BE1014531A5 - Inrichting voor het openen van ontluchtingskoepels voor rook-en warmteafvoer en verluchting. - Google Patents
Inrichting voor het openen van ontluchtingskoepels voor rook-en warmteafvoer en verluchting. Download PDFInfo
- Publication number
- BE1014531A5 BE1014531A5 BE2001/0795A BE200100795A BE1014531A5 BE 1014531 A5 BE1014531 A5 BE 1014531A5 BE 2001/0795 A BE2001/0795 A BE 2001/0795A BE 200100795 A BE200100795 A BE 200100795A BE 1014531 A5 BE1014531 A5 BE 1014531A5
- Authority
- BE
- Belgium
- Prior art keywords
- dome
- leg
- scissor
- legged
- opening mechanism
- Prior art date
Links
- 239000000779 smoke Substances 0.000 title abstract description 10
- 238000009423 ventilation Methods 0.000 title description 4
- 230000004913 activation Effects 0.000 claims abstract description 7
- 238000013022 venting Methods 0.000 claims abstract description 6
- 230000008878 coupling Effects 0.000 claims description 18
- 238000010168 coupling process Methods 0.000 claims description 18
- 238000005859 coupling reaction Methods 0.000 claims description 18
- 239000002184 metal Substances 0.000 claims description 6
- 230000000712 assembly Effects 0.000 claims description 4
- 238000000429 assembly Methods 0.000 claims description 4
- 230000000694 effects Effects 0.000 claims description 2
- 238000000605 extraction Methods 0.000 abstract 1
- 230000017525 heat dissipation Effects 0.000 description 3
- 230000005484 gravity Effects 0.000 description 2
- 230000008018 melting Effects 0.000 description 2
- 238000002844 melting Methods 0.000 description 2
- 239000004677 Nylon Substances 0.000 description 1
- 230000006978 adaptation Effects 0.000 description 1
- 238000005273 aeration Methods 0.000 description 1
- 238000010276 construction Methods 0.000 description 1
- 238000006073 displacement reaction Methods 0.000 description 1
- 239000007788 liquid Substances 0.000 description 1
- 238000005461 lubrication Methods 0.000 description 1
- 229920001778 nylon Polymers 0.000 description 1
- 230000000391 smoking effect Effects 0.000 description 1
Classifications
-
- E—FIXED CONSTRUCTIONS
- E04—BUILDING
- E04D—ROOF COVERINGS; SKY-LIGHTS; GUTTERS; ROOF-WORKING TOOLS
- E04D13/00—Special arrangements or devices in connection with roof coverings; Protection against birds; Roof drainage ; Sky-lights
- E04D13/03—Sky-lights; Domes; Ventilating sky-lights
- E04D13/035—Sky-lights; Domes; Ventilating sky-lights characterised by having movable parts
- E04D13/0358—Sky-lights; Domes; Ventilating sky-lights characterised by having movable parts the parts moving, in their own plane, e.g. rolling or sliding, or moving in parallel planes with or without an additional movement, e.g. both pivoting and rolling or sliding
-
- E—FIXED CONSTRUCTIONS
- E05—LOCKS; KEYS; WINDOW OR DOOR FITTINGS; SAFES
- E05D—HINGES OR SUSPENSION DEVICES FOR DOORS, WINDOWS OR WINGS
- E05D15/00—Suspension arrangements for wings
- E05D15/40—Suspension arrangements for wings supported on arms movable in vertical planes
- E05D15/42—Suspension arrangements for wings supported on arms movable in vertical planes with pivoted arms and horizontally-sliding guides
-
- E—FIXED CONSTRUCTIONS
- E05—LOCKS; KEYS; WINDOW OR DOOR FITTINGS; SAFES
- E05D—HINGES OR SUSPENSION DEVICES FOR DOORS, WINDOWS OR WINGS
- E05D15/00—Suspension arrangements for wings
- E05D15/40—Suspension arrangements for wings supported on arms movable in vertical planes
- E05D15/46—Suspension arrangements for wings supported on arms movable in vertical planes with two pairs of pivoted arms
-
- E—FIXED CONSTRUCTIONS
- E05—LOCKS; KEYS; WINDOW OR DOOR FITTINGS; SAFES
- E05D—HINGES OR SUSPENSION DEVICES FOR DOORS, WINDOWS OR WINGS
- E05D15/00—Suspension arrangements for wings
- E05D15/56—Suspension arrangements for wings with successive different movements
- E05D15/58—Suspension arrangements for wings with successive different movements with both swinging and sliding movements
- E05D15/582—Suspension arrangements for wings with successive different movements with both swinging and sliding movements with horizontal swinging axis
-
- E—FIXED CONSTRUCTIONS
- E05—LOCKS; KEYS; WINDOW OR DOOR FITTINGS; SAFES
