BE1023096A1 - Verbeterde visuele begeleidingsmiddelen - Google Patents

Verbeterde visuele begeleidingsmiddelen Download PDF

Info

Publication number
BE1023096A1
BE1023096A1 BE20145140A BE201405140A BE1023096A1 BE 1023096 A1 BE1023096 A1 BE 1023096A1 BE 20145140 A BE20145140 A BE 20145140A BE 201405140 A BE201405140 A BE 201405140A BE 1023096 A1 BE1023096 A1 BE 1023096A1
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
layer
absorbent article
topsheet
absorbent
backsheet
Prior art date
Application number
BE20145140A
Other languages
English (en)
Other versions
BE1023096B1 (nl
Inventor
Tom DERYKE
Poorter Annick De
Lieven Dhooge
Original Assignee
Ontex Bvba
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Ontex Bvba filed Critical Ontex Bvba
Application granted granted Critical
Publication of BE1023096A1 publication Critical patent/BE1023096A1/nl
Publication of BE1023096B1 publication Critical patent/BE1023096B1/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A61MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
    • A61FFILTERS IMPLANTABLE INTO BLOOD VESSELS; PROSTHESES; DEVICES PROVIDING PATENCY TO, OR PREVENTING COLLAPSING OF, TUBULAR STRUCTURES OF THE BODY, e.g. STENTS; ORTHOPAEDIC, NURSING OR CONTRACEPTIVE DEVICES; FOMENTATION; TREATMENT OR PROTECTION OF EYES OR EARS; BANDAGES, DRESSINGS OR ABSORBENT PADS; FIRST-AID KITS
    • A61F13/00Bandages or dressings; Absorbent pads
    • A61F13/15Absorbent pads, e.g. sanitary towels, swabs or tampons for external or internal application to the body; Supporting or fastening means therefor; Tampon applicators
    • A61F13/53Absorbent pads, e.g. sanitary towels, swabs or tampons for external or internal application to the body; Supporting or fastening means therefor; Tampon applicators characterised by the absorbing medium
    • A61F13/534Absorbent pads, e.g. sanitary towels, swabs or tampons for external or internal application to the body; Supporting or fastening means therefor; Tampon applicators characterised by the absorbing medium having an inhomogeneous composition through the thickness of the pad
    • A61F13/537Absorbent pads, e.g. sanitary towels, swabs or tampons for external or internal application to the body; Supporting or fastening means therefor; Tampon applicators characterised by the absorbing medium having an inhomogeneous composition through the thickness of the pad characterised by a layer facilitating or inhibiting flow in one direction or plane, e.g. a wicking layer
    • A61F13/53743Absorbent pads, e.g. sanitary towels, swabs or tampons for external or internal application to the body; Supporting or fastening means therefor; Tampon applicators characterised by the absorbing medium having an inhomogeneous composition through the thickness of the pad characterised by a layer facilitating or inhibiting flow in one direction or plane, e.g. a wicking layer characterised by the position of the layer relative to the other layers
    • A61F13/53747Absorbent pads, e.g. sanitary towels, swabs or tampons for external or internal application to the body; Supporting or fastening means therefor; Tampon applicators characterised by the absorbing medium having an inhomogeneous composition through the thickness of the pad characterised by a layer facilitating or inhibiting flow in one direction or plane, e.g. a wicking layer characterised by the position of the layer relative to the other layers the layer is facing the topsheet
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A61MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
    • A61FFILTERS IMPLANTABLE INTO BLOOD VESSELS; PROSTHESES; DEVICES PROVIDING PATENCY TO, OR PREVENTING COLLAPSING OF, TUBULAR STRUCTURES OF THE BODY, e.g. STENTS; ORTHOPAEDIC, NURSING OR CONTRACEPTIVE DEVICES; FOMENTATION; TREATMENT OR PROTECTION OF EYES OR EARS; BANDAGES, DRESSINGS OR ABSORBENT PADS; FIRST-AID KITS
    • A61F13/00Bandages or dressings; Absorbent pads
    • A61F13/15Absorbent pads, e.g. sanitary towels, swabs or tampons for external or internal application to the body; Supporting or fastening means therefor; Tampon applicators
    • A61F13/53Absorbent pads, e.g. sanitary towels, swabs or tampons for external or internal application to the body; Supporting or fastening means therefor; Tampon applicators characterised by the absorbing medium
    • A61F13/534Absorbent pads, e.g. sanitary towels, swabs or tampons for external or internal application to the body; Supporting or fastening means therefor; Tampon applicators characterised by the absorbing medium having an inhomogeneous composition through the thickness of the pad
    • A61F13/537Absorbent pads, e.g. sanitary towels, swabs or tampons for external or internal application to the body; Supporting or fastening means therefor; Tampon applicators characterised by the absorbing medium having an inhomogeneous composition through the thickness of the pad characterised by a layer facilitating or inhibiting flow in one direction or plane, e.g. a wicking layer
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A61MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
    • A61FFILTERS IMPLANTABLE INTO BLOOD VESSELS; PROSTHESES; DEVICES PROVIDING PATENCY TO, OR PREVENTING COLLAPSING OF, TUBULAR STRUCTURES OF THE BODY, e.g. STENTS; ORTHOPAEDIC, NURSING OR CONTRACEPTIVE DEVICES; FOMENTATION; TREATMENT OR PROTECTION OF EYES OR EARS; BANDAGES, DRESSINGS OR ABSORBENT PADS; FIRST-AID KITS
    • A61F13/00Bandages or dressings; Absorbent pads
    • A61F13/15Absorbent pads, e.g. sanitary towels, swabs or tampons for external or internal application to the body; Supporting or fastening means therefor; Tampon applicators
    • A61F13/53Absorbent pads, e.g. sanitary towels, swabs or tampons for external or internal application to the body; Supporting or fastening means therefor; Tampon applicators characterised by the absorbing medium
    • A61F13/539Absorbent pads, e.g. sanitary towels, swabs or tampons for external or internal application to the body; Supporting or fastening means therefor; Tampon applicators characterised by the absorbing medium characterised by the connection of the absorbent layers with each other or with the outer layers
    • A61F2013/53908Absorbent pads, e.g. sanitary towels, swabs or tampons for external or internal application to the body; Supporting or fastening means therefor; Tampon applicators characterised by the absorbing medium characterised by the connection of the absorbent layers with each other or with the outer layers with adhesive
    • A61F2013/53925Absorbent pads, e.g. sanitary towels, swabs or tampons for external or internal application to the body; Supporting or fastening means therefor; Tampon applicators characterised by the absorbing medium characterised by the connection of the absorbent layers with each other or with the outer layers with adhesive with intermittent pattern, e.g. spots

Landscapes

  • Health & Medical Sciences (AREA)
  • Epidemiology (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Biomedical Technology (AREA)
  • Heart & Thoracic Surgery (AREA)
  • Vascular Medicine (AREA)
  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Animal Behavior & Ethology (AREA)
  • General Health & Medical Sciences (AREA)
  • Public Health (AREA)
  • Veterinary Medicine (AREA)
  • Absorbent Articles And Supports Therefor (AREA)

Abstract

De huidige uitvinding betreft een absorberend artikel, bij voorkeur een maandverband, welk absorberend artikel tekeningen omvat en een methode om dergelijk absorberend artikel te vervaardigen.
Fig. 1

