BE1017560A3 - Geweven kunstgrasmat met fijne poolverdeling. - Google Patents

Geweven kunstgrasmat met fijne poolverdeling. Download PDF

Info

Publication number
BE1017560A3
BE1017560A3 BE2007/0188A BE200700188A BE1017560A3 BE 1017560 A3 BE1017560 A3 BE 1017560A3 BE 2007/0188 A BE2007/0188 A BE 2007/0188A BE 200700188 A BE200700188 A BE 200700188A BE 1017560 A3 BE1017560 A3 BE 1017560A3
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
pile
grass
pile warp
yarns
artificial
Prior art date
Application number
BE2007/0188A
Other languages
English (en)
Inventor
Johny Debaes
Marc Delepierre
Original Assignee
Wiele Michel Van De Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Wiele Michel Van De Nv filed Critical Wiele Michel Van De Nv
Priority to BE2007/0188A priority Critical patent/BE1017560A3/nl
Priority to EP08748920A priority patent/EP2142691B1/en
Priority to PCT/EP2008/002986 priority patent/WO2008128677A1/en
Priority to ES08748920T priority patent/ES2377244T3/es
Priority to PL08748920T priority patent/PL2142691T3/pl
Priority to AT08748920T priority patent/ATE533875T1/de
Priority to US12/450,900 priority patent/US7992595B2/en
Application granted granted Critical
Publication of BE1017560A3 publication Critical patent/BE1017560A3/nl

Links

Classifications

    • DTEXTILES; PAPER
    • D03WEAVING
    • D03DWOVEN FABRICS; METHODS OF WEAVING; LOOMS
    • D03D27/00Woven pile fabrics
    • D03D27/02Woven pile fabrics wherein the pile is formed by warp or weft
    • D03D27/10Fabrics woven face-to-face, e.g. double velvet
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E01CONSTRUCTION OF ROADS, RAILWAYS, OR BRIDGES
    • E01CCONSTRUCTION OF, OR SURFACES FOR, ROADS, SPORTS GROUNDS, OR THE LIKE; MACHINES OR AUXILIARY TOOLS FOR CONSTRUCTION OR REPAIR
    • E01C13/00Pavings or foundations specially adapted for playgrounds or sports grounds; Drainage, irrigation or heating of sports grounds
    • E01C13/08Surfaces simulating grass ; Grass-grown sports grounds
    • DTEXTILES; PAPER
    • D10INDEXING SCHEME ASSOCIATED WITH SUBLASSES OF SECTION D, RELATING TO TEXTILES
    • D10BINDEXING SCHEME ASSOCIATED WITH SUBLASSES OF SECTION D, RELATING TO TEXTILES
    • D10B2505/00Industrial
    • D10B2505/20Industrial for civil engineering, e.g. geotextiles
    • D10B2505/202Artificial grass

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Textile Engineering (AREA)
  • Architecture (AREA)
  • Civil Engineering (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)
  • Woven Fabrics (AREA)
  • Nonwoven Fabrics (AREA)
  • Road Paving Structures (AREA)

Abstract

Deze uitvinding betreft enerzijds een kunstgrasmat omvattende een grondweefsel en een aantal uit het grondweefsel stekende kunststofgrashalmen waarbij minstens ‚‚n van de kunststofgrashalmen gevormd is uit een poolkettinggaren (1-6; 7-10; 15-18) met een dichtheid kleiner dan 5000 dtex. Anderzijds betreft deze uitvinding een werkwize voor het vervaadigen van een dergelijke kunstgrasmat. De kunstgrasmat volgens de uitvinding is zowel geschikt voor het inzetten bij het beoefenen van sport zoals bvb : voetbal, tennis, hockey, golf, e.a. als voor het inzetten voor ander gebruik zoals bvb huis- en tuintoepassingen, als decoratief landschapselement.