- E05F—DEVICES FOR MOVING WINGS INTO OPEN OR CLOSED POSITION; CHECKS FOR WINGS; WING FITTINGS NOT OTHERWISE PROVIDED FOR, CONCERNED WITH THE FUNCTIONING OF THE WING
- E05F15/00—Power-operated mechanisms for wings
- E05F15/70—Power-operated mechanisms for wings with automatic actuation
- E05F15/72—Power-operated mechanisms for wings with automatic actuation responsive to emergency conditions, e.g. fire
-
- E—FIXED CONSTRUCTIONS
- E05—LOCKS; KEYS; WINDOW OR DOOR FITTINGS; SAFES
- E05Y—INDEXING SCHEME ASSOCIATED WITH SUBCLASSES E05D AND E05F, RELATING TO CONSTRUCTION ELEMENTS, ELECTRIC CONTROL, POWER SUPPLY, POWER SIGNAL OR TRANSMISSION, USER INTERFACES, MOUNTING OR COUPLING, DETAILS, ACCESSORIES, AUXILIARY OPERATIONS NOT OTHERWISE PROVIDED FOR, APPLICATION THEREOF
- E05Y2900/00—Application of doors, windows, wings or fittings thereof
- E05Y2900/10—Application of doors, windows, wings or fittings thereof for buildings or parts thereof
- E05Y2900/13—Type of wing
- E05Y2900/148—Windows
- E05Y2900/152—Roof windows
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Architecture (AREA)
- Civil Engineering (AREA)
- Structural Engineering (AREA)
- Beverage Vending Machines With Cups, And Gas Or Electricity Vending Machines (AREA)
- Power-Operated Mechanisms For Wings (AREA)
Abstract
Inrichting voor het openen van ontluchtingskoepels, aangebracht tussen een koepel en een onderstel voorzien van een of meer op de koepel inwerkende aandrijforganen die door een of meer bedieningsystemen worden geactiveerd, en een tussen de ontluchtingskoepel en het onderstel aangebracht openingsmechanisme, waarbij het openingsmechanisme bestaat uit tenminste twee stelsels schaarsystemen waarvan telkens een eerste been scharnierend is aangebracht tussen de koepelrand en het onderstel, zodanig dat, bij activatie van het aandrijforgaan, het openingsmechanisme een horizontale en verticale translatie van de koepel veroorzaakt, waarbij tussen elk schaarstelsel en de koepel een derde gleidingsmiddel is aangebracht zodanig dat de koepel, bij activatie van het aandrijforgaan een extra horizontale en verticale translatie ondergaat, voor het verkrijen van een efficiente rook- en warmteafvoer.
Description
<Desc/Clms Page number 1> INRICHTING VOOR HET OPENEN VAN ONTLUCHTINGSKOEPELS VOOR ROOK- EN WARMTEAFVOER EN VERLUCHTING De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het openen van ontluchtingskoepels, aangebracht tussen een koepel en een onderstel, voorzien van een of meer op de koepel inwerkende aandrijforganen die door een of meer bedieningssystemen worden geactiveerd, en een tussen de ontluchtingskoepel en het onderstel aangebracht openingsmechanisme, waarbij het openingsmechanisme bestaat uit tenminste twee stelsels schaarsystemen waarvan telkens een eerste been scharnierend is aangebracht tussen de koepelrand en het onderstel, zodanig dat, bij activatie van het aandrijforgaan, het openingsmechanisme een horizontale en verticale translatie veroorzaakt. Een dergelijke ontluchtingskoepel kan geopend worden voor verluchtingsdoeleinden, maar belangrijker is dat in bepaalde situaties efficiënt rook en warmte moet kunnen afgevoerd worden. In het laatste geval is het eveneens wenselijk dat de koepel zieh automatisch opent wanneer brand uitbreekt. Een dergelijke inrichting is bekend uit het Franse octrooischrift FR 0801183. Het daarin beschreven openingsmechanisme bestaat uit twee stelsels schaarsystemen waarvan telkens een eerste been aan een uiteinde scharnierend is bevestigd op het onderstel en aan het ander uiteinde glijdend via een geleidesysteem op de koepelrand is aangebracht, en waarop in het midden het tweede been scharnierend is gemonteerd, waarbij een uiteinde van het tweede been glijdend op het onderstel is gemonteerd, en scharnierend met de koepelrand is verbonden. Bij dit systeem wordt de koepel verticaal opgetild en komt hij precies boven de koepelrand te staan. De geopende koepel bevindt zieh boven de opening zodanig dat de afvoer <Desc/Clms Page number 2> van bijvoorbeeld rook en warmte beperkt wordt door de omvang van de koepel zelf. De uitvinding wil deze afvoermogelijkheden verbeteren door de koepel zover mogelijk van de koepelopening te verwijderen. De inrichting van de uitvinding bestaat daartoe uit een openingsmechanisme dat tussen de ontluchtingskoepel