Description

VERBETERDE VISUELE BEGELEIDINGSMIDDELEN TECHNISCH GEBIED
De uitvinding behoort tot het technische gebied van absorberende hygiëneproducten. In het bijzonder heeft de onderhavige uitvinding betrekking op een absorberend artikel voor externe vrouwelijke persoonlijke verzorging. Meer in het bijzonder heeft de onderhavige uitvinding betrekking op wegwerpbare absorberende artikelen, zoals maandverbanden, die gevormd zijn om bloed, menstruatie-afscheidingen, urine, vaginale vloeistoffen te verzamelen en vast te houden en lekkage te vermijden.
ACHTERGROND
Maandverbanden, ook wel vrouwelijke zorgverbanden genoemd, zijn ontworpen om gedragen te worden door vrouwen voor het absorberen van een gemiddelde tot een grote hoeveelheid van lichaamsexcreties zoals menstruatie-afscheidingen, bloed, urine en andere afscheidingen die door het lichaam worden geloosd tijdens een menstruele periode. Maandverbanden zijn externe hulpmiddelen die ontworpen zijn om dichtbij het pudendum gebied van het menselijke lichaam te worden geplaatst en worden over het algemeen in positie gehouden door, bijvoorbeeld, met een kleefstof te worden vastgemaakt aan een ondergoed. Dergelijke producten verschillen van tampons die als interne hulpmiddelen worden geclassificeerd en ontworpen zijn om fysisch in de vaginale holte te worden ingebracht. Maandverbanden verschillen ook op een aantal opmerkelijke manieren van inlegkruisjes of slipbescherming. Maandverbanden zijn over het algemeen groter in omvang en hebben een meer gedefinieerde driedimensionele configuratie, i.e. zijn dikker en omvangrijker qua uiterlijk dan inlegkruisjes of slipbescherming. Functioneel zijn maandverbanden anders in dat ze worden geconfigureerd om een grotere hoeveelheid lichaamsvloeistof te absorberen en zijn ontworpen zodat ze gedurende een langere periode kunnen worden gedragen zoals bijvoorbeeld 's nachts indien nodig.
Er blijft een behoefte in de stand-der-techniek aan maandverbanden die het visuele uiterlijk van het verband optimaal kunnen verbergen nadat ze bloed, menstruatie-afscheidingen of dergelijke hebben geabsorbeerd, alsook voor het voorzien van richtlijnen voor de drager over hoe het maandverband op een juiste manier gepositioneerd kan worden binnen het ondergoed van de drager. Verder is het essentieel om de absorptiecapaciteit van de absorberende kern optimaal te gebruiken en het vloeistofbeheer doorheen de absorberende kern te verbeteren om zo lekkage van bloed, menstruatie-afscheidingen, enz. naar het ondergoed van de drager te verhinderen.
De onderhavige uitvinding beoogt minstens enkele van de hierboven vermelde problemen op te lossen.
De uitvinding beoogt daartoe een absorberend artikel te voorzien van tekeningen die kunnen gezien worden doorheen de topsheet van het absorberende artikel, welke helpen bij het begeleiden van de drager om het absorberend artikel te positioneren binnen het ondergoed van de drager en die helpen het bevuilde absorberende artikel te maskeren, zo het algemene draagcomfort van het absorberend artikel verbeterend en het meer gebruiksvriendelijk makend.
SAMENVATTING VAN DE UITVINDING
De onderhavige uitvinding voorziet een absorberend artikel, geschikt voor gebruik als maandverband, volgens conclusie 1.
Het product van de onderhavige uitvinding overwint de moeilijkheden van de stand-der-techniekproducten, aangezien het absorberende artikel helpt om het het bevuilde absorberende artikel beter te maskeren en helpt de drager te begeleiden in het op een juiste manier positioneren van het absorberende artikel binnen het ondergoed van de drager.
In een verder aspect voorziet de onderhavige uitvinding een methode, volgens conclusie 13, om een absorberend artikel te vervaardigen, bij voorkeur is voorgenoemd absorberend artikel een product volgens conclusie 1.
BESCHRIJVING VAN DE FIGUREN
Figuur 1 toont een schematisch bovenaanzicht van een absorberend artikel volgens een uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding, de lichaamsgekeerde kant van het absorberende artikel weergevend, i.e. de kant van het verband dat in contact staat met de drager wanneer het verband wordt gedragen.
Figuur 2 toont een schematisch bovenaanzicht van een absorberend artikel volgens een andere uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding, de lichaamsgekeerde kant van het absorberende artikel weergevend.
GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING VAN DE UITVINDING
De onderhavige uitvinding betreft een absorberend artikel, geschikt voor gebruik als maandverband en in staat om lichamelijke vloeistoffen zoals bloed, menstruatie-afscheidingen, urine en dergelijke te absorberen, dat is voorzien van tekeningen die door de topsheet kunnen worden gezien, hierbij het draagcomfort van het absorberende artikel verbeterend door de drager te begeleiden bij het op een juiste manier positioneren van het artikel in een ondergoed en door het maskeren en het verbergen van het bevuilde absorberende artikel.
Het citeren van numerieke intervallen door de eindpunten omvat alle getallen en fracties die binnen dat interval liggen, evenals de gereciteerde eindpunten.
Tenzij anders gedefinieerd hebben alle termen die gebruikt worden bij het publiek maken van de uitvinding, ook technisch en wetenschappelijke termen, de betekenis zoals ze algemeen begrepen worden door iemand van gewone vaardigheid in het technische veld waartoe deze uitvinding behoort. Bij wijze van verdere richtlijn, zijn definities van termen ingesloten om de leer van de onderhavige uitvinding beter te begrijpen.
Zoals hierin gebruikt, hebben de volgende termen de volgende betekenissen:
De uitdrukking "% gewicht" (gewichtspercent), hier en doorheen de beschrijving verwijst, tenzij anders bepaald, naar het relatieve gewicht van de respectieve component gebaseerd op het algemene gewicht van de samenstelling. "Een", "de" en "het" zoals hierin gebruikt refereren naar zowel het enkelvoud als het meervoud tenzij de context duidelijk anders veronderstelt. Bij wijze van voorbeeld verwijst een " bevestigingstape label" naar één of meer dan één bevestigingstape label. "Ongeveer" zoals hierin gebruikt, verwijzend naar een meetbare waarde zoals een parameter, een hoeveelheid, een tijdsduur, en dergelijke, heeft de bedoeling om variaties van +/-20% of minder te omvatten, bij voorkeur +/-10% of minder, meer bij voorkeur +/-5% of minder, zelfs meer bij voorkeur +/-1% of minder, en nog meer bij voorkeur +/-0.1% of minder van de gespecificeerde waarde, voor zoverre dergelijke variaties zijn aangewezen om in de bekendgemaakte uitvinding op te treden. Nochtans dient te worden begrepen dat de waarde waarbij de bepaling "ongeveer" gebruikt wordt, zelf ook specifiek wordt bekend gemaakt. "Absorberend artikel" verwijst naar inrichtingen die vloeistof absorberen en vasthouden, en verwijst meer specifiek naar inrichtingen die tegen of in nabijheid van het lichaam van de drager worden geplaatst om de diverse afscheidingen die door het lichaam worden geloosd te absorberen en vast te houden. De absorberende artikelen omvatten maar zijn niet beperkt tot luiers, incontinentieslips voor volwassenen, opleidingsbroekjes, luierhouders en -liners, maandverbanden en dergelijke, alsook chirurgische verbanden en sponsen.
Het "absorberend medium" of "absorberende kern" of "absorberend lichaam" is de absorberende structuur die tussen de topsheet en de backsheet van het absorberende artikel is gepositioneerd in minstens het kruisgebied van het absorberende artikel en is in staat om vloeibare lichaamsafscheidingen te absorberen en vast te houden. Het kan worden vervaardigd in een grote verscheidenheid aan vormen (bijvoorbeeld, rechthoekig, trapezoïdaal, T-vorm, I-vorm, zandlopervorm, enz.) en van een grote verscheidenheid van materialen. Voorbeelden van in het algemeen voorkomende absorberende materialen zijn cellulose fluff pulp, weefsellagen, sterk absorberende polymeren (zogenaamde superabsorbende polymeerdeeltjes (SAP)), absorberende schuimmaterialen, absorberende non-woven materialen of dergelijke. Het is gebruikelijk om cellulose fluff pulp met superabsorbende polymeren in een absorberend materiaal te combineren. De absorberende kern kan één of meerdere vloeistof absorberende lagen omvatten. "Acquisitie en distributie laag", "ADL" of "stroombeheersgedeelte" verwijst naar een onderlaag die bij voorkeur een non-woven wiklaag is onder de topsheet van een absorberend artikel, die het transport versnelt en de distributie van vloeistoffen over de absorberende kern verbetert. Het stroombeheersgedeelte is typisch minder hydrofiel dan de absorberende kern, en heeft de capaciteit om vloeistofstromen snel te verzamelen en tijdelijk vast te houden, en om vloeistof te transporteren van diens aanvankelijke ingangspunt naar andere delen van de absorberende structuur, in het bijzonder de absorberende kern. Deze configuratie kan helpen om te verhinderen dat de vloeistof samenvloeit en collecteert op het gedeelte van het absorberend kledingstuk gepositioneerd tegen de huid van de drager, waardoor het gevoel van vochtigheid bij de drager gereduceerd wordt. Bij voorkeur wordt het stroombeheersgedeelte geplaatst tussen de topsheet en het retentiegedeelte. Het is ook mogelijk om een acquisitie en distributie laag te vervangen voor een transferlaag.
De term "kleefstof" zoals hierin gebruikt verwijst naar om het even welke geschikte heet-smelt, water of solvent gebaseerde kleefstof die op het oppervlak van een filmlaag kan worden aangebracht in het vereiste patroon of netwerk van kleefstofgebieden om het film-nonwoven laminaat van onderhavige uitvinding te vormen. Overeenkomstig omvatten geschikte kleefstoffen conventionele heet-smelt kleefstoffen, drukgevoelige kleefstoffen en reactieve kleefstoffen (i.e., polyurethaan).
Zoals hierin gebruikt, betekent de term "kleefstof binding" een bindingsproces dat een verbinding vormt door toepassing van een kleefstof. Dergelijke kleefstof kan door diverse processen zoals groefcoating, gesproeide coating en andere oppervlaktetoepassingen aangewend worden. Verder kan dergelijke kleefstof aangewend worden op een productcomponent en dan aan een druk worden blootgesteld dusdanig dat het contact van een tweede productcomponent met de kleefstof omvattende productcomponent een kleefstof binding tussen de twee componenten vormt.
Zoals hierin gebruikt, verwijst een "luchtgevormd web" naar een materiaal omvattende cellulosevezels zoals die van fluff pulp die werden gescheiden, zoals door een hamermolen proces, en dan op een poreus oppervlak worden gedeponeerd zonder de aanwezigheid van een substantiële hoeveelheid bindingsvezels. Luchtgevormde materialen die bijvoorbeeld gebruikt worden als de absorberende kern in verscheidene luiers, zijn een typisch voorbeeld van een luchtgevormd materiaal.
Zoals hierin gebruikt, is een "luchtgelegd web" een vezelige structuur hoofzakelijk gevormd door een proces dat afzetting van lucht-meegevoerde vezels op een mat omvat, typisch in aanwezigheid van bindingsvezels, en typisch gevolgd door een densificatie en thermische binding. Naast traditionele thermisch gebonden luchtgelegde structuren (deze die gevormd worden in aanwezigheid van niet-plakkerig bindmiddel materialen en substantieel thermaal gebonden zijn), kan het toepassingsgebied van de term "luchtgelegd" volgens de onderhavige uitvinding ook covormen omvatten, welke worden vervaardigd door de combinatie van lucht-meegevoerde droge, verspreide cellulosevezels met smeltgeblazen synthetische polymeervezels terwijl de polymeervezels nog plakkerig zijn. Verder kan een luchtgevormd web waaraan vervolgens een bindmiddel materiaal wordt toegevoegd ook binnen het toepassingsgebied van de term "luchtgelegd" volgens onderhavige uitvinding vallen. Het bindmiddel kan aan een luchtgevormd web worden toegevoegd in vloeibare vorm (bv., een waterachtige oplossing of een smelt) door nevelspuitmonden, richtingsinjectie of impregnatie, vacuümtrekking, schuimimpregnatie, enzovoort. Vaste bindmiddeldeeltjes kunnen ook door mechanische of pneumatische middelen worden toegevoegd.
Zoals hierin gebruikt, omvat de term "geassocieerd" configuraties waarin de topsheet direct aan de backsheet is verbonden door de topsheet rechtstreeks aan de backsheet te hechten, en configuraties waarin de topsheet aan de backsheet wordt verbonden door de topsheet aan intermediaire leden te hechten die op hun beurt worden gehecht aan de backsheet. De topsheet en de backsheet kunnen rechtstreeks aan elkaar worden vastgehecht door hechtingsmiddelen zoals kleefmiddelen, sonische bindingen, thermische bindingen of eender welke andere hechtingsmiddelen gekend in de stand-der-techniek. Bijvoorbeeld, een uniforme ononderbroken laag van kleefstof, een in een patroon gevormde laag van kleefstof, een gespoten patroon van kleefstof of een serie van afzonderlijke lijnen, wervelingen of vlekken van constructiekleefstof kunnen worden gebruikt om topsheet aan backsheet te hechten. Het zou hierbij duidelijk moeten zijn dat de hierboven beschreven hechtingsmiddelen ook kunnen worden aangewend om de verschillende andere samenstellende delen van het hierin beschreven artikel onderling te verbinden en te assembleren.
De termen "achtergebied" en "rug achtergebied" worden hierin als synoniemen gebruikt en verwijzen naar het gebied van het absorberende artikel dat in contact is met de rug of substantieel de achterkant van de drager wanneer het absorberende artikel wordt gedragen.
Het "scherm" of de "backsheet" worden hierin gebruikt als synoniemen en is bij voorkeur vloeistof ondoordringbaar en bij voorkeur ontworpen om de doortocht van lucht of waterdamp uit het absorberend artikel toe te laten en terwijl de doorstroom van lichaamsvloeistoffen te blokkeren. Een vloeistof ondoordringbare backsheet kan gemaakt worden van eender welk materiaal met deze eigenschappen. De vloeistof ondoordringbare backsheet kan, indien gewenst, ook gemaakt worden van een materiaal dat de doortocht van zowel luchtdampen als vloeistoffen blokkeert. Een goed materiaal waarvan de backsheet kan worden vervaardigd is een micro-embossed polymeerfilm, zoals polyethyleen of polypropyleen. Bicomponent filmen kunnen ook gebruikt worden. Een geprefereerd materiaal is een polyethyleen film. De topsheet kan verbonden of geassocieerd worden met de backsheet gebruikmakend van eender welke gekende methode die geen harde of oncomfortabele resten achterlaat die de drager zouden kunnen irriteren. Diegene bekend met de stand-der-techniek zijn vertrouwd met de methoden voor het verbinden van de verschillende materialen en het verbinden van andere mogelijke materialen in het absorberend artikel volgens onderhavige uitvinding, inclusief het gebruik van drukgevoelige kleefstoffen, heet-smelt kleefstoffen, tweezijdige zelfklevende sheets, ultrasoon lassen en warmtezegeling om een aantal te noemen. Kleefstoffen zoals heet-smelt kleefstoffen kunnen uniform gebruikt worden of in de vorm van een continue of discontinue laag.
De termen "buikgebied" en "voorgebied" worden hierin gebruikt als synoniemen en verwijzen naar het gebied van het absorberende artikel dat in contact is met de buik of substantieel de voorkant van de drager wanneer het absorberende artikel wordt gedragen.
De term "bicomponent" verwijst naar vezels die gevormd zijn van minstens twee polymeren die geëxtrudeerd zijn uit afzonderlijke extrudeerders maar samen gesponnen zijn om één vezel te vormen. De configuratie van dergelijke bicomponent vezel kan een schede/kern schikking zijn waarin één polymeer door een andere omringd wordt of kan een zij-aan-zij schikking zijn.
Zoals hierin gebruikt, betekent het "lichaams-gekeerde" of "lichaamszijde" oppervlak dat oppervlak van het artikel of de component dat bedoeld is om naar of naast het lichaam van de drager te worden geschikt of geplaatst tijdens gewoon gebruik, terwijl het "uitgaand", "uitgaand gekeerd", "kledingstuk-zijde" of "kledingstuk-gekeerde zijde" oppervlak aan de tegenovergestelde zijde ligt, en bedoeld is om te worden geschikt weggekeerd van het lichaam van de drager tijdens gewoon gebruik. Dergelijk uitgaand oppervlak kan worden geschikt om naar of naast de onderkleding van de drager te worden geschikt of geplaatst wanneer het absorberende artikel wordt gedragen. "Verbonden" verwijst naar het verenigen, aanhangen, connecteren, aanhechten, of dergelijke, van minstens twee elementen. Twee elementen zullen als verbonden beschouwd worden wanneer zij rechtstreeks aan elkaar of onrechtstreeks aan elkaar worden verbonden, zoals wanneer elk rechtstreeks gebonden is aan intermediaire elementen. "Gekaard web" verwijst naar webben die gemaakt worden van stapelvezels die door een kammende of kaardende eenheid worden gestuurd, die de stapelvezels opent en ze volgens de machinerichting richt om een algemeen machinerichting-georiënteerd vezelig non-woven web te vormen. Het web wordt dan gebonden door één of meerdere gekende bindingsmethodes. Het verbinden van non-woven webben kan door een aantal methodes worden bereikt; poeder binden, waarin een poedervormige kleefstof of een bindmiddel wordt verdeeld door het web en dan wordt geactiveerd, gewoonlijk door het web en de kleefstof met hete lucht te verwarmen; patroon binden, waarin verwarmde kalenderrollen of ultrasone bindingsapparatuur wordt gebruikt om de vezels samen te binden, gewoonlijk in een gelokaliseerd bindpatroon, hoewel het web over diens volledige oppervlak kan worden gebonden indien gewenst; door-lucht binden, waarin lucht die voldoende heet is om minstens één component van het web zacht te laten worden door het web wordt geleid; chemisch binden, gebruikmakend van, bijvoorbeeld, latexkleefstoffen die op het web worden gedeponeerd door, bijvoorbeeld, sproeien; en consolidatie door mechanische methodes zoals het naaldvilten en waterverstrikking.
Zoals hierin gebruikt, is de term "cellulose" bedoelt om om het even welk materiaal te omvatten dat cellulose als hoofdconstituent heeft, en specifiek minstens 50 gewichtspercent cellulose of een cellulosederivaat omvat. Aldus, omvat de term katoen, typische houtpulpen, niet-houtachtige cellulosevezels, celluloseacetaat, cellulosetriacetaat, kunstzijde, thermomechanische houtpulp, chemische houtpulp, ontbonden chemische houtpulp, zijdeplant, of bacteriële cellulose. "Covorm" zoals hierin gebruikt is bedoeld om een mengsel van smeltgeblazen vezels en cellulosevezels te beschrijven dat gevormd wordt door de luchtvorming van een smeltgeblazen polymeer materiaal, terwijl simultaan lucht-gesuspendeerde cellulosevezels in de stroom van smeltgeblazen vezels wordt geblazen. Het covorm materiaal kan ook andere materialen omvatten, zoals superabsorberende deeltjes. De smeltgeblazen vezels die houten vezels bevatten worden op een vormend oppervlak verzameld, zoals verstrekt door een geperforeerde riem. Het vormend oppervlak kan een gas-doorlaatbaar materiaal omvatten, zoals spingebonden weefsel materiaal, dat op het vormende oppervlak is geplaatst. "Compressie" verwijst naar het proces of resultaat van drukken door kracht op een voorwerp uit te oefenen, waardoor de dichtheid van het voorwerp verhoogd wordt. "Omvatten", "omvattende", en "omvat", en "omvat uit" zoals hierin gebruikt zijn synoniem met "bestaan uit", "bestaande uit", "bestaat uit", of "bevatten", "bevattende", "bevat", en zijn inclusieve of open termen die de aanwezigheid van wat volgt aanduiden, bv. component en die de aanwezigheid niet uitsluiten of beletten van extra, niet-gereciteerde componenten, kenmerken, element, leden, stappen, gekend uit of beschreven in de stand-der-techniek.
De term "hoofdzakelijk bestaand uit" sluit de aanwezigheid van extra materialen, die de gewenste kenmerken van een bepaalde samenstelling of product niet beduidend beïnvloeden, niet uit. Voorbeeld materialen van deze soort kunnen bestaan uit, zonder beperking, pigmenten, antioxidanten, stabilisatoren, oppervlakte-actieve stoffen, wassen, stroompromotors, solventen, deeltjes en materialen die worden toegevoegd om de verwerkbaarheid van de samenstelling te verhogen.
