BE1018116A3 - TAKE-UP MEASURER, MEASURING MEASURE AND DEVICE FOR A GRIJPER-WOVEN MACHINE. - Google Patents

TAKE-UP MEASURER, MEASURING MEASURE AND DEVICE FOR A GRIJPER-WOVEN MACHINE. Download PDF

Info

Publication number
BE1018116A3
BE1018116A3 BE2008/0261A BE200800261A BE1018116A3 BE 1018116 A3 BE1018116 A3 BE 1018116A3 BE 2008/0261 A BE2008/0261 A BE 2008/0261A BE 200800261 A BE200800261 A BE 200800261A BE 1018116 A3 BE1018116 A3 BE 1018116A3
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
gripper
weft threads
weft
separator
thread
Prior art date
Application number
BE2008/0261A
Other languages
Dutch (nl)
Original Assignee
Picanol Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Picanol Nv filed Critical Picanol Nv
Priority to BE2008/0261A priority Critical patent/BE1018116A3/en
Priority to CN200980117493.4A priority patent/CN102016145B/en
Priority to EP13155075.8A priority patent/EP2594671B1/en
Priority to PCT/EP2009/003198 priority patent/WO2009135636A1/en
Priority to EP09741855.2A priority patent/EP2300651B1/en
Application granted granted Critical
Publication of BE1018116A3 publication Critical patent/BE1018116A3/en

Links

Classifications

    • DTEXTILES; PAPER
    • D03WEAVING
    • D03DWOVEN FABRICS; METHODS OF WEAVING; LOOMS
    • D03D47/00Looms in which bulk supply of weft does not pass through shed, e.g. shuttleless looms, gripper shuttle looms, dummy shuttle looms
    • D03D47/12Looms in which bulk supply of weft does not pass through shed, e.g. shuttleless looms, gripper shuttle looms, dummy shuttle looms wherein single picks of weft thread are inserted, i.e. with shedding between each pick
    • D03D47/20Constructional features of the thread-engaging device on the inserters
    • D03D47/23Thread grippers
    • D03D47/236Drawing grippers
    • DTEXTILES; PAPER
    • D03WEAVING
    • D03DWOVEN FABRICS; METHODS OF WEAVING; LOOMS
    • D03D47/00Looms in which bulk supply of weft does not pass through shed, e.g. shuttleless looms, gripper shuttle looms, dummy shuttle looms
    • D03D47/12Looms in which bulk supply of weft does not pass through shed, e.g. shuttleless looms, gripper shuttle looms, dummy shuttle looms wherein single picks of weft thread are inserted, i.e. with shedding between each pick
    • D03D47/20Constructional features of the thread-engaging device on the inserters
    • D03D47/23Thread grippers
    • D03D47/233Carrying grippers
    • DTEXTILES; PAPER
    • D03WEAVING
    • D03DWOVEN FABRICS; METHODS OF WEAVING; LOOMS
    • D03D47/00Looms in which bulk supply of weft does not pass through shed, e.g. shuttleless looms, gripper shuttle looms, dummy shuttle looms
    • D03D47/34Handling the weft between bulk storage and weft-inserting means
    • D03D47/38Weft pattern mechanisms

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Textile Engineering (AREA)
  • Looms (AREA)

Abstract

Nemergrijper (40), gevergrijper (10) en inrichting (1) voor een grijperweefmachine, waarbij ter hoogte van het voorste einde (44) van de nemergrijper (40) een draadscheider (45) is aangebracht die toelaat twee inslagdraden (2,3) van elkaar te scheiden, waarbij nabij een zijkant (32) van de gevergrijper (10) die weg van de draadklem (24) is gelegen een draadscheider (29) is aangebracht die totaal twee inslagdraden (2,3) van elkaar is scheiden waarbij de inrichting (1) een stueninrichting (4) bevat die twee steunelementen (5,6) bevat die door een draadscheider (7) van elkaar gescheiden zijn. Werkwijze hierbij toegepast.Take-up gripper (40), take-up gripper (10) and device (1) for a gripper weaving machine, wherein a wire separator (45) is provided at the front end (44) of the take-up gripper (40) that allows two weft threads (2,3) to be separated from one another, wherein near a side (32) of the gripper (10) which is situated away from the thread clamp (24) a thread separator (29) is arranged which in total separates two weft threads (2, 3) from which the device (1) comprises a support device (4) which comprises two support elements (5, 6) which are separated from each other by a wire separator (7). Method applied here.

Description

Nemergrijper, gevergrijper en inrichting voor een grijperweefmachine.Grab grab, grab grab and device for a grab weaving machine.

Een uitvinding betreft een nemergrijper voor een grijperweefmachine die een van een klemvlak voorziene klemhaak en een van een klemvlak voorzien klemelement bevat om een inslagdraad tussen het klemvlak van de klemhaak en het klemvlak van het klemelement te klemmen en werkwijzen hierbij toegepast.An invention relates to a gripper gripper for a gripper weaving machine which comprises a clamping surface provided with a clamping surface and a clamping element provided with a clamping surface to clamp a weft thread between the clamping surface of the clamping hook and the clamping surface of the clamping element and methods are used.

Een nemergri jper van het voornoemde type is bijvoorbeeld gekend uit EP 1220960 of EP 1373618. Een dergelijke nemergrijper is geschikt voor het klemmen van een inslagdraad ter hoogte van het voorste einde van de nemergrijper. In JP 4-209852 A, EP 633336 en WO 00/29651 werd een dergelijke nemergrijper voorgesteld voor het klemmen van twee inslagdraden.A gripper gripper of the aforementioned type is known, for example, from EP 1220960 or EP 1373618. Such a gripper gripper is suitable for clamping a weft thread at the front end of the gripper gripper. In JP 4-209852 A, EP 633336 and WO 00/29651, such a gripper gripper was proposed for clamping two weft threads.

Een uitvinding heeft als doel een nemergrijper van het voornoemde type te verbeteren zodanig dat die beter geschikt wordt om twee inslagdraden tegelijkertijd op te nemen en te weven.It is an object of the present invention to improve a gripper gripper of the aforementioned type such that it becomes more suitable for receiving and weaving two weft threads simultaneously.

Deze opgave wordt daardoor opgelost dat ter hoogte van het voorste einde van de nemergrijper een draadscheider is aangebracht die toelaat twee inslagdraden van elkaar te scheiden terwijl die geklemd worden.This task is solved by the fact that a wire separator is provided at the front end of the gripper gripper which allows two weft threads to be separated from one another while they are being clamped.

Een nemergrijper volgens de uitvinding biedt als voordeel dat twee inslagdraden van elkaar gescheiden worden die samen geklemd worden, waarbij de inslagdraden gescheiden worden ter hoogte van de klemhaak die zich ter hoogte van het voorste einde van de nemergrijper bevindt. De draadscheider laat hierbij tevens toe dat beide inslagdraden zich op een afstand van elkaar bevinden terwijl die geklemd worden. Dit laat toe beide inslagdraden nagenoeg parallel met elkaar en op constante afstand van elkaar in een weef vak te brengen. Dit betekent dat in en vanaf de nemergrijper de beide inslagdraden op een afstand van elkaar liggen die voldoende is om te verhinderen dat de inslagdraden over elkaar liggen. De nemergrijper laat tevens toe beide inslagdraden samen naast elkaar te klemmen tussen de klemvlakken. Tevens laat dit toe het voorste einde relatief smal uit te voeren, terwijl de beide inslagdraden toch voldoende van elkaar gescheiden kunnen blijven. Dit biedt het voordeel dat dan eveneens de gevergrijper, waarin de nemergrijper bij overname van inslagdraden binnendringt, relatief slank kan worden gehouden. Dit leidt dan naar het voordeel dat zelfs bij het tegelijk inbrengen van twee inslagdraden slechts een relatief klein weefvak noodzakelijk is. De uitvinding laat toe twee inslagdraden tijdens het inbrengen van elkaar gescheiden te houden en parallel met elkaar aan te slaan, dit betekent zonder dat die inslagdraden over of rond elkaar worden gelegd. Bovendien kunnen naar keuze inslagdraden afkomstig van verschillende bobijnen per twee geweven worden en parallel met elkaar ingeweven worden.A taker gripper according to the invention offers the advantage that two weft threads are separated from each other and are clamped together, the weft threads being separated at the level of the clamping hook which is located at the front end of the taker gripper. The thread separator hereby also allows both weft threads to be spaced apart while they are being clamped. This allows both weft threads to be brought into a weaving box almost parallel to each other and at a constant distance from each other. This means that in and from the taker gripper the two weft threads are spaced apart at a distance that is sufficient to prevent the weft threads from overlapping each other. The taker gripper also allows both weft threads to be clamped together next to each other between the clamping faces. This also allows the front end to be made relatively narrow, while the two weft threads can still remain sufficiently separated from each other. This offers the advantage that the gripper, into which the gripper gripper penetrates when taking over weft threads, can then also be kept relatively slim. This then leads to the advantage that even when two weft threads are inserted simultaneously, only a relatively small weaving section is necessary. The invention allows two weft threads to be kept separate from one another during insertion and to be struck in parallel with each other, this means without these weft threads being laid over or around each other. Moreover, optionally weft threads from different bobbins can be woven per two and woven in parallel with each other.

Volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding wordt de draadscheider nagenoeg in het midden tussen de haakopening van de klemhaak aangebracht. Dit betekent dat de draadscheider tussen de haakopening van de klemhaak is voorzien en de klemhaak als het ware in twee delen wordt onderverdeeld. Dit biedt als voordeel dat voor beide inslagdraden nagenoeg evenveel plaats is voorzien om ter hoogte van de klemhaak naar de positie waar die geklemd wordt, te bewegen.According to an embodiment of the invention, the wire separator is arranged substantially centrally between the hook opening of the clamping hook. This means that the wire separator is provided between the hook opening of the clamping hook and the clamping hook is, as it were, divided into two parts. This offers the advantage that virtually the same amount of space is provided for both weft threads to move at the height of the clamping hook to the position where it is clamped.

Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm van de uitvinding wordt de draadscheider nabij het voorste einde van de nemergrijper bevestigd, meer in het bijzonder nabij de bovenkant van het voorste einde van nemergrijper. Hierbij wordt met bovenkant de in gebruik bovenaan gelegen kant bedoeld. De draadscheider kan hierbij iets naar onder gericht zijn om te verhinderen dat die ongewenst kettingdraden meeneemt en om toe te laten langsheen een bepaalde inslagdraad te passeren die aangeboden wordt met een gevergrijper. Dit biedt als voordeel dat de draadscheider in functie van de gevergrijper kan aangepast worden om langs de gewenste kant telkens een inslagdraad langsheen de draadscheider te geleiden.According to a preferred embodiment of the invention, the wire separator is mounted near the front end of the gripper gripper, more particularly near the top of the front end of the gripper gripper. The upper side means the side that is in use at the top. The thread separator may be directed slightly downwards here in order to prevent the undesired warp threads from being taken along and to allow a certain weft thread to pass along which is offered with a gripper. This offers the advantage that the thread separator can be adjusted in function of the gripper to guide an weft thread along the desired thread separator along the desired side.

Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm wordt de draadscheider hierbij aan de nemergrijper gelast, gesoldeerd, gelijmd of op een dergelijke wijze aangebracht. Daarmee is het mogelijk voor de draadgeleider een gepast materiaal, bijvoorbeeld staal, te kiezen zonder dat de volledige klemhaak uit dit materiaal moet bestaan.According to a preferred embodiment, the wire separator is here welded to the gripper gripper, soldered, glued or applied in such a way. This makes it possible to select a suitable material for the wire guide, for example steel, without the complete clamping hook having to consist of this material.

Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm eindigt het uiteinde van de draadscheider volgens de langsrichting van de nemergrijper op een grotere s afstand van het voorste einde van de nemergrijper dan het uiteinde van de klemhaak. Dit laat toe één van de inslagdraden aan de ene kant van de draadscheider in de nemergrijper op te nemen, terwijl de andere inslagdraad aan de andere kant van de draadscheider in de nemergrijper kan opgenomen worden. Hierdoor kunnen beide inslagdraden aan een verschillende kant van de draadscheider tussen de twee klemvlakken naar een geklemde positie bewogen worden.According to a preferred embodiment, the end of the wire separator ends in a longitudinal direction of the gripper gripper at a greater distance from the front end of the gripper gripper than the end of the clamping hook. This allows one of the weft threads on one side of the thread separator to be received in the gripper gripper, while the other weft thread on the other side of the thread separator can be received in the gripper gripper. This allows both weft threads on a different side of the wire separator to be moved between the two clamping surfaces to a clamped position.

Een uitvinding betreft ook een werkwijze voor het overgeven van twee inslagdraden aan een nemergrijper, meer in het bijzonder het overgeven van twee inslagdraden van een gevergrijper aan een nemergrijper, waarbij de nemergrijper en de inslagdraden tijdens de overgave zich in een positie bevinden zodat de ene inslagdraad voorbij de draadscheider wordt bewogen terwijl de andere inslagdraad niet voorbij de draadscheider wordt bewogen. Dit laat toe dat de ene door de gevergrijper aangeboden inslagdraad zich aan de ene kant van de draadscheider bevindt, terwijl de andere door de gevergrijper aangeboden inslagdraad zich aan de andere kant van de draadscheider bevindt. Hierdoor kunnen beide inslagdraden aan een verschillende kant van de draadscheider tussen de klemvlakken naar een geklemde positie bewogen worden.An invention also relates to a method for transferring two weft threads to a gripper gripper, more in particular transferring two weft threads from a gripper to a gripper gripper, wherein the gripper gripper and the weft threads are in a position during the transfer so that the one weft thread is moved past the thread separator while the other weft thread is not moved past the thread separator. This allows one weft thread offered by the gripper to be on one side of the thread separator, while the other weft thread offered by the gripper to be on the other side of the thread separator. This allows both weft threads on a different side of the wire separator to be moved between the clamping surfaces to a clamped position.

Een uitvinding betreft een gevergrijper voor een grijperweefmachine die een grijperbehuizing bevat die geleidingen voor inslagdraden bevat, waarbij de geleidingen inslagdraden naar een aanslag en/of naar een draadkiem geleiden en werkwijzen hierbij toegepast.An invention relates to a gripper for a gripper weaving machine which comprises a gripper housing containing guides for weft threads, wherein the guides guide weft threads to a stop and / or to a wire germ and methods are used herein.

Een gevergrijper van het voornoemde type is bijvoorbeeld gekend uit WO 99/18274 en is geschikt voor het klemmen en het geleiden van een inslagdraad. In WO 00/29651 werd een gevergrijper voorgesteld die geschikt is voor het klemmen en het geleiden van twee inslagdraden, waarbij ter hoogte van het bovenvlak van de gevergrijper twee gleuven zijn aangebracht om telkens één van de inslagdraden te geleiden. De inslagdraden worden in een bepaalde opening geleid door de vorm van geleidingen ter hoogte van de draadkiem die aangebracht zijn in de grijperbehuizing.A gripper of the aforementioned type is known, for example, from WO 99/18274 and is suitable for clamping and guiding a weft thread. In WO 00/29651 a gripper was proposed which is suitable for clamping and guiding two weft threads, wherein two slots are provided at the level of the upper surface of the gripper gripper for guiding one of the weft threads in each case. The weft threads are guided in a certain opening by the shape of guides at the level of the wire germ which are arranged in the gripper housing.

Een uitvinding heeft als doel een gevergrijper van het voornoemde type te verbeteren zodanig dat die beter geschikt wordt om twee inslagdraden tegelijkertijd te geleiden en te weven.It is an object of an invention to improve a gripper of the aforementioned type such that it becomes better suited to guide and weave two weft threads simultaneously.

Deze opgave wordt daardoor opgelost dat nabij een zijkant van de gevergrijper die weg van de draadkiem is gelegen een draadscheider is aangebracht die toelaat twee inslagdraden die op een verschillende hoogte aan de gevergrijper worden gepresenteerd van elkaar te scheiden terwijl die door de gevergrijper naar een aanslag worden geleid.This problem is solved by the fact that near a side of the gripper which is situated away from the wire germ a wire separator is arranged which allows to separate two weft threads presented to the gripper at a different height while they are moved to a stop by the gripper. led.

Een gevergrijper volgens de uitvinding biedt als voordeel dat vooral de hoogte van de gepresenteerde inslagdraad van belang is om te bepalen aan welke kant van de draadscheider een inslagdraad zich zal bevinden en minder de vorm of de positie van de gevergrijper. De beide inslagdraden strekken zich hierbij uit doorheen de gevergrijper tussen de draadkiem en een bijhorende aanslag aan de weg van de draadkiem gelegen zijkant van de gevergrijper. Een inslagdraad die boven de draadscheider wordt gepresenteerd zal zich boven de draadscheider in de gevergrijper bevinden en naar de ene aanslag worden geleid, terwijl een inslagdraad die onder de draadscheider wordt gepresenteerd zich onder de draadscheider zal bevinden en naar de andere aanslag zal worden geleid. De draadscheider laat hierbij tevens toe dat beide inslagdraden zich op een afstand van elkaar bevinden terwijl die samen door een draadkiem geklemd worden. Dit laat toe beide inslagdraden nagenoeg gescheiden van elkaar in de gevergrijper op te nemen en op een afstand van elkaar in de gevergrijper te positioneren terwijl die in een weefvak worden gebracht. Dit betekent dat vanaf de gevergrijper de beide inslagdraden op een afstand van elkaar liggen die voldoende is om te verhinderen dat dê inslagdraden over elkaar liggen. De gevergrijper laat tevens toe beide inslagdraden samen naast elkaar te klemmen in de draadkiem. Dergelijke gevergrijper waarin een nemergrijper bij overname van inslagdraden kan binnen dringen, kan relatief slank worden gehouden. Dit leidt Han naar het voordeel dat zelfs bij het tegelijk inbrengen van twee inslagdraden slechts een relatief klein weefvak noodzakelijk is. De uitvinding laat toe twee inslagdraden tijdens het inbrengen van elkaar gescheiden te houden en parallel met elkaar aan te slaan, dit betekent zonder dat die inslagdraden over of rond elkaar worden gelegd. Bovendien kunnen naar keuze inslagdraden afkomstig van verschillende bobijnen per twee geweven worden en parallel met elkaar ingeweven worden.A gripper according to the invention offers the advantage that, in particular, the height of the weft thread presented is important for determining on which side of the wire separator a weft thread will be located and less the shape or position of the gripper gripper. The two weft threads here extend through the gripper between the wire germ and an associated stop on the side of the gripper located on the path of the thread germ. A weft thread presented above the thread separator will be above the thread separator in the gripper and be guided to one stop, while a weft thread presented below the thread separator will be below the thread separator and guided to the other stop. The wire separator hereby also allows both weft threads to be spaced apart while they are clamped together by a wire germ. This allows both weft threads to be received substantially separately from each other in the gripper and to be positioned at a distance from each other in the gripper while they are being introduced into a weaving pocket. This means that from the gripper the two weft threads are spaced apart by a distance that is sufficient to prevent the weft threads from overlapping each other. The gripper also allows both weft threads to be clamped together next to each other in the wire germ. Such a gripper in which a gripper grab can penetrate upon taking over weft threads can be kept relatively slim. This leads Han to the advantage that even when two weft threads are inserted simultaneously, only a relatively small weaving section is necessary. The invention allows two weft threads to be kept separate from one another during insertion and to be struck in parallel with each other, this means without these weft threads being laid over or around each other. Moreover, optionally weft threads from different bobbins can be woven per two and woven in parallel with each other.

Volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding wordt de draadscheider nagenoeg volgens langsrichting van de gevergrijper ter hoogte van de zijkant van de gevergrijper aangebracht. Hierbij is aan elke kant van de draadscheider een geleiding voorzien die een inslagdraad naar een aanslag geleid. Door de draadscheider kunnen de inslagdraden via een geleiding naar een bijhorende aanslag bewegen waar die geleid worden tijdens het inbrengen van de inslagdraden in het weefvak. Door geleidingen worden twee gleuven gevormd nabij de zijkant van de gevergrijper.According to an embodiment of the invention, the wire separator is arranged substantially in the longitudinal direction of the gripper at the height of the side of the gripper. A guide is provided on each side of the wire separator which guides an weft thread to a stop. The thread separator allows the weft threads to move via a guide to an associated stop where they are guided during the insertion of the weft threads into the weaving section. Two slots are formed by guides near the side of the gripper.

Volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding zijn de twee aanslagen volgens langsrichting van de gevergrijper op een afstand van elkaar aangebracht. Dit laat toe de beide inslagdraden ter hoogte van de gevergrijper gescheiden te houden.According to an embodiment of the invention, the two stops are arranged in the longitudinal direction of the gripper at a distance from each other. This allows the two weft threads to be kept separate at the height of the gripper.

Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm wordt de draadscheider hierbij aan de gevergrijper gelast, gesoldeerd, gelijmd of op een dergelijke wijze aangebracht. Daarmee is het mogelijk voor de draadgeleider een gepast materiaal, bijvoorbeeld staal, te kiezen zonder dat de volledige klemhaak uit dit materiaal moet bestaan.According to a preferred embodiment, the wire separator is hereby welded, soldered, glued or applied in such a way to the gripper. This makes it possible to select a suitable material for the wire guide, for example steel, without the complete clamping hook having to consist of this material.

Een uitvinding betreft ook een werkwijze voor het opnemen van twee inslagdraden met een gevergrijper, waarbij de gevergrijper de ene inslagdraad boven de draadscheider opneemt terwijl de gevergrijper de andere inslagdraad onder de draadscheider opneemt. Hierdoor kunnen beide inslagdraden aan een verschillende kant van de draadscheider naar een aanslag bewogen worden, meer in het bijzonder via een geleiding naar een aanslag bewogen worden.An invention also relates to a method for receiving two weft threads with a gripper, wherein the gripper picks up one weft thread above the wire separator while the gripper picks up the other weft thread below the thread separator. As a result, both weft threads can be moved to a stop on a different side of the wire separator, more particularly moved to a stop via a guide.