en het onderstel, bijvoorbeeld een koepelopstand die in PVC, PRV, beton of metaal kan vervaardigd zijn, is aangebracht, en dat tussen elk schaarstelsel en de koepel een derde geleidingsmiddel is aangebracht zodanig dat de koepel, bij activering van het aandrijforgaan een extra horizontale en verticale translatie ondergaat. In het ideale geval kiest men de verschillende variabelen zodanig dat de loodrechte projectie van de geopende koepel op het vlak van de koepelopening zo min mogelijk met de koepelopening overlapt waardoor de rook-en warmteafvoermogelijkheden maximaal zijn. In de uitvoeringsvormen met tweebenig schaarsystemen moeten dus twee glijdende verbindingen gemaakt worden bijvoorbeeld door middel van rollagers. Indien men het gebruik van glijdende verbindingen wil vermijden stelt de uitvinding een verbeterde uitvoeringsvariant van de inrichting voor, waarbij elk schaarsysteem tenminste drie benen heeft, waarbij het derde geleidingsmiddel bestaat uit tenminste het derde been. Volgens een verdere uitvoeringsvorm van de uitvinding bestaat het openingsmechanisme uit twee aan tegenoverstaande zijden van de koepel aangebrachte vierbenige schaarsystemen, waarbij elk schaarsysteem bestaat uit het eerste been en een driebenig samenstel dat bestaat uit het tweede been, en twee koppelbenen, waarbij het midden van het tweede been scharnierend met het midden van het eerste been verbonden is, en het <Desc/Clms Page number 3> tweede been aan een uiteinde scharnierend met een uiteinde van het bovenste koppelbeen, en aan het andere uiteinde scharnierend met een uiteinde van het onderste koppelbeen verbonden is, waarbij dit driebenig samenstel scharnierend aangebracht is tussen de koepelrand en het onderstel, en waarbij de lengte van het onderste en het bovenste koppelbeen van de driebenige samenstellen hoofdzakelijk gelijk zijn, en kleiner zijn dan de afstand tussen het scharnierpunt en het bijbehorende hoekpunt op respectievelijk het onderstel en de koepelrand. In alle hierboven beschreven uitvoeringvarianten van de uitvinding bevindt de geopende koepel zieh steeds evenwijdig met de koepelrand, en overlapt de loodrechte projectie van de geopende koepel op het vlak van de koepelopening vaak gedeeltelijk met de koepelopening. Men begrijpt dat de rook-en warmteafvoermogelijkheden ook kunnen verbeterd worden door de koepel schuin op te tillen. Dit wordt mogelijk in een verder ontwikkelde uitvoeringsvorm van de inrichting die het kenmerk heeft dat het tweede been van elk stelsel uit het midden scharnierend bevestigd is op het eerste been van het openingsmechanisme, zodanig dat, bij activering van het aandrijforgaan, het openingsmechanisme ook een rotatie van de koepel veroorzaakt. In een eerste dergelijke uitvoering bevat het openingsmechanisme twee aan tegenoverstaande zijden van de koepel (1) aangebrachte driebenige schaarsystemen, waarbij voor elk der driebenige schaarsystemen : - het tweede been aan een uiteinde scharnierend met het aandrijforgaan verbonden is, en aan het andere uiteinde glijdend op het onderstel is aangebracht ; - het derde been aan een uiteinde scharnierend met hetzelfde aandrijforgaan is verbonden, en aan het andere uitein- <Desc/Clms Page number 4> de scharnierend met de koepelrand is verbonden ; waarbij de lengte van het tweede been gelijk is aan de lengte van het derde been plus de lengte tussen de twee scharnierpunten op de koepelrand. Bij een andere dergelijke inrichting volgens de uitvinding bestaat het openingsmechanisme bestaat uit twee aan tegenoverstaande zijden van de koepel aangebrachte vierbenige schaarsystemen, waarbij elk schaarsysteem voorzien is van het eerste been en een driebenig samenstel dat opgebouwd is uit het tweede been en twee koppelbenen, waarbij het tweede been aan een uiteinde scharnierend met een uiteinde van het onderste koppelbeen verbonden is, en aan het andere uiteinde scharnierend met het onderste koppelbeen verbonden is, waarbij dit samenstel scharnierend aangebracht is tussen de koepelrand en het onderstel, en waarbij de lengte van het onderste en het bovenste koppelbeen van de driebenige samenstellen kleiner zijn dan de afstand tussen het scharnierpunt en het bijbehorende hoekpunt op respectievelijk het onderstel en