BE1018102A3 - DEVICE FOR TENSIONING A LENO WIRE FOR A TROUSER DEVICE FOR A WEAVING MACHINE. - Google Patents

DEVICE FOR TENSIONING A LENO WIRE FOR A TROUSER DEVICE FOR A WEAVING MACHINE. Download PDF

Info

Publication number
BE1018102A3
BE1018102A3 BE2008/0237A BE200800237A BE1018102A3 BE 1018102 A3 BE1018102 A3 BE 1018102A3 BE 2008/0237 A BE2008/0237 A BE 2008/0237A BE 200800237 A BE200800237 A BE 200800237A BE 1018102 A3 BE1018102 A3 BE 1018102A3
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
wire
leno
trouser
bending point
lifting device
Prior art date
Application number
BE2008/0237A
Other languages
Dutch (nl)
Original Assignee
Picanol Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Picanol Nv filed Critical Picanol Nv
Priority to BE2008/0237A priority Critical patent/BE1018102A3/en
Priority to PCT/EP2009/002722 priority patent/WO2009129950A1/en
Priority to CN200980114143.2A priority patent/CN102084047B/en
Priority to EP09733942A priority patent/EP2286010B1/en
Application granted granted Critical
Publication of BE1018102A3 publication Critical patent/BE1018102A3/en

Links

Classifications

    • DTEXTILES; PAPER
    • D03WEAVING
    • D03CSHEDDING MECHANISMS; PATTERN CARDS OR CHAINS; PUNCHING OF CARDS; DESIGNING PATTERNS
    • D03C7/00Leno or similar shedding mechanisms
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65HHANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL, e.g. SHEETS, WEBS, CABLES
    • B65H59/00Adjusting or controlling tension in filamentary material, e.g. for preventing snarling; Applications of tension indicators
    • B65H59/10Adjusting or controlling tension in filamentary material, e.g. for preventing snarling; Applications of tension indicators by devices acting on running material and not associated with supply or take-up devices
    • B65H59/36Floating elements compensating for irregularities in supply or take-up of material
    • DTEXTILES; PAPER
    • D03WEAVING
    • D03CSHEDDING MECHANISMS; PATTERN CARDS OR CHAINS; PUNCHING OF CARDS; DESIGNING PATTERNS
    • D03C7/00Leno or similar shedding mechanisms
    • D03C7/02Gauze healds
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65HHANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL, e.g. SHEETS, WEBS, CABLES
    • B65H2701/00Handled material; Storage means
    • B65H2701/30Handled filamentary material
    • B65H2701/31Textiles threads or artificial strands of filaments
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B65CONVEYING; PACKING; STORING; HANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL
    • B65HHANDLING THIN OR FILAMENTARY MATERIAL, e.g. SHEETS, WEBS, CABLES
    • B65H2701/00Handled material; Storage means
    • B65H2701/30Handled filamentary material
    • B65H2701/38Thread sheet, e.g. sheet of parallel yarns or wires

Abstract

Een inrichting (10) voor het spannen van een leno-draad (2,3) voor een broekhevelinrichting (11) die nabij de broekhevelinrichting (11) opstelbaar is , waarbij de inrichting (10) voor minstens één leno-draat (2,3) een verend opgestelde draadgeleider (20) bevat die een ombuigpunt (21) voor de leno-draad (2,3) vormt, waarbij de inrichting (10) tevens een vast opstelbare draadgeleider (30) bevat die een ombuigpunt (31) voor de leno-draad (2,3) vormt dat nabij de broekhevelinrichting (11) opgesteld is. Een weefmachine die een inrichting (10) bevat.A device (10) for tensioning a leno-wire (2,3) for a trouser-lifting device (11) that can be arranged near the trouser-lifting device (11), the device (10) for at least one leno-wire (2,3) ) comprises a resiliently arranged wire guide (20) which forms a bending point (21) for the leno wire (2,3), the device (10) also comprising a fixedly arranged wire guide (30) which has a bending point (31) for the forms a leno wire (2,3) disposed near the trouser-lifting device (11). A weaving machine comprising a device (10).

Description

Inrichting voor het spannen van een leno-draad voor een broekhevelinrichting voor een weefmachine.Device for tensioning a leno wire for a trouser-lifting device for a weaving machine.

De uitvinding betreft een inrichting voor het spannen van een leno-draad voor een broekhevelinrichting voor een weefmachine volgens de inleiding van de conclusie 1 en een weefmachine met een inrichting volgens de inleiding van de conclusie 9.The invention relates to a device for tensioning a leno wire for a trouser-lifting device for a weaving machine according to the preamble of claim 1 and a weaving machine with a device according to the preamble of claim 9.

Bij weefmachines is het gekend, een broekhevelinrichting aan te wenden om met zogenaamd vaste en wissel leno-draden samen met inslagdraden een leno-binding te vormen. Hierbij worden twee leno-draden elk vanaf een draadvoorraad, via een draadcompensator, een vast opgestelde draadgeleider, een draadwachter en een draadneerhouder naar een broekhevelinrichting gebracht, die bestaat uit twee hefhevels die samenwerken met een broekhevel. Dergelijke broekhevelinrichting is ongeacht de aanwezigheid van een nabij de draadvoorraad opgestelde draadcompensator, niet in staat het ten gevolge van de opgaande en neergaande beweging ontstane lengteverschil in de leno-draden op te vangen. Dit gaat tevens gepaard met ongewenst hoge variaties van de spanning in de leno-draden. Dit heeft tevens voor gevolg dat er met de leno-draden geen goed weefvak kan gevormd worden en er hierdoor weeffouten kunnen ontstaan. Dit komt vooral voor bij hoge weefsnelheden.In weaving machines it is known to use a trouser-lifting device to form a leno-bond with so-called fixed and alternating leno threads together with weft threads. Here, two leno wires are each brought from a wire supply, via a wire compensator, a permanently arranged wire guide, a wire keeper and a wire downholder to a trouser-lifting device, which consists of two lifting levers which cooperate with a trouser-lever. Such a trouser-lifting device, irrespective of the presence of a wire compensator disposed near the wire stock, is unable to compensate for the length difference in the leno wires caused by the up and down movement. This is also accompanied by undesirably high variations in the tension in the leno wires. This also has the consequence that no good weaving section can be formed with the leno threads and weaving errors can occur as a result. This is especially the case with high weaving speeds.