Een uitvinding betreft een inrichting voor het presenteren van inslagdraden aan een grijper voor een gri jperweefmachine, meer in het bijzonder aan een gevergrijper voor een grijperweefmachine, waarbij de inrichting meerdere presenteerelementen bevat die tussen een rustpositie en een presentatiepositie beweegbaar zijn en een steuninrichting bevat die tussen de presenteerelementen en een grijper opstelbaar is om een inslagdraad te steunen terwijl de inslagdraad door de grijper wordt opgenomen en werkwijzen hierbij toegepast.An invention relates to a device for presenting weft threads to a gripper for a gripper weaving machine, more particularly to a gripper for a gripper weaving machine, the device comprising a plurality of presentation elements which are movable between a rest position and a presentation position and a support device which is between the presentation elements and a gripper are arranged to support a weft thread while the weft thread is picked up by the gripper and methods are used herein.

Een inrichting van het voornoemde type is bijvoorbeeld gekend uit EP 161014 en is geschikt voor het presenteren van een inslagdraad aan een gevergrijper. Een inrichting van het voornoemde type die geschikt is voor het presenteren van een inslagdraad aan een nemergrijper is bijvoorbeeld gekend uit WO 2005/047584.A device of the aforementioned type is known, for example, from EP 161014 and is suitable for presenting a weft thread to a gripper. A device of the aforementioned type that is suitable for presenting a weft thread to a taker gripper is known, for example, from WO 2005/047584.

Een uitvinding heeft als doel een inrichting van het voornoemde type te verbeteren zodanig dat die beter geschikt wordt om twee inslagdraden tegelijkertijd aan een grijper te presenteren en te weven.It is an object of an invention to improve a device of the aforementioned type such that it becomes more suitable for presenting and weaving two weft threads simultaneously on a gripper.

Deze opgave wordt daardoor opgelost dat de steuninrichting twee steunelementen bevat die door een draadscheider van elkaar gescheiden zijn, waarbij de steunelementen in gebruik zich nagenoeg volgens de bewegingsrichting van de grijper uitstrekken en waarbij elk steunelement toelaat een bijhorende inslagdraad te ondersteunen in een positie dwars op de bewegingsrichting van de grijper die verschillend is van de positie van de andere inslagdraad.This task is solved by the fact that the support device comprises two support elements which are separated from each other by a wire separator, the support elements in use extending substantially in the direction of movement of the gripper and wherein each support element allows supporting an associated weft thread in a position transverse to the direction of movement of the gripper that is different from the position of the other weft thread.

Een inrichting volgens de uitvinding laat toe twee inslagdraden van elkaar gescheiden te houden, terwijl die in een verschillende positie aan een grijper worden gepresenteerd. Elk steunelement laat toe een inslagdraad in een verschillende positie dwars ten opzichte van de bewegingsrichting van de grijper te presenteren, dit betekent onder meer volgens een verschillende hoogtepositie ten opzichte van de zijkant van de grijper. Tevens laat de inrichting volgens de uitvinding toe twee inslagdraden in een verschillende positie aan een grijper te presenteren, zodat elke inslagdraad ter hoogte van een passende geleiding van een grijper kan gepresenteerd worden. De inslagdraden worden door de inrichting gescheiden ter hoogte van de grijper. De draadscheider laat hierbij tevens toe dat inslagdraden die op een verschillend steunelement worden ondersteund zich volgens de lengterichting of bewegingsrichting van de grijper op een afstand van elkaar bevinden. Dit laat toe beide inslagdraden nagenoeg parallel met elkaar en op constante afstand van elkaar in een weefvak te brengen. Dit betekent dat vanaf de steuninrichting de beide inslagdraden op een afstand van elkaar liggen die voldoende is om te verhinderen dat de inslagdraden over elkaar kunnen bewegen. De uitvinding laat toe twee inslagdraden tijdens het inbrengen van elkaar gescheiden te houden en parallel met elkaar aan te slaan, dit betekent zonder dat die inslagdraden over of rond elkaar worden gelegd. Bovendien kunnen naar keuze inslagdraden afkomstig van verschillende bobijnen per twee geweven worden en parallel met elkaar ingeweven worden.A device according to the invention makes it possible to keep two weft threads separate from each other, while these are presented to a gripper in a different position. Each support element makes it possible to present a weft thread in a different position transversely to the direction of movement of the gripper, this means inter alia according to a different height position with respect to the side of the gripper. The device according to the invention also makes it possible to present two weft threads in a different position to a gripper, so that each weft thread can be presented at the level of a suitable guide of a gripper. The weft threads are separated by the device at the height of the gripper. The wire separator hereby also allows weft threads supported on a different support element to be spaced apart according to the length direction or direction of movement of the gripper. This makes it possible to bring both weft threads into a weaving section almost parallel to each other and at a constant distance from each other. This means that from the support device the two weft threads are spaced apart at a distance that is sufficient to prevent the weft threads from moving over each other. The invention allows two weft threads to be kept separate from one another during insertion and to be struck in parallel with each other, this means without these weft threads being laid over or around each other. Moreover, optionally weft threads from different bobbins can be woven per two and woven in parallel with each other.

Volgens een uitvoeringsvorm van de inrichting bevinden de steunelementen zich in gebruik op een verschillende hoogte ten opzichte van de bewegingsrichting van de grijper. Bij voorkeur bevindt het steunelement dat in gebruik nabij het weefvak is opgesteld zich in een hogere positie dan het steunelement dat verwijderd van het weefvak is opgesteld. Dit is voordelig om inslagdraden te scheiden en tijdens het inbrengen in een weefvak van elkaar gescheiden te houden.According to an embodiment of the device, the support elements are in use at a different height with respect to the direction of movement of the gripper. Preferably, the support element disposed in use near the weaving section is in a higher position than the support element disposed away from the weaving section. This is advantageous for separating weft threads and keeping them separated from one another during insertion into a weaving pocket.

Volgens een uitvoeringsvorm van de inrichting bevinden de steunelementen zich in gebruik op een verschillende diepte ten opzichte van de bewegingsrichting van de grijper. Bij voorkeur bevindt het steunelement dat nabij het weefvak is opgesteld zich verder van de aanslaglijn dan het steunelement dat verwijderd van het weefvak is opgesteld. Dit is voordelig om inslagdraden te scheiden en tijdens het inbrengen in een weefvak van elkaar gescheiden te houden.According to an embodiment of the device, the support elements are in use at a different depth relative to the direction of movement of the gripper. Preferably, the support element disposed near the weaving section is further from the stop line than the support element disposed away from the weaving section. This is advantageous for separating weft threads and keeping them separated from one another during insertion into a weaving pocket.

Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm bestaat de grijper uit een gevergrijper. De steuninrichting wordt bij voorkeur gevormd uit een gebogen plaat waarin de steunelementen en de draadscheider zijn aangebracht.According to a preferred embodiment, the gripper consists of a gripper. The support device is preferably formed from a curved plate in which the support elements and the wire separator are arranged.

Een uitvinding betreft ook een werkwijze voor het presenteren van twee inslagdraden aan een grijper voor een grijperweefmachine, meer in het bijzonder aan een gevergrijper voor een grijperweefmachine, waarbij elk steunelement een bijhorende inslagdraad ondersteunt in een positie dwars op de bewegingsrichting van de grijper die verschillend is van de positie van de andere inslagdraad, teneinde de bijhorende inslagdraad in een verschillende positie ten opzichte van de grijper aan de grijper te presenteren. Hierdoor kunnen beide inslagdraden aan een verschillende kant van de draadscheider gepresenteerd worden en gescheiden van elkaar gehouden worden. Hierbij worden de twee inslagdraden in een verschillende positie aan een grijper gepresenteerd, zodat elke inslagdraad ter hoogte van een passende geleiding van een grijper wordt gepresenteerd.An invention also relates to a method for presenting two weft threads to a gripper for a gripper weaving machine, more particularly to a gripper for a gripper weaving machine, wherein each support element supports an associated weft thread in a position transverse to the direction of movement of the gripper that is different of the position of the other weft thread, in order to present the associated weft thread in a different position relative to the gripper on the gripper. This allows both weft threads to be presented on a different side of the wire separator and to be kept separate from each other. Here, the two weft threads are presented to a gripper in a different position, so that each weft thread is presented at the level of a suitable guide of a gripper.

Verdere kenmerken en voordelen van de uitvinding vloeien voort uit de hierna volgende beschrijving van de in de tekeningen weergegeven uitvoeringsvormen.Further features and advantages of the invention result from the following description of the embodiments shown in the drawings.

Figuur 1 toont een perspectief aanzicht van een inrichting volgens de uitvinding voor het presenteren van inslagdraden aan gevergrijper en een gevergrijper volgens de uitvinding,Figure 1 shows a perspective view of a device according to the invention for presenting weft threads to the gripper and a gripper according to the invention,

Figuur 2 toont een achterzicht volgens pijl P2 van de steuninrichting in figuur 1,Figure 2 shows a rear view according to arrow P2 of the support device in Figure 1,

Figuur 3 toont een bovenzicht volgens pijl P3 van de steuninrichting in figuur 1,Figure 3 shows a plan view according to arrow P3 of the support device in Figure 1,

Figuur 4 toont schematisch en vereenvoudigd een achterzicht volgens pijl P2 van de gevergrijper in figuur 1,Figure 4 shows schematically and in simplified form a rear view according to arrow P2 of the grabber in Figure 1,

Figuur 5 toont schematisch, vereenvoudigd en in perspectief een stand terwijl inslagdraden van de gevergrijper door de nemergrijper worden overgenomen,Figure 5 shows a schematic, simplified and perspective view of a position while weft threads are taken over by the gripper gripper by the gripper gripper,

Figuur 6 toont schematisch en vereenvoudigd een vooraanzicht volgens pijl P7 van de nemergrijper in figuur 7,Figure 6 shows a schematic and simplified front view according to arrow P7 of the taker grab in Figure 7,

Figuur 7 toont een bovenaanzicht van een nemergrijper volgens de uitvinding.Figure 7 shows a top view of a taker gripper according to the invention.

