BE1015102A6

BE1015102A6 - Bevestigingselement voor een afdekprofiel voor een muur of dergelijke.

Info

Publication number: BE1015102A6
Application number: BE2002/0529A
Authority: BE
Original assignee: Reynaers Aluminium Nv
Priority date: 2002-09-10
Filing date: 2002-09-10
Publication date: 2004-10-05
Also published as: NL1023913C1

Abstract

Bevestigingselement voor afdekprofielen (1) voor een muur (2) of dergelijke, dat hoofdzakelijk U-vormig is uitgevoerd met een lichaam (9) dat dwars op de bovenrand van een muur (2) wordt bevestigd en twee neerwaarts gerichte flenzen (10-11) die zich aan weerszijden van de muur (2) bevinden, daardoor gekenmerkt dat minstens een gedeelte van het bevestigingselement (3) elastisch vervormbaar is.

Description


   <Desc/Clms Page number 1> 
 



  Bevestigingselement voor een afdekprofiel voor een muur of dergelijke. 



  De huidige uitvinding heeft betrekking op een bevestigingselement voor een afdekprofiel voor een muur of dergelijke, welk afdekprofiel bedoeld is om te worden aangebracht over de bovenrand van zulke muur of dergelijke, hetzij als decoratieve afwerking van een muur, hetzij als waterdichte afdekking, bijvoorbeeld ter voorkoming van rechtstreekse waterinslag. 



  De uitvinding heeft meer speciaal betrekking op een bevestigingselement dat bedoeld is voor het bevestigen van een bekend open afdekprofiel uit metaal, kunststof of dergelijke, dat met zijn opening naar onder gericht over de muur wordt aangebracht met twee wandgedeelten die zich aan weerszijden van de muur bevinden en die op de naar de muur gekeerde zijde voorzien zijn van een naar binnen gerichte rib. 



  Het is bekend dat tot op heden voor het bevestigen van zulk bekend afdekprofiel gebruik wordt gemaakt van twee of meer U-vormig geplooide bevestigingselementen uit metaal of dergelijke, die, op een afstand van elkaar, met de flenzen naar onder gericht, dwars over de muur worden aangebracht en op de muur worden vastgeschroefd, vastgelijmd of dergelijke, waarna het betreffende afdekprofiel op deze bevestigingselementen wordt vastgeklemd door het afdekprofiel over de bevestigingselementen te duwen, tot wanneer de ribben op de binnenzijden van de voornoemde 

 <Desc/Clms Page number 2> 

 wandgedeelten van het afdekprofiel zich onder de flenzen van de bevestigingselementen vasthaken. 



  Een nadeel van zulke bekende bevestigingselementen is dat zij relatief stug zijn, zodat, bij het vastklemmen van het afdekprofiel, de wandgedeelten van dit afdekprofiel aan weerszijden van de muur relatief ver uit elkaar worden geduwd, waardoor het afdekprofiel ter plaatse van de bevestigingselementen steeds een lichte blijvende vervorming vertoont met als gevolg dat de esthetische afwerking van de muur te wensen overlaat. 



  De huidige uitvinding heeft tot doel aan het voornoemde en andere nadeel een oplossing te bieden en te voorzien in een bevestigingselement dat het mogelijk maakt om afdekprofielen van het voornoemde type op een muur of dergelijke te bevestigen, zonder dat hiervoor het betreffende afdekprofiel noemenswaardig dient opengeduwd te worden, zodat er ook geen blijvende vervormingen kunnen optreden en er bijgevolg een esthetisch perfect afgewerkte afdekking van de muur gerealiseerd kan worden. 



  Hiertoe betreft de uitvinding een bevestigingselement voor een afdekprofiel voor een muur of dergelijke, dat hoofdzakelijk U-vormig is uitgevoerd met een lichaam dat dwars op de bovenrand van een muur wordt bevestigd en twee neerwaarts gerichte flenzen die zich aan weerszijden van de muur bevinden, waarbij minstens een gedeelte van het bevestigingselement elastisch vervormbaar is. 

