NL9001543A - Werkwijze en sproeikop voor het vernevelen van een geconcentreerd vloeibaar produkt. - Google Patents

Werkwijze en sproeikop voor het vernevelen van een geconcentreerd vloeibaar produkt. Download PDF

Info

Publication number
NL9001543A
NL9001543A NL9001543A NL9001543A NL9001543A NL 9001543 A NL9001543 A NL 9001543A NL 9001543 A NL9001543 A NL 9001543A NL 9001543 A NL9001543 A NL 9001543A NL 9001543 A NL9001543 A NL 9001543A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
outlet
product
shaped
spray nozzle
spray head
Prior art date
Application number
NL9001543A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Epenhuysen Chem Fab
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Family has litigation
First worldwide family litigation filed litigation Critical https://patents.darts-ip.com/?family=19857375&utm_source=google_patent&utm_medium=platform_link&utm_campaign=public_patent_search&patent=NL9001543(A) "Global patent litigation dataset” by Darts-ip is licensed under a Creative Commons Attribution 4.0 International License.
Application filed by Epenhuysen Chem Fab filed Critical Epenhuysen Chem Fab
Priority to NL9001543A priority Critical patent/NL9001543A/nl
Priority to AT91870106T priority patent/ATE117186T1/de
Priority to EP91870106A priority patent/EP0465454B1/en
Priority to DE69106792T priority patent/DE69106792T2/de
Priority to DK91870106.1T priority patent/DK0465454T3/da
Priority to ES91870106T priority patent/ES2069872T3/es
Publication of NL9001543A publication Critical patent/NL9001543A/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B05SPRAYING OR ATOMISING IN GENERAL; APPLYING FLUENT MATERIALS TO SURFACES, IN GENERAL
    • B05BSPRAYING APPARATUS; ATOMISING APPARATUS; NOZZLES
    • B05B7/00Spraying apparatus for discharge of liquids or other fluent materials from two or more sources, e.g. of liquid and air, of powder and gas
    • B05B7/02Spray pistols; Apparatus for discharge
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A47FURNITURE; DOMESTIC ARTICLES OR APPLIANCES; COFFEE MILLS; SPICE MILLS; SUCTION CLEANERS IN GENERAL
    • A47LDOMESTIC WASHING OR CLEANING; SUCTION CLEANERS IN GENERAL
    • A47L15/00Washing or rinsing machines for crockery or tableware
    • A47L15/0018Controlling processes, i.e. processes to control the operation of the machine characterised by the purpose or target of the control
    • A47L15/0055Metering or indication of used products, e.g. type or quantity of detergent, rinse aid or salt; for measuring or controlling the product concentration
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A47FURNITURE; DOMESTIC ARTICLES OR APPLIANCES; COFFEE MILLS; SPICE MILLS; SUCTION CLEANERS IN GENERAL
    • A47LDOMESTIC WASHING OR CLEANING; SUCTION CLEANERS IN GENERAL
    • A47L15/00Washing or rinsing machines for crockery or tableware
    • A47L15/14Washing or rinsing machines for crockery or tableware with stationary crockery baskets and spraying devices within the cleaning chamber
    • A47L15/16Washing or rinsing machines for crockery or tableware with stationary crockery baskets and spraying devices within the cleaning chamber with rigidly-mounted spraying devices
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A47FURNITURE; DOMESTIC ARTICLES OR APPLIANCES; COFFEE MILLS; SPICE MILLS; SUCTION CLEANERS IN GENERAL
    • A47LDOMESTIC WASHING OR CLEANING; SUCTION CLEANERS IN GENERAL
    • A47L15/00Washing or rinsing machines for crockery or tableware
    • A47L15/42Details
    • A47L15/4278Nozzles
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A47FURNITURE; DOMESTIC ARTICLES OR APPLIANCES; COFFEE MILLS; SPICE MILLS; SUCTION CLEANERS IN GENERAL
    • A47LDOMESTIC WASHING OR CLEANING; SUCTION CLEANERS IN GENERAL
    • A47L15/00Washing or rinsing machines for crockery or tableware
    • A47L15/42Details
    • A47L15/44Devices for adding cleaning agents; Devices for dispensing cleaning agents, rinsing aids or deodorants
    • A47L15/4418Devices for adding cleaning agents; Devices for dispensing cleaning agents, rinsing aids or deodorants in the form of liquids
    • A47L15/4427Devices for adding cleaning agents; Devices for dispensing cleaning agents, rinsing aids or deodorants in the form of liquids entrained in the water supply line by a pressure drop, e.g. resulting from a Venturi throat

Description

"Werkwijze en sproeikop voor het vernevelen van een geconcentreerd vloeibaar produkt".