Een absorberend artikel, zoals een maandverband, kan "insluitingsflappen" omvatten. Insluitingsflappen worden over het algemeen beschouwd als zijnde bijzonder geschikt voor de insluiting van bloed en menstruatie-afscheidingen en voor het verhinderen van de laterale stroom van vloeibaar afval tot wanneer het vloeibare afval door het absorberende artikel kan worden geabsorbeerd. Vele constructies van insluitingsflappen zijn gekend. Dergelijke insluitingsflappen bestaan over het algemeen uit een proximale rand, bedoeld om vastgehecht te worden aan het absorberende artikel, en een tegenovergestelde distale rand die over het algemeen niet wordt vastgehecht aan het absorberende artikel langs minstens een gedeelte van zijn lengte. De insluitingsflappen kunnen van een grote verscheidenheid van materialen zoals polypropyleen, polyester, kunstzijde, nylon, schuim, plastieken films, gevormde films, en elastische schuimen worden vervaardigd. Verscheidene productietechnieken kunnen worden gebruikt voor het vervaardigen van de insluitingsflappen. Bijvoorbeeld, de insluitingsflappen kunnen geweven, non-woven, spingebonden, gekaard, gegoten, geblazen of dergelijke zijn. "Conventionele heet-smelt kleefstof" betekent een samenstelling die over het algemeen uit verscheidene componenten bestaat. Deze componenten omvatten typisch één of meerdere polymeren om cohesiekracht te voorzien (bv., alifatische polyolefines zoals poly (ethyleen-co-propyleen) copolymeer; ethyleen vinylacetaat copolymeren; styreen-butadieen of styreenisopreen blokcopolymeren; enz.); een hars of een analoog materiaal (soms een kleverigheidsbevorderaar genoemd) om adhesiekracht te voorzien (bv., koolwaterstoffen die van aardoliedistillaten worden gedistilleerd; harsen en/of harsesters; terpenen afgeleid van, bijvoorbeeld, hout of citrus, enz.); optioneel wassen, weekmakers of andere materialen om viscositeit (i.e., vloeibaarheid) te wijzigen (voorbeelden van dergelijke materialen omvatten, maar zijn niet beperkt tot, minerale olie, polybuteen, paraffine olie, esteroliën, en dergelijke); en/of andere additieven met inbegrip van, maar niet beperkt tot, antioxidanten of andere stabilisatoren. Een typische heet-smelt kleefstof samenstelling zou van ongeveer 15 tot ongeveer 35 gewichtspercent cohesiekracht polymeer of polymeren kunnen omvatten; van ongeveer 50 tot ongeveer 65 gewichtspercent aan hars of andere kleverigheidsbevorderaar of kleverigheidsbevorderaars; van meer dan nul tot ongeveer 30 gewichtspercent weekmaker of andere viscositeitswijziger; en optioneel minder dan ongeveer 1 gewichtspercent stabilisator of ander additief. Men dient te begrijpen dat andere kleefstof samenstellingen mogelijk zijn die andere gewichtspercentages van deze componenten omvatten.
De "deklaag" of "topsheet" worden hierin gebruikt als synoniemen en is de laag die gekeerd is naar het lichaam van de drager wanneer het absorberende artikel in gebruik is. Bij voorkeur is de topsheet een vloeistof permeabel materiaal. De topsheet kan van een materiaal worden gemaakt dat de passage van vloeistof toelaat zonder in grote mate de vloeistof horizontaal, in parallel met de topsheet, te trekken. Bovendien zou de topsheet weinig of geen vloeistof in de structuur mogen vasthouden zodat een relatief droog oppervlak aan de huid van de drager wordt voorzien. Over het algemeen is de topsheet één enkele laag van een materiaal met een breedte die voldoende is om het oppervlak van een absorberende laag die eronder is geplaatst te bedekken. De topsheet kan vervaardigd worden van materialen gekend in de stand-der-techniek. Een vloeistof-permeabele topsheet kan van zowel natuurlijke als synthetische vezels worden gemaakt. Geschikte materialen omvatten gebonden gekaarde webben van polyester, polypropyleen, polyethyleen, nylon of andere hitte-verbindbare vezels. Andere polyolefines, zoals copolymeren van polypropyleen en polyethyleen, lineaire lage-densiteit polyethyleen, fijn-geperforeerde filmwebben en netmaterialen, werken ook goed. Een voorkeursmateriaal is een composiet van een geperforeerde thermoplastische film gepositioneerd boven een non-woven weefsel. Dergelijk composiet materiaal kan worden gevormd door extrusie van een polymeer op een web van spingebonden materiaal om een integrale sheet te vormen. Een voorbeeld hiervan is een geperforeerde, thermoplastische polyethyleenfilm gebonden aan een spingebonden materiaal. Een ander materiaal geschikt als vloeistof-permeabele topsheet is een spingebonden web van polypropyleen. Dit spingebonden web kan tussen ongeveer 1 percent tot ongeveer 6 percent van een wit-makend agens omvatten, zoals titanium dioxide (TiO2) of calcium carbonaat (CaCO3) om een zuiver, wit uiterlijk te voorzien. Een uniforme dikte van spingebonden is wenselijk omdat het een voldoende sterkte zal hebben om, na te zijn geperforeerd, zich te verzetten tegen scheuren of uit elkaar trekken tijdens gebruik. Er moet worden opgemerkt dat de lichaamszijde topsheet gecoat, gesproeid of op een andere manier behandeld kan worden met een oppervlakte-actieve component om ze hydrofiel te maken. Wanneer de lichaamszijde topsheet gevormd is van een hydrofiel materiaal zal het toelaten om de lichaamsvloeistof er snel doorheen te laten passeren. De lichaamszijde topsheet kan ook in reliëf worden gemaakt. De topsheet kan een veelvoud aan perforaties omvatten, die ovaal, vierkant of cirkelvormig gevormd kunnen zijn of van om het even welke andere geschikte vorm om de opname van vloeistof door de topsheet te vergemakkelijken, zeker sterk viskeuze componenten van dergelijke vloeistof. De topsheet kan volledig geperforeerd zijn of kan slechts op geselecteerde gebieden daarvan zijn geperforeerd. De perforaties kunnen willekeurig worden geschikt of regelmatig in een patroon. Als alternatief kan de vloeistof-permeabele topsheet ook een geperforeerde film omvatten gemaakt van een vloeistof-ondoordringbaar materiaal, zoals polyethyleen of polypropyleen. De vloeistof permeabele topsheet en de vloeistof-ondoordringbare backsheet werken samen om de absorberende kern ertussen in te sluiten en vast te houden.
De term "dichtheid" of "concentratie", wanneer wordt verwezen naar het absorberende materiaal, in het bijzonder SAP, van een laag, verwijst naar de hoeveelheid van het absorberende materiaal gedeeld door de oppervlakte van de laag waarover het absorberende materiaal is verspreid.
De term "wegwerpbaar" is hierin gebruikt om absorberende artikelen te beschrijven die over het algemeen niet bedoeld zijn om te worden gewassen of om anders hersteld of hergebruikt te worden als absorberend artikel (i.e., ze zijn bedoeld om na éénmalig gebruik te worden weggeworpen en, bij voorkeur te worden gerecycleerd, gecomposteerd of op een andere manier van te worden ontdaan op een ecologisch compatibele manier).
Zoals hierin gebruikt en in de conclusies die volgen, omvat "reliëf" of "in reliëf" gebieden waar een materiaal behandeld is door druk, thermische energie, ultrasone energie, en/of andere behandelingen met inbegrip van warmtevorming, om lokale indrukken en/of compressies in het materiaal te voorzien. Bij voorkeur worden reliëf-elementen aangewend en/of gedrukt op het materiaal om het overeenkomstige reliëf te vormen op het substraat.
De term "weefsel" wordt gebruikt om naar alle geweven, gebreide en non-woven vezelige webben te verwijzen.
De term "vrouwelijk zorgverband" zoals hierin gebruikt is synoniem met maandverband.
De term "afgewerkt" of "finaal", wanneer gebruikt met betrekking tot een product, betekent dat het product geschikt werd vervaardigd voor zijn beoogde doel.
De term "flexibel" verwijst naar materialen die meegaand zijn en die zich vlot aanpassen aan de algemene vorm en contouren van het lichaam van de drager.
Het absorberende artikel omvat bij voorkeur één of meerdere verlengde stroken of gebieden van "kledingstuk vasthechtingskleefstof" die aan het bodemoppervlak van de vloeistof-ondoordringbare backsheet is bevestigd. De kledingstuk vasthechtingskleefstof dient om het artikel aan het binnenste kruisgedeelte van het ondergoed van de gebruiker vast te hechten. De kledingstuk vasthechtingskleefstof laat toe om het absorberende artikel, in het bijzonder een maandverband, juist te aligneren en te behouden relatief ten opzichte van de vaginale opening van de gebruiker zodat een maximale vloeistofbescherming kan verkregen worden. De kledingstuk vasthechtingskleefstof kan het volledige bodemoppervlak van de vloeistof-ondoordringbare backsheet of slechts een deel daarvan bedekken. De kledingstuk vasthechtingskleefstof kan uit een wervelingspatroon van kleefstof bestaan of kan één of meerdere stroken kleefstof zijn. De kledingstuk vasthechtingskleefstof kan ook uit een veelheid aan kleefstofpunten bestaan die willekeurig of uniform op het buitenoppervlak van de backsheet zijn geschikt. Wanneer in strookvorm, kan de kledingstuk vasthechtingskleefstof gealigneerd worden langs de centrale longitudinale as van het absorberende artikel. Als alternatief kan de kledingstuk vasthechtingskleefstof aanwezig zijn als twee of meerdere van elkaar gepositioneerde aparte longitudinale stroken. De kledingstuk vasthechtingskleefstof is van dergelijke aard dat het de gebruiker toelaat het absorberende artikel te verwijderen en het, indien nodig, te herpositioneren op het ondergoed van de drager.
De term "tekening" omvat, maar is niet beperkt tot, om het even welk type van ontwerp, beeld, teken, cijfer, codes, woorden, patronen, of dergelijke.
De term "hoog-absorptie materiaal" verwijst naar materialen die in staat zijn minstens 10 keer hun eigen gewicht in vloeistof te absorberen. Het hoog-absorptie materiaal kan absorberende gelvormende materialen omvatten, zoals superabsorberende polymeren. Superabsorbende polymeren zijn water-zwelbare, water onoplosbare organische of anorganische materialen geschikt om minstens ongeveer 20 keer hun eigen gewicht van een waterachtige oplossing te absorberen die 0.9 gewichtspercent van natriumchloride bevat. De absorberende gelvormende materialen kunnen natuurlijke, synthetische en gemodificeerde natuurlijke polymeren en materialen zijn. Bovendien kunnen de absorberende gelvormende materialen anorganische materialen zijn, zoals silicagelen, of organische samenstellingen zoals verknoopte polymeren. De term "verknoopt" verwijst naar om het even welke middelen om normaal water oplosbare materialen op een effectieve manier substantieel water onoplosbaar maar zwelbaar te maken. Dergelijke middelen kunnen, bijvoorbeeld, fysieke verwarring, kristallijne domeinen, covalente bindingen, ionische complexen en associaties, hydrofiele associaties, zoals waterstof bindingen, en hydrofobe associaties of Van der Waals krachten omvatten. Voorbeelden van synthetische absorberende gelvormende materiaal polymeren omvatten de alkalimetaal en ammoniumzouten van poly(acrylzuur) en poly(methacrylzuur), poly(acrylamides), poly(vinylethers), maleïnezuuranhydride copolymeren met vinylethers en alpha-olefines, poly(vinylpyrrolidon), poly(vinylmorfolinon), poly(vinylalcohol), en mengsels en copolymeren daarvan. Verdere polymeren geschikt voor gebruik in de absorberende structuur omvatten natuurlijke en gemodificeerde natuurlijke polymeren, zoals gehydroliseerd acrylonitril-grafted zetmeel, acrylzuur grafted zetmeel, methylcellulose, carboxymethyl cellulose, hydroxypropyl cellulose, en de natuurlijke gommen, zoals alginaten, xanthan gom, johannesbroodboom boon gom en dergelijke. Mengsels van natuurlijke en geheel of gedeeltelijk synthetische absorberende polymeren kunnen ook worden gebruikt. Synthetische absorberende gelvormende materialen zijn typisch xerogels die hydrogels vormen wanneer nat gemaakt. De term "hydrogel" wordt echter ook algemeen gebruikt om naar zowel nat gemaakte als niet nat gemaakte vormen van het materiaal te verwijzen. Het hoog-absorptie materiaal kan om het even welk van een grote verscheidenheid aan geometrische vormen hebben. Algemeen verkiest men dat het hoog-absorptie materiaal in de vorm van afzonderlijke deeltjes is. Nochtans kan het hoog-absorptie materiaal ook in de vorm van vezels, vlokken, staven, bollen, naalden, spiraal of semi-spiraal, kubus, staaf-achtig, veelvlakkig, of dergelijke zijn. Conglomeraten van deeltjes van hoog-absorptie materiaal kunnen ook gebruikt. Het hoog-absorptie materiaal kan aanwezig zijn in de absorberende kern in een hoeveelheid van ongeveer 5 tot ongeveer 100 gewichtspercent en wenselijk van ongeveer 30 tot ongeveer 100 gewichtspercent gebaseerd op het totale gewicht van de absorberende kern. De distributie van het hoog-absorptie materiaal binnen de verschillende delen van de absorberende kern kan variëren afhankelijk van het voorziene eindgebruik van de absorberende kern. Het hoog-absorptie materiaal kan worden geschikt in een over het algemeen afzonderlijke laag binnen de matrix van hydrofiele vezels. Als alternatief kan de absorberende kern een laminaat van vezelige webben en hoog-absorptie materiaal omvatten of andere geschikte middelen om een hoog-absorptie materiaal in een gelokaliseerd gebied te handhaven. "Heet-smelt kleefstof" betekent een samenstelling die over het algemeen uit verscheidene componenten bestaat. Deze componenten omvatten typisch één of meerdere polymeren om cohesiekracht te voorzien (bv., alifatische polyolefines zoals poly (ethyleen-co-propyleen) copolymeer; ethyleen vinylacetaat copolymeren; styreen-butadieen of styreenisopreen blokcopolymeren; enz.); een hars of een analoog materiaal (soms een kleverigheidsbevorderaar genoemd) om adhesiekracht te voorzien (bv., koolwaterstoffen die van aardoliedistillaten worden gedistilleerd; harsen en/of harsesters; terpenen afgeleid van, bijvoorbeeld, hout of citrus, enz.); optioneel wassen, weekmakers of andere materialen om viscositeit (i.e., vloeibaarheid) te wijzigen (voorbeelden van dergelijke materialen omvatten, maar zijn niet beperkt tot, minerale olie, polybuteen, paraffine olie, esteroliën, en dergelijke); en/of andere additieven met inbegrip van, maar niet beperkt tot, antioxidanten of andere stabilisatoren. Een typische heet-smelt kleefstof samenstelling zou van ongeveer 15 tot ongeveer 35 gewichtspercent cohesiekracht polymeer of polymeren kunnen omvatten; van ongeveer 50 tot ongeveer 65 gewichtspercent aan hars of andere kleverigheidsbevorderaar of kleverigheidsbevorderaars; van meer dan nul tot ongeveer 30 gewichtspercent weekmaker of andere viscositeitswijziger; en optioneel minder dan ongeveer 1 gewichtspercent stabilisator of ander additief. Men dient te begrijpen dat andere kleefstof samenstellingen mogelijk zijn die andere gewichtspercentages van deze componenten omvatten. "Waterverstrikking proces" verwijst naar de productie van non-woven webben. Het proces omvat het richten van een reeks waterstralen naar een vezelig web dat gedragen wordt op een bewegende poreuze riem. De waterstralen gaan naar beneden door de massa van vezels en bij het maken van contact met de oppervlakte van de riem, kaatsen de stralen terug, en breken ze op: de energie die vrijkomt veroorzaakt verstrikking van de massa vezels.
De term "hydrofiel" beschrijft vezels of de oppervlakten van vezels die bevochtigd worden door de waterige vloeistoffen die in contact staan met de vezels. De graad van het bevochtigen van de materialen kan op zijn beurt uitgedrukt worden in termen van de contacthoeken en de oppervlaktespanningen van de vloeistoffen en de materialen in kwestie. De term "bevochtigbaar" is bedoeld om te verwijzen naar een vezel die een contacthoek in de lucht maakt met een vloeistof, zoals water, synthetische urine, of een waterige zoute oplossing van 0.9 gewichtspercent, van minder dan 90°, terwijl "hydrofoob" of "niet bevochtigbaar" vezels beschrijft die contacthoeken gelijk aan of groter dan 90° hebben.
Zoals hierin gebruikt, verwijst de term "ondoordringbaar" over het algemeen naar artikelen en/of elementen die in hoofdzaak niet door een waterige vloeistof kan worden doordrongen doorheen hun volledige dikte onder een druk van 1.0 kPa of minder. Bij voorkeur, is het ondoordringbare artikel of element niet doordringbaar voor een waterige vloeistof onder drukken van 3.4 kPa of minder. Meer bij voorkeur is het ondoordringbare artikel of element niet doordringbaar voor een waterige vloeistof onder drukken van 6.8 kPa of minder. Een artikel of een element dat niet ondoordringbaar is, is permeabel. "Integraal" wordt gebruikt om te verwijzen naar diverse gedeelten van één enkel unitair element eerder dan naar de afzonderlijke structuren die aan elkaar gebonden of dichtbij elkaar geplaatst zijn. "Aansluiten", "aansluitend", "aangesloten" of variaties daarvan, wanneer gebruikt bij het beschrijven van het verband tussen twee of meerdere elementen, betekent dat de elementen kunnen worden verbonden op om het even welke gepaste manier, zoals door hitte verzegeling, ultrasone binding, thermische binding, door kleefstoffen, stikken, of dergelijke. Verder kunnen de elementen direct worden aaneengesloten, of kunnen ze één of meerdere elementen omvatten die ertussen zijn gepositioneerd, welke allen samen verbonden zijn.
Het gebruik van de term "laag" kan verwijzen naar, maar is niet beperkt tot, om het even welk type substraat, zoals een geweven web, non-woven web, films, laminaten, composieten, elastomeer materialen, of dergelijke. Een laag kan vloeistof en lucht permeabel zijn, permeabel voor lucht maar ondoordringbaar voor vloeistoffen, ondoordringbaar voor zowel lucht als vloeistoffen, of dergelijke. Wanneer het in het enkelvoud gebruikt wordt, kan het de dubbele betekenis van één enkel element hebben of van een meerderheid van elementen. "Vloeistof' betekent een niet-gasvormige substantie en/of een materiaal dat stroomt en dat de binnenste vorm van een container kan aannemen waarin het wordt gegoten of geplaatst. "Longitudinaal" is een richting die parallel loopt met de maximale lineaire afmeting van het artikel.
Zoals hierin gebruikt verwijst de term "machinerichting" naar de vormingsrichting van het smeltgeblazen of spingebonden web. Aangezien dergelijke webben over het algemeen worden geëxtrudeerd op een bewegende transportband of "vormingsdraad", is de vormingsrichting van dergelijke webben (de machinerichting) de bewegingsrichting van de vormingsdraad.
De term "smeltgeblazen vezels" betekent vezels die gevormd zijn door extrusie van een gesmolten thermoplastisch materiaal door een veelheid van fijne, meestal cirkelvormige, matrijscapillairen tot gesmolten draden of filamenten in een gasstroom met hoge snelheid (bv. lucht) wat ervoor zorgt dat de filamenten van het gesmolten thermoplastisch materiaal in diameter gaan afnemen, wat tot een microvezeldiameter kan gaan. Algemeen hebben smeltgeblazen vezels een gemiddelde vezeldiameter van tot ongeveer 10 microns. Na de vorming van de vezels, worden de smeltgeblazen vezels meegedragen door de gasstroom met hoge snelheid en afgezet op een verzamelend oppervlak om een web van willekeurig gerangschikte smeltgeblazen vezels te vormen.
Zoals hierin gebruikt, verwijzen de termen "insnoering" of "insnoeringsuitrekking", onderling verwisselbaar, naar een methode voor het verlengen van een non-woven weefsel, over het algemeen volgens de machinerichting, om diens breedte op een gecontroleerde manier te reduceren tot een gewenste waarde. Het gecontroleerd uitrekken kan plaatsvinden onder koele, kamertemperatuur of hogere temperaturen en is beperkt tot het verlengen van de algemene dimensie volgens de richting die uitgerekt wordt tot de verlenging nodig om het weefsel te breken, wat in de meeste gevallen ongeveer 1.2 tot 1.4 keer is. Wanneer ontspannen, trekt het web terug naar zijn originele afmetingen.
De term "non-woven weefsel of web" betekent een sheet materiaal die een structuur van individuele vezels of draden heeft die ingelegd zijn, maar niet op een regelmatige manier zoals voorkomt bij stik- of weefprocessen. Non-woven weefsels of webben kunnen door veel processen gemaakt worden, zoals bijvoorbeeld smeltgeblazen processen, spingebonden processen, en gebonden gekaarde web processen.
De absorberende laag kan andere additieven omvatten om te helpen in geurcontrole, zoals zeolieten, bakpoeder of andere conventionele "geurcontrole agentia". Door de openingen en spleten in de absorberende laag te hebben, kan het oppervlaktegebied van het geurcontrole agens worden verhoogd, hierdoor effectief de geurcontrole eigenschappen van de absorberende laag verhogend. Andere lagen van het absorberende artikel kunnen ook geurcontrole agentia omvatten. Wanneer de geurcontrole agentia in een laag onder de absorberende laag zitten, kunnen de geuren effectiever in contact komen met het geurcontrole agens door de aanwezigheid van de spleten en openingen. Verder kunnen de spleten en openingen ook een middel voorzien om de luchtdoorlaatbaarheid van het absorberende artikel en de absorberende laag te verbeteren, wat toelaat dat lucht eenvoudiger door de absorberende laag heen kan gaan.
