NL9301605A - Draagbare inrichting voor het vastklemmen van hulzen. - Google Patents

Draagbare inrichting voor het vastklemmen van hulzen. Download PDF

Info

Publication number
NL9301605A
NL9301605A NL9301605A NL9301605A NL9301605A NL 9301605 A NL9301605 A NL 9301605A NL 9301605 A NL9301605 A NL 9301605A NL 9301605 A NL9301605 A NL 9301605A NL 9301605 A NL9301605 A NL 9301605A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
pusher
piston
sliding plate
sleeve
sliding
Prior art date
Application number
NL9301605A
Other languages
English (en)
Other versions
NL193933C (nl
NL193933B (nl
Original Assignee
Dana Corp
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Dana Corp filed Critical Dana Corp
Publication of NL9301605A publication Critical patent/NL9301605A/nl
Publication of NL193933B publication Critical patent/NL193933B/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL193933C publication Critical patent/NL193933C/nl

Links

Classifications

    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F04POSITIVE - DISPLACEMENT MACHINES FOR LIQUIDS; PUMPS FOR LIQUIDS OR ELASTIC FLUIDS
    • F04BPOSITIVE-DISPLACEMENT MACHINES FOR LIQUIDS; PUMPS
    • F04B9/00Piston machines or pumps characterised by the driving or driven means to or from their working members
    • F04B9/14Pumps characterised by muscle-power operation
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B21MECHANICAL METAL-WORKING WITHOUT ESSENTIALLY REMOVING MATERIAL; PUNCHING METAL
    • B21DWORKING OR PROCESSING OF SHEET METAL OR METAL TUBES, RODS OR PROFILES WITHOUT ESSENTIALLY REMOVING MATERIAL; PUNCHING METAL
    • B21D39/00Application of procedures in order to connect objects or parts, e.g. coating with sheet metal otherwise than by plating; Tube expanders
    • B21D39/04Application of procedures in order to connect objects or parts, e.g. coating with sheet metal otherwise than by plating; Tube expanders of tubes with tubes; of tubes with rods
    • B21D39/048Application of procedures in order to connect objects or parts, e.g. coating with sheet metal otherwise than by plating; Tube expanders of tubes with tubes; of tubes with rods using presses for radially crimping tubular elements
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y10TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC
    • Y10TTECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER US CLASSIFICATION
    • Y10T29/00Metal working
    • Y10T29/53Means to assemble or disassemble
    • Y10T29/5367Coupling to conduit

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Manufacturing Of Electrical Connectors (AREA)
  • Joints That Cut Off Fluids, And Hose Joints (AREA)
  • Jigs For Machine Tools (AREA)
  • Compressors, Vaccum Pumps And Other Relevant Systems (AREA)
  • Mounting, Exchange, And Manufacturing Of Dies (AREA)
  • Automatic Assembly (AREA)