De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het middels een sproeikop, die een eerste uitgang bevat, vernevelen van een geconcentreerd vloeibaar produkt over een voorwerp. De uitvinding heeft verder betrekking op een dergelijke sproeikop.
Een dergelijke werkwijze is bekend uit de Europese octrooiaanvrage nr. 0282214. Bij de bekende werkwijze wordt het vernevelen toegepast in een vaatwasmachine. Door middel van een sproeikop wordt een in water opgelost geconcentreerd vaatwasmiddel op het vaatwerk gespoten ten einde dit laatste te reinigen. De concentratie van het vaatwasmiddel bedraagt tussen 0,5 en 10 gewichtsprocent en de kontakttijd tussen 2 en 100 seconden. Volgens de bekende werkwijze wordt het vaatwasmiddel als een soort mist over het vaatwerk gespoten om een egale verdeling over het vaatwerk te verkrijgen'.
Een nadeel van de bekende werkwijze is dat er met een oplossing van het geconcentreerd vaatwasmiddel wordt gewerkt. Dit impliceert enerzijds het gebruik van doseerapparatuur en anderzijds het gebruik van water als oplosmiddel. Doseerapparatuur dient nauwkeurig te worden ingesteld en is zeker bij gebruik van vaatwasmiddelen onderhevig aan onderhoud. Het gebruik van water brengt het vormen van afvalwater met zich mee, dat voornamelijk wanneer er detergenten in aanwezig zijn, schadelijk is voor het milieu.
De uitvinding beoogt een werkwijze en een sproeikop te realiseren waarbij een oplossing voor de hierboven genoemde nadelen wordt geboden.
Een werkwijze volgens de uitvinding heeft daartoe het kenmerk, dat als produkt een produkt met een concentratie van ten minste 30 gewichtsprocenten vaste stof gehalte naar de eerste uitgang wordt geleid en dat een gas onder druk naar een tweede in de nabijheid van de eerste uitgang aangebrachte spieetvormige uitgang van de sproeikop wordt geleid en aldaar waaiervorming naar buiten wordt gespoten, en waarbij het uit de eerste uitgang tredende produkt in het uit de spleet tredende gas wordt geleid en aldaar verneveld wordt.
Een sproeikop volgens de uitvinding heeft daartoe het kenmerk, dat de sproeikop een tweede ingang bevat voor het toevoeren van een gas onder druk en de eerste ingang voorzien is voor het toevoeren van genoemd produkt onder druk, welke eerste respectievelijk tweede ingang via een eerste respectievelijk tweede kanaal verbonden is met genoemde eerste uitgang respectievelijk een tweede in de nabijheid van de eerste uitgang aangebrachte spieetvormige uitgang, en waarbij de uittree oppervlakte van genoemde eerste uitgang kleiner is dan 4 mm2 en de breedte van genoemde tweede spieetvormige uitgang ten hoogste 1 mm bedraagt. Door gebruik te maken van gas onder druk is water niet langer meer noodzakelijk voor het vormen van een nevel welke over de voorwerpen te spuiten is. Hierdoor kan een aanzienlijke vermindering van het waterverbruik worden gerealiseerd en dus ook van de vorming van afvalwater wat een gunstig effect op het milieu heeft. Door verder het geconcentreerde produkt rechtstreeks naar de eerste uitgang van de sproeikop te leiden is het doseren overbodig geworden aangezien er met het produkt zelf verneveld wordt en niet meer met een waterige oplossing.