 <Desc/Clms Page number 3> 

 Het voordeel van zulk bevestigingselement volgens de uitvinding is dat, bij de montage van het afdekprofiel op de muur, het bevestigingselement zodanig in de breedterichting van de muur kan worden samengedrukt dat het afdekprofiel er zonder vervormingen overheen kan worden aangebracht, zodat de originele vorm van het afdekprofiel ten allen tijde behouden blijft, dus ook na bevestiging op de muur. 



  Bij voorkeur zal het bevestigingselement samengesteld zijn uit een gedeelte dat gevormd is uit een stijf materiaal en een gedeelte dat volgens de uitvinding uit een elastisch vervormbaar materiaal is vervaardigd en zal minstens één flens van het bevestigingselement deel uitmaken van het elastisch gedeelte. 



  Met het inzicht de kenmerken van de uitvinding beter aan te tonen, is hierna, als voorbeeld zonder enig beperkend karakter, een voorkeurdragende uitvoeringsvorm beschreven van een bevestigingselement voor een afdekprofiel van een muur of dergelijke volgens de uitvinding, met verwijzing naar de bijgaande tekeningen, waarin: 
Figuur 1 in perspectief een muur weergeeft waarop door middel van een bevestigingselement volgens de uitvinding een afdekprofiel is aangebracht; figuur 2 op grotere schaal het bevestigingselement van figuur 1 weergeeft in uiteengenomen toestand; figuur 3 op grotere schaal een doorsnede weergeeft volgens lijn III-III in figuur 1; 

 <Desc/Clms Page number 4> 

 figuur 4 op grotere schaal een doorsnede weergeeft volgens lijn IV-IV in figuur 1, doch vóór het aanbrengen van het afdekprofiel;

   figuren 5 en 6 een doorsnede weergeven gelijkaardig aan deze volgens figuur 4, doch respectievelijk tijdens en na het aanbrengen van het afdekprofiel van figuur 1; figuur 7 een zicht weergeeft gelijkaardig aan dit van figuur 1, doch voor het geval dat twee aansluitende afdekprofielen door middel van een gemeenschappelijk bevestigingselement volgens de uivinding op een muur zijn bevestigd. 



  In figuur 1 is een bekend open afdekprofiel 1 weergegeven uit metaal, kunststof of dergelijke, waarbij dit afdekprofiel 1 is aangebracht over de bovenrand van een muur 2 en waarbij dit afdekprofiel 1 op de muur is bevestigd door middel van bevestigingselementen 3 volgens de uitvinding. 



  Het afdekprofiel 1 is in het weergegeven voorbeeld uitgevoerd als een eenvoudig U-vormig profiel met twee wandgedeelten, respectievelijk 4 en 5, die zich aan weerszijden van de muur 2 bevinden en een, in dit geval hoofdzakelijk vlakke, verbindingswand 6, waarbij de twee wandgedeelten 4-5 op de naar de muur 2 gekeerde zijden voorzien van een naar binnen gekeerde rib, respectievelijk 7 en 8. 



  Alhoewel in het voorbeeld sprake is van een afdekprofiel 1 met een vlakke verbindingswand 6, is het niet uitgesloten 

 <Desc/Clms Page number 5> 

 dat deze verbindingswand 6 een afgeronde of hoekige vorm vertoont, bijvoorbeeld met het oog op het esthetisch uitzicht, of is gevormd met zijdelings afhellende vlakken ter bevordering van de afwatering bij regenval. 



  Ook de wanden 4 en/of 5 kunnen een afgeronde of hoekige vorm hebben omwille van esthetische redenen. 



  Het bevestigingselement 3 is hoofdzakelijk U-vormig uitgevoerd met een lichaam 9 dat dwars op de muur 2 wordt aangebracht en twee neerwaarts gerichte flenzen 10 en 11 die zich aan weerszijden van de muur 2 bevinden. 