Description

Korte aanduiding : Draagbare inrichting voor het vastklemmen van hulzen.
De uitvinding heeft in het algemeen betrekking op inrichtingen voor het vastklemmen van fittingen op de einden van slangen en in het bijzonder op een zelfstandig aangedreven draagbare inrichting voor het vastklemmen van hulzen.
De machine voor het vastklemmen van hulzen is een algemeen bekende inrichting, die is aangepast om een cylindrisch eindgedeelte van een metalen fitting vast te zetten op een einde van een hydraulische hoge druk slang. Aanvankelijk wordt het eindgedeelte van de fitting gevormd met een diameter, welke een weinig groter is dan de uitwendige diameter van de slang, waardoor het mogelijk wordt het einde van de slang los daarin in te steken. Dan worden het einde van de slang en de fitting ingestoken in de machine voor het vastklemmen van hulzen. Indien de machine voor het vastklemmen van hulzen in werking wordt gesteld wordt de fitting zo geklemd, dat het buisvormige eindgedeelte daarvan permanent wordt vervormd om het einde van de slang.
Om dit te bewerkstelligen is een gebruikelijke machine voor het vastklemmen van hulzen uitgerust met een hydraulisch bedieningsorgaan, dat is aangepast om aan te grijpen op een samen te trekken matrijssamenstel. Het hydraulische bedieningsorgaan omvat een cylinder met een schuifbaar daarin opgestelde zuiger. Indien onder druk gebracht hydraulisch fluïdum wordt toegevoerd aan het inwendige van de cylinder wordt de zuiger vanuit een eerste stand naar een tweede stand bewogen. Het matrijssamenstel omvat gebruikelijk een matrijsring met een taps verlopend inwendig oppervlak en een aantal binnen de matrijsring opgestelde hulssegmenten. Een afstand-orgaan of duworgaan is opgesteld tussen de zuiger van het hydraulisch bedieningsorgaan en de hulssegmenten. Indien de zuiger dus naar de tweede stand wordt bewogen wordt het duworgaan bewogen om aan te grijpen op de hulssegmenten en deze te bewegen.
Tengevolge van hun ingrijping met het taps verlopende binnen-oppervlak van de matrijsring worden de hulssegmenten naar binnen naar elkaar toe samengetrokken onder het daarbij klemmen van de daarin opgestelde fitting om de slang.
Gebruikelijk is het matrijssamenstel verwijderbaar van de machine voor het klemmen van hulzen. Dit wordt gedaan om de aanbrenging en verwijdering toe te staan van hulssegmenten van verschillende afmetingen, hetgeen het mogelijk maakt dat de machine voor het klemmen van hulzen fittingen van verschillende afmetingen vastklemt op slangen van verschillende afmetingen. Om het aanbrengen en verwijderen van de hulssegmenten te vergemakkelijken is het bekend een duworgaan aan te brengen, dat verwijderbaar is van de machine voor het klemmen van hulzen. Dergelijke verwijderbare duworganen verschaffen geschikte toegang tot het matrijs-samenstel bij het wijzigen van de hulssegmenten. Indien deze duworganen echter opnieuw worden aangebracht in de machine voor het klemmen van hulzen moeten zij zorgvuldig worden uitgelijnd tussen de zuiger en het matrijs-samenstel ten einde op de juiste wijze te werken. Dit zorgvuldig opnieuw uitlijnen is gebleken ongewenst tijdrovend te zijn na iedere wisseling van de hulssegmenten. Ofschoon verwijderbare duworganen gebruikelijk op een of andere wijze worden tegengehouden op de machine voor het klemmen van hulzen, zoals door een ketting, zijn zij zo nu en dan ook daarvan gescheiden en verloren gegaan. Dienovereenkomstig zal het gewenst zijn een machine voor het klemmen van hulzen te verschaffen, waarin het duworgaan daaraan is bevestigd, maar welke toch beweegbaar is tussen uitgeschoven en teruggetrokken standen voor het vergemakkelijken van uitwisseling van de hulssegmenten.
Zoals hierboven vermeld omvat de machine voor het klemmen van hulzen gebruikelijk een hydraulisch bedieningsorgaan, dat in werking wordt gesteld door de aanbrenging van onder druk staand hydraulisch fluïdum daarop. In een vervaardigingssituatie kan de machine voor het klemmen van hulzen zijn verbonden met iedere geschikte uitwendige bron van onder druk staand fluïdum, welke gebruikelijk beschikbaar is in de fabrikage-omgeving. Vaak is het echter noodzakelijk fittingen en slangen in het terrein te repareren, waar een bron van onder druk staand fluïdum niet gemakkelijk beschikbaar is.
Dienovereenkomstig zal het ook gewenst zijn een machine voor het klemmen van hulzen te verschaffen, welke een zelfstandig aangedreven bron van onder druk staand hydraulisch fluïdum heeft, waardoor het gebruik daarvan in het terrein wordt vergemakkelijkt.
Deze uitvinding heeft betrekking op een verbeterde constructie voor een inrichting voor het klemmen van hulzen, welke zelfstandig aangedreven is en gemakkelijk te dragen is voor gebruik in het veld. De inrichting omvat een basis met een met de hand bedienbaar hydraulisch pompsamenstel daarop aangebracht. Een machine voor het klemmen van hulzen is zwenkbaar aangebracht op de basis ten einde instelbaar onder iedere gewenste hoek oriënteerbaar te zijn. Middelen zijn aangebracht voor het selectief tegenhouden van de machine voor het klemmen van hulzen in een gewenste draaistand ten opzichte van de basis. Het hydraulisch pompsamenstel is aangesloten om de machine voor het klemmen van hulzen in werking te stellen. De machine voor het klemmen van hulzen heeft dus een zelfstandig aangedreven bron van onder druk staand hydraulisch fluïdum hetgeen het gebruik daarvan in het veld, waar een bron van onder druk staand fluïdum niet gemakkelijk beschikbaar kan zijn, vergemakkelijkt.
