NL9400820A - Knikarm voor een zonnescherm. - Google Patents

Knikarm voor een zonnescherm. Download PDF

Info

Publication number
NL9400820A
NL9400820A NL9400820A NL9400820A NL9400820A NL 9400820 A NL9400820 A NL 9400820A NL 9400820 A NL9400820 A NL 9400820A NL 9400820 A NL9400820 A NL 9400820A NL 9400820 A NL9400820 A NL 9400820A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
arm
hinge
spring member
folding
arm half
Prior art date
Application number
NL9400820A
Other languages
English (en)
Inventor
Theobald Oberstadt
Original Assignee
Theobald Oberstadt
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Theobald Oberstadt filed Critical Theobald Oberstadt
Priority to NL9400820A priority Critical patent/NL9400820A/nl
Publication of NL9400820A publication Critical patent/NL9400820A/nl

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04FFINISHING WORK ON BUILDINGS, e.g. STAIRS, FLOORS
    • E04F10/00Sunshades, e.g. Florentine blinds or jalousies; Outside screens; Awnings or baldachins
    • E04F10/02Sunshades, e.g. Florentine blinds or jalousies; Outside screens; Awnings or baldachins of flexible canopy materials, e.g. canvas ; Baldachins
    • E04F10/06Sunshades, e.g. Florentine blinds or jalousies; Outside screens; Awnings or baldachins of flexible canopy materials, e.g. canvas ; Baldachins comprising a roller-blind with means for holding the end away from a building
    • E04F10/0644Sunshades, e.g. Florentine blinds or jalousies; Outside screens; Awnings or baldachins of flexible canopy materials, e.g. canvas ; Baldachins comprising a roller-blind with means for holding the end away from a building with mechanisms for unrolling or balancing the blind
    • E04F10/0651Sunshades, e.g. Florentine blinds or jalousies; Outside screens; Awnings or baldachins of flexible canopy materials, e.g. canvas ; Baldachins comprising a roller-blind with means for holding the end away from a building with mechanisms for unrolling or balancing the blind acting on the arms
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04FFINISHING WORK ON BUILDINGS, e.g. STAIRS, FLOORS
    • E04F10/00Sunshades, e.g. Florentine blinds or jalousies; Outside screens; Awnings or baldachins
    • E04F10/02Sunshades, e.g. Florentine blinds or jalousies; Outside screens; Awnings or baldachins of flexible canopy materials, e.g. canvas ; Baldachins
    • E04F10/06Sunshades, e.g. Florentine blinds or jalousies; Outside screens; Awnings or baldachins of flexible canopy materials, e.g. canvas ; Baldachins comprising a roller-blind with means for holding the end away from a building
    • E04F10/0611Sunshades, e.g. Florentine blinds or jalousies; Outside screens; Awnings or baldachins of flexible canopy materials, e.g. canvas ; Baldachins comprising a roller-blind with means for holding the end away from a building with articulated arms supporting the movable end of the blind for deployment of the blind
    • E04F10/0618Sunshades, e.g. Florentine blinds or jalousies; Outside screens; Awnings or baldachins of flexible canopy materials, e.g. canvas ; Baldachins comprising a roller-blind with means for holding the end away from a building with articulated arms supporting the movable end of the blind for deployment of the blind whereby the pivot axis of the articulation is perpendicular to the roller
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04FFINISHING WORK ON BUILDINGS, e.g. STAIRS, FLOORS
    • E04F10/00Sunshades, e.g. Florentine blinds or jalousies; Outside screens; Awnings or baldachins
    • E04F10/02Sunshades, e.g. Florentine blinds or jalousies; Outside screens; Awnings or baldachins of flexible canopy materials, e.g. canvas ; Baldachins
    • E04F10/06Sunshades, e.g. Florentine blinds or jalousies; Outside screens; Awnings or baldachins of flexible canopy materials, e.g. canvas ; Baldachins comprising a roller-blind with means for holding the end away from a building
    • E04F10/0611Sunshades, e.g. Florentine blinds or jalousies; Outside screens; Awnings or baldachins of flexible canopy materials, e.g. canvas ; Baldachins comprising a roller-blind with means for holding the end away from a building with articulated arms supporting the movable end of the blind for deployment of the blind
    • E04F10/0618Sunshades, e.g. Florentine blinds or jalousies; Outside screens; Awnings or baldachins of flexible canopy materials, e.g. canvas ; Baldachins comprising a roller-blind with means for holding the end away from a building with articulated arms supporting the movable end of the blind for deployment of the blind whereby the pivot axis of the articulation is perpendicular to the roller
    • E04F10/0622Sunshades, e.g. Florentine blinds or jalousies; Outside screens; Awnings or baldachins of flexible canopy materials, e.g. canvas ; Baldachins comprising a roller-blind with means for holding the end away from a building with articulated arms supporting the movable end of the blind for deployment of the blind whereby the pivot axis of the articulation is perpendicular to the roller whereby the plane defined by three consecutive articulation points of an articulated arm is not parallel to the rotation axis of the roller, e.g. to create a saddle type roof construction or to prevent contact between the cloth and the arm sections