  Zoals meer in detail is weergegeven in de figuren 2 tot 4, is het bevestigingselement 3 in dit geval samengesteld uit een gedeelte 12 dat gevormd is uit een stijf materiaal, zoals bijvoorbeeld aluminium of dergelijke en een gedeelte 13 dat volgens de uitvinding uit een elastisch vervormbaar materiaal is vervaardigd, zoals veerstaal of dergelijke. 



  Het stijf gedeelte 12 vertoont een hoofdzakelijke L-vorm, waarbij dit gedeelte 12 het lichaam 9 en de flens 10 vormt van het bevestigingselement 3. 



  Het voornoemde gedeelte 12 is gevormd uit een profiel dat, zoals weergegeven in figuur 3, een centraal verdiept gedeelte vertoont dat een langsgroef 14 vormt en U-vormig afgewerkte randen 15 en 16 bezit die aan weerszijden van het gedeelte 12 een groef, respectievelijk 17 en 18, afbakenen, waarbij deze groeven 17-18 met hun respectievelijke openingen naar elkaar zijn gericht. 

 <Desc/Clms Page number 6> 

 Op de bovenzijde van het gedeelte 12 is aan weerszijden van het verdiept gedeelte 14 een paar ribben voorzien, respectievelijk 19-20 en 21-22, waarbij de ribben 19 en 20, respectievelijk 21 en 22, van ieder paar ribben zich op dezelfde afstand van elkaar bevinden en op de naar elkaar gekeerde zijden zijn voorzien van naar binnen gerichte uitstekende randgedeelten, respectievelijk 23-24 en 25-26. 



  De ribben 19-20, respectievelijk 21-22, bakenen ieder een langsgroef af, respectievelijk 27 en 28, waarbij in iedere groef 27-28 een strip 29 is gevat die onderaan een omgekeerd T-vormig uitsteeksel 30 bezit en waarbij elke strip 29 uit een samendrukbaar materiaal, zoals rubber, kunststof of dergelijke, is vervaardigd. 



  Het voornoemd elastisch vervormbaar gedeelte 13 is in dit geval hoofdzakelijk L-vormig uitgevoerd met twee, haaks op elkaar staande, flenzen, namelijk één flens die de voornoemde flens 11 vormt van het bevestigingselement 3 en een andere flens 31 die, zoals weergegeven in figuur 3, met haar twee tegenover elkaar liggende vrije randen 32-33 kan worden gevat in de voornoemde groeven 17-18 aan de randen van het gedeelte 12. 



  De flens 11 is aan haar onderste vrije uiteinde voorzien van een lip met een naar binnen gekeerd gedeelte 34 en een naar boven gericht gedeelte 35. 

 <Desc/Clms Page number 7> 

 Een afdekprofiel 1, zoals hiervoor beschreven, kan op zeer eenvoudige wijze op een muur 2 worden bevestigd door middel van bevestigingselementen 3 volgens de uitvinding. 



  Wanneer een afdekprofiel 1 met relatief grote lengte op een muur 2 aangebracht dient te worden, kunnen tussen de voornoemde bevestigingselementen 3 aan de uiteinden van het afdekprofiel 1, bijkomende bevestigingselementen 3 worden voorzien. 



  De betreffende bevestigingselementen 3 worden, zoals weergegeven in de figuren 1 en 4, dwars op de bovenrand van de muur 2 aangebracht met de voornoemde flenzen 10-11 naar onder gericht en worden op de muur 2 bevestigd, bijvoorbeeld door middel van schroeven 36 die doorheen openingen 37 in het gedeelte 12 zijn aangebracht en die samenwerken met pluggen 38 die in de muur 2 zijn voorzien. 



