BE1018654A3

BE1018654A3 - LOADER.

Info

Publication number: BE1018654A3
Application number: BE2009/0079A
Authority: BE
Original assignee: Didden Luc
Priority date: 2009-02-12
Filing date: 2009-02-12
Publication date: 2011-06-07

Abstract

De uitvinding heeft betrekking op een voertuig, in het bijzonder een kniklader, dat een eerste frame met een eerste wielset en een tweede frame met een tweede wielset bevat, waarbij het eerste frame met het tweede frame verbonden is door middel van een scharnierverbinding zodanig dat het eerste frame ten opzichte van het tweede frame beweegbaar is, waarbij middelen voorzien zijn om de beweging van het eerste frame ten opzichte van het tweede frame te dempen.The invention relates to a vehicle, in particular an articulated loader, comprising a first frame with a first wheel set and a second frame with a second wheel set, the first frame being connected to the second frame by means of a hinge connection such that it first frame is movable relative to the second frame, means being provided to dampen the movement of the first frame relative to the second frame.

Description

KnikladerArticulated loader

De uitvinding heeft betrekking op een voertuig, in het bijzonder een kniklader, dat een eerste frame met een eerste wielset en een tweede frame met een tweede wielset bevat, waarbij het eerste frame met het tweede frame verbonden is door middel van een schamierverbinding zodanig dat het eerste frame ten opzichte van het tweede frame beweegbaar is, waarbij middelen voorzien zijn om de beweging van het eerste frame ten opzichte van het tweede frame te dempen. ^The invention relates to a vehicle, in particular a articulated loader, which comprises a first frame with a first wheel set and a second frame with a second wheel set, the first frame being connected to the second frame by means of a hinge connection such that it first frame is movable relative to the second frame, means being provided for damping the movement of the first frame relative to the second frame. ^

Dergelijke voertuigen zijn aldus voorzien van een knikbesturing, waarbij een eerste frame, dat bijvoorbeeld het voorste gedeelte van het voertuig vormt, scharnierend en/of pivoterend is bevestigd aan een tweede frame dat dan het achterste gedeelte van het voertuig vormt. Deze voertuigen bevatten meestal vier wielen waarbij het voorste en het achterste gedeelte van het voertuig elk door twee wielen worden gedragen. Dit achterste gedeelte heeft normalerwijze een grote massa teneinde het voertuig stabiel te houden is meestal voorzien van een zitplaats voor de bestuurder.Such vehicles are thus provided with an articulated steering, wherein a first frame, which for instance forms the front part of the vehicle, is hinged and / or pivotally attached to a second frame which then forms the rear part of the vehicle. These vehicles usually contain four wheels, with the front and rear parts of the vehicle each supported by two wheels. This rear section normally has a large mass in order to keep the vehicle stable and is usually provided with a driver's seat.

Aan de voorzijde van deze voertuigen is meestal een hefarm voorzien waarop voorzetstukken kunnen worden gemonteerd, zoals bijvoorbeeld een laadschop. Deze voertuigen hebben als belangrijkste voordeel dat ze zeer wendbaar ert compact zijn, doch het blijkt dat deze heel onstabiel zijn en dat, bij gebruik op oneffen terrein, veel ongelukken gebeuren ingevolge hét omklinken van het voertuig wanneer over een oneffenheid of langs een helling wordt gereden met een aanzienlijke snelheid. Dit laatste is des te meer het geval wanneer de laadbak van het voertuig geladen is met bijvoorbeeld aarde èn de hefarm naar boven is gericht.At the front of these vehicles, a lifting arm is usually provided on which attachments can be mounted, such as a loading shovel. The main advantage of these vehicles is that they are very agile and compact, but it appears that they are very unstable and that, when used on uneven terrain, many accidents occur as a result of the vehicle buckling when driving over an unevenness or along a slope at a considerable speed. The latter is all the more the case when the loading platform of the vehicle is loaded with, for example, earth and the lifting arm is directed upwards.