de koepelrand. De twee schaarsystemen kunnen in de hierboven beschreven varianten volgens de uitvinding in de dwarsrichting met elkaar verbonden worden door middel van een been, waarop in het midden een aandrijforgaan bevestigd wordt. De twee schaarsystemen kunnen eveneens verbonden worden door een driebenig samenstel bestaande uit een dwarsbeen waaraan aan elk uiteinde een hulpbeen loodrecht op het dwarsbeen vastzit waarbij het eerste hulpbeen scharnierend met het eerste schaarsysteem, en het tweede hulpbeen scharnierend met het tweede schaarsysteem verbonden is, en waarbij een aandrijfstang onverdraaibaar aangrijpt in het midden van de dwarsstang. Deze laatste dwarse verbindingsmanier zorgt voor een stevig gesloten koepel, terwijl het systeem met een enkelvou- <Desc/Clms Page number 5> dig dwarsbeen waarop de aandrijfstang verdraaibaar wordt gemonteerd een zekere speling geeft aan het koepelraam in de gesloten toestand. Hoewel de rook- en warmteafvoermogeljkheden reeds in grote mate verbeterd zijn in de hierboven beschreven inrichtingen, belemmert het koepelraam zelf nog steeds in beperkte mate de afvoer. Een oplossing volgens de uitvinding bestaat erin om de koepel glijdend, bijvoorbeeld via rollagersystemen, op de koepelrand te bevestigen zodat de koepel bij opening van de koepelrand afschuift, en de dakopening zo volledig vrijkomt. Indien de koepel schuin wordt opgetild kan dit afschuiven eenvoudigweg door de zwaartekracht verkregen worden. Een bijkomend voordeel van alle uitvoeringen is dat, indien de koepel naar beneden zou vallen, in het uitzonderlijke geval van brand bijvoorbeeld, hij de dakopening niet verspert en de afvoer van rook en warmte nog steeds mogelijk EMI5.1 is. Deze uitvoeringsvormen worden verder geïllustreerd en uitgelegd aan de hand van de volgende tekeningen - Fig. 1 is een perspectivisch zieht van een typische koepel met koepelopstand. - Fig. 2 is een vooraanzicht van een uitvoeringsvorm volgens de uitvinding met driebenig schaarsystemen. - Fig. 3 is een perspectivisch zieht van een uitvoeringsvorm volgens de uitvinding met vierbenige schaarsystemen. - Fig. 4 is een perspectivisch zieht van een uitvoeringsvorm volgens de uitvinding met uit het midden verbonden schaarsystemen, en een glijdend aangebrachte koepel. Figuur 1 toont een typische koepel 1 welke door een koepelopstand 0 op dak D gedragen wordt. Bij het getekende voorbeeld vormt de koepelopstand 0 het onderstel en wordt het <Desc/Clms Page number 6> openingsmechanisme tussen twee tegenover elkaar liggende dakranden 2 en het onderstel 0 gemonteerd. Het openingsmechanisme volgens de uitvinding met driebenige schaarsystemen wordt toegelicht in figuur 2. Het is opgebouwd uit twee driebenige schaarsystemen aangebracht op tegenoverstaande zijden tussen het onderstel 0 en de koepelrand 2, waarbij elk der driebenige schaarsystemen 3 bestaat uit : - het eerste been 4 dat scharnierend is bevestigd tussen het onderstel en de koepelrand en waarop het tweede been 5, uit het midden, in punt 11, scharnierend is gemonteerd ; - dit tweede been 5 dat aan een uiteinde 6 scharnierend met het aandrijforgaan 7 verbonden is, en het andere uiteinde glijdend, via een rollagersysteem 8, op het onderstel 0 is aangebracht ; - het derde been 9 dat aan een uiteinde 6 scharnierend met hetzelfde aandrijforgaan is verbonden en aan het andere uiteinde 17 scharnierend met de koepelrand is verbonden, waarbij de lengte van het tweede been 5 gelijk is aan de lengte van het derde been 9 plus de lengte tussen de twee scharnierpunten op de koepelrand 7 en 10. Figuur 3 toont een variant van de uitvinding welke gebruik maakt van twee vierbenige schaarsystemen aangebracht op twee tegenoverstaande zijden tussen het onderstel en de koepelrand. Elke schaarsysteem heeft - het eerste been 28a (b) dat scharnierend met de koepelrand 2 in de punten 29a (b) en met het onderstel 0 in de punten 33a (b) verbonden is, - een driebenig samenstel dat bestaat uit het tweede been 20a (b), twee koppelbenen 17a (b) en 22a (b), waarbij het midden EMI6.1 van het tweede been 20a scharnierend met het midden 19a van het eerste been 28a verbonden is, en het aan een <Desc/Clms Page number 7> uiteinde scharnierend met het koppelbeen 17a (b) verbonden