De inrichting 1 voor het presenteren van inslagdraden aan een gevergrijper 10 bevat een aantal presenteerelementen 11 tot 16 die tussen een rustpositie en een presentatiepositie beweegbaar zijn. De presenteerelementen 11 en 15 zijn in presentatiepositie weergegeven, terwijl de presenteerelementen 12, 13, 14 en 16 in rustpositie zijn weergegeven. Duidelijkheidshalve zijn slechts twee inslagdraden 2 en 3 weergegeven die bij het uitvoeringsvoorbeeld gepresenteerd zijn door bijhorende presenteerelementen 11 en 15. Verder bevat de inrichting 1 een steuninrichting 4 voor inslagdraden die tussen de presenteerelementen en een gevergrijper 10 is opgesteld. De steuninrichting 4 bevat twee steunelementen 5 en 6 en een draadscheider 7 die de steunelementen 5 en 6 van elkaar scheidt. Zoals zichtbaar strekken de steunelementen 5 en 6 zich in gebruik nagenoeg volgens de bewegingsrichting B van de gevergrijper 10 uit. Het steunelement 5 steunt de inslagdraad 2 in een eerste positie dwars op de bewegingsrichting B van de gevergrijper 10, terwijl het steunelement 6 de inslagdraad 3 steunt in een tweede positie dwars op de bewegingsrichting B. De steuninrichting 4 is vast bevestigd aan een vast opgestelde steunbalk 8, waaraan ook een inslagschaar 9 is bevestigd. De draadscheider 7 verhindert dat de inslagdraad 3 met het steunelement 5 of de inslagdraad 2 met het steunelement 6 kan contact maken.The device 1 for presenting weft threads to a gripper 10 comprises a number of presentation elements 11 to 16 which are movable between a rest position and a presentation position. The presentation elements 11 and 15 are shown in presentation position, while the presentation elements 12, 13, 14 and 16 are shown in rest position. For the sake of clarity, only two weft threads 2 and 3 are shown which, in the exemplary embodiment, are presented by associated presentation elements 11 and 15. Furthermore, the device 1 comprises a support device 4 for weft threads arranged between the presentation elements and a gripper 10. The support device 4 comprises two support elements 5 and 6 and a wire separator 7 which separates the support elements 5 and 6 from each other. As visible, the support elements 5 and 6 in use extend substantially in the direction of movement B of the gripper 10. The support element 5 supports the weft thread 2 in a first position transversely of the direction of movement B of the gripper 10, while the support element 6 supports the weft thread 3 in a second position transversely of the direction of movement B. The support device 4 is fixedly attached to a permanently arranged support beam 8, to which an impact scissors 9 is also attached. The wire separator 7 prevents the weft thread 3 from making contact with the support element 5 or the weft thread 2 with the support element 6.

De steunelementen 5 en 6 bevinden zich zoals weergegeven in figuren 1 en 2 in gebruik volgens hoogterichting H op een verschillende hoogte ten opzichte van de bewegingsrichting B van de gevergrijper, meer in het bijzonder is er een hoogteverschil Hl tussen beide. Het steunelement 5 dat zich nabij het weefvak 17 bevindt is hierbij hoger opgesteld dan het verder van het weefvak 17 verwijderde steunelement 6. De steunelementen 5 en 6 bevinden zich zoals meer verduidelijkt in figuur 3 in gebruik volgens diepterichting D op een verschillende diepte ten opzichte van de bewegingsrichting B van de gevergrijper, meer in het bijzonder is er een diepteverschil Dl tussen het gedeelte van het steunelement 5 nabij de dwarsgeleiding 19 en het gedeelte van het steunelement 6 nabij de draadscheider 7. Het steunelement 5 dat nabij het weefvak 17 is opgesteld bevindt zich volgens diepterichting D meer weg van de aanslaglijn 20 dan het steunelement 6 dat verwijderd van het weefvak 17 is opgesteld. De steuninrichting 4 bestaat uit een gebogen plaat 18 waarin de steunelementen 5 en 6, de draadscheider 7 en de dwarsgeleiding 19 zijn aangebracht. De plaat 18 is gebogen ter hoogte van de draadscheider 7 en van de dwarsgeleiding 19. Ter hoogte van de dwarsgeleiding 19 en van de draadscheider 7 kunnen sleetvaste elementen aangebracht worden om de sleet van de steuninrichting 4 te beperken.The support elements 5 and 6, as shown in Figures 1 and 2, are in use according to height direction H at a different height with respect to the direction of movement B of the gripper, more particularly there is a difference in height H1 between the two. The supporting element 5, which is located near the weaving section 17, is here positioned higher than the supporting element 6 further removed from the weaving section 17. The supporting elements 5 and 6 are, as explained more clearly in Figure 3, in use according to depth direction D at a different depth relative to the direction of movement B of the gripper, more particularly there is a depth difference D1 between the part of the support element 5 near the transverse guide 19 and the part of the support element 6 near the wire separator 7. The support element 5 arranged near the weaving section 17 according to depth direction D, it moves more away from the stop line 20 than the support element 6 which is arranged away from the weaving section 17. The supporting device 4 consists of a curved plate 18 in which the supporting elements 5 and 6, the wire separator 7 and the transverse guide 19 are arranged. The plate 18 is bent at the level of the wire separator 7 and of the cross guide 19. At the level of the cross guide 19 and of the wire separator 7 wear-resistant elements can be provided to limit the wear of the support device 4.

Zoals verduidelijkt in figuren 1, 4 en 5 bevat de gevergrijper 10 een grijperbehuizing 21 die meerdere geleidingen voor inslagdraden bevat. Een aantal geleidingen zoals geleidingen 22 en 23 geleiden inslagdraden naar een draadkiem 24, terwijl andere geleidingen 25 en 26 inslagdraden geleiden naar een aanslag 27 of 28. Volgens de uitvinding bevat de gevergrijper 10 tevens een draadscheider 29 die voorzien is van twee geleidingen 30 en 31 om inslagdraden naar een aanslag 27 of 28 te geleiden. De geleidingen 30 en 31 zijn elk aan een verschillende kant van de draadscheider 29 aangebracht. De draadscheider 29 is nabij een zijkant 32 van de gevergrijper 10 aangebracht die weg van de draadkiem 24 is gelegen. De draadscheider 29 is hierbij nabij de zijkant 32 van de gevergrijper 10 gelegen die tijdens het opnemen van inslagdraden nabij de steuninrichting 4 is gelegen.As clarified in figures 1, 4 and 5, the gripper 10 comprises a gripper housing 21 which comprises a plurality of guides for weft threads. A number of guides such as guides 22 and 23 guide weft threads to a wire germ 24, while other guides 25 and 26 guide weft threads to a stopper 27 or 28. According to the invention, the gripper 10 also comprises a wire separator 29 provided with two guides 30 and 31 to guide weft threads to a stop 27 or 28. The guides 30 and 31 are each arranged on a different side of the wire separator 29. The wire separator 29 is arranged near a side 32 of the gripper 10 which is located away from the wire germ 24. The wire separator 29 is then located near the side 32 of the gripper 10, which is located near the support device 4 during the incorporation of weft threads.

Volgens de uitvinding worden vooreerst twee inslagdraden 2 en 3 aan de gevergrijper 10 gepresenteerd, die elk door een bijhorend steunelement 5 of 6 in een bepaalde positie dwars op de bewegingsrichting B van de gevergrijper 10 zijn ondersteund. Daar de positie van beide inslagdraden 2 en 3 door het hoogteverschil Hl verschillend is, zullen de inslagdraden 2 en 3 zich in een verschillende positie ten opzichte van de gevergrijper 10 bevinden terwijl die aan de gevergrijper 10 worden gepresenteerd bij het naar het weefvak 17 toe bewegen van de gevergrijper 10. Door de vorm en de afmetingen van de steuninrichting 4 en de gevergrijper 10 en door hun onderlinge opstelling, zal de hoogst gelegen inslagdraad 2 tussen de geleidingen 25 en 30 naar de aanslag 27 geleid worden, terwijl de laagst gelegen inslagdraad 3 tussen de geleidingen 26 en 31 naar de aanslag 28 zal geleid worden. Dit betekent dat afhankelijk van de positie van de aan een gevergrijper 10 gepresenteerde inslagdraad 2 of 3, deze inslagdraad 2 of 3 door de draadscheider 29 naar een bepaalde aanslag 27 of 28 zal geleid worden. Dit laat toe twee inslagdraden 2 en 3 die op een verschillende hoogte aan de gevergrijper 10 worden gepresenteerd van elkaar te scheiden terwijl die door de gevergrijper 10 naar een bijhorende aanslag 27 of 28 worden geleid. In figuur 4 worden de inslagdraden 2, 3 schematisch als punt weergegeven, meer in het bijzonder wordt het snijpunt van de inslagdraden met een vlak ter hoogte van de zijkant 32 weergegeven.According to the invention, first two weft threads 2 and 3 are presented to the gripper 10, each of which is supported by a corresponding supporting element 5 or 6 in a certain position transversely to the direction of movement B of the gripper 10. Since the position of both weft threads 2 and 3 is different due to the height difference H1, the weft threads 2 and 3 will be in a different position with respect to the gripper 10 while they are presented to the gripper 10 when moving toward the weaving section 17. of the gripper 10. Due to the shape and dimensions of the support device 4 and the gripper 10 and due to their mutual arrangement, the highest-lying weft thread 2 between the guides 25 and 30 will be guided to the stop 27, while the lowest-lying weft thread 3 between the guides 26 and 31 to the stop 28 will be guided. This means that depending on the position of the weft thread 2 or 3 presented to a gripper 10, this weft thread 2 or 3 will be guided through the wire separator 29 to a specific stop 27 or 28. This makes it possible to separate two weft threads 2 and 3 which are presented to the gripper 10 at a different height while they are guided through the gripper 10 to a corresponding stop 27 or 28. Figure 4 shows the weft threads 2, 3 schematically as a point, more particularly the intersection point of the weft threads is shown with a surface at the height of the side 32.

Zoals verduidelijkt in figuren 4 en 5 is de draadscheider 29 nagenoeg volgens langsrichting van de gevergrijper 10 ter hoogte van de zijkant 32 van de gevergrijper 10 aangebracht. Dit betekent dat de draadscheider 29 een component vertoont die zich uitstrekt volgens de langsrichting van de gevergrijper 10. Hierbij vormen de geleidingen 25 en 30 een gleuf 33 en de geleidingen 26 en 31 een gleuf 34 ter hoogte van de zijkant 32 van de gevergrijper 10. De gleuf 33 eindigt hierbij op een aanslag 27 en de gleuf 34 op een aanslag 28, waarbij de aanslagen 27 en 28 volgens langsrichting van de gevergrijper 10 op een afstand Ά1 van elkaar zijn aangebracht. Het voorzien van de draadscheider 29 nabij de zijkant 32 en zodoende nabij de steuninrichting 4 biedt het voordeel dat de inslagdraden 2, 3 door de steuninrichting 4 nauwkeurig ten opzichte van de gevergrijper 10 gepresenteerd worden, dit betekent onder meer dat hun hoogtepositie ten opzichte van de zijkant 32 van de gevergrijper 10 nauwkeurig bepaald is.As clarified in figures 4 and 5, the wire separator 29 is arranged substantially in the longitudinal direction of the gripper 10 at the height of the side 32 of the gripper 10. This means that the wire separator 29 has a component which extends in the longitudinal direction of the gripper 10. The guides 25 and 30 form a slot 33 and the guides 26 and 31 a slot 34 at the side 32 of the gripper 10. The slot 33 here ends on a stop 27 and the slot 34 on a stop 28, wherein the stops 27 and 28 are arranged at a distance Ά1 from each other in the longitudinal direction of the gripper gripper 10. Providing the wire separator 29 near the side 32 and thus near the support device 4 offers the advantage that the weft threads 2, 3 are accurately presented by the support device 4 relative to the gripper 10, this means inter alia that their height position relative to the side 32 of the gripper 10 is accurately determined.