Door de termen "deeltje", "deeltjes", "partikel, "partikels" en dergelijke, wordt bedoeld dat het materiaal over het algemeen de vorm van afzonderlijke eenheden heeft. De eenheden kunnen korrels, poeder, bollen, verpulverde materialen of dergelijke omvatten, evenals combinaties daarvan. De deeltjes kunnen om het even welke gewenste vorm hebben zoals bijvoorbeeld kubisch, staaf-achtig, veelhoekig, bolvormig of semi-bolvormig, afgerond of semi-afgerond, hoekig, onregelmatig, enz. Vormen die een grote grootste afmeting/kleinste afmeting verhouding hebben, zoals naalden, vlokken en vezels, worden hierin ook beschouwd te worden omvat. De termen "partikel" of "deeltje" kunnen ook een agglomeraat omvatten die meer dan één individueel partikel, deeltje of dergelijke omvat. Bovendien kan een deeltje, partikel of om het even welk daarvan gewenste agglomeraat, uit meer dan één type materiaal samengesteld zijn.
Om de kledingstuk vasthechtingskleefstof voorafgaand aan het gebruik tegen verontreiniging te beschermen, kan de kleefstof afgeschermd worden door een losmaakbare afpelstrook. De "afpelstrook" kan een wit Kraft papier zijn dat aan één kant gecoat is zodat het kan losgemaakt worden van de kleefstof. De coating kan een siliconencoating zijn, zoals een siliconenpolymeer. De afpelstrook is ontworpen om verwijderd te worden door de gebruiker vóór het vasthechten van het absorberende artikel aan het binnenste kruisgedeelte van haar ondergoed.
De absorberende kern kan ook een prop omvatten. Zoals hierin gebruikt, verwijst een "prop" naar een absorberend invoegsel binnen een absorberende kern dat ten minste een breedte en een lengte heeft die kleiner is dan de respectievelijke breedte en lengte van de absorberende kern. Een prop wordt over het algemeen gebruikt om een vervorming of vormgeving te voorzien in een aangrenzende laag van een absorberend artikel, en kan nuttig zijn in het vormgeven van een verband of in het creëren van een mediale bult in het verband voor een verbeterde pasvorm tegen het lichaam van de drager.
De term "polymeer" omvat over het algemeen, maar is niet beperkt tot homopolymeren, copolymeren, bijvoorbeeld, blok-, graft-, willekeurige en afwisselende copolymeren, terpolymeren, enz. en mengsels en afgeleiden daarvan. Voorts zal de term "polymeer", tenzij anders specifiek beperkt, alle mogelijke geometrische configuraties van het materiaal omvatten. Deze configuraties omvatten, maar zijn niet beperkt tot, isotactische, syndiotactische en willekeurige symmetrieën.
Een kledingstuk vasthechtingskleefstof van een absorberend artikel, zoals een maandverband, kan worden bedekt en beschermd door het binnenste oppervlak van een buidel. Een "buidel" heeft typisch grotere afmetingen dan het absorberende artikel, zodat het zich kan uitstrekken rond de randen van het absorberende artikel rond diens volledige periferie. Wanneer een buidel wordt gebruikt, wordt het absorberende artikel typisch gevouwen in drie overlappende secties langs de longitudinale lengte van het verband ("drie-gevouwd") en dergelijk drie-gevouwd verband kan in de buidel worden geschikt om het maandverband daar te houden voor gebruik. Wanneer klaar voor gebruik, verwijdert een gebruiker het verband uit de buidel, ontvouwd het verband, verwijdert optioneel een additionele afpelstrook, indien aanwezig, en maakt het verband vast aan het ondergoed. De buidel kan een sheet zijn van, bijvoorbeeld, papier, plastiek of een ander flexibel materiaal en kan optioneel behandeld worden met loslatingsagentia aan het oppervlak gekeerd naar het absorberende artikel om de gewenste verwijderbare vasthechting aan de kledingstuk vasthechtingskleefstof van het absorberende artikel te bekomen. Dergelijke loslatingsagens behandeling bestaat gewoonlijk uit een siliconencoating. De loslatingsagens behandeling kan worden toegepast over het volledige oppervlakte van de buidel gekeerd naar het absorberende artikel, of kan enkel selectief aangewend worden op de gebieden die in contact zijn met de vasthechtingskleefstof van het absorberende artikel.
Door de term "voorverpakt" zoals hierin gebruikt, wordt bedoeld dat één of meerdere absorberende artikelen worden verpakt in één enkele eenheid alvorens te worden gestapeld. "Pulp fluff" of "fluff pulp" verwijzen naar een materiaal dat uit cellulosevezels is opgebouwd. De vezels kunnen zowel natuurlijk als synthetisch, of een combinatie daarvan, zijn. Het materiaal is typisch laag in gewicht en heeft absorberende eigenschappen.
De term "maandverband", zoals hierin gebruikt, verwijst naar een artikel dat typisch gedragen wordt door vrouwen in de nabijheid van het pudendum gebied, dat bedoeld is om de verscheidene excreties geloosd door het lichaam (vb. bloed, menstruatie-afscheidingen en urine) te absorberen en vast te houden.
Zoals hierin gebruikt verwijst de term "sheet" of "sheet materiaal" naar geweven materialen, non-woven webben, polymeerfilms, polymere gaas-achtige materialen, en polymere schuimlagen.
Een absorberend artikel kan een systeem van "zijpanelen" omvatten die gewenste "oor" of "vleugel" gedeelten kunnen voorzien afhankelijk van de gewenste configuratie van het artikel. De zijpanelen kunnen uit één stuk gevormd worden van een geselecteerde component van het artikel, zoals de topsheet en/of de backsheet, en worden integraal verbonden aan aangeduide secties van de zijgebieden langs een geselecteerd gedeelte van het artikel. In vrouwelijke verzorgingsproducten kunnen de zijpanelen aaneengesloten zijn om zich lateraal uit te strekken van het middengedeelte van het artikel en kunnen ze worden gevormd om doeltreffend rond de zijranden van het ondergoed van een drager te worden verpakt en vastgezet om te helpen het artikel op zijn plaats houden. Als alternatief kunnen de zijpanelen of de vleugels afzonderlijk voorziene leden zijn die vervolgens worden vastgemaakt of anders doeltreffend worden aangesloten op het voorziene gedeelte van het artikel. De zijpaneelgedeelten kunnen om het even welke werkzame constructie hebben en kan een laag van om het even welk doeltreffend materiaal omvatten. Bovendien kan elke zijpaneel een composiet materiaal omvatten. Bijvoorbeeld, de zijpanelen kunnen een spingebonden weefsel materiaal omvatten, een bi-component spingebonden materiaal, een ingesnoerd spingebonden materiaal, een ingesnoerd-rekgebonden-laminaat (NBL) materiaal, een smeltgeblazen weefsel materiaal, een gebonden gekaard web, een thermisch gebonden gekaard web, een door-lucht gebonden gekaard web of dergelijke, alsook combinaties hiervan. In een uitvoeringsvorm kan elk zijpaneel aaneengesloten worden aan diens overeenkomstige zijgebied van het artikel op om het even welke doeltreffende manier. Bijvoorbeeld, het zijpaneel kan worden aaneengesloten aan de topsheet, de backsheet of een andere artikelcomponent, alsook eender welke combinatie hiervan. In een andere uitvoeringsvorm kan elk zijpaneelgedeelte, of om het even welke gewenste combinatie van de aangewende zijpaneelgedeelten, een paneel-bevestigingsmiddel component omvatten die coöperatief aaneengesloten wordt aan een aangewezen landingszone of verbintenisoppervlak van het artikel. De zijpanelen kunnen een paneel-bevestigingsmiddel systeem omvatten dat een doeltreffende kleefstof incorporeert. De kleefstof kan een solvent-gebaseerde kleefstof zijn, een heet-smelt kleefstof, een druk-gevoelige kleefstof, of dergelijke, alsook combinaties hiervan.
De term "spingebonden vezels" verwijst naar vezels die worden gevormd door extrusie van gesmolten thermoplastische polymeren in de vorm van filamenten of vezels uit een meerderheid van relatief fijne, meestal cirkelvormige, capillairen van een spindop, waarna de geëxtrudeerde filamenten snel door een eductief of ander bekend trekkingsmechanisme getrokken worden om de filamenten met moleculaire oriëntatie en een fysieke sterkte te voorzien. De gemiddelde diameter van spingebonden vezels ligt typisch in de range van 15-60 μm of hoger. De spindop kan ofwel een grote spindop zijn die meerdere duizenden gaten per meter breedte heeft of kunnen banken van kleinere spindoppen zijn omvattende bijvoorbeeld slechts 40 gaten. "Stapelvezels" verwijzen naar in de handel verkrijgbare vezels die diameters omvatten variërend van minder dan ongeveer 0.001 mm tot meer dan ongeveer 0.2 mm; ze komen in vele verschillende vormen voor zoals korte vezels variërend van ongeveer 10 tot 50 mm in lengte en lange vezels met een lengte groter dan 50 mm, bij voorkeur tot 100 mm. "Rekgebonden laminaat" verwijst naar een composiet materiaal dat minstens twee lagen heeft waarin één laag een bijeenbrengende laag is en de andere laag een elastische laag is. De lagen worden samen aaneengesloten wanneer de elastische laag zich in een uitgerekt toestand bevindt zodat bij het ontspannen van de lagen, de bijeenbrengende laag bijeengebracht wordt.
Het gebruik van de term "substraat" omvat, maar is niet beperkt tot, geweven of non-woven webben, poreuze films, inkt permeabele films, papier, composiet structuren, of dergelijke.
Superabsorbende materialen geschikt voor gebruik in de onderhavige uitvinding zijn gekend in de stand-der-techniek, en kunnen in om het even welke werkbare vorm voorkomen, zoals in partikelvorm, vezels en mengsels daarvan. Algemeen gesteld kan het "superabsorberende materiaal" een water-zwelbaar, algemeen water onoplosbaar, hydrogel-vormend polymeer absorberend materiaal zijn, dat in staat is om minstens ongeveer 15, geschikt ongeveer 30, en mogelijks ongeveer 60 keer of meer van zijn gewicht in fysiologische zoutoplossing (bv. een zoutoplossing met 0.9 % gewicht NaCl) te absorberen. Het superabsorberende materiaal kan biologisch afbreekbaar of bipolair zijn. Het hydrogel-vormende polymeer absorberend materiaal kan van organisch hydrogel-vormend polymeer materiaal worden gevormd, dat natuurlijk materiaal zoals agar, pectine en guar gom kan omvatten; gemodificeerde natuurlijke materialen zoals carboxymethyl cellulose, carboxyethyl cellulose en hydroxypropyl cellulose; en synthetische hydrogel-vormende polymeren. Synthetische hydrogel-vormende polymeren omvatten, bijvoorbeeld, alkalimetaalzouten van polyacrylzuur, polyacrylamide, polyvinylalcohol, ethyleen maleïnezuuranhydride copolymeren, polyvinylethers, polyvinylmorfolinon, polymeren en copolymeren van vinyl sulfonzuur, polyacrylaten, polyacrylamide, polyvinylpyridine, en dergelijke. Andere geschikte hydrogel-vormende polymeren omvatten gehydroliseerd acrylonitril grafted zetmeel, acrylzuur grafted zetmeel, en isobutyleen maleïnezuuranhydride copolymeren en mengels daarvan. De hydrogel-vormende polymeren kunnen lichtjes verknoopt zijn om het materiaal substantieel water onoplosbaar te maken. Verknoping kan, bijvoorbeeld, gebeuren door straling of covalente, ionische, Van der Waalse, of waterstof bindingen. Het superabsorberende materiaal kan op een geschikte manier aangebracht worden in een aangewezen opslag- of retentiegedeelte van het absorberende systeem, en kan optioneel in andere componenten of gedeelten van het absorberende artikel worden aangewend. Het superabsorberende materiaal kan omvat zijn in de absorberende laag of een andere vloeistof opslaglaag van het absorberende artikel van de onderhavige uitvinding in een hoeveelheid tot ongeveer 60% in gewicht. Typisch zal het superabsorberende materiaal, wanneer aanwezig, worden voorzien in een hoeveelheid van ongeveer 5% tot ongeveer 40% in gewicht, gebaseerd op het totale gewicht van de absorberende laag. "Superabsorbende polymeerdeeltjes" of "SAPs" verwijzen naar water-zwelbare, water onoplosbare organische of anorganische materialen die in staat zijn om, in de meest gunstigste omstandigheden, minstens ongeveer 10 keer hun gewicht, of minstens ongeveer 15 keer hun gewicht, of minstens ongeveer 25 keer hun gewicht te kunnen absorberen in een waterige oplossing omvattende 0.9 gewichtspercent natriumchloride.
Een "oppervlakte-actieve stof' is een component, zoals detergenten en bevochtigende agentia, die de oppervlaktespanning van vloeistoffen beïnvloedt.
De term "doelgebied" verwijst naar een gebied van een absorberende kern waar het bijzonder gewenst is om de meerderheid van een vloeistofmictie, zoals urine, menstruatie-afscheidingen, initieel te laten contacteren. In het bijzonder verwijst een mictie doelgebied, voor een absorberende kern met één of meerdere vloeistof mictiepunten tijdens gebruik, naar het gebied van de absorberende kern dat zich uitstrekt over een afstand gelijk aan 15% van de totale lengte van het composiet vanuit elk mictiepunt in beide richtingen. "Spanning" omvat een kracht volgens één as die de verlenging van een lichaam tracht veroorzaken of de balancerende kracht binnenin dat lichaam die tracht de verlenging te weerstaan.
Een referentie naar "thermische bindingen", "thermisch verbinden", " thermisch gebonden", "thermisch vastgehecht" en dergelijke verwijst naar het verbinden door toepassing van thermische energieën, zoals hitte, ultrasone energie, infrarood energie, en dergelijke, die gelokaliseerde verwarming veroorzaken.
Het "retentiegedeelte", " absorberende laag" of "vloeistof absorberende laag" worden hierin gebruikt als synoniemen en maken deel uit van het absorberende medium. De vloeistof absorberende laag kan van diverse natuurlijke of synthetische vezels worden gemaakt zoals houtpulpvezels, maagdelijke cellulosevezels, geregenereerde cellulosevezels, katoenen vezels, turfmos, of een mengsel van pulp en andere vezels. De absorberende laag kan ook gemaakt worden van een fijn porieweefsel zoals een nat-gelegd, lucht-gedroogd weefsel of van een ongekrepte lucht-gedroogd (UCTAD) weefsel met een basisgewicht van ongeveer 30 gsm tot ongeveer 120 gsm. De absorberende laag kan ook andere goed gekende materialen omvatten zoals: cellulose vezels, rayonvezels, cellulosespons, hydrofiele synthetische spons, bijvoorbeeld polyurethaan, en dergelijke. De absorberende laag kan optioneel superabsorberende materialen en/of geur controle additieven omvatten.
Zoals hierin gebruikt is de term "thermoplastisch" bedoeld om een materiaal te beschrijven dat zacht wordt wanneer het wordt blootgesteld aan hitte en dat substantieel terug naar zijn originele toestand keert wanneer het tot kamertemperatuur wordt gekoeld.
Het absorberende artikel kan extra lagen omvatten die tussen de topsheet en de backsheet zijn gepositioneerd. Het absorberende artikel kan, bijvoorbeeld, verder een "transferlaag" omvatten voor het verder verbeteren van de distributie van vloeistof in de horizontale richting van het absorberende artikel. De transferlaag kan, bijvoorbeeld, een smeltgeblazen materiaal, een lucht-gelegd materiaal, een spingebonden of gekaard webmateriaal of om het even welk ander materiaal zijn dat al als transferlaag in absorberende artikelen werd gebruikt. Typisch zal de transferlaag een basisgewicht hebben van tussen 20 tot 200 g/m2 en over het algemeen van tussen 70 tot 110 g/m2. De transferlaag is optioneel en kan worden weggelaten indien gewenst. De transferlaag, die een veelheid aan perforaties er doorheen gevormd kan omvatten, is bij voorkeur gepositioneerd tussen de lichaamszijde topsheet en de absorberende kern en is langs de centrale longitudinale as x-x gealigneerd. Bij voorkeur wordt de transferlaag direct onder de lichaamszijde topsheet geplaatst en is hiermee in direct zij-aan-zij contact. De transferlaag kan met kleefstof gebonden worden op de absorberende kern, indien gewenst, om overdracht van lichaamsvloeistof ertussen te vergemakkelijken De transferlaag kan zich over een gedeelte van de lengte van de absorberende kern uitstrekken of het kan zich over de volledige lengte van de absorberende kern uitstrekken. Hoewel de transferlaag optioneel is, voorziet het, wanneer aanwezig, een goede vloeistofbeweging van afgescheiden vloeistoffen naar onder van de lichaamszijde topsheet tot in de absorberende kern. Deze beweging naar onder van de vloeistoffen is parallel met de verticale as z-z. De z-as wordt loodrecht geschikt relatief ten opzichte van de x en y-assen. Bovendien verhindert de transferlaag de terugstroom van vloeistoffen van de absorberende kern tot in de topsheet. Dit fenomeen wordt algemeen aangeduid als her-bevochtiging. Het is belangrijk dat maandverbanden, incontinentie verbanden en inlegkruisjes geen her-bevochtiging vertonen omdat de consument dit als een ongunstige eigenschap beschouwt. De transferlaag kan gemaakt worden van een materiaal dat een goede vloeistofoverdracht zal voorzien. Typische materialen die als transferlaag kunnen gebruikt worden zijn spingebonden, covorm en gekaarde webben. Een nuttig materiaal is een bevochtigbare non-woven die een basisgewicht heeft van tussen ongeveer 13 gsm tot ongeveer 50 gsm. De transferlaag kan worden behandeld om deze hydrofiel te maken. De transferlaag kan ook worden gekleurd in een andere kleur dan de kleur van de lichaamszijde topsheet en/of de absorberende kern. Een lichtblauwe, roze, of perziken kleur werd wenselijk bevonden, aangezien deze aangename kleuren zijn voor de uiteindelijke consument. Als alternatief kan de transferlaag wit van kleur zijn en toch nog te onderscheiden van de lichaamszijde topsheet die een verschillende tint van wit kan hebben. Een voordeel om de transferlaag in een verschillende kleur te maken dan de absorberende kern is dat het een vloeistof doelwit aangeeft voor de drager.
Zoals hierin gebruikt, verwijzen de termen "transversaal" of "lateraal" naar een lijn, as, of een richting die binnen het vlak van het absorberende artikel ligt en over het algemeen loodrecht is met de longitudinale richting. "Ultrasoon lassen" verwijst naar een technologie die twee materialen aaneensluit door hen te smelten met hitte gegenereerd door ultrasone oscillatie en ze dan samen te lamineren, zodanig dat de gesmolten materialen vloeien en de ruimte tussen de twee niet behandelde gedeeltes van de twee respectievelijke materialen gaat opvullen. Bij het koelen en het vormen, worden de twee materialen bij elkaar aangesloten.
Met de term "verpakkingsmateriaal" zoals hierin gebruikt, wordt een buigzaam materiaal bedoeld, bij voorkeur een sheet materiaal waarvan de dikte kleiner is, bij voorkeur veel kleiner, dan zijn breedte of lengte, zoals een sheet, een film of een folie. In een bijzondere voorkeursuitvoeringsvorm kan bovengenoemd verpakkingsmateriaal worden opgerold.
Een absorberende kern, in het bijzonder een absorberende kern die superabsorberende deeltjes omvat, omvat bij voorkeur een "omslag” of "omhullende sheet" om te verhinderen dat absorberend materiaal en superabsorberende partikels uit het afgewerkt product kunnen ontsnappen.
Absorberende artikelen omvatten bij voorkeur een longitudinale as en een transversale as loodrecht op bovengenoemde longitudinale as. De longitudinale as wordt hierbij conventioneel gekozen in de voor-naar-achter richting van het artikel wanneer wordt verwezen naar het artikel dat gedragen wordt, en de transversale as wordt conventioneel gekozen in de richting van links-naar-rechts van het artikel wanneer wordt verwezen naar het artikel dat wordt gedragen. Wegwerpbare absorberende artikelen kunnen een vloeistof permeabele topsheet omvatten, een backsheet aangesloten aan de topsheet, en een absorberende kern die tussen de topsheet en de backsheet is gepositioneerd en gehouden wordt. De topsheet is doeltreffend permeabel voor de vloeistoffen die bedoeld zijn om door het absorberende artikel te worden vastgehouden of opgeslagen en de backsheet kan wel of niet substantieel ondoordringbaar zijn of anders doeltreffend ondoordringbaar zijn voor de bedoelde vloeistoffen.
Een absorberend artikel geschikt voor vrouwelijke uitwendige persoonlijke verzorging is bij voorkeur ontworpen om aan een binnenzijde oppervlak van een ondergoed van een persoon te worden bevestigd met bv. een kledingstuk kleefstof en is ontworpen om vloeistoffen die van het lichaam worden afgescheiden, bv. bloed, menstruatie-afscheidingen en urine, te absorberen. Het absorberende artikel is een langwerpig product dat een centrale longitudinale as x-x, een centrale transversale as y-y, en een verticale as z-z heeft.