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Architecture (AREA)
  • Civil Engineering (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)
  • Building Awnings And Sunshades (AREA)

Description

Titel: Knikarm voor een zonnescherm
De uitvinding heeft betrekking op een knikarm voor een zonnescherm, omvattende: een achterste armhelft met een achteruiteinde en een vooruiteinde, een voorste armhelft met een achteruiteinde en een vooruiteinde, een achterflens die door middel van een achterscharnier is bevestigd aan het achteruiteinde van de achterste armhelft, een voorflens die door middel van een voorscharnier is bevestigd aan het vooruiteinde van de voorste armhelft, een tussen het vooruiteinde van de achterste armhelft en het achteruiteinde van de voorste armhelft bevestigd hoofdscharnier, en een veerorgaan dat is ingericht om beide armhelften ten opzichte van elkaar te strekken.
Een dergelijke knikarm is bekend, bijvoorbeeld uit de Nederlandse octrooiaanvrage 83.01679. Daarbij is de achterste armhelft bestemd om door middel van het achterscharnier bestemd is om bevestigd te worden aan een muur van een huis of dergelijke, terwijl de voorste armhelft bestemd is om door middel van het voorscharnier bevestigd te worden aan een voorlijst van een zonnescherm.
De uitvinding heeft voorts betrekking op een zonnescherm, in het bijzonder een zonnescherm met oprolbaar doek, voorzien van dergelijke knikarmen. Het doek van een dergelijk scherm heeft twee uiteinden: een eerste uiteinde dat is bevestigd aan een wikkelas, en een daartegenover gelegen uiteinde dat is bevestigd aan de voorlijst.
In de dpgerolde toestand is het doek opgerold op een wikkelas, die bijvoorbeeld gemonteerd is in een frame dat bevestigd is aan een muur van een huis. De voorlijst bevindt zich in de opgerolde toestand van het doek zeer dicht bij de wikkelas en strekt zich evenwijdig daaraan uit.
Teneinde het scherm in een bedrijfstoestand te brengen, wordt de voorlijst verplaatst van de wikkelas weg, waarbij de voorlijst het doek meeneemt en afwikkelt van de wikkelas.
Om de voorlijst ten opzichte van de wikkelas in een bepaalde stand vast te houden, is de voorlijst door middel van ten minste twee knikarmen bevestigd aan het frame. In de volledig uitgezette stand van het scherm strekken de beide armhelften zich hoofdzakelijk in eikaars verlengde uit, in hoofdzaak haaks op de wikkelas en de voorlijst, waarmee zij een rechthoekig frame definiëren om het doek op te spannen. In de opgerolde toestand strekken de beide armhelften zich hoofdzakelijk naast elkaar uit, in hoofdzaak evenwijdig aan de wikkelas en de voorlijst, waarbij de beide armhelften een hoek van ongeveer 360° maken met elkaar.
In de bedrijfstoestand is het gewenst, dat het doek in bepaalde mate strak gespannen is. Dat geldt niet alleen wanneer het doek volledig is uitgerold, maar ook in een tussenstand waarbij het doek gedeeltelijk is uitgerold, waarbij de armhelften dus een hoek tussen 180° en 360° met elkaar maken. Daartoe is elke arm voorzien van het genoemde veerorgaan.
Bij de bekende knikarm heeft dat veerorgaan de vorm van een in de achterste armhelft ondergebrachte trekveer, waarvan een eerste uiteinde is bevestigd nabij het achteruiteinde van de achterste armhelft en waarvan een tweede uiteinde is bevestigd aan de voorste armhelft. De trekveer, of een daaraan bevestigde trekkabel of ketting, strekt zich daarbij uit langs de buitenbocht van het hoofdscharnier, zodat de trekveer korter wordt bij het strekken van de armhelften.
