NL9200561A - Aanslagdemping en werkwijze voor het vervaardigen daarvan. - Google Patents

Description

AANSLAGDEMPING EN WERKWIJZE VOOR HET VERVAARDIGEN DAARVAN-

De uitvinding heeft betrekking op een inrichting met een beweegbaar buisvormig orgaan dat in een eindstand tegen een aanslag bewogen kan worden. Een dergelijke inrichting is bijvoorbeeld een voerhek voor vee, waarbij het buisvormige orgaan een scharnierende vangspijl is.

Bij het met een zekere snelheid tegen een aanslag bewegen van een buisvormig orgaan treedt een vrij sterk, hinderlijk geluid op. Het is dan ook wel bekend om ter plaatse van de aanslag een rubberen dop of dergelijke aan te brengen, die het lawaai dempt. Bestaande oplossingen hebben het bezwaar dat ze na verloop van tijd los raken.

De uitvinding beoogt nu een dergelijke inrichting met een aanslagdemping te verschaffen die betrouwbaar en langdurig kan functioneren.

Volgens de uitvinding wordt dit met de in conclusie 1 gekenmerkte inrichting bereikt. Bij het vervormen van het aangrenzende materiaal van de buiswand wordt tegelijkertijd het langwerpige element van buigzaam materiaal elastisch vervormd, waardoor na de vervormingsbewerking de door de boring bepaalde doorlaat is vernauwd en het langwerpige element onlosneembaar in het buisvormig orgaan is gefixeerd. Het uitstekende gedeelte vormt daarbij het gedeelte van de aanslag dat voor de demping van de slag zorgt.

De uitvinding is in het bijzonder geschikt om toegepast te worden als een zelfvangend voerhek, waarbij het van het beweegbare element van buigzaam materiaal voorziene buisvormige orgaan een scharnierende vangspijl is. Onder de zware belastingen waaraan dergelijke voerhekken zijn blootgesteld, blijft de aanslagdemping gedurende de gehele levensduur van het voerhek betrouwbaar werkzaam.

Een gunstige uitvoering is daarbij gekenmerkt in conclusie 3. Bij een dergelijk voerhek, waarbij toch reeds het boveneinde van de zwenkspijl werd geplet, teneinde deze te laten passen in de sleuf van het bovenprofiel, behoeven dus slechts de extra bewerkingen van het aanbrengen van de boring en het insteken van het langwerpige element te worden uitgevoerd.

De uitvinding betreft en verschaft eveneens een werkwijze voor het vervaardigen van een van een aanslagdem-ping voorzien buisvormig orgaan. Deze werkwijze wordt gekenmerkt in conclusie 4. Het vervormen kan daarbij op geschikte wijze door een persbewerking worden verwezenlijkt.

Een zeer gunstige uitvoering wordt gekenmerkt in conclusie 5 o Door een oppervlakte behandelings als thermisch verzinken, treden onherroepelijk aanzienlijke maattoleran-ties in aanwezige boringen op. Met de werkwijze volgens de uitvinding kan zelfs met deze aanzienlijke maattoleranties toch op betrouwbare wijze een langwerpig element van buigzaam materiaal stevig in het buisvormige orgaan worden aangebracht. Het is hierdoor niet nodig om de boring pas aan te brengen nadat de verzinkbewerking is uitgevoerd. Dit laatste zou vanzelfsprekend vermindering van de corrosiebe-stendigheid met zich meebrengen.

Een verdere ontwikkeling wordt gekenmerkt in conclusie 6. Door het langwerpige element aan weerszijden uit te laten steken, wordt enerzijds een zeer stevige bevestiging van dit element verkregen en wordt bovendien een aan twee zijden werkzame aanslag verkregen.

Bij voorkeur wordt het langwerpige element afgesneden van een lengte rubberachtig profielmateriaal. De kosten hiervan zijn zeer gering, zodat de voordelen van de uitvinding voor zeer geringe kosten bereikt kunnen worden.

De uitvinding zal verder worden toegelicht in de volgende beschrijving aan de hand van de bijgevoegde figuren.

Figuur 1 toont in perspectivisch aanzicht een als een zelfvangend voerhek uitgevoerde inrichting volgens de uitvinding.

