NL9400820A

NL9400820A - Articulated arm for a sun shade

Info

Publication number: NL9400820A
Application number: NL9400820A
Authority: NL
Inventors: Theobald Oberstadt
Original assignee: Theobald Oberstadt
Priority date: 1994-05-18
Filing date: 1994-05-18
Publication date: 1996-01-02

Abstract

Described is an articulated arm 10 for a sun shade 1, provided with spring means 50 to extend the arm halves 11, 12 relative to one another. According to the invention, at least one spring member 50, 60 such as a tension spring is fitted in both arm halves 11, 12. The ensures that the tension of the cloth 4 is increased compared with existing articulated arms, particularly when the cloth has not been unrolled completely. <IMAGE>

Description

Titel: Knikarm voor een zonneschermTitle: Folding arm for a sunshade

De uitvinding heeft betrekking op een knikarm voor een zonnescherm, omvattende: een achterste armhelft met een achteruiteinde en een vooruiteinde, een voorste armhelft met een achteruiteinde en een vooruiteinde, een achterflens die door middel van een achterscharnier is bevestigd aan het achteruiteinde van de achterste armhelft, een voorflens die door middel van een voorscharnier is bevestigd aan het vooruiteinde van de voorste armhelft, een tussen het vooruiteinde van de achterste armhelft en het achteruiteinde van de voorste armhelft bevestigd hoofdscharnier, en een veerorgaan dat is ingericht om beide armhelften ten opzichte van elkaar te strekken.The invention relates to a folding arm for a sunshade, comprising: a rear arm half with a rear end and a front end, a front arm half with a rear end and a front end, a rear flange mounted by a rear hinge to the rear end of the rear arm half , a front flange mounted by a front hinge to the front end of the front arm half, a main hinge mounted between the front end of the rear arm half and the rear end of the front arm half, and a spring member arranged to extend both arm halves relative to each other to stretch.

Een dergelijke knikarm is bekend, bijvoorbeeld uit de Nederlandse octrooiaanvrage 83.01679. Daarbij is de achterste armhelft bestemd om door middel van het achterscharnier bestemd is om bevestigd te worden aan een muur van een huis of dergelijke, terwijl de voorste armhelft bestemd is om door middel van het voorscharnier bevestigd te worden aan een voorlijst van een zonnescherm.Such a folding arm is known, for example from Dutch patent application 83.01679. In addition, the rear arm half is intended to be attached to a wall of a house or the like by means of the rear hinge, while the front arm half is intended to be attached to a front frame of a sunshade by means of the front hinge.

De uitvinding heeft voorts betrekking op een zonnescherm, in het bijzonder een zonnescherm met oprolbaar doek, voorzien van dergelijke knikarmen. Het doek van een dergelijk scherm heeft twee uiteinden: een eerste uiteinde dat is bevestigd aan een wikkelas, en een daartegenover gelegen uiteinde dat is bevestigd aan de voorlijst.The invention furthermore relates to a sunshade, in particular a sunshade with a roll-up cloth, provided with such folding arms. The fabric of such a screen has two ends: a first end that is attached to a winding shaft, and an opposite end that is attached to the front frame.

In de dpgerolde toestand is het doek opgerold op een wikkelas, die bijvoorbeeld gemonteerd is in een frame dat bevestigd is aan een muur van een huis. De voorlijst bevindt zich in de opgerolde toestand van het doek zeer dicht bij de wikkelas en strekt zich evenwijdig daaraan uit.In the rolled state, the fabric is rolled up on a winding shaft, which is mounted, for example, in a frame attached to a wall of a house. In the rolled-up condition of the fabric, the lead strip is very close to the winding shaft and extends parallel thereto.

Teneinde het scherm in een bedrijfstoestand te brengen, wordt de voorlijst verplaatst van de wikkelas weg, waarbij de voorlijst het doek meeneemt en afwikkelt van de wikkelas.In order to bring the screen into an operating condition, the leading bar is moved away from the winding shaft, the leading bar taking the cloth and unwinding it from the winding shaft.