is, en aan het ander uiteinde scharnierend met het koppelbeen EMI7.1 22a verbonden is, waarbij dit samenstel scharnierend aangebracht is tussen de koepelrand 2 in 24a en het onderstel in 23a (b). De twee schaarsystemen worden in de dwarsrichting met elkaar verbonden door middel van 2 hulpbenen 35a en 35b, en een dwarsbeen 25, waarop in het midden een aandrijforgaan 7, zoals twee in serie gemonteerde gasdruksystemen, bevestigd wordt voor het openduwen van de koepel. Nog een andere uitvoeringsvorm van de uitvinding bestaat uit een uit het midden verbonden tweebenig schaarsysteem zoals getoond in figuur 4. Elk schaarsysteem bestaat uit een eerste been 31a (b) dat aan een uiteinde scharnierend op het onderstel 0 en aan het ander uiteinde scharnierend op de koepelrand 2 is bevestigd, en waarop in 34 een tweede been 30a (b), scharnierend is gemonteerd, waarbij een uiteinde van dit tweede been glijdend via een rollagersystemen 8a (c) op het onderstel 0 is gemonteerd, en via een tweede rollagersysteem 8b (d) met de koepelrand 2 is verbonden. In de uitvoering van figuur 4 werd de koepel 1 glijdend op de koepelrand 2 aangebracht, zodat de koepel 1 in de geopende stand van de koepelrand 2 afglijdt, waarbij de koepel door de zwaartekracht volledig van boven de dakopening wordt weggeschoven zodat, bijvoorbeeld in geval van brand, de afvoer van rook en warmte bevorderd wordt. EMI7.2 De lengte van benen 17a en 22a wordt kleiner gekozen dan de afstand tussen het scharnierpunt 23a en de hoek (b)26a (b) (of tussen 24a (b) en 27a (b)) zodat de scharnierpunten 18a en 21a in de gesloten stand van de koepel op het onderstel 0, nabij de hoeken 26a (b) en 27a (b) liggen. Indien een PRV, houten, betonnen of metalen opstand wordt gebruikt wordt het systeem aangeboden met een adaptieframe <Desc/Clms Page number 8> waarop de inrichting volgens de uitvinding kan worden gemonteerd. Verder kan de opstand worden uitgevoerd met gelakte metalen profielen waarin, bijvoorbeeld door middel van een vloeiboor, schroefdraad getapt is en die toelaat de bevestigingen zo goed mogelijk in te werken zodat een compactere en meer esthetische constructie gemaakt wordt. Eveneens kan voor de permanente smering van het systeem worden gezorgd door de scharnierende delen van een nylon inbus en rondsels te voorzien. Een ander aspect van de uitvinding bestaat uit het aanbrengen van bedieningssystemen die een of meerdere aandrijforganen kunnen activeren en ervoor zorgen dat de koepel zieh onder bepaalde omstandigheden automatisch opent. In een uitvoeringsvorm bestaat het aandrijforgaan voor het openen van de ontluchtingskoepel uit een elektrische motor en/of een gasdrukveer, waarvan een van de bedieningssystemen een smeltlood kan zijn, dat breekt boven een bepaalde temperatuur (bijvoorbeeld 70 C) en waardoor de gasdrukveer uitschuift. De elektrische motor kan handmatig worden bediend, wanneer bijvoorbeeld verluchting nodig is, of kan automatisch worden geactiveerd in bepaalde omstandigheden. Een bedieningssysteem kan een elektromagneet zijn die in werking treedt wanneer de netspanning uitvalt. Het openen van de elektromagneet kan ook gekoppeld zijn aan het uitschuiven van de gasdrukveer. Tenslotte kan men ook een pneumatische cilinder met CO patronen gebruiken om het openingsmechanisme aan te drijven. Indien men de inrichting volgens de uitvinding aanbrengt op een PVC opstand, is het voordelig om de buitenzijde van een metaalprofiel te voorzien, welk profiel zieh vasthaakt achter de flens van de opstand, waarbij dit profiel de draagkracht van de opstand kan overnemen. Hiermee is de goede <Desc/Clms Page number 9> werking van het R. W. A. (Rook- en Warmteafvoer) systeem gegarandeerd onder extreme omstandigheden en voldoet de volledige koepelinrichting aan de Europese brandnorm (pren 12101/2). Ook kan het nuttig zijn om het koepelraam aan de binnenzijde met een metaalrooster uit te rusten zodat het smelten van het koepelraam wordt voorkomen wanneer de temperatuur oploopt. Men begrijpt dat de uitvinding zieh niet beperkt tot de hierboven beschreven uitvoeringen. Men kan zieh bijvoorbeeld systemen met meer dan drie benen voorstellen die een analoge verplaatsing van de koepel veroorzaken en gebaseerd zijn op dezelfde principes.
