BE1022278B1 - Snelspanner - Google Patents

Snelspanner Download PDF

Info

Publication number
BE1022278B1
BE1022278B1 BE2014/0424A BE201400424A BE1022278B1 BE 1022278 B1 BE1022278 B1 BE 1022278B1 BE 2014/0424 A BE2014/0424 A BE 2014/0424A BE 201400424 A BE201400424 A BE 201400424A BE 1022278 B1 BE1022278 B1 BE 1022278B1
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
base piece
quick
shaft
release
front fork
Prior art date
Application number
BE2014/0424A
Other languages
English (en)
Inventor
Johan Gantois
Original Assignee
Johan Gantois
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Johan Gantois filed Critical Johan Gantois
Priority to BE2014/0424A priority Critical patent/BE1022278B1/nl
Priority to PCT/EP2015/001111 priority patent/WO2015185206A1/en
Priority to EP15730059.1A priority patent/EP3148865A1/en
Application granted granted Critical
Publication of BE1022278B1 publication Critical patent/BE1022278B1/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B62LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
    • B62KCYCLES; CYCLE FRAMES; CYCLE STEERING DEVICES; RIDER-OPERATED TERMINAL CONTROLS SPECIALLY ADAPTED FOR CYCLES; CYCLE AXLE SUSPENSIONS; CYCLE SIDE-CARS, FORECARS, OR THE LIKE
    • B62K25/00Axle suspensions
    • B62K25/02Axle suspensions for mounting axles rigidly on cycle frame or fork, e.g. adjustably
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B62LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
    • B62KCYCLES; CYCLE FRAMES; CYCLE STEERING DEVICES; RIDER-OPERATED TERMINAL CONTROLS SPECIALLY ADAPTED FOR CYCLES; CYCLE AXLE SUSPENSIONS; CYCLE SIDE-CARS, FORECARS, OR THE LIKE
    • B62K2206/00Quick release mechanisms adapted for cycles

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Axle Suspensions And Sidecars For Cycles (AREA)

Abstract

De uitvinding betreft een snelspanner voor het losmaakbaar bevestigen van een voorvork van een fiets of ander voertuig waarbij de as is uitgevoerd in twee delen als een boutgedeelte en een moergedeelte. De uitvinding betreft eveneens een werkwijze voor het bevestigen of losmaken van een voorvork op een dergelijke snelspanner. De uitvinding betreft eveneens het gebruik van een dergelijke snelspanner.