Om de voorlijst ten opzichte van de wikkelas in een bepaalde stand vast te houden, is de voorlijst door middel van ten minste twee knikarmen bevestigd aan het frame. In de volledig uitgezette stand van het scherm strekken de beide armhelften zich hoofdzakelijk in eikaars verlengde uit, in hoofdzaak haaks op de wikkelas en de voorlijst, waarmee zij een rechthoekig frame definiëren om het doek op te spannen. In de opgerolde toestand strekken de beide armhelften zich hoofdzakelijk naast elkaar uit, in hoofdzaak evenwijdig aan de wikkelas en de voorlijst, waarbij de beide armhelften een hoek van ongeveer 360° maken met elkaar.In order to hold the front frame in relation to the winding shaft in a certain position, the front frame is attached to the frame by means of at least two folding arms. In the fully extended position of the screen, the two arm halves extend mainly in line with each other, substantially perpendicular to the winding shaft and the front frame, thereby defining a rectangular frame to stretch the fabric. In the rolled-up state, the two arm halves extend substantially side by side, substantially parallel to the winding shaft and the lead bar, the two arm halves being at an angle of approximately 360 ° with each other.

In de bedrijfstoestand is het gewenst, dat het doek in bepaalde mate strak gespannen is. Dat geldt niet alleen wanneer het doek volledig is uitgerold, maar ook in een tussenstand waarbij het doek gedeeltelijk is uitgerold, waarbij de armhelften dus een hoek tussen 180° en 360° met elkaar maken. Daartoe is elke arm voorzien van het genoemde veerorgaan.In the operating state, it is desirable that the fabric be stretched to some degree. This applies not only when the fabric is fully unrolled, but also in an intermediate position where the fabric is partially unrolled, so that the arm halves make an angle between 180 ° and 360 ° with each other. For this purpose, each arm is provided with the said spring member.

Bij de bekende knikarm heeft dat veerorgaan de vorm van een in de achterste armhelft ondergebrachte trekveer, waarvan een eerste uiteinde is bevestigd nabij het achteruiteinde van de achterste armhelft en waarvan een tweede uiteinde is bevestigd aan de voorste armhelft. De trekveer, of een daaraan bevestigde trekkabel of ketting, strekt zich daarbij uit langs de buitenbocht van het hoofdscharnier, zodat de trekveer korter wordt bij het strekken van de armhelften.In the known folding arm, said spring member has the form of a tension spring accommodated in the rear arm half, a first end of which is attached near the rear end of the rear arm half and a second end of which is attached to the front arm half. The tension spring, or a tension cable or chain attached thereto, thereby extends along the outer bend of the main hinge, so that the tension spring becomes shorter when stretching the arm halves.

Een nadeel van deze constructie is, dat de kracht waarmee het doek strak wordt gespannen, beperkt is. Dit probleem doet zich in het bijzonder gevoelen in de tussenstanden. Weliswaar zou men voor het uitoefenen van een grotere kracht een sterkere veer kunnen nemen, maar de mogelijkheden in deze richting zijn beperkt door de beschikbare binnenruimte in de achterste armhelft.A drawback of this construction is that the force with which the cloth is stretched tightly is limited. This problem is particularly evident in the intermediate positions. It is true that a stronger spring could be used to exert a greater force, but the possibilities in this direction are limited by the available interior space in the rear arm half.

Standaard verkrijgbare trekveren hebben in het algemeen een cilindervorm, terwijl de binnenruimte van de achterste armhelft een rechthoekige dwarsdoorsnede heeft. Een trekveer kan dus nooit breder zijn dan de kleinste dwarsafmeting van de armhelft. Om genoemde ruimte zo efficiënt mogelijk te gebruiken, is het veerorgaan in de praktijk vervaardigd in de vorm van een pakket van naast elkaar geplaatste trekveren.Standard tension springs are generally cylindrical in shape, while the interior of the rear arm half has a rectangular cross section. A tension spring can therefore never be wider than the smallest transverse dimension of the arm half. In order to use said space as efficiently as possible, the spring member is in practice manufactured in the form of a package of juxtaposed tension springs.

De uitvinding beoogt het genoemde probleem op te lossen en een knikarm te verschaffen waarbij, in het bijzonder in de tussenstanden, de op het doek uitgeoefende spankracht groter is dan met de thans bekende knikarmen mogelijk is.The object of the invention is to solve the above-mentioned problem and to provide a folding arm in which, in particular in the intermediate positions, the tensioning force exerted on the cloth is greater than is possible with the folding arms currently known.

