BE1003449A3

BE1003449A3 - Werkwijze voor het wapenen van een bovenlaag van een terrein, alsmede daarbij toegepaste wapeningsmat.

Info

Publication number: BE1003449A3
Application number: BE8901237A
Authority: BE
Inventors: Yves Vancraeynest
Original assignee: Bekaert Sa Nv
Priority date: 1989-11-20
Filing date: 1989-11-20
Publication date: 1992-03-24
Also published as: EP0429106A1; NO904998D0; NO904998L

Abstract

De uitvinding betreft een werkwijze voor het wapenen van een bovenlaag van een terrein, waarbij deze bovenlaag uit bitumen, asfalt of een dergelijk koolwaterstofhoudend materiaal bestaat, door aan een steunvlak of fundering van het te versterken terrein tenminste één wapeningsmat vast te maken en door vervolgens op de fundering een bovenlaag van voldoende dikte aan te brengen, zodat de wapeningsmat volledig in de bovenlaag ingebed is, waarbij men voor het aanbrengen van de bovenlaag, in de langsrichting van de wapeningsmat verlopende langselementen aanbrengt voor het vastmaken van de wapeningsmat aan de fundering en dat men deze langselementen met behulp van bevestigingsmiddelen vastmaakt aan de fundering.

Description

WERKWIJZE VOOR HET WAPENEN VAN EEN BOVENLAAG VAN EEN TERREIN.

ALSMEDE DAARBIJ TOEGEPASTE WAPENINGSMAT (Als uitvinder wordt door aanvraagster genoemd : Yves Vancraeynest).

De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het wapenen van een bovenlaag van een terrein, waarbij deze bovenlaag uit bitumen, asfalt of een dergelijk koolwaterstofhoudend materiaal bestaat, door aan een steunvlak of fundering van het te versterken terrein tenminste een wapeningsmat vast te maken en door vervolgens op de fundering een bovenlaag van voldoende dikte aan te brengen, zodat de wapeningsmat volledig in de bovenlaag ingebed is.

Een dergelijke werkwijze voor het wapenen of versterken van een terrein, in het bijzonder wegen, is algemeen bekend.

Een met succes toegepaste wapeningsmat voor het uitvoeren van een dergelijke werkwijze wordt door aanvraagster N. V. BEKAERT S. A. verkocht onder de naam :"MESH TRACK"."MESH TRACK"is een uit verzinkte staaldraad gevlochten mat of gaas, dat op regelmatige afstanden versterkt is met een driedraadsstreng.

De zeshoekige mazen van deze mat ontstaan door de draden onderling te torderen, waarbij de driedraadsstrengen op regelmatige afstanden van elkaar in de gevormde torsies zijn aangebracht. Ook matten uit kunststof kunnen worden toegepast.

Bij het wapenen van een bovenlaag van een terrein, bijvoorbeeld een weg, waarbij deze bovenlaag uit bitumen, asfalt of een dergelijk koolwaterstofhoudend materiaal bestaat, worden

rollen wapeningsmatten in de langsrichting op de terreinfundering uitgerold en daaraan vastgemaakt om gedurende het aanbrengen van de bovenlaag de wapeningsmatten op hun plaats te houden. Deze terreinfundering kan bijvoorbeeld een reeds bestaande wegverharding zijn of een te vormen fundering zijn.

Een nadeel van de hierboven beschreven werkwijze is de dure en tijdrovende bewerking voor het vastmaken van een dergelijke wapeningsmat aan de fundering. Bij het vastmaken van een dergelijke uit staaldraad gevlochten wapeningsmat aan de fundering, gebeurt dit met behulp van speciaal gevormde klemmen en/of haken, die over de draden of de strengen van de mat worden geklemd en met pluggen en pennen worden bevestigd aan de fundering. Bij het vastmaken van matten uit kunststof wordt meestal een begrinding toegepast ; d. w. z. een laag steenslag van voldoende dikte wordt over de matten aangebracht.

Een ander nadeel van de hierboven beschreven werkwijze is, dat tijdens het vervolgens aanbrengen van de bovenlaag van voldoende dikte uit bitumen, asfalt of dergelijk koolwaterstofhoudend materiaal met behulp van de speciale wegenbouwmachines een groot aantal van deze haken of klemmen loskomen doordat de wapeningsmat voortdurend aan twee tegengestelde, langse drukkrachten onderworpen is, waardoor deze mat aan een opwaartse druk onderworpen is.