Description

GEWEVEN KUNSTGRASMAT MET FIJNE POOLVERDELING
Deze uitvinding betreft enerzijds een kunstgrasmat omvattende een grondweefsel en een aantal uit het grondweefsel stekende kunststofgrashalmen. Anderzijds betreft deze uitvinding een werkwijze voor het vervaardigen van een dergelijke kunstgrasmat.
Kunstgrasmatten worden meer en meer ingezet om natuurlijk gras te vervangen omdat: - klimaatomstandigheden niet altijd geschikt zijn voor natuurlijk gras; - belasting die men aan natuurlijk gras oplegt (bvb bij het beoefenen van sport) het terrein beschadigt zodat belangrijke tussentijden nodig zijn om het terrein opnieuw te kunnen gebruiken; - natuurlijk veel onderhoud vergt.
Het is algemeen gekend om kunstgrasmatten te vervaardigen waarbij kunststof grasvezels verbonden worden met een dragermateriaal waarbij de kunststof grashalmen bij voorkeur loodrecht uit het draagweefsel steken. De kunststof grashalmen zijn doorgaans harde en gladde kunststofvezels zoals polyolefïnen (polyethyleen, polypropyleen en mengvormen) of polyamides.
Doorgaans is het dragermateriaal een textieldoek waar doorheen de kunststof grashalmen getuft worden. Dit betekent dat een kunststof grasvezel doorheen het doek gedrukt wordt door middel van een naald waarbij een lus gevormd wordt. Aan de andere zijde van het textieldoek neemt een haak de gevormde lus over en brengt deze lus op de gewenste hoogte. Vervolgens wordt doorgaans de lus doorgesneden zodat twee opstaande grashalmen gevormd worden. Het dragermateriaal kan geweven, gebreid of een non-woven zijn.
In plaats van de kunststof grashalmen doorheen het dragermateriaal te tuften kunnen deze ook als pool in een poolweefsel of poolbreisel vervaardig worden.
Echter, bij het produceren van textiel doeken maken de garens, en in het bijzonder de poolgarens, de belangrijkste kost uit van het product. Oplossingen die eenzelfde performantie opleveren met minder verbruik aan garen zijn dus economisch zeer interessante oplossingen en oplossingen die een hogere performantie opleveren met hetzelfde garenverbruik zijn technisch zeer interessante oplossingen.
De Internationale octrooiaanvraag WO 2004/057111 beschrijft de optimalisatie om de kunstgrashalmen bij het tuften egaal te spreiden in de kunstgrasmat door de afstand tussen de poolrijen en de afstand tussen polen in éénzelfde rij ongeveer gelijk te kiezen en deze afstand bovendien op minstens 10 mm. te kiezen. Dit om te vermijden dat de studs van de schoenen van bijvoorbeeld voetbalspelers zich vastzetten in de poolgarens en ook om de invulling gemakkelijk los te kunnen maken om samendrukking van de invulling te voorkomen.
Dit betekent dat slechts een beperkt aantal pooltufts dient te worden ingezet: bij 10 mm. op 10 mm gaat het over maximaal 10000 pooltufts/m2, en bij de voorkeursuitvoering 13 mm. op 13 mm gaat het over maximaal 5900 pooltufts/m2. bij een verdere voorkeursuitvoering 16 mm. op 16 mm gaat het nog slechts over 3900 pooltufts/m2
Bij het tuften van kunstgras is het daarom gekend om voornamelijk dikkere filamenten in te zetten om tot een goede poolbezettingsgraad te komen. Hiervoor worden voornamelijk polyethyleen en polypropyleen garens ingezet als gefibrilleerd bandjesgaren of als gebundelde monofilamenten met een vezeldichtheid tussen 6000 en 14000 dtex, waarbij voor voetbaltoepassingen doorgaans 10000 tot 14000 dtex wordt ingezet, (dichtheid van 10000 dtex = 1000 tex betekent dat de vezel of het garen een gewicht heeft van 1000 gr. per km lengte). Met kunstgras dient men namelijk een toestand te creëren waarbij de dichtheid van de kunststofgrashalmen goed oogt en bijvoorbeeld voor sporttoepassingen de kunstgrashalmen een bal goed dragen.
Een combinatie van tuftnoppendichtheid en de dichtheid van kunststofgrashalmen die op hun beurt meestal bestaan uit een aantal dunnere vezels of monofilamenten die gebundeld zijn tot een kunststofgaren bepaalt het gedrag van een bal die rolt op een kunstgrasmat.
Tufdichtheden worden gekenmerkt door twee parameters: - de dichtheid van de tuftnaalden in de naaldblok. Deze parameter wordt uitgedrukt als “gauge” met de volgende gebruikelijke waarden 3A” of 5/8” zijnde één naald per 19 mm. respectievelijk per 15.8 mm. of anders uitgedrukt 52 respectievelijk 63 naalden en dus tuftrijen per meter; - de dichtheid van de steken per lengte eenheid kenmerkt de dichtheid in de andere richting en bedraagt tussen de 10 en de 20 per 10 cm., doorgaans 13 tot 16 per cm. wat overeenkomt met: 100 a 200 pooltufts per meter en doorgaans 130 tot 160 pooltufts per meter (of anders uitgedrukt tussenafstanden tussen 10 en 5 mm., respectievelijk 8 en 6 mm). Per m2 levert dit een aantal pooltufts op tussen 5200 en 12600 en doorgaans tussen 6760 en 10000 tufts/m2.
Uit bovenstaande blijkt dat de in tuftpraktijk gekende beperkingen in dichtheid van naalden en in begrensde dichtheid van kunstgraspool tot gevolg hebben dat het in WO 2004/057111 vooropgestelde evenwicht tussen het aantal tufts per meter in de ene richting en het aantal tufts per meter in de andere richting moeilijk kan bereikt worden. Grotere dichtheden, zowel voor de naalden als voor de steken, vormen bij deze garentypes namelijk een probleem door opwarming van de naalden. Ook zwaardere pooltufts dan de opgegeven 14000 dtex vormen een probleem voor de naalden in het tuftproces.
Deze beperking van tuftdichtheid en vezeldichtheid beperken de mogelijkheden om met het tuftproces de eigenschappen van kunstgras verder te verbeteren.
De octrooiaanvrager realiseerde een belangrijke besparing aan grondstoffen door het weven van kunstgras met poolgarens van 16000 dtex (bundel van 8 filamenten van 2000 dtex) in een 7/16W binding. Daarmee bereikte de octrooiaanvrager het voordeel dat elke poolnop twee poolbeentjes heeft die over 8 schot van elkaar verplaatst zijn, wat doorgaans neerkomt op ± 16 mm. uit elkaar. Hierdoor gedragen de poolgarens (16000 dtex) zich theoretisch equivalent met getufte poolgarens met dichtheid 8000 dtex maar dubbel in aantal, omdat het tuftproces inhoudt dat de twee poolbeentjes altijd onmiddellijk naast elkaar staan.
De praktijk leert echter dat zowel in uitzicht als in eigenschappen een geweven kunstgrasmat met 5000 poolnoppen (met elk twee poolbeentjes) met dichtheid 16000 dtex zich minstens even goed gedraagt als een getufte kunstgrasmat met 8400 tuftnoppen (met elk twee tuftbeentjes) van 12000 dtex. De betere verspreiding van de poolbeentjes in de geweven kunstgrasmat levert dus een belangrijk voordeel op aan besparing van grondstoffen, in genoemd geval 20%.
