NL8701634A - Inrichting voor het losnemen en opvangen van een voorwerp. - Google Patents
Inrichting voor het losnemen en opvangen van een voorwerp. Download PDFInfo
- Publication number
- NL8701634A NL8701634A NL8701634A NL8701634A NL8701634A NL 8701634 A NL8701634 A NL 8701634A NL 8701634 A NL8701634 A NL 8701634A NL 8701634 A NL8701634 A NL 8701634A NL 8701634 A NL8701634 A NL 8701634A
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- opening
- edge parts
- edge
- parts
- needle
- Prior art date
Links
Classifications
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A61—MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
- A61M—DEVICES FOR INTRODUCING MEDIA INTO, OR ONTO, THE BODY; DEVICES FOR TRANSDUCING BODY MEDIA OR FOR TAKING MEDIA FROM THE BODY; DEVICES FOR PRODUCING OR ENDING SLEEP OR STUPOR
- A61M5/00—Devices for bringing media into the body in a subcutaneous, intra-vascular or intramuscular way; Accessories therefor, e.g. filling or cleaning devices, arm-rests
- A61M5/178—Syringes
- A61M5/31—Details
- A61M5/32—Needles; Details of needles pertaining to their connection with syringe or hub; Accessories for bringing the needle into, or holding the needle on, the body; Devices for protection of needles
- A61M5/3205—Apparatus for removing or disposing of used needles or syringes, e.g. containers; Means for protection against accidental injuries from used needles
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A61—MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
- A61B—DIAGNOSIS; SURGERY; IDENTIFICATION
- A61B50/00—Containers, covers, furniture or holders specially adapted for surgical or diagnostic appliances or instruments, e.g. sterile covers
- A61B50/30—Containers specially adapted for packaging, protecting, dispensing, collecting or disposing of surgical or diagnostic appliances or instruments
- A61B50/36—Containers specially adapted for packaging, protecting, dispensing, collecting or disposing of surgical or diagnostic appliances or instruments for collecting or disposing of used articles
- A61B50/362—Containers specially adapted for packaging, protecting, dispensing, collecting or disposing of surgical or diagnostic appliances or instruments for collecting or disposing of used articles for sharps
Landscapes
- Health & Medical Sciences (AREA)
- Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Veterinary Medicine (AREA)
- General Health & Medical Sciences (AREA)
- Biomedical Technology (AREA)
- Heart & Thoracic Surgery (AREA)
- Surgery (AREA)
- Public Health (AREA)
- Animal Behavior & Ethology (AREA)
- Hematology (AREA)
- Vascular Medicine (AREA)
- Environmental & Geological Engineering (AREA)
- Nuclear Medicine, Radiotherapy & Molecular Imaging (AREA)
- Anesthesiology (AREA)
- Medical Informatics (AREA)
- Molecular Biology (AREA)
- Infusion, Injection, And Reservoir Apparatuses (AREA)
Description
0
Hw/Avg/1 Wolt
Inrichting voor het losnemen en opvangen van een voorwerp.
De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het van een drager verwijderen van een voorwerp, bijvoorbeeld naald en naaldvatting, en het opvangen daarvan, welke inrichting bestaat uit een houder in een wand, waarvan 5 een opening is uitgespaard voor het doorvoeren van het voorwerp, waarbij de opening tenminste twee op afstand van elkaar liggende randdelen heeft voor het vastklemmen van het voorwerp.
Inrichtingen van het in de aanhef beschreven type 10 worden veelal gebruikt voor het opvangen van gebruikte voorwerpen, zoals gebruikte naalden, welke zodanig van de als vloeistofcilinder uitgevoerde drager moeten worden verwijderd, dat de naald geen ongewenste schade aan anderen, bijvoorbeeld verplegend personeel, kan veroorzaken. Het is 15 bekend om de opening van een tweetal samenwerkende randdelen te voorzien, die een hoek met elkaar insluiten, zodat er een wigvormige opening ontstaat. In deze wigvormige opening kan de naaldvatting van de naald worden vastgeklemd, waarna de drager in axiale zin van de vatting kan worden weggetrokken. 20 De bekende inrichting is echter ongeschikt voor naald-vattingen welke een draaiende beweging ten opzichte van de drager moeten ondergaan voordat deze losraakt. Dit kan bijvoorbeeld gebeuren bij een schroefdraadvatting.