Claims (13)
- CONCLUSIES 1. Inrichting voor het openen van ontluchtingskoepels, aangebracht tussen een koepel (1) en een onderstel (0), voorzien van een of meer op de koepel inwerkende aandrijforganen (7) die door een of meer bedieningssystemen worden geactiveerd, en een tussen de ontluchtingskoepel (1) en het onderstel (0) aangebracht openingsmechanisme, waarbij het openingsmechanisme bestaat uit tenminste twee stelsels schaarsystemen waarvan telkens een eerste been scharnierend is aangebracht tussen de koepelrand en het onderstel, zodanig dat, bij activatie van het aandrijforgaan, het openingsmechanisme een horizontale en verticale translatie veroorzaakt, met het kenmerk, dat tussen elk schaarstelsel en de koepel een derde geleidingsmiddel is aangebracht zodanig dat de koepel,bij activatie van het aandrijforgaan een extra horizontale en verticale translatie ondergaat.
- 2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat elk schaarsysteem tenminste drie benen heeft, waarbij het derde geleidingsmiddel bestaat uit tenminste het derde been.
- 3. Inrichting volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat het openingsmechanisme bestaat uit twee aan tegenoverstaande zijden van de koepel aangebrachte vierbenige schaarsystemen, waarbij elk schaarsysteem bestaat uit het eerste been en een driebenig samenstel dat bestaat uit het tweede been (20a of 20b), en twee koppelbenen (17a of 17b, en 22a of 22b), waarbij het midden van het tweede been (20a of 20b) scharnierend met het midden van het eerste been (28a of 28b) verbonden is, en het aan een uiteinde scharnierend met een uiteinde van het bovenste koppelbeen (17a of 17b), en aan het andere uiteinde scharnierend met een uiteinde van het onderste koppelbeen (22a of 22b) verbonden is, waarbij dit driebenig samenstel scharnierend aangebracht is tussen de koepelrand (2) en het <Desc/Clms Page number 11> onderstel (0),en waarbij de lengte van het onderste en het bovenste koppelbeen van de driebenige samenstellen hoofdzakelijk gelijk zijn, en kleiner zijn dan de afstand tussen het scharnierpunt (resp. 23a en 17a) en het bijbehorende hoekpunt (resp. 26a en 27a) op respectievelijk het onderstel (0) en de koepelrand (K).
- 4. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat het tweede been van elk stelsel uit het midden scharnierend is bevestigd op het eerste been van het openingsmechanisme, zodanig dat, bij activatie van het aandrijforgaan, het openingsmechanisme ook een rotatie van de koepel veroorzaakt.
- 5. Inrichting volgens conclusie 4 en 2, met het kenmerk, dat het openingsmechanisme bestaat uit twee aan tegenoverstaande zijden van de koepel (1) aangebrachte driebenige schaarsystemen, waarbij voor elk der driebenige schaarsystemen : - het tweede been (5) aan een uiteinde scharnierend met het aandrijforgaan verbonden is, en aan het andere uiteinde glijdend op het onderstel (0) is aangebracht ; - het derde been (9) aan een uiteinde scharnierend met hetzelfde aandrijforgaan is verbonden, en aan het andere uiteinde scharnierend met de koepelrand (2) is verbonden ; waarbij de lengte van het tweede been (5) gelijk is aan de lengte van het derde been (9) plus de lengte tussen de twee scharnierpunten (17 en 10) op de koepelrand (2).
- 6. Inrichting volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat het openingsmechanisme bestaat uit twee aan tegenoverstaande zijden van de koepel aangebrachte vierbenige schaarsystemen, waarbij elk schaarsysteem voorzien is van het eerste been en een driebenig samenstel dat opgebouwd is uit het tweede been (20a of 20b) en twee koppelbenen, (17a of 17b) en (22a of 22b), waarbij het tweede been aan een uiteinde scharnierend met een uiteinde van het onderste koppelbeen (17a of 17b) <Desc/Clms Page number 12> verbonden is, en aan het andere uiteinde scharnierend met het onderste koppelbeen (22a of 22b) verbonden is, waarbij dit samenstel scharnierend aangebracht is tussen de koepelrand (2) en het onderstel (0), en waarbij de lengte van het onderste en het bovenste koppelbeen van de driebenige samenstellen kleiner zijn dan de afstand tussen het scharnierpunt (resp.23a en 17a) en het bijbehorende hoekpunt (resp. 26a en 27a) op respectievelijk het onderstel (0) en de koepelrand (K).