Daarenboven stelt dit probleem zich Vooral bij kleinere voertuigen waar geen bestuurderscabine op is voorzien zodat bij omklinken van het voertuig het risico op ernstige verwondingen van de'bestuurder zeer reëel is.In addition, this problem arises in particular in smaller vehicles which are not provided with a driver's cab, so that the risk of serious injury to the driver is very real when the vehicle crashes.

De uitvinding wil aan deze nadelen verhelpen en éert voertuig met knikbesturing voorstellen dat uitermate stabiel blijkt te zijn zelfs Wanneer dit zich bij hoge snelheid met een geladen laàdbâk ovèr’ oneffen terrein verplaatst.The invention seeks to overcome these drawbacks and proposes a vehicle with articulated steering which appears to be extremely stable even when this moves at high speed with a loaded load over uneven terrain.

Tót dit doel omvatten genóémde middelen om de beweging van het eerste frame ten opzichte van het tweede frame te dempen twéé vloeistofreservoirs met een hydraulische vloeistof die met elkaar verbonden zijn via een smoorklep waarbij tijdens de beweging van genoemd eerste frame ten opzichte van het tweede frame genoemde vloeistof via genoemde smoorklep tussen beide reservoirs wordt verplaatst.For this purpose, said means comprise damping the movement of the first frame relative to the second frame, two fluid reservoirs with a hydraulic fluid which are connected to each other via a throttle valve wherein during the movement of said first frame relative to the second frame liquid is moved between the two reservoirs via said throttle valve.

Doelmatig, vertoont genoemde schamierverbinding een schamieras waarrond het eerste frame ten opzichte van het tweede frame kan roteren, waarbij deze schamieras zelf pivoteerbaar is en genoemde vloeistofreservoirs samenwerken met deze schamierverbinding zodat bij verplaatsing van de schamieras volgens een richting dwars op de langsas van het tweede frame vloeistof tussen beide reservoirs wordt verplaatst via genoemde smoorklep,Advantageously, said hinge connection has a hinge axis about which the first frame can rotate relative to the second frame, said hinge axis itself being pivotable and said liquid reservoirs cooperating with this hinge connection so that when the hinge axis is displaced in a direction transverse to the longitudinal axis of the second frame fluid is moved between both reservoirs via said throttle valve,

Op een voordelige wijze vertoont genoemde schamierverbinding een schamieras die bepaald wordt door, enerzijds, een rotatiepunt waarrond deze schamieras kan pivoteren en dat een vaste positie heeft ten opzichte van beide frames en, anderzijds, een nagenoeg verticaal boven dit rotatiepunt gelegen scharnierpunt dat vast is ten opzichte van het eerste frame en scharnierend is verbonden met een eerste uiteinde van een staaf, terwijl het tweede uiteinde van deze staaf scharnierend is verbonden met het tweede frame in een punt dat, bij voorkeur, gelegen is op een zich volgens de langsrichting uitstrekkend verticaal symmetrievlak van dit laatste frame, waarbij genoemde middelen de beweging van genoemd scharnierpunt volgens een cirkelboog met als centrum genoemd tweede uiteinde van genoemde staaf dempt.Advantageously, said hinge connection has a hinge axis which is determined by, on the one hand, a point of rotation around which this hinge axis can pivot and which has a fixed position relative to both frames and, on the other hand, a hinge point which is substantially vertical above this point of rotation and which is fixed at relative to the first frame and is pivotally connected to a first end of a rod, while the second end of this rod is pivotally connected to the second frame at a point that is preferably located on a longitudinal vertical symmetry plane of said latter frame, wherein said means damps the movement of said pivot point according to a circular arc with the center of said second end of said rod.