Daartoe heeft een knikarm van de bovengenoemde soort volgens de uitvinding in een eerste uitvoeringsvariant het kenmerk, dat een uiteinde van het veerorgaan is bevestigd aan de achterflens, en reikt langs de binnenbocht van het achterscharnier. Hierdoor wordt bereikt dat, in elke stand van de knikarm, het veerorgaan over een grotere lengte is uitgerekt en aldus een grotere kracht uitoefent.To this end, a folding arm of the above-mentioned type according to the invention in a first embodiment variant is characterized in that one end of the spring member is attached to the rear flange and extends along the inner bend of the rear hinge. This ensures that, in each position of the folding arm, the spring member is stretched over a greater length and thus exerts a greater force.

In een tweede uitvoeringsvariant heeft een knikarm van de bovengenoemde soort volgens de uitvinding het kenmerk, dat in beide armhelften ten minste één veerorgaan zoals een trekveer is aangebracht.In a second embodiment variant, a folding arm of the above-mentioned type according to the invention is characterized in that at least one spring element, such as a tension spring, is arranged in both arm halves.

In beide armhelften kan ook een pakket van meerdere trekveren zijn aangebracht, bijvoorbeeld drie, waarbij de beide pakketten aan elkaar gelijk kunnen zijn. Hierdoor is een verdubbeling van de uit te oefenen spankracht mogelijk.A package of several extension springs can also be arranged in both arm halves, for example three, whereby the two packages can be equal to each other. This makes it possible to double the clamping force to be applied.

Het in de voorste armhelft aangebrachte veerorgaan kan aangrijpen op de achterste armhelft en daarbij langs de buitenbocht van het hoofdscharnier reiken. Het is ook mogelijk dat het in de voorste armhelft aangebrachte veerorgaan aangrijpt op de voorflens en daarbij langs de binnenbocht van het voorscharnier reikt.The spring member arranged in the front arm half can engage the rear arm half and thereby extend along the outer bend of the main hinge. It is also possible that the spring member arranged in the front arm half engages the front flange and thereby extends along the inner bend of the front hinge.

In een bijzondere uitvoeringsvorm zijn de veerorganen zodanig aangebracht in de beide armhelften, dat zij na elkaar aangrijpen, waardoor de spankracht in de uiterste stand niet overmatig groot wordt.In a special embodiment, the spring members are arranged in the two arm halves in such a way that they engage successively, so that the tension in the extreme position does not become excessively great.

In het hiernavolgende zal de uitvinding nader worden verduidelijkt door beschrijving van voorkeursuitvoeringsvormen van de knikarm volgens de uitvinding, onder verwijzing naar de tekening. Hierin toont resp. tonen: figuur 1 schematisch een zijaanzicht van knikarm; de figuren 2A en 2B schematisch een doorsnede van een hoofdscharnier in de gestrekte stand; figuur 3 schematisch een doorsnede volgens de lijn III-III in figuur 2A; figuur 4 schematisch een doorsnede van het hoofdscharnier in een enigszins geknikte stand; en figuur 5 schematisch een doorsnede van een achterscharnier.In the following, the invention will be further elucidated by description of preferred embodiments of the folding arm according to the invention, with reference to the drawing. Herein resp. show: figure 1 schematically a side view of folding arm; Figures 2A and 2B schematically show a cross section of a main hinge in the extended position; figure 3 schematically shows a section according to the line III-III in figure 2A; figure 4 schematically shows a cross section of the main hinge in a slightly kinked position; and figure 5 schematically shows a cross section of a rear hinge.