Description

SNELSPANNER
De huidige uitvinding heeft betrekking op een snelspanner die inwerkt op een voorvork van een fiets. De uitvinding heeft eveneens betrekking op een werkwijze voor het monteren van een voorvork op een dergelijke snelspanner.
Een dergelijke snelspanner kan gebruikt worden om een wiel snel en eenvoudig te plaatsen in de voorvork van een fiets of eruit te halen. De snelspanner is daarbij bevestigd in de wielnaaf van het wiel. Een dergelijke snelspanner kan eveneens gebruikt worden voor het transporteren van een fiets waarbij de voorvork wordt bevestigd in de snelspanner die deel uitmaakt van een transportmiddel, zoals een dakdrager op een auto of een laadruimte van een voertuig. Een andere toepassing is bijvoorbeeld het bevestigen van een fiets, via de voorvork, op een snelspanner die deel uitmaakt van een werkstaander.
Gekende bevestigingen voor een voorvork bestaan in wezen uit een draadas met op de uiteinden twee moeren. De voorvork wordt op de draadas geplaatst waarna de moeren worden aangedraaid om de voorvork vast te klemmen. Deze methode is tijdrovend en omslachtig omdat twee handen nodig zijn om de moeren aan te draaien. Andere varianten voorzien aan één van beide uiteinden van de draadas een vaste kop en een moer aan het andere uiteinde. Ook kan de draadas aan één uiteinde voorzien zijn van een klemmiddel en aan het andere uiteinde van een instelmoer. Het klemmiddel is hierbij vast voorzien aan het ene uiteinde terwijl de positie van de moer instelbaar is. Het klemmiddel is verdraaibaar van een open positie, voorzien om de voorvork op of van de snelspanner te halen, naar een gesloten positie, voorzien om de voorvork vast te klemmen.
Een nadeel van dergelijke snelspanners is dat het gebruik van een moersleutel vereist is voor het vastzetten en losmaken. Een ander nadeel is echter dat men in de praktijk, bij het openen van de snelspanner, onvoldoende speling heeft om de voorvork vlot uit de snelspanner te halen, of omgekeerd dat er onvoldoende speling is om de voorvork op de snelspanner te plaatsen. Daardoor zal men in de praktijk de instelmoer moeten losschroeven om een grotere speling te bekomen. Terwijl voor het stevig vastklemmen de instelmoer dan weer moet worden aangespannen om het klemmiddel toe te laten voldoende te klemmen. Nog een nadeel is dat de voorvork niet recht op de snelspanner wordt geplaatst en geklemd en daardoor spanningen ontstaan.
Om een grotere speling te bekomen voor het monteren/demonteren van de voorvork kan men gebruik maken van een snelspanner zoals beschreven in US5383176. Deze snelspanner omvat een draadas en verdraaibare klemmiddelen op elk uiteinde voor het open en toe draaien. Eens de afstand tussen de klemmiddelen goed is ingesteld, kan de voorvork gemonteerd/gedemonteerd worden. In de praktijk echter verloopt dit niet zo vlot gezien de klemmiddelen de neiging hebben om schuin te trekken ten opzichte van elkaar. Een dergelijke snelspanner is bovendien moeilijk instelbaar voor verschillende afstanden, gezien de klemmiddelen over een volledige schroefwikkeling moet gedraaid worden en daarbij niet altijd de optimale klemming wordt bekomen. BE1018485 (EP2303675) beschrijft een snelspanner voorzien van een draadas en twee verdraaibare klemmiddelen waarbij de uiteinden voorzien zijn van tegengestelde uitwendige schroefdraad. Een nadeel hierbij is echter dat de speling niet dezelfde is voor de beide uiteinden van de voorvork. Hierbij kan een asymmetrische positie ontstaan waarbij de ene voorvork erin past en de andere niet. EP1934086 beschrijft een snelspanner voorzien van een draadas met een vaste kop op het ene uiteinde en een instelmoer en klemmiddel op het andere uiteinde, tevens voorzien van een biasing element dat ervoor zorgt dat de uiteinden van de as tegengesteld verplaatst worden. Een nadeel van deze snelspanner is echter dat er twee handelingen nodig zijn voor het bevestigen van de voorvork: eerst moet de instelmoer worden bediend om de ruimte voorzien om de voorvork te ontvangen aan te passen waarna de voorvork kan worden geplaatst op de as, daarna moet het klemmiddel worden neergeduwd om de voorvork voldoende vast te klemmen. Indien blijkt dat het vastklemmen onvoldoende is, moet het klemmiddel opnieuw worden losgemaakt, de regelmoer verder worden aangedraaid en daarna opnieuw het klemmiddel aan te draaien. Er zijn dus minstens twee handelingen nodig voor het vastklemmen van de voorvork en er is geen garantie dat die dan ook voldoende vastgeklemd is. De handelingen dienen desnoods herhaald te worden tot er een voldoende klemkracht is.