Volgens een voorkeursuitvoeringsvorm van het voertuig, volgens de uitvinding, vormt genoemd scharnierpunt het centrum van een bolschamier die genoemd eerste frame verbindt met genoemde staaf, waarbij verder elk van genoemde twee vloeistofreservoirs is voorzien in een overeenkomstige hydraulische cilinder, waarbij de as van elk van deze cilinders zich nagenoeg, of bij bienâdering, rakend aan genoemde cirkelboog uitstrekt langs weerszijden van de bolschamier tussen deze laatste en een steunpunt op genoemd tweede frame zodat deze cilinders een drukkracht kunnen uitoefenen tussen het betreffend steunpunt en genoemde bolschamier.According to a preferred embodiment of the vehicle according to the invention, said pivot point forms the center of a ball joint connecting said first frame to said rod, each of said two fluid reservoirs further being provided in a corresponding hydraulic cylinder, the axis of each of these cylinders extends substantially, or when applied, touching said circular arc along either side of the ball joint between the latter and a support point on said second frame so that these cylinders can exert a compressive force between the relevant support point and said ball joint.

De uitvinding heeft eveneens betrekking op een werkwijze voor het dempen van de knikbeweging van een voertuig met een eerste en een tweede frame die scharnierend ten opzichte vari elkaar zijn verbonden, waarbij de beweging van een schamieras volgens een richting nagenoeg dwars óp de lengterichting van het voertuig wordt gedempt door een hydraulische vloeistof te verplaatsen via een smoorklep tussen twee vloeistófreservoirs, meer bepaald tussen twee hydraulische cilinders.The invention also relates to a method for damping the buckling movement of a vehicle with a first and a second frame which are hingedly connected to each other, wherein the movement of a hinge axis in a direction substantially transversely of the longitudinal direction of the vehicle is damped by displacing a hydraulic fluid via a throttle valve between two fluid reservoirs, in particular between two hydraulic cylinders.

Andere bijzonderheden en voordelen van de uitvinding zullen blijken uit de hierna volgende beschrijving van enkele bijzondere uitvoeringsvormen van het voertuig en de werkwijze volgens de uitvinding; deze beschrijving wordt enkel als voorbeeld gegeven en beperkt de draagwijdte niet van de gevorderde bescherming; de hierna gebruikte verwijzingscijfers hebben betrekking op de hieraan toegevoegde figuren.Other details and advantages of the invention will be apparent from the following description of some particular embodiments of the vehicle and the method according to the invention; this description is only given as an example and does not limit the scope of the protection claimed; the reference numerals used hereinafter refer to the attached figures.

Figuur 1 is een schematisch zijaanzicht van een voertuig met een hefarm en een laadbak voorzien van een knikbesturing volgens de stand van de techniek.Figure 1 is a schematic side view of a vehicle with a lifting arm and a loading platform provided with articulated steering according to the prior art.

Figuur 2 is een schematisch bovenaanzicht van het voertuig uit figuur 1, waarbij de hefarm en de laadbak zijn weggeladen voor de eenvoud van de figuurFigure 2 is a schematic top view of the vehicle of Figure 1, wherein the lifting arm and the loading platform are loaded for the simplicity of the figure

Figuur 3 is een schematisch bovenaanzicht van een voertuig volgens een interessante uitvoeringsvorm van het voertuig volgens de uitvinding.Figure 3 is a schematic top view of a vehicle according to an interesting embodiment of the vehicle according to the invention.

Figuur 4 is een zeer schematische doorsnede van de schamierverbinding uit figuur 3 volgens de lijn IV-IY in neutrale positie.Figure 4 is a very schematic cross-section of the hinge connection of Figure 3 along the line IV-IY in neutral position.

Figuur 5 is de schematische doorsnede van de schamierverbinding uit figuur 4 wanneer beide frames van het voertuig, volgens de uitvinding, ten opzichte van elkaar geroteerd zijn rond een as die zich uitstrekt volgens de lengterichting van het voertuig.Figure 5 is the schematic cross-section of the hinge connection of Figure 4 when both frames of the vehicle, according to the invention, are rotated relative to each other about an axis extending in the longitudinal direction of the vehicle.

In de verschillende figuren hebben dezelfde verwijzingscijfers betrekking op dezelfde of analoge elementen.In the various figures, the same reference numerals refer to the same or analogous elements.