Een nadeel van deze constructie is, dat de kracht waarmee het doek strak wordt gespannen, beperkt is. Dit probleem doet zich in het bijzonder gevoelen in de tussenstanden. Weliswaar zou men voor het uitoefenen van een grotere kracht een sterkere veer kunnen nemen, maar de mogelijkheden in deze richting zijn beperkt door de beschikbare binnenruimte in de achterste armhelft.
Standaard verkrijgbare trekveren hebben in het algemeen een cilindervorm, terwijl de binnenruimte van de achterste armhelft een rechthoekige dwarsdoorsnede heeft. Een trekveer kan dus nooit breder zijn dan de kleinste dwarsafmeting van de armhelft. Om genoemde ruimte zo efficiënt mogelijk te gebruiken, is het veerorgaan in de praktijk vervaardigd in de vorm van een pakket van naast elkaar geplaatste trekveren.
De uitvinding beoogt het genoemde probleem op te lossen en een knikarm te verschaffen waarbij, in het bijzonder in de tussenstanden, de op het doek uitgeoefende spankracht groter is dan met de thans bekende knikarmen mogelijk is.
Daartoe heeft een knikarm van de bovengenoemde soort volgens de uitvinding in een eerste uitvoeringsvariant het kenmerk, dat een uiteinde van het veerorgaan is bevestigd aan de achterflens, en reikt langs de binnenbocht van het achterscharnier. Hierdoor wordt bereikt dat, in elke stand van de knikarm, het veerorgaan over een grotere lengte is uitgerekt en aldus een grotere kracht uitoefent.
In een tweede uitvoeringsvariant heeft een knikarm van de bovengenoemde soort volgens de uitvinding het kenmerk, dat in beide armhelften ten minste één veerorgaan zoals een trekveer is aangebracht.
In beide armhelften kan ook een pakket van meerdere trekveren zijn aangebracht, bijvoorbeeld drie, waarbij de beide pakketten aan elkaar gelijk kunnen zijn. Hierdoor is een verdubbeling van de uit te oefenen spankracht mogelijk.
Het in de voorste armhelft aangebrachte veerorgaan kan aangrijpen op de achterste armhelft en daarbij langs de buitenbocht van het hoofdscharnier reiken. Het is ook mogelijk dat het in de voorste armhelft aangebrachte veerorgaan aangrijpt op de voorflens en daarbij langs de binnenbocht van het voorscharnier reikt.
In een bijzondere uitvoeringsvorm zijn de veerorganen zodanig aangebracht in de beide armhelften, dat zij na elkaar aangrijpen, waardoor de spankracht in de uiterste stand niet overmatig groot wordt.
In het hiernavolgende zal de uitvinding nader worden verduidelijkt door beschrijving van voorkeursuitvoeringsvormen van de knikarm volgens de uitvinding, onder verwijzing naar de tekening. Hierin toont resp. tonen: figuur 1 schematisch een zijaanzicht van knikarm; de figuren 2A en 2B schematisch een doorsnede van een hoofdscharnier in de gestrekte stand; figuur 3 schematisch een doorsnede volgens de lijn III-III in figuur 2A; figuur 4 schematisch een doorsnede van het hoofdscharnier in een enigszins geknikte stand; en figuur 5 schematisch een doorsnede van een achterscharnier.