Er is dus behoefte aan een snelspanner voor de bevestiging van een voorvork van een fiets waarbij de snelspanner met één hand en één beweging kan worden vast- of losgeklemd, en waarbij tevens ten allen tijde een voldoende speling is om de voorvork te monteren en demonteren.
De huidige uitvinding heeft tot doel aan voornoemde behoefte een oplossing te bieden, doordat zij voorziet in een snelspanner voor het losmaakbaar bevestigen van een voorvork van een fiets, omvattende een as voor het ontvangen van de voorvork en een basisstuk voorzien op de as tussen beide vorkelementen, waarbij de as in de lengterichting beweegbaar is in het basisstuk en waarbij het basisstuk voorzien is van een compenseer systeem voor het uitoefenen van een bidirectionele kracht richting de uiteinden van de as, waarbij de as is uitgevoerd in minstens twee delen als een boutgedeelte en een moergedeelte.
De as is uitgevoerd in minstens twee delen als een bout- en moergedeelte waarbij één van beide gedeelten roteerbaar is ten opzichte van het basisstuk en het andere gedeelte niet, en waarbij het compenseer systeem zich relateert ten opzichte van enerzijds het basisstuk en anderzijds respectievelijk voornoemd bout- en moergedeelte, zodanig dat het aandraaien van het bout- en moergedeelte voorziet in een opspanning van de voorvork tussen het basisstuk en de uiteinden van de as, en het losdraaien voorziet in een loskomen ervan.
Het voordeel van een dergelijke snelspanner is dat er geen gebruik wordt gemaakt van een klemmiddel en aparte regelmoer. Er is slechts één handeling nodig voor het vastklemmen, zijnde het aandraaien van het bout- of moergedeelte, en dit steeds met de 100% garantie dat er voldoende klemkracht is. Hierdoor kan de snelspanner bediend worden met één hand en is de andere hand vrij om de fiets (voorvork) vast te houden tijdens het monteren op de snelspanner.
Een belangrijk voordeel van de snelspanner van de uitvinding is dat het aandraaien of losdraaien van de snelspanner resulteert in een gelijktijdig in en uitschuiven van de as uiteinden dus in een gelijktijdig vastklemmen of losmaken van de beide vorkelementen, met eenzelfde spankracht, en dat dit tevens gebeurt over een identieke as afstand voor beide vorkelementen, t.t.z. met dezelfde speling. Het andere asdeel moet niet manueel tegengehouden worden hiervoor, zoals het geval is bij vorige snelspanners. Er kan een heel miniem verschil optreden in het gelijktijdig in en uitschuiven maar dit is verwaarloosbaar en wordt enkel teweeggebracht door enige materiaal traagheid en/of wrijving of frictie.
Behalve de eenvoud van bediening is de eenvoud van uitvoering tevens een ander voordeel van deze snelspanner. Er is slechts een minimum aan onderdelen vereist en deze zijn robuust om een langdurige correcte werking te garanderen met een minimum aan onderhoud.
Nog een ander voordeel van deze snelspanner is dat bij het volledig losschroeven van de snelspanner het onmogelijk is dat de assen aan beide uiteinden uit het basisstuk los komen te zitten, m.a.w. de onderdelen kunnen niet uiteenvallen door een te ver uiteendraaien van het bout- en moergedeelte bijvoorbeeld, gezien er begrenzingsmiddelen voorzien zijn hiervoor.
Een voordeel van de snelspanner van de huidige uitvinding is dat bij het aandraaien of losdraaien van bout en moer de respectievelijke ruimten op de as voor het ontvangen van de respectievelijke vorkelementen gelijktijdig en over dezelfde afstand worden aangepast.
Het compenseersysteem is voorzien van twee identieke verende elementen, bij voorkeur twee spiraalveren voorzien rond de as ter hoogte van het basisstuk, waarbij de verende elementen symmetrisch zijn voorzien enerzijds tussen het midden van het basisstuk en anderzijds, links en rechts daarvan, tussen een vast punt op respectievelijk het bout- en moergedeelte, zodanig dat deze verende elementen tegengesteld inwerken op de as uiteinden en het basisstuk ten allen tijde een centrale positie op de as aanneemt.
Het systeem zou ook gebruik kunnen maken van niet identieke veren of een asymmetrisch afgesteld compenseersysteem zodanig afgesteld dat het effect van klemmen van de voorvork dezelfde is, maar dit is een minder voordelige uitvoering.
Het compenseer systeem is zodanig uitgevoerd dat het basisstuk steeds een centrale positie aanneemt op de as ten opzichte van de as uiteinden. Hierdoor is de ruimte voor het ontvangen van de voorvork voor beide vorkelementen steeds identiek. De as uiteinden zijn te interpreteren als de uiteinden die de projectie met de voorvork bepalen.