In de figuren 1 en 2 wordt een kniklader volgens de stand van de techniek schematisch voorgesteld. Deze kniklader heeft een eerste frame 1 dat voorzien is van een wielset met twee wielen 2 en 3 en een tweede frame 4 met een wielset met wielen 5 en 6.Figures 1 and 2 schematically show a articulated loader according to the prior art. This articulated loader has a first frame 1 which is provided with a wheel set with two wheels 2 and 3 and a second frame 4 with a wheel set with wheels 5 and 6.

Het eerste frame 1 vormt het voorste deel van het voertuig en is voorzien van een hydraulisch bediende hefarm 7 waarop een laadbak 8 is gemonteerd. Het achterste deel van het voertuig wordt gevormd door genoemd tweede frame 4 en vertoont een stuur 9 en een zitplaats 10 voor de bestuurder van het voertuig. In dit achterste deel is verder een, niet in de figuren voorgesteld, hydraulisch systeem aanwezig dat o.a. zorgt voor de aandrijving van de hefarm 7, de laadbak 8 en de stuurinrichting. Deze stuurinrichting omvat een hydraulische cilinder 11 die het eerste frame 1 ten opzichte van het tweede frame 4 kan verplaatsen rond een schamieras 12. Wanneer het voertuig zich op een vlak horizontaal oppervlak bevindt, strekt deze schamieras 12 zich verticaal uit en ligt deze in een verticaal symmetrievlak 14 dat zich volgens de lengterichting van het tweede frame 4. In deze positie bevindt de schamieras 12 zich in een zogenaamde neutrale positie.The first frame 1 forms the front part of the vehicle and is provided with a hydraulically operated lifting arm 7 on which a loading platform 8 is mounted. The rear part of the vehicle is formed by said second frame 4 and has a handlebar 9 and a seat 10 for the driver of the vehicle. In this rear part there is furthermore provided a hydraulic system, not shown in the figures, which, among other things, ensures the drive of the lifting arm 7, the loading platform 8 and the steering device. This steering device comprises a hydraulic cylinder 11 which can move the first frame 1 relative to the second frame 4 about a pivot axis 12. When the vehicle is on a flat horizontal surface, this pivot axis 12 extends vertically and lies in a vertical symmetry plane 14 which is in the longitudinal direction of the second frame 4. In this position the pivot axis 12 is in a so-called neutral position.

Het eerste frame 1 is met het tweede frame 4 verbonden door middel van een schamierverbinding 13. Deze laatste laat onder andere toe dat het eerste frame 1 ten opzichte van het tweede frame 4 beweegbaar is. Meer bepaald, kan het eerste frame 1 een rotatie ondergaan rond de rotatieas 12 ten opzichte van het tweede frame 4. Daarnaast kan de schamieras 12 zelf pi voteren rond een rotatiepunt 15 dat het centrum vormt van een bolschamier 16. Deze bolschamier 16 verbindt het eerste frame 1 met het tweede frame 2, waarbij het rotatiepunt 15 aldus een vaste positie heeft ten opzichte van beide frames.The first frame 1 is connected to the second frame 4 by means of a hinge connection 13. The latter, inter alia, allows the first frame 1 to be movable relative to the second frame 4. More specifically, the first frame 1 can undergo a rotation about the axis of rotation 12 with respect to the second frame 4. In addition, the hinge axis 12 can itself pivot around a rotation point 15 which forms the center of a ball joint 16. This ball joint 16 connects the first frame 1 with the second frame 2, wherein the rotation point 15 thus has a fixed position with respect to both frames.

In genoemde neutrale positie bevindt zich nagenoeg verticaal boven het rotatiepunt 15 een scharnierpunt 17 dat vast is ten opzichte van het eerste frame 1 en scharnierend is verbonden een staaf 18. Zowel het scharnierpunt 17 als het rotatiepunt 15 liggen op genoemde schamieras 12.In said neutral position there is located substantially vertically above the rotation point 15 a pivot point 17 which is fixed relative to the first frame 1 and is hingedly connected to a rod 18. Both the pivot point 17 and the rotation point 15 lie on said pivot axis 12.

