bevat van het stoppen van de rotatie van minstens één toevoerrol (14A, 14B, 18A, 18B) die materiaal naar de snijtrommel (22) rieht vooraleer de overgangsdeur (50) te openen (S106).
  10. 10. Landbouwvoertuig (10) dat geconfigureerd is om de werkwijze (100) volgens een of meerdere van de vorige conclusies uit te voeren.
  11. 11. Landbouwvoertuig (10) volgens conclusie 10, waarbij de werkwijze (100) uitgevoerd wordt door een controller (36) van het landbouwvoertuig (10).
  12. 12. Landbouwvoertuig (10) volgens conclusie 10 of 11, waarbij het landbouwvoertuig (10) een veldhakselaar is.
    BE2017/5356
  13. 13. Landbouwvoertuig (10) volgens een of meerdere van de conclusie 10 tot 12, dat verder een display (38) bevat dat operationeel gekoppeld is aan de controller (36), waarbij het messlijpprotocol in werking gesteld wordt door een overeenkomstig pictogram op het
    5 display (38) te kiezen.
    BE2017/5356
    BE2017/5356 as xs«·
    BE2017/5356 xï
    BE2017/5356
    BE2017/5356
    BE2017/5356
    100
    Een messiijpprotocoi inleiden
    Een sniitrcmmei draaien terwijl een siijpdeur gesfoten wordt gehouden om een overdruk in een huis oo te wekken
    S104
    Een overgangsdeur van het huis onder de snijtrommel openen
    S106
    De siijpdeur openen en de overgangsdeur siuiten
    SI 08
    Snijmessen slijpen met een siijpsteen
    -S110
    De siijpdeur siuiten om de siijpsteen na het siiioen van de messen af te schermen
    -S112
    S114
BE2017/5356A 2017-05-12 2017-05-12 Werkwijze voor het slijpen van messen van een landbouwvoertuig BE1024803B1 (nl)

Priority Applications (5)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE2017/5356A BE1024803B1 (nl) 2017-05-12 2017-05-12 Werkwijze voor het slijpen van messen van een landbouwvoertuig
EP18724236.7A EP3634111B1 (en) 2017-05-12 2018-05-12 Method for sharpening knives of an agricultural vehicle
US16/613,019 US11534882B2 (en) 2017-05-12 2018-05-12 Method for sharpening knives of an agricultural vehicle
BR112019023744-5A BR112019023744B1 (pt) 2017-05-12 2018-05-12 Método para afiar facas de um veículo agrícola e veículo agrícola
PCT/EP2018/062278 WO2018206809A1 (en) 2017-05-12 2018-05-12 Method for sharpening knives of an agricultural vehicle

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE2017/5356A BE1024803B1 (nl) 2017-05-12 2017-05-12 Werkwijze voor het slijpen van messen van een landbouwvoertuig

Publications (1)

Publication Number Publication Date
BE1024803B1 true BE1024803B1 (nl) 2018-07-03

Family

ID=59676918

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE2017/5356A BE1024803B1 (nl) 2017-05-12 2017-05-12 Werkwijze voor het slijpen van messen van een landbouwvoertuig

Country Status (5)

Country Link
US (1) US11534882B2 (nl)
EP (1) EP3634111B1 (nl)
BE (1) BE1024803B1 (nl)
BR (1) BR112019023744B1 (nl)
WO (1) WO2018206809A1 (nl)

Families Citing this family (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE102020128518A1 (de) 2020-10-29 2022-05-05 Deere & Company Steueranordnung für eine Schleifeinrichtung und eine Einrichtung zur Verstellung der Position einer Gegenschneide gegenüber einer Häckseleinrichtung eines Feldhäckslers
CN113068510A (zh) * 2021-04-02 2021-07-06 中国铁建重工集团股份有限公司 一种青贮饲料收获机及其磨刀装置
CN113043081A (zh) * 2021-04-15 2021-06-29 孙莉新 一种机械刀具刀刃批量打磨设备

Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US5209025A (en) * 1990-06-25 1993-05-11 Hesston Braud Process for sharpening the knives of a rotating drum and adjusting the fixed counter-knife cooperating therewith and device for carrying out this process
US20050076631A1 (en) * 2003-10-04 2005-04-14 Deere & Company, A Delaware Corporation Chopper arrangement for a forage harvester
US20080234020A1 (en) * 2007-03-20 2008-09-25 Heinrich Isfort Agricultural harvesting machine