Het absorberende artikel, bijvoorbeeld een vrouwelijk zorgverband of een maandverband, omvat een vloeistof permeabele topsheet of een deklaag, een vloeistof-ondoordringbaar backsheet, en een absorberende kern die tussen de topsheet en de backsheet is gepositioneerd en ingesloten.
Zoals hierin gebruikt, betekent het "lichaams-gekeerde" of "lichaamszijde" oppervlak dat oppervlak van het artikel of de component dat bedoeld is om naar of naast het lichaam van de drager te worden geschikt of geplaatst tijdens gewoon gebruik, terwijl het "uitgaand", "uitgaand gekeerd" of "kledingstuk-zijde" oppervlak aan de tegenovergestelde zijde ligt, en bedoeld is om te worden geschikt weggekeerd van het lichaam van de drager tijdens gewoon gebruik. Dergelijk uitgaand oppervlak kan worden geschikt om naar of naast de onderkleding van de drager te worden geschikt of geplaatst wanneer het absorberende artikel wordt gedragen.
De topsheet is bij voorkeur de laag die gekeerd is naar het lichaam van de drager wanneer het absorberende artikel in gebruik is. Bij voorkeur is de topsheet een vloeistof permeabel materiaal. De topsheet kan van een materiaal worden gemaakt dat de passage van vloeistof toelaat zonder in grote mate de vloeistof horizontaal, in parallel met de topsheet, te trekken. Bovendien zou de topsheet weinig of geen vloeistof in de structuur mogen vasthouden zodat een relatief droog oppervlak aan de huid van de drager wordt voorzien. Bij voorkeur is de topsheet één enkele laag van een materiaal met een breedte die voldoende is om het oppervlak van een absorberende laag die eronder is geplaatst te bedekken. De topsheet kan vervaardigd worden van materialen gekend in de stand-der-techniek. Er moet worden opgemerkt dat de lichaamszijde topsheet gecoat, gesproeid of op een andere manier behandeld kan worden met een oppervlakte-actieve component om ze hydrofiel te maken. Wanneer de lichaamszijde topsheet gevormd is van een hydrofiel materiaal zal het toelaten om de lichaamsvloeistof er snel doorheen te laten passeren. De topsheet kan ook in reliëf worden gemaakt om het esthetische uiterlijk van het absorberend artikel te verbeteren. De topsheet kan een veelvoud aan perforaties omvatten, die ovaal, vierkant of cirkelvormig gevormd kunnen zijn of van om het even welke andere geschikte vorm om de opname van vloeistof door de topsheet te vergemakkelijken, zeker sterk viskeuze componenten van dergelijke vloeistof. De topsheet kan volledig geperforeerd zijn of kan slechts op geselecteerde gebieden daarvan zijn geperforeerd. De perforaties kunnen willekeurig worden geschikt of regelmatig in een patroon. Als alternatief kan de vloeistof-permeabele topsheet ook een geperforeerde film omvatten gemaakt van een vloeistof-ondoordringbaar materiaal, zoals polyethyleen of polypropyleen. De vloeistof permeabele topsheet en de vloeistof-ondoordringbare backsheet werken samen om de absorberende kern ertussen in te sluiten en vast te houden.
De backsheet is bij voorkeur vloeistof-ondoordringbaar en is bij voorkeur ontworpen om de doortocht van lucht of waterdamp uit het absorberend artikel toe te laten en terwijl de doorstroom van lichaamsvloeistoffen te blokkeren. Een vloeistof ondoordringbare backsheet kan gemaakt worden van eender welk materiaal met deze eigenschappen. De vloeistof ondoordringbare backsheet kan, indien gewenst, ook gemaakt worden van een materiaal dat de doortocht van zowel luchtdampen als vloeistoffen blokkeert. Een goed materiaal waarvan de backsheet kan worden vervaardigd is een micro-embossed polymeerfilm, zoals polyethyleen of polypropyleen. Bicomponent filmen kunnen ook gebruikt worden. Een geprefereerd materiaal is een polyethyleen film.
De topsheet kan verbonden worden aan de backsheet gebruikmakend van eender welke gekende methode die geen harde of oncomfortabele resten achterlaat die de drager zouden kunnen irriteren. Optioneel kan de topsheet de backsheet ook omsluiten. Diegene bekend met de stand-der-techniek zijn vertrouwd met de methoden voor het verbinden van de verschillende materialen en het verbinden van andere mogelijke materialen in het absorberend artikel volgens onderhavige uitvinding, inclusief het gebruik van drukgevoelige kleefstoffen, heet-smelt kleefstoffen, tweezijdige zelfklevende sheets, ultrasoon lassen en warmtezegeling om een aantal te noemen. Kleefstoffen zoals heet-smelt kleefstoffen kunnen uniform gebruikt worden of in de vorm van een continue of discontinue laag.
Het absorberende artikel omvat een absorberende kern die tussen een topsheet en een vloeistof-ondoordringbare backsheet is gepositioneerd. De absorberende kern kan één of meerdere absorberende lagen omvatten. Een absorberende laag kan van diverse natuurlijke of synthetische vezels worden gemaakt zoals houtpulpvezels, maagdelijke cellulosevezels, geregenereerde cellulosevezels, katoenen vezels, turfmos, of een mengsel van pulp en andere vezels. De absorberende laag kan ook andere goed gekende materialen omvatten zoals: cellulose vezels, rayonvezels, cellulosespons, hydrofiele synthetische spons, bijvoorbeeld polyurethaan, en dergelijke. De absorberende laag kan optioneel superabsorberende materialen, zoals superabsorberende polymeer partikels, en/of geur controle additieven omvatten.
Een absorberende kern, in het bijzonder een absorberende kern die superabsorberende deeltjes omvat, omvat bij voorkeur een omslag of omhullende sheet om te verhinderen dat absorberend materiaal en superabsorberende partikels uit het afgewerkt product kunnen ontsnappen.
De absorberende laag kan andere additieven omvatten om te helpen in geurcontrole, zoals zeolieten, bakpoeder of andere conventionele "geurcontrole agentia". Door openingen en spleten in de absorberende laag te hebben, kan het oppervlaktegebied van het geurcontrole agens worden verhoogd, hierdoor effectief de geurcontrole eigenschappen van de absorberende laag verhogend. Andere lagen van het absorberende artikel kunnen ook geurcontrole agentia omvatten. Wanneer de geurcontrole agentia in een laag onder de absorberende laag zitten, kunnen de geuren effectiever in contact komen met het geurcontrole agens door de aanwezigheid van de spleten en openingen. Verder kunnen de spleten en openingen ook een middel voorzien om de luchtdoorlaatbaarheid van het absorberende artikel en de absorberende laag te verbeteren, wat toelaat dat lucht eenvoudiger door de absorberende laag heen kan gaan.
Het absorberende artikel omvat bij voorkeur één of meerdere verlengde stroken of gebieden van kledingstuk vasthechtingskleefstof die aan het bodemoppervlak van de vloeistof-ondoordringbare backsheet of optioneel de topsheet is bevestigd. De kledingstuk vasthechtingskleefstof dient om het artikel aan het binnenste kruisgedeelte van het ondergoed van de gebruiker vast te hechten. De kledingstuk vasthechtingskleefstof laat toe om het absorberende artikel, in het bijzonder een maandverband, inlegkruisje of incontinentie kledingstuk, juist te aligneren en te behouden relatief ten opzichte van de vaginale opening van de gebruiker zodat een maximale vloeistofbescherming kan verkregen worden. De kledingstuk vasthechtingskleefstof kan het volledige bodemoppervlak van de vloeistof-ondoordringbare backsheet of slechts een deel daarvan bedekken. De kledingstuk vasthechtingskleefstof kan uit een wervelingspatroon van kleefstof bestaan of kan één of meerdere stroken kleefstof zijn. De kledingstuk vasthechtingskleefstof kan ook uit een veelheid aan kleefstofpunten bestaan die willekeurig of uniform op het buitenoppervlak van de backsheet zijn geschikt. Wanneer in strookvorm, kan de kledingstuk vasthechtingskleefstof gealigneerd worden langs de centrale longitudinale as X-X van het absorberende artikel. Als alternatief kan de kledingstuk vasthechtingskleefstof aanwezig zijn als twee of meerdere van elkaar gepositioneerde aparte longitudinale stroken. De kledingstuk vasthechtingskleefstof is van dergelijke aard dat het de gebruiker toelaat het absorberende artikel te verwijderen en het, indien nodig, te herpositioneren op het ondergoed van de drager.
Om de kledingstuk vasthechtingskleefstof voorafgaand aan het gebruik tegen verontreiniging te beschermen, kan de kleefstof afgeschermd worden door een losmaakbare afpelstrook. De afpelstrook kan een wit Kraft papier zijn dat aan één kant gecoat is zodat het kan losgemaakt worden van de kleefstof. De coating kan een siliconencoating zijn, zoals een siliconenpolymeer. De afpelstrook is ontworpen om verwijderd te worden door de gebruiker vóór het vasthechten van het absorberende artikel aan het binnenste kruisgedeelte van haar ondergoed.
De kledingstuk vasthechtingskleefstof kan ook bedekt en beschermd worden door het binnenste oppervlak van een buidel. Dergelijke buidel heeft typisch grotere afmetingen dan het absorberende artikel, zodat het zich kan uitstrekken rond de randen van het absorberende artikel rond diens volledige periferie. Wanneer een buidel wordt gebruikt, wordt het absorberende artikel typisch gevouwen in drie overlappende secties langs de longitudinale lengte van het verband ("drie-gevouwd") en dergelijk drie-gevouwd verband kan in de buidel worden geschikt om het maandverband daar te houden voor gebruik. Wanneer klaar voor gebruik, verwijdert een gebruiker het verband uit de buidel, ontvouwd het verband, verwijdert optioneel een additionele afpelstrook, indien aanwezig, en maakt het verband vast aan het ondergoed. De buidel kan een sheet zijn van, bijvoorbeeld, papier, plastiek of een ander flexibel materiaal en kan optioneel behandeld worden met loslatingsagentia aan het oppervlak gekeerd naar het absorberende artikel om de gewenste verwijderbare vasthechting aan de kledingstuk vasthechtingskleefstof van het absorberende artikel te bekomen. Dergelijke loslatingsagens behandeling bestaat gewoonlijk uit een siliconencoating. De loslatingsagens behandeling kan worden toegepast over het volledige oppervlakte van de buidel gekeerd naar het absorberende artikel, of kan enkel selectief aangewend worden op de gebieden die in contact zijn met de vasthechtingskleefstof van het absorberende artikel.
Het artikel kan een systeem van zijpanelen omvatten die gewenste oor of vleugel gedeelten kunnen voorzien afhankelijk van de gewenste configuratie van het artikel. De zijpanelen kunnen uit één stuk gevormd worden van een geselecteerde component van het artikel, zoals de topsheet en/of de backsheet, en worden integraal verbonden aan aangeduide secties van de zijgebieden langs een geselecteerd gedeelte van het artikel. In vrouwelijke verzorgingsproducten kunnen de zijpanelen aaneengesloten zijn om zich lateraal uit te strekken van het middengedeelte van het artikel en kunnen ze worden gevormd om doeltreffend rond de zijranden van het ondergoed van een drager te worden verpakt en vastgezet om te helpen het artikel op zijn plaats houden. Als alternatief kunnen de zijpanelen of de vleugels afzonderlijk voorziene leden zijn die vervolgens worden vastgemaakt of anders doeltreffend worden aangesloten op het voorziene gedeelte van het artikel. De zijpaneelgedeelten kunnen om het even welke werkzame constructie hebben en kan een laag van om het even welk doeltreffend materiaal omvatten. Bovendien kan elke zijpaneel een composiet materiaal omvatten. Bijvoorbeeld, de zijpanelen kunnen een spingebonden weefsel materiaal omvatten, een bi-component spingebonden materiaal, een ingesnoerd spingebonden materiaal, een ingesnoerd-rekgebonden-laminaat (NBL) materiaal, een smeltgeblazen weefsel materiaal, een gebonden gekaard web, een thermisch gebonden gekaard web, een door-lucht gebonden gekaard web of dergelijke, alsook combinaties hiervan. Elke zijpaneel kan aaneengesloten worden aan diens overeenkomstige zijgebied van het artikel op om het even welke doeltreffende manier. Bijvoorbeeld, het zijpaneel kan worden aaneengesloten aan de topsheet, de backsheet of een andere artikelcomponent, alsook eender welke combinatie hiervan. Elk zijpaneelgedeelte, of om het even welke gewenste combinatie van de aangewende zijpaneelgedeelten, kan een paneel-bevestigingsmiddel component omvatten die coöperatief aaneengesloten wordt aan een aangewezen landingszone of verbintenisoppervlak van het artikel. De zijpanelen kunnen een paneel-bevestigingsmiddel systeem omvatten dat een doeltreffende kleefstof incorporeert. De kleefstof kan een solvent-gebaseerde kleefstof zijn, een heet-smelt kleefstof, een druk-gevoelige kleefstof, of dergelijke, alsook combinaties hiervan.
Het absorberend artikel kan ook insluitingsflappen omvatten. Insluitingsflappen worden over het algemeen beschouwd als zijnde bijzonder geschikt voor de insluiting van bloed en menstruatie-afscheidingen en voor het verhinderen van de laterale stroom van vloeibaar afval tot wanneer het vloeibare afval door het absorberende artikel kan worden geabsorbeerd. Vele constructies van insluitingsflappen zijn gekend. Dergelijke insluitingsflappen bestaan over het algemeen uit een proximale rand, bedoeld om vastgehecht te worden aan het absorberende artikel, en een tegenovergestelde distale rand die over het algemeen niet wordt vastgehecht aan het absorberende artikel langs minstens een gedeelte van zijn lengte. De insluitingsflappen kunnen van een grote verscheidenheid van materialen zoals polypropyleen, polyester, kunstzijde, nylon, schuim, plastieken films, gevormde films, en elastische schuimen worden vervaardigd. Verscheidene productietechnieken kunnen worden gebruikt voor het vervaardigen van de insluitingsflappen. Bijvoorbeeld, de insluitingsflappen kunnen geweven, non-woven, spingebonden, gekaard, gegoten, geblazen of dergelijke zijn.
De absorberende kern kan ook een prop omvatten, wat verwijst naar een absorberend invoegsel binnen een absorberende kern dat ten minste een breedte en een lengte heeft die kleiner is dan de respectievelijke breedte en lengte van de absorberende kern. Een prop wordt over het algemeen gebruikt om een vervorming of vormgeving te voorzien in een aangrenzende laag van een absorberend artikel, en kan nuttig zijn in het vormgeven van een verband of in het creëren van een mediale bult in het verband voor een verbeterde pasvorm tegen het lichaam van de drager.
Het absorberende artikel kan extra lagen omvatten die tussen de topsheet en de backsheet zijn gepositioneerd. Het absorberende artikel kan, bijvoorbeeld, verder een transferlaag omvatten voor het verder verbeteren van de distributie van vloeistof in de horizontale richting van het absorberende artikel en deze is bij voorkeur tussen de topsheet en de absorberende kern gepositioneerd. Het is ook mogelijk om een acquisitie en distributielaag te vervangen voor de transferlaag.
In een eerste aspect voorziet de onderhavige uitvinding een absorberend artikel, geschikt voor gebruik als maandverband, omvattende een vloeistof ondoordringbare backsheet, een vloeistof permeabele topsheet, en een absorberende kern die tussen de topsheet en de backsheet is gepositioneerd. Het absorberende artikel omvat verder een voorgebied, een achtergebied en een intermediair kruisgebied dat het voorgebied en het achtergebied onderling verbindt, waarbij een longitudinale as gevormd wordt die zich uitstrekt van het voorgebied over het kruisgebied naar het achtergebied en een transversale as die over het algemeen loodrecht is op de longitudinale as.
Bij voorkeur omvat de laag gepositioneerd tussen de topsheet en de absorberende kern twee zijranden langs de longitudinale as en een voor- en een achterrand aan respectievelijk het voor- en het achtergebied van het absorberende artikel. De breedte van de laag, zijnde de afstand tussen de twee zijranden van de laag gemeten langs de transversale as, varieert hierbij langs de longitudinale as, waarbij de maximumbreedte van de laag gepositioneerd is in het voorgebied en/of het achtergebied van het absorberende artikel en een minimumkruisbreedte van de laag, bepaald door de minimumbreedte van de laag gemeten in het kruisgebied van het absorberende artikel, kleiner is dan de maximumbreedte van de laag in het voorgebied en het achtergebied, resulterend in een laag met een in hoofdzaak hondenbeen- of zandloperconfiguratie langs de longitudinale as. Als alternatief kan de breedte van de laag ook in hoofdzaak constant zijn langs de longitudinale as, resulterend in een laag met een in hoofdzaak rechthoekige configuratie, optioneel met een afgeronde voor- en/of achterrand. De laag is voorzien van tekeningen aan de kant van de laag die in contact is met de topsheet, welke tekeningen doorheen de topsheet kunnen worden gezien, waarbij de tekeningen tussen 1 en 70%, meer bij voorkeur tussen 5 en 40%, van het oppervlak van de laag bedekken. Het oppervlak van de laag wordt bepaald door het gebied tussen de voorrand, achterrand en zijranden van de laag aan de kant van de laag die naar de topsheet is gekeerd. In een voorkeursuitvoering bedekken de tekeningen 5%, 6%, 7%, 8%, 9%, 10%, 11%, 12%, 13%, 14%, 15%, 16%, 17%, 18%, 19%, 20%, 21%, 22%, 23%, 24%, 25%, 26%, 27%, 28%, 29%, 30%, 31%, 32%, 33%, 34%, 35%, 36%, 37%, 38%, 39% of 40% van het oppervlak van de laag.
Het grootste deel van de tekeningen, voorzien op de laag, zijn bij voorkeur gelegen in het kruisgebied van het absorberende artikel, meer bij voorkeur is tussen 50 en 90% van de tekeningen, voorzien op de laag, gesitueerd in het kruisgebied, het meest bij voorkeur zijn tussen 50 en 70% van de tekeningen, voorzien op de laag, gesitueerd in het kruisgebied, aangezien dit een gebied is waar gewoonlijk het grootste deel van de vloeistof micties, zoals urine, menstruatie-afscheidingen, contact maakt met het absorberende artikel. Dit helpt in het verbergen van het uiterlijk van het absorberende artikel van zodra het artikel met deze vloeistoffen wordt bevuild. Het is echter ook wenselijk om tekeningen in het voor- en achtergebied van het absorberende artikel te voorzien, aangezien dit helpt in het begeleiden van de gebruiker van het absorberend artikel in hoe het absorberend artikel juist te positioneren binnen zijn of haar ondergoed.
Bij voorkeur zijn de tekeningen voorzien in een kleur die geschikt is om urine, bloed of menstruatie-afscheidingen te verbergen. In een voorkeursuitvoering zijn de tekeningen voorzien in een blauwe kleur. De vorm van de tekeningen kan om het even welke mogelijke vorm zijn, zoals lijnen, bollen, punten, wervelingen, krullen, ovale vormen, ronde vormen, rechthoekige vormen, enz. De tekeningen kunnen ook voorzien worden in de vorm van bloemen, bladeren, enz.
In een voorkeursuitvoering is de topsheet voorzien van een reliëf dat minstens gedeeltelijk met de tekeningen op de laag overeenkomt. Dit betekent dat de topsheet voorzien van lokale indrukken en/of compressies, i.e. een reliëf, met een vorm die overeenkomst met de vorm van de tekening. Dit verbetert het maskerende effect van de absorberende artikelen aangezien dit reliëf kanalen en depressies voorziet waar vloeibare excreties kunnen verzamelen. Aangezien er tekeningen zijn voorzien onder minstens een deel van deze kanalen en depressies, worden de vloeistoffen die naar deze gebieden worden geleid zo beter verborgen door de tekeningen onder de topsheet op de laag.
In een voorkeursuitvoering is de laag een acquisitie en distributie laag, i.e. een non-woven wiklaag die het transport versnelt en de distributie van vloeistoffen over de absorberende kern verbetert. In een andere uitvoeringsvorm, is de laag een transferlaag, die de distributie van vloeistof in de horizontale richting van het absorberende artikel verbetert. Dergelijke transferlaag of acquisitie en distributie laag en diens diverse configuraties zijn goed gekend door een persoon bekwaam in de stand-der-techniek.
In een voorkeursuitvoering omvat de absorberende kern een algemene hondenbeen- of zandloperconfiguratie langs de longitudinale as, substantieel de omtrek van de voorrand, achterrand en zijranden van de laag volgend. Een absorberende kern die een algemene hondenbeen- of zandlopervorm heeft is gewoonlijk comfortabeler om te dragen dan een over het algemeen rechthoekig gevormde absorberende kern. Bij voorkeur is de lengte van de absorberende kern kleiner dan de lengte van de laag wanneer gemeten langs de longitudinale as en is de breedte van de absorberende kern kleiner dan de breedte van de laag wanneer gemeten langs de transversale as, i.e. de laag heeft grotere afmetingen dan de absorberende kern en strekt zich uit voorbij de periferie van de absorberende kern om deze volledig te bedekken. Bij voorkeur omvat de absorberende kern superabsorberende polymeerdeeltjes, meer bij voorkeur omvat de absorberende kern superabsorberende polymeerdeeltjes gecombineerd met fluff pulp.