Figuur 2 toont een met figuur 1 overeenkomend aanzicht van een andere uitvoeringsvorm.

Figuur 3 toont een detail volgens pijl III in figuur 1.

Figuur 4 toont een detail volgens pijl IV in figuur 2.

Figuur 5 toont een met figuur 3 en 4 overeenkomend aanzicht van een alternatieve uitvoeringsvorm.

In figuur 1 is een voerhek 1 getoond dat uitgevoerd is als een inrichting volgens de uitvinding. Dit voerhek 1 omvat op bekende wijze een aantal voerplaatsen waarin aan een vaste spijl 2 een vangspijl 3 ter plaatse van een scharnier 4 zwenkbaar is gelagerd. De vangspijl 3 kan in de getekende, open stand staan en in een rechtop staande gesloten stand. In de rechtop staande gesloten stand kan de vangspijl door niet nader getoonde grendelmiddelen worden vastgehouden.

Aan zijn boveneinde is de vangspijl 3 opgenomen in een langwerpige sleufvormige opening in de onderzijde van het bovenprofiel 5.

In de getekende geopende stand ligt de spijl 3 met een aanslag 7 aan tegen de vaste spijl 2. In de rechtop staande gesloten stand ligt de vangspijl 3 met een aanslag 6 aan tegen de vaste spijl 2.

Zoals figuur 3 meer in detail toont is ter plaatse van deze aanslag 6 in de buisvormige vangspijl 3 een boring 9 aangebracht waarin een langwerpig element 8 is gestoken. Dit langwerpige element 8 is van buigzaam materiaal, zoals bijvoorbeeld rubberachtig materiaal. Het langwerpige element 8 is op geschikte wijze een van een lengte rubberachtig profielmateriaal afgesneden stuk. Dit profielmateriaal is voor verschillende toepassingen in de handel verkrijgbaar.

Nadat het langwerpige element 8 in de opening 9 is gestoken, is het aan deze opening 9 grenzende gedeelte van de wand van de buis 3 vervormd, in het bijzonder zijn de tegenoverliggende wandgedeelten 10 naar elkaar toe geknepen. Deze bewerking kan op verder voor de hand liggende wijze bijvoorbeeld met een pers geschieden. Door deze vervorming zijn de wanddelen 10 tot in de door de boring 9 bepaalde doorlaat gedrukt, waarbij het langwerpige element 8 elas tisch is vervormd. Door deze vervorming treedt een zodanig hoge reactiekracht en daardoor hoge wrijvingskracht op, dat het langwerpige element onlosneembaar in het buisvormige orgaan 3 is opgenomen.

Het in figuur 2 getoonde voerhek 12 heeft eveneens een aan een vaste spijl 15 zwenkbaar aangebrachte vangspijl 13. Deze vangspijl 13 is aan zijn boveneinde van een dubbelzijdige aanslag 14 voorzien, welke meer in detail in figuur 4 wordt getoond.

In de buis 13 zijn twee tegenover elkaar liggende boringen 19 en 20 aangebracht en daarin is een langwerpig element 18 van buigzaam materiaal opgenomen. Hierna is het einde van de buis 13 geplet, zodat de wanddelen 21 daarvan naar elkaar toe bewogen zijn, waarbij het langwerpige element 18 op de eerder beschreven wijze wordt vastgeklemd.

Het geplette boveneinde van de vangspijl 13 is in het voerhek 12 geleid opgenomen in een langwerpige sleuf in de onderzijde van het bovenprofiel. Een dergelijke constructie is op zichzelf bekend.

Bij het voerhek 12 is de vangspijl 13, nadat daarin de boringen 19 en 20 zijn aangebracht, eerst op gebruikelijke wijze verzinkt. Hierdoor is ook ter plaatse van de boringen 19 en 20 bescherming van het basismateriaal gewaarborgd. Na het verzinken is het langwerpige element 18 aangebracht en het buiseinde op de reeds bekende wijze geplet. De door het verzinken verkregen bescherming blijft daarbij intact.

Zoals figuur 4 duidelijk laat zien steekt het langwerpige element 18 aan weerszijden uit en vormt aldus aan weerszijden een aanslagdemping. Zoals figuur 2 laat zien, werkt de ene zijde samen met de vaste spijl 15 en de andere zijde samen met een aan het bovenprofiel van het hek 12 aangebrachte nok 16.