De machine voor het klemmen van hulzen omvat verder een duw-orgaan, dat aan de machine is bevestigd om verlies tegen te gaan en welke toch schuifbaar is tussen uitgeschoven en teruggetrokken standen. In de uitgeschoven stand is het duworgaan buiten en op afstand van de machine voor het klemmen van hulzen opgesteld om gemakkelijke vervanging van een matrijssamenstel toe te staan. In de teruggetrokken stand is het duworgaan opgesteld binnen de machine voor het klemmen van hulzen en nauwkeurig uitgelijnd met de andere onderdelen daarvan voor gebruik. Het duworgaan kan een naar buiten verlopende handgreep hebben, die daarmede is verbonden voor het verschaffen van een geschikte grijpplaats voor een bediener om schuif-beweging van het duworgaan te bewerkstelligen. Middelen zijn aangebracht voor het positief tegenhouden van het duworgaan in de teruggetrokken stand voor gebruik.
Verschillende oogmerken en voordelen van deze uitvinding zullen voor vaklui duidelijk worden uit de volgende gedetailleerde beschrijving van het de voorkeur gegeven uitvoeringsvoorbeeld, indien gelezen in het licht van de bijgaande tekeningen.
Figuur 1 is een zijaanzicht van de linker zijde van een draagbare machine voor het klemmen van hulzen in overeenstemming met de uitvinding, waarin het duworgaan door de machine in een uitgestoken stand is weergegeven.
Figuur 2 is een gedeeltelijk weggebroken zijaanzicht van de voorzijde van de draagbare machine voor het klemmen van hulzen, afgebeeld in figuur 1, waarin het duworgaan van de machine in een uitgestoken stand is weergegeven.
Figuur 3 is een zijaanzicht van de rechter zijde van de draagbare machine voor het klemmen van hulzen afgebeeld in figuur 1, waarin het duworgaan van de machine is weergegeven in een uitgestoken stand.
Figuur 4 is een zijaanzicht van rechts van de draagbare machine voor het klemmen van hulzen overeenkomend met figuur 3, waarin het duworgaan van de machine in een teruggetrokken stand is weergegeven.
Figuur 5 is een vergroot zijaanzicht, gedeeltelijk in dwarsdoorsnede, van het bovenste gedeelte van de draagbare machine voor het klemmen van hulzen, afgebeeld in figuur 2.
Nu verwijzend naar de tekeningen is er een draagbaar samenstel voor het klemmen van hulzen weergegeven, algemeen aangeduid bij 10, in overeenstemming met deze uitvinding. Het samenstel 10 voor het klemmen van hulzen omvat een basisplaat 11 met opstaande linker en rechter onder-steuningssteunen 12 en 13, die daaraan zijn bevestigd, bijvoorbeeld door lassen. De linker steun 12 heeft een daarin gevormde gebogen sleuf 12a voor een doel, dat hieronder zal worden uiteengezet. Een algemeen bij 14 aangeduid hydraulisch pompsamenstel is ook op de basisplaat 11 aangebracht. Het pompsamenstel 14 omvat een vloeistofreservoir 15, een een (niet weergegeven) beweegbare zuiger bevattende cylinder 16 en een verzwenkbaar hand-greepbedieningsorgaan 17. In bedrijf kan een bediener het handgreep-bedieningsorgaan 17 beetpakken en verzwenken ten opzichte van het pompsamenstel om beweging te veroorzaken van de zuiger binnen de cylinder 16 onder het daarbij tot stand brengen van een stroom van onder druk staande vloeistof vanaf het vloeistofreservoir 15 naar een flexibele uitgangs-leiding 18. Het doel van het opwekken van deze stroom van onder druk staande vloeistof zal hieronder worden uiteengezet.
Het samenstel 10 voor het klemmen van hulzen omvat verder een machine voor het klemmen van hulzen, algemeen bij 20 aangeduid, welke zwenkbaar is aangebracht op de ondersteuningssteunen 12 en 13. De machine 20 voor het klemmen van hulzen omvat linker en rechter zijsteunen 21 en 22, die zwenkbaar zijn verbonden met linker en rechter steunplaten 12 resp. 13 door scharnierpennen 21a en 22a. De machine 20 voor het klemmen van hulzen wordt dus ondersteund op de ondersteuningssteunen 21 en 22 voor draaiing om een as, welke zich uitstrekt door de in eikaars verlengde liggende zwenk-pennen 21a en 22a. Deze draaiingsas is bij voorkeur coaxiaal uitgelijnd met het zwaartepunt van de machine 20 voor het klemmen van hulzen. De machine 20 voor het klemmen van hulzen zwenkt dus gemakkelijk om de draaiingsas.
Middelen zijn aangebracht voor het selectief tegenhouden van de machine voor het klemmen van hulzen in een gewenste draaistand ten opzichte van de basisplaat 11. In het weergegeven uitvoeringsvoorbeeld omvat dit orgaan voor het selectief tegenhouden een knop 20a, die is voorzien van een (niet weergegeven) van schroefdraad voorziene schacht, die zich daarvan naar buiten toe uitstrekt. De van schroefdraad voorziene schacht van de knop 20a verloopt door de gebogen sleuf 12a, die is gevormd in de linker ondersteuningsplaat, in schroefdraadingrijping met een overeenkomstige van schroefdraad voorziene niet nader weergegeven in de linker zijsteun 21 gevormde opening. Indien vastgezet bewerkstelligt de knop 20a, dat de linker steunplaat 12 met wrijving aangrijpt op de linker zijsteun 21. Als resultaat wordt de machine 20 voor het klemmen van hulzen verhindert te draaien ten opzichte van de basisplaat 11. Bij het oplossen van de knop 20a kan de machine 20 voor het klemmen van hulzen worden gedraaid naar een gewenste hoekstand ten opzichte van de basisplaat 11. De grenzen van dergelijke relatieve draaiing worden bepaald door de uitstrekking van de gebogen sleuf 12a daar de van schroefdraad voorziene schacht van de knop 20a daardoorheen verloopt.
De boveneinden van de zijsteunen 21 en 22 zijn verbonden met de tegenover liggende zijden van een cylinderring 23, bijvoorbeeld door lassen. Zoals het beste afgebeeld in figuur 5 is het binnenoppervlak van de cylinderring 23 gevormd met een inwendige schroefdraad. Dit inwendig van schroefdraad voorziene oppervlak van de cylinderring 23 werkt samen met een onderste uitwendig van schroefdraad voorzien uitwendig oppervlak van een cylinderhuis 24. Een hydraulische fitting 25 is geschroefd in een door het bovenste gedeelte van het cylinderhuis 24 gevormde opening. De fitting 25 verschaft fluTdumverbinding tussen de flexibele leiding 18 van het pomp-samenstel 14 en het inwendige van het cylinderhuis 24. Indien het pomp-samenstel 14 in werking wordt gesteld door beweging van het handbedien-ingsorgaan 17 wordt dus onder druk staande hydraulische fluïdum ingebracht in het boveneinde van het cylinderhuis 24.