- 7. Inrichting volgens conclusie 3 of 6, met het kenmerk, dat de twee schaarsystemen in de dwarsrichting met elkaar verbonden worden door middel van een been (25), waarop in het midden een aandrijforgaan (7) bevestigd wordt.
- 8. Inrichting volgens conclusie 3 of 6, met het kenmerk, dat de twee schaarsystemen in de dwarsrichting met elkaar verbonden worden door middel van een driebenig samenstel bestaande uit een dwarsbeen 25 waaraan elk uiteinde een hulpbeen loodrecht op het dwarsbeen vastzit, waarbij het eerste hulpbeen 35a scharnierend met het eerste schaarsysteem, en het tweede hulpbeen 35b scharnierend met het tweede schaarsysteem verbonden is, en waarbij een aandrijfstang 7 onverdraaibaar aangrijpt in het midden van de dwarsstang, zodanig dat de koepel stevig kan gesloten worden.
- 9. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het derde geleidingsmiddel een op de koepelrand bevestigd glijsysteem is, zodat de koepel bij opening van de koepelrand afschuift.
- 10. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat een aandrijforgaan voor het openen van de ontluchtingskoepel bestaat uit een elektrische motor.
- 11. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat een aandrijforgaan voor het openen van de ontluchtingskoepel bestaat uit een gasdrukveer, waarvan een van de bedieningssystemen bestaat uit een smeltlood, dat <Desc/Clms Page number 13> boven een bepaalde temperatuur breekt en de gasdrukveer activeert.
- 12. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat een van de bedieningssystemen bestaat uit een elektromagneet die in werking treedt wanneer de netspanning uitvalt.
- 13. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het koepelraam aan de binnenzijde voorzien is van een metaalrooster.
Priority Applications (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
BE2001/0795A BE1014531A5 (nl) | 2001-12-07 | 2001-12-07 | Inrichting voor het openen van ontluchtingskoepels voor rook-en warmteafvoer en verluchting. |
EP02080156A EP1318248A1 (en) | 2001-12-07 | 2002-12-09 | Device for opening ventilating coupolas for smoke and heat discharge and ventilation |
Applications Claiming Priority (1)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
BE2001/0795A BE1014531A5 (nl) | 2001-12-07 | 2001-12-07 | Inrichting voor het openen van ontluchtingskoepels voor rook-en warmteafvoer en verluchting. |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
BE1014531A5 true BE1014531A5 (nl) | 2003-12-02 |
Family
ID=3897142
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
BE2001/0795A BE1014531A5 (nl) | 2001-12-07 | 2001-12-07 | Inrichting voor het openen van ontluchtingskoepels voor rook-en warmteafvoer en verluchting. |
Country Status (2)
Country | Link |
---|---|
EP (1) | EP1318248A1 (nl) |
BE (1) | BE1014531A5 (nl) |
Families Citing this family (3)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
EP3587696A1 (de) * | 2018-06-29 | 2020-01-01 | JET Tageslicht und RWA GmbH | Öffenbare raumabschlusseinrichtung sowie verfahren zu deren öffnung |
DE102018115783A1 (de) * | 2018-06-29 | 2020-01-02 | Jet Tageslicht & Rwa Gmbh | Öffenbare Raumabschlusseinrichtung sowie Verfahren zu deren Öffnung |
CN110725483B (zh) * | 2019-09-05 | 2021-03-19 | 华北水利水电大学 | 一种圆柱形建筑顶部采光系统及方法 |
Citations (13)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
DE187200C (nl) * | 1900-01-01 | |||
DE269153C (nl) * | 1900-01-01 | |||
DE219026C (nl) * | 1900-01-01 | |||
DE1246456B (de) * | 1963-06-08 | 1967-08-03 | Josef Maulhardt | Bewegungsvorrichtung fuer Dachfensterfluegel |
FR2167294A5 (nl) * | 1972-01-12 | 1973-08-24 | Ferem | |
FR2210747A1 (nl) * | 1972-12-13 | 1974-07-12 | Grescha Ges Grefe Schar | |
FR2468848A1 (fr) * | 1979-06-07 | 1981-05-08 | Souchier Georges | Dispositif d'evacuation de fumees, notamment pour locaux industriels ou recevant du public |
US5115601A (en) * | 1988-12-21 | 1992-05-26 | Sanwa Shutter Corporation | Movable sky light |
EP0649966A1 (de) * | 1993-09-16 | 1995-04-26 | W. HAUTAU GmbH | Dach-Klappfenster |