Voorbeelden van verende elementen zijn eveneens veerkrachtige elementen zoals rubber, kunststof of geperste lucht.
Het vast punt op het bout- en moergedeelte bevindt zich bij voorkeur op het cilindrisch deel van beide gedeelten. Wanneer bout en moer volledig ingeschroefd zijn, dienen deze vaste punten nog steeds te bestaan. Echter, het is niet aangewezen dat bout en moer volledig ingeschroefd kunnen worden, gezien dit het optimaal aanspannen kan belemmeren. Daarom dient het schroefdraad gedeelte in bout en moer voldoende groot te zijn om volledig aanschroeven te vermijden.
De vaste punten op respectievelijk het bout- en moergedeelte bevinden zich bij voorkeur op gelijke afstand van de respectievelijke as uiteinden en op gelijke afstand van het midden van het basisstuk. Het systeem zou ook kunnen werken wanneer deze afstand niet gelijk zou zijn, maar dit is een minder voordelige uitvoering.
In een voorkeur uitvoeringsvorm is het basisstuk op de respectievelijke uiteinden begrensd door twee identieke afstopelementen die zodanig uitgevoerd zijn dat ze de vaste punten van respectievelijk het bout- en moergedeelte begrenzen bij een beweging die de as uiteinden uit elkaar brengt.
Het basisstuk is bij voorkeur cilindrisch uitgevoerd.
Het basisstuk is bij voorkeur vervaardigd uit aluminium, staal of kunststof.
In een specifieke uitvoeringsvorm is het basisstuk op de uiteinden voorzien van twee doppen die geklemd aansluiten op de binnendiameter van het basisstuk en de as lateraal beweegbaar ondersteunen doorheen het basisstuk, waarbij het roteerbaar asdeel en complementaire binnendiameter van de dop cilindrisch zijn uitgevoerd en het niet roteerbaar asdeel en complementaire binnendiameter van de dop deels afgevlakt is, waarbij de doppen een projectie vormen waartegen de voorvork kan aanleunen.
De dop wordt bij voorkeur geperst op de binnenzijde van de uiteinden van het basisstuk. Alternatieven zijn bijvoorbeeld lassen, lijmen of vastschroeven. Het dopuiteinde heeft bij voorkeur dezelfde diameter als die van het basisstuk. De dop is bij voorkeur vervaardigd uit kunststof, staal of aluminium.
Het niet roteerbaar gedeelte is bij voorkeur gemonteerd via een deels afgevlakte zijde die complementair is uitgevoerd in het deel waarin de as niet mag roteren. Andere voorbeelden voor het niet roteerbaar monteren zijn bijvoorbeeld een inkeping, gleuf of complementaire uitkerving in de vorm van een veelhoek zoals bijvoorbeeld vierkant, zeskant, achtkant of een ovaal, of eender welke manier om een as niet roteerbaar te monteren in een ander deel.
De as is bij voorkeur op de uiteinden voorzien van eindelementen met een diameter die groter is dan die van de as, zodanig dat deze een projectie vormen waartegen de voorvork kan aanleunen.
De eindelementen van de as kunnen in één stuk met de asgedeelten vervaardigd zijn, zoals de kop van een bout en moer. De eindelementen kunnen eveneens geperst, gelijmd, gelast of geschroefd worden op de asuiteinden. De eindelementen hebben een diameter die groter is dan de as diameter en bepalen de projectie waartegen de vorkelementen zullen begrensd en aangespannen worden. Eén eindelement kan integraal uitgevoerd worden als een hendel.
In een bijzondere uitvoeringsvorm worden de vaste punten in het bout- en moergedeelte gevormd door clips die in een groef op de as worden vastgeklemd, zodanig dat de uitwendige diameter van de clips groter is dan deze van de as en de verende elementen worden begrensd door de clips.
De clip is bij voorkeur uitgevoerd als een rondsel met opening om op een ronde as te klippen. De clips wordt bij voorkeur in een gleuf van de as geklipt, zodat de clips niet kan bewegen in de lengte richting van de as. De clips heeft een grotere diameter dan de as diameter en vormt een projectie waartegen een verend element kan aanleunen. Andere uitvoeringsvormen zijn mogelijk, waarbij een vergroting van de diameter van de as wordt verkregen waartegen een verend element kan worden begrensd. Eventueel kan het asdeel in één geheel worden vervaardigd met een verbreding op de plaats van het vaste punt.
Het midden in het basisstuk bestaat bij voorkeur uit een vernauwing van de interne diameter van het basisstuk, zodanig dat de verende elementen worden begrensd door de vernauwing.
