NL9301984A - Werkwijze voor het aanbrengen van een schuimlaag op een oppervlak en schuimspuitapparaat voor het uitvoeren van de werkwijze. - Google Patents

Description

Titel: Werkwijze voor het aanbrengen van een schuimlaag op een oppervlak en schuimspuitapparaat voor het uitvoeren van de werkwij ze.

Beschrijving

De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor hetaanbrengen van een schuimlaag op een oppervlak ten behoeve vanreiniging en/of ontsmetting van het oppervlak, waarbij schuimafkomstig uit een, op afstand van het te behandelen oppervlakgehouden, spuitmond onder een druk en met een debiet op hetoppervlak gespoten wordt, waarbij een egale het oppervlakbedekkende laag schuim over het oppervlak gevormd wordt.

De uitvinding heeft tevens betrekking op eenschuimspuitapparaat voor het uitvoeren van de werkwijze,omvattende een spuitmond, een mengkanaal voorzien van een aantalaansluitmonden waaraan toevoerleidingen aangesloten zijn voortoevoer onder druk van water, perslucht en een schuimprodukt eneen verbindingsleiding, die de spuitmond met het mengkanaalverbindt.

In de industrie wordt, voor reiniging van vloeren, wandenen machines, veelal gebruik gemaakt van zogenaamdeschuimreiniging. Dit is een procédé voor aanbrengen van eendetergent of een ander inweekmiddel, waarbij gebruik gemaaktwordt van de reinigingskracht van het produkt zelf of van eenadditief om de te reinigen oppervlaktes te bedekken met eenschuimlaag welke min of meer lange tijd aan de oppervlaktesblijft kleven. Voordelen van deze methode zijn onder meer delangere contacttijd (schuim droogt minder snel dan vloeibaarprodukt), de visualisering van de arbeid (men ziet duidelijk^welke oppervlaktes wel en welke niet behandeld zijn) en deproduktbesparing (het produkt kleeft aan het oppervlak en stroomtniet meteen naar de vloer). Bij toepassing van dit procédé wordtveelal gebruik gemaakt van een debiet van 40 tot 100 liter schuimper minuut aan de spuitmond. Om een zo groot mogelijk oppervlakte bestrijken wordt gebruik gemaakt van een schuimlans, waarbijde spuitmond gevormd is door een zogenaamde vlakstraalnozzle,welke de schuimstraal omvormt tot een vlakke, brede straal. Deoptimale resultaten worden verkregen bij een afstand van de nozzle tot het te behandelen oppervlak van 2 a 3 meter, dan wordteen oppervlak met een breedte van 1 a 2 meter tegelijk bestreken.Gaat men de afstand vergroten, dan begint de straal uiteen tevallen in schuimvlokken, en wordt de oppervlakte niet meerafdoende behandeld in een streek van de schuimlans.

Een doel van de uitvinding is een werkwijze van de in deaanhef genoemde soort te verschaffen, waarbij het aanbrengen vande schuimlaag aanzienlijk sneller geschiedt. Hiertoe is dewerkwijze volgens de uitvinding gekenmerkt doordat het schuim opeen zodanige afstand vanaf het oppervlak, onder een zodanigedruk, met een zodanig debiet, met een geconcentreerde straal ophet oppervlak gespoten wordt, dat door de impact van de straal ophet oppervlak het schuim zich gelijkmatig over het oppervlakverdeelt. Door deze werkwijze ontstaat een totaal nieuw effectvoor de verspreiding van het schuim over de te behandelenoppervlaktes. De verspreiding van het schuim geschiedt niet meerdoor de oppervlakken met een brede straal te bestrijken, dochdoor een compacte straal met veel kracht op een oppervlak terichten, waarbij de verspreiding van het schuim bewerktstelligdwordt door de impact van de straal. Om dit effect te verkrijgen,wordt het debiet van de schuimstroom aan de spuitmond verhoogdnaar tenminste 150 liter per minuut en wordt de vlakstraalnozzlevervangen door een ronde spuitmond of helemaal weggelaten.