Een typische schikking van een hondenbeen- of zandloperconfiguratie omvat twee "lobben" gevormd aan het voorgebied en het achtergebied van het absorberende artikel, onderling verbonden met een smal gedeelte, vertegenwoordigd door het kruisgebied of minstens een gedeelte van het kruisgebied. De vorm van de randen van deze "lobben" kan om het even welke vorm hebben, zoals afgeronde randen, rechte randen, golvende randen, enz. Er moet worden opgemerkt dat de "lobben" van de hondenbeen- of zandloperconfiguratie van het voorgebied en het achtergebied niet noodzakelijk dezelfde grootte moeten vertonen. Een grotere "lob" kan, bijvoorbeeld, in het achtergebied van het absorberende artikel zijn gepositioneerd. Dit wordt vaak gebruikt voor absorberende artikelen, en vooral maandverbanden, die bedoeld zijn om 's nachts te gebruiken, wanneer de drager vaak op diens rug ligt, resulterend in een grotere stroom van lichamelijke excreties naar het achtergebied van het absorberende artikel. Het voorzien van een grotere "lob" in het achtergebied helpt hierbij ongewenste lekkage tijdens dergelijk scenario te vermijden.
In een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding omvat het absorberende artikel twee insluitingsflappen, gelokaliseerd aan lateraal tegengestelde zijzones van het absorberende artikel langs de longitudinale as. Deze insluitingsflappen zijn bij voorkeur gepositioneerd aan de lichaam-gekeerde kant van het absorberende artikel, i.e. de kant van het absorberende artikel dat in contact is met de drager tijdens gebruik. Insluitingsflappen worden over het algemeen beschouwd als zijnde bijzonder geschikt voor de insluiting van bloed en menstruatie-afscheidingen en voor het verhinderen van de laterale stroom van vloeibaar afval tot wanneer het vloeibare afval door het absorberende artikel kan worden geabsorbeerd. Bij voorkeur omvat elke insluitingsflap een vastgehechte zone en een niet vastgehechte zone, waarvan de vastgehechte zone minstens gedeeltelijk vastgehecht is aan de topsheet en/of de backsheet. In een voorkeursuitvoering is de vastgehechte zone van de insluitingsflap vastgehecht aan zowel de topsheet als de backsheet van het absorberende artikel. De niet vastgehechte zone loopt bij voorkeur langs een deel van de longitudinale lengte van het absorberende artikel, bij voorkeur minstens in het kruisgebied van het absorberende artikel, terwijl de vastgehechte zone bij voorkeur langs de volledige longitudinale lengte van het absorberende artikel loopt.
In een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding is de backsheet voorzien van minstens één vasthechtingskleefstofstrook langs de longitudinale as, geschikt om het maandverband aan een oppervlak, zoals een ondergoed, vast te hechten. Bij voorkeur is deze vasthechtingskleefstof voorzien aan de kant van de backsheet die naar het ondergoed van de drager is gekeerd tijdens gebruik.
In een uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding omvat de topsheet en/of de backsheet een algemene hondenbeen- of de zandloperconfiguratie langs de longitudinale as, substantieel de omtrek van de voorrand, achterrand en zijranden van de laag volgend. Bij voorkeur vertoont het absorberende artikel een substantiële tweezijdige symmetrie met betrekking tot de longitudinale as. Door een absorberend artikel met dit type van vorm of symmetrie te gebruiken, helpt in het verbeteren van de pasvorm van het artikel binnen een ondergoed.
In een andere uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding omvat het absorberend artikel zijpanelen die uitbreidingen zijn van de topsheet en/of backsheet langs de transversale as in het kruisgebied van het absorberende artikel. Deze zijpanelen zijn bij voorkeur voorzien van een kledingstuk vasthechtingskleefstofstrook aan de kledingstuk-gekeerde kant, i.e. de kant van het maandverband dat in contact staat met het ondergoed van de drager wanneer het maandverband wordt gedragen, om de zijpanelen, die gewoonlijk gevouwen worden rond de zijranden van het ondergoed, tijdelijk vast te hechten aan het ondergoed. Dit verhoogt de stabiliteit van het absorberende artikel dat in het ondergoed is gepositioneerd is en verhindert dat bloed, menstruatie-afscheidingen, urine en dergelijke langs de zijranden van het absorberende artikel kunnen lekken.
In een uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding omvat het absorberende artikel een buidel voor het bedekken van de minstens één vasthechtingskleefstofstrook. Dergelijke buidel is gekend door een persoon bekwaam in de stand-der-techniek en heeft typisch grotere afmetingen dan het absorberende artikel, zodat het zich kan uitstrekken rond de randen van het absorberende artikel rond diens volledige periferie. Wanneer een buidel wordt gebruikt, wordt het absorberende artikel typisch gevouwen in drie overlappende secties langs de longitudinale lengte van het verband ("drie-gevouwd") en dergelijk drie-gevouwd verband kan in de buidel worden geschikt om het maandverband daar te houden voor gebruik. De buidel kan een sheet zijn van, bijvoorbeeld, papier, plastiek of een ander flexibel materiaal en kan optioneel behandeld worden met loslatingsagentia aan het oppervlak gekeerd naar het absorberende artikel om de gewenste verwijderbare vasthechting aan de vasthechtingskleefstofstrook van het absorberende artikel te bekomen.
In een andere uitvoeringsvorm omvat het absorberende artikel zowel een buidel als minstens één afpelstrook om de minstens één vasthechtingskleefstofstrook te bedekken. Deze uitvoeringsvorm wordt bij voorkeur gebruikt wanneer het maandverband zijpanelen omvat, meer bij voorkeur waarbij de zijpanelen gevormd zijn als uitbreidingen van de backsheet en waarbij elk zijpaneel voorzien is van minstens één kleine vasthechtingskleefstofstrook gelokaliseerd op de kledingstuk-gekeerde zijde van de backsheet op het gedeelte van de backsheet dat de zijpanelen vormt, en waarbij minstens één grote vasthechtingskleefstofstrook aan de kledingstuk-gekeerde kant van de backsheet is gelokaliseerd op het gedeelte van de backsheet dat de zijpanelen niet vormt, substantieel langs de volledige longitudinale lengte van de backsheet. In dergelijke schikking wordt de minstens één grote vasthechtingskleefstofstrook bij voorkeur bedekt door een buidel en de kleine vasthechtingskleefstofstroken op de zijpanelen bedekt met minstens één afpelstrook.
In een voorkeursuitvoering omvat de buidel een bevestigingstape label, bij voorkeur gepositioneerd op het oppervlak van de buidel dat tegengesteld is aan het oppervlak gekeerd naar het absorberende artikel. Dergelijk bevestigingstape label, dat op een reversibele manier van het oppervlak van de buidel kan worden verwijderd en opnieuw kan worden vastgehecht, is gekend aan een persoon bekwaam in de stand-der-techniek en wordt typisch gebruikt voor een meer hygiënische verwijdering van het maandverband nadat het is gebruikt. Het gebruikte maandverband wordt typisch verwijderd uit het ondergoed en gevouwen en opgeslagen in de buidel, waarbij het bevestigingstape label verwijderd wordt van de buidel en gebruikt wordt om de buidel te sluiten, daardoor verhinderend dat de buidel kan openen en het gebruikte maandverband kan blootstellen.
In een verder aspect voorziet de onderhavige uitvinding een methode voor het vervaardigen van een absorberend artikel, omvattende de stappen van: het voorzien van een topsheet, een backsheet en een absorberende kern en een laag, welke laag tekeningen omvat aan één kant van de laag, welke tekeningen tussen 1 en 70%, meer bij voorkeur tussen 5 en 40% van het oppervlak van de laag aan die kant bedekken. De methode omvat verder de stap van het combineren van de topsheet, de backsheet, de absorberende kern en de laag, waarbij de absorberende kern tussen de topsheet en de backsheet is gepositioneerd, en de laag gepositioneerd is tussen de absorberende kern en de topsheet op een dusdanige manier dat de tekeningen op de laag doorheen de topsheet kunnen worden gezien. In een voorkeursuitvoering, bedekken de tekeningen 5%, 6%, 7%, 8%, 9%, 10%, 11%, 12%, 13%, 14%, 15%, 16%, 17%, 18%, 19%, 20%, 21%, 22%, 23%, 24%, 25%, 26%, 27%, 28%, 29%, 30%, 31%, 32%, 33%, 34%, 35%, 36%, 37%, 38%, 39% of 40% van het oppervlak van de laag. Bij voorkeur omvat de methode verder de stap van het voorzien van een reliëf op de topsheet op een manier dat het reliëf minstens gedeeltelijk overeenkomt met de tekeningen op de laag.
In een voorkeursuitvoering omvat de methode verder de stap van het voorzien van twee insluitingsflappen aan lateraal tegengestelde zijzones van het absorberende artikel, elke insluitingsflap omvattende een vastgehechte zone en een niet vastgehechte zone, waarvan de vastgehechte zone minstens gedeeltelijk vastgemaakt is aan de topsheet en/of de backsheet. Bij voorkeur is de vastgehechte zone vastgemaakt aan de topsheet en de backsheet.
In een voorkeursuitvoering omvat de methode verder de stap van het voorzien van minstens één vasthechtingskleefstofstrook op de backsheet langs de longitudinale as, bij voorkeur gecombineerd met de stap van het bedekken van de minstens één vasthechtingskleefstofstrook met een buidel of een buidel en minstens één afpelstrook.
In wat volgt worden de uitvinding en de verdere uitvoeringsvormen beschreven met betrekking tot de figuren. Deze zijn niet bedoeld om, noch mogen deze geïnterpreteerd worden om, de beschermingsomvang van de uitvinding te beperken.
Fig. 1 illustreert een uitvoeringsvorm van een absorberend artikel volgens de onderhavige uitvinding, hier een maandverband (1) weergevend, dat de kledingstuk-gekeerde kant toont, i.e. de kant van het maandverband die in contact staat met het ondergoed van de drager tijdens gebruik. Het maandverband (1) omvat een voorgebied (7), een achtergebied (5) en een kruisgebied (6) dat het voor- en achtergebied onderling verbindt. Een longitudinale as (L) wordt getoond welke zich van het voorgebied over het kruisgebied naar het achtergebied uitstrekt. De transversale as (T), die over het algemeen loodrecht is op de longitudinale as, wordt ook getoond, lopende van links naar rechts.
Het maandverband (1) omvat verder een topsheet (2) en een backsheet (3) geassocieerd met de topsheet (2). De topsheet is gevormd om minstens deels contact te maken met de drager van het maandverband tijdens gebruik, terwijl de backsheet gevormd is om minstens deels contact te maken met het ondergoed van de drager tijdens gebruik. Gepositioneerd tussen topsheet (2) en backsheet (3) is een absorberende kern (8, aangeduid met de gestippelde lijn), en gepositioneerd tussen topsheet (2) en absorberende kern (8) is een laag (4, aangeduid met de gestreepte lijn).
De laag (4) omvat twee zijranden (4A) langs de longitudinale as (L) en een voorrand (4B) en een achterrand (4C) aan respectievelijk het voor- (7) en het achtergebied (5) van het maandverband (1), waarbij de breedte van de laag, zijnde de afstand tussen de twee randen (4A) gemeten langs de transversale as (T), langs de longitudinale as (L) varieert. De maximumbreedte van laag (4) is gepositioneerd in het voorgebied (7) en/of het achtergebied (5) van het maandverband (1) en een minimumkruisbreedte (4), bepaald door de minimumbreedte van de laag (4) gemeten in het kruisgebied (6) van het maandverband (1), is kleiner dan de maximumbreedte in het voorgebied en het achtergebied van de laag, resulterend in een laag met een in hoofdzaak hondenbeen-of zandloperconfiguratie langs de longitudinale as. De absorberende kern (8) omvat ook een algemene hondenbeen- of zandloperconfiguratie, substantieel de omtrek van de randen (4A-C) van de laag (4) volgend.
De laag (4) is voorzien van tekeningen (9), die doorheen de topsheet kunnen worden gezien. Een groot gedeelte van het gebied in het kruisgebied (6) is bedekt door de tekeningen om het kruisgebied beter te maskeren wanneer het maandverband bevuild wordt tijdens gebruik. De tekeningen bedekken tussen 1 en 70% van het oppervlak van de laag, dat in deze uitvoeringsvorm gedefinieerd is door het gebied tussen de voorrand (4B), achterrand (4C) en zijranden (4A) van de laag (4).
In deze uitvoeringsvorm omvat de backsheet (3) een algemene hondenbeen- of zandloperconfiguratie, substantieel de omtrek van de randen (4A-C) van de laag (4) volgend. De topsheet (2) stemt echter niet volledig overeen met de vorm van de backsheet (3) aangezien de zijranden van de topsheet (2A) recht of substantieel recht zijn, i.e. de breedte van de topsheet zoals gemeten langs de transversale as varieert niet substantieel langs de longitudinale as, en de zijranden (2A) strekken niet helemaal tot aan de zijranden van de backsheet (3A), wanneer gekeken wordt langs de transversale as. Verder zijn twee insluitingsflappen (10) voorzien op het maandverband (1) aan lateraal tegengestelde zijzones van het maandverband (1) langs de longitudinale as (L) in een gesupponeerde positie in vergelijking met de topsheet, i.e. wanneer het maandverband bekeken wordt vanuit diens lichaam-gekeerde kant, worden de insluitingsflappen geplaatst bovenop de topsheet. De insluitingsflap omvat twee zijranden (10A) en omvat een vastgehechte zone (11, aangeduid door het grijze gebied) en een niet vastgehechte zone (12). Binnen de vastgehechte zone (11), zijn de insluitingsflappen zowel vastgehecht aan de topsheet (gestreept grijs gebied 11A) als aan de backsheet (niet gestreept grijs gebied 11B).
De topsheet (2) is verder voorzien van een reliëf (niet zichtbaar) dat overeenkomt met de vorm van tekeningen (9).
Het maandverband (1) volgens de huidige uitvoeringsvorm kan minstens één kledingstuk vasthechtingskleefstof (niet zichtbare) omvatten, die minstens één kleefstofstrook omvat, in een voorkeursuitvoering minstens twee kleefstofstroken, op het oppervlak van de vloeistof-ondoordringbare backsheet (3) die is weggekeerd van het lichaam van de drager, en een buidel (niet zichtbaar) voor het bedekken van de minstens één kledingstuk vasthechtingskleefstofstrook. De kleefstof kan, bijvoorbeeld, een heet-smelt kleefstof of drukgevoelige kleefstof zijn.
Fig. 2 illustreert een uitvoeringsvorm van een absorberend artikel volgens de onderhavige uitvinding, hierbij een maandverband (13) weergevend, dat de kledingstuk-gekeerde kant toont, i.e. de kant van het maandverband die in contact staat met het ondergoed van de drager tijdens gebruik. Het verband (13) omvat een voorgebied (14), een achtergebied (16) en een kruisgebied (15), die het voor- en het achtergebied onderling verbindt. Een longitudinale as (L) is getoond welke zich van het voorgebied over het kruisgebied naar het achtergebied uitstrekt. De transversale as (T), die over het algemeen loodrecht op de longitudinale as staat, wordt ook getoond, lopende van links naar rechts. In deze uitvoeringsvorm is het achtergebied (16) van het maandverband (13) langer dan het voorgebied (14) wanneer men kijkt naar de lengte van het voor- (14) en het achtergebied (16) zoals gemeten langs de longitudinale as (L). Deze specifieke uitvoeringsvorm is zeer geschikt voor maandverbanden die bedoeld zijn om tijdens de nacht te worden gedragen, wanneer de drager vaak op diens rug ligt, resulterend in een grotere stroom van lichamelijke excreties naar het achtergebied van het maandverband.
Het maandverband (13) omvat verder een topsheet (17) en een backsheet (18) geassocieerd met de topsheet (17). De topsheet is gevormd om minstens deels contact te maken met de drager van het maandverband tijdens gebruik, terwijl de backsheet gevormd is om minstens deels contact te maken met het ondergoed van de drager tijdens gebruik. Gepositioneerd tussen de topsheet (17) en de backsheet (18) is een absorberende kern (20, aangeduid door de gestippelde lijn), en gepositioneerd tussen de topsheet (17) en de absorberende kern (20) is een laag (19, aangeduid door de gestreepte lijn).
De laag (19) omvat twee zijranden (19A) langs de longitudinale as (L) en een voorrand (19B) en een achterrand (19C) aan respectievelijk het voor- (14) en het achtergebied (16) van het maandverband (13), waarbij de breedte van de laag, zijnde de afstand tussen de twee zijranden (19A) gemeten langs de transversale as (T), langs de longitudinale as (L) varieert. De maximumbreedte van de laag (19) is gepositioneerd in het voorgebied (14) en/of het achtergebied (16) van het maandverband (13) en een minimumkruisbreedte, bepaald door de minimumbreedte van de laag (19) gemeten in het kruisgebied (15) van het maandverband (13), is kleiner dan de maximumbreedte in het voorgebied en het achtergebied van de laag, resulterend in een laag met een in hoofdzaak hondenbeen- of zandloperconfiguratie langs de longitudinale as. De absorberende kern (20) omvat ook een algemene hondenbeen- of zandloperconfiguratie, substantieel de omtrek van de randen (19 A-C) van de laag (19) volgend.
De laag (19) is voorzien van tekeningen (21), die doorheen de topsheet (17) kunnen worden gezien. Een groot gedeelte van het gebied in het kruisgebied (15) is bedekt met de tekeningen om het kruisgebied beter te maskeren wanneer het maandverband wordt bevuild tijdens gebruik. De tekeningen bedekken tussen 1 en 70% van het oppervlak van de laag, dat in deze uitvoeringsvorm bepaald wordt door het gebied tussen de voorrand (19B), achterrand (19C) en zijranden (19A) van de laag (19).
In deze uitvoeringsvorm is de backsheet (18) uitgestrekt langs de transversale as in het kruisgebied (15), hierbij twee zijpanelen (25) aan het maandverband voorziend. Dergelijke zijpanelen worden algemeen gebruikt in de stand-der-techniek voor de vasthechting van maandverbanden in het ondergoed van de drager. De topsheet (17) komt niet volledig overeen met de vorm van de backsheet (18) aangezien de zijranden van de topsheet (17A) recht of substantieel recht zijn, i.e. de breedte van de topsheet zoals gemeten langs de transversale as varieert niet substantieel langs de longitudinale as, en de zijranden (17A) strekken niet helemaal tot aan de zijranden van de backsheet (18A), wanneer gekeken wordt langs de transversale as. Verder zijn twee insluitingsflappen (22) voorzien op het maandverband (13) aan lateraal tegengestelde zijzones van het maandverband (13) langs de longitudinale as (L) in een gesupponeerde positie in vergelijking met de topsheet (17), i.e. wanneer het maandverband bekeken wordt vanuit diens lichaam-gekeerde kant, worden de insluitingsflappen geplaatst bovenop de topsheet. De insluitingsflap omvat twee zijranden (22A) en heeft een vastgehechte zone (23, aangeduid door de grijze zone) een niet vastgehechte zone (24). Binnen de vastgehechte zone (23) zijn de insluitingsflappen gedeeltelijk aan de topsheet vastgehecht (gestreept grijs gebied 23A) en gedeeltelijk vastgehecht aan de backsheet (niet gestreept grijs gebied 23B). De zijpanelen (25) in deze specifieke uitvoeringsvorm omvatten uitbreidingen van de backsheet die door de insluitingsflappen aan de lichaam-gekeerde worden bedekt.
De topsheet (17) is verder voorzien van een reliëf (niet zichtbaar) dat met de vorm van de tekeningen (21) overeenkomt.
Het maandverband (13) volgens de huidige uitvoeringsvorm kan verder een kledingstuk vasthechtingskleefstof (niet zichtbaar) omvatten, welke minstens één kleefstofstrook kan omvatten, in een voorkeursuitvoering twee kleefstofstroken, op het oppervlak van de vloeistof-ondoorlaatbare backsheet (3) weggekeerd van het lichaam van de drager, en een buidel (niet zichtbaar) voor het bedekken van de minstens één kledingstuk vasthechtingskleefstofstrook. In deze specifieke uitvoeringsvorm zijn de zijpanelen ook voorzien van een vasthechtingskleefstofstrook, bij voorkeur één op elke zijpaneel, aan de kledingstuk-gekeerde kant van de backsheet en bij voorkeur bedekt met minstens één afpelstrook, het meest bij voorkeur één afpelstrook die beide vasthechtingskleefstofstroken op de zijpanelen (25) bedekt.
Het is verondersteld dat de huidige uitvinding niet beperkt is tot de uitvoeringsvormen die hierboven beschreven zijn en dat enkele aanpassingen aan de beschreven voorbeelden kunnen toegevoegd worden zonder de toegevoegde conclusies te herwaarderen.