Figuur 1 toont schematisch een zonnescherm 1, met een aan een muur bevestigd frame 2 waarin een wikkelas 3 roteerbaar is gelagerd. Op de wikkelas 3 is een doek 4 gewikkeld, dat met het vrije uiteinde is bevestigd aan een voorlijst 5 die zich evenwijdig aan de wikkelas 3 uitstrekt. De voorlijst 5 wordt ten opzichte van het frame 2 vastgehouden door twee knikarmen 10. Elke knikarm 10 heeft een achterste armhelft 11 met een achteruiteinde 21 en een vooruiteinde 22, en een voorste armhelft 12 met een achteruiteinde 23 en een vooruiteinde 24. Het vooruiteinde 22 van de achterste armhelft 11 en het achteruiteinde 23 van de voorste armhelft 12 zijn middels een hoofdscharnier 13 scharnierbaar aan elkaar zijn bevestigd. Het achteruiteinde 21 van de achterste armhelft 11 is door middel van een achterscharnier 14 scharnierbaar bevestigd aan een achterflens 25, die gemonteerd is aan het frame 2, terwijl het vooruiteinde 24 van de voorste armhelft 12 door middel van een voorscharnier 15 scharnierbaar is bevestigd aan een voorflens 26, waartegen de voorlijst 5 is gemonteerd.
Duidelijk blijkt uit figuur 1, dat de scharnieras van het scharnier 13, dat in de figuur verticaal is getekend, niet haaks staat op de armhelften 11, 12, maar dat die armhelften bij het scharnier 13 een hoek met elkaar maken zodat het hoofdscharnier 13 lager ligt dan het niveau van de het achterscharnier 14 en het voorscharnier 15. Hierdoor wordt bereikt, dat het doek 4 vrij blijft van de knikarm 10.
Opgemerkt wordt, dat de constructie van het frame 2, de wikkelas 3 en de voorlijst 5 geen onderwerp vormt van de onderhavige uitvinding. Ook vormen de aard en constructie van de aanwezige middelen voor het in- en uitrollen van het doek geen onderwerp van de onderhavige uitvinding. Kennis van genoemde constructies is voor een goed begrip van de onderhavige uitvinding niet nodig voor een deskundige. Daarom zullen genoemde constructies niet nader worden beschreven. Volstaan wordt met op te merken, dat gebruik gemaakt kan worden van standaard bekende constructies.
De figuren 2A en 4 tonen schematisch een doorsnede van een uitvoeringsvorm van een knikarm 10 volgens de uitvinding, ter plaatse van het hoofdscharnier 13, gezien van boven en gedeeltelijk weggebroken. Het hoofdscharnier 13 omvat twee scharnierdelen 31, 32 die om een scharnieras 33 in elkaar gijpen. De scharnierdelen 31, 32 kunnen gevormd zijn als een gietstuk, en zijn gevormd voor het ontvangen van een koker 41, 42 met een in hoofdzaak rechthoekige dwarsdoorsnede, bijvoorbeeld een extrusieprofiel, welke kokers 41, 42 de respectieve armhelften 11, 12 definiëren. De scharnierdelen 31, 32 zijn zodanig gevormd dat zij in de bedrijfsstand van de knikarm 10 de kokers 41, 42 vrijwel in eikaars verlengde laten zijn. Doordat de kokers 41, 42 niet exact in eikaars verlengde kunnen liggen, wordt vermeden dat het onmogelijk wordt om een zonnescherm weer in te rollen.
In de koker 41 is een eerste veerorgaan 50 aangebracht, dat kan bestaan uit één of meerdere trekveren. Een eerste uiteinde 51 van het veerorgaan 50 is door middel van een trekkabel 52 met een oog 53 bevestigd aan een pen 54 die is bevestigd aan het tweede scharnierdeel 32. De trekkabel 52 reikt langs de buitenbocht van de scharnieras 33, en wordt geleid langs een aan het scharnierdeel 32 bevestigde kabelgeleider 55. Het andere uiteinde van het veerorgaan 50 is bevestigd nabij het achteruiteinde 21 van de achterste armhelft 11. Hierdoor wordt bereikt, dat het eerste veerorgaan 50 zijn kortste lengte