De uitvinding boogt een inrichting te verschaffen, 25 waarbij bovengenoemd bezwaar wordt ondervangen, welke inrichting zich volgens de uitvinding onderscheidt doordat de twee randdelen elk een lengte hebben die tenminste overeenkomt met een deel van de omtrek van het te verwijderen voorwerp, en de randdelen zich over de genoemde lengte op 30 dezelfde afstand van elkaar bevinden.
Aangezien de randdelen op gelijke afstand van elkaar blijven en derhalve een spieetvormige opening daartussen wordt gevormd, kan het voorwerp hetzij tussen de randdelen 8701634 4 4 - 2 - worden vastgeklemd, waardoor de gewenste draaiing tot stand kan worden gebracht door het draaien van de drager.
In een uitvoeringsvorm strekken de randdelen zich in hetzelfde vlak uit en hebben een recht verloop, welke uitvoe-5 ringsvorm in het bijzonder geschikt is indien het voorwerp is voorzien van platte vlakken, die tussen de randdelen kunnen worden gevat.
In een andere uitvoeringsvorm verlopen de randdelen volgens een vloeiende kromme, welke kromme een zodanige 10 lengte vertoont, dat bij het langs die kromme bewegen van het voorwerp een draaiing van het voorwerp ten opzichte van de drager tot stand wordt gebracht, welke een lossende werking tot gevolg heeft.
Bij voorkeur heeft het ene randdeel een ruwer 15 oppervlak dan het andere randdeel, waardoor de op te wekken draaibeweging wordt verbeterd.
In weer een andere uitvoeringsvorm liggen de randdelen in twee parallelle vlakken boven elkaar, waardoor het voorwerp scheef in de opening kan worden gevoerd, om deze op 20 twee verschillende plaatsen aan te vatten. Met deze uitvoeringsvorm zijn grote maatafwijkingen van het voorwerp op te nemen.
Indien de randdelen in deze laatste uitvoeringsvorm een cirkelvorm vertonen, dan kan de voornoemde draaibeweging -»· 25 eenvoudig worden opgewekt door de drager volgens de beschrijving van een kegel te bewegen.
In weer een andere uitvoeringsvorm zijn twee met elkaar samenwerkende randdelen in hetzelfde vlak aangebracht, waarbij het de voorkeur verdient om de ene respectievelijk de 30 andere randdelen van de paren een hoek met elkaar in te laten sluiten. Hiermee wordt het voorwerp beter gevat op meer dan twee plaatsen langs de omtrek daarvan.
Tenslotte kan in een uitvoeringsvorm tenminste één randdeel van een paar op een ten opzichte van de houder 35 beweegbaar lichaam zijn aangebracht. Hiermee kan op eenvoudige wijze een klemwerking op voorwerpen van verschillende afmetingen tot stand worden gebracht.
8701634 i - 3 -
Bovengenoemde en andere kenmerken van de uitvinding zullen nader worden toegelicht in de hieronder staande figuurbeschrijving van een aantal uitvoeringsvoorbeelden. In de tekening toont: 5 Fig. 1 een perspectivisch aanzicht van een inrich ting volgens de bekende stand van techniek;
Fig. 2 een met fig. 1 overeenkomend aanzicht van een inrichting volgens de uitvinding volgens een eerste uitvoeringsvorm; 10 Fig. 3 een met fig. 1 overeenkomend aanzicht van een derde uitvoeringsvorm van de uitvinding;
Fig. 4 een staande doorsnede door een opening in een inrichting volgens fig. 2 volgens een derde alternatieve uitvoeringsvorm; 15 Fig. 5 een staande doorsnede door een opening bij een inrichting uit fig. 2 volgens een vierde alternatieve uitvoeringsvorm;
Fig. 6 een bovenaanzicht van een opening volgens een vijfde alternatieve uitvoeringsvorm; 20 Fig. 7 een onderaanzicht van een opening bedekt door een afsluitorgaan volgens de uitvinding.
Bij de in de figuren getoonde inrichtingen zijn dezelfde Onderdelen met dezelfde referentie-cijfers aangegeven .
25 De inrichting bestaat in hoofdzaak uit een houder 1, die hier is uitgevoerd als een cilindrische bus met een bodemvlak 2 en een topvlak 3, in welk topvlak 3 een opening 4 is uitgespaard.