De uitvinding heeft tot doel de hierboven genoemde nadelen op te heffen.

Hiertoe stelt de uitvinding bij een werkwijze van het in de aanhef genoemde type voor, dat men vóór het aanbrengen van de bovenlaag, in de langsrichting van de wapeningsmat verlopende

De uitvinding zal nader worden toegelicht in de nu volgende beschrijving aan de hand van de bijhorend tekening. In de tekening tonen : figuur 1, een deel van een voorkeursuitvoeringsvorm van een wapeningsmat volgens de uitvingding, en figuur 2, in perspektief, een deel van een terrein, waarbij een deel van de bovenlaag, wapeningsmat en fundering zijn weergegeven.

De in figuur 1 weergegeven voorkeursuitvoeringsvorm van de wapeningsmat 1 volgens de uitvinding bestaat uit een geweven of gevlochten mat met zeshoekige mazen. De zeshoekige mazen ontstaan door de langsdraden 2 en 3 onderling te torderen, waarbij in de torsies op regelmatige afstanden van elkaar in de dwarsrichting verlopende versterkingselementen 4 in de vorm van strengen zijn aangebracht. De langsdraden 2 en 3 en de strengen 4 zijn bij voorkeur uit staaldraad vervaardigd, waarbij het staaldraad bij voorkeur verzinkt is. De langsdraden 2 en 3 kunnen bijvoorbeeld een nominale diameter van 3 mm hebben ; terwijl de draden van de 3-draadsstrengen 4 een nominale diameter van 3, 55 mm hebben. De mazen hebben bij voorbeeld de volgende afmetingen : 118 mm tussen de torsies in de langsrichting en 80 mm tussen de torsies in de dwarsrichting.

De strengen 4 zijn op een afstand van 236 mm van elkaar aangebracht. Al de hierboven gegeven afmetingen zijn slechts ten titel van voorbeeld gegeven.

Bij de wapeningsmat 1 volgens de uitvinding zijn langselementen 5 in de langsrichting in de mat geweven. Deze langselementen 5 kunnen eveneens staaldraden of strengen uit staaldraad zijn ; maar bij voorkeur zijn deze langselementen 5 uit bandstaal vervaardigd. Dit bandstaal is bij voorkeur verzinkt en kan volgende afmetingen vertonen : breedte van 10 tot 30 mm en een dikte van 0, 4 mm tot 1, 5 mm. Ook hier zijn

EMI4.1
de gegeven afmetingen slechts ten titel van voorbeeld gegeven. Bij voorkeur zijn al de langselementen 5 onder al de in de dwarsrichting verlopende strengen 4 aangebracht en kruisen de langselementen 5 en de draadstrengen 4 elkaar nagenoeg rechthoekig.

De wapeningsmatten 1 volgens de uitvinding kunnen uit kunststof of uit met kunststof bedekte staaldraden vervaardigd zijn. De langselementen 5 kunnen strips uit kunststof zijn.

Met verwijzing naar figuur 2, wordt de werkwijze volgens de uitvinding beschreven. Op het steunvlak of de fundering 6, waarop een bovenlaag 7 van een terrein, bij voorbeeld een weg, moet worden aangebracht, wordt eerst een wapeningsmat 1 volgens de uitvinding uitgerold en worden de langselementen 5 met behulp van bevestigingsmiddelen, zoals pluggen en/of pennen, vastgemaakt aan de fundering 6. Deze fundering 6 kan bijvoorbeeld een oude bestaande weg zijn. Vervolgens wordt op de fundering 6 en de met behulp van de langselementen 5 vastgemaakte wapeningsmat 1 de bovenlaag 7 uit bitumen, asfalt of dergelijk koolwaterstofhoudend materiaal aangebracht, zodat de wapeningsmat volledig ingebed is in de bovenlaag 7.- Bij voorkeur worden de langselementen 5 onder rekspanning gebracht tijdens het bevestigen daarvan aan de fundering 6.

Dit kan op verschillende wijzen gebeuren. De langselementen 5 kunnen over de volle lengte onder spanning worden gebracht en daarna aan de fundering 6 worden vastgemaakt. De langselementen 5 kunnen eerst worden vastgemaakt aan de fundering 6, waarna de langselementen onder spanning worden gebracht.