heeft wanneer de beide armhelften 11, 12 zich in eikaars verlengde uitstrekken (d.w.z. de in figuur 2 getekende stand), waarbij het doek 4 volledig is afgerold. Wanneer het doek wordt opgerold en de arm 10 geknikt wordt, wordt het veerorgaan 50 meer uitgerekt naarmate de arm 10 verder geknikt wordt, totdat het veerorgaan 50 zijn grootste lengte bereikt in de volledig ingetrokken stand van het zonnescherm 1, waarbij de beide armhelften 11, 12 bij het hoofdscharnier 13 een hoek van ongeveer 360° maken.
Aldus oefent het veerorgaan 50 op de beide armhelften 11, 12 een kracht uit die de neiging heeft om de beide armhelften 11, 12 te strekken, zodat het onder spanning staande veerorgaan 50 een spankracht uitoefent op het doek 4. In het algemeen is die spankracht in de in figuur 2 getekende stand voldoende, namelijk typisch ongeveer 250 tot 400 N.
Om die spankracht te verhogen, in het bijzonder bij de tussenstanden van de knikarm 10, is in de koker 42 een tweede veerorgaan 60 aangebracht, dat kan bestaan uit één of meerdere trekveren. Een eerste uiteinde 61 van het veerorgaan 60 is door middel van een trekkabel 62 met een oog 63 bevestigd aan een pen 64 die is bevestigd aan het eerste scharnierdeel 31.
De trekkabel 62 reikt langs de buitenbocht van de scharnieras 33, en wordt geleid langs een aan het scharnierdeel 31 bevestigde kabelgeleider 65. Het andere uiteinde van het tweede veerorgaan 60 is bevestigd nabij het vooruiteinde 24 van de voorste armhelft 11.
Bij voorkeur, en zoals weergegeven in figuur 2A, is het oog 63 een langwerpig oog, en is de lengte van de tweede trekkabel 62 zodanig, dat in de in figuur 2A getekende bedrijfsstand het tweede veerorgaan 60 volledig ontspannen is waarbij het langwerpig oog 63 met speling om de pen 64 ligt, zodat het veerorgaan 60 geen kracht uitoefent. Wanneer echter de knikarm 10 een weinig is geknikt, zoals gebeurt bij het oprollen van het doek 4, beweegt de pen 64 in het oog 63 om de speling weg te werken, waarna de pen 64 aangrijpt op het oog 63 om de trekkabel 62 en daardoor het veerorgaan 60 uit te rekken (zie figuur 4). Het onder spanning staande tweede veerorgaan 60 ondersteunt dan de werking van het eerste veerorgaan 50, zodat in de in figuur 4 geschetste tussenstand van de knikarm 10 de op het doek 4 uitgeoefende spankracht groter is dan wanneer alleen het eerste veerorgaan 50 werkzaam zou zijn.
Het aangrijpen van het tweede veerorgaan 60 dient te geschieden bij een stand van het scharnier 13 waarbij de door de arm 10 op het doek 4 uitgeoefende spankracht als onvoldoende wordt ervaren. De precieze scharnierhoek van het scharnier 13 waarbij dat gebeurt, is afhankelijk van de precieze constructie van de arm 10 en het scharnier 13, en van de gestelde eisen, zoals voor een deskundige duidelijk zal zijn, en de deskundige kan op eenvoudige wijze bepalen hoe groot de benodigde speling dient te zijn. In de praktijk is gebleken, dat een geschikte waarde voor genoemde speling ongeveer 1 cm bedraagt.