In tegenstelling tot de bekende lage-druk-schuimmethode,waarbij het schuim vanaf de spuitmond verspreid wordt in een ν'-straal en zodoende op de oppervlakken aangebracht wordt, werkt dewerkwijze volgens de uitvinding met een grote volumestroom schuimonder een hoge druk. Door deze volumestroom die met grote krachtde spuitmond verlaat in een gerichte puntstraal, wordt door deimpact op het te behandelen oppervlak de schuimverdelingverkregen. Met de werkwijze volgens de uitvinding, die gebaseerdis op de uitwerking van de impact van de schuimstraal op hetoppervlak, kan ten opzichte van het bekende lage-druk-schuimsysteem een tijdbesparing verwezenlijkt worden van 70% enmeer. Waar men anders voor een gegeven oppervlak, bijvoorbeeld30 minuten nodig had, wordt nu de behandeling gerealiseerd inminder dan 10 minuten. Een verder voordeel van de werkwijze is,dat hiermee op grote afstand de oppervlakken behandeld kunnen worden, waardoor minder vaak gebruik gemaakt hoeft te worden vanhulpmiddelen zoals liften of ladders. Dit heeft tot gevolg, datonder meer de schuimreiniging meer en vaker zal worden toegepast,wat wederom tijdwinst oplevert en wat de algemene hygiëne in enbuiten de bedrijven ten goede komt.

Een uitvoeringsvorm van de werkwijze volgens de uitvindingis gekenmerkt doordat het schuim op afstand van tenminste 4 metervan het oppervlak, onder een druk van tenminste 4 bar en met eendebiet van tenminste 150 liter per minuut op het oppervlakgespoten wordt. Het impact- effect treedt welliswaar ook al opbij lagere waarden van de druk en het debiet en vanaf eenkleinere afstand vanaf het oppervlak, maar het voordeel van detijdwinst wordt pas echt goed gerealiseerd vanaf bovenvermeldeminimale waarden. Een verdere uitvoeringsvorm van de werkwijzevolgens de uitvinding is gekenmerkt doordat het schuim op eenafstand van tenminste 8 meter, onder een druk van tenminste 5 baren met een debiet van tenminste 350 liter per minuut op hetoppervlak gespoten wordt. Deze werkwijze kan met voordeeltoegepast worden indien grotere oppervlakken behandeld moetenworden, mits voldoende ruimte aanwezig is om vanaf de hiervoornoodzakelijke grote afstand te spuiten. Het effect wordt door eenwerkwijze verkregen, die alleen voor wat betreft afstand, druk endebiet aan minimale waarden gebonden is en die daarentegen nietbeperkt is tot maximale waarden van afstand, druk en debiet.Hiervoor kan in theorie elke waarde boven het genoemde minimumtoegepast worden.

Een gunstige uitvoeringsvorm van de werkwijze volgens deuitvinding is gekenmerkt doordat het schuim op een afstand van10 tot 16 meter onder een druk tussen de 5,5 en 6 bar en met eendebiet tussen 400 en 600 liter per minuut op het oppervlakgespoten wordt.

Voor wat betreft het schuimspuitapparaat is de uitvindinggekenmerkt doordat de spuitmond een cilindrische vorm heeft endat het apparaat zodanig geconstrueerd is dat tijdens bedrijfin de toevoerleiding voor het schuimprodukt een druk heerst vantenminste 5 bar en een volumestroom aanwezig is met een debietvan tenminste 15 liter per minuut, in de toevoerleiding voorperslucht een druk heerst van tenminste 5 bar, in de toevoerleiding voor water een druk heerst van tenminste 5 bar eneen voluraestroom aanwezig is met een debiet van tenminste 0,3liter per minuut en in de verbindingsleiding nabij de spuitmondeen druk heerst van tenminste 4 bar en een volumestroom aanwezigis met een debiet van tenminste 150 liter per minuut. Hiermee kaneen voldoende sterke schuimstraal verkregen worden om het nieuweimpact effect volgens de uitvinding te realiseren.