De bekende opening 4 volgens fig. 1 is gedeeltelijk 30 cirkelvormig, en loopt naar het midden van het dekselvlak 3 vernauwend toe in de vorm van een V. Deze opening heeft tegenover elkaar liggende randdelen 5, 6, die hier een recht verloop hebben en eindigen in een cirkelvormig deel 7 met kleinere kromtestraal dan het daar tegenover liggende deel 35 van de opening 4.
In de figuur is met onderbroken lijn een drager 8 aangegeven, hier in de vorm van een vloeistofcilinder met drukplunjer 9, aan welke drager aan de onderzijde een 8701634 - 4 - naald 10 is bevestigd, die vast is bevestigd in een naald-vatting 11. De naaldvatting 11 heeft een boring, welke met wrijving op een niet getoonde stomp van de drager 8 is gebracht. Dank zij de wrijvingsverbinding is het van de 5 drager 8 losmaken van de vatting 11 respectievelijk naald 10 mogelijk door de vatting 11 in de opening 4 te steken, vervolgens vast te klemmen tussen de randdelen 5, 6 en de drager 8 in de richting van de pijl P1 terug te trekken. De vatting 11 blijft achter de randdelen 5, 6 haken en valt na 10 het verwijderen van de drager 8 in de houder 1 naar beneden. Het bezwaar bij een dergelijk uitgevoerde opening 4 is dat een draaiende beweging tussen de vatting 11 en de drager 8 niet goed mogelijk is vanwege de geringe klemwerking op de vatting 11.
15 Thans volgt een bespreking aan de hand van de figuren 2 tot en met 7 van uitvoeringsvormen volgens de uitvinding.
De opening 4 in fig. 2 is uitgevoerd met een centraal cirkelvormig deel 10, dat naar links in'fig. 2 uit-20 loopt in een rechthoekig deel 12, waardoor de randdelen 5, 6 parallel aan elkaar verlopen en de afstand daartussen over de lengte van de randdelen constant blijft. Indien de vatting 11 met een zeskantdeel 13 is uitgevoerd is het mogelijk de platte zijden van het zeskantdeel tussen de randen 5, 6 op 25 te nemen, waardoor bij het draaien van de drager 8 in de richting van de pijl P2 een relatieve verdraaiing ten opzichte van de naaldvatting 11 kan plaatsvinden, waardoor een betere lossing wordt bewerkstelligd. Indien de naaldvatting 11 is voorzien van inwendige schroefdraad, welke samenwerkt 30 met een schroefdraad op de bevestigingsstomp van de drager 8, is het lossen zonder meer verzekerd, vanwege de mogelijkheid van losschroeven in deze uitvoeringsvorm.
Het centrale deel van opening 4 is voorts uitgevoerd met extra rechthoekige openingsdelen 14 respectievelijk 15, 35 zodanig dat de parallelle randdelen 5, 6 van deze delen een afstand daartussen hebben, welke afwijkt van de afstand bij het openingsdeel 12.
8701634 ♦ - 5 -
Daarmee kunnen vattingen 11 van verschillende afmetingen worden aangevat en verwijderd.
In de uitvoeringsvorm volgens fig. 3 is de opening 4 gedeeltelijk begrensd door de kopvlakken 17 van een ten 5 opzichte van het bovenvlak 3 van de houder 1 beweegbaar lichaam 18. Het daar tegenover liggende kopvlak 17 van een tweede lichaam 18 kan beweegbaar zijn uitgevoerd maar ook vast met het deksel 3 zijn verbonden.
Het kopvlak 17 van elk der delen 18 begrenst twee 10 randdelen 5, 6 respectievelijk 5', 6', zodanig dat hier twee paren samenwerkende randdelen aanwezig zijn. De ene randdelen 5, 5' respectievelijk de andere randdelen 6, 6' sluiten onderling een hoek in, bij voorkeur die hoek welke overeenkomt met de platte vlakken van de zeskant 13 van de vatting 15 11 van de naald 10.
Door de zeskant 13 in de opening 4 aan te brengen, en vervolgens de lichamen 18 naar elkaar toe te bewegen, komen de randdelen 5, 6 respectievelijk 5', 6' naar elkaar toe en sluiten de zeskant 13 op. Door een verdraaiing in de 20 richting van de pijl P2 van de drager 8 wordt opnieuw een lossing van de vatting tot stand gebracht. Het zal duidelijk zijn, dat deze uitvoeringsvorm geschikt is voor vattingen met relatief grote afwijkende maten.