Figuur 2B toont een variant van de in figuur 2A getoonde uitvoeringsvorm, waarbij in de bedrijfsstand het tweede veerorgaan 60 onder een voorafbepaalde voorspanning wordt gehouden. Daartoe is aan de trekkabel 62 een aanslagorgaan 66 bevestigd, bijvoorbeeld in de vorm van een om de kabel 62 geschoven cilinder die met behulp van een schroef 67 tegen de kabel 62 is geklemd, in welk geval de positie van het aanslagorgaan 66 instelbaar is. Het aanslagorgaan 66 kan ook op een duurzame manier aan de kabel 62 zijn bevestigd, bijvoorbeeld door lassen. In de bedrijfsstand ligt het aanslagorgaan 66 aan tegen een aan het tweede scharnierdeel 32 gevormde aanslag 68, om een verder ontspannen van het tweede veerorgaan 60 tegen te gaan.
Volgens de uitvinding kan het tweede profiel 42 identiek zijn aan het eerste profiel 41, en kan het tweede veerorgaan 60 identiek zijn aan het eerste veerorgaan 50, zodat de op het doek uitgeoefende spankracht ongeveer verdubbeld is.
Voorts kunnen volgens de uitvinding de scharnierdelen 31 en 32 symmetrisch worden uitgevoerd. Dit biedt het voordeel, dat in een tweede knikarm hetzelfde scharnier 13 kan worden toegepast, maar dan gespiegeld opgesteld, zodat slechts twee gietstukken 31 en 32 vervaardigd hoeven te worden, hetgeen een besparing aan vervaardigingskosten betekent.
Figuur 5 toont een voorkeursdetail van het achter-scharnier 14 van de knikarm volgens de uitvinding. Aan de achterflens 25 is een scharnierdeel 71, dat vergelijkbaar is met het in figuur 2 weergegeven scharnierdeel 31, scharnier-baar bevestigd via een scharnieras 73. De koker 41 van het achterste armdeel 11 is gemonteerd op het scharnierdeel 71.
Het achterste uiteinde 74 van het eerste veerorgaan 50 is via een trekkabel 75, die door een uitsparing 72 in het scharnierdeel 71 langs de binnenbocht van het achterscharnier 14 reikt, bevestigd aan de achterflens 25 op een willekeurig geschikte wijze, bijvoorbeeld door middel van een pen/oog-verbinding of een schroefverbinding, welke verbinding ter wille van de eenvoud niet nader is aangeduid.
Aldus wordt bereikt dat tijdens het strekken van de knikarm 10 de achterflens 25 aan de trekkabel 75 van het eerste veerorgaan 50 trekt, zodat het eerste veerorgaan 50 wordt onderworpen aan een extra verlenging, hetgeen impliceert dat het eerste veerorgaan 50 een extra trekkracht uitoefent.
Hoewel dit in de figuren niet nader is weergegeven, kan het voorste uiteinde van het tweede trekorgaan 60 zijn bevestigd aan de voorflens 26 en daarbij langs de binnenbocht van het voorscharnier 15 reiken, om op analoge wijze de trekkracht van het tweede trekorgaan 60 te verhogen. De daarvoor toegepaste constructie kan vergelijkbaar zijn met de in figuur 5 geschetste constructie.
Het zal voor een deskundige duidelijk zijn dat het mogelijk is de weergegeven uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding te veranderen of te modificeren, zonder de uitvindingsgedachte of de beschermingsomvang te verlaten.
Zo is het bijvoorbeeld mogelijk dat het tweede veerorgaan 60 continu aangrijpt terwijl het eerste veerorgaan 50 pas aangrijpt wanneer de arm 11, 12 enigszins geknikt is. Ook is het mogelijk dat de speling zich niet bij het knikscharnier 13 bevindt maar bij het voorste uiteinde 24 van de voorste armhelft 12 respectievelijk het achterste uiteinde 21 van de achterste armhelft 11.
Voorts is het mogelijk dat in een eenvoudige uitvoerings-variant wordt afgezien van het gebruik van het tweede veerorgaan 60, en dat wordt volstaan met het toepassen van de onder verwijzing naar figuur 5 besproken constructie.
Voorts is het mogelijk om kettingen te gebruiken in plaats van de weergegeven trekkabels.