Het mengen van het produkt en het gas onder druk aan de uitgang van de sproeikop brengt een uitermate fijne verneveling met zich mee aangezien de naar buitentredende deeltjes in de waaiervormige stroming van het gas onder druk worden opgenomen en zich aldaar homogeen verdelen. De fijne verneveling brengt dan verder met zich mee dat het produkt nagenoeg egaal over de voorwerpen zal worden verspreid.
Een eerste voorkeursuitvoeringsvorm van een werkwijze volgens de uitvinding heeft het kenmerk, dat als produkt een produkt met een concentratie van ten hoogste 60 gewichtsprocenten vaste stof gehalte wordt gebruikt. Bij een concentratie tussen 30 en 60 gewichtsprocenten wordt een zeer efficiënte reinigende werking verkregen waarbij bovendien de kontakttijd aanzienlijk wordt verminderd.
Een tweede voorkeursuitvoeringsvorm van een werkwijze volgens de uitvinding heeft het kenmerk, dat het gas onder een druk gelegen tussen 1,2 en 2 bar en bij voorkeur tussen 1,3 en 1,5 bar naar de tweede uitgang wordt geleid. Hierdoor blijft het gebruik van gas beperkt en is er dus ook slechts een beperkt energie verbruik noodzakelijk om gas onder druk te vormen.
Bij voorkeur wordt als produkt een vaatwasmiddel gebruikt en wordt de aldus gevormde nevel over af te wassen vaatwerk verspreid. Met name bij vaatwasmachines speelt het vormen van met detergenten vervuild afvalwater een belangrijke rol. De waterbe-sparing gerealiseerd door toepassing van de uitvinding en de daarmee gekoppelde lagere produktie van afvalwater heeft een gunstig effect op het milieu.
Een eerste voorkeursuitvoeringsvorm van de sproeikop volgens de uitvinding heeft het kenmerk, dat genoemde spieetvormige uitgang een gekromde basis bevat. Hierdoor wordt de uittreehoek van het gas vergroot waardoor een meer homogene verspreiding mogelijk wordt.
Een tweede voorkeursuitvoeringsvorm van een sproeikop volgens de uitvinding heeft het kenmerk, dat de uiteinden van de spieetvormige uitgang in gekromde opstaande vlakken zijn aangebracht. De lengte van de basis van de spleet wordt hierdoor vergroot wat ook de uittreehoek ten gunste komt.
Een derde voorkeursuitvoeringsvorm van een sproeikop volgens de uitvinding heeft het kenmerk, dat genoemde tweede kanaal uitmondt in een derde kanaal met een diameter kleiner dan diegene van het tweede kanaal en groter dan de spleetbreedte. Het derde kanaal vormt zodoende een weerstand voor de gasstroom waardoor de druk op het uittredende gas toeneemt.
Een vierde voorkeursuitvoeringsvorm van een sproeikop volgens de uitvinding heeft het kenmerk, dat de eerste uitgang hoger dan genoemde spieetvormige uitgang is aangebracht. Hierdoor wordt het produkt in de uittredende gasstroom nagenoeg egaal verneveld.
Het is gunstig dat tussen genoemde eerste en tweede uitgang een tafel is aangebracht waarvan het bovenvlak nagenoeg op dezelfde hoogte als de eerste uitgang is aangebracht. Het produkt kan zodoende over de tafel uitwellen en in de gasstroom opgenomen worden.
Een vijfde voorkeursuitvoeringsvorm van een sproeikop volgens de uitvinding heeft het kenmerk, dat nagenoeg evenwijdig aan een vlak doorheen de spieetvormige uitgang een schotje is aangebracht waarvan het bovenvlak iets hoger gelegen is dan de spieetvormige uitgang. Het schotje heeft een geleidende funktie voor de gasstroom.
Het is gunstig dat de sproeikop een kopgedeelte en een aansluitblok bevat en dat tussen kopgedeelte en aansluitblok een pakking voorzien van een gleufje ter hoogte van het eerste kanaal is aangebracht. Het gleufje vormt een weerstand voor de produktsstroom en zorgt, wanneer meerdere sproeikoppen op eenzelfde toevoerleiding zijn aangesloten, voor een egale verdeling over de verschillende sproeikoppen.