Figuur 1 toont schematisch een zonnescherm 1, met een aan een muur bevestigd frame 2 waarin een wikkelas 3 roteerbaar is gelagerd. Op de wikkelas 3 is een doek 4 gewikkeld, dat met het vrije uiteinde is bevestigd aan een voorlijst 5 die zich evenwijdig aan de wikkelas 3 uitstrekt. De voorlijst 5 wordt ten opzichte van het frame 2 vastgehouden door twee knikarmen 10. Elke knikarm 10 heeft een achterste armhelft 11 met een achteruiteinde 21 en een vooruiteinde 22, en een voorste armhelft 12 met een achteruiteinde 23 en een vooruiteinde 24. Het vooruiteinde 22 van de achterste armhelft 11 en het achteruiteinde 23 van de voorste armhelft 12 zijn middels een hoofdscharnier 13 scharnierbaar aan elkaar zijn bevestigd. Het achteruiteinde 21 van de achterste armhelft 11 is door middel van een achterscharnier 14 scharnierbaar bevestigd aan een achterflens 25, die gemonteerd is aan het frame 2, terwijl het vooruiteinde 24 van de voorste armhelft 12 door middel van een voorscharnier 15 scharnierbaar is bevestigd aan een voorflens 26, waartegen de voorlijst 5 is gemonteerd.Figure 1 schematically shows a sunshade 1, with a wall-mounted frame 2 in which a winding shaft 3 is rotatably mounted. A cloth 4 is wound on the winding shaft 3, which is attached with a free end to a lead strip 5 which extends parallel to the winding shaft 3. The front frame 5 is held relative to the frame 2 by two folding arms 10. Each folding arm 10 has a rear arm half 11 with a rear end 21 and a front end 22, and a front arm half 12 with a rear end 23 and a front end 24. The front end 22 of the rear arm half 11 and the rear end 23 of the front arm half 12 are hinged together by means of a main hinge 13. The rear end 21 of the rear arm half 11 is hinged to a rear flange 25 mounted on the frame 2 by a rear hinge 14, while the front end 24 of the front arm half 12 is hinged to a front hinge 15. front flange 26, against which the front frame 5 is mounted.

Duidelijk blijkt uit figuur 1, dat de scharnieras van het scharnier 13, dat in de figuur verticaal is getekend, niet haaks staat op de armhelften 11, 12, maar dat die armhelften bij het scharnier 13 een hoek met elkaar maken zodat het hoofdscharnier 13 lager ligt dan het niveau van de het achterscharnier 14 en het voorscharnier 15. Hierdoor wordt bereikt, dat het doek 4 vrij blijft van de knikarm 10.It is clear from figure 1 that the pivot axis of the hinge 13, which is drawn vertically in the figure, is not perpendicular to the arm halves 11, 12, but that the arm halves at the hinge 13 make an angle with each other so that the main hinge 13 is lower the level of the rear hinge 14 and the front hinge 15 then lies, thereby ensuring that the fabric 4 remains free from the folding arm 10.

Opgemerkt wordt, dat de constructie van het frame 2, de wikkelas 3 en de voorlijst 5 geen onderwerp vormt van de onderhavige uitvinding. Ook vormen de aard en constructie van de aanwezige middelen voor het in- en uitrollen van het doek geen onderwerp van de onderhavige uitvinding. Kennis van genoemde constructies is voor een goed begrip van de onderhavige uitvinding niet nodig voor een deskundige. Daarom zullen genoemde constructies niet nader worden beschreven. Volstaan wordt met op te merken, dat gebruik gemaakt kan worden van standaard bekende constructies.It is noted that the construction of the frame 2, the winding shaft 3 and the front frame 5 is not the subject of the present invention. Also, the nature and construction of the means present for unrolling and unrolling the cloth are not subject of the present invention. Knowledge of said constructions is not necessary for a person skilled in the art to properly understand the present invention. Therefore, said structures will not be described further. It suffices to note that use can be made of standard known constructions.

De figuren 2A en 4 tonen schematisch een doorsnede van een uitvoeringsvorm van een knikarm 10 volgens de uitvinding, ter plaatse van het hoofdscharnier 13, gezien van boven en gedeeltelijk weggebroken. Het hoofdscharnier 13 omvat twee scharnierdelen 31, 32 die om een scharnieras 33 in elkaar gijpen. De scharnierdelen 31, 32 kunnen gevormd zijn als een gietstuk, en zijn gevormd voor het ontvangen van een koker 41, 42 met een in hoofdzaak rechthoekige dwarsdoorsnede, bijvoorbeeld een extrusieprofiel, welke kokers 41, 42 de respectieve armhelften 11, 12 definiëren. De scharnierdelen 31, 32 zijn zodanig gevormd dat zij in de bedrijfsstand van de knikarm 10 de kokers 41, 42 vrijwel in eikaars verlengde laten zijn. Doordat de kokers 41, 42 niet exact in eikaars verlengde kunnen liggen, wordt vermeden dat het onmogelijk wordt om een zonnescherm weer in te rollen.Figures 2A and 4 schematically show a cross-section of an embodiment of a folding arm 10 according to the invention, at the location of the main hinge 13, seen from above and partly broken away. The main hinge 13 comprises two hinge parts 31, 32 which jibe about a hinge axis 33. The hinge parts 31, 32 can be formed as a casting, and are shaped to receive a sleeve 41, 42 of a substantially rectangular cross section, for example an extrusion profile, which sleeves 41, 42 define the respective arm halves 11, 12. The hinge parts 31, 32 are formed in such a way that in the operating position of the folding arm 10 they allow the sleeves 41, 42 to be substantially elongated in each other. Because the tubes 41, 42 cannot lie exactly in line with each other, it is prevented that it becomes impossible to roll back a sunshade.