Het scharnierpunt 17 bevindt zich in het centrum van een tweede bolschamier 19 die een eerste uiteinde vormt van genoemde staaf 18. Het andere uiteinde van deze staaf 18 is scharnierend verbonden met het tweede frame 4 in een punt dat, bij voorkeur, gelegen is op het zich volgens de lengterichting uitstrekkend verticaal symmetrievlak van dit laatste. Meer bepaald bestaat dit andere uiteinde van de staaf 18 eveneens uit een bolschamier 20.The pivot point 17 is located in the center of a second ball joint 19 which forms a first end of said rod 18. The other end of this rod 18 is hingedly connected to the second frame 4 at a point which is preferably located on the vertical symmetry plane of the latter extending in the longitudinal direction. More specifically, this other end of the rod 18 also consists of a ball joint 20.

Wanneer het voertuig zich over een oneffen terrein verplaatst, zal aldus het eerste frame 1 een rotatie kunnen ondergaan ten opzichte van het tweede frame 4 rond een rotatieas 21 die in genoemd symmetrievlak 14 licht en doorheen genoemd rotatiepunt 15 gaat. Hierbij ondergaat de schamieras 12 een pivoterende beweging rond dit rotatiepunt 15 en zal het scharnierpunt 17 een cirkelboog beschrijven met als middelpunt genoemde bolschamier 20.When the vehicle moves over an uneven terrain, the first frame 1 will thus be able to undergo a rotation with respect to the second frame 4 about an axis of rotation 21 which passes lightly in said symmetry plane 14 and through said rotation point 15. The pivot axis 12 herein undergoes a pivoting movement around this point of rotation 15 and the pivot point 17 will describe an arc of a circle with the aforementioned ball pivot 20.

Indien dit voertuig met de hefarm 7 omhoog gericht en met een geladen laadbak 8 met een van de voorwielen 2 of 3, bijvoorbeeld, over een oneffenheid rijdt is het eerste frame onderhevig aan een plotse versnelling rond genoemde rotatieas 21 en zal dit zich aan relatief hoge snelheid verplaatsen ten opzichte van het tweede frame 4 tot een, o.a. door genoemde staaf 18 bepaalde, maximale rotatie van het eerste frame 1 ten opzichte van het tweede frame 2 bereikt is. De massa van dit tweede frame kan bijgevolg niet onmiddellijk zorgen voor een stabilisatie van het voertuig. Wanneer de maximale rotatie rond de rotatieas 21 is bereikt vormen beide frames een star geheel volgens deze rotatierichting. Ingevolge de inertie van de zich verplaatsende gevulde laadbak volstaat de massa van het tweede frame echter niet om het voertuig in een stabiele positie te houden en zal dit bijgevolg omklinken.If this vehicle drives with a lifting arm 7 upwards and with a loaded loading platform 8 with one of the front wheels 2 or 3, for example, over an unevenness, the first frame is subject to sudden acceleration around said rotation axis 21 and this will occur at relatively high moving speed relative to the second frame 4 until a maximum rotation of the first frame 1 relative to the second frame 2, determined inter alia by said rod 18, is achieved. The mass of this second frame cannot, therefore, immediately stabilize the vehicle. When the maximum rotation around the axis of rotation 21 is reached, both frames form a rigid whole according to this direction of rotation. However, due to the inertia of the displaced filled loading platform, the mass of the second frame is not sufficient to hold the vehicle in a stable position and will, therefore, engage.

Aan deze situatie wordt verholpen door de toepassing van een interessante uitvoeringsvorm van de huidige uitvinding zoals is geïllustreerd in de figuren 3 tot 5. In figuur 3 wordt, meer bepaald het voertuig uit de figuren 1 en 2 voorgesteld, waarbij middelen voorzien zijn om de beweging van het eerste frame 1 ten opzichte van het tweede frame 4 te dempen.This situation is remedied by the use of an interesting embodiment of the present invention as illustrated in Figs. 3 to 5. In Fig. 3, more specifically, the vehicle from Figs. 1 and 2 is represented, means being provided for movement of the first frame 1 relative to the second frame 4.