Claims (7)

1. Knikarm voor een zonnescherm, omvattende: een achterste armhelft (11) met een achteruiteinde (21) en een vooruiteinde (22), een voorste armhelft (12) met een achteruiteinde (23) en een vooruiteinde (24), een achterflens (25) die door middel van een achterscharnier (14) is bevestigd aan het achteruiteinde (21) van de achterste armhelft (11), een voorflens (26) die door middel van een voorscharnier (15) is bevestigd aan het vooruiteinde (24) van de voorste armhelft (12), een tussen het vooruiteinde (22) van de achterste armhelft (11) en het achteruiteinde (23) van de voorste armhelft (12) bevestigd hoofdscharnier (13), en een veerorgaan (50) dat is ingericht om beide armhelften (11, 12) ten opzichte van elkaar te strekken; met het kenmerk, dat een uiteinde van het veerorgaan is bevestigd aan de achterflens (25), en reikt langs de binnenbocht van het achterscharnier (14)
2. Knikarm voor een zonnescherm, omvattende: een achterste armhelft (11) met een achteruiteinde (21) en een vooruiteinde (22), een voorste armhelft (12) met een achteruiteinde (23) en een vooruiteinde (24), een achterflens (25) die door middel van een achterscharnier (14) is bevestigd aan het achteruiteinde (21) van de achterste armhelft (11), een voorflens (26) die door middel van een voorscharnier (15) is bevestigd aan het vooruiteinde (24) van de voorste armhelft (12) , een tussen het vooruiteinde (22) van de achterste armhelft (11) en het achteruiteinde (23) van de voorste armhelft (12) bevestigd hoofdscharnier (13), en een veerorgaan (50) dat is ingericht om beide armhelften (11, 12) ten opzichte van elkaar te strekken; met het kenmerk, dat in beide armhelften (11, 12) ten minste één veerorgaan (50, 60) zoals een trekveer is aangebracht.
3. Knikarm volgens conclusie 2, waarbij het in de voorste armhelft (12) aangebrachte tweede veerorgaan (60) aangrijpt op de achterste armhelft (11) en daarbij langs de buitenbocht van het hoofdscharnier (13) reikt.
4. Knikarm volgens conclusie 2 of 3, waarbij het in de voorste armhelft (12) aangebrachte tweede veerorgaan (60) aangrijpt op de voorflens (26) en daarbij langs de binnenbocht van het voorscharnier (15) reikt.
5. Knikarm volgens één der conclusies 2-4, waarbij de veerorganen (50, 60) zodanig zijn aangebracht in de beide armhelften (11, 12), dat zij na elkaar aangrijpen.
6. Zonnescherm, voorzien van ten minste één knikarm volgens de conclusies 1-5.
7. Zonnescherm volgens conclusie 6, waarbij het hoofdscharnier van één der knikarmen identiek is aan het hoofdscharnier van een tweede knikarm maar gespiegeld is gemonteerd.
NL9400820A 1994-05-18 1994-05-18 Knikarm voor een zonnescherm. NL9400820A (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL9400820A NL9400820A (nl) 1994-05-18 1994-05-18 Knikarm voor een zonnescherm.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL9400820A NL9400820A (nl) 1994-05-18 1994-05-18 Knikarm voor een zonnescherm.
NL9400820 1994-05-18