Het is gekend uit "Watson's Advanced Textile Design, Compound Woven Structures; Z.J. Grosicki (1913); ISBN 0 408 00250 6; pagina 231", zoals weergegeven in figuur 1, om nabij de broekhevelinrichting een draadneerhouder op te stellen met een ombuigpunt dat verend is opgesteld.It is known from "Watson's Advanced Textile Design, Compound Woven Structures; ZJ Grosicki (1913); ISBN 0 408 00250 6; page 231", as shown in Figure 1, to set up a thread down holder near the trouser lever device with a bending point that is resilient has been prepared.

Dergelijke broekhevelinrichtingen zijn verder ook gekend uit US 2647541, US 2389258, EP 1036228 Al en BE 1012453. Dit laat toe om spanningsvariaties in de leno-draden te compenseren. Er ontstaat echter een probleem als voor de wisseldraad, die de ondergaap vormt, een dergelijke compensatie wordt voorzien. De ondergaap is dan niet meer absoluut gedefinieerd, dit wil zeggen de wisseldraad heeft geen vaste positie in de hoogte, waardoor het gevaar bestaat dat de wisseldraad, die de ondergaap vormt tijdens een insertie in contact komt met de inslagdraad of met een inbrengelement zoals een grijper, een grijperband of dergelijke. Hierdoor kan de inslagdraad of de wisseldraad verstoord of beschadigd worden, wat aanleiding kan geven tot een fout in het weefsel of het onderbreken van het weefproces. Om het voorgaande te vermijden kan men het ombuigpunt voor de wisseldraad voldoende laag kiezen om de inslagdraad of een inbrengelement niet te storen. Dit verhoogt echter de eisen voor de compensatie aangezien er meer lengte moet gecompenseerd worden, wat leidt tot grotere bewegingen van het compensatie-element en grotere spanningsvariaties. Een te lage ondergaap in de laagste stand kan dan weer aanleiding geven tot een minder efficiënte inbinding van de inslagdraad nabij de weefselrand. Het is verder ook gekend om voor de wisseldraad die de ondergaap vormt een hefhevel aan te brengen in plaats van een compensatie door middel van een verend opgesteld ombuigpunt. Dit leidt echter tot een complexe constructie en de hoge spanningsvariaties in deze wisseldraad worden opnieuw onvoldoende gecompenseerd, waardoor eveneens weeffouten kunnen optreden.Such trouser-lifting devices are furthermore also known from US 2647541, US 2389258, EP 1036228 A1 and BE 1012453. This makes it possible to compensate for voltage variations in the leno wires. However, a problem arises if such a compensation is provided for the alternating wire, which forms the lower link. The lower yawn is then no longer absolutely defined, that is to say the alternating wire has no fixed position in height, so that there is a risk that the alternating wire forming the lower yoke comes into contact with the weft thread or with an insertion element such as a gripper during an insertion. , a gripper belt or the like. As a result, the weft thread or the alternating thread can be disrupted or damaged, which can give rise to an error in the fabric or to the interruption of the weaving process. In order to avoid the foregoing, the bending point for the change-over thread can be chosen sufficiently low to not disturb the weft thread or an insertion element. However, this increases the requirements for compensation since more length must be compensated, which leads to larger movements of the compensation element and larger voltage variations. Too low a lower yawn in the lowest position can in turn give rise to a less efficient binding of the weft thread close to the fabric edge. It is furthermore also known to provide a lifting lever for the alternating wire forming the lower end instead of compensation by means of a resiliently arranged bending point. However, this leads to a complex construction and the high voltage variations in this alternating wire are again insufficiently compensated, whereby weaving errors can also occur.

Een opgave van de uitvinding is een inrichting van het voornoemde type die bedoeld is om aangewend te worden samen met een broekhevelinrichting voor een weefmachine die toelaat om een welbepaalde ondergaap in te stellen en die de spanningsverschillen in de leno-draden voldoende blijft compenseren.An object of the invention is a device of the aforementioned type which is intended to be used in conjunction with a trouser-lifting device for a weaving machine that allows to set a specific underlay and which continues to sufficiently compensate for the voltage differences in the leno wires.

Deze opgave wordt bij een voornoemde inrichting voor het spannen van een leno-draad, welke inrichting nabij een broekhevelinrichting opstelbaar is en voor minstens één leno-draad een verend opgestelde draadgeleider bevat die een ombuigpunt voor de leno-draad vormt, daardoor opgelost dat de inrichting tevens een vast opstelbare draadgeleider bevat die een ombuigpunt voor de leno-draad vormt dat in gebruik nabij de broekhevelinrichting opgesteld is.This object is solved in the aforementioned device for tensioning a leno-wire, which device can be arranged near a trouser-lifting device and contains at least one leno-wire a resiliently arranged wire guide which forms a bending point for the leno-wire, so that the device also comprises a permanently arranged wire guide which forms a bending point for the leno-wire which is arranged in use near the trouser-lifting device.

Op deze wijze wordt met een eenvoudige constructie steeds een gewenst weefvak gegarandeerd en wordt het ontstane lengteverschil in de leno-draden voldoende gecompenseerd. Hierbij wordt verhinderd dat de leno-draden worden onderworpen aan een te hoge spanning en dat een leno-draad tijdens de insertie van een inslagdraad wordt beschadigd door bijvoorbeeld een inslagdraad of een inbrengelement zoals een grijper en dergelijke. Op deze wijze wordt het gevaar voor een fout in het weefsel als gevolg daarvan aanzienlijk geringer.In this way, with a simple construction, a desired weaving section is always guaranteed and the resulting length difference in the leno threads is sufficiently compensated for. Hereby it is prevented that the leno-threads are subjected to too high a tension and that a leno-thread is damaged during the insertion of a weft thread by for example a weft thread or an insertion element such as a gripper and the like. In this way, the risk of an error in the fabric is considerably reduced as a result.