Een zuiger 26 is opgesteld binnen het inwendige van het cylinderhuis 24 voor schuifbeweging. Een gebruikelijk afdichtsamenstel 27 is aangebracht in een buitenste omtreksgroef, die in de zuiger 26 is gevormd. Het afdichtsamenstel 27 voorziet in een relatief fluïdumdichte afdichting tussen de zuiger 26 en het inwendig oppervlak van de cylinder-huis 24, terwijl relatieve beweging wordt toegestaan. Indien onder druk staande hydraulische vloeistof wordt ingebracht in het inwendige van het cylinderhuis 24, zoals hierboven beschreven, wordt de zuiger 26 binnen het cylinderhuis 24 naar beneden gedrongen. Een terugstel veer 28 is aangebracht om de zuiger 26 binnen het cylinderhuis 24 omhoog te dringen indien de onder druk staande vloeistof daaruit wordt verwijderd. De terugstel veer 28 is opgesteld binnen een in de zuiger 26 gevormde contraboring 26a. De terugstel veer 28 werkt in op een tegenhoudplaat 29, welke is bevestigd aan het ondereinde van de cylinderring 23 met behulp van een aantal van schroefdraad voorziene bevestigingsorganen 29a.
Een schuifplaat 30 is bevestigd aan het ondereinde van de zuiger 26 door een aantal niet weergegeven van schroefdraad voorziene bevestigingsorganen. De schuifplaat 30 beweegt dus omhoog en naar beneden met de zuiger 26, zoals hierboven beschreven. De schuifplaat 30 heeft een daardoorheen gevormde langgestrekte sleuf 31. De schuifplaat 30 heeft ook een algemeen halfbolvormige uitsparing 32, die in het onderoppervlak daarvan is gevormd nabij de sleuf 31. Een duworgaan 33 wordt ondersteund onder de schuifplaat 30 voor opwaartse en neerwaartse beweging daarmede. Om dit te bewerkstelligen is een schuifflens 34 opgesteld boven de schuifplaat 30. De schuifflens 34 omvat een bovenste gedeelte, dat is opgesteld nabij en is aangepast om te schuiven langs het bovenoppervlak van de schuifplaat 30. De schuifflens 34 omvat verder een afhangend gedeelte 34a, dat zich uitstrekt in de langgestrekte sleuf 31 van de schuifplaat 30. Het duworgaan 33 is verbonden met de schuifflens 34 door een of meer van schroefdraad voorziene bevestigingsorganen 35, die ook door de sleuf 31 verlopen.
De schuifplaat 30 is slechts los in ingrijping tussen het bovenste gedeelte van het duworgaan 33 en het onderoppervlak van de schuifflens 34. Het duworgaan 33, de schuifflens 34 en de van schroefdraad voorziene bevestigingsorganen 35 kunnen dus als een eenheid zijdelings worden bewogen ten opzichte van de schuifplaat 30 en het overblijvende gedeelte van de inrichting 10 voor het klemmen van hulzen. Het afhangende gedeelte 34a van de schuifflens 34 is aangebracht om de schuifflens 34 en het daaraan bevestigde duworgaan 33 te geleiden voor schuifbeweging langs de schuifplaat 30. De grenzen van dergelijke zijdelingse beweging worden bepaald door de ingrijping van dat afhangend gedeelte 34a met de einden van de langgestrekte door de schuifplaat 30 gevormde sleuf 30a.
Het duworgaan 33 kan dus worden bewogen tussen een uitgeschoven stand (weergegeven in figuren 1 tot 3) en een teruggetrokken stand (weergegeven in figuren 4 en 5). In de uitgeschoven stand is het duworgaan 33 buiten op afstand van de zuiger 26 opgesteld. In de teruggetrokken stand is het duworgaan 33 rechtstreeks onder de zuiger 26 opgesteld. Een handgreep 36 is verbonden met het duworgaan 33 voor beweging daarmede. De handgreep 36 strekt zich zijdelings naar buiten uit vanaf de machine 20 voor het klemmen van hulzen en verschaft een doelmatige grijpplaats voor een bediener om schuifbeweging van het duworgaan 33 te bewerkstelligen. Het doel van het aanbrengen van het duworgaan 33 op de machine 20 voor het klemmen van hulzen op deze wijze zal hieronder worden uiteengezet.
Middelen zijn aangebracht voor het positief tegenhouden van het duworgaan 33 in de teruggetrokken stand. In het weergegeven uitvoerings-voorbeeld omvat dit orgaan een trapsgewijze blinde boring 33a, die in het bovenoppervlak van het duworgaan 33 is gevormd. Een kogel 37 en een veer 38 zijn opgesteld binnen de blinde boring 33a. De veer 38 dringt de kogel 37 omhoog tegen het onderoppervlak van de schuifplaat 30. Indien het duworgaan 33 in de teruggetrokken stand is opgesteld wordt de kogel 37 door de veer 38 gedrongen in de half bol vormige in het onderoppervlak van de schuifplaat 30 gevormde uitsparing 32. Het duworgaan 33 wordt dus positief tegengehouden in de teruggetrokken stand. Indien het duworgaan 33 uit de uitgestoken stand naar de teruggetrokken stand wordt bewogen snapt de kogel 37 ook in ingrijping met de uitsparing 32. Deze ingrijping voorziet in een voelbare indicatie voor de bediener, dat het duworgaan 33 op de juiste wijze is opgesteld voor ingrijping met de zuiger 26, zoals hieronder zal worden uiteengezet.
De machine 20 voor het klemmen van hulzen omvat verder een algemeen bij 40 aangeduid matrijssamenstel. Het matrijssamenstel 40 omvat een matrijsring 41, die is bevestigd aan de ondereinden van de linker en rechter ondersteunende steunen 21 en 22, bijvoorbeeld door lassen. Het inwendig oppervlak van de matrijsring 41 is taps verlopend, zoals weergegeven bij 41a in figuur 2. Een aantal hulssegmenten 43 zijn opgesteld in een ringvormige reeks binnen het taps verlopende binnenoppervlak 41a van de matrijsring 41. Het matrijssamenstel 40 omvat verder een afstandsring 44, die is opgesteld boven de hulsssegmenten 43. De afstandsring 44 is bemeten om te worden gegrepen door het ondereinde van het duworgaan 33 indien het pompsamenstel 14 in werking wordt gesteld om de zuiger 26 te bewegen, zoals hierboven beschreven.