  Indien de delen 12 en 13 van de bevestigingselementen 3 niet op voorhand in elkaar zijn gemonteerd, kunnen in dit stadium de betreffende elastisch vervormbare gedeelten 13 met hun randen 32-33 in de groeven 17-18 van de betreffende gedeelten 12 worden geschoven, zoals weergegeven met pijl A in figuur 2. 



  Wanneer de betreffende bevestigingselementen 3 op de muur 2 zijn bevestigd, wordt het te bevestigen afdekprofiel 1 op de betreffende bevestigingselementen 3 vastgeklemd door, zoals weergegeven in figuur 5, het afdekprofiel 1 met de rib 7 onder de flens 10 van het bevestigingselement of de bevestigingselementen 3 te haken, en vervolgens, zoals 

 <Desc/Clms Page number 8> 

 weergegeven met pijl B in figuur 5, het afdekprofiel 1 verder omlaag te drukken tot wanneer, na het indrukken en terugveren van het gedeelte 13, zoals weergegeven in figuur 6, het afdekprofiel 1 met zijn verbindingswand 6 op de voornoemde strips 29 rust, terwijl de rib 8 zich achter de lip 34 vasthaakt. 



  Het is duidelijk dat op deze manier een bekend afdekprofiel 1 stevig op een muur 2 kan worden bevestigd zonder dat hierbij het afdekprofiel 1 op enigerlei wijze vervormd dient te worden en er zich bijgevolg ook geen ongewenste blijvende vervormingen van het afdekprofiel 1 kunnen voordoen na de bevestiging ervan op de muur 2. 



  Het geniet de voorkeur dat de voornoemde strips 29 een voldoende dikte bezitten, zodat, voor het bevestigen van het afdekprofiel 1 op het bevestigingselement 3, een lichte neerwaartse druk op het afdekprofiel 1 moet worden uitgeoefend om de rib 8 onder de flens 11 te kunnen haken, zodat op deze manier het afdekprofiel 1 stevig vastgeklemd zit en dus niet kan verschuiven of kan gaan trillen. 



  Door de aanwezigheid van de lip 35 die van buitenuit bereikbaar is, kan een gemonteerd afdekprofiel 1 op eenvoudige wijze terug van een muur verwijderd worden zonder ongewenste vervormingen, door de lip 35 naar de muur 2 toe te trekken volgens pijl C in figuur 6 en vervolgens het afdekprofiel 1 omhoog te wentelen. 



  Het is niet uitgesloten dat beide flenzen 10 en 11 van het bevestigingselement 3 kunnen worden uitgevoerd in een 

 <Desc/Clms Page number 9> 

 elastisch vervormbaar materiaal, of dat zelfs het volledige bevestigingselement 3 in zulk materiaal kan worden verwezenlijkt. 



  In figuur 7 is weergegeven hoe twee tegen elkaar aansluitende afdekprofielen 1, ter plaatse van hun uiteinden, op een muur 2 zijn bevestigd door middel van een gemeenschappelijk bevestigingsprofiel 3 volgens de uitvinding, waarbij, in dit geval, de voeg 39 tussen beide afdekprofielen 1 boven de centrale langsgroef 14 is gesitueerd, zodat vocht dat eventueel via deze voeg 39 binnendringt, via de centrale langsgroef 14 naar de buitenzijden van de muur 2 wordt afgevoerd. 



  De huidige uitvinding is geenszins beperkt tot de als voorbeeld beschreven en in de figuren weergegeven uitvoeringsvorm, doch een bevestigingselement volgens de uitvinding kan in allerlei vormen en afmetingen worden verwezenlijkt zonder buiten het kader van de uitvinding te treden.

Claims

Conclusies.

1.- Bevestigingselement voor afdekprofielen (1) voor een muur (2) of dergelijke, dat hoofdzakelijk U-vormig is uitgevoerd met een lichaam (9) dat dwars op de bovenrand van een muur (2) wordt bevestigd en twee neerwaarts gerichte flenzen (10-11) die zich aan weerszijden van de muur (2) bevinden, daardoor gekenmerkt dat minstens een gedeelte van het bevestigingselement (3) elastisch vervormbaar is.