Een nadeel van zowel het weven als van het tuften van kunstgras matten waarbij poolgarens met dichtheden van 6000 dtex en hoger worden ingezet, is dat bij het vervangen van bobijnen, het poolgaren van de nieuwe bobijn aan het poolgaren van de oude bobijn moet geknoopt worden en dat het knopen van dergelijke “dikke” poolgarenbandjes of filamentbundels moeilijk, tijdrovend en arbeidsintensief is. Bovendien hebben de knopen grote dimensies waardoor ze aanleiding zijn tot veelvuldige storingen in het weef- of tuftproces.
Verder stopt een knoop in dergelijk poolgaren, dat zich klemt (bijvoorbeeld ten gevolge van een knoop die hapert) de machine alleen dan wanneer het poolgaren breekt. Om dergelijk poolgaren door te breken moet al een zeer grote kracht aangelegd worden, waardoor veelal ook machinecomponenten of hamascomponenten, zoals bijvoorbeeld hevels of draadspillen in het weefrek, onder een grote belasting komen te staan en vervormen of breken. Dit veroorzaakt bijkomende problemen, stilstanden en interventiekosten.
Verder moeten om een grote autonomie van de weef - of tuftmachine te bereiken, de bobijnen met deze poolgarens van grote dikte behoorlijk zwaar zijn om een aanzienlijke weefsellengte te kunnen produceren alvorens de bobijn te vervangen. Dit maakt het moeilijker de aanvulling van de garens in het weefrek uit te voeren.
Het doel van de uitvinding is een kunstgrasmat en een werkwijze voor het produceren van een geweven kunstgrasmat te vinden, waarbij het poolgaren gelijkmatiger verdeeld wordt over de kunstgrasmat en bij voorkeur een materiaalbesparing (voornamelijk in poolgaren) oplevert. Dit met behoud van vergelijkbare of zelfs met bekomen van betere performanties dan de kunstgrasmatten volgens de stand van de techniek. Een verder doel van de uitvinding is het vereenvoudigen van de arbeid rond de weefinrichting waarop de werkwijze wordt toegepast en het bekomen van een rustiger functionerende weefinrichting en minder stilstanden tijdens het weven.
Het doel van de uitvinding wordt bereikt door te voorzien in een kunstgrasmat omvattende een grondweefsel en een aantal uit het grondweefsel stekende kunststofgrashalmen, waarbij minstens één van de kunststofgrashalmen gevormd is uit een poolkettinggaren met een dichtheid kleiner dan 5000 dtex. In een voorkeurdragende uitvoeringsvorm is minstens één van de kunststofgrashalmen gevormd uit een poolkettinggaren met een dichtheid kleiner dan of gelijk aan 4000 dtex, meer in het bijzonder kleiner dan of gelijk aan 3000 dtex en meest in het bijzonder kleiner dan of gelijk aan 2000 dtex.
Het weze duidelijk dat ook alle kunststofgrashalmen in het weefsel volgens de uitvinding een dichtheid kunnen hebben kleiner dan 5000 dtex of kleiner dan één van de andere genoemde dichtheden.
Volgens een voorkeurdragende uitvoering van de kunstgrasmat volgens deze uitvinding verdelen de kunststofgrashalmen zich over de genoemde grasmat onder de vorm van over de inslaginrichting verspreide rijen van elkaar in kettingrichting opvolgende kunstgrasnoppen, waarbij de genoemde kunstgrasmat minstens 20000 kunstgrasnoppen omvat per m2. Bij voorkeur omvat de kunstgrasmat minstens 30000 kunstgrasnoppen, meer in het bijzonder omvat de kunstgrasmat minstens 40000 kunstgrasnoppen en in een meest bijzondere uitvoeringvorm omvat de kunstgrasmat minstens 50000 kunstgrasnoppen.
Volgens een meer voorkeurdragende kunstgrasmat vormen de uit het grondweefsel stekende kunststofgrashalmen poolbeentjes van de kunstgrasnoppen die in het grondweefsel zijn afgebonden over tussenliggende inslaggarens volgens een Afbinding.
Bij de kunstgrasmat overeenkomstig de uitvinding omvat elke kunstgrasnop bij voorkeur twee poolbeentjes waarbij elke kunstgrasnop tussen zijn twee opstaande beentjes minstens driemaal is afgebonden over tussenliggende inslaggarens. Dit heeft als voordeel dat elk poolbeentje wordt afgebonden rond een verschillende inslag die zich beide tussen de twee opstaande poolbeentjes bevinden. In het bijzonder is elke kunstgrasnop tussen zijn twee opstaande beentjes vijfmaal afgebonden over tussenliggende inslaggarens. Meer in het bijzonder is elke kunstgrasnop tussen zijn twee opstaande beentjes zeven maal afgebonden over tussenliggende inslaggarens.
In een meest voorkeurdragende uitvoering van de kunstgrasmat volgens de uitvinding is de afstand tussen twee elkaar in kettingrichting opeenvolgende poolbeentjes van een verschillend poolkettinggaren kleiner dan de afstand tussen twee elkaar in kettingrichting opeenvolgende poolbeentjes van eenzelfde kunstgrasnop.
Volgens een bijzonder voordelige uitvoering van de kunstgrasmat volgens de uitvinding is minstens één van de uit het grondweefsel stekende kunststofgrashalmen een monofilamentgaren, waarmee wordt bedoeld geen bundeling van meerdere filamenten of garens. Volgens een meer bijzondere uitvoeringsvorm van de kunstgrasmat steekt naast de uit het grondweefsel uitstekende kunststofgrashalmen ook minstens één inkrimpbaar getextureerd garen uit het grondweefsel. Dergelijke getextureerde garens zijn vervaardigd uit PE of PA en krimpen na doorsnijden en/of opwarming in en doen aldus dienst als vulgaren in de kunstgrasmat. Deze vulgarens ondersteunen enerzijds de gesneden pool en hebben anderzijds de functie om eventuele invulling van de kunstgrasmat vast te houden en te verhinderen dat deze invulling teveel compacteert. Verder kan een dergelijk vulgaren een bijdrage leveren tot het dempen van een halbots of tot het vervangen van klassieke invullingen in kunstgras.
Volgens een meest bijzondere uitvoeringsvorm van de kunstgrasmat volgens deze uitvinding is de genoemde grasmat geweven volgens een dubbelstukweefmethode.
Een ander onderwerp van deze octrooiaanvraag betreft een werkwijze voor het vervaardigen van een kunstgrasmat omvattende een grondweefsel en een aantal uit het grondweefsel stekende kunststofgrashalmen. Overeenkomstig de uitvinding worden een onderste en een bovenste weefsel geweven volgens een dubbelstukweefmethode, waarbij de weefsels bestaan uit inslaggarens, grondkettinggarens en grashalmvormende poolkettinggarens waarmee afwisselend in beide weefsels kunstgrasnoppen gevormd worden met telkens twee poolbeentjes waarbij minstens één van de grashalmvormende poolkettinggarens een dichtheid heeft kleiner dan 5000 dtex.
Volgens een voorkeurdragende werkwijze worden de grashalmvormende poolkettinggarens afgebonden over de inslaggarens volgens een W-binding.
Volgens een bijzonder werkwijze voor het vervaardigen van een kunstgrasmat zijn de grashalmvormende poolkettinggarens in inslagrichting verdeeld over een aantal poolkettinggangen waarbij elke poolkettinggang een aantal grashalmvormende poolkettinggarens omvat die afgebonden worden volgens een W-binding en waarbij de verschillende genoemde poolkettinggarens binnen éénzelfde poolkettinggang in kettingrichting ten opzichte van elkaar verzet worden. Dit heeft als voordeel dat de poolbeentjes van de gevormde kunstgrasnoppen veel meer verspreid zijn over de kunstgrasmat.