Hierbij kunnen twee inslagdraden 2 en 3 met een gevergrijper 10 opgenomen worden zodat de ene inslagdraad 2 boven de draadscheider 29 komt te liggen en de andere inslagdraad 3 onder de draadscheider 29 komt te liggen, zodat beide inslagdraden 2 en 3 elk aan een verschillende kant van de draadscheider 29 en naar een verschillende aanslag 27 of 28 worden geleid. De draadscheider 29 kan op verschillende wijzen aan de gevergrijper 10 aangebracht worden, bijvoorbeeld gelast, gesoldeerd, gelijmd of op nog een andere dergelijke wijze.Two weft threads 2 and 3 with a gripper 10 can hereby be received so that one weft thread 2 comes to lie above the wire separator 29 and the other weft thread 3 comes to lie below the thread separator 29, so that both weft threads 2 and 3 are each on a different side of the wire separator 29 and to a different stop 27 or 28. The wire separator 29 can be applied to the gripper 10 in various ways, for example welded, soldered, glued or in yet another such manner.

Daar de inslagdraden 2 en 3 elk aan een verschillende kant van de draadscheider 29 worden geleid en respectievelijk langsheen de dwarsgeleiding 19 en de draadscheider 7 worden geleid, blijven de inslagdraden 2, 3 tijdens het verder bewegen van de gevergrijper 10 doorheen het weefvak 17 van elkaar gescheiden, nagenoeg parallel met elkaar en kunnen elkaar niet raken.Since the weft threads 2 and 3 are each guided on a different side of the thread separator 29 and are guided along the cross guide 19 and the thread separator 7 respectively, the weft threads 2, 3 remain spaced apart during the further movement of the gripper 10 through the weaving section 17 separated, almost parallel to each other and cannot touch each other.

De in figuren 6 en 7 weergegeven nemer grijper 40 bevat een klemhaak 35 waaraan een inlegstuk 36 is aangebracht dat een klemvlak 37 van de klemhaak 35 vormt. Volgens een variante kan de klemhaak eveneens rechtstreeks, dit is zonder inlegstuk aan de klemhaak voorzien worden. Tevens bevat de nemergrijper 40 een klemelement 38 dat van een klemvlak 39 is voorzien. Het klemelement 38 kan heen en weer ten opzichte van de grijperbehuizing 41 door middel van een aandrijfhefboom 42 nagenoeg in langsrichting van de nemergrijper 40 heen en weer bewogen worden. Hierbij drukt een veer 43 het klemelement 38 naar de klemhaak 35 toe zodat de klemvlakken 37 en 39 naar elkaar gedrukt worden om toe te laten een inslagdraad tussen het klemvlak 37 en het klemvlak 39 te klemmen. Volgens de uitvinding is nabij het voorste einde 44 van de nemergrijper 40 een draadscheider 45 aangebracht die toelaat twee inslagdraden 2 en 3 van elkaar te scheiden terwijl die tussen de klemvlakken 37 en 39 geklemd worden. De draadscheider 45 is nagenoeg in het midden tussen de haakopening 46 van de klemhaak 35 aangebracht. De draadscheider 45 is nabij het voorste einde 44 van de nemergrijper 40 bevestigd.The gripper 40 shown in figures 6 and 7 comprises a clamping hook 35 on which an insert 36 is formed which forms a clamping surface 37 of the clamping hook 35. According to a variant, the clamping hook can also be provided directly, this is provided on the clamping hook without an insert. The gripper gripper 40 also comprises a clamping element 38 which is provided with a clamping surface 39. The clamping element 38 can be moved back and forth with respect to the gripper housing 41 by means of a drive lever 42 substantially in the longitudinal direction of the gripper gripper 40. A spring 43 herein presses the clamping element 38 towards the clamping hook 35 so that the clamping surfaces 37 and 39 are pressed towards each other to allow a weft thread to be clamped between the clamping surface 37 and the clamping surface 39. According to the invention, a wire separator 45 is provided near the front end 44 of the gripper gripper 40, which allows two weft threads 2 and 3 to be separated from one another while they are clamped between the clamping surfaces 37 and 39. The wire separator 45 is arranged substantially midway between the hook opening 46 of the clamping hook 35. The wire separator 45 is mounted near the front end 44 of the gripper gripper 40.

Hierbij wordt de draadscheider 45 nabij de bovenkant 47 van het voorste einde 45 van nemergrijper 40 bevestigd. De draadscheider 45 is iets naar onder gericht, meer in het bijzonder is het weg van het voorste einde 44 gelegen uiteinde 48 van de draadscheider 45 naar onder gericht. De draadscheider 45 kan aan de nemergrijper 10 gelast worden. Volgens een variante kan die aan de nemergrijper 40 gesoldeerd of gelijmd worden. Uiteraard zijn ook nog andere wijzen van bevestigen mogelijk.The wire separator 45 is hereby attached near the top 47 of the front end 45 of gripper gripper 40. The wire separator 45 is directed slightly downwards, more particularly the end 48 of the wire separator 45 located away from the front end 44 is directed downwards. The wire separator 45 can be welded to the gripper gripper 10. According to a variant, it can be soldered or glued to the gripper gripper 40. Of course, other means of confirmation are also possible.

Teneinde het scheiden van de inslagdraden te bevorderen eindigt het uiteinde 48 van de draadscheider 45 volgens de langsrichting L van de nemergrijper 40, dit is ook de bewegingsrichting van de nemergrijper 40, op een grotere afstand van het voorste einde 44 van de nemergrijper 40 dan het uiteinde 49 van de klemhaak 35, meer in het bijzonder het uiteinde 49 van het inlegstuk 36 van de klemhaak 35. Hierbij zijn de uiteinden 48 en 49 volgens de langsrichting op een afstand Ll van elkaar aangebracht. Tevens kan het uiteinde 48 van de draadscheider 45 iets meer naar de zijkant 50 van de nemergrijper 40 toe zijn gelegen dan het uiteinde 49 van de klemhaak 35, meer in het bijzonder eindigen het uiteinde 48 en het uiteinde 49 op een afstand D2 van elkaar in een richting loodrecht op de bewegingsrichting of langsrichting L van de nemergrijper 40. Hierbij is de zijkant 50 in gebruik nagenoeg in het verlengde van de zijkant 32 van de gevergrijper 10 gelegen of volgens dwarsrichting gericht,naar het steunelement 4.In order to promote the separation of the weft threads, the end 48 of the thread separator 45 ends in the longitudinal direction L of the gripper gripper 40, this is also the direction of movement of the gripper gripper 40, at a greater distance from the front end 44 of the gripper gripper 40 than the end 49 of the clamping hook 35, more in particular the end 49 of the insert 36 of the clamping hook 35. Here, the ends 48 and 49 are arranged at a distance L1 from one another in the longitudinal direction. The end 48 of the wire separator 45 may also be situated slightly more towards the side 50 of the gripper gripper 40 than the end 49 of the clamping hook 35, more particularly the end 48 and the end 49 end up at a distance D 2 from each other. a direction perpendicular to the direction of movement or longitudinal direction L of the gripper gripper 40. In use, the side edge 50 is located substantially in line with the side edge 32 of the gripper gripper 10 or directed transversely to the support element 4.

De twee inslagdraden 2, 3 worden hierbij overgegeven van de gevergrijper 10 aan een nemergrijper 40 door de gevergrijper 10 en de nemergrijper 40 tijdens de overgave in een onderlinge positie bewegen zoals weergegeven in figuur 5. Hierbij wordt tijdens het naar elkaar toe bewegen van de gevergrijper 10 en de nemergri jper 40 de ene inslagdraad 2 voorbij de draadscheider 45 bewogen terwijl de andere inslagdraad 3 niet voorbij de draadscheider 45 wordt bewogen. Dit betekent dat de inslagdraad 2 zowel voorbij het uiteinde 48 als het uiteinde 49 wordt bewogen, terwijl de inslagdraad 49 enkel voorbij het uiteinde 49 wordt bewogen. In de uiterste onderlinge positie van de gevergrijper 10 en de nemergrijper 40 bevinden de inslagdraden 2, 3 zich ongeveer zoals schematisch weergegeven in figuur 6. Tijdens het terug uit elkaar bewegen van de gevergrijper 10 en de nemergrijper 40 komt de inslagdraad 3 tussen het klemvlak 37 en de draadscheider 45 terecht, terwijl de inslagdraad 2 tussen de draadscheider 45 en het klemelement 38 terecht komt. Hierbij bevinden zich dan de opgenomen inslagdraden 2 en 3 elk aan een andere kant van de draadscheider 45 en worden door de draadscheider 45 gescheiden. Na het opnemen van de inslagdraden beweegt de nemergrijper 40 naar rechts weg van de gevergrijper 10 en weg van de steuninrichting 4 en strekken de inslagdraden 2, 3 zich uit zoals weergegeven in figuur 7 van de nemergrijper 40 naar de steuninrichting 4.The two weft threads 2, 3 are hereby transferred from the gripper 10 to a gripper gripper 40 by the gripper gripper 10 and the gripper gripper 40 during the transfer into a mutual position as shown in figure 5. Hereby during the movement of the gripper gripper 10 and the gripper 40 the one weft thread 2 moved past the wire separator 45 while the other weft thread 3 is not moved past the wire separator 45. This means that the weft thread 2 is moved both past the end 48 and the end 49, while the weft thread 49 is moved only beyond the end 49. In the extreme mutual position of the gripper 10 and the gripper gripper 40, the weft threads 2, 3 are approximately as shown diagrammatically in Fig. 6. During the moving apart of the gripper 10 and the gripper gripper 40, the weft thread 3 comes between the clamping surface 37 and the wire separator 45, while the weft thread 2 ends up between the wire separator 45 and the clamping element 38. The weft threads 2 and 3 included are then each on a different side of the thread separator 45 and are separated by the thread separator 45. After receiving the weft threads, the gripper gripper 40 moves to the right away from the gripper 10 and away from the support device 4 and the weft threads 2, 3 extend as shown in Figure 7 from the gripper gripper 40 to the support device 4.

Hierbij bevinden de nemergrijper 40 en de inslagdraden 2 en 3 zich tijdens de overgave in een positie zodat de ene inslagdraad 2 voorbij de draadscheider 45 wordt bewogen, terwijl de andere inslagdraad 3 niet voorbij de draadscheider 45 wordt bewogen. Volgens een andere mogelijkheid van de voornoemde uitvoeringsvorm worden de afstanden D2 en Ll zoals aangeduid in figuur 7 zodanig gekozen dat de inslagdraden 2 en 3 onafhankelijk van de onderlinge positie volgens de langsrichting L van de gevergrijper 10 eh de nemergrijper 40 bij de overgave, door de ligging van de inslagdraden 2, 3 ter hoogte van de gevergrijper 10 telkens aan een gepaste kant van de draadscheider 45 worden geleid. Het in een onderlinge positie brengen van de gevergrijper 10 en de nemergrijper 40 waarbij de inslagdraden 2 en 3 zich volgens langsrichting L bevinden zoals in figuur 6 weergegeven, biedt als voordeel dat de beide inslagdraden 2 en 3 gepast kunnen overgegeven worden zelfs indien hun gescheiden ligging nagenoeg volgens eenzelfde langsvlak in de gevergrijper 10 is.Hereby, the gripper gripper 40 and the weft threads 2 and 3 are in a position during the transfer so that one weft thread 2 is moved past the wire separator 45, while the other weft thread 3 is not moved past the thread separator 45. According to another possibility of the aforementioned embodiment, the distances D2 and L1 as indicated in Fig. 7 are chosen such that the weft threads 2 and 3 are independent of the relative position along the longitudinal direction L of the gripper 10 and the gripper gripper 40 during the transfer, by the position of the weft threads 2, 3 at the height of the gripper 10 are guided on a suitable side of the wire separator 45. Bringing the gripper 10 and the gripper gripper 40 into mutual position, with the weft threads 2 and 3 being arranged in the longitudinal direction L as shown in Figure 6, offers the advantage that the two weft threads 2 and 3 can be appropriately transferred even if their separate location is substantially along the same longitudinal plane in the gripper 10.