Het basisstuk is bij voorkeur uitgevoerd als een holle buis met inwendig, in het midden van zijn lengteas, een versmalde opening om de as gecentreerd doorheen te laten bewegen in lengterichting. Alternatieven voor een vernauwing geïntegreerd als één geheel in het basisstuk is het aanbrengen nadien van een vernauwende ring in de holle buis of de holle buis uitvoeren in twee delen die in elkaar schroeven, of gekleefd of gelast worden of op een andere manier bevestigd worden, waarbij het ene deel vernauwd is inwendig. Belangrijk is dat de vernauwing twee projecties heeft die zich centraal bevinden ten opzichte van het midden van de lengteas van het basisstuk. Het systeem zou ook kunnen werken, mits aangepaste onderdelen, met twee projecties die zich niet centraal bevinden ten opzichte van het midden van de lengteas van het basisstuk, maar dit is een minder voordelige uitvoering.
In een geprefereerde uitvoeringsvorm is het moergedeelte roteerbaar uitgevoerd en het boutgedeelte niet roteerbaar.
In een andere uitvoeringsvorm is het boutgedeelte roteerbaar uitgevoerd en het moergedeelte niet roteerbaar.
Het uiteinde van het roteerbaar gedeelte is bij voorkeur voorzien van een hendel.
Andere voorbeelden van een handgreep of draaihendel zijn een draaiknop, vleugelmoer of zeskant bout kop.
De uitvinding betreft eveneens een werkwijze voor het bevestigen van een voorvork van een fiets op een snelspanner zoals hiervoor beschreven, omvattende de volgende stappen: a) optioneel opendraaien van de hendel zodat de ruimte tussen het basisstuk en de as uiteinden voldoende open is om de voorvork te ontvangen, b) plaatsen van de voorvork op de as, en c) aandraaien van de hendel om de voorvork op te spannen tussen het basisstuk en de as uiteinden.
Belangrijk hierbij is dat er geen extra klemmiddelen (of klembeweging) en geen regelafstellingen vereist zijn.
De uitvinding betreft ook een werkwijze voor het losmaken van een voorvork van een fiets op een snelspanner zoals hiervoor beschreven, omvattende de stap: opendraaien van de hendel totdat de ruimte tussen het basisstuk en de as uiteinden voldoende is om de voorvork van de as los te maken.
De uitvinding betreft verder het gebruik van een snelspanner zoals hiervoor beschreven voor het losmaakbaar bevestigen van een voorvork van een fiets, motorfiets of ander voertuig in een fietsendrager of andere fietsenberging, in de laadruimte van een transportmiddel voor fietsvervoer of in een werkstaander, of om een wiel losmaakbaar te bevestigen in een fiets of ander middel. Voor het bevestigen van een wiel wordt de snelspanner geïntegreerd in de wielnaaf.
De uitvinding wordt nu nader toegelicht aan de hand van de hierna volgende gedetailleerde beschrijving van een voorkeurdragende uitvoeringsvorm van een snelspanner. In de gedetailleerde beschrijving wordt door middel van referentienummers verwezen naar de hierbij gevoegde tekeningen, waarbij in • figuur 1 een vooraanzicht van een voorkeurdragende snelspanner is voorgesteld in open en gesloten stand, • figuur 2 het boutgedeelte is voorgesteld, • figuur 3 het moergedeelte is voorgesteld, • figuur 4A en 4B (met doppen) het basisstuk is voorgesteld in langsdoorsnede, • figuur 5 een voorkeurdragende snelspanner is voorgesteld in explosiezicht, en • figuur 6 een voorkeurdragende snelspanner is voorgesteld in langsdoorsnede in open en in gesloten stand.
De voorkeurdragende snelspanner zoals afgebeeld in figuur 1 is voorzien van een as (3A, 3B) waarop een voorvork (2A, 2B) van bijvoorbeeld een fiets kan gemonteerd worden in de vrije ruimten links en rechts (9A, 9B) van een basisstuk (4) en twee respectievelijke eindelementen (6A, 6B). Via een draaihendel (10) aan één zijde van de as worden beide vrije ruimten tegelijk en over dezelfde afstand aangespannen of losgedraaid en wordt de voorvork geklemd of losgemaakt.
Om dit effect te bewerkstelligen is de as uitgevoerd in twee delen die naar elkaar of uit elkaar worden toegedraaid, als een bout- (3A) en een moergedeelte (3B), waarbij het moergedeelte draaibaar gemonteerd wordt op het boutgedeelte via een handgreep (10). Het boutgedeelte (3A) is hierbij zodanig uitgevoerd dat het niet meedraait bij deze beweging en vast gemonteerd is ten opzichte van het basisstuk (4).
Zoals voorgesteld in figuur 2 bestaat het boutgedeelte (3A) uit een uitwendig schroefdraadgedeelte (13) en een deels rond (11) en deels afgevlakt (12) gedeelte. Zoals voorgesteld in figuur 3 omvat het moergedeelte (3B) een inwendig schroefdraadgedeelte (13) en een rond gedeelte (11). De uitwendige schroefdraad van het boutgedeelte (3A) is complementair aan de inwendige schroefdraad (13) van het moergedeelte (3B).