Fig. 4 toont een uitvoeringsvorm, waarbij de samen-25 werkende randdelen 5, 6 niet in hetzelfde vlak zijn gelegen maar in een parallel vlak boven elkaar. Dit is mogelijk door het dekseldeel 3 van de houder 1 uit te voeren met een verdikt deel 19, welke is voorzien van een cilindrische of volgens fig. 4 vernauwende doorgang, welke de opening 4 vormt.
30 De bovenrand van de doorgang vormt het ene hier cirkelvormige randdeel 5, terwijl het nauwste deel halverwege de opening 4 het andere cirkelvormige randdeel 6 vormt.
Door het invoeren van de naaldvatting 11 van naald 10, en een vervolgens schuin stellen van de drager 8, is het 35 mogelijk om door een draaiende beweging van de drager 8 volgens de beschrijving van een denkbeeldig kegelvormig vlak waarvan de top nabij de nauwe doorgang van opening 4 is gelegen, een relatieve draaibeweging tussen drager 8 en 8701634
V
- 6 - vatting 11 tot stand te brengen, waardoor de lossing van de vatting 11 wordt gerealiseerd.
Het verdient de voorkeur om het binnenvlak 20 van de opening 4 uit te voeren met groeven 21, teneinde de ruwheid 5 van de opening 4 te verhogen, waardoor het afrollen beter zal plaatsvinden.
Fig. 5 toont een uitvoeringsvorm, waarbij de samenwerkende randdelen in hetzelfde vlak liggen, echter overeenkomstig de uitvoeringsvorm van fig. 3 naar elkaar toe beweeg-10 baar zijn. Het randdeel 5 respectievelijk 6 is op een half cilindrisch deel 22 respectievelijk 23 aangebracht, welke cilindrische delen in een bus 24 zijn opgenomen. De cilindrische delen 22, 23 zijn door middel van geleidings-elementen 25 met de bus 24 verbonden en kunnen in de richting 15 van de pijl P3 een bepaalde slag ondergaan. Door de parallelle verbindingselementen 25 zullen, bij een neergaande beweging van de cilindrische delen 22, 23 in de bus 24, deze cilindrische delen naar elkaar toe bewegen en derhalve de samenwerkende randdelen 5, 6. De slaglengte van de delen 22, 20 23 is zodanig , dat bij het doordrukken van het ondervlak van deze cilindrische delen tot het bovenvlak 26 van een door-laatopening 4 in de bijzonder gevormde bovenwand 3 van de bus 1, de delen 22, 23 een dood punt zullen passeren en in de omlaag gedrukte stand vastgeklemd blijven staan. Hiermee 25 wordt een tussen de delen 22, 23 gevoerde vatting 11 van een naald 10 permanent vastgeklemd, waardoor de daaraan verbonden drager door trekken of draaien gemakkelijk kan worden verwijderd.
Teneinde de naaldvatting met naald via de opening 4 30 in de bus 1 te laten vallen kan de bus 24, welke door een aanslag 27 in de in fig. 5 getoonde stand wordt geblokkeerd, tegen de werking van een aantal drukveren 28 in omlaag worden gedrukt, zodra de aanslag 27 in de richting van de pijl P4 is verwijderd. Doordat de delen 22, 23 op het vlak 26 van 35 opening 4 blijven liggen, worden de delen door het dode punt heen omhoog gedrukt ten opzichte van bus 24, waardoor de stand volgens fig. 5 opnieuw wordt hersteld. De vatting wordt derhalve losgelaten, zodat deze via de opening 4 in de bus 8701 634 ί - 7 - kan vallen. De bus 24 wordt door de veren 28 omhoog gedrukt, zodanig dat bij het tijdig loslaten van de aanslag 27, deze weer in de vergrendelstand springt, waardoor de inrichting voor de volgende naald gebruiksklaar is.
5 Pig. 6 toont een uitvoeringsvorm van een opening 4 in een dekseldeel 3, dat een universeel karakter draagt. De randdelen 5, 6 respectievelijk 6' lopen parallel aan elkaar, waarbij het randdeel 5 door middel van aangebrachte groeven qua oppervlak ruwer is uitgevoerd dan de gladde randdelen 6, 10 6'.