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL9400820A true NL9400820A (nl) 1996-01-02

Family

ID=19864213

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL9400820A NL9400820A (nl) 1994-05-18 1994-05-18 Knikarm voor een zonnescherm.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL9400820A (nl)

Cited By (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO2000039419A1 (de) * 1998-12-23 2000-07-06 Paul Voss Gmbh & Co. Gelenkarm für eine markise
CN111479971A (zh) * 2017-12-13 2020-07-31 巴特股份公司 用于户外遮阳棚的铰接臂

Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB1175723A (en) * 1966-04-05 1969-12-23 Bretscher & Co A Sun-Blind with Two Articulated Arms
FR2519062A1 (fr) * 1981-12-28 1983-07-01 Lauzier Sa Dispositif de mise en tension d'une toile de store a rouleau
NL8301679A (nl) * 1983-05-11 1984-12-03 Mado Nederland Zonnescherm.
WO1991016512A1 (de) * 1990-04-12 1991-10-31 Technolizenz Establishment Gelenkarmmarkise

Patent Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB1175723A (en) * 1966-04-05 1969-12-23 Bretscher & Co A Sun-Blind with Two Articulated Arms
FR2519062A1 (fr) * 1981-12-28 1983-07-01 Lauzier Sa Dispositif de mise en tension d'une toile de store a rouleau
NL8301679A (nl) * 1983-05-11 1984-12-03 Mado Nederland Zonnescherm.
WO1991016512A1 (de) * 1990-04-12 1991-10-31 Technolizenz Establishment Gelenkarmmarkise

Cited By (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO2000039419A1 (de) * 1998-12-23 2000-07-06 Paul Voss Gmbh & Co. Gelenkarm für eine markise
US6557612B2 (en) 1998-12-23 2003-05-06 Paul Voss Gmbh & Co. Kg Articulated arm for an awning
CN111479971A (zh) * 2017-12-13 2020-07-31 巴特股份公司 用于户外遮阳棚的铰接臂

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US6513856B1 (en) Roll assist mechanism for tarp systems
US6595594B2 (en) Assembly for covering open top containers
JP2011520504A (ja) 耐歪みローラーチューブのスプリングバイアススライドアレンジメント
EP0394124A1 (fr) Store à enrouleur motorisé
AU2004200526B2 (en) Cord tensioner
NL9400820A (nl) Knikarm voor een zonnescherm.
US5547010A (en) Adjustable curtain frame
EP2277083B1 (fr) Ecran de projection équipé de moyens d'exercice de forces de traction verticales et horizontales
EP0694424A1 (fr) Store à enrouleur
DE19859731A1 (de) Gelenkarm für eine Markise
DE10158428B4 (de) Rolloanordnung
WO2006077083A1 (en) Projection screen with tensioning mechanism
DE4021264C2 (de) Schrägmarkise
FR2515248A1 (fr) Dispositif d'enroulement de rideaux de bachage
NL8302157A (nl) Rolluik met afdichting van het pantser aan de inloop in de rolluikkast.
ITTV940139A1 (it) Struttura perfezionata di zanzariera, del tipo offerta al pubblico in kit di montaggio.
US3004591A (en) Adjustable awning
EP3435154A1 (fr) Ecran de video-projection enroulable a toile courbee
NL1004383C2 (nl) Inrichting voor het afschermen van constructies.
NL9302136A (nl) Arm voor zonnescherm met de combinatie van een knikarm, een telescooparm, een vergrendeling voor de telescooparm, en een stootstang voor het knikken van de knikarm.
NL2026851B1 (nl) Zonnescherm en werkwijze voor het monteren van een dergelijk zonnescherm
NL9002304A (nl) Warenhuis.
NL1005461C2 (nl) Scherminrichting, dilatatieorgaan hiervoor en kas waarin zulks is toegepast.
NL193028C (nl) Zonnescherm.
NL1012511C2 (nl) Werkwijze voor het vervaardigen van een afdekzeil voor een aanhangwagen.

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
BV The patent application has lapsed