Claims (15)

  1. CONCLUSIES
    1. Absorberend artikel, geschikt voor gebruik als maandverband, omvattende een vloeistof ondoordringbare backsheet, een vloeistof permeabele topsheet, een absorberende kern gepositioneerd tussen de topsheet en de backsheet, en een laag gepositioneerd tussen de topsheet en de absorberende kern, het absorberende artikel heeft een voorgebied, een achtergebied en een kruisgebied dat het voor- en achtergebied onderling verbindt, een longitudinale as die zich uitstrekt van het voorgebied over het kruisgebied naar het achtergebied en een transversale as die over het algemeen loodrecht is op de longitudinale as, waarbij de laag twee zijranden omvat langs de longitudinale as en een voor- en een achterrand aan respectievelijk het voor- en achtergebied van het absorberende artikel, waarbij de breedte van de laag, zijnde de afstand tussen de twee zijranden gemeten langs de transversale as, langs de longitudinale as varieert, waarbij de maximumbreedte van de laag in het voorgebied en/of het achtergebied van het absorberende artikel is gepositioneerd en een minimumkruisbreedte, bepaald door de minimumbreedte van de laag gemeten in het kruisgebied van het absorberende artikel, kleiner is dan de maximumbreedte van de laag in het voorgebied en het achtergebied, resulterend in een laag met een in hoofdzaak hondenbeen- of zandloperconfiguratie langs de longitudinale as, met het kenmerk, dat de laag voorzien is van tekeningen aan de kant van de laag die naar de topsheet is gekeerd, welke tekeningen doorheen de topsheet kunnen worden gezien en waarbij de tekeningen tussen 1 en 70%, meer bij voorkeur tussen 5 en 40% van het oppervlak van de laag bedekken, welke oppervlakte is bepaald door het gebied tussen de voorrand, achterrand en zijranden van de laag aan de kant van de laag die naar de topsheet is gekeerd.
  2. 2. Absorberend artikel volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de topsheet voorzien is van een reliëf dat minstens gedeeltelijk overeenkomt met de tekeningen op de laag.
  3. 3. Absorberend artikel volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de laag een acquisitie en distributielaag of een transferlaag is.
  4. 4. Absorberend artikel volgens om het even welke van vorige conclusies, met het kenmerk, dat de absorberende kern een algemene hondenbeen- of zandloperconfiguratie omvat langs de longitudinale as, substantieel de omtrek van de voorrand, achterrand en zijranden van de laag volgend.
  5. 5. Absorberend artikel volgens om het even welke vorige conclusies, met het kenmerk, dat de absorberende kern superabsorberende polymeerdeeltjes omvat.
  6. 6. Absorberend artikel volgens om het even welke van vorige conclusies, met het kenmerk, dat de topsheet en/of de backsheet een algemene hondenbeen- of zandloperconfiguratie omvat langs de longitudinale as, substantieel de omtrek van de voorrand, achterrand en zijranden van de laag volgend.
  7. 7. Absorberend artikel volgens om het even welke van vorige conclusies 1-5, met het kenmerk, dat het absorberende artikel zijpanelen omvat die uitbreidingen van de topsheet en/of backsheet zijn langs de transversale as, in het kruisgebied van het absorberende artikel.
  8. 8. Absorberend artikel volgens om het even welke van vorige conclusies, met het kenmerk, dat het absorberende artikel twee insluitingsflappen omvat, gelokaliseerd aan lateraal tegengestelde zijzones van het absorberende artikel langs de longitudinale as, elke insluitingsflap omvattende een vastgehechte zone en een niet vastgehechte zone, waarvan de vastgehechte zone minstens gedeeltelijk aan de topsheet en/of de backsheet is vastgehecht.
  9. 9. Absorberend artikel volgens om het even welke van vorige conclusies, met het kenmerk, dat de backsheet voorzien is van minstens één vasthechtingskleefstofstrook langs de longitudinale as, geschikt om het absorberende artikel vast te hechten aan een oppervlakte, zoals een ondergoed.
  10. 10. Absorberend artikel volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat het absorberende artikel een buidel omvat, of een buidel en minstens één afpelstrook, voor het bedekken van de minstens één vasthechtingskleefstofstrook, bij voorkeur waarin bovengenoemde buidel een bevestigingstape label omvat, bij voorkeur gepositioneerd op het oppervlak van de buidel tegengesteld aan het oppervlak gekeerd naar het absorberende artikel.
  11. 11. Absorberend artikel volgens om het even welke van vorige conclusies, waarin bovengenoemde tekeningen een blauwe kleur omvatten.
  12. 12. Methode voor het synthetiseren van een absorberend artikel volgens om het even welke van vorige conclusies 1-11, omvattend de volgende stappen: a. Het voorzien van een topsheet; b. Het voorzien van een backsheet; c. Het voorzien van een absorberende kern; d. Het voorzien van een laag, welke laag tekeningen omvat aan één kant van de laag, welke tekeningen tussen 1 en 70%, meer bij voorkeur tussen 5 en 40% van het oppervlak van de laag aan die kant bedekken; en e. Het combineren van topsheet, backsheet, absorberende kern en laag, waarbij de absorberende kern tussen de topsheet en de backsheet is gepositioneerd, en de laag gepositioneerd is tussen de absorberende kern en de topsheet op een manier zodat de tekeningen op de laag doorheen de topsheet heen kunnen worden gezien.
  13. 13. Methode volgens conclusie 12, verder omvattende de stap van het voorzien van een reliëf op de topsheet op een manier dat het reliëf minstens gedeeltelijk met de tekeningen op de laag overeenkomen.
  14. 14. Methode volgens conclusies 12 of 13, verder omvattende de stap van het voorzien van twee insluitingsflappen aan tegengestelde zijzones van het absorberende artikel, elke insluitingsflap omvattende een vastgehechte zone en een niet vastgehechte zone, waarbij de vastgehechte zone minstens gedeeltelijk vastgehecht is aan de topsheet en/of de backsheet.
  15. 15. Methode volgens conclusie 14, verder omvattende de stap van het voorzien van minstens één vasthechtingskleefstofstrook op de backsheet langs de longitudinale as, bij voorkeur gecombineerd met de stap van het bedekken van de minstens één vasthechtingskleefstofstrook met een buidel of een buidel en minstens één afpelstrook.
BE2014/5140A 2014-09-18 2014-12-22 Verbeterde visuele begeleidingsmiddelen BE1023096B1 (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
EP14185275.6 2014-09-18
EP14185275 2014-09-18