Volgens een meer bijzondere werkwijze volgens de uitvinding wordt in minstens één poolkettinggang elk inslaggaren dat ten opzichte van een spankettinggaren aan de rugzijde van de kunstgrasmat ligt, afgebonden door minstens twee grashalmvormende poolkettinggarens waarbij elk van deze twee poolkettinggarens één poolbeentje zet elk aan een verschillende zijde van het inslaggaren.
Volgens een meest bijzondere werkwijze volgens de uitvinding strekken zich in elke poolkettinggang zes grashalmvormende poolkettinggarens uit die afgebonden worden als 5/12W-binding en die binnen éénzelfde poolkettinggang telkens over twee schot ten opzichte van elkaar verzet worden.
Bij een andere voorkeurdragende werkwijze volgens de uitvinding strekken zich in elke poolkettinggang zes grashalmvormende poolkettinggarens uit die afgebonden worden als 7/16W-binding en die binnen éénzelfde poolkettinggang telkens over vier schot ten opzichte van elkaar verzet worden.
Volgens een bijzonder voorkeurdragende werkwijze overeenkomstig de uitvinding wordt geweven in tegenfase zodat in de gaapvorming voor elk poolkettinggaren dat van beneden naar boven beweegt, een ander poolkettinggaren gelijktijdig over dezelfde afstand van boven naar beneden beweegt.
Om de eigenschappen van deze uitvinding verder te verduidelijken en om bijkomende voordelen en bijzonderheden ervan aan te duiden, volgt nu een meer gedetailleerde beschrijving van een kunstgrasmat volgens de uitvinding en de werkwijze voor het vormen van dergelijke grasmat. Het weze duidelijk dat niets in de hierna volgende beschrijving kan geïnterpreteerd worden als een beperking van de in de conclusies opgeëiste bescherming voor de uitvinding.
In deze beschrijving wordt door middel van referentiecijfers verwezen naar de hierbij gevoegde tekeningen waarbij: - figuur 1, 2 en 3 een schematische dwarsdoorsnede in kettingrichting voorstellen van een gedeelte van een dubbelstukweefsel waaruit de kunstgrasmatten volgens de uitvinding gevormd worden;
De kunstgrasmat volgens de uitvinding omvat een grondweefsel en een aantal uit het grondweefsel stekende kunststofgrashalmen. Het grondweefsel bestaat uit span- (21) en bindkettinggarens en inslaggarens. De kunstgrasmat wordt geweven volgens een dubbelstukweefmethode waarbij een dubbelstukweefsel gevormd wordt omvattende een onderste en een bovenste grondweefsel. Beide weefsels bestaan uit inslaggarens, grondkettinggarens en grashalmvormende poolkettinggarens die afwisselend in het bovenste en onderste weefsel worden ingebonden over de tussenliggende inslaggarens door een W-binding. De grashalmvormende poolkettinggarens zijn verdeeld over verschillende poolkettinggangen die over de inslagrichting van de weefmachine verdeeld zijn. Een poolkettinggang bestaat uit een aantal poolkettinggarens die de kunstgrasnoppen vormen in één rij in kettingrichting. Doorgaans komt het aantal poolkettinggarens in één poolkettinggang overeen met het aantal poolkettinggarens binnen één riettand zonder dat noodzakelijkerwijze iedere riettand door een poolkettinggang bezet wordt. De kunststofgrashalmvormende poolkettinggarens worden tussen beide grondweefsels doorgesneden door middel van een gekende snijdinrichting, zodat twee grondweefsels worden bekomen die elk een kunstgrasmat vormen met elkaar in kettingrichting opvolgende kunstgrasnoppen welke gevormd worden uit de grashalmvormende poolkettinggarens. De kunstgrasmat volgens de uitvinding omvat minstens 20000 evenredig verdeelde kunstgrasnoppen per m2 maar kan er ook meer dan 25000, meer dan 30000 of meer dan 40000 bevatten.
De poolkettinggarens waaruit de kunstgrashalmen gevormd worden hebben een dichtheid kleiner dan 5000 dtex.
Elke kunstgrasnop omvat twee poolbeentjes waarbij voor elke nop de kunststofgrashalm tussen zijn twee opstaande beentjes minstens driemaal is afgebonden over tussenliggende inslaggarens. Hierdoor wordt elk poolbeentje afgebonden rond een verschillende inslag die zich beide tussen de twee poolbeentjes bevinden. Verder wordt het kunststofgrashalmgedeelte dat de twee poolbeentjes met elkaar verbindt in het grondweefsel afgebonden over minstens één extra inslag tussen de twee poolbeentjes. Bij één extra inslag spreken we over een 3/8W-binding.
De poolkettinggarens (1-6) kunnen zoals voorgesteld op figuur 1 afgebonden worden volgens een 5/12W-binding, hierbij is elke kunstgrasnop tussen zijn twee opstaande beentjes (la-6a;lb-6b) vijfmaal afgebonden over tussenliggende inslaggarens (12a-12e). Zo omvat de kunstgrasnop gevormd (na het scheiden van boven- en onderweefsel) uit het poolkettinggaren met referentiecijfer 1, twee poolbeentjes la en lb, en liggen er tussen deze twee poolbeentjes 5 inslagen (12a-e). Wanneer de poolkettinggarens (7-10), (15-18) zoals voorgesteld op figuur 2 en 3 afgebonden worden volgens een 7/16W-binding, is elke kunstgrasnop tussen zijn twee opstaande beentjes (7a-10a;7b-10b), (15a-18a;15b-18b) zeven maal afgebonden over tussenliggende inslaggarens (13a-13g), (14a-14g). Zo omvat de kunstgrasnop gevormd (na het scheiden van boven- en onderweefsel) uit het poolkettinggaren met referentiecijfer 7, twee poolbeentjes 7a en 7b, en liggen er tussen deze twee poolbeentjes 7 inslagen (13a-g), drie (13b, d en f) aan de poolzijde van het spankettinggaren en vier (13a, c, e en g) aan de rugzijde van het spankettinggaren.
De afstand tussen twee opeenvolgende poolbeentjes (la, 5b) van een verschillend poolkettinggaren is bij voorkeur kleiner dan de afstand tussen twee opeenvolgende poolbeentjes van eenzelfde kunstgrasnop (la-b, 2a-b, 3a-b,4a-b,5a-b,6a-b).
Zo stelt figuur 1 bvb een grasmat voor gevormd uit een weefsel waarbij de grashalmvormende poolkettinggarens worden afgebonden als 5/12W-binding met, het inzetten van 6 enkele monofilamenten 1 x 2000 dtex (1-6) per poolkettinggang in een verzet van 2 schot (12a-e) per poolkettinggaren. Dergelijke kunstgrasmat heeft op iedere inslag aan de rugzijde (12a, 12c, 12e) van het weefsel ten opzichte van het spankettinggaren (21) aan beide zijden een poolbeentje (la,2a,3a,4a,5a,6a lb,2b,3b,4b,5b,6b) rechtop staan (weliswaar niet van dezelfde kunstgrasnop).