2. - Bevestigingselement volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat het is samengesteld uit een gedeelte (12) dat gevormd is uit een stijf materiaal en een gedeelte (13) dat uit een elastisch vervormbaar materiaal is vervaardigd.

3. - Bevestigingselement volgens conclusie 2, daardoor gekenmerkt dat minstens één flens (11) van het bevestigingselement (3) deel uitmaakt van het gedeelte (13) uit elastisch vervormbaar materiaal.

4.- Bevestigingselement volgens conclusie 3, daardoor gekenmerkt dat de voornoemde flens (11) L-vormig, of nagenoeg L-vormig, is uitgevoerd.

5. - Bevestigingselement volgens conclusie 4, daardoor gekenmerkt dat het elastisch gedeelte (13) bestaat uit twee flenzen (11-31) waarbij de flens (31) zodanige afmetingen bezit dat zij kan samenwerken met hiertoe voorziene groeven (15-16) in het gedeelte (12). <Desc/Clms Page number 11>

6.- Bevestigingselement volgens conclusie 3 of 4, daardoor gekenmerkt dat de flens (11) van het bevestigingselement (3) die deel uitmaakt van het elastisch vervormbare gedeelte (13) voorzien is van een lip (35).

7. - Bevestigingselement volgens conclusie 6, daardoor gekenmerkt dat de vorm en de afmetingen van de voornoemde flens (11) en van de lip (35) zodanig zijn uitgevoerd dat de lip (35) van buitenuit bereikbaar is wanneer op het bevestigingselement (3) een afdekprofiel (1) is vastgeklemd.

8. - Bevestigingselement volgens één van de conclusies 2 tot 7, daardoor gekenmerkt dat het lichaam (9) en één flens (10) van het bevestigingselement (3) gevormd worden door het voornoemde gedeelte (12) uit stijf materiaal dat daartoe L-vormig is uitgevoerd.

9. - Bevestigingselement volgens conclusie 8, daardoor gekenmerkt dat het voornoemde gedeelte (12) is uitgevoerd in aluminium.

10. - Bevestigingselement volgens conclusie 8 of 9, daardoor gekenmerkt dat het voornoemde gedeelte (12) onderaan is voorzien van twee groeven (17-18) die begrensd worden door twee U-vormig uitgevoerde zijranden (15-16) waarvan de afmetingen zodanig zijn dat in deze .zijranden (15-16) de flens (31) van het elastisch gedeelte (13) met twee tegenover elkaar gelegen randen (32-33) past. <Desc/Clms Page number 12>

11.- Bevestigingselement volgens één van de conclusies 8 tot 10, daardoor gekenmerkt dat aan de bovenzijde van het gedeelte (12) een centrale langsgroef (14) is voorzien.

12. - Bevestigingselement volgens conclusie 11, daardoor gekenmerkt dat zich aan weerszijden van de voornoemde centrale langsgroef (14) een paar ribben, respectievelijk (19-20) en (21-22), bevinden, waarbij op de naar elkaar gekeerde zijden van ieder paar ribben een naar binnen gericht uitstekend randgedeelte (23-24,25-26) is voorzien en waarbij door ieder paar ribben een groef, respectievelijk (27) en (28), wordt afgebakend.

13. - Bevestigingselement volgens conclusie 12, daardoor gekenmerkt dat minstens in één van de voornoemde groeven (27-28) een strip (29) uit samendrukbaar materiaal is aangebracht.

14. - Bevestigingselement volgens conclusie 13, daardoor gekenmerkt dat de voornoemde strips (29) onderaan een omgekeerd T-vormig uitsteeksel bezitten waarmee ze in een betreffende groef (27-28) aan de bovenzijde van het element (12) zijn gevat.