De uitvinding zal nu nader worden toegelicht aan de hand van een uitvoeringsvoorbeeld, meer in het bijzonder een vaat-wasinrichting, die in de tekening is weergegeven. Het zal duidelijk zijn dat de uitvinding niet beperkt is tot vaatwasinrichtingen maar toepasbaar is voor elke vernevelinrichting of werkwijze waarbij een hoge mate van verneveling vereist is. Hierbij moet onder meer gedacht worden aan het spuiten van lakken of coatings in lakstraten, het spuiten van gewasbeschermingsmiddelen of bladbemestingsmiddelen in de land- en tuinbouw of het reinigen en/of behandelen van andere voorwerpen dan vaatwerk zoals bijvoorbeeld flessen, kratten, vaten, CIP (Cleaning in Place) enz.
In de tekening laat :
Figuur 1 schematisch een doorsnede zien van een hoofdwaszone uit een band-vaatwasmachine ;
Figuur 2 een bovenaanzicht zien van een uitvoerings-voorbeeid van een sproeikop volgens de uitvinding ;
Figuur 3 een dwarsdoorsnede zien volgens de lijn 111-111' doorheen een sproeikop volgens Figuur 2 waarbij de verschillende onderdelen uit elkaar genomen zijn.
Figuur 4 een detail aanzicht zien van een pakking uit de sproeikop volgens de uitvinding ;
Figuur 5 een dwarsdoorsnede zien volgens de lijn IV-IV doorheen een sproeikop volgens figuur 2.
In de tekeningen is aan eenzelfde of analoog element eenzelfde referentiecijfer toegekend.
Een band vaatwas machine is meestal samengesteld uit verschillende zones en bevat onder meer een voorspoelzone, een hoofdwaszone, een naspoelzone en een droogzone. De vernevelinrichting volgens de uitvinding wordt bij voorkeur toegepast in de hoofdwaszone. Figuur 1 laat een dwarsdoorsnede zien door zo een hoofdwaszone van een bandvaatwasmachine. Op het ondervlak en bij voorkeur, eveneens op het bovenvlak zijn één of meer sproeikoppen 1 gemonteerd, waarvan de stralengang 2 eveneens in de figuur 1 is weergegeven. De sproeikoppen zijn zodanig opgesteld dat de stralengangen van de verschillende sproeikoppen elkaar overlappen en ter hoogte van het vaatwerk een overlappingshoek ol vertonen. Hierdoor wordt verkregen dat ter hoogte van het vaatwerk een nagenoeg homogene nevel gevormd wordt een en ander zodanig dat het vaatwasmiddel nagenoeg homogeen over het vaatwerk verdeeld wordt.
De sproeikoppen zijn bij voorkeur in een omgekeerde goot 3 gemonteerd, waarbij het kopgedeelte 5 zelf gedeeltelijk uit de goot uitsteekt terwijl het aansluitblok 6 van de sproeikop geheel in de goot is aangebracht. In die goot zijn verder toevoerleidingen 4· aangebracht die met de sproeikoppen verbonden zijn. Deze goot dient voor het beschermen en bevestigen van de sproeikoppen en de toevoerleidingen.
Om het leeglopen van de toevoerleiding welk het vaatwasmiddel toevoert, na het stopzetten van de machine te voorkomen, wordt in die toevoerleiding een terugslagklep opgenomen. Hierdoor bevindt er zich steeds vaatwasmiddel in de leiding waardoor bij het aanzetten van de machine dode tijden worden vermeden.
Bij voorkeur wordt in de leiding naar de bovenste en/of de onderste sproeikoppen een stelschroef opgenomen ten einde het debiet in te kunnen stellen en desgewenst boven en beneden een verschillend debiet in te stellen.
Figuur 2 laat een bovenaanzicht zien van een uitvoe-ringsvoorbeeld van een sproeikop volgens de uitvinding. De sproeikop 1 is bijvoorbeeld uit roestvrijstaal of uit kunststof zoals bijvoorbeeld PVC vervaardigd. De sproeikop 1 is aangesloten op een eerste 4 respectievelijk een tweede 7 toevoerleiding middels dewelke een vaat-wasmiddel respectievelijk een gas onder druk wordt aangevoerd. De druk van het aangevoerde gas bedraagt tussen 1,2 en 2 Bar en bij voorkeur tussen 1,3 en 1,5 Bar waardoor het totale gasverbruik beperkt blijft.