Een gunstige uitvoeringsvorm van het schuimspuitapparaatvolgens de uitvinding is gekenmerkt doordat het apparaat zodaniggeconstrueerd is dat tijdens bedrijf in de toevoerleiding van hetschuimprodukt een druk heerst van ongeveer 6 bar en eenvolumestroom aanwezig is met een debiet van ongeveer 1,5 literper minuut, in de toevoerleiding voor de persdruk een druk heerstvan ongeveer 8 bar, in de toevoerleiding voor water een drukheerst van ongeveer 6 bar en een volumestroom aanwezig is meteen debiet van ongeveer 30 liter per minuut en in deverbindingsleiding nabij de spuitmond een druk heerst vanongeveer 5,5 bar en een volumestroom aanwezig is met een debietvan ongeveer 400 liter per minuut.

De uitvinding zal hieronder bij wijze van voorbeeld aan dehand van een tekening nader worden toegelicht. De tekening toonteen uitvoeringsvorm van het schuimspuitapparaat volgens deuitvinding.

Het schuimspuitapparaat 1 is geconstrueerd rond een dooreen holle metalen cilinder gevormd mengkanaal 3 dat via eenverbindingsleiding 5 met een spuitmond 7 in verbinding staat. Despuitmond 7 heeft een cirkelcilindrische vorm voor het realiserenvan een geconcentreerde schuimstraal 9. Aan een einde van hetmengkanaal 3 bevindt zich een aansluitmond 11 voor het aansluitenvan een hoge druk watertoevoerleiding (niet weergegeven). Voortsbevinden zich aan het mengkanaal 3 twee verdere aansluitmonden13, 15. Een van deze aansluitmonden 13 staat via eentoevoerleiding 16 in verbinding met een voorraadvat 17 waarinzich een schuimprodukt 19 bevindt. Op de andere aansluitmond 15is een toevoerleiding 21 voor perslucht aangesloten, welketoevoerleiding met een einde 23 aan een persluchtbron (nietweergegeven) aangesloten kan worden. De toevoerleiding 21 heeftnog een aftakking 25 naar het voorraadvat 17, waardoor het schuimprodukt 19 onder druk naar het mengkanaal 3 getransporteerdwordt.

Naast het voorraadvat 17 kunnen ook nog verscheideneandere voorraadvaten (niet weergegeven) aangebracht worden, metverschillende schuimprodukten, waarbij door verwisseling van deaansluiting van de toevoerleiding 16 aan een ander voorraadvatdeze andere schuimprodukten aangebracht kunnen worden. In plaatsvan te werken met voorraadvaten kan ook een ander doseersysteemop de toevoerleiding 16 aangesloten worden. Het geheel kanverrijdbaar op een kar aangebracht worden en eventueel voorzienworden van een compressor voor het leveren van de perslucht. Hetspuiten kan gestart worden door externe water- en persluchtkranen(niet weergegeven) open te draaien. Als alternatief kunnen ook ophet apparaat kranen aangebracht worden, waarmee de druk en hetdebiet van de waterstroom en persluchtstroom geregeld kunnenworden. Als schuimprodukten kunnen toegepast worden alkalische ofprodukt met een PH van 0 t/m 14, zuurschuimreinigingsprodukten ofeen desinfectieschuimprodukt. Het voordelige effect treedt al opbij een waterdruk van 5 bar (bij voorkeur 10 bar) en eenwaterstroom van 15 liter per minuut (bij voorkeur 30 a 35 literper minuut). Hierbij wordt het voorraadvat en aansluitmond voorperslucht aangesloten op een persluchtdruk van 5 bar (bijvoorkeur 8 bar), waardoor ook het schuimprodukt met ongeveereenzelfde druk in het mengkanaal gebracht wordt. Het hiermeeverkregen debiet van het schuimprodukt bedraagt ongeveer 0,3liter per minuut (bij voorkeur 1,5 a 1,75 liter per minuut).