Zowel het boutgedeelte (3A) als het moergedeelte (3B) omvatten een inkeping (8A, 8B’) ter hoogte van het (deels) rond gedeelte (11). Hierin past een clips (8A, 8B).
De tweedelige as (3A, 3B) is gemonteerd in het basisstuk (4). Zoals voorgesteld in figuur 4A heeft het basisstuk een cilindrische vorm en is uitgevoerd als een holle buis met in het midden van de lengterichting een vernauwing (4C) van de binnenomtrek van de holle buis. De as bevat twee uiteinden (4A, 4B).
Zoals voorgesteld in figuur 4B bevat het basisstuk op de uiteinden (4A, 4B) doppen (9A, 9B) die voorzien dat de as lateraal verschuifbaar wordt ondersteund in het basisstuk (4).
De doppen (9A, 9B) worden bij voorkeur geperst in de uiteinden van het basisstuk zodat ze vastzitten aan het basisstuk. Het ene uiteinde van het basisstuk is aldus gemonteerd op het boutgedeelte (3A), terwijl het andere uiteinde gemonteerd is op het moergedeelte (3B), zoals ook voorgesteld in figuur 5.
De inwendige vorm van de doppen (9A, 9B) is complementair aan de uitwendige vorm van het bout- en moergedeelte (3A, 3B). Voor het niet draaibaar monteren van het boutgedeelte (3A) is het boutgedeelte voorzien van een (deels) afgeplatte kant (12) die past in de (deels) afgeplatte opening (12) van de corresponderende dop (9A). Het moergedeelte (3B) is draaibaar gemonteerd in het basisstuk door een cilindrische vorm van het moergedeelte en de corresponderende cilindrische opening van de betreffende dop (9B).
Figuur 5 is een voorstelling van een voorkeurdragende snelspanner (1) in explosie zicht.
Zoals voorgesteld in figuur 6 omvat de voorkeurdragende snelspanner in gemonteerde toestand het deels ineengeschroefde bout- en moergedeelte (3A, 3B) als as met daarop centraal het basisstuk (4). In de inkeping (8A, 8B’) van het bout- en moergedeelte (3A,3B) past een clip (8A, 8B) die er onder andere voor zorgt dat zowel het boutgedeelte (3A) als het moergedeelte (3B) niet kunnen loskomen uit het basisstuk (4) bij het uit elkaar draaien. De clip is zodanig uitgevoerd dat die niet voorbij de dop (9A,9B) kan schuiven. De clip (8A, 8B) is uitgevoerd als een rondsel met een opening om op de as te spannen. De buitenomtrek van de clip is groter dan deze van het rond gedeelte van respectievelijk het boutgedeelte en het moergedeelte. Het moergedeelte (3B) heeft een lengte zodanig dat het gedeelte doorheen de vernauwing (4C) van het basisstuk past en daar ondersteund wordt. Ter hoogte van de vernauwing is het boutgedeelte in het moergedeelte geschroefd.
De snelspanner omvat verder een compenseer systeem (5) bestaande uit twee veren (7A, 7B) die gemonteerd worden op de as (3A, 3B) en in het basisstuk (4). De veren worden voorzien tussen en leunen aan tegen de vernauwing (4C) van het basisstuk (4) enerzijds en de respectievelijke clips (8A, 8B) van het boutgedeelte (3A) en moergedeelte (3B) anderzijds.
Beide veren (7A, 7B) zijn identiek en zorgen ervoor dat zowel tijdens het aanspannen en als tijdens het losdraaien het boutgedeelte (3A) en het moergedeelte (3B) gelijktijdig en over eenzelfde afstand bewegen. De veren werken zowel bij het los- als bij het vastdraaien. Bij zowel het los- als vastdraaien bewegen de veren gelijktijdig mee.
Bij het losdraaien van bout (3A) en moer (3B) via de hendel (10) komen de clips (8A, 8B) verder uit elkaar en gaan de veren ontspannen (onderste figuur 6). Hierdoor gaan beide uiteinden van de as uiteen. De vork kan nu in de openingen worden gezet. Bij volledig open stand komen de clips (8A, 8B) tot tegen doppen (9A, 9B). Bij het aandraaien van de hendel (10) worden bout- en moergedeelte (3A, 3B) ineengedraaid en komen de clips (8A, 8B) naar elkaar toe waardoor de veren (7A, 7B) opspannen (bovenste figuur 6). Hierdoor wordt de vork opgespannen tussen de eindelementen (6A, 6B) van de as en de uiteinden (9A, 9B) van het basisstuk (4).
Het snelspanner mechanisme en in bijzonder het compenseersysteem (5) is symmetrisch uitgevoerd. De afstand d1 tussen de uiteinden van de as (6A, 6B) en de clips (8A, 8B) blijft gelijk in open en gesloten stand. De afstand d2 tussen de uiteinden van het basisstuk (9A, 9B) en de uiteinden van de as (6A, 6B), zijnde de ruimte voor het ontvangen van de voorvork, variëren bij het aandraaien of losdraaien van de hendel (10) in dezelfde mate. Zo ook variëren de afstanden d3, respectievelijk d4, steeds in dezelfde mate.