Dit heeft als voordeel dat de poolbeentjes zeer goed verspreid zijn over het weefsel. Het aantal poolbeentjes komt overeen met deze van een l/2V-binding, doch de grasnoppen zijn hier veel steviger afgebonden door de 5/12W-binding. Het poolgaren in 5/12W-binding is over 5 inslagen (12a-e) afgebonden terwijl in 1/2V binding dit slechts over 1 inslag gebeurt. Er staan evenveel enkele filamenten boven het grondweefsel als gekend uit de stand van de techniek met poolkettinggarens 6 x 2000 dtex in 5/12W-binding met 1 poolkettinggaren per poolkettinggang doch met een nog betere spreiding van de filamenten, kunstgrashalmen.
Door de betere spreiding van de grasnoppen heeft de kunstgrasmat een dichter uitzicht en zijn de speeleigenschappen erop beter dan deze volgens de stand van de techniek.
Bijkomende elementen die de efficiëntie van de werkwijze ten goede komen zijn: - de garens in het weefrek hebben een beperkte dichtheid wat het knopen van het poolkettinggaren sterk vereenvoudigt ten opzichte van het knopen van gebundelde monofïlamenten, die zich uiterst moeilijk laten knopen. Dit levert een aanzienlijke besparing aan mantijd op; - de gevormde knopen zijn kleiner waardoor ze minder problemen veroorzaken wanneer ze zich doorheen de jacquardhevels in de weefmachine uitstrekken, verder zijn ze minder storend aanwezig in de gevormde weefsels. Bij een hapering van het poolgaren zal het poolgaren door zijn lagere dichtheid sneller breken, m.a.w het poolgaren zal bij een lagere belasting breken waardoor niet eerst de machinecomponenten of hamascomponenten zullen vervormen alvorens het garen breekt; - het weefrek bestaat uit een veel groter aantal bobijnen met enkele monofïlamentgarens, waardoor een veel grotere voorraad garen in de machine aanwezig is en de machine langer autonoom, zonder tussenkomst van bobijnopzetters kan doorwerken; - de jacquardinrichting functioneert rustiger omdat in tegenfase geweven wordt zodat op elk schot één poolkettinggaren van beneden naar boven beweegt en één poolkettinggaren van boven naar beneden over dezelfde afstand. Van de overblijvende 4 poolkettinggarens per poolkettinggang bewegen er 2 op en onder de inslagen in het bovenste weefsel en terzelfdertijd 2 andere poolkettinggarens onder en op in het onderste weefsel. De beweging van de poolkettinggarens verloopt symmetrisch, wat minder energie vereist voor de aandrijving van de jacquard; de kost van het poolgaren is lager dan volgens de stand van de techniek omdat het twijnen van 8 filamenten tot één filament een belangrijke kost met zich meebrengt (0.5 €/kg).
De gevormde kunstgrasmatten zijn beter qua speeleigenschappen (bvb. balrol) en qua uitzicht voor dezelfde hoeveelheid pool. Door de hoeveelheid pool te verlagen kan men ook met minder poolmateriaal vergelijkbare resultaten en uitzicht bekomen. Het verlagen van de hoeveelheid pool kan zowel gebeuren door de dichtheid van de poolbeentjes per m2 te verlagen dan wel door het aantal kunstgrasnoppen per m2 te verlagen.
Zo kunnen in dezelfde configuratie uit figuur 1 6 individueel gestuurde en in kettingrichting verzette monofilamenten van bvb 1600 dtex, 1400 dtex of 1200 dtex per kettinggang ingezet worden. Hierdoor daalt het poolgarenverbruik wat de kostprijs van de kunstgrasmat gevoelig doet dalen.
Het spreekt voor zich dat een gelijkaardige werkwijze kan toegepast worden met 8 enkele monofilamenten (lx 2000, 1 x 1400 of 1 x 1200 dtex of andere dichtheden) in een 7/16W-binding met dezelfde voordelen en effecten.
In de voorgestelde weefselstructuren kunnen ook één of meerdere van de enkele monofilamentgarens vervangen worden door een getextureerd garen uit PE of PA dat na doorsnijden en/of op warmen inkrimpt en als vulgaren dienst doet in de kunstgrasmat. Dergelijk vulgaren ondersteunt enerzijds de gesneden pool. Anderzijds heeft dergelijk vulgaren ook een functie om eventuele zand- of rubberinvulling vast te houden en te verhinderen dat deze compacteert. Verder kan dergelijk vulgaren een bijdrage leveren tot het dempen van een halbots of tot het vervangen van klassieke invullingen in kunstgras. Dergelijk vulgaren kan ook als bijkomend poolkettinggaren per poolkettinggang of in een deel van de poolkettinggangen toegevoegd worden aan de uitvoeringen en weefselstructuren zoals beschreven binnen deze octrooiaanvraag.
Een andere variante bestaat erin twee monofilamenten samen te nemen (vanaf dezelfde bobijn en doorheen dezelfde jacquardhevel) waarbij deze monofilamenten al dan niet getwijnd zijn.
Figuur 2 is een uitvoering waarbij 4 gebundelde filamenten 2 x 2000 dtex (de filamenten 2000 dtex zijn per 2 op een bobijn gewikkeld en bewegen zich per 2 door een jacquardhevel). De 4 gebundelde filamenten (7,8,9,10) worden afgebonden als 7/16W-binding en zijn binnen eenzelfde poolkettinggang verzet over telkens 4 schot. Dergelijke uitvoering heeft een iets mindere poolverdeling dan de hoger beschreven uitvoering volgens de uitvinding, omdat slechts om de 2 inslagen aan de rugzijde van het weefsel ten opzichte van het spankettinggaren (21) de inslag afgebonden is door 2 poolbeentjes. De poolverdeling blijft echter beduidend beter dan de verdeling gekend uit de stand van de techniek. Dergelijke dubbele filamenten laten zich nog altijd gemakkelijk knopen en de knopen vertonen ook minder storing in het weefproces. Het spreekt voor zich dat ook hier filamenten met ander dichtheden mogelijk zijn, zoals bvb. 1200 dtex, 1400 dtex, 1600 dtex, ...
Er kan ook gewerkt worden met 4 poolgarens uit monofilamenten met enkel garen met een dichtheid groter dan 2000 dtex, zoals bijvoorbeeld 2400 dtex, 2800 dtex, 3000 dtex of 3600 dtex.
Het spreekt voor zich dat hiervoor ook de 5/12W-binding of andere W-bindingen kunnen ingezet worden en dat ook hier bijkomend of ter vervanging van één van de monofilamenten een getextureerd PE of PA-garen kan ingezet worden.
Er zijn nog tal van andere uitvoeringen volgens de uitvinding mogelijk. Ten titel van voorbeeld nog volgende uitvoering, voorgesteld in figuur 3 waarbij 4 grashalmvormende poolgarens (15,16,17,18) van enkel of dubbel monofilament worden ingezet in 7/16W-binding met een verzet van 2 schot tussen de 4 genoemde poolgarens. Een vijde monofilamentgaren (11) wordt in hetzelfde verzet bijkomend ingezet waarbij dit vijfde monofilamentgaren een getextureerd garen is dat na doorsnijden inkrimpt en als vulgaren dienst doet.
In deze uitvoering is per inslag (14a;14c,14e;14g) op de rugzijde van het weefsel één poolbeentje van kunstgraspool afgebonden en beweegt zich een vulgaren (11) tussen deze kunstgraspool. Dit is een voorkeursmogelijkheid om de poolgarens meer te spreiden in het weefsel.
De kunstgrasmat volgens de uitvinding is zowel geschikt voor het inzetten bij het beoefenen van sport zoals bvb: voetbal, tennis, hockey, golf, e.a als voor het inzetten voor ander gebruik zoals bvb huis- en tuintoepassingen, als decoratief landschapselement.