In de koker 41 is een eerste veerorgaan 50 aangebracht, dat kan bestaan uit één of meerdere trekveren. Een eerste uiteinde 51 van het veerorgaan 50 is door middel van een trekkabel 52 met een oog 53 bevestigd aan een pen 54 die is bevestigd aan het tweede scharnierdeel 32. De trekkabel 52 reikt langs de buitenbocht van de scharnieras 33, en wordt geleid langs een aan het scharnierdeel 32 bevestigde kabelgeleider 55. Het andere uiteinde van het veerorgaan 50 is bevestigd nabij het achteruiteinde 21 van de achterste armhelft 11. Hierdoor wordt bereikt, dat het eerste veerorgaan 50 zijn kortste lengte heeft wanneer de beide armhelften 11, 12 zich in eikaars verlengde uitstrekken (d.w.z. de in figuur 2 getekende stand), waarbij het doek 4 volledig is afgerold. Wanneer het doek wordt opgerold en de arm 10 geknikt wordt, wordt het veerorgaan 50 meer uitgerekt naarmate de arm 10 verder geknikt wordt, totdat het veerorgaan 50 zijn grootste lengte bereikt in de volledig ingetrokken stand van het zonnescherm 1, waarbij de beide armhelften 11, 12 bij het hoofdscharnier 13 een hoek van ongeveer 360° maken.A first spring member 50 is arranged in the sleeve 41, which may consist of one or more extension springs. A first end 51 of the spring member 50 is attached by means of a pull cable 52 with an eye 53 to a pin 54 attached to the second hinge part 32. The pull cable 52 extends along the outer bend of the hinge shaft 33, and is guided along a cable guide 55 attached to the hinge part 32. The other end of the spring member 50 is mounted near the rear end 21 of the rear arm half 11. This ensures that the first spring member 50 has its shortest length when the two arm halves 11, 12 are in each other extended stretches (ie the position shown in figure 2), with the fabric 4 being completely unrolled. When the cloth is rolled up and the arm 10 is kinked, the spring member 50 is stretched more as the arm 10 is further kinked, until the spring member 50 reaches its greatest length in the fully retracted position of the sunshade 1, the two arm halves 11, 12 at the main hinge 13 make an angle of approximately 360 °.

Aldus oefent het veerorgaan 50 op de beide armhelften 11, 12 een kracht uit die de neiging heeft om de beide armhelften 11, 12 te strekken, zodat het onder spanning staande veerorgaan 50 een spankracht uitoefent op het doek 4. In het algemeen is die spankracht in de in figuur 2 getekende stand voldoende, namelijk typisch ongeveer 250 tot 400 N.Thus, the spring member 50 exerts on the two arm halves 11, 12 a force which tends to stretch both arm halves 11, 12, so that the tensioned spring member 50 exerts a tension force on the fabric 4. Generally, that tension is in the position shown in figure 2 sufficient, namely typically about 250 to 400 N.

Om die spankracht te verhogen, in het bijzonder bij de tussenstanden van de knikarm 10, is in de koker 42 een tweede veerorgaan 60 aangebracht, dat kan bestaan uit één of meerdere trekveren. Een eerste uiteinde 61 van het veerorgaan 60 is door middel van een trekkabel 62 met een oog 63 bevestigd aan een pen 64 die is bevestigd aan het eerste scharnierdeel 31.In order to increase this tensioning force, in particular at the intermediate positions of the folding arm 10, a second spring member 60 is arranged in the sleeve 42, which may consist of one or more tension springs. A first end 61 of the spring member 60 is attached by means of a pull cable 62 with an eye 63 to a pin 64 attached to the first hinge part 31.