Het kopgedeelte van de sproeikop 1 is voorzien van openingen 8 waarin bijvoorbeeld schroeven zijn aan te brengen teneinde het kopgedeelte en het aansluitblok met elkaar te verbinden. Het kopgedeelte bevat verder een spieetvormige uitgang 9 die via een tweede kanaal 11 verbonden is met de tweede toevoerleiding 7. De spleet heeft bij voorkeur een breedte van 0,7 mm en bedraagt ten hoogste 1 mm. Een schotje 10 is nagenoeg evenwijdig aan de spleet 9 opgesteld en heeft een geleidingsfunktie zoals verderop zal worden beschreven. De sproeikop bevat verder een eerste kanaal 12 dat verbonden is met de eerste toevoerleiding 4 en uitmondt in een uitgang 13 waarvan de oppervlakte kleiner is dan 4 mm2 en de diameter bij voorkeur 0,6 mm bedraagt. De uitgang 13 bevindt zich buiten het vlak doorheen de spleet 9 en maakt een hoek, bij voorkeur van nagenoeg 90°, met genoemde vlak.
Zoals weergegeven in figuur 3 bevindt de uitgang 13 zich bovendien iets hoger dan de bovenkant van de spleet 9, en mondt deze uitgang uit op een tafel 14 waarvan het bovenvlak nagenoeg hetzelfde niveau heeft als het bovenvlak van het schotje 10.
Bij voorkeur vertoont het kopgedeelte van de sproeikop een schuin oplopende stootrand 15, welke zodanig is opgesteld dat het in de richting gegeven door de pijl 16 getransporteerde vaatwerk bij een eventuele storing in het transport eerst tegen de stootrand 15 zou aanstoten, waardoor de kans op beschadiging van de sproeikop aanzienlijk verminderd wordt. Immers wanneer bijvoorbeeld de sproeikop anders om zou worden opgesteld dan zou bij storing in het transport het vaatwerk tegen het schotje 10 en de spleet 9 kunnen terecht komen en aldus de sproeikop behoorlijk beschadigen. Gezien de positie van de uitgang 13 en de geometrie van het kanaal 12 was er toch al een meer aan materie vereist ter hoogte van het kanaal 12, zodat deze zone bijzonder geschikt was om aldaar de schuin oplopende stoot-rand 15 aan te brengen.
Het tweede kanaal 11 verloopt conisch naar de spleet 9 toe teneinde een verdichtingseffect ter hoogte van de spleet te realiseren.
Tussen het aansluitblok 18, waarin boringen 19, bij voorkeur voorzien van schroefdraad, zijn aangebracht en het kopgedeelte is een pakking 20 voorzien van een klein gleufje 17, om zo te zeggen een haarscheurtje, aangebracht. De pakking is uit flexibele kunststof of uit rubber vervaardigd en heeft een dimensie die aansluit bij diegene van het bovenvlak van het aansluitblok zodanig dat de pakking sluitend tussen het kopgedeelte en het aansluitblok is aan te brengen. Voor dit doeleinde is de pakking eveneens voorzien van corresponderende doorboringen ter hoogte van de openingen 8 en 19. Het gleufje 17 is ter hoogte van het eerste kanaal 12 aangebracht en vormt zodoende een weerstand voor het door te laten produkt waardoor er bereikt wordt dat, indien meerdere sproeikoppen op eenzelfde toevoerleiding zijn aangesloten, de druk opgebouwd door de stroom van het vaatwas-middel over alle sproeikoppen nagenoeg egaal verdeeld wordt en er zodoende wordt voorkomen dat de eerste sproeikop uit de rij meer vaatwasmiddel krijgt dan de laatste uit de rij. Figuur k illustreert genoemde gleufje 17 meer in detail en laat ook zien dat ter hoogte van het tweede toevoerkanaal een doorboring 21 is aangebracht waarvan de diameter nagenoeg