BE1016588A3 - Werkwijze voor het vervaardigen van een visueel communicatiebord. - Google Patents

Abstract

Werkwijze voor het vervaardigen van een visueel communicatiebord dat in hoofdzaak bestaat uit een drager(2) waarop een emaillaag (4) is aangebracht, daardoor gekenmerkt dat op de zichtbare zijde van de emaillaag (4) een sol-gel dispersie wordt aangebracht die vervolgens getemperd wordt ter vorming van een, in hoofdzaak, glazige of ceramische afdeklaag (5).

Description

Werkwijze voor het vervaardigen van een visueel communicatiebord.

De huidige uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het vervaardigen van een visueel communicatiebord, meer bepaald een bord met geëmailleerd oppervlak dat is bedoeld om op geschreven te worden met droog afveegbare viltstiften of als projectiescherm gebruikt te worden.

Bekende communicatieborden bestaan doorgaans uit een drager uit een houtvezelplaat, een papieren honingraatstructuur, kunststof of dergelijke waarop aan de zichtbare zijde van het bord een metaalplaat bevestigd is met daarop een emaillaag.

De achterzijde van de borden wordt al dan niet voorzien van een steunplaat en/of een folie die dienst kan doen als vochtwerend scherm.

Een nadeel van dergelijke borden is dat de emaillaag doorgaans relatief glad en bijgevolg glanzend is om goed afveegbaar te zijn voor viltstiften, waardoor storende lichtreflecties kunnen optreden door invallend licht van lampen of dergelijke en waardoor toeschouwers moeilijk of niet kunnen zien wat op het bord wordt geprojecteerd of geschreven.

Matte geëmailleerde borden die zijn bedoeld als projectiescherm of als bord om met droog afveegbare viltstift te worden beschreven, vertonen minder storende lichtreflecties dan hun glanzende varianten, maar zijn minder goed droog afveegbaar.

Organische visuele communicatieborden die zijn vervaardigd van gelakt staal hebben doorgaans een veel lagere krasvastheid, slijtvastheid en daardoor een lagere duurzaamheid in vergelijking met de voornoemde geëmailleerde borden.

De huidige uitvinding heeft tot doel aan de voornoemde en andere nadelen een oplossing te bieden.

Hiertoe betreft de uitvinding een werkwijze voor het vervaardigen van een visueel communicatiebord dat in hoofdzaak bestaat uit een drager waarop een emaillaag is aangebracht, waarbij op de zichtbare zijde van de emaillaag een sol-gel dispersie wordt aangebracht die vervolgens getemperd wordt ter vorming van een, in hoofdzaak, glazige of ceramische afdeklaag.

Een voordeel van de werkwijze volgens de uitvinding is dat ze toelaat communicatieborden te vervaardigen waarvan de hardheid en de slijtvastheid relatief groot zijn en mogelijk zelfs veel groter dan de voornoemde organische visuele communicatieborden.

Bij voorkeur bevat de voornoemde dispersie eveneens partikels van een orde van grootte die groter is dan de golflengte van zichtbaar licht.

Deze voorkeurdragende werkwijze biedt het bijkomend voordeel dat de glans van de aldus verwezenlijkte communicatieborden relatief laag is.

Inderdaad, door het voorzien van de voornoemde partikels in de afdeklaag op de emaillaag, wordt het licht, dat op het bord invalt, verstrooid, waardoor de glans van het bord wordt verlaagd en storende lichtreflecties van lampen en dergelijke worden teruggedrongen.

Volgens nog een andere voorkeurdragende werkwijze bevat de voornoemde dispersie fluor en of een zout daarvan.

Het toevoegen van fluor of een zout van fluor aan de voornoemde dispersie biedt het voordeel dat de oppervlaktespanning van de afgewerkte afdeklaag relatief laag is, waardoor inkt van viltstiften of dergelijke relatief makkelijk droog van de afdeklaag verwijderd kan worden.

Met het inzicht de kenmerken van de huidige uitvinding beter aan te tonen, wordt hierna, als voorbeeld zonder enig beperkend karakter, een voorkeurdragende werkwijze volgens de uitvinding beschreven voor het vervaardigen van een visueel communicatiebord, met verwijzing naar de enige bijgaande figuur 1, waarin een doorsnede wordt weergegeven van een communicatiebord dat is vervaardigd met een werkwijze volgens de uitvinding.

In figuur 1 is een visueel communicatiebord 1 weergegeven dat in hoofdzaak bestaat uit een drager 2, waarop een metaal- of staal plaat 3 is bevestigd die is voorzien van een emaillaag 4.

Deze emaillaag 4 kan bestaan uit één of meerdere lagen zoals bijvoorbeeld een emailgrondlaag die goed hechtbaar is op de voornoemde metaalplaat of staalplaat 3, en een emaildeklaag met gewenste eigenschappen zoals bijvoorbeeld een gewenste kleur.

De voornoemde drager 2, metaalplaat 3 en emaillaag 4 zijn algemeen bekend in het domein van de visuele communicatieborden 1 en worden hier dan ook niet verder in detail beschreven.

Volgens de uitvinding wordt op de voornoemde emaillaag 4 een glasachtige of ceramische afdeklaag 5 met een dikte van, bij voorkeur, ongeveer 3 micrometer aangebracht.

Deze afdeklaag 5 wordt gevormd door het aanbrengen van een zogenaamde sol-gel dispersie op de emaillaag 4 en het vervolgens temperen van de dispersie bij een temperatuur die begrepen is tussen 200° en 600°C en die bij voorkeur ongeveer tot 510°C bedraagt.