Met de hiervoor genoemde waarden wordt tijdens bedrijfeen schuimstraal gerealiseerd van ongeveer 225 liter per minuut(bij voorkeu^ 400 liter per minuut) met een druk van 4 bar (bijvoorkeur 5,5 a 6 bar) aan de spuitmond. Hiermee kan vanaf eenafstand 27, vanaf de spuitmond 7 tot aan het te behandelenoppervlak 29, van 4 meter (bij voorkeur 10 a 16 meter) van het tebehandelen oppervlak (bijvoorbeeld vloer of muur van werkplaats,bijvoorbeeld in de voedingsindustrie) een schuimlaag 31 op hetoppervlak aangebracht worden. De uitvinding is toepasbaar zowelin mobiele als in stationaire installaties en kan uitgevoerdworden voor één of meer gelijktijdige gebruikers.

Claims (6)

1. Werkwijze voor het aanbrengen van een schuimlaag op eenoppervlak ten behoeve van reiniging en/of ontsmetting van hetoppervlak, waarbij schuim afkomstig uit een, op afstand van hette behandelen oppervlak gehouden, spuitmond onder een druk en meteen debiet op het oppervlak gespoten wordt, waarbij een egale hetoppervlak bedekkende laag schuim over het oppervlak gevormdwordt, met het kenmerk, dat het schuim op een zodanige afstandvanaf het oppervlak, onder een zodanige druk, met een zodanigdebiet, met een geconcentreerde straal op het oppervlak gespotenwordt, dat door de impact van de straal op het oppervlak hetschuim zich gelijkmatig over het oppervlak verdeelt.

2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat hetschuim op afstand van tenminste 4 meter van het oppervlak, ondereen druk van tenminste 4 bar en met een debiet van tenminste 150liter per minuut op het oppervlak gespoten wordt.

3. Werkwijze volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat hetschuim op een afstand van tenminste 8 meter, onder een druk vantenminste 5 bar en met een debiet van tenminste 350 liter perminuut op het oppervlak gespoten wordt.

4. Werkwijze volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat hetschuim op een afstand van 10 tot 16 meter onder een druk tussende 5,5 en 6 bar en met een debiet tussen 400 en 600 liter perminuut op het oppervlak gespoten wordt.

5. Schuimspuitapparaat voor het uitvoeren van de werkwijzevolgens een der voorgaande conclusies, omvattende een spuitmond,een mengkanaal voorzien van een aantal aansluitmonden waaraantoevoerleidingen aangesloten zijn voor toevoer onder druk vanwater, perslucht en een schuimprodukt en een verbindingsleiding,die de spuitmond met het mengkanaal verbindt, met het kenmerk,dat de spuitmond een cilindrische vorm heeft en dat het apparaatzodanig geconstrueerd is dat tijdens bedrijf, in detoevoerleiding voor het schuimprodukt een druk heerst vantenminste 5 bar en een volumestroom aanwezig is met een debietvan tenminste 0,3 liter per minuut, in de toevoerleiding voorperslucht een druk heerst van tenminste 5 bar, in detoevoerleiding voor water een druk heerst van tenminste 5 bar eneen volumestroom aanwezig is met een debiet van tenminste 15 liter per minuut en in de verbindingsleiding nabij de spuitmondeen druk heerst van tenminste 4 bar en een volumestroom aanwezigis met een debiet van tenminste 150 liter per minuut.

6. Schuimspuitapparaat volgens conclusie 5, met hetkenmerk, dat het apparaat zodanig geconstrueerd is dat tijdensbedrijf in de toevoerleiding van het schuimprodukt een drukheerst van ongeveer 6 bar en een volumestroom aanwezig is met eendebiet van ongeveer 1,5 liter per minuut. In de toevoerleidingvoor de persdruk een druk heerst van ongeveer 8 bar, in detoevoerleiding voor water een druk heerst van ongeveer 6 bar eneen volumestroom aanwezig is met een debiet van ongeveer 30 literper minuut en in de verbindingsleiding nabij de spuitmond eendruk heerst van ongeveer 5,5 bar en een volumestroom aanwezig ismet een debiet van ongeveer 400 liter per minuut.