Zoals in de techniek bekend is is het matrijssamenstel 40 uitgerust voor het klemmen van een fitting op het einde van een slang. Om dit te bewerkstelligen wordt de slang met de daarop los aangebrachte fitting ingestoken binnen de hulssegmenten 43 van het matrijssamenstel 40. Dan wordt het pompsamenstel 14 in werking gesteld door beweging van het handgreepbedieningsorgaan 17 ten einde de zuiger 26 en het duworgaan 33 naar beneden te laten bewegen in ingrijping met het matrijssamenstel 40. Tengevolge van de samenwerking van de hulssegmenten 43 met het taps verlopende binnenoppervlak 41a van de matrijsring 41 wordt de fitting geklemd op het einde van de slang.
Zoals hierboven beschreven is de inrichting 10 voor het klemmen van hulzen bij voorkeur aan te passen voor gebruik in het klemmen van fitting van verschillende afmetingen op slangen van verschillende afmetingen. Om deze verschillende afmetingen op te nemen zijn voor gebruik een aantal van verschillend bemeten groepen van hulssegmenten 43 aangebracht voor samenwerking met de matrijsring 41 en de afstandsring 44 van het matrijssamenstel 40. Deze verschillend bemeten hulssegmenten 43 maken het mogelijk, dat de machine 20 voor het klemmen van hulzen wordt gebruikt met een aantal verschillend bemeten fittingen en slangen. Het is dus belangrijk, dat de segmenten 43 en de afstandsring 44 gemakkelijk verwijderbaar zijn van de machine 20 voor het klemmen van hulzen om wijziging van afmeting op afmeting te vergemakkelijken.
Het schuifbare duworgaan 33 van deze uitvinding vergemakkelijkt dit wijzigen van de hulssegmenten 43. Zoals hierboven beschreven is, indien in de uitgestoken stand, het duworgaan 33 buiten op afstand van de zuiger 26 opgesteld. Als resultaat is voorzien in gemakkelijke toegang tot de hulssegmenten 43 en de afstandsring 44. Het stel hulssegmenten 43 kan dus snel worden verwijderd en vervangen met een ander stel hulssegmenten van andere afmeting. Indien in de teruggetrokken stand is het duworgaan 33 rechtstreeks onder de zuiger 26 opgesteld voor gebruik in de kleinhandeling. Gedurende dit gehele proces blijft het duworgaan 33 bevestigd aan de machine 20 voor het klemmen van hulzen waardoor een per ongeluk verloren gaan daarvan wordt verhinderd.
Omdat het pompsamenstel 14, het fluTdumreservoir 15 en de klem-machine 20 allen zijn aangebracht op de basisplaat 11 zal het worden begrepen, dat de inrichting 10 voor het klemmen van hulzen een geheel zelfstandig aangedreven eenheid is, welke gemakkelijk draagbaar is en gemakkelijk aan te passen is voor gebruik in het terrein. Een algemeen L-vormige draaghandgreep 50 is aangebracht om het samenstel 10 voor het klemmen van hulzen van plaats naar plaats te verplaatsen. De handgreep 50 is bevestigd aan een bevestigingsplaat 51, bijvoorbeeld door lassen. De bevestigingsplaat 51 is bevestigd aan het boveneinde van de linker zijsteun 21 van de machine 20 voor het klemmen van hulzen, bijvoorbeeld door lassen.
Indien gewenst kan een gebruikelijke greep 54 zijn aangebracht op het einde van de handgreep 50. De greep 54 van de handgreep 50 is bij voorkeur rechtstreeks boven het zwaartepunt van de inrichting 10 opgesteld. Zoals hierboven vermeld wordt de machine 20 voor het klemmen van hulzen ondersteund op de ondersteunende steunen 21 en 22 voor draaiing om een as, welke bij voorkeur coaxiaal uitgelijnd is met het zwaartepunt van de machine 20 voor het klemmen van hulzen. Onafhankelijk van de hoekoriëntatie van de machine 20 voor het klemmen van hulzen kan dus de handgreep 50 worden beetgepakt voor het doelmatig opnemen en bewegen van de gehele inrichting 10 voor het klemmen van hulzen van plaats naar plaats.
In bedrijf kan de draagbare inrichting 10 voor het klemmen van hulzen worden getransporteerd naar een gewenste plaats door middel van de draaghandgreep 50. Indien eenmaal juist opgesteld kan de hoekopstelling van de machine 20 voor het klemmen van hulzen ten opzichte van de basisplaat 11 worden afgesteld door het losmaken van de knop 20a. De machine 20 voor het klemmen van hulzen wordt naar een gewenste hoekstand gedraaid waarop de knop 20a weer wordt vastgezet om hem in die stand vast te houden. Vervolgens wordt het duworgaan 33 bewogen naar de uitgeschoven stand door duwen op de handgreep 36. Als resultaat worden het duworgaan 33 en de schuifflens 34 ten opzichte van de schuifplaat 30 en het overblijvende deel van de onderdelen van het samenstel 10 voor het klemmen van hulzen bewogen.
Zoals hierboven beschreven wordt toegang tot de hulssegmenten 43 mogelijk gemaakt indien het duworgaan 33 in de uitgeschoven stand is. Indien het duworgaan 33 in de uitgeschoven stand is worden dus de geschikt bemeten hulssegmenten 34 ingestoken in de matrijsring 41 en wordt de afstandsring 44 boven de hulssegmenten 34 vervangen. De handgreep 36 wordt dan gegrepen ten einde het duworgaan 33 vanuit de uitgeschoven stand te bewegen naar de teruggetrokken stand. Zoals hierboven vermeld snapt, indien het duworgaan 33 vanuit de uitgestoken stand naar de teruggetrokken stand wordt bewogen, de kogel 37 in ingrijping met de uitsparing 32 om het duworgaan 33 positief daarin tegen te houden en een voelbare indicatie aan de bediener te geven.
Het zal duidelijk zijn, dat binnen de geest en beschermings-omvang van de uitvinding aanvullingen en/of wijzigingen op het hierboven beschreven en in de figuren weergegeven uitvoeringsvoorbeeld denkbaar zijn.