Het is duidelijk dat begrippen zoals boven, onder, hoogte, diepte, links, rechts en dergelijk niet absoluut bedoeld zijn, maar eerder bedoeld zijn om de weergegeven uitvoeringsvormen meer te verduidelijken. Het is duidelijk dat de ganse inrichting in een andere relatieve positie kan gebracht worden. De bewegingsrichting van de gevergrijper 10 en van de nemergrijper 40 valt bij de weergegeven uitvoeringsvormen eveneens samen met de langsrichting van de gevergrijper 10 en van de nemergrijper 40.It is clear that concepts such as above, below, height, depth, left, right and the like are not absolutely intended, but rather intended to clarify the embodiments shown. It is clear that the entire device can be brought into a different relative position. In the embodiments shown, the direction of movement of the gripper 10 and of the gripper gripper 40 also coincides with the longitudinal direction of the gripper 10 and of the gripper gripper 40.

Door het feit dat tijdens het inbrengen van de twee inslagdraden 2, 3 gescheiden van elkaar worden gehouden, is het mogelijk de inslagdraden 2, 3 onderling in positie te houden, hetgeen toelaat tijdens het samen aanslaan van beide inslagdraden 2, 3 deze inslagdraden parallel met elkaar aan te slaan en in te weven. Belangrijk volgens de uitvinding is dat de inslagdraden 2, 3 niet alleen ter hoogte van de inrichting 1 voor het presenteren en ter hoogte van de gevergrijper 10 gescheiden gehouden worden, maar tevens ter hoogte van de nemergrijper 40 gescheiden en V.Due to the fact that during the insertion of the two weft threads 2, 3 are kept separate from each other, it is possible to keep the weft threads 2, 3 mutually in position, which allows these weft threads to be parallel to strike each other and weave. What is important according to the invention is that the weft threads 2, 3 are not only kept separate at the level of the device 1 for presenting and at the level of the gripper 10, but also separated at the level of the gripper gripper 40 and V.

nagenoeg parallel gehouden worden. Het gescheiden houden ter hoogte van de nemergrijper 40 is vooral van belang voor het aanslaan van beide inslagdraden 2, 3 en meer in het bijzonder voor het parallel inweven van beide inslagdraden 2, 3. Met parallel inweven wordt bedoeld dat de beide inslagdraden 2, 3 in het weefsel eveneens parallel met elkaar blijven en niet over elkaar draaien.practically parallel. Keeping separate at the gripper gripper 40 is of particular importance for striking both weft threads 2, 3 and more particularly for the parallel weaving of both weft threads 2, 3. By parallel weaving is meant that the two weft threads 2, 3 in the fabric also remain parallel to each other and do not twist over each other.

Het is duidelijk dat eveneens twee andere inslagdraden op een gelijkaardige wijze samen in het weefvak kunnen gebracht worden, waarbij bijvoorbeeld de ene inslagdraad door één van de presenteerelementen 11, 12 of 13 wordt gepresenteerd en de andere .inslagdraad door één van de presenteerelementen 14, 15 of 16 wordt gepresenteerd. Hierbij kunnen telkens twee inslagdraden naar keuze via een gekozen presenteerelement in het weefvak gebracht worden. Hierdoor is de uitvinding niet beperkt tot het inbrengen van één van de twee inslagdraden vanaf een bepaalde draadvoorraad, zoals dit bijvoorbeeld het geval is bij EP 633336.It is clear that also two other weft threads can be brought together in a similar manner in the weaving compartment, wherein for example one weft thread is presented by one of the presentation elements 11, 12 or 13 and the other weft thread is presented by one of the presentation elements 14, 15. or 16 is presented. In this case, two weft threads can optionally be introduced into the weaving section via a selected presentation element. As a result, the invention is not limited to the introduction of one of the two weft threads from a specific thread stock, as is the case, for example, with EP 633336.

Niettegenstaande bij de weergegeven uitvoeringsvormen telkens twee inslagdraden worden ingebracht, is het uiteraard ook mogelijk met een inrichting, een gevergrijper en een nemergrijper volgens de uitvinding slechts één enkele inslagdraad in te brengen. Uiteraard is het niet uitgesloten bijvoorbeeld drie of meer inslagdraden met een inrichting, een gevergrijper en een nemergrijper volgens de uitvinding samen in te brengen. In dit geval kunnen twee groepen inslagdraden gescheiden van elkaar ingebracht en parallel aan elkaar ingeweven worden.Although two weft threads are introduced in each case in the embodiments shown, it is of course also possible to introduce only a single weft thread with a device, a gripper and a gripper gripper according to the invention. Of course, it is not excluded, for example, to introduce three or more weft threads together with a device, a gripper and a gripper gripper according to the invention. In this case, two groups of weft threads can be inserted separately from each other and woven in parallel to each other.

Het is eveneens duidelijk dat de uitvinding niet beperkt is tot het gebruik van zes presenteerelementen 11 tot 16, maar dat eender welk aantal presenteerelementen kan aangewend worden, bijvoorbeeld vier, acht of twaalf presenteerelementen. Indien slechts met twee inslagdraden wordt geweven, kunnen de presenteerelementen vervangen worden door een vast opgesteld draadoog. Eveneens kan een groep presenteerelementen 11, 12 en 13 aangewend worden, terwijl de andere groep presenteerelementen 14, 15 en 16 vervangen kan worden door een vast opgesteld draadoog. Andere combinaties van presenteerelementen en draadogen zijn uiteraard ook mogelijk.It is also clear that the invention is not limited to the use of six presentation elements 11 to 16, but that any number of presentation elements can be used, for example four, eight or twelve presentation elements. If only two weft threads are used for weaving, the presentation elements can be replaced by a fixedly arranged threaded eye. A group of presentation elements 11, 12 and 13 can also be used, while the other group of presentation elements 14, 15 and 16 can be replaced by a fixedly arranged wire eye. Other combinations of presentation elements and wire eyelets are of course also possible.

De gevergrijper 10 en de nemergrijper 40 kunnen op gekende wijze aan het voorste uiteinde van een grijperband of grijperstang aangebracht worden, waarmee die in en uit een weefvak 17 kunnen bewogen worden. De grijperbehuizingen 21, 41 kunnen bestaan uit metaal, bijvoorbeeld licht metaal.The gripper 10 and the gripper gripper 40 can be arranged in known manner at the front end of a gripper belt or gripper bar with which they can be moved into and out of a weaving pocket 17. The gripper housings 21, 41 may consist of metal, for example light metal.

Niettegenstaande in de weergegeven uitvoeringsvormen twee inslagdraden 2 en 3 door middel van een gevergrijper 10 en een nemergrijper 40 worden ingebracht, is het volgens een variante eveneens mogelijk een inslagdraad met enkel een gevergrijper of met enkel een nemergrijper over de volledige weefbreedte in te brengen. Indien het inbrengen van inslagdraden met enkel een gevergrijper gebeurt, dan neemt de gevergrijper een inslagdraad op zoals weergegeven in figuur 1 en brengt die naar de overzijde van het weefvak. Aan de overzijde van het weefvak kan hierbij een vast opgestelde klemhaak aangebracht worden die gelijkaardig is uitgevoerd als het voorste einde van de nemergri jper. Indien het inbrengen van inslagdraden enkel met een nemergrijper gebeurt, dan neemt de nemergrijper een gepresenteerde inslagdraad op, die gepresenteerd werd zoals in figuur 1 en brengt die naar de overzijde van het weefvak. In dit geval kan de nemergrijper 40 in een positie ten opzichte van de inslagdraden 2, 3 ter hoogte van de steuninrichting 4 gebracht worden die gelijkaardig is als weergegeven in figuur 6. Grijperweefmachines die gebruik maken van een gevergrijper en een nemergrijper zijn het ' meest verspreid.Notwithstanding in the embodiments shown two weft threads 2 and 3 are introduced by means of a gripper 10 and a gripper gripper 40, it is also possible, according to a variant, to insert a weft thread with only a gripper or with only a gripper gripper over the entire weaving width. If the insertion of weft threads is done with only a gripper, the gripper picks up a weft thread as shown in Figure 1 and brings it to the opposite side of the weaving section. A fixedly arranged clamping hook can be arranged on the opposite side of the weaving section, which hook is similar to the front end of the gripper. If the insertion of weft threads only takes place with a taker gripper, the taker gripper picks up a presented weft thread, which is presented as in figure 1 and brings it to the other side of the weaving pocket. In this case, the gripper gripper 40 can be brought into a position relative to the weft threads 2, 3 at the level of the support device 4 which is similar to that shown in Fig. 6. Gripper weaving machines using a gripper gripper and a gripper gripper are the most dispersed .

De weergegeven uitvoeringsvoorbeelden dienen enkel ter verduidelijking van de uitvinding. Varianten zijn zonder meer mogelijk, in het bijzonder met betrekking tot de vorm van de geleidingen en de posities van de inslagdraden. Tevens zijn combinaties van de weergegeven uitvoeringsvormen mogelijk die onder de beschermingsomvang van de conclusies vallen. Bij dergelijke varianten en combinaties van de weergegeven uitvoeringsvormen worden tevens de inslagdraden 2 en 3 zodanig geleid dat die van elkaar gescheiden blijven en het mogelijk maken beide inslagdraden 2, 3 samen parallel of evenwijdig aan elkaar aan te slaan en in te weven. De combinatie van het aanwenden van een draadscheider 7, een draadscheider 29 en een draadscheider 45 laat toe de inslagdraden 2 en 3 gedurende hun samen inbrengen continu gescheiden van elkaar te houden en na hun inbrengen parallel aan elkaar aan te slaan, zodat een weefsel met parallelle inslagdraden wordt bekomen, waarbij inslagdraden 2 en 3 samen ingebracht werden.The exemplary embodiments shown serve only to clarify the invention. Variants are readily possible, in particular with regard to the shape of the guides and the positions of the weft threads. Combinations of the embodiments shown are also possible which fall under the scope of protection of the claims. With such variants and combinations of the embodiments shown, the weft threads 2 and 3 are also guided such that they remain separate from each other and make it possible to strike and weave both weft threads 2, 3 together parallel or parallel to each other. The combination of using a thread separator 7, a thread separator 29 and a thread separator 45 allows the weft threads 2 and 3 to be kept continuously separate from each other during their insertion and to strike parallel to each other after their insertion, so that a fabric with parallel weft threads are obtained, with weft threads 2 and 3 being introduced together.