De afstand tussen de randdelen 6, 6' ten opzichte van het rechte randdeel 5 varieert ter opneming van verschillende vatting-diameters.
De opening 4 is verder uitgevoerd met randdelen 5", 15 6", waarvan de funktie overeenkomt met de funktie van de randdelen 5, 6 in fig. 1.
Voorts is de opening 4 uitgevoerd met randdelen 5l1,r en samenwerkende randdelen 6T'', waartussen de afstand constant is, die langs een vloeiende kromme verlopen. Hier-20 mede zijn andersoortige vattingen, bijvoorbeeld kruisvattingen, gemakkelijk vast te klemmen respectievelijk los te maken.
Tenslotte is er een uitvoering 5"" respectievelijk 6"", waartussen een grotere hoek is aangebracht dan bij 5” en 25 6".
Kenmerkend voor deze opening 4 is, dat alle randdelen naar dezelfde opening 4 wijzen, waardoor die opening 4 universeel bereikbaar wordt.
Fig. 7 toont een uitvoeringsvorm van een afsluit-30 orgaan 30, dat voorzien is van tegenover elkaar liggende lippen 31, zodanig dat bij het aanbrengen van het afsluit-orgaan 30 aan de onderzijde van het dekseldeel 3, elke opening 4 daarin kan worden afgesloten. Niettemin is de vrije doorvoer van een naald met naaldvatting 10, 11 gewaarborgd, 35 maar is een terugvallen daarvan uit de houder 1 bij per ongeluk omkeren daarvan, verhinderd.
De uitvinding is niet beperkt tot de hierboven beschreven uitvoeringsvormen.
8701634
Claims (12)
1. Inrichting voor het van een drager verwijderen van een voorwerp, bijvoorbeeld naald en naaldvatting, en het opvangen daarvan, welke inrichting bestaat uit een houder, in een wand waarvan een opening is uitgespaard voor het door- 5 voeren van het voorwerp, waarbij de opening tenminste twee op afstand van elkaar liggende randdelen heeft voor het vastklemmen van het voorwerp, met het k e n m e r k, dat de twee randdelen 5, 6 elk een lengte hebben, die tenminste overeenkomt met een deel van de omtrek van het te verwijderen 10 voorwerp en de randdelen 5, 6 zich over de genoemde lengte op dezelfde afstand van elkaar bevinden.
2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de randdelen 5, 6 zich in hetzelfde vlak uitstrekken en een recht verloop vertonen.
3. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de randdelen 5, 6 zich in hetzelfde vlak uitstrekken en volgens een vloeiende kromme verlopen.
4. Inrichting volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat het ene randdeel een ruwer oppervlak heeft 20 dan het andere randdeel.
5. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de randdelen 5, 6 zich in twee parallelle vlakken uitstrekken.
6. Inrichting volgens conclusie 5, met het 25 kenmerk, dat de randdelen 5, 6 een cirkelvorm vertonen.
7. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat twee paar samenwerkende randdelen 5, 6 in hetzelfde vlak zijn aangebracht.
8. Inrichting volgens conclusie 7, met het 30. e n m e r k, dat de ene respectievelijk de andere randdelen van de paren een hoek met elkaar insluiten.
9. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat tenminste een randdeel van een paar op een ten opzichte van de houder beweegbaar lichaam is 35 aangebracht. 8701634 « - 9 -
10. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat telkens meer paren randdelen 5, 6 zijn aangebracht, die zich langs een deel van de opening 4 uitstrekken.
11. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de opening 4 door een flexibel afsluitorgaan is afgesloten.