Men heeft nu vastgesteld, dat een wapeningsmat 1 volgens de uitvinding met veel minder bevestigingsmiddelen aan de fundering 6 kan worden vastgemaakt en dat de doeltreffendheid

van het vastmaken van de wapeningsmat 1 met behulp van de langselementen 5 aanzienlijk wordt verbeterd. Dit is in het bijzonder het geval, wanneer de langselementen 5 uit bandstaal zijn vervaardigd en onder de dwarsstrengen 4 zijn gelegen.

Het is duidelijk, dat binnen het kader van de uitvinding, talrijke varianten van wapeningsmatten kunnen worden toegepast.

Het is bijvoorbeeld zelfs mogelijk om een wapeningsmat 1 te gebruiken, die uitsluitend bestaat uit langselementen 5, die met elkaar verbonden zijn door dwarselementen 4. De dwarselementen 4 zijn dan bij voorkeur twee rond elkaar gespiraleerde of getorste draden, waartussen de langselementen 5 zijn aangebracht.

Claims

CONCLUSIES 1. Werkwijze voor het wapenen van een bovenlaag van een terrein, waarbij deze bovenlaag uit bitumen, asfalt of een dergelijk koolwaterstofhoudend materiaal bestaat, door aan een steunvlak of fundering van het te versterken terrein tenminste een wapeningsmat vast te maken en door vervol- gens op de fundering een bovenlaag van voldoende dikte aan te brengen, zodat de wapeningsmat volledig in de bovenlaag ingebed is, met het kenmerk, dat men vóór het aanbrengen van de bovenlaag (7), in de langsrichting van de wape- ningsmat (1) verlopende langselementen (5) aanbrengt voor het vastmaken van de wapeningsmat (l) aan de fundering (6) en dat men deze langselementen (5) met behulp van beves- tigingsmiddelen vastmaakt aan de fundering (6).
2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat men de langselementen (5) in de wapeningsmat (1) aanbrengt voor het vastmaken daarvan aan de fundering (6).
3. Werkwijze volgens conclusie 1 of conclusie 2, met het ken- merk, dat men de langselementen (5) onder rekspanning brengt tijdens het bevestigen daarvan aan de fundering (6).
4. Wapeningsmat voor het toepassen van de werkwijze volgens een of meer der voorgaande conclusses 1-3, met het ken- merk, dat de wapeningsmat (1) in de langsrichting daarvan voorzien is van langselementen (5).
5. Wapeningsmat volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat de wapeningsmat (1) een gevlochten mat is. <Desc/Clms Page number 7>
6. Wapeningsmat volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de langselementen (5) in de wapeningsmat (1) zijn geweven.
7. Wapeningsmat volgens een of meer der voorgaande conclusies 4-6, met het kenmerk, dat de wapeningsmat (1) uit staaldraad vervaardigd is.
8. Wapeningsmat volgens een of meer der voorgaande conclusies 4-7, met het kenmerk, dat de wapeningsmat (1) voorzien is van in de dwarsrichting verlopende versterkingselementen (4).
9. Wapeningsmat volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat de in de dwarsrichting verlopende versterkingselementen (4) en de langselementen (5) elkaar nagenoeg rechthoekig kruisen.
10. Wapeningsmat volgens conclusie 8 of conclusie 9, met het kenmerk, dat de langselementen (5) onder de in de dwarsrichting verlopende versterkingselementen (4) zijn aangebracht.
11. Wapeningsmat volgens een of meer der voorgaande con- clusies 8-10, met het kenmerk, dat de in de dwarsrichting verlopende versterkingselementen (4) strengen uit staaldraad zijn.
12. Wapeningsmat volgens een of meer der voorgaande con- clusies 4-11, met het kenmerk, dat de langselementen (5) draden of strengen uit staaldraad zijn.
13. Wapeningsmat volgens een of meer der voorgaande con- clusies 4-11, met het kenmerk, dat de langselementen (5) strips uit bandstaal zijn vervaardigd. <Desc/Clms Page number 8> EMI8.1
14. Wapeningsmat volgens een of meer der voorgaande conclusies 4-11, met het kenmerk, dat de langselementen (5) strips uit kunststof zijn.