Claims (17)

1. Kunstgrasmat omvattende een grondweefsel en een aantal uit het grondweefsel stekende kunststofgrashalmen, met het kenmerk dat minstens één van de kunststofgrashalmen gevormd is uit een poolkettinggaren (1-6; 7-10; 15-18) met een dichtheid kleiner dan 5000 dtex.
2. Kunstgrasmat volgens conclusie 1, met het kenmerk dat de kunststofgrashalmen zich over de genoemde grasmat verdelen onder de vorm van over de inslagrichting verspreide rijen van elkaar in kettingrichting opvolgende kunstgrasnoppen, waarbij de genoemde kunstgrasmat minstens 20000 kunstgrasnoppen omvat per m2.
3. Kunstgrasmat volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk dat de uit het grondweefsel stekende kunststofgrashalmen poolbeentjes vormen van de kunstgrasnoppen die in het grondweefsel zijn afgebonden over tussenliggende inslaggarens (12a-e; 13a-g; 14a-g) volgens een W-binding.
4. Kunstgrasmat volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat elke kunstgrasnop twee poolbeentjes (la-6a;lb-6b; 7a-10a,7b-10b; 15a-18a,15b-18b) omvat waarbij elke kunstgrasnop tussen zijn twee opstaande beentjes minstens driemaal is afgebonden over tussenliggende inslaggarens (12a-e; 13a-g; 14a-g).
5. Kunstgrasmat volgens conclusie 4, met het kenmerk dat elke kunstgrasnop tussen zijn twee opstaande beentjes vijfmaal is afgebonden over tussenliggende inslaggarens.
6. Kunstgrasmat volgens conclusie 4, met het kenmerk dat elke kunstgrasnop tussen zijn twee opstaande beentjes zeven maal is afgebonden over tussenliggende inslaggarens.
7. Kunstgrasmat volgens één van de conclusies 3 t/m 6, met het kenmerk dat de afstand tussen twee elkaar in kettingrichting opeenvolgende poolbeentjes van een verschillend poolkettinggaren kleiner is dan de afstand tussen twee elkaar in kettingrichting opeenvolgende poolbeentjes van eenzelfde kunstgrasnop.
8. Kunstgrasmat volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat minstens één van de uit het grondweefsel stekende kunststofgrashalmen een monofilamentgaren is.
9. Kunstgrasmat volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat naast de uit het grondweefsel stekende kunststofgrashalmen ook minstens een inkrimpbaar getextureerd garen uit het grondweefsel steekt.
10. Kunstgrasmat volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de genoemde grasmat geweven is volgens een dubbelstukweefinethode.
11. Werkwijze voor het vervaardigen van een kunstgrasmat omvattende een grondweefsel en een aantal uit het grondweefsel stekende kunststofgrashalmen, waarbij een onderste en een bovenste weefsel geweven worden volgens een dubbelstukweefmethode, waarbij de weefsels bestaan uit inslaggarens, grondkettinggarens en grashalm vormende poolkettinggarens (1-6; 7-10; 15-18) waarmee afwisselend in beide weefsels kunstgrasnoppen gevormd worden met telkens twee poolbeentjes (la-6a;lb-6b; 7a-10a,7b-10b; 15a-18a, 15b-18b) met het kenmerk dat minstens één van de grashalmvormende poolkettinggarens (1-6; 7-10; 15-18) een dichtheid heeft kleiner dan 5000 dtex.
12. Werkwijze volgens conclusie 11, met het kenmerk dat de grashalmvormende poolkettinggarens afgebonden worden over de inslaggarens (12a-e; 13a-g; 14a-g) volgens een W-binding.
13. Werkwijze volgens conclusie 11 of 12, met het kenmerk dat de grashalmvormende poolkettinggarens (1-6; 7-10; 15-18) verdeeld zijn over een aantal poolkettinggangen waarbij elke poolkettinggang een aantal grashalmvormende poolkettinggarens omvat die afgebonden worden volgens een W-binding en waarbij de verschillende genoemde poolkettinggarens binnen éénzelfde poolkettinggang in kettingrichting ten opzichte van elkaar verzet worden.
14. Werkwijze volgens conclusie 13, met het kenmerk dat in minstens één poolkettinggang elk inslaggaren dat ten opzichte van een spankettinggaren aan de rugzijde van de kunstgrasmat ligt, afgebonden wordt door minstens twee grashalmvormende poolkettinggarens waarbij elk van deze twee poolkettinggarens één poolbeentje zet elk aan een verschillende zijde van het inslaggaren.
15. Werkwijze volgens één van de conclusies 11 t/m 14, met het kenmerk dat zich in elke poolkettinggang zes grashalmvormende poolkettinggarens uitstrekken die over de inslaggarens afgebonden worden als 5/12W-binding en die binnen éénzelfde poolkettinggang telkens over twee schot ten opzichte van elkaar verzet worden.
16. Werkwijze volgens één van de conclusies 11 t/m 14, met het kenmerk dat zich in elke poolkettinggang zes grashalmvormende poolkettinggarens uitstrekken die over de inslaggarens afgebonden worden als 7/16W-binding en die binnen éénzelfde poolkettinggang telkens over vier schot ten opzichte van elkaar verzet worden.
17. Werkwijze volgens één van de conclusies 11 t/m 16, met het kenmerk dat geweven wordt in tegenfase zodat in de gaapvorming voor elk poolkettinggaren dat van beneden naar boven beweegt, een ander poolkettinggaren gelijktijdig over dezelfde afstand van boven naar beneden beweegt.
BE2007/0188A 2007-04-18 2007-04-18 Geweven kunstgrasmat met fijne poolverdeling. BE1017560A3 (nl)