Deze middelen omvatten meer bepaald twee vloeistofreservoirs die gevuld zijn met een hydraulische vloeistof en die met elkaar verbonden zijn via een hydraulische leiding 22 waarin een smoorklep 23 is aangebracht. Tijdens de beweging van genoemd eerste frame 1 ten opzichte van het tweede frame 4 wordt genoemde vloeistof via de smoorklep 23 tussen beide reservoirs verplaatst.In particular, these means comprise two fluid reservoirs that are filled with a hydraulic fluid and that are connected to each other via a hydraulic line 22 in which a throttle valve 23 is arranged. During the movement of said first frame 1 relative to the second frame 4, said liquid is displaced via the throttle valve 23 between the two reservoirs.

Elk van deze vloeistofreservoirs bevindt zich in een overeenkomstige hydraulische cilinder 24 en 25 met een cilinderhuis en een zuigerstang. Deze cilinders 24 en 25 zijn met hun cilinderhuis bevestigd aan respectievelijke steunen 26 en 27 die vast zijn met genoemd tweede frame 4. De overeenkomstige uiteinden van de respectievelijke zuigerstangen van deze cilinders 24 en 25 steunen vrij tegen genoemde bolschamier 19 langs weerszijden van genoemd symmetrievlak 14. Hierbij strekt de as van elk van deze cilinders 24 en 25 zich nagenoeg rakend aan genoemde cirkelboog uit langs weerszijden van de bolschamierl9 zodat deze cilinders een drukkracht kunnen uitoefenen op de bolschamier 19.Each of these fluid reservoirs is located in a corresponding hydraulic cylinder 24 and 25 with a cylinder housing and a piston rod. These cylinders 24 and 25 are fixed with their cylinder housings to respective supports 26 and 27 which are fixed with said second frame 4. The corresponding ends of the respective piston rods of these cylinders 24 and 25 rest freely against said ball joint 19 along either side of said symmetry plane 14 In this case the axis of each of these cylinders 24 and 25 extends substantially abutting to said circular arc along both sides of the ball joint 19 so that these cylinders can exert a compressive force on the ball joint 19.

Wanneer het eerste frame 1 een rotatie ondergaat rond de rotatieas 15 ten opzichte van het tweede frame 4 zal, zoals in figuur 5 is voorgesteld, de bolschamier 19 tegen de zuigerstang van de hydraulische cilinder 24 drukken. Dit zorgt ervoor dat het vloeistofreservoir 28 in het cilinderhuis van de cilinder 24 verplaatst wordt via de leiding 21 en de smoorklep 23 naar het reservoir 29 van de tegenoverliggende hydraulische cilinder 25.When the first frame 1 undergoes a rotation about the axis of rotation 15 relative to the second frame 4, as shown in Figure 5, the ball joint 19 will press against the piston rod of the hydraulic cylinder 24. This causes the liquid reservoir 28 in the cylinder housing of the cylinder 24 to be displaced via the line 21 and the throttle valve 23 to the reservoir 29 of the opposite hydraulic cylinder 25.

Aldus wordt door de zuigerstang van de cilinder 24 een drukkracht uitgeoefend op de bolschamier 19 die ervoor zorgt dat de verplaatsing van de schamieras 12 rond het rotatiepunt 15, en dus eveneens de verplaatsing van het eerste frame ten opzichte van het tweede frame, wordt afgeremd.Thus a pressure force is exerted by the piston rod of the cylinder 24 on the ball joint 19 which ensures that the movement of the joint shaft 12 around the point of rotation 15, and thus also the movement of the first frame relative to the second frame, is braked.