12. Inrichting volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat het afsluitorgaan bestaat uit een aantal 10 in elkaar stekende kunststof lippen. 8701 63 4
Priority Applications (1)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL8701634A NL8701634A (nl) | 1987-07-10 | 1987-07-10 | Inrichting voor het losnemen en opvangen van een voorwerp. |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL8701634A NL8701634A (nl) | 1987-07-10 | 1987-07-10 | Inrichting voor het losnemen en opvangen van een voorwerp. |
NL8701634 | 1987-07-10 |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL8701634A true NL8701634A (nl) | 1989-02-01 |
Family
ID=19850293
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL8701634A NL8701634A (nl) | 1987-07-10 | 1987-07-10 | Inrichting voor het losnemen en opvangen van een voorwerp. |
Country Status (1)
Country | Link |
---|---|
NL (1) | NL8701634A (nl) |
Cited By (5)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
EP0455329A2 (en) * | 1990-03-26 | 1991-11-06 | Med-Safe Systems, Inc. | Restricted access opening for disposable sharps containers |
US5287609A (en) * | 1993-05-21 | 1994-02-22 | Chang Chin Ming | Syringe disposal system |
FR2714836A1 (fr) * | 1994-01-11 | 1995-07-13 | Abrard Henry | Dispositif pour extraire automatiquement l'aiguille d'une seringue à usage médical ou paramédical et, notamment à usage dentaire. |
FR2751260A1 (fr) * | 1996-07-18 | 1998-01-23 | Lavie Marie Noelle Ranson | Recipient de collecte des aiguilles souillees |
EP0931556A1 (fr) * | 1998-01-23 | 1999-07-28 | Marie Noelle Ranson | Récipient de collecte des aiguilles souillées |
-
1987
- 1987-07-10 NL NL8701634A patent/NL8701634A/nl not_active Application Discontinuation
Cited By (7)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
EP0455329A2 (en) * | 1990-03-26 | 1991-11-06 | Med-Safe Systems, Inc. | Restricted access opening for disposable sharps containers |
EP0455329A3 (en) * | 1990-03-26 | 1991-11-13 | Med-Safe Systems, Inc. | Restricted access opening for disposable sharps containers |
US5287609A (en) * | 1993-05-21 | 1994-02-22 | Chang Chin Ming | Syringe disposal system |
FR2714836A1 (fr) * | 1994-01-11 | 1995-07-13 | Abrard Henry | Dispositif pour extraire automatiquement l'aiguille d'une seringue à usage médical ou paramédical et, notamment à usage dentaire. |
WO1995018641A1 (fr) * | 1994-01-11 | 1995-07-13 | Henri Abrard | Dispositif pour extraire automatiquement l'aiguille d'une seringue a usage medical ou paramedical et, notamment a usage dentaire |
FR2751260A1 (fr) * | 1996-07-18 | 1998-01-23 | Lavie Marie Noelle Ranson | Recipient de collecte des aiguilles souillees |
EP0931556A1 (fr) * | 1998-01-23 | 1999-07-28 | Marie Noelle Ranson | Récipient de collecte des aiguilles souillées |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
AU670801B2 (en) | Closure device | |
DE60107895T2 (de) | Entsorgungsanordnung mit verbessertem Mittel zum Losdrehen | |
DE69219151T2 (de) | Adaptionsgerät eines werkzeughalters zur montage an einer basiseinheit | |
DE69107957T2 (de) | Freigabe von Kupplung mit Nagel für Diebstahlsicherung. | |
US3174384A (en) | Holding device | |
DE3226910A1 (de) | Schutzklammer | |
NL8701634A (nl) | Inrichting voor het losnemen en opvangen van een voorwerp. | |
FR2499470A1 (fr) | Reliure a feuillets volants | |
NL8820552A (nl) | Inrichting voor het aftappen van een medium uit of het toevoeren van een medium in een houder. | |
BR8900756A (pt) | Porta-garrafas para a colocacao sobre mesas e outros | |
US5050324A (en) | Artistic displays of temporarily stored audio recordings, and methods | |
NL8402205A (nl) | Breekpenkoppeling. | |
EP1098159B1 (de) | Vorrichtung zum Ankuppeln von Munitionsbehältern an einen Behälterträger einer automatischen Waffe | |
US5154527A (en) | Bracket for supporting binders in a hanging file | |
US4466592A (en) | Sign holder | |
NL1005192C2 (nl) | Houder. | |
EP0142189B1 (fr) | Dispositif de rétention d'un objet sur une piéce d'habillement | |
DE4415003C1 (de) | Vorrichtung zur Aufnahme von insbesondere weichen Kontaktlinsen | |
EP3714705B1 (de) | Mobiler zigarettenkippenbehälter für eine zigarettenschachtel | |
EP0803221B1 (en) | Condiment mill | |
US4956151A (en) | Device for holding together and releasing conical joints | |
NL8103732A (nl) | Aanhanginrichting voor voertuigen. | |
EP0535182A1 (de) | Folienspender mit trennvorrichtung. | |
AU756961B2 (en) | Support bracket | |
EP1176889B1 (en) | Support bracket |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
BV | The patent application has lapsed |