Family Cites Families (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
IT1184339B (it) * 1984-03-14 1987-10-28 Hauni Werke Koerber & Co Kg Dispositivo per affilare i coltelli rotanti di una taglierina per tabacco
DE3535909A1 (de) * 1985-10-08 1987-04-09 Mengele & Soehne Masch Karl Haecksler oder dgl. zerkleinerungsmaschine
DE19910758A1 (de) * 1999-03-11 2000-09-14 Deere & Co Schleifvorrichtung
NL2015561B1 (en) * 2015-10-05 2017-05-01 Forage Innovations Bv Grinding device and grinding method wherein a grinding unit can operate on-board as well as off-board.
US20180215004A1 (en) * 2017-01-27 2018-08-02 The Sausage Maker, Inc. System for sharpening cutting edges
US20200107503A1 (en) * 2018-10-04 2020-04-09 Vincent Bernard Self-sharpening knife

Patent Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US5209025A (en) * 1990-06-25 1993-05-11 Hesston Braud Process for sharpening the knives of a rotating drum and adjusting the fixed counter-knife cooperating therewith and device for carrying out this process
US20050076631A1 (en) * 2003-10-04 2005-04-14 Deere & Company, A Delaware Corporation Chopper arrangement for a forage harvester
US20080234020A1 (en) * 2007-03-20 2008-09-25 Heinrich Isfort Agricultural harvesting machine

Also Published As

Publication number Publication date
US20210078128A1 (en) 2021-03-18
WO2018206809A1 (en) 2018-11-15
US11534882B2 (en) 2022-12-27
EP3634111B1 (en) 2022-08-10
BR112019023744B1 (pt) 2023-01-10
BR112019023744A2 (pt) 2020-05-26
EP3634111A1 (en) 2020-04-15

Similar Documents

Publication Publication Date Title
BE1024803B1 (nl) Werkwijze voor het slijpen van messen van een landbouwvoertuig
BE1023485B1 (nl) Kafstrooier met zaadkneuzing
EP2119339B1 (de) Messanordnung zur Bestimmung der Inhaltsstoffe einer aus einem Erntegutstrom entnommenen Probe
EP2008508B1 (de) Erntemaschine mit Güteüberwachung der Schneiden
EP2436258B1 (de) Landwirtschaftlicher Selbstfahrhäcksler mit Vorrichtung zur Ermittlung der Schärfe von Schneidmessern
BE1026645A1 (nl) Gewassnijtoestel, landbouwmachine die zulk gewassnijtoestel bevat en werkwijze om gewas te snijden
DE102017201423A1 (de) Anordnung zur Erkennung des Verschleißgrades von Häckselmessern einer Häckseltrommel eines Feldhäckslers
EP3150060B1 (de) Strohhäcksler für einen mähdrescher mit gegenmessern und reibleiste
BE1026646B1 (nl) Gewassnijtoestel,landbouwmachine die zulk gewassnijtoestel bevat en werkwijze om het mes te verwijderen
BE1026408A1 (de) Feldhäksler mit einer häckseltrommel und einer schleifeinrichtung
EP2796031B1 (de) Landwirtschaftliche Erntemaschine
EP1145617B1 (de) Schleifvorrichtung
DE102012112154A1 (de) Landwirtschaftliche Erntemaschine und Verfahren zum Warten einer solchen Erntemaschine
EP1520464A2 (de) Häckseleinrichtung für einen Feldhäcksler
EP1852011B1 (de) Selbstfahrender Feldhäcksler
DE102012201334B4 (de) Feldhäcksler mit Häckselanordnung
DE102022101895A1 (de) Selbstfahrender Feldhäcksler sowie Verfahren zum Betreiben eines selbstfahrenden Feldhäckslers
DE102016207565A1 (de) Einrichtung zur Erfassung der Schärfe von Messern einer Erntemaschine zum Ernten von halmförmigem Erntegut
DE10228880A1 (de) Mähgerät zur Rasen- und Landschaftswiesenpflege mit einer Vorrichtung zur Aufnahme und Zerkleinerung von Mähgut
JP2001251929A (ja) 茶樹剪枝装置
EP3721696B1 (de) Erntemaschine mit einer schneidvorrichtung
EP3769607B1 (de) Schleifstein und verfahren zum schleifen
EP2130425A1 (de) Häckseltrommelanordnung
DE102016106447A1 (de) Erntemaschine mit einer Schneidvorrichtung
CN116867361A (zh) 用于收割平台的折叠行分禾器

Legal Events

Date Code Title Description
FG Patent granted

Effective date: 20180703