Meer bepaald is de smoring van de doorstroming van de hydraulische vloeistof doorheen de smoorklep zodanig geregeld dat in normale werkomstandigheden, de demping door de verplaatsing van de vloeistof verwaarloosbaar is, terwijl bij een plotse en snelle verplaatsing van beide frames ten opzichte van elkaar rond de rotatieas 15 deze smoring ervoor zorgt dat de verplaatsing wordt afgeremd en dat beide frames minstens bij benadering een nagenoeg star geheel vormen zodat de massa van het tweede frame 4 voor stabilisatie zorgt en verhindert dat het voertuig kantelt.In particular, the throttling of the flow of the hydraulic fluid through the throttle valve is controlled such that under normal operating conditions, the damping due to the displacement of the fluid is negligible, while in the case of a sudden and rapid displacement of both frames relative to each other around the axis of rotation. This throttling ensures that the displacement is slowed down and that both frames form at least an approximately rigid whole so that the mass of the second frame 4 ensures stabilization and prevents the vehicle from tilting.

Het is aangewezen dat de zuigerstangen van beide hydraulische cilinders 24 en 25, op eventueel een kleine speling na, in contact blijven met genoemde bolschamier 19. Dit wordt bereikt doordat de reservoirs van beide hydraulische cilinders met elkaar verbonden zijn zodat wanneer een van de zuigerstangen over een bepaalde afstand wordt ingedrukt, de andere zuigerstang automatisch over eenzelfde afstand wordt verplaatst. Aldus blijft de afstand tussen beide zuigerstangen nagenoeg constant en is deze ongeveer gelijk aan de diameter van de betreffende bolschamier 19.It is recommended that the piston rods of both hydraulic cylinders 24 and 25, with the possible exception of a slight clearance, remain in contact with said ball joint 19. This is achieved because the reservoirs of both hydraulic cylinders are connected to each other so that when one of the piston rods a certain distance is pressed, the other piston rod is automatically moved over the same distance. The distance between the two piston rods thus remains substantially constant and is approximately equal to the diameter of the ball joint 19 in question.

De hydraulische cilinders 24 en 25 dempen bijgevolg de beweging van genoemd scharnierpunt 17 volgens een cirkelboog die als centrum genoemd tweede uiteinde 20 van genoemde staaf 18 heeft.The hydraulic cylinders 24 and 25 consequently dampen the movement of said pivot point 17 according to a circular arc centered on said second end 20 of said rod 18.

Niettegenstaande in bovenstaande uitvoeringsvorm de zuigerstangen vrij rusten tegen genoemde bolschamier 19, is het uiteraard mogelijk dat deze zuigerstangen eraan zijn bevestigd of rechtstreeks aan het eerste frame 1 zijn bevestigd in de nabijheid van genoemde schamieras 12, het scharnierpunt 17 of de betreffende bolschamier 19.Notwithstanding in the above embodiment the piston rods rest freely against said ball joint 19, it is of course possible that these piston rods are attached to it or directly attached to the first frame 1 in the vicinity of said joint shaft 12, the pivot point 17 or the relevant ball joint 19.

Verder is het duidelijk dat de as van genoemde hydraulische cilinders zich niet noodzakelijk rakend dien te zijn aan genoemde cirkelboog die door het scharnierpunt 17 wordt beschreven, doch dat deze slechts een krachtcomponent dienen te kunnen uitoefenen volgens een raaklijn aan deze cirkelboog.Furthermore, it is clear that the axis of said hydraulic cylinders does not necessarily have to touch on said circular arc described by the pivot point 17, but that they should only be able to exert a force component along a tangent to this circular arc.

Genoemde hydraulische leiding 21 is verder eventueel voorzien van een afsluitventiel 30 dat toelaat om de verplaatsing van vloeistof tussen genoemde reservoirs van de betreffende hydraulische cilinders 24 en 25 te verhinderen.Said hydraulic line 21 is further optionally provided with a shut-off valve 30 which allows to prevent the movement of liquid between said reservoirs of the relevant hydraulic cylinders 24 and 25.