De trekkabel 62 reikt langs de buitenbocht van de scharnieras 33, en wordt geleid langs een aan het scharnierdeel 31 bevestigde kabelgeleider 65. Het andere uiteinde van het tweede veerorgaan 60 is bevestigd nabij het vooruiteinde 24 van de voorste armhelft 11.The pull cable 62 extends along the outer bend of the pivot shaft 33, and is guided along a cable guide 65 attached to the pivot part 31. The other end of the second spring member 60 is mounted near the front end 24 of the front arm half 11.

Bij voorkeur, en zoals weergegeven in figuur 2A, is het oog 63 een langwerpig oog, en is de lengte van de tweede trekkabel 62 zodanig, dat in de in figuur 2A getekende bedrijfsstand het tweede veerorgaan 60 volledig ontspannen is waarbij het langwerpig oog 63 met speling om de pen 64 ligt, zodat het veerorgaan 60 geen kracht uitoefent. Wanneer echter de knikarm 10 een weinig is geknikt, zoals gebeurt bij het oprollen van het doek 4, beweegt de pen 64 in het oog 63 om de speling weg te werken, waarna de pen 64 aangrijpt op het oog 63 om de trekkabel 62 en daardoor het veerorgaan 60 uit te rekken (zie figuur 4). Het onder spanning staande tweede veerorgaan 60 ondersteunt dan de werking van het eerste veerorgaan 50, zodat in de in figuur 4 geschetste tussenstand van de knikarm 10 de op het doek 4 uitgeoefende spankracht groter is dan wanneer alleen het eerste veerorgaan 50 werkzaam zou zijn.Preferably, and as shown in Figure 2A, the eye 63 is an elongated eye, and the length of the second pull cable 62 is such that, in the operating position shown in Figure 2A, the second spring member 60 is fully relaxed with the elongated eye 63 having play around the pin 64 so that the spring member 60 does not exert any force. However, when the folding arm 10 is slightly bent, as happens when the cloth 4 is rolled up, the pin 64 moves in the eye 63 to remove the slack, after which the pin 64 engages the eye 63 around the pull cable 62 and thereby to stretch the spring member 60 (see Figure 4). The tensioned second spring member 60 then supports the operation of the first spring member 50, so that in the intermediate position of the folding arm 10 shown in figure 4, the tension force exerted on the cloth 4 is greater than if only the first spring member 50 were to act.

Het aangrijpen van het tweede veerorgaan 60 dient te geschieden bij een stand van het scharnier 13 waarbij de door de arm 10 op het doek 4 uitgeoefende spankracht als onvoldoende wordt ervaren. De precieze scharnierhoek van het scharnier 13 waarbij dat gebeurt, is afhankelijk van de precieze constructie van de arm 10 en het scharnier 13, en van de gestelde eisen, zoals voor een deskundige duidelijk zal zijn, en de deskundige kan op eenvoudige wijze bepalen hoe groot de benodigde speling dient te zijn. In de praktijk is gebleken, dat een geschikte waarde voor genoemde speling ongeveer 1 cm bedraagt.The engagement of the second spring member 60 should take place at a position of the hinge 13, whereby the tension force exerted by the arm 10 on the cloth 4 is perceived as insufficient. The exact hinge angle of the hinge 13 at which this occurs depends on the precise construction of the arm 10 and the hinge 13, and on the requirements set, as will be clear to an expert, and the expert can easily determine how large the necessary clearance should be. It has been found in practice that a suitable value for said clearance is about 1 cm.