Publications (2)

Publication Number Publication Date
BE1023096A1 true BE1023096A1 (nl) 2016-11-21
BE1023096B1 BE1023096B1 (nl) 2016-11-21

Family

ID=51564538

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE2014/5140A BE1023096B1 (nl) 2014-09-18 2014-12-22 Verbeterde visuele begeleidingsmiddelen

Country Status (1)

Country Link
BE (1) BE1023096B1 (nl)

Family Cites Families (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP1295711B1 (en) * 2001-09-19 2006-04-12 The Procter & Gamble Company A color printed laminated structure, absorbent article comprising the same and process for manufacturing the same
JP4322180B2 (ja) * 2004-07-15 2009-08-26 花王株式会社 吸収性物品
JP2006181294A (ja) * 2004-12-28 2006-07-13 Kao Corp 吸収性物品用の表面シート
US20070087169A1 (en) * 2005-10-19 2007-04-19 The Procter & Gamble Company Absorbent articles having visually distinct embossments
JP5383063B2 (ja) * 2008-03-04 2014-01-08 ユニ・チャーム株式会社 吸収性物品

Also Published As

Publication number Publication date
BE1023096B1 (nl) 2016-11-21

Similar Documents

Publication Publication Date Title
BE1025295B1 (nl) Absorberende kern, artikels bevattende deze kern, en methoden om te maken
JP3886526B2 (ja) 排液性が改善された流体透過性プラスチックウェブ
BE1022337B1 (nl) Meerlagen absorberend materiaal
KR101853034B1 (ko) 기계식 의복 부착부를 구비한 흡수 용품
KR20050090135A (ko) 천공된 필름-피복 부직 재료
JPH08508426A (ja) 排液性が改善された巨視的に拡張したプラスチックウェブ
MX2007007332A (es) Nucleo y envoltura absorbente capaz de estirarse.
BE1026999B1 (nl) Absorberende artikelen en methoden om te maken
TWM298983U (en) Dual-use pantiliner
US11311426B2 (en) Absorbent article
BE1025021B1 (nl) Elastisch gemaakt absorberend artikel
BE1023096B1 (nl) Verbeterde visuele begeleidingsmiddelen
KR20120092565A (ko) 수성 액체로부터 유색 물질 제거
BE1022995B1 (nl) Verbeterde pasvorm ratio
BE1022582B1 (nl) Absorberend vrouwelijk hygiene artikel
BE1022295B1 (nl) Anatomisch gevormd middel
BE1028229B1 (nl) Absorberende artikelen en productiewerkwijzen
BE1022537B1 (nl) Absorberend broekluier artikel
BE1022643B1 (nl) Absorberend baby luier artikel
BE1022415B1 (nl) Absorberend luier kledingstuk
BE1022527B1 (nl) Absorberende broekluier
BE1022223B1 (nl) Absorberend artikel met onderscheidingsteken
BE1022684B1 (nl) Geoptimaliseerde vasthechtingsmiddelen
KR20240004612A (ko) 흡수 용품
BR112019013181B1 (pt) Artigo absorvente e processo para produzir um núcleo absorvente para o dito artigo absorvente