Claims (10)

1. Inrichting voor het klemmen van een buisvormige fitting op het einde van een slang voorzien van: een matrijssamenstel aangepast om naar keuze zo in ingrijping te worden gebracht als een buisvormige fitting op het einde van een slang te klemmen; een cylinder met een zuiger, die beweegbaar is tussen een eerste stand en een tweede stand; een duworgaan; en orgaan voor het ondersteunen van het duworgaan voor schuif-beweging ten opzichte van de zuiger tussen een teruggetrokken stand, waarin het duworgaan is opgesteld tussen de zuiger en het matrijssamenstel, zodanig dat de zuiger genoemd duworgaan in ingrijping kan dringen met het matrijssamenstel om een buisvormige fitting op het einde van een slang te klemmen indien de zuiger vanuit de eerste stand naar de tweede stand wordt bewogen, en een uitgestoken stand, waarin het duworgaan niet tussen de zuiger en het matrijssamenstel is opgesteld, zodanig, dat de zuiger het duworgaan niet in ingrijping kan dringen met het matrijssamenstel om een buisvormige fitting op het einde van een slang te klemmen indien de zuiger vanuit de eerste stand naar de tweede stand wordt bewogen.
2. Inrichting volgens conclusie 1, waarin het orgaan voor het ondersteunen een schuifbeweging toestaat van het duworgaan, lineair tussen de teruggetrokken en uitgestoken stand.
3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, waarin beweging van de zuiger tussen de eerste en tweede standen een eerste richting bepaalt en waarin beweging van het duworgaan tussen de teruggetrokken en uitgeschoven standen een tweede richting bepaalt, waarbij de tweede richting algemeen dwars op de eerste richting is.
4. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de inrichting is voorzien van middelen om het duworgaan in de teruggetrokken stand tegen te houden.
5. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de middelen voor het ondersteunen een schuifplaat omvatten, die aan de zuiger is bevestigd en middelen voor het schuifbaar ondersteunen van het duworgaan op de schuifplaat.
6. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de middelen voor het schuifbaar ondersteunen een door de schuifplaat gevormde sleuf omvatten en met het duworgaan verbonden middelen, die verlopen door de sleuf voor het schuifbaar ondersteunen van het duworgaan op de schuifplaat.
7. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de met het duworgaan verbonden middelen een schuifflens omvatten, die is opgesteld op een zijkant van de schuifplaat tegenover het duworgaan en door de sleuf verlopende middelen voor het verbinden van de schuifplaat met het duworgaan.
8. Inrichting volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat de door de sleuf verlopende middelen voor het verbinden van de schuifplaat met het duworgaan een van schroefdraad voorzien bevestigingsorgaan omvatten.
9. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de schuifflens is voorzien van een gedeelte, dat zich uitstrekt in de sleuf in de schuifplaat om de beweging van het duworgaan tussen de teruggetrokken en uitgestoken standen te geleiden.
10. Inrichting volgens conclusie 1, waarin de middelen voor het schuifbaar ondersteunen ook het duworgaan op de zuiger ondersteunen voor beweging daarmede tussen de eerste en de tweede stand.
NL9301605A 1992-09-18 1993-09-16 Draagbare inrichting voor het vastklemmen van hulzen. Inrichting voor het klemmen van een buisvormige fitting op het einde van een slang. NL193933C (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
US94749492 1992-09-18
US07/947,494 US5297417A (en) 1992-09-18 1992-09-18 Portable collet crimping apparatus