Figuur 2B toont een variant van de in figuur 2A getoonde uitvoeringsvorm, waarbij in de bedrijfsstand het tweede veerorgaan 60 onder een voorafbepaalde voorspanning wordt gehouden. Daartoe is aan de trekkabel 62 een aanslagorgaan 66 bevestigd, bijvoorbeeld in de vorm van een om de kabel 62 geschoven cilinder die met behulp van een schroef 67 tegen de kabel 62 is geklemd, in welk geval de positie van het aanslagorgaan 66 instelbaar is. Het aanslagorgaan 66 kan ook op een duurzame manier aan de kabel 62 zijn bevestigd, bijvoorbeeld door lassen. In de bedrijfsstand ligt het aanslagorgaan 66 aan tegen een aan het tweede scharnierdeel 32 gevormde aanslag 68, om een verder ontspannen van het tweede veerorgaan 60 tegen te gaan.Figure 2B shows a variant of the embodiment shown in Figure 2A, wherein in the operating position the second spring member 60 is kept under a predetermined bias. For this purpose a stop member 66 is attached to the pull cable 62, for example in the form of a cylinder slid around the cable 62, which is clamped against the cable 62 by means of a screw 67, in which case the position of the stop member 66 is adjustable. The stop member 66 can also be attached to the cable 62 in a durable manner, for example by welding. In the operating position, the stop member 66 abuts against a stop 68 formed on the second hinge part 32, to prevent further relaxation of the second spring member 60.

Volgens de uitvinding kan het tweede profiel 42 identiek zijn aan het eerste profiel 41, en kan het tweede veerorgaan 60 identiek zijn aan het eerste veerorgaan 50, zodat de op het doek uitgeoefende spankracht ongeveer verdubbeld is.According to the invention, the second profile 42 can be identical to the first profile 41, and the second spring member 60 can be identical to the first spring member 50, so that the tension force exerted on the cloth is approximately doubled.

Voorts kunnen volgens de uitvinding de scharnierdelen 31 en 32 symmetrisch worden uitgevoerd. Dit biedt het voordeel, dat in een tweede knikarm hetzelfde scharnier 13 kan worden toegepast, maar dan gespiegeld opgesteld, zodat slechts twee gietstukken 31 en 32 vervaardigd hoeven te worden, hetgeen een besparing aan vervaardigingskosten betekent.Furthermore, according to the invention, the hinge parts 31 and 32 can be designed symmetrically. This offers the advantage that the same hinge 13 can be used in a second folding arm, but then arranged in a mirrored manner, so that only two castings 31 and 32 have to be manufactured, which means a saving in manufacturing costs.

Figuur 5 toont een voorkeursdetail van het achter-scharnier 14 van de knikarm volgens de uitvinding. Aan de achterflens 25 is een scharnierdeel 71, dat vergelijkbaar is met het in figuur 2 weergegeven scharnierdeel 31, scharnier-baar bevestigd via een scharnieras 73. De koker 41 van het achterste armdeel 11 is gemonteerd op het scharnierdeel 71.Figure 5 shows a preferred detail of the rear hinge 14 of the folding arm according to the invention. A hinge part 71, which is comparable to the hinge part 31 shown in figure 2, is hingedly mounted on the rear flange 25 via a hinge shaft 73. The sleeve 41 of the rear arm part 11 is mounted on the hinge part 71.

Het achterste uiteinde 74 van het eerste veerorgaan 50 is via een trekkabel 75, die door een uitsparing 72 in het scharnierdeel 71 langs de binnenbocht van het achterscharnier 14 reikt, bevestigd aan de achterflens 25 op een willekeurig geschikte wijze, bijvoorbeeld door middel van een pen/oog-verbinding of een schroefverbinding, welke verbinding ter wille van de eenvoud niet nader is aangeduid.The rear end 74 of the first spring member 50 is attached to the rear flange 25 in any convenient manner, for example by means of a pin, via a pull cable 75 passing through a recess 72 in the hinge part 71 along the inner bend of the rear hinge 14 / eye connection or a screw connection, which connection is not further indicated for the sake of simplicity.

Aldus wordt bereikt dat tijdens het strekken van de knikarm 10 de achterflens 25 aan de trekkabel 75 van het eerste veerorgaan 50 trekt, zodat het eerste veerorgaan 50 wordt onderworpen aan een extra verlenging, hetgeen impliceert dat het eerste veerorgaan 50 een extra trekkracht uitoefent.It is thus achieved that during the stretching of the folding arm 10, the rear flange 25 pulls on the pull cable 75 of the first spring member 50, so that the first spring member 50 is subjected to an additional extension, which implies that the first spring member 50 exerts an additional pulling force.