Volgens een voorkeurdragende uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding vormt het ombuigpunt van de vast opstelbare draadgeleider in gebruik het laatste ombuigpunt van de leno-draad voor de broekhevelinrichting. Het feit dat hierbij de leno-draden vanaf de vast opgestelde draadgeleider tot de broekhevelinrichting niet meer omgebogen worden, maakt een opstelling in bewegingsrichting van de leno-draden juist voor de broekhevelinrichting een optimale compensatie van de spanningsverschillen in de leno-draden mogelijk.According to a preferred embodiment of the device according to the invention, the bending point of the permanently arranged wire guide forms the last bending point of the leno wire for the trouser-lifting device in use. The fact that the leno wires are no longer bent from the permanently arranged wire conductor to the trouser-lifting device, an arrangement in the direction of movement of the leno-wires precisely for the trouser-lifting device enables an optimum compensation of the voltage differences in the leno-wires.

Volgens een uitvoeringsvorm bevat de inrichting volgens de uitvinding een verend opgestelde draadgeleider die door een verend element is ondersteund. Volgens een uitvoeringsvorm bestaat het verend element uit een verend materiaal, zoals veerstaal of kunststof. Tevens kan het verend element worden uitgevoerd als een bladveer, een veerdraad, een spiraalveer of dergelijke. Dit laat een eenvoudige constructie toe van de inrichting volgens de uitvinding.According to an embodiment the device according to the invention comprises a resiliently arranged wire guide which is supported by a resilient element. According to an embodiment, the resilient element consists of a resilient material, such as spring steel or plastic. The resilient element can also be designed as a leaf spring, a spring wire, a spiral spring or the like. This allows a simple construction of the device according to the invention.

Volgens een volgende uitvoeringsvorm kunnen de vast opstelbare draadgeleider en/of de verend opgestelde draadgeleider op een houder worden aangebracht, die bijvoorbeeld aan een kettingwachter bevestigbaar is. Dit laat toe om de inrichting volgens de uitvinding op een eenvoudige manier op een bestaande weefmachine te bevestigen.According to a further embodiment, the permanently arranged wire guide and / or the resiliently arranged wire guide can be arranged on a holder which can for instance be attached to a chain guard. This makes it possible to attach the device according to the invention to an existing weaving machine in a simple manner.

De uitvinding bevat verder een weefmachine met een inrichting voor het spannen van een leno-draad volgens de uitvinding die nabij een broekhevelinrichting opstelbaar is. De nabij de broekhevelinrichting vast opgestelde draadgeleider van de voornoemde inrichting laat toe een gewenst weefvak te vormen, terwijl de verend opgestelde draadgeleider toelaat in een compensatie van het lengteverschil of van de spanning in de leno-draden te voorzien.The invention furthermore comprises a weaving machine with a device for tensioning a leno-wire according to the invention which can be installed near a trouser-lifting device. The wire guide of the aforementioned device fixedly arranged near the trouser-lifting device makes it possible to form a desired weaving compartment, while the resiliently arranged wire guide allows for a compensation of the length difference or of the tension in the leno wires.

Verdere kenmerken en voordelen van de uitvinding vloeien voort uit de volgconclusies en de hierna in de beschrijving weergegeven uitvoeringsvorm.Further features and advantages of the invention result from the subclaims and the embodiment shown below in the description.

Figuur 1 toont een gekende inrichting met een broekhevelinrichting;Figure 1 shows a known device with a trouser-lifting device;

Figuur 2 toont een weefmachine met een inrichting volgens de uitvinding;Figure 2 shows a weaving machine with a device according to the invention;

Figuur 3 toont een zijaanzicht van een inrichting volgens de uitvinding;Figure 3 shows a side view of a device according to the invention;

Figuur 4 toont een bovenaanzicht van de inrichting volgens figuur 3 die geschikt is voor vier leno-draden;Figure 4 shows a top view of the device according to Figure 3 that is suitable for four leno wires;

Figuur 5 toont een perspectief van een inrichting volgens de uitvinding;Figure 5 shows a perspective view of a device according to the invention;

Figuur 6 toont een zijaanzicht van een variante uitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding; en Figuur 7 toont een bovenaanzicht van de inrichting volgens figuur 6.Figure 6 shows a side view of a variant embodiment of a device according to the invention; and Figure 7 shows a top view of the device according to Figure 6.

Bij de in figuur 2 weergegeven weefmachine worden twee leno-draden 2 en 3 elk vanaf een draadvoorraad, zoals een bobijn 4 of 5, via een draadcompensator 6 of 7, een vast opgestelde draadgeleider 8, een kettingwachter 9, en een inrichting 10 volgens de uitvinding naar een broekhevelinrichting 11 gebracht. De broekhevelinrichting 11 kan zoals gekend uit DE 3818680 Cl bestaan uit twee hefhevels 12 en 13 die kunnen samenwerken met een broekhevel 14, waarbij elke hefhevel 12, 13 de broekhevel 14 kan opheffen. Verder zijn schematisch een kettingboom 15 met kettingdraden 16, gaapvormingsinrichtingen 17, een riet 18, en een doekboom 19 weergegeven. De leno-draad 2 die geleid wordt door de broekhevel 14 wordt ook vaste leno-draad genoemd worden, terwijl de leno-draad 3 die geleid wordt omheen de broekhevel 14 en tussen een bijhorende hefhevel 12, 13 ook wissel leno-draad of wisseldraad genoemd wordt.In the weaving machine shown in Figure 2, two leno threads 2 and 3 are each supplied from a wire supply, such as a bobbin 4 or 5, via a wire compensator 6 or 7, a fixedly arranged wire guide 8, a chain guard 9, and a device 10 according to the invention to a trouser lever device 11. The trouser-lifting device 11 may, as is known from DE 3818680 C1, consist of two lifting levers 12 and 13 which can cooperate with a trouser lever 14, wherein each lifting lever 12, 13 can lift the trouser lever 14. Furthermore, a chain tree 15 with chain wires 16, shed forming devices 17, a reed 18, and a cloth tree 19 are schematically shown. The leno wire 2 that is guided by the trouser lever 14 is also called fixed leno wire, while the leno wire 3 that is guided around the trouser lever 14 and between an associated lifting lever 12, 13 is also called alternating leno wire or alternating wire is becoming.

De weefmachine zoals weergegeven in figuur 2 toont een broekhevelinrichting 11 en een nabij de broekhevelinrichting 11 opgestelde inrichting 10 volgens de uitvinding. De inrichting 10 bevat zoals meer in detail weergegeven in figuren 2 tot 4 voor elke leno-draad 2, 3 een verend opgestelde draadgeleider 20 die een ombuigpunt 21 vormt voor een leno-draad 2, 3. De draadgeleider 20 bevat een draadgeleidingselement dat een ombuigpunt 21 voor een leno-draad 2, 3 vormt en is verend opgesteld door middel van een verend element 22 waarop het ombuigpunt 21 is aangebracht. Hierbij wordt de verend opgestelde draadgeleider 20 door het verend element 22 ondersteund. Het weergegeven verend element 22 is uitgevoerd als een bladveer. Het verend element 22 kan vervaardigd zijn uit veerstaal, een kunststof of een ander elastisch materiaal. Als kunststof kan een polymeer, een vezelversterkt polymeer, een glasvezelcomposiet of eender welke andere gekende kunststof met verende eigenschappen aangewend worden. Het gebruik van kunststof kan voordelig zijn, daar kunststof meestal tevens dempende eigenschappen vertoont. Volgens een niet weergegeven variante kan het verend element 22 ook uitgevoerd worden als een veerdraad uit elastisch materiaal.The weaving machine as shown in Figure 2 shows a trouser-lifting device 11 and a device 10 according to the invention arranged near the trouser-lifting device 11. The device 10 comprises, as shown in more detail in figures 2 to 4, for each leno-wire 2, 3 a resiliently arranged wire guide 20 which forms a bending point 21 for a leno-wire 2, 3. The wire guide 20 comprises a wire-guiding element which has a bending point 21 for a leno wire 2, 3 and is resiliently arranged by means of a resilient element 22 on which the bending point 21 is arranged. The resiliently arranged wire guide 20 is herein supported by the resilient element 22. The resilient element 22 shown is designed as a leaf spring. The resilient element 22 can be made of spring steel, a plastic or another elastic material. As a plastic, a polymer, a fiber-reinforced polymer, a glass fiber composite or any other known plastic with resilient properties can be used. The use of plastic can be advantageous, since plastic usually also has damping properties. According to a variant (not shown), the resilient element 22 can also be designed as a spring wire made of elastic material.

Het verend element 22 is met bevestigingselementen 24, bijvoorbeeld een schroefverbinding, op een houder 23 aangebracht. Volgens een niet weergegeven variante kan het verend element 22 door middel van een lijmverbinding of klikverbinding op een houder worden aangebracht, of uit één stuk met een houder worden vervaardigd. Verder is er nog een draadoog 25 aangebracht om een leno-draad 2, 3 nabij de kettingwachter te geleiden. Dit draadoog 25 kan bijvoorbeeld analoog worden uitgevoerd als het eerste ombuigpunt 21.The resilient element 22 is mounted on a holder 23 with fastening elements 24, for example a screw connection. According to a variant (not shown), the resilient element 22 can be applied to a holder by means of an adhesive connection or click connection, or can be manufactured in one piece with a holder. Furthermore, a wire eye 25 is provided to guide a leno wire 2, 3 near the chain guard. This wire eye 25 can, for example, be designed analogously to the first bending point 21.

Zoals weergegeven in figuur 2 is de houder 23 aangebracht nabij de kettingwachter 9. De houder 23 kan bijvoorbeeld bevestigd worden aan een dwarssteun 35 van de kettingwachter 9, terwijl de kettingwachter 9 kan bevestigd worden aan het frame van de weefmachine. Het is duidelijk dat de houder 23 eveneens rechtstreeks of op een andere manier aan het frame van de weefmachine kan worden bevestigd. De inrichting 10 volgens de uitvinding bevindt zich hierbij volgens kettingrichting tussen de kettingwachter 9 en de broekhevelinrichting 11.As shown in Figure 2, the holder 23 is arranged near the chain guard 9. The holder 23 can for instance be attached to a cross support 35 of the chain guard 9, while the chain guard 9 can be attached to the frame of the weaving machine. It is clear that the holder 23 can also be attached directly or in another way to the frame of the weaving machine. The device 10 according to the invention is herein located in the direction of the chain between the chain guard 9 and the belt lever device 11.

Volgens een niet weergegeven variante kunnen de draadogen 25 achterwege gelaten worden en kunnen de leno-draden 2, 3 bijvoorbeeld op een dwarssteun 35 van de kettingwachter 9 geleid worden, waaraan de houder 23 bijvoorbeeld is aangebracht.According to a variant (not shown), the wire eyes 25 can be omitted and the leno wires 2, 3 can be guided, for example, on a transverse support 35 of the chain guard 9, to which the holder 23 is arranged, for example.

De uitvoeringsvorm van de inrichting 10 volgens de uitvinding zoals weergeven in figuren 2 tot 4 bevat een vast opstelbare draadgeleider 30 die een ombuigpunt 31 voor een leno-draad 2, 3 vormt. Hierbij is het ombuigpunt 31 vast opgesteld. Zoals weergegeven in figuren 3 en 4 wordt de draadgeleider 30 aangebracht op een arm 32 die door middel van bevestigingselementen 33, zoals een schroefverbinding of een lijmverbinding, aan een houder 23 is bevestigd. Volgens een niet weergegeven variante uitvoeringsvorm is het eveneens mogelijk in plaats van één houder 23 te voorzien, voor elke draadgeleider 20, 30 een aparte houder te voorzien. Het ombuigpunt 31 is bij de weergegeven uitvoeringsvorm uitgevoerd als een draadscheider die door middel van bevestigingselementen 34 aan de arm 32 werd bevestigd. De draadscheider zoals weergegeven in figuren 3 en 4 kan bijvoorbeeld vervaardigd worden uit keramiek, of voorzien zijn van een sleetvaste laag en bestaan uit vier naast elkaar opgestelde draadgeleiders.The embodiment of the device 10 according to the invention as shown in figures 2 to 4 comprises a fixedly arranged wire guide 30 which forms a bending point 31 for a leno-wire 2, 3. The bending point 31 is hereby fixed. As shown in Figures 3 and 4, the wire guide 30 is mounted on an arm 32 which is attached to a holder 23 by means of fastening elements 33, such as a screw connection or an adhesive connection. According to a variant embodiment not shown, it is also possible to provide a separate holder for each wire guide 20, 30 instead of one holder 23. In the embodiment shown, the bending point 31 is designed as a wire separator which is attached to the arm 32 by means of fastening elements 34. The wire separator as shown in figures 3 and 4 can for instance be manufactured from ceramic, or be provided with a wear-resistant layer and consist of four wire guides arranged next to each other.

Bij de uitvoeringsvorm van figuren 3 en 4 bevat de inrichting 10 vier afzonderlijk verend opgestelde draadgeleiders 20 en vier vast opgestelde draadgeleiders 30 voor bijhorende leno-draden. In figuur 4 wordt weergegeven dat een leno-draad 2 door een stel draadgeleiders 20, 30 wordt geleid en een leno-draad 3 door een ander stel draadgeleiders 20, 30. Op gelijkwaardige wijze kunnen nog twee andere leno-draden geleid worden om die op spanning te houden. In geval er met twee broekhevelinrichtingen 11 wordt geweven, kan een inrichting 10 zoals weergegeven in figuur 4 vier leno-draden geleiden en op spanning houden. Het is duidelijk dat de weergegeven inrichting 10 met één, twee, drie of vier leno-draden kan samenwerken.In the embodiment of figures 3 and 4, the device 10 comprises four individually resiliently arranged wire guides 20 and four fixedly arranged wire guides 30 for associated leno wires. Figure 4 shows that a leno-wire 2 is guided through a set of wire guides 20, 30 and a leno-wire 3 is guided through another set of wire guides 20, 30. In the same way, two other leno-wires can be guided around those on tension. In the case of weaving with two trouser-lifting devices 11, a device 10 as shown in Figure 4 can guide four tension wires. It is clear that the device 10 shown can cooperate with one, two, three or four leno wires.

Volgens een niet weergegeven variante kan het ombuigpunt 31 eveneens uitgevoerd worden als een eenvoudige as of met behulp van enkele draadogen die, eventueel op een bevestigingsplaatje, aan een arm worden bevestigd. Volgens nog een variante uitvoeringsvorm kunnen de houder en/of de arm en/of het ombuigpunt 31 eendelig vervaardigd worden.According to a variant (not shown), the bending point 31 can also be designed as a simple axis or with the aid of a few wire eyelets, which can be attached to an arm, optionally on a mounting plate. According to another variant embodiment, the holder and / or the arm and / or the bending point 31 can be manufactured in one piece.

De draadgeleider 30 die een ombuigpunt 31 vormt, dat vast is opgesteld en dat in gebruik nabij de broekhevelinrichting 11 is opgesteld, laat toe om ongeacht de compenserende werking van het verend opgestelde ombuigpunt 21, een duidelijk gedefinieerd weefvak 36 met de leno-draden 2, 3 te vormen. Het gevormde weefvak 36 wordt bepaald door de positie van de onderste leno-draden 3 die een zogenaamde ondergaap 37 bepalen en door de positie van de bovenste leno-draden 2 die een zogenaamde bovengaap 38 bepalen. De positie van het ombuigpunt 31 bepaalt hierbij de positie van de ondergaap, terwijl de positie van het draadoog van de broekhevel 14 de positie van de bovengaap bepaalt.The wire guide 30 which forms a bending point 31, which is fixedly arranged and which is arranged in use near the trouser-lifting device 11, allows, irrespective of the compensating action of the resiliently arranged bending point 21, a clearly defined weaving section 36 with the leno wires 2, 3 to form. The weaving pocket 36 formed is determined by the position of the lower leno threads 3 which define a so-called lower yawn 37 and by the position of the upper leno threads 2 which define a so-called upper yawn 38. The position of the bending point 31 determines the position of the lower yawn, while the position of the wire eye of the trouser lever 14 determines the position of the upper yawn.

Aangezien het ombuigpunt 31 van de draadgeleider 30 bij deze uitvoeringsvorm in gebruik het laatste ombuigpunt van de leno-draden 2, 3 voor de broekhevelinrichting 11 vormt, bepaalt de positie van dit ombuigpunt 31 bij de meeste broekhevelinrichtingen 11 de ligging van de ondergaap van de leno-draden 2 en 3. Hierbij wordt met "voor" een plaats volgens bewegingsrichting van de leno-draden juist voor de broekhevelinrichting 11 bedoeld. Dit betekent dat tussen het ombuigpunt 31 van de draadgeleider 30 en de broekhevelinrichting 11 geen enkel ombuigpunt meer aanwezig is voor een leno-draad 2 of 3. Aangezien het ombuigpunt 21 dat verend is opgesteld nabij het vast opgesteld ombuigpunt 31 is opgesteld, worden de spanningsverschillen in de leno-draden 2, 3 voldoende gecompenseerd. De opstelling van de ombuigpunten 31 laat een geringe ombuiging rond elk ombuigpunt 31 toe, waardoor de wrijving tussen een ombuigpunt 31 en een leno-draad 2, 3 gering is.Since in this embodiment the bending point 31 of the wire guide 30 forms the last bending point of the leno wires 2, 3 for the trouser-lifting device 11, the position of this bending point 31 on most trouser-lifting devices 11 determines the location of the lower end of the leno - threads 2 and 3. Here, by "for" is meant a location according to the direction of movement of the leno threads just before the trouser-lifting device 11. This means that between the bending point 31 of the wire guide 30 and the trouser-lifting device 11 there is no longer any bending point present for a leno-wire 2 or 3. Since the bending point 21 which is resiliently arranged near the fixed bending point 31 is arranged, the voltage differences are in the leno wires 2, 3 sufficiently compensated. The arrangement of the bending points 31 allows a slight bend around each bending point 31, so that the friction between a bending point 31 and a leno wire 2, 3 is small.

Een leno-draad 2, 3 die vanaf een draadvoorraad geleid wordt naar een ombuigpunt 21 en vervolgens via het ombuigpunt 31 naar een broekhevelinrichting 11 Wordt geleid, kan door het verend opgesteld ombuigpunt 21 op spanning gehouden worden, daar het verend opgesteld ombuigpunt 21 een lengtecompensatie van de leno-draad 2, 3 tussen de draadvoorraad en de broekhevelinrichting 11 kan veroorzaken. Deze lengtecompensatie ter hoogte van de inrichting 10 volgens de uitvinding is voordelig, daar de inrichting 10 volgens de uitvinding nabij de broekhevelinrichting 11 is opgesteld.A leno-wire 2, 3 which is guided from a wire supply to a bending point 21 and then led via the bending point 31 to a trouser-lifting device 11 can be held under tension by the resiliently arranged bending point 21, since the resiliently arranged bending point 21 is a length compensation of the leno wire 2, 3 between the wire stock and the trouser lever device 11. This length compensation at the height of the device 10 according to the invention is advantageous, since the device 10 according to the invention is arranged near the trouser-lifting device 11.

Het in figuur 5 weergegeven ombuigpunt 21 voor een leno-draad wordt gevormd door een draadgeleidingselement in de vorm van een draadoog dat aan een verend element 22 is aangebracht. Dit aanbrengen kan bijvoorbeeld gebeuren door het verend element 22, dat uitgevoerd is als bladveer, om te plooien en er een opening in te voorzien, waarin eventueel een inzetstuk 39 uit keramisch materiaal kan worden aangebracht dat het draadgeleidingselement vormt. Volgens een alternatieve uitvoeringsvorm wordt een draadoog bijvoorbeeld vervaardigd uit keramisch materiaal en „wordt op het verend element 22 aangebracht, bijvoorbeeld door middel van een schroef of lijmverbinding.The deflection point 21 for a leno-wire shown in Figure 5 is formed by a wire guide element in the form of a wire eye arranged on a resilient element 22. This application can be effected, for example, by folding the resilient element 22, which is designed as a leaf spring, and providing an opening in which, optionally, an insert 39 of ceramic material can be provided which forms the wire guide element. According to an alternative embodiment, a wire eye is for instance made of ceramic material and is applied to the resilient element 22, for example by means of a screw or glue connection.

In figuren 6 en 7 wordt een variante uitvoeringsvorm van de inrichting 10 volgens de uitvinding weergegeven. Gelijkaardige onderdelen als bij de uitvoeringsvorm weergegeven in figuren 2 tot 5 werden aangeduid met dezelfde referenties. Bij deze uitvoeringsvorm bevat de inrichting 10 eveneens een ombuigpunt 21 dat verend is opgesteld en een ombuigpunt 31 dat vast is opgesteld. Het ombuigpunt 31 is analoog weergegeven als bij de uitvoeringsvorm van figuren 2 tot 5 en wordt gevormd door een draadscheider die door middel van bevestigingselementen 34 aan een arm 32 bevestigd wordt. Deze arm 32 wordt op zijn beurt door middel van bevestigingselementen 33 aan de houder 23 bevestigd. Het ombuigpunt 21 dat verend is opgesteld is uitgevoerd als een draadoog dat, bijvoorbeeld door middel van een lijmverbinding, is aangebracht op een verend element 22 dat bij deze uitvoeringsvorm is uitgevoerd als een spiraalveer. Dit verend element is op zijn beurt bevestigd op een L-vormige houder 26 waarvan een arm 27 bevestigd wordt aan een sleuf 29 van de arm 32 voor de vast opgestelde draadgeleider 30 door middel van bevestigingselementen 28, bijvoorbeeld een schroefverbinding. Dit laat toe om de relatieve afstand tussen het verend opgestelde ombuigpunt 21 en het vast opgestelde ombuigpunt 31, en daarmee de ombuiging van de leno-draden 2, 3 ter hoogte van deze ombuigpunten 21, 31 eenvoudig in te stellen.Figures 6 and 7 show a variant embodiment of the device 10 according to the invention. Similar parts as in the embodiment shown in Figures 2 to 5 were designated with the same references. In this embodiment, the device 10 also includes a deflection point 21 that is resiliently arranged and a deflection point 31 that is fixedly arranged. The bending point 31 is shown in the same way as in the embodiment of Figures 2 to 5 and is formed by a wire separator which is attached to an arm 32 by means of fastening elements 34. This arm 32 is in turn attached to the holder 23 by means of fastening elements 33. The bending point 21 which is resiliently arranged is designed as a wire eye which, for example by means of an adhesive connection, is arranged on a resilient element 22 which in this embodiment is designed as a coil spring. This resilient element is in turn mounted on an L-shaped holder 26 of which an arm 27 is attached to a slot 29 of the arm 32 for the fixedly arranged wire guide 30 by means of fastening elements 28, for example a screw connection. This allows the relative distance between the resiliently arranged bending point 21 and the fixedly arranged bending point 31, and thus the bending of the leno wires 2, 3 at the level of these bending points 21, 31.

De ombuigpunten 21, 31 hoeven uiteraard niet noodzakelijk te bestaan uit een draadoog of draadscheider, maar kunnen eender welke vorm aannemen die toelaat een leno-draad 2, 3 om te buigen. Het verend element 22 hoeft uiteraard niet noodzakelijk in spanningsloze toestand een nagenoeg rechte vorm te hebben zoals weergegeven in figuur 3, maar kan bijvoorbeeld een iets gebogen vorm hebben of eventueel nagenoeg L-vormig uitgevoerd worden.The bending points 21, 31 obviously do not necessarily have to consist of a wire eye or wire separator, but can take any shape that makes it possible to bend a leno wire 2, 3. The resilient element 22 does not, of course, necessarily have a substantially straight shape in the de-energized state as shown in Figure 3, but may, for example, have a slightly curved shape or possibly be substantially L-shaped.

Bij de uitvoeringsvorm zoals weergegeven in figuur 2 wordt de inrichting 10 als draadneerhouder aangewend, dit betekent dat de leno-draden 2 en 3 omheen de ombuigpunten 31 beneden gehouden worden. Volgens een andere mogelijkheid kan de inrichting volgens de uitvinding ook spiegelsymmetrisch ten opzichte van het vlak kettingdraden 16 opgesteld worden om zodoende de leno-draden hoog te houden en als draadhooghouder te fungeren. In dit laatste geval dient de broekhevelinrichting ook spiegelsymmetrisch ten opzichte van het vlak kettingdraden 16 opgesteld te worden. De werking van een inrichting 10 volgens de uitvinding blijft echter gelijk onafhankelijk of die als draadneerhouder of als draadhooghouder wordt aangewend. Uiteraard dienen wat betreft de voornoemde beschrijving ondergaap en bovengaap dan passend aangewend te worden.In the embodiment as shown in Figure 2, the device 10 is used as a wire holding holder, this means that the leno wires 2 and 3 around the bending points 31 are kept down. According to another possibility, the device according to the invention can also be arranged mirror-symmetrically with respect to the flat warp threads 16 so as to keep the leno threads high and to act as a thread-holder. In the latter case, the trouser-lifting device must also be arranged mirror-symmetrically with respect to the flat warp threads 16. The operation of a device 10 according to the invention, however, remains the same regardless of whether it is used as a thread down holder or as a wire height holder. Of course, with regard to the aforementioned description, under-under and over-yawn must then be appropriately used.

Het is duidelijk dat variante uitvoeringsvormen van de inrichting 10 volgens de uitvinding mogelijk zijn voor minstens één leno-draad. Het geniet echter de voorkeur telkens beide leno-draden met een inrichting 10 volgens de uitvinding op spanning te houden of op te spannen. Afhankelijk van het aantal broekhevelinrichtingen 11 kan een inrichting 10 volgens de uitvinding dan met respectievelijk twee, vier, zes, acht of meer leno-draden samenwerken. Hierbij kunnen bijvoorbeeld twee, vier, zes, acht of meer draadgeleiders 20, 30 op eenzelfde of op afzonderlijke houders worden aangebracht. Op een weefmachine volgens de uitvinding worden bijvoorbeeld minstens twee inrichtingen 10 volgens de uitvinding aangewend, die bijvoorbeeld elk aan een zijde van het door de kettingdraden gevormde weefvak zijn aangebracht.It is clear that variant embodiments of the device 10 according to the invention are possible for at least one leno wire. However, it is preferable to keep both leno wires under tension with a device according to the invention in each case or to tension them. Depending on the number of trouser-lifting devices 11, a device 10 according to the invention can then cooperate with two, four, six, eight or more leno wires, respectively. Here, for example, two, four, six, eight or more wire guides 20, 30 can be arranged on the same or on separate holders. On a weaving machine according to the invention, for example, at least two devices 10 according to the invention are used, which are for instance each arranged on one side of the weaving compartment formed by the warp threads.

Een inrichting en een weefmachine volgens de in de conclusies weergegeven uitvinding zijn uiteraard niet beperkt tot de weergegeven en beschreven uitvoeringsvoorbeelden, maar kunnen eveneens varianten en combinaties van deze uitvoeringsvoorbeelden bevatten die onder de conclusies vallen.A device and a weaving machine according to the invention shown in the claims are of course not limited to the illustrated and described exemplary embodiments, but may also contain variants and combinations of these exemplary embodiments that fall under the claims.

Claims (10)

1. Inrichting voor het spannen van een leno-draad (2, 3) voor een broekhevelinrichting (11) voor een weefmachine die nabij de broekhevelinrichting (11) opstelbaar is, waarbij de inrichting (10) voor minstens één leno-draad (2, 3) een verend opgestelde draadgeleider (20) bevat die een ombuigpunt (21) voor de leno-draad (2, 3) vormt, daardoor gekenmerkt dat de inrichting (10) tevens een vast opstelbare draadgeleider (30) bevat die een ombuigpunt (31) voor de leno-draad (2, 3) vormt dat in gebruik nabij de broekhevelinrichting (11) opgesteld is.Device for tensioning a leno-wire (2, 3) for a trouser-lifting device (11) for a weaving machine that can be installed near the trouser-lifting device (11), the device (10) for at least one leno-wire (2, 3) comprises a resiliently arranged wire guide (20) which forms a bending point (21) for the leno wire (2, 3), characterized in that the device (10) also comprises a permanently arranged wire guide (30) which has a bending point (31) ) for the leno wire (2, 3) which is arranged in use near the trouser-lifting device (11). 2. Inrichting volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat het ombuigpunt (31) van de vast opstelbare draadgeleider (30) in gebruik het laatste ombuigpunt voor de leno-draad (2, 3) voor de broekhevelinrichting (11) vormt.Device according to claim 1, characterized in that, in use, the bending point (31) of the permanently arranged wire guide (30) forms the last bending point for the leno wire (2, 3) for the trouser-lifting device (11). 3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, daardoor gekenmerkt dat de inrichting (10) een verend opgestelde draadgeleider (20) bevat die door een verend element (22) is ondersteund.Device according to claim 1 or 2, characterized in that the device (10) comprises a resiliently arranged wire guide (20) supported by a resilient element (22). 4. Inrichting volgens conclusie 3, daardoor gekenmerkt dat het verend element (22) bestaat uit een verend materiaal, zoals veerstaal of kunststof.Device according to claim 3, characterized in that the resilient element (22) consists of a resilient material, such as spring steel or plastic. 5. Inrichting volgens conclusie 4, daardoor gekenmerkt dat het verend element (22) uitgevoerd is als een bladveer.Device according to claim 4, characterized in that the resilient element (22) is designed as a leaf spring. 6. Inrichting volgens conclusie 4, daardoor gekenmerkt dat het verend element (22) uitgevoerd is als een draadveer.Device according to claim 4, characterized in that the resilient element (22) is designed as a wire spring. 7. Inrichting volgens conclusie 4, daardoor gekenmerkt dat het verend element (22) uitgevoerd is als een spiraalveer.Device according to claim 4, characterized in that the resilient element (22) is designed as a coil spring. 8. Inrichting volgens één van de conclusies 1 tot 7, daardoor gekenmerkt dat de vast opstelbare draadgeleider (20) en/of de verend opgestelde draadgeleider (30) op een houder (23) zijn aangebracht.Device according to one of claims 1 to 7, characterized in that the permanently arranged wire guide (20) and / or the resiliently arranged wire guide (30) are arranged on a holder (23). 9. Inrichting volgens conclusie 8, daardoor gekenmerkt dat de houder (23) aan een ketting wachter (9) bevestigbaar is.Device according to claim 8, characterized in that the holder (23) can be attached to a chain guard (9). 10. Weefmachine met een inrichting voor het spannen van een leno-draad (2, 3) voor een broekhevelinrichting (11), daardoor gekenmerkt dat de weefmachine een inrichting (10) volgens één van de conclusies 1 tot 8 bevat, die nabij een broekhevelinrichting (11) opstelbaar is.A weaving machine with a device for tensioning a leno-wire (2, 3) for a trouser-lifting device (11), characterized in that the weaving machine comprises a device (10) according to one of claims 1 to 8, which is close to a trouser-lifting device (11) can be installed.
BE2008/0237A 2008-04-21 2008-04-21 DEVICE FOR TENSIONING A LENO WIRE FOR A TROUSER DEVICE FOR A WEAVING MACHINE. BE1018102A3 (en)