Publications (3)

Publication Number Publication Date
NL9301605A true NL9301605A (nl) 1994-04-18
NL193933B NL193933B (nl) 2000-11-01
NL193933C NL193933C (nl) 2001-03-02

Family

ID=25486231

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL9301605A NL193933C (nl) 1992-09-18 1993-09-16 Draagbare inrichting voor het vastklemmen van hulzen. Inrichting voor het klemmen van een buisvormige fitting op het einde van een slang.

Country Status (10)

Country Link
US (2) US5297417A (nl)
JP (1) JP3443648B2 (nl)
KR (1) KR100279894B1 (nl)
AU (1) AU667396B2 (nl)
CA (1) CA2106428C (nl)
GB (1) GB2270727B (nl)
MX (1) MX9305728A (nl)
NL (1) NL193933C (nl)
PH (1) PH31272A (nl)
ZA (1) ZA936868B (nl)

Families Citing this family (9)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US6125681A (en) * 1998-10-09 2000-10-03 Dana Corporation Portable crimper
US6257042B1 (en) * 1999-11-05 2001-07-10 Lillbacka Oy Open throat crimping machine
MXPA03011256A (es) 2001-06-22 2004-02-27 Parker Hannifin Corp Dispositivo de acoplamiento portatil para acoplar accesorios de boquillas.
US20050005672A1 (en) * 2001-12-11 2005-01-13 Sneath Michael Stuart Hydraulic crimping apparatus
US7032429B1 (en) * 2004-12-17 2006-04-25 Mcdougle Lawrence S Pipe shut off tool
US7487654B2 (en) 2006-10-13 2009-02-10 Fci Americas Technology, Inc. Hydraulic tool with tactile feedback
US8122585B2 (en) * 2007-02-20 2012-02-28 Hubbell Incorporated Spanner plate
US20130014684A1 (en) * 2011-07-12 2013-01-17 Randy Heying Anchor lock device
US20180193897A1 (en) * 2017-01-12 2018-07-12 UEMSI/HTV, Inc. Portable hose fitting swaging device