Claims (16)

  1. CONCLUSIES
    1. Snelspanner (1) voor het losmaakbaar bevestigen van een voorvork (2) van een fiets, omvattende een as (3) voor het ontvangen van de voorvork en een basisstuk (4) voorzien op de as tussen beide vorkelementen (2A en 2B), waarbij de as (3) in de lengterichting beweegbaar is in het basisstuk (4) en waarbij het basisstuk (4) voorzien is van een compenseer systeem (5) voor het uitoefenen van een bidirectionele kracht richting de uiteinden van de as (6A en 6B), met het kenmerk dat de as is uitgevoerd in minstens twee delen als een boutgedeelte (3A) en een moergedeelte (3B).
  2. 2. Snelspanner volgens conclusie 1 met het kenmerk dat één van beide gedeelten roteerbaar is ten opzichte van het basisstuk (4) en het andere gedeelte niet, en waarbij het compenseer systeem (5) zich relateert ten opzichte van enerzijds het basisstuk (4) en anderzijds respectievelijk voornoemd bout- en moergedeelte (3A, 3B), zodanig dat het aandraaien van het bout- en moergedeelte voorziet in een opspanning van de voorvork (2) tussen het basisstuk (4) en de uiteinden van de as (6A en 6B), en het losdraaien voorziet in een loskomen ervan.
  3. 3. Snelspanner volgens conclusie 1 of 2 met het kenmerk dat bij het aandraaien of losdraaien van het bout- en moergedeelte (3A, 3B) de respectievelijke ruimten op de as voor het ontvangen van de respectievelijke vorkelementen (2A en 2B) gelijktijdig en over dezelfde afstand worden aangepast.
  4. 4. Snelspanner volgens één der voorgaande conclusies met het kenmerk dat het compenseersysteem (5) is voorzien van twee identieke verende elementen (7A en 7B), bij voorkeur twee spiraalveren voorzien rond de as (3) ter hoogte van het basisstuk (4), waarbij de verende elementen symmetrisch zijn voorzien enerzijds tussen het midden van het basisstuk (4C) en anderzijds, links en rechts daarvan, tussen een vast punt (8A en 8B) op respectievelijk het bout- en moergedeelte (3A, 3B), zodanig dat deze verende elementen tegengesteld inwerken op de as uiteinden (6A, 6B) en het basisstuk (4) ten allen tijde een centrale positie op de as aanneemt.
  5. 5. Snelspanner volgens conclusie 4 met het kenmerk dat de vaste punten (8A en 8B) op respectievelijk het bout- en moergedeelte (3A, 3B) zich bevinden op gelijke afstand van de respectievelijke as uiteinden (6A en 6B) en op gelijke afstand van het midden van het basisstuk (4C).
  6. 6. Snelspanner volgens conclusie 4 of 5 met het kenmerk dat het basisstuk (4) op de respectievelijke uiteinden (4A en 4B) is begrensd door twee identieke afstopelementen (9A en 9B) zodanig uitgevoerd dat ze de vaste punten (8A en 8B) van respectievelijk het bout- en moergedeelte (3A, 3B) begrenzen bij een beweging die de as uiteinden uit elkaar brengt.
  7. 7. Snelspanner volgens één van de voorgaande conclusies met het kenmerk dat het basisstuk (4) cilindrisch is uitgevoerd.
  8. 8. Snelspanner volgens één van de voorgaande conclusies met het kenmerk dat het basisstuk (4) op de uiteinden twee doppen (9A en 9B) omvat die geklemd aansluiten op de binnendiameter van het basisstuk en de as (3) lateraal beweegbaar ondersteunen doorheen het basisstuk, waarbij het roteerbaar asdeel (3B) en complementaire binnendiameter van de dop cilindrisch (11) zijn uitgevoerd en het niet roteerbaar asdeel (3A) en complementaire binnendiameter van de dop deels afgevlakt (12) is, waarbij de doppen een projectie vormen waartegen de voorvork kan aanleunen.
  9. 9. Snelspanner volgens één van de voorgaande conclusies met het kenmerk dat de as (3) op de uiteinden is voorzien van eindelementen (6A en 6B) met een diameter die groter is dan die van de as, zodanig dat deze een projectie vormen waartegen de voorvork (2) kan aanleunen.
  10. 10. Snelspanner volgens conclusie 4 of 5 met het kenmerk dat de vaste punten in het bout- en moergedeelte (3A, 3B) worden gevormd door clips (8A en 8B) die in een groef op de as worden vastgeklemd, zodanig dat de uitwendige diameter van de clips groter is dan deze van de as en de verende elementen (7A, 7B) worden begrensd door de clips.
  11. 11. Snelspanner volgens conclusie 4 met het kenmerk dat het midden in het basisstuk bestaat uit een vernauwing (4C) van de interne diameter van het basisstuk, zodanig dat de verende elementen (7A, 7B) worden begrensd door de vernauwing.
  12. 12. Snelspanner volgens één der voorgaande conclusies met het kenmerk dat het moergedeelte (3B) roteerbaar is en het boutgedeelte (3A) niet roteerbaar.
  13. 13. Snelspanner volgens één der voorgaande conclusies met het kenmerk dat het uiteinde van het roteerbaar gedeelte is voorzien van een hendel (10).
  14. 14. Werkwijze voor het bevestigen van een voorvork (2) van een fiets op een snelspanner (1) volgens één van de conclusies 1 tot 12, omvattende de stappen: a. optioneel opendraaien van de hendel (10) zodat de ruimte tussen het basisstuk (4) en de as uiteinden (6A, 6B) voldoende is om de voorvork te ontvangen, b. plaatsen van de voorvork (2) op de as, c. aandraaien van de hendel (10) om de voorvork (2) op te spannen tussen het basisstuk (4) en de as uiteinden (6A, 6B).
  15. 15. Werkwijze voor het losmaken van een voorvork (2) van een fiets op een snelspanner volgens één van de conclusies 1 tot 12, omvattende de stap: a. opendraaien van de hendel (10) totdat de ruimte tussen het basisstuk (4) en de as uiteinden (6A, 6B) voldoende is om de voorvork van de as los te maken.
  16. 16. Gebruik van een snelspanner (1) volgens één van de conclusies 1 tot 13 voor het losmaakbaar bevestigen van een voorvork (2) van een fiets, motorfiets of ander voertuig in een fietsendrager of andere fietsenberging, in de laadruimte van een transportmiddel voor fietsvervoer of in een werkstaander, of om een wiel losmaakbaar te bevestigen in een fiets of ander voertuig.
BE2014/0424A 2014-06-02 2014-06-02 Snelspanner BE1022278B1 (nl)