De diameter van de boringen 19 en 20 kan zo groot worden genomen dat zelfs bij de maximaal te verwachten diametervermindering ten gevolge van het verzinken, het langwerpige element 18 nog probleemloos door de boringen gestoken kan worden. Voor een goede bevestiging van het langwerpige element 18 is de diameter van deze boringen niet kritisch.

Figuur 5 toont nog een alternatieve uitvoeringsvorm. De daar getoonde aanslag 24 is op een tussenliggende plaats in een buisvormig orgaan aangebracht. Ook hier zijn twee tegenover elkaar liggende boringen 26 en 27 aangebracht waardoorheen het langwerpige element 25 van buigzaam materiaal is gestoken. Daarna zijn de aan de boringen 26 en 27 grenzende wanddelen 28 van de buis geplet, waardoor het langwerpige element 25 onlosneembaar in de buis is bevestigd.

Hoewel de uitvinding toegelicht is aan de hand van een uitvoeringsvorm als voerhek voor vee, zijn legio andere toepassingen mogelijk. De uitvinding is evenmin beperkt tot toepassing bij buizen met getoonde ronde doorsnede. Ook vierkante of anders gevormde buizen kunnen bij de uitvinding worden gebruikt. De vorm van het langwerpige orgaan is uiteraard evenmin tot de getoonde beperkt. Het is uit kos-tenoogpunt gunstig om gebruik te maken van langwerpige elementen die afgesneden worden van een lengte rubberachtig profielmateriaal. Echter zouden ook speciaal gevormde langwerpige elementen kunnen worden toegepast, die bijvoorbeeld een bredere kop hebben. Aangezien, zoals eerder opgemerkt, de diameter van de boringen waar het langwerpige element in gestoken wordt niet kritisch is, kunnen ook langwerpige elementen met een andere dan cirkelvormige dwarsdoorsnede worden toegepast. Al deze niet getoonde uitvoeringsvormen worden geacht binnen het kader van de bijgevoegde conclusies te vallen.

Claims (7)

1. Inrichting omvattende een gestel met een beweegbaar orgaan en een vast orgaan, waarbij een aanslag tussen deze een eindstand van het buisvormige orgaan bepaalt, en waarbij ten minste één van deze organen een buisvormig orgaan is dat in het met de aanslag samenwerkende gedeelte voorzien is van een naar het andere orgaan gekeerde boring in ten minste één wand, waarin een door vervorming van het aangrenzende materiaal van de buiswand vastgeklemd langwerpig element van buigzaam materiaal is opgenomen.

2. Inrichting volgens conclusie 1, zijnde een zelfvangend voerhek, waarbij het van het langwerpige element van buigzaam materiaal voorziene buisvormige orgaan een scharnierende vangspijl is.

3. Inrichting volgens conclusie 2, waarbij de scharnierende vangspijl met een geplet boveneinde zijdelings opgesloten is in een langssleuf van een bovenprofiel van het voerhek, en het langwerpige element van buigzaam materiaal in het geplette einde is opgenomen.

4. Werkwijze voor het vervaardigen van een van een aanslagdemping voorzien buisvormig orgaan, omvattende het aanbrengen van ten minste één boring in de wand van het buisvormige orgaan, het in de boring steken van een langwerpig element van buigzaam materiaal, zodanig dat een gedeelte daarvan daarbuiten uitsteekt en het naar elkaar toe vervormen van naast de boring liggende wandgedeelten van het buisvormige orgaan.

5. Werkwijze volgens conclusie 4, waarbij het buisvormige orgaan na het aanbrengen van de boring en voor het vervormen wordt verzinkt.

6. Werkwijze volgens conclusie 4 of 5, waarbij een doorgaande boring door tegenoverliggende wandgedeelten van het buisvormige orgaan wordt aangebracht en het langwerpige element aan weerszijden uitstekend door beide boringen wordt ingestoken.

7. Werkwijze volgens één van de conclusies 4-6, waarbij het langwerpige element afgesneden wordt van een lengte rubberachtig profielmateriaal.