Verder sluit genoemde hydraulische leiding bij voorkeur via een terugslagklep 31 aan op een hydraulisch systeem, teneinde de vloeistof in genoemde reservoirs op een bepaalde druk te brengen, waarbij hydraulische vloeistof niet kan terugvloeien van genoemde vloeistofreservoirs naar het hydraulisch systeem.Furthermore, said hydraulic line preferably connects via a non-return valve 31 to a hydraulic system in order to bring the fluid in said reservoirs to a certain pressure, whereby hydraulic fluid cannot flow back from said fluid reservoirs to the hydraulic system.

De hydraulische cilinders die zijn voorgesteld in de figuren 3 tot 5 kunnen bestaan uit enkelwerkende hydraulische cilinders en worden bijvoorkeur gevormd door een plunjercilinder.The hydraulic cylinders shown in Figures 3 to 5 may consist of single-acting hydraulic cylinders and are preferably formed by a plunger cylinder.

Volgens een alternatieve uitvoeringsvorm van het voertuig volgens de uitvinding, maken genoemde reservoirs deel uit van eenzelfde enkele dubbelwerkende hydraulische cilinder die genoemd eerste frame verbindt met een steunpunt dat een nagenoeg vaste positie heeft ten opzichte van genoemd tweede frame in de nabijheid van genoemde schamieras.According to an alternative embodiment of the vehicle according to the invention, said reservoirs form part of the same single double-acting hydraulic cylinder which connects said first frame to a support point which has a substantially fixed position with respect to said second frame in the vicinity of said hinge axis.

Claims

A vehicle, in particular a articulated loader, comprising a first frame with a first wheel set and a second frame with a second wheel set, the first frame being connected to the second frame by means of a hinge connection such that the first frame relative to of the second frame is movable, means being provided for damping the movement of the first frame relative to the second frame, characterized in that said means comprise two fluid reservoirs with a hydraulic fluid which are connected to each other via a throttle valve during which movement of said first frame relative to the second frame said fluid is moved between said reservoirs via said throttle valve.

2. Vehicle as claimed in claim 1, wherein said hinge connection has a hinge axis around which the first frame can rotate relative to the second frame, said hinge axis itself being pivotable and said liquid reservoirs cooperate with this hinge connection so that upon displacement of the hinge axis in a direction transverse to the longitudinal axis of the second frame of liquid between the two reservoirs is displaced via said throttle valve.

A vehicle according to claim 1 or 2, wherein said reservoirs form part of at least one hydraulic cylinder connecting said first frame to a support point that has a substantially fixed position relative to said second frame in the vicinity of said hinge axis.

A vehicle according to any one of claims 1 to 3, wherein said hinge connection has a hinge axis which is determined by, on the one hand, a point of rotation around which said hinge axis can be positioned and which has a fixed position relative to both frames and, on the other hand, a substantially pivot point vertically above this point of rotation that is fixed relative to the first frame and pivotally connected to a first end of a rod, while the second end of this rod is pivotally connected to the second frame at a point that, preferably, is located is on a vertical symmetry plane of the latter extending in the longitudinal direction, said means damping the movement of said pivot point according to a circular arc centered with said second end of said rod.

A vehicle according to claim 4, wherein said pivot point forms the center of a ball joint connecting said first frame to said rod, furthermore each of said two fluid reservoirs is provided in a corresponding hydraulic cylinder, the axis of each of these cylinders being substantially touching said circular arc extends along either side of the ball joint between the latter and a supporting point on said second frame so that these cylinders can exert a compressive force between the relevant supporting point and said ball joint.

The vehicle according to any of claims 1 to 5, wherein said reservoirs are connected to each other by a hydraulic line in which said throttle valve is provided and which further comprises a shut-off valve to prevent movement of fluid between said reservoirs.

The vehicle of any one of claims 1 to 5, wherein said fluid reservoirs are connected to a hydraulic system to bring the fluid in said reservoirs to a certain pressure, via a check valve such that hydraulic fluid cannot flow back from said fluid reservoirs to the hydraulic system.