Priority Applications (3)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE2014/0424A BE1022278B1 (nl) 2014-06-02 2014-06-02 Snelspanner
PCT/EP2015/001111 WO2015185206A1 (en) 2014-06-02 2015-06-01 Quick release fastener
EP15730059.1A EP3148865A1 (en) 2014-06-02 2015-06-01 Quick release fastener

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE2014/0424A BE1022278B1 (nl) 2014-06-02 2014-06-02 Snelspanner

Publications (1)

Publication Number Publication Date
BE1022278B1 true BE1022278B1 (nl) 2016-03-10

Family

ID=51302594

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE2014/0424A BE1022278B1 (nl) 2014-06-02 2014-06-02 Snelspanner

Country Status (3)

Country Link
EP (1) EP3148865A1 (nl)
BE (1) BE1022278B1 (nl)
WO (1) WO2015185206A1 (nl)

Families Citing this family (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CN108622353B (zh) * 2018-05-30 2023-10-10 上海海洋大学 一种用于水下航行器的抛载装置
TWI704071B (zh) * 2019-12-25 2020-09-11 鑫元鴻實業股份有限公司 快拆把手結構
TWI840253B (zh) * 2023-06-13 2024-04-21 富錡企業股份有限公司 可雙向調整長度之插扣式快拆

Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE29619612U1 (de) * 1996-11-12 1997-01-16 Ulrich, Dieter, 64759 Sensbachtal Schnellspann-Vorrichtung für die Halterung von Zweirädern
EP0890505A1 (fr) * 1997-07-11 1999-01-13 Franck Savard Dispositif de montage d'un moyeu de roue d'un deux-roues
EP2303675B1 (en) * 2008-06-10 2012-01-18 Gimari Bvba Quick release clamp for a bicycle wheel
EP1934086B1 (en) * 2005-08-15 2013-11-13 Thule Sweden AB Load carrier for securing bicycle fork assemblies

Patent Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE29619612U1 (de) * 1996-11-12 1997-01-16 Ulrich, Dieter, 64759 Sensbachtal Schnellspann-Vorrichtung für die Halterung von Zweirädern
EP0890505A1 (fr) * 1997-07-11 1999-01-13 Franck Savard Dispositif de montage d'un moyeu de roue d'un deux-roues
EP1934086B1 (en) * 2005-08-15 2013-11-13 Thule Sweden AB Load carrier for securing bicycle fork assemblies
EP2303675B1 (en) * 2008-06-10 2012-01-18 Gimari Bvba Quick release clamp for a bicycle wheel

Also Published As

Publication number Publication date
EP3148865A1 (en) 2017-04-05
WO2015185206A1 (en) 2015-12-10

Similar Documents

Publication Publication Date Title
BE1022278B1 (nl) Snelspanner
US8316740B2 (en) Strap pipe wrench for driving an object having a generally cylindrical shape
US7685904B2 (en) Adjustable riser assembly
US20030080267A1 (en) Multi-sized clamp
US8007145B2 (en) Worklight with a hands-free mounting system
US9409619B2 (en) Bicycle tensioning device
US9415828B2 (en) Adjustable bicycle dropout integrated with wheel skewer
US7331543B2 (en) Strap reel support device for a strap reel stand
CA2930143A1 (fr) Fixation temporaire
US9145095B2 (en) Bicycle support apparatus and method
EP3017968A1 (fr) Dispositif de bridage d'un boîtier de capteur de pression et de température sur une jante de véhicule et boîtier adapté
US8905492B2 (en) Quick-release skewer adapted for use with a cycle
US20160023702A1 (en) Adjusting device for a bicycle saddle
JP6319800B2 (ja) マイクロホンホルダ
EP2527668A1 (en) An attachment device
US20170203937A1 (en) Upright strap dispenser
BE1018485A6 (nl) Snelspanner.
US10041524B1 (en) Lug nut system
US20150151687A1 (en) Apparatus for holding a fork of a mountain bicycle
CN103934788B (zh) 扭矩扳手的调节
US9446505B2 (en) Strap wrench
US10913316B2 (en) Tire changer
US8015675B2 (en) Clamp for supporting bar of components of conveyors of articles
CN110914556B (zh) 用于油门控制的可调式夹紧机构
NL2009238C2 (nl) Spansysteem met daarin toepasbare spanring.

Legal Events

Date Code Title Description
MM Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20200630