De voornoemde sol—gel dispersie wordt hierbij gedefinieerd als een, meestal colloïdale, oplossing van anorganische metaalzouten en/of organische metaalverbindingen, zoals metaalalkoxiden, waarbij deze oplossing of, meer bepaald, vloeibare dispersie tijdens een droogproces omgezet wordt in een zogenaamde 'sol' toestand en na temperen de voornoemde afdeklaag 5 vormt.

De sol-gel dispersie wordt hierbij bij voorkeur bereid uit een basisoplossing van metaalalkoxiden waaraan bij voorkeur een waterige colloïdale silica-oplossing en/of partikels van metaaloxide en/of fluor en/of een zout daarvan, zoals ammoniumfluoriet (NH4F) , toegevoegd worden.

Voorbeelden van toepasbare metaalalkoxiden zijn onder meer: tetramethoxysilaan [Si(OCH3)4]; tetraethoxysilaan [Si (OC2H5) 4] ; methyltriethoxysilaan [Si (OCH3) (OC2H5) 3] ; tetraethoxytitaan [Ti(OC2H5) 4]; tetrapropyloxidetitaan [Ti (OC3H7) 4] ; tetrabutoxytitaan [Ti (OC4H9) 4] ; tetrapropyloxidezirkoon [Zr(OC3H7)4] .

De voornoemde colloïdale silica-oplossing bestaat uit een waterige dispersie met siliciumoxidepartikels van een orde van grootte van 5 tot 100 nm, terwijl de voornoemde partikels van metaaloxiden afmetingen bezitten die minstens groter zijn dan de golflengte van zichtbaar licht en bij voorkeur begrepen zijn tussen 1 en 3 micrometer.

De voornoemde partikels van metaaloxiden, hier gerangschikt volgens toenemende lichtbrekingsindex, bestaan bijvoorbeeld uit siliciumoxide, zirkoniumoxide en/of titaniumoxide.

Een concreet voorbeeld van een toepasbare basisoplossing bestaat uit: 65 molprocent methyltriethoxysilaan; 15 molprocent tetraethoxysilaan; 10 molprocent tetrabutylorthotitanaat; en 10 molprocent tetrapropylzirkonaat.

Met behulp van de voornoemde basisoplossing kan een voornoemde sol-gel dispersie bereid worden die is samengesteld uit: 63 massaprocent van de voornoemde basisoplossing; 10 massaprocent colloxdaal silica-oplossing (bv. K40 van "Chemiewerk Bad Köstritz"); 24 massaprocent partikels van metaaloxiden, waarvan: 16 massaprocent siliciumoxide; 4 massaprocent titaniumoxide; 4 massaprocent zirkoniumoxide; en 3 massaprocent ammoniumfluoriet;

Deze sol-gel dispersie wordt vervolgens aangebracht op de voornoemde emaillaag 4, waarna de dispersie onder invloed van warmte wordt omgezet in een vaste gel of zogenaamde 'sol' die na een droogproces bij ongeveer 95°C en het temperen ervan tot 510°C de gewenste glasachtige of ceramische afdeklaag 5 vormt.

Het aanbrengen van de voornoemde sol-gel dispersie op de emaillaag 4 kan worden verwezenlijkt door bijvoorbeeld het onderdompelen van de emaillaag 4 in de dispersie; door het sproeien van de dispersie over de, emaillaag 4; door zeefdrukken; door zogenaamd rolcoaten of dergelijke.

Opgemerkt wordt dat de voornoemde partikels van metaaloxiden in de gevormde afdeklaag 5 als dusdanig kunnen teruggevonden worden, en hierin een lichtverstrooiende werking vertonen, zodat storende lichtreflecties door het visueel communicatiebord geminimaliseerd kunnen worden.

De huidige uitvinding is geenszins beperkt tot de hierboven beschreven werkwijze, doch zulke werkwijze volgens de uitvinding voor het vervaardigen van een visueel communicatiebord kan volgens verscheidene varianten worden verwezenlijkt zonder buiten het kader van de uitvinding te treden.

Claims (9)

1. Werkwijze voor het vervaardigen van een visueel communicatiebord dat in hoofdzaak bestaat uit een drager (2) waarop een emaillaag (4) is aangebracht, daardoor gekenmerkt dat op de zichtbare zijde van de emaillaag (4) een sol-gel dispersie wordt aangebracht die vervolgens getemperd wordt ter vorming van een, in hoofdzaak, glazige of ceramische afdeklaag (5).

2. Werkwijze volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat in de voornoemde dispersie partikels van metaaloxiden zijn verdeeld met afmetingen die groter zijn dan de golflengte van zichtbaar licht.

3. Werkwijze volgens conclusie 2, daardoor gekenmerkt dat de voornoemde partikels van een orde van grootte zijn die is begrepen tussen 1 en 3 micrometer.

4. Werkwijze volgens conclusie 2, daardoor gekenmerkt dat de voornoemde partikels bestaan uit siliciumoxide en/of titaniumoxide en/of zirkoniumoxide.

5. Werkwijze volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat de voornoemde dispersie een hoeveelheid colloïdaal silica bevat.

6. Werkwijze volgens conclusie 5, daardoor gekenmerkt dat het voornoemd colloïdaal silica bestaat uit siliciumoxidepartikels van een orde van grootte van 5 tot 100 nanometer.

7. Werkwijze volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de sol-gel dispersie fluor en/of een zout daarvan bevat.

8. Werkwijze volgens conclusie 7, daardoor gekenmerkt dat de dispersie ammoniumfluoriet bevat.

9. Werkwijze volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat het temperen gebeurt bij een temperatuur tussen 200 en 600°C en bij voorkeur tot 510°C.