Priority Applications (7)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE2007/0188A BE1017560A3 (nl) 2007-04-18 2007-04-18 Geweven kunstgrasmat met fijne poolverdeling.
EP08748920A EP2142691B1 (en) 2007-04-18 2008-04-15 Woven artificial grass mat having a fine pile distribution and method for producing such an artificial grass mat
PCT/EP2008/002986 WO2008128677A1 (en) 2007-04-18 2008-04-15 Woven artificial grass mat having a fine pile distribution
ES08748920T ES2377244T3 (es) 2007-04-18 2008-04-15 Esterilla tejida de hierba artificial con una fina distribución del pelo y método para fabricar dicha esterilla de hierba artificial
PL08748920T PL2142691T3 (pl) 2007-04-18 2008-04-15 Tkana mata ze sztuczną trawą z gęstym rozkładem okrywy i sposób wytwarzania takiej maty ze sztuczną trawą
AT08748920T ATE533875T1 (de) 2007-04-18 2008-04-15 Gewebte kunstrasenmatte mit feiner florverteilung sowie verfahren zur herstellung einer derartigen kunstrasenmatte
US12/450,900 US7992595B2 (en) 2007-04-18 2008-04-15 Woven artificial grass mat having a fine pile distribution

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE200700188 2007-04-18
BE2007/0188A BE1017560A3 (nl) 2007-04-18 2007-04-18 Geweven kunstgrasmat met fijne poolverdeling.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
BE1017560A3 true BE1017560A3 (nl) 2008-12-02

Family

ID=38744807

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE2007/0188A BE1017560A3 (nl) 2007-04-18 2007-04-18 Geweven kunstgrasmat met fijne poolverdeling.

Country Status (7)

Country Link
US (1) US7992595B2 (nl)
EP (1) EP2142691B1 (nl)
AT (1) ATE533875T1 (nl)
BE (1) BE1017560A3 (nl)
ES (1) ES2377244T3 (nl)
PL (1) PL2142691T3 (nl)
WO (1) WO2008128677A1 (nl)

Families Citing this family (8)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
ES2366539T3 (es) 2002-12-19 2011-10-21 Greenfields B.V. Tapiz de césped artificial y método para fabricar el mismo.
US20070237921A1 (en) * 2006-04-10 2007-10-11 Knapp Timothy A Woven artificial turf
BE1017428A3 (nl) * 2006-12-22 2008-09-02 Wiele Michel Van De Nv Kunstgrasmat en werkwijze voor het vervaardigen van dergelijke mat.
BE1017429A3 (nl) * 2006-12-22 2008-09-02 Wiele Michel Van De Nv Kunstgrasmatten.
PL400399A1 (pl) 2012-08-14 2014-02-17 Dywilan Spólka Akcyjna Mata na hybrydowa murawe sportowa lub dekoracyjna
CN103903889B (zh) * 2012-12-24 2016-08-31 昆山豪绅纤维科技开发有限公司 作为一电极的导电织物以及织物开关
BE1023598B1 (nl) * 2015-11-10 2017-05-11 Nv Michel Van De Wiele Werkwijze voor het dubbelstukweven van weefsels met figuurkettingdraden
MA51263A (fr) * 2017-12-07 2020-10-28 Advanced Polymer Tech Corp Système de gazon artificiel comprenant un ancien gazon artificiel en sous-couche

Citations (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3513061A (en) * 1968-01-02 1970-05-19 Monsanto Co Synthetic turf surface
NL7113415A (en) * 1965-04-09 1971-12-27 Artificial turf
US4381805A (en) * 1981-02-09 1983-05-03 Fieldcrest Mills, Inc. Simulated grass pile fabric
JPH07164570A (ja) * 1993-12-14 1995-06-27 Toray Ind Inc 人工芝
JP2003129409A (ja) * 2001-10-26 2003-05-08 Otsuka Chem Co Ltd 人工芝構造体
WO2006091085A1 (en) * 2005-02-28 2006-08-31 Ten Cate Thiolon B.V. Artificial grass turf system
WO2007116290A1 (en) * 2006-04-10 2007-10-18 Triexe Management Group Inc. Woven artificial turf