EP0778378A1 (de) * | 1995-12-08 | 1997-06-11 | JET KUNSTSTOFFTECHNIK ULRICH KREFT GmbH | Vorrichtung zur Sicherung von Dachdurchbrüchen und Verfahren zur Herstellung der Sicherungsvorrichtung |
EP0801183A1 (fr) * | 1996-04-12 | 1997-10-15 | Cronier Application | Exutoire de désenfumage pour une voûte cintrée allongée |
FR2762867A1 (fr) * | 1997-04-30 | 1998-11-06 | Ecodis Sa | Dispositif d'articulation d'une coupole sur une costiere d'un lanterneau |
DE29921090U1 (de) * | 1999-12-01 | 2001-04-12 | Stuermann Gmbh & Co | Rauchabzugs- oder Lüftungsklappe |
Family Cites Families (1)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US1193101A (en) * | 1916-08-01 | Bevebsible window |
-
2001
- 2001-12-07 BE BE2001/0795A patent/BE1014531A5/nl not_active IP Right Cessation
-
2002
- 2002-12-09 EP EP02080156A patent/EP1318248A1/en not_active Withdrawn
Patent Citations (13)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
DE187200C (nl) * | 1900-01-01 | |||
DE269153C (nl) * | 1900-01-01 | |||
DE219026C (nl) * | 1900-01-01 | |||
DE1246456B (de) * | 1963-06-08 | 1967-08-03 | Josef Maulhardt | Bewegungsvorrichtung fuer Dachfensterfluegel |
FR2167294A5 (nl) * | 1972-01-12 | 1973-08-24 | Ferem | |
FR2210747A1 (nl) * | 1972-12-13 | 1974-07-12 | Grescha Ges Grefe Schar | |
FR2468848A1 (fr) * | 1979-06-07 | 1981-05-08 | Souchier Georges | Dispositif d'evacuation de fumees, notamment pour locaux industriels ou recevant du public |
US5115601A (en) * | 1988-12-21 | 1992-05-26 | Sanwa Shutter Corporation | Movable sky light |
EP0649966A1 (de) * | 1993-09-16 | 1995-04-26 | W. HAUTAU GmbH | Dach-Klappfenster |
EP0778378A1 (de) * | 1995-12-08 | 1997-06-11 | JET KUNSTSTOFFTECHNIK ULRICH KREFT GmbH | Vorrichtung zur Sicherung von Dachdurchbrüchen und Verfahren zur Herstellung der Sicherungsvorrichtung |
EP0801183A1 (fr) * | 1996-04-12 | 1997-10-15 | Cronier Application | Exutoire de désenfumage pour une voûte cintrée allongée |
FR2762867A1 (fr) * | 1997-04-30 | 1998-11-06 | Ecodis Sa | Dispositif d'articulation d'une coupole sur une costiere d'un lanterneau |
DE29921090U1 (de) * | 1999-12-01 | 2001-04-12 | Stuermann Gmbh & Co | Rauchabzugs- oder Lüftungsklappe |
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
EP1318248A1 (en) | 2003-06-11 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
CN107809926B (zh) | 改进的垂直滑动衣物悬挂装置 | |
US6557614B1 (en) | Retractable garage door screen installation | |
BE1014531A5 (nl) | Inrichting voor het openen van ontluchtingskoepels voor rook-en warmteafvoer en verluchting. | |
EP2003262B1 (en) | Opening mechanism to a smoke and heat ventilator | |
EP1296011A1 (de) | Faltdeckel | |
US9573758B2 (en) | Trash collection assembly | |
US2341847A (en) | Deck lid hinge | |
JP2021523311A (ja) | 急速排気装置 | |
US2719071A (en) | Tiltable receptacle devices and control means therefor | |
EP3018078B1 (en) | Waste container | |
US20070006532A1 (en) | Earth moving machine | |
DE3931483A1 (de) | Back- u. bratofen mit einem wrasenabzug | |
NL2011353C2 (en) | Sliding door rail assembly for closing an opening in a wall. | |
FR3094077B1 (fr) | Volet de désenfumage à portillon et système d’évacuation comprenant un tel volet | |
KR200197530Y1 (ko) | 도어 지지용 가스 스프링을 구비한 항온항습기 | |
US3949833A (en) | Safety device for lifter-equipped extensible ladder vehicle | |
EP1364570A1 (en) | Tipping bin, paricularly for special multipurpose vehicles or the like | |
JP3621289B2 (ja) | バン型トラック | |
CH696556A5 (de) | Gargerät mit belüfteter Türe. | |
DE102018220681A1 (de) | Dunstabzugsvorrichtung und Küchenvorrichtung | |
BE1015318A3 (nl) | Inrichting voor het bedienen van een zonnescherm, regenscherm of dergelijke. | |
DE19713298C1 (de) | Vorrichtung zum Öffnen und Schließen einer Klappe | |
JPH08333094A (ja) | 車輛整備用リフト | |
US2247885A (en) | Door | |
US1958908A (en) | Dump truck |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
MK | Patent expired because of reaching the maximum lifetime of a patent |
Effective date: 20211207 |