Claims (23)

1. Nemergrijper voor een grijperweefmachine die een van een klemvlak (37) voorziene klemhaak (35) en een van een klemvlak (39) voorzien klemelement (38) bevat om een inslagdraad (2, 3) tussen het klemvlak (37) van de klemhaak (35) en het klemvlak (39) van het klemelement (38) te klemmen, daardoor gekenmerkt dat ter hoogte van het voorste einde (44) van de nemergrijper (40) een draadscheider (45) is aangebracht die toelaat twee inslagdraden (2, 3) van elkaar te scheiden terwijl die geklemd worden.A gripper gripper for a gripper weaving machine comprising a clamping hook (35) provided with a clamping surface (37) and a clamping element (38) provided with a clamping surface (39) about a weft thread (2, 3) between the clamping surface (37) of the clamping hook (35) and clamping the clamping surface (39) of the clamping element (38), characterized in that a wire separator (45) is provided at the height of the front end (44) of the gripper gripper (40) which allows two weft threads (2, 3) separate from each other while they are being clamped. 2. Nemergrijper volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat de draadscheider (45) nagenoeg in het midden tussen de haakopening (46) van de klemhaak (35) is aangebracht.The gripper gripper according to claim 1, characterized in that the wire separator (45) is arranged substantially centrally between the hook opening (46) of the clamping hook (35). 3. Nemergrijper volgens conclusie 1 of 2, daardoor gekenmerkt dat de draadscheider (45) nabij het voorste einde (44) van de nemergrijper (40) is bevestigd.The gripper gripper according to claim 1 or 2, characterized in that the wire separator (45) is mounted near the front end (44) of the gripper gripper (40). 4. Nemergrijper volgens één van de conclusies 1 of 3, daardoor gekenmerkt dat de draadscheider (45) nabij de bovenkant (47) van het voorste einde (44) van nemergrijper (40) is bevestigd.The gripper gripper according to one of claims 1 or 3, characterized in that the wire separator (45) is mounted near the top (47) of the front end (44) of gripper gripper (40). 5. Nemergrijper volgens één van de conclusies 1 of 4, daardoor gekenmerkt dat draadscheider (45) iets naar onder is gericht.The gripper gripper according to one of claims 1 or 4, characterized in that the wire separator (45) is directed slightly downwards. 6. Nemergrijper volgens één van de conclusies 1 of 5, daardoor gekenmerkt dat de draadscheider (45) aan de nemergrijper (40) is gelast, is gesoldeerd, is gelijmd of op nog een andere dergelijke wijze is aangebracht.The gripper gripper according to one of claims 1 or 5, characterized in that the wire separator (45) is welded to the gripper gripper (40), soldered, glued or arranged in another such manner. 7. Nemergrijper volgens één van de conclusies 1 of 6, daardoor gekenmerkt dat het uiteinde (48) van de draadscheider (45) volgens de langsrichting van de nemergrijper (40) op een grotere afstand van het voorste einde (44) van de nemergrijper (40) eindigt dan het uiteinde (49) van de klemhaak (35).The gripper gripper according to one of claims 1 or 6, characterized in that the end (48) of the wire separator (45) is positioned along the longitudinal direction of the gripper gripper (40) at a greater distance from the front end (44) of the gripper gripper ( 40) then ends the end (49) of the clamping hook (35). 8. Werkwijze voor het overgeven van twee inslagdraden aan een nemergrijper (40) , meer in het bijzonder het overgeven van twee inslagdraden van een gevergrijper (10) aan een nemergrijper (40), daardoor gekenmerkt dat nemergrijper (40) en de inslagdraden (2, 3) tijdens de overgave zich in een positie bevinden zodat de ene inslagdraad (2) voorbij de draadscheider (45) wordt bewogen terwijl de andere inslagdraad (3) niet voorbij de draadscheider (45) wordt bewogen.Method for transferring two weft threads to a gripper gripper (40), more in particular transferring two weft threads from a gripper (10) to a gripper gripper (40), characterized in that gripper gripper (40) and the weft threads (2 3) are in a position during the transfer so that one weft thread (2) is moved past the thread separator (45) while the other weft thread (3) is not moved past the thread separator (45). 9. Gevergrijper voor een grijperweefmachine die een grijperbehuizing (21) bevat die geleidingen voor inslagdraden bevat, waarbij de geleidingen inslagdraden (2, 3) naar een aanslag (27, 28) en/of naar een draadkiem (24) geleiden, daardoor gekenmerkt dat nabij een zijkant (32) van de gevergrijper (10) die weg van de draadkiem (24) is gelegen een draadscheider (29) is aangebracht die toelaat twee inslagdraden (2, 3) die op een verschillende hoogte aan de gevergrijper (10) worden gepresenteerd van elkaar te scheiden terwijl die door de gevergrijper (10) naar een aanslag (27, 28) worden geleid.The gripper for a gripper weaving machine comprising a gripper housing (21) containing guides for weft threads, the guides guiding weft threads (2, 3) to a stop (27, 28) and / or to a wire germ (24), characterized in that a wire separator (29) is provided near a side (32) of the gripper (10) that is located away from the wire germ (24), which allows two weft threads (2, 3) to be attached to the gripper (10) at a different height presented separately from one another while being guided by the gripper (10) to a stop (27, 28). 10. Gevergrijper volgens conclusie 9, daardoor gekenmerkt dat de draadscheider (29) nagenoeg volgens langsrichting van de gevergrijper (10) ter hoogte van de zijkant (32) van de gevergrijper (10) is aangebracht.The gripper according to claim 9, characterized in that the wire separator (29) is arranged substantially in the longitudinal direction of the gripper (10) at the height of the side (32) of the gripper (10). 11. Gevergrijper volgens conclusie 9 of 10, daardoor gekenmerkt dat aan elke kant van de draadscheider (29) een geleiding (30, 31) is voorzien die een inslagdraad (2, 3) naar een aanslag (27, 28) geleid.The gripper according to claim 9 or 10, characterized in that a guide (30, 31) is provided on each side of the wire separator (29) which guides an weft thread (2, 3) to a stop (27, 28). 12. Gevergrijper volgens conclusie 11, daardoor gekenmerkt dat door geleidingen (25, 30; 26, 31) twee gleuven (33, 34) gevormd worden nabij de zijkant (32) van de gevergrijper (10).The gripper according to claim 11, characterized in that two slots (33, 34) are formed by guides (25, 30; 26, 31) near the side (32) of the gripper (10). 13. Gevergrijper volgens één van de conclusies 9 tot 12, daardoor gekenmerkt dat de twee aanslagen (27, 28) volgens langsrichting van de gevergrijper (10) op een afstand van elkaar zijn aangebracht.The gripper according to one of claims 9 to 12, characterized in that the two stops (27, 28) are arranged at a distance from each other in the longitudinal direction of the gripper (10). 14. Gevergrijper volgens één van de conclusies 9 tot 13, daardoor gekenmerkt dat de draadscheider (29) aan de gevergrijper (10) is gelast, is gesoldeerd, is gelijmd of op nog een andere dergelijke wijze is aangebracht.The gripper according to one of claims 9 to 13, characterized in that the wire separator (29) is welded to the gripper (10), is soldered, glued or is arranged in another such manner. 15. Werkwijze voor het opnemen van twee inslagdraden met een gevergrijper, daardoor gekenmerkt dat de gevergrijper (10) de ene inslagdraad (2) boven de draadscheider (29) opneemt terwijl de gevergrijper (10) de andere inslagdraad (3) onder de draadscheider (29) opneemt, teneinde de beide inslagdraden (2, 3) aan een verschillende kant van de draadscheider (29) naar een aanslag (27, 28) te geleiden.Method for receiving two weft threads with a gripper, characterized in that the gripper (10) picks up one weft thread (2) above the wire separator (29) while the gripper (10) picks up the other weft thread (3) below the wire separator (3) 29) to guide the two weft threads (2, 3) on a different side of the thread separator (29) to a stop (27, 28). 16. Inrichting voor het presenteren van inslagdraden aan een grijper (10, 40) voor een grijperweefmachine, meer in het bijzonder aan een gevergrijper (10) voor een grijperweefmachine, waarbij de inrichting (1) meerdere presenteerelementen (11, 12, 13, 14, 15, 16) bevat die tussen een rustpositie en een presentatiepositie beweegbaar zijn en een steuninrichting (4) bevat die tussen de presenteerelementen (11/ 12, 13, 14, 15, 16) en een grijper (10, 40) opstelbaar is om een inslagdraad (2, 3) te steunen terwijl de inslagdraad (2, 3) door de grijper (10, 40) wordt opgenomen, daardoor gekenmerkt dat de steuninrichting (4) twee steunelementen (5, 6) bevat die door een draadscheider (7) van elkaar gescheiden zijn, waarbij de steunelementen (5, 6) in gebruik zich nagenoeg volgens de bewegingsrichting van de grijper (10, 40) uitstrekken en waarbij elk steunelement (5, 6) toelaat een bijhorende inslagdraad (2, 3) te ondersteunen in een positie dwars op de bewegingsrichting van de grijper (10, 40) die verschillend is van de positie van de andere inslagdraad (2,3).Device for presenting weft threads to a gripper (10, 40) for a gripper weaving machine, more particularly to a gripper (10) for a gripper weaving machine, the device (1) having a plurality of presentation elements (11, 12, 13, 14 , 15, 16) which is movable between a rest position and a presentation position and contains a support device (4) which is arranged between the presentation elements (11/12, 13, 14, 15, 16) and a gripper (10, 40) for support a weft thread (2, 3) while the weft thread (2, 3) is received by the gripper (10, 40), characterized in that the support device (4) comprises two support elements (5, 6) which are passed through a wire separator (7) ) are separated from one another, with the support elements (5, 6) in use extending substantially in the direction of movement of the gripper (10, 40) and with each support element (5, 6) allowing to support an associated weft thread (2, 3) in a position transverse to the direction of movement of the gripper (10, 40 ) which is different from the position of the other weft thread (2,3). 17. Inrichting volgens conclusie 16, daardoor gekenmerkt dat de steunelementen (5, 6) zich in gebruik op een verschillende hoogte ten opzichte van de bewegingsrichting van de grijper (10, 40) bevinden.Device according to claim 16, characterized in that the support elements (5, 6) are in use at a different height relative to the direction of movement of the gripper (10, 40). 18. Gevergrijper volgens conclusie 16 of 17, daardoor gekenmerkt dat het steunelement (5) dat in gebruik nabij het weefvak is opgesteld in een hogere positie dan het steunelement (6) dat verwijderd van het weefvak (17) is opgesteld.The gripper according to claim 16 or 17, characterized in that, in use, the support element (5) is disposed near the weaving section in a higher position than the support element (6) disposed away from the weaving section (17). 19. Gevergrijper volgens één van de conclusies 16 tot 18, daardoor gekenmerkt dat de steunelementen (5, 6) zich in gebruik op een verschillende diepte ten opzichte van de bewegingsrichting van de grijper (10, 40) bevinden.The gripper according to one of claims 16 to 18, characterized in that the support elements (5, 6) are in use at a different depth with respect to the direction of movement of the gripper (10, 40). 20. Gevergrijper volgens één van de conclusies 16 tot 19, daardoor gekenmerkt dat het steunelement (5) dat nabij het weefvak (17) is opgesteld zich meer weg van de aanslaglijn (20) bevindt dan het steunelement (6) dat verwijderd van het weefvak (17) is opgesteld.The gripper according to one of claims 16 to 19, characterized in that the support element (5) disposed near the weaving section (17) is located more away from the stop line (20) than the support element (6) removed from the weaving section (17). 21. Gevergrijper volgens één van de conclusies 16 tot 20, daardoor gekenmerkt dat de steuninrichting ( 5, 6 ) een gebogen plaat (18) bevat waarin de steunelementen (5, 6) en de draadscheider (7) zijn aangebracht.The gripper according to one of claims 16 to 20, characterized in that the support device (5, 6) comprises a curved plate (18) in which the support elements (5, 6) and the wire separator (7) are arranged. 22. Werkwijze voor het presenteren van twee inslagdraden aan een grijper (10, 40) voor een grijperweefmachine, meer in het bijzonder aan een gevergrijper (10) voor een grijperweefmachine, waarbij elk steunelement (5, 6) een bijhorende inslagdraad (2, 3) ondersteunt in een positie dwars op de bewegingsrichting van de grijper (10, 40) die verschillend is van de positie van de andere inslagdraad (2, 3), teneinde de bijhorende inslagdraad (2, 3) in een verschillende positie ten opzichte van de grijper (10, 40) aan de grijper (10, 40) te presenteren.A method for presenting two weft threads on a gripper (10, 40) for a gripper weaving machine, more particularly on a gripper (10) for a gripper weaving machine, wherein each support element (5, 6) has an associated weft thread (2, 3) ) supports in a position transverse to the direction of movement of the gripper (10, 40) that is different from the position of the other weft thread (2, 3) in order to place the corresponding weft thread (2, 3) in a different position with respect to the gripper (10, 40) to present to the gripper (10, 40). 23. Werkwijze volgens conclusie 22, daardoor gekenmerkt dat twee inslagdraden (2, 3) in een verschillende positie aan een grijper (10, 40) gepresenteerd worden, zodat elke inslagdraad (2, 3) ter hoogte van een passende geleiding van een grijper (10, 40) wordt gepresenteerd.Method according to claim 22, characterized in that two weft threads (2, 3) are presented in a different position to a gripper (10, 40), so that each weft thread (2, 3) is at the level of a suitable guide of a gripper ( 10, 40).
BE2008/0261A 2008-05-07 2008-05-07 TAKE-UP MEASURER, MEASURING MEASURE AND DEVICE FOR A GRIJPER-WOVEN MACHINE. BE1018116A3 (en)

Priority Applications (5)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE2008/0261A BE1018116A3 (en) 2008-05-07 2008-05-07 TAKE-UP MEASURER, MEASURING MEASURE AND DEVICE FOR A GRIJPER-WOVEN MACHINE.
CN200980117493.4A CN102016145B (en) 2008-05-07 2009-05-05 Receiving gripper, feed gripper and device for a gripper weaving machine
EP13155075.8A EP2594671B1 (en) 2008-05-07 2009-05-05 Device and method for presenting weft threads to a gripper of a gripper weaving machine
PCT/EP2009/003198 WO2009135636A1 (en) 2008-05-07 2009-05-05 Receiving gripper, feed gripper and device for a gripper weaving machine
EP09741855.2A EP2300651B1 (en) 2008-05-07 2009-05-05 Receiving gripper, feed gripper and device for a gripper weaving machine

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE200800261 2008-05-07
BE2008/0261A BE1018116A3 (en) 2008-05-07 2008-05-07 TAKE-UP MEASURER, MEASURING MEASURE AND DEVICE FOR A GRIJPER-WOVEN MACHINE.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
BE1018116A3 true BE1018116A3 (en) 2010-05-04

Family

ID=40428310

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE2008/0261A BE1018116A3 (en) 2008-05-07 2008-05-07 TAKE-UP MEASURER, MEASURING MEASURE AND DEVICE FOR A GRIJPER-WOVEN MACHINE.

Country Status (4)

Country Link
EP (2) EP2300651B1 (en)
CN (1) CN102016145B (en)
BE (1) BE1018116A3 (en)
WO (1) WO2009135636A1 (en)

Families Citing this family (8)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CN101988230B (en) * 2010-11-26 2012-05-23 浙江奔特纺织机械有限公司 Rapier head assembly suitable for flexible rapier loom
ITPD20110249A1 (en) * 2011-07-21 2013-01-22 Smit Textile S P A TEXTILE FRAME WITH SINGLE CALIPER
CN105658856B (en) * 2013-10-24 2018-01-09 米歇尔.范德威尔公司 Weft sending rapier head, giver, rapier weaving machine and loom introduce weft yarn method
BE1023036A1 (en) * 2015-05-07 2016-11-09 Picanol Nv GRIPPER OPERATOR FOR A WEAVING MACHINE
BE1023978B1 (en) * 2016-03-25 2017-09-28 Picanol N.V. GRIPPER FOR A GRIPPER WEAVING MACHINE
DE102018222722B3 (en) 2018-12-21 2019-12-19 Lindauer Dornier Gesellschaft Mit Beschränkter Haftung BRINGER GRIPPER HEAD, WEAVING MACHINE WITH SUCH A BRINGER GRIPPER HEAD AND METHOD FOR DOUBLE SHOT ENTRY
WO2022258443A1 (en) 2021-06-10 2022-12-15 Picanol Gripper for a rapier weaving machine
EP4101960A1 (en) 2021-06-10 2022-12-14 Picanol Gripper for a rapier weaving machine

Citations (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JPH04209852A (en) * 1990-11-30 1992-07-31 Kanebo Ltd Method for simultaneously inserting two wefts and grooved insert rapier using the same method and grooved carrier rapier used therefor
WO2000029651A2 (en) * 1998-11-17 2000-05-25 Sulzer Tessile S.R.L. Bringer gripper for looms without shuttles, particularly suited for the simultaneous introduction of multiple wefts into a warp inlet

Family Cites Families (10)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CH510151A (en) 1969-10-31 1971-07-15 Dornier Gmbh Lindauer Shuttleless weaving loom
DE3565132D1 (en) 1984-04-06 1988-10-27 Picanol Nv Weft cancellation mechanism for gripper looms
FR2606040B1 (en) 1986-10-31 1988-12-02 Materiel Textile Ste Alsacienn DEVICE FOR INSERTING WEFT YARNS ON NON-SHUTTLE WEAVING MATERIALS
EP0633336A1 (en) 1993-07-06 1995-01-11 Sulzer RàœTi Ag Method for the simultaneous insertion of two weft threads and loom with device for carrying out the method
DE19948960A1 (en) 1999-10-11 2001-04-12 Picanol Nv Slave rapier for a rapier weaving machine
DE10114755A1 (en) 2001-03-21 2002-09-26 Picanol Nv Gripper clip for gripper loom, has pivoted gripper finger with guide surfaces at its end to restrain transverse motion
DE10349645A1 (en) 2003-10-21 2005-06-02 Picanol N.V. Method for selecting and delivering weft threads and rapier loom with a device for selecting and delivering weft threads
KR100498003B1 (en) * 2004-10-21 2005-07-01 대흥정밀공업 주식회사 Rapier and grippers for rapier loom
JP4209852B2 (en) * 2005-02-25 2009-01-14 株式会社タチエス Resin side covers for automobile seats
CN2841695Y (en) * 2005-11-01 2006-11-29 山东济宁如意毛纺织股份有限公司 Weft feeding rapier head

Patent Citations (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JPH04209852A (en) * 1990-11-30 1992-07-31 Kanebo Ltd Method for simultaneously inserting two wefts and grooved insert rapier using the same method and grooved carrier rapier used therefor
WO2000029651A2 (en) * 1998-11-17 2000-05-25 Sulzer Tessile S.R.L. Bringer gripper for looms without shuttles, particularly suited for the simultaneous introduction of multiple wefts into a warp inlet

Also Published As

Publication number Publication date
EP2594671A1 (en) 2013-05-22
CN102016145B (en) 2013-03-27
WO2009135636A8 (en) 2010-11-18
EP2300651B1 (en) 2013-10-09
EP2594671B1 (en) 2016-08-03
WO2009135636A1 (en) 2009-11-12
CN102016145A (en) 2011-04-13
EP2300651A1 (en) 2011-03-30

Similar Documents

Publication Publication Date Title
BE1018116A3 (en) TAKE-UP MEASURER, MEASURING MEASURE AND DEVICE FOR A GRIJPER-WOVEN MACHINE.
BE1012782A3 (en) DEVICE FOR TENSION AND PULLING OUT FROM a weaving frame loom HEADED TO A CHAIN ​​WIRES.
BE1016032A6 (en) Method and apparatus for weaving fabrics with pool distance holder and double holder elements.
BE1017477A3 (en) A GRIJPER WEAVING MACHINE WITH A GRAINER AND A BENDING GUIDE.
NL8602192A (en) METHOD FOR REPAIRING A CHAIN BREAK IN WEAVING MACHINES AND REWIRING DEVICES USED THEREIN
BE1013594A3 (en) METHOD AND APPARATUS FOR FORMING A TISSUE leno in a weaving machine.
BE1016753A3 (en) METHOD AND DEVICE FOR FORMING A LENO TISSUE WITH A WEAVING MACHINE.
BE1026412B1 (en) VEGETABLE HEAD
US6382262B1 (en) Apparatus for forming a leno weave
BE1018102A3 (en) DEVICE FOR TENSIONING A LENO WIRE FOR A TROUSER DEVICE FOR A WEAVING MACHINE.
BE1010334A3 (en) Device for insertion of a weft thread in a gripper loom
BE1013733A3 (en) DEVICE FOR THE AUTOMATIC CHANGE OF THREAD MATERIALS IN A THREAD PROCESSING MACHINE.
BE1014135A3 (en) DEVICE for adducing weft threads on a rapier.
CZ221494A3 (en) Device for handling healds for drawing-in machines for healding warp threads
BE1021782B1 (en) THREADER, GRAIN WEAVING MACHINE AND METHOD FOR INSERTING AN IMPRESSION THREAD WITH SUCH A GRAINER IN SUCH A GRAIN WEAVING MACHINE
CN103173924B (en) For layer being applied to the equipment on two spaced carrier chains extended in parallel
BE1021697B1 (en) METHOD AND DEVICE FOR IMPLEMENTING TWO EFFECT WIRES AT THE SAME TIME
TW200541B (en)
BE1017456A3 (en) A DEVICE FOR MAINTAINING THE FABRIC WIDTH OF A FABRIC ON A WEAVING MACHINE.
US1730024A (en) Multicolor-weft-replenishing mechanism
BE1012233A3 (en) Rapier WITH GUIDING MEANS FOR A BAND GRAB.
BE1010943A3 (en) Rapier WITH SOME GUIDANCE RESOURCES.
BE906126A (en) Method and device for guiding the weft threads at weaving machines.
BE1021814B1 (en) THREADER HEAD, THREADER, GRAIN WEAVE MACHINE AND METHOD FOR INSERTING AN IMPRESSION THREAD WITH SUCH A GRAINER HEAD IN SUCH A GRAYER WEAVING MACHINE
BE1015918A5 (en) Weaving machine for weaving pile fabrics, comprises spacers, holders for clamping spacers, shed forming devices for driving heddles, yarn supply, and zone for supplying pile warp yarns