Hoewel dit in de figuren niet nader is weergegeven, kan het voorste uiteinde van het tweede trekorgaan 60 zijn bevestigd aan de voorflens 26 en daarbij langs de binnenbocht van het voorscharnier 15 reiken, om op analoge wijze de trekkracht van het tweede trekorgaan 60 te verhogen. De daarvoor toegepaste constructie kan vergelijkbaar zijn met de in figuur 5 geschetste constructie.Although not shown in more detail in the figures, the front end of the second pull member 60 may be attached to the front flange 26 and thereby extend along the inner bend of the front hinge 15 to increase the tensile force of the second pull member 60 in an analogous manner. The construction used for this can be comparable to the construction outlined in figure 5.

Het zal voor een deskundige duidelijk zijn dat het mogelijk is de weergegeven uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding te veranderen of te modificeren, zonder de uitvindingsgedachte of de beschermingsomvang te verlaten.It will be clear to a person skilled in the art that it is possible to change or modify the illustrated embodiment of the device according to the invention without leaving the inventive idea or the scope of protection.

Zo is het bijvoorbeeld mogelijk dat het tweede veerorgaan 60 continu aangrijpt terwijl het eerste veerorgaan 50 pas aangrijpt wanneer de arm 11, 12 enigszins geknikt is. Ook is het mogelijk dat de speling zich niet bij het knikscharnier 13 bevindt maar bij het voorste uiteinde 24 van de voorste armhelft 12 respectievelijk het achterste uiteinde 21 van de achterste armhelft 11.For example, it is possible for the second spring member 60 to engage continuously while the first spring member 50 only engages when the arm 11, 12 is slightly bent. It is also possible that the play is not at the articulated joint 13 but at the front end 24 of the front arm half 12 and the rear end 21 of the rear arm half 11, respectively.

Voorts is het mogelijk dat in een eenvoudige uitvoerings-variant wordt afgezien van het gebruik van het tweede veerorgaan 60, en dat wordt volstaan met het toepassen van de onder verwijzing naar figuur 5 besproken constructie.Furthermore, it is possible that in a simple embodiment variant the use of the second spring member 60 is dispensed with and that the construction discussed with reference to Figure 5 suffices.

Voorts is het mogelijk om kettingen te gebruiken in plaats van de weergegeven trekkabels.Furthermore, it is possible to use chains instead of the shown pull cables.

Claims

A sunshade articulating arm comprising: a rear arm half (11) with a rear end (21) and a front end (22), a front arm half (12) with a rear end (23) and a front end (24), a rear flange ( 25) attached by a rear hinge (14) to the rear end (21) of the rear arm half (11), a front flange (26) secured by a front hinge (15) to the front end (24) of the front arm half (12), a main hinge (13) mounted between the front end (22) of the rear arm half (11) and the rear end (23) of the front arm half (12), and a spring member (50) arranged to extend both arm halves (11, 12) relative to each other; characterized in that one end of the spring member is attached to the rear flange (25) and extends along the inner bend of the rear hinge (14)

A sunshade articulating arm comprising: a rear arm half (11) with a rear end (21) and a front end (22), a front arm half (12) with a rear end (23) and a front end (24), a rear flange ( 25) attached by a rear hinge (14) to the rear end (21) of the rear arm half (11), a front flange (26) secured by a front hinge (15) to the front end (24) of the front arm half (12), a main hinge (13) mounted between the front end (22) of the rear arm half (11) and the rear end (23) of the front arm half (12), and a spring member (50) arranged to extend both arm halves (11, 12) relative to each other; characterized in that at least one spring member (50, 60), such as a tension spring, is arranged in both arm halves (11, 12).

The folding arm according to claim 2, wherein the second spring member (60) arranged in the front arm half (12) engages the rear arm half (11) and thereby extends along the outer bend of the main hinge (13).

The folding arm according to claim 2 or 3, wherein the second spring member (60) arranged in the front arm half (12) engages the front flange (26) and thereby extends along the inner bend of the front hinge (15).

The folding arm according to any one of claims 2-4, wherein the spring members (50, 60) are arranged in the two arm halves (11, 12) such that they engage one after the other.

Awning, provided with at least one folding arm according to claims 1-5.

Sunshade as claimed in claim 6, wherein the main hinge of one of the folding arms is identical to the main hinge of a second folding arm but is mounted mirror-mounted.