Family Cites Families (20)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US2978263A (en) * 1954-01-11 1961-04-04 Mulconroy Company Hose coupling having deformable sleeve with extrusion holes
US3011750A (en) * 1958-08-19 1961-12-05 Regent Jack Mfg Co Inc Pipe squeezing apparatus
US3422750A (en) * 1967-09-11 1969-01-21 Bliss Co Press inclining mechanism
US3822456A (en) * 1970-03-30 1974-07-09 Anaconda Co Strand connecting method
US3750453A (en) * 1971-09-09 1973-08-07 Westinghouse Electric Corp Crimping tool for forming peripheral grooves in cylindrical articles
US3851514A (en) * 1973-07-18 1974-12-03 Weatherhead Co Swing-open crimper
US4014202A (en) * 1975-06-04 1977-03-29 Anchor Coupling Co. Inc. Crimping apparatus
US4050286A (en) * 1976-10-15 1977-09-27 Parker-Hannifin Corporation Swaging apparatus
US4285228A (en) * 1979-08-20 1981-08-25 Anchor Coupling Co., Inc. Crimping machine for hose assembly
US4244091A (en) * 1979-09-21 1981-01-13 The Gates Rubber Company Hose crimping apparatus
CH655874A5 (de) * 1982-06-07 1986-05-30 Haemmerle Ag Maschf Werkzeugeinrichtung an einer abkantpresse.
GB2146569B (en) * 1983-09-22 1986-12-10 Smeets Gerard G F Press or punching machine
US4703643A (en) * 1985-01-28 1987-11-03 Dayco Products, Inc. Automatic crimper and crimping die
US4781055A (en) * 1985-11-18 1988-11-01 Stratoflex, Inc. Crimping machine
SU1382574A1 (ru) * 1986-10-11 1988-03-23 Научно-производственное объединение по механизации и автоматизации производства машин для хлопководства "Технолог" Устройство дл замены штампов на прессах
US4773249A (en) * 1986-11-26 1988-09-27 Dana Corporation Hose fitting crimper
US4866973A (en) * 1988-07-19 1989-09-19 Dana Corporation Pivotable mounting base for a collet crimping machine
US4854031A (en) * 1989-02-09 1989-08-08 The Goodyear Tire & Rubber Company Hose crimper and method of using same
DE8905741U1 (de) * 1989-05-08 1989-06-15 Walter Wurster GmbH, 7022 Leinfelden-Echterdingen Bearbeitungsvorrichtung zum Einsetzen in eine Presse
US5044190A (en) * 1990-09-04 1991-09-03 Dana Corporation Base for rotatably supporting a collet crimping machine

Also Published As

Publication number Publication date
CA2106428C (en) 2001-05-08
US5297417A (en) 1994-03-29
PH31272A (en) 1998-06-18
KR100279894B1 (ko) 2001-02-01
MX9305728A (es) 1994-05-31
GB9319337D0 (en) 1993-11-03
GB2270727B (en) 1995-01-04
JP3443648B2 (ja) 2003-09-08
KR940007370A (ko) 1994-04-27
US5437177A (en) 1995-08-01
JPH06198360A (ja) 1994-07-19
CA2106428A1 (en) 1994-03-19
ZA936868B (en) 1994-04-11
GB2270727A (en) 1994-03-23
NL193933C (nl) 2001-03-02
AU4742893A (en) 1994-03-24
AU667396B2 (en) 1996-03-21
NL193933B (nl) 2000-11-01

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL9301605A (nl) Draagbare inrichting voor het vastklemmen van hulzen.
US4253648A (en) Adjustable off-set spring loaded clamp and stand
US4215871A (en) Hand held collet
US6698736B2 (en) Clamping locator
CA2209171A1 (en) Quick release needle removal apparatus
ATE74302T1 (de) Magazin mit wechselvorrichtung.
NL8101622A (nl) Inrichting voor het toevoeren van koelmiddel aan van koelmiddelkanalen voorziene roterende snijgereedschappen voor spaanafnemende metaalbewerking, in het bijzonder boorgereedschappen.
ATE131572T1 (de) Vorrichtung zur aufwendung eines drehmomentes auf ein rohrförmiges element
US4304398A (en) Device for holding objects for fingerprinting
US5398602A (en) Registration device for positioning silk screen frame against smooth, flat surface
DE2503505A1 (de) Greifvorrichtung fuer tuben
JPH0621202A (ja) 基板ハンドリング装置
EP1127662A1 (en) Workpiece support device and system
US2483982A (en) Flaring tool with multiple tube holder and toolholder guiding means
GB2246596A (en) A clamping device
EP0055700A3 (fr) Appareil pour nettoyer intérieurement des tubes longs
US3482282A (en) Flanging tool
NL8602778A (nl) Spaninrichting.
GB2232567A (en) A rest for supporting a fishing rod
NL8701634A (nl) Inrichting voor het losnemen en opvangen van een voorwerp.
DE962734C (de) Einrichtung zur Befestigung von Leuchten an Mastauslegern oder Masten
FR3106896B1 (fr) Outil, dispositif et procede de prelevement a distance de materiau granuleux.
NL2016715B1 (nl) Samenstel van een boormachine en een houder voor een rond werkstuk.
NL8402461A (nl) Inrichting voor montering op een pijp-leiding.
NL194679C (nl) Klemstelsel, zoals voor het fixeren van een speelgoeddraagstang op een steun.

Legal Events

Date Code Title Description
BA A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
SNR Assignments of patents or rights arising from examined patent applications

Owner name: EATON AEROQUIP, INC.

V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20060401