Family Cites Families (16)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4230752A (en) * 1979-04-26 1980-10-28 Brunswick Corporation Cigarette burn proof artificial grass
US4426415A (en) * 1981-12-11 1984-01-17 V&L Manufacturing Company, Inc. Tufted carpeting, especially artificial turf, with tufts stitched through multiple layers of pre-woven backing material of differing gauge
BE1004348A3 (nl) * 1990-06-05 1992-11-03 Wiele Michel Van De Nv Werkwijze voor het vervaardigen van een dubbelstuktapijtweefsel, in een 2-schotbinding alsmede aldus verkregen weefsels.
NL1004656C2 (nl) 1996-11-29 1998-07-02 Hugo De Vries Combinatiegrasveld.
BE1014721A5 (nl) * 2002-03-22 2004-03-02 Wiele Michel Van De Nv Werkwijze en weefmachine voor het weven van weefsels met poollussen.
ES2366539T3 (es) 2002-12-19 2011-10-21 Greenfields B.V. Tapiz de césped artificial y método para fabricar el mismo.
US20040142758A1 (en) * 2003-01-16 2004-07-22 Yoshihiko Shioda Golf practice and exercise mat
US20060107880A1 (en) * 2004-01-30 2006-05-25 Bryan Peeples Synthetic sports surfaces
BE1016336A5 (nl) * 2004-12-02 2006-08-01 Wiele Michel Van De Nv Werkwijze voor het weven van dubbelstukweefsels, weefsel geweven volgens een dergelijke werkwijze en dubbelstukweefmachine voorzien voor het uitvoeren van een dergelijke werkwijze.
BE1016337A3 (nl) * 2004-12-02 2006-08-01 Wiele Michel Van De Nv Werkwijze voor het weven van weefsels en shaggy weefsel.
US7520303B2 (en) * 2005-06-24 2009-04-21 N.V. Michel Van De Wiele Method for weaving a fabric, fabric woven by means of such a method and weaving machine for weaving such a fabric
US20080145574A1 (en) * 2006-12-18 2008-06-19 Julicher Henry A Artificial turf system and method of making
US20080141516A1 (en) * 2006-12-18 2008-06-19 Julicher Henry A Artificial turf system and method of making
BE1017429A3 (nl) * 2006-12-22 2008-09-02 Wiele Michel Van De Nv Kunstgrasmatten.
BE1017428A3 (nl) * 2006-12-22 2008-09-02 Wiele Michel Van De Nv Kunstgrasmat en werkwijze voor het vervaardigen van dergelijke mat.
ATE511564T1 (de) * 2007-08-24 2011-06-15 Card Monroe Corp System und anlage zur herstellung von künstlichen/synthetischen sportrasenwaren

Patent Citations (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL7113415A (en) * 1965-04-09 1971-12-27 Artificial turf
US3513061A (en) * 1968-01-02 1970-05-19 Monsanto Co Synthetic turf surface
US4381805A (en) * 1981-02-09 1983-05-03 Fieldcrest Mills, Inc. Simulated grass pile fabric
JPH07164570A (ja) * 1993-12-14 1995-06-27 Toray Ind Inc 人工芝
JP2003129409A (ja) * 2001-10-26 2003-05-08 Otsuka Chem Co Ltd 人工芝構造体
WO2006091085A1 (en) * 2005-02-28 2006-08-31 Ten Cate Thiolon B.V. Artificial grass turf system
WO2007116290A1 (en) * 2006-04-10 2007-10-18 Triexe Management Group Inc. Woven artificial turf

Also Published As

Publication number Publication date
ATE533875T1 (de) 2011-12-15
PL2142691T3 (pl) 2012-04-30
ES2377244T3 (es) 2012-03-23
EP2142691A1 (en) 2010-01-13
US20100092701A1 (en) 2010-04-15
US7992595B2 (en) 2011-08-09
EP2142691B1 (en) 2011-11-16
WO2008128677A1 (en) 2008-10-30

Similar Documents

Publication Publication Date Title
BE1017560A3 (nl) Geweven kunstgrasmat met fijne poolverdeling.
US10227716B2 (en) Artificial turf mat and method for manufacturing thereof
JP4903726B2 (ja) 人工芝生システム
BE1017428A3 (nl) Kunstgrasmat en werkwijze voor het vervaardigen van dergelijke mat.
US6242062B1 (en) Combined turf
AU2010237169A1 (en) Device for producing a fibre mat by weaving
US20190145057A1 (en) Artificial turf
CA2948645A1 (en) Artificial turf and associated devices and methods for making same
KR101170721B1 (ko) 무방향성 타입 인조잔디 구조체 및 이의 제조방법
US20060107880A1 (en) Synthetic sports surfaces
EP2122059B1 (en) Artificial turf
US7117899B1 (en) Pile mesh fabric
EP3029198A1 (en) Hybrid grass
KR101174314B1 (ko) 무방향성 및 비충전재 타입 인조잔디 구조체, 및 이의 제조방법
JPH08504896A (ja) カーペットを製造するための方法及び装置
Phillips et al. The technology of polypropylene tape yarns: processing and applications
KR102377164B1 (ko) 균일한 표면을 가지는 인조잔디매트 생산시스템 및 그 시스템으로 생산되는 인조잔디매트
CN212611804U (zh) 一种防开叉,底部具有抗撕裂老化作用的唇形人造草坪
CN218711275U (zh) 一种编网经编结构及捆草网
US20070048491A1 (en) Water resistant carpet and method of manufacture the same
CN112048819B (zh) 基于rsj经编机的自由裁经编面料的制造方法
JP2000110108A (ja) 人工芝生
EP3538712A1 (en) Artificial turf with water retaining base
BG1047U1 (bg) Апретирана текстилна плетена мрежа
JPH1037118A (ja) 競技場グランド地表および生鮮食品下敷きマット