Priority Applications (4)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE2008/0237A BE1018102A3 (en) 2008-04-21 2008-04-21 DEVICE FOR TENSIONING A LENO WIRE FOR A TROUSER DEVICE FOR A WEAVING MACHINE.
PCT/EP2009/002722 WO2009129950A1 (en) 2008-04-21 2009-04-14 Device for the tensioning of a leno thread for a doup heddle device for a weaving machine
CN200980114143.2A CN102084047B (en) 2008-04-21 2009-04-14 Device for the tensioning of a leno thread for a doup heddle device for a weaving machine
EP09733942A EP2286010B1 (en) 2008-04-21 2009-04-14 Device for the tensioning of a leno thread for a doup heddle device for a weaving machine

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE2008/0237A BE1018102A3 (en) 2008-04-21 2008-04-21 DEVICE FOR TENSIONING A LENO WIRE FOR A TROUSER DEVICE FOR A WEAVING MACHINE.
BE200800237 2008-04-21

Publications (1)

Publication Number Publication Date
BE1018102A3 true BE1018102A3 (en) 2010-05-04

Family

ID=40377237

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE2008/0237A BE1018102A3 (en) 2008-04-21 2008-04-21 DEVICE FOR TENSIONING A LENO WIRE FOR A TROUSER DEVICE FOR A WEAVING MACHINE.

Country Status (4)

Country Link
EP (1) EP2286010B1 (en)
CN (1) CN102084047B (en)
BE (1) BE1018102A3 (en)
WO (1) WO2009129950A1 (en)

Families Citing this family (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CN102277665A (en) * 2011-07-20 2011-12-14 海宁市建利纺织有限公司 Buffering device of tensile force of chemical fiber silks
CN103061012B (en) * 2012-12-30 2014-07-16 青岛纺联控股集团有限公司 Scutching device of wide cloth machine
CN105821554B (en) * 2015-05-08 2017-05-10 湖州永昌丝绸有限公司 Leno heald weaving technology and device used for rapier looms
CN114575014A (en) * 2022-03-14 2022-06-03 苏州市锦达丝绸有限公司 Five-warp twisted-pair warp opening tension adjusting device

Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US2647541A (en) * 1951-02-17 1953-08-04 Draper Corp Leno weaving
US3493013A (en) * 1967-03-10 1970-02-03 Rueti Ag Maschf Manufacture of a leno interlacing
DE2420390A1 (en) * 1973-05-02 1974-11-14 Elitex Zavody Textilniho Synthetic compound yarn brake - formed by comb whose pins provide meandering yarn braking path

Family Cites Families (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CN86204035U (en) * 1986-08-29 1987-07-01 李志和 Two skeined heald leno flat metal heald
DE19548955C1 (en) * 1995-12-28 1996-09-12 Kloecker Entwicklungs Gmbh Appts. to form a leno selvedge at shuttleless loom

Patent Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US2647541A (en) * 1951-02-17 1953-08-04 Draper Corp Leno weaving
US3493013A (en) * 1967-03-10 1970-02-03 Rueti Ag Maschf Manufacture of a leno interlacing
DE2420390A1 (en) * 1973-05-02 1974-11-14 Elitex Zavody Textilniho Synthetic compound yarn brake - formed by comb whose pins provide meandering yarn braking path

Also Published As

Publication number Publication date
CN102084047B (en) 2014-06-25
CN102084047A (en) 2011-06-01
EP2286010A1 (en) 2011-02-23
WO2009129950A1 (en) 2009-10-29
EP2286010B1 (en) 2013-01-30
WO2009129950A8 (en) 2010-11-18

Similar Documents

Publication Publication Date Title
BE1018102A3 (en) DEVICE FOR TENSIONING A LENO WIRE FOR A TROUSER DEVICE FOR A WEAVING MACHINE.
TWI330675B (en) Heddle for warp threads in the shape of a band
CN108699736B (en) Loom for producing woven fabrics with knitted or covered threads
EP1077276B1 (en) Device for tensioning and drawing back warp yarn coming from a creel to a weaving machine
CN1705778A (en) Feed rapier for a rapier loom
JPS59179849A (en) Apparatus for controlling and monitoring tension force of indivisual warp yarn in loom
BE1018791A6 (en) DEVICE FOR TENSIONING A LENO WIRE FOR A TROUSER DEVICE AND WEAVING MACHINE.
WO2008104355A1 (en) A gripper weaving machine provided with a bringer gripper and a deflecting guide
EP1460157B1 (en) Method and face-to-face weaving machine for face-to-face weaving of an upper and a lower fabric
BE1007905A3 (en) APPARATUS FOR INSLAGSELEKTIE on a weaving machine.
US20060021667A1 (en) Driving system for terry motion members in cloth-shifting-type pile loom
CN102817163A (en) Tension control and compensation mechanism of sample loom
EP3048194B1 (en) Selvage holding apparatus for loom, loom, and method for manufacturing woven fabric
EP2349896B1 (en) Thread brake and method of using the thread brake
BE1012453A6 (en) Heddle device for a loom
EP1302580B1 (en) Device for supporting the temple and associated cover in a terry cloth loom with movable bench
US2073936A (en) Loom harness
KR102453130B1 (en) Dual spread tow weft supplying apparatus
KR101363529B1 (en) Weaving equipment for composite fiber
CN1480574A (en) Weft conveying yarn gripper for loom and improved pathfinder thereof
CN113874307B (en) Yarn feeding module
KR101966054B1 (en) Heddle with a thread eye for improved holding of the warp thread
TW202344731A (en) Circular weaving machine for making a circular fabric
US783143A (en) Warp stop-motion for looms.
US726493A (en) Filling-replenishing mechanism for looms.

Legal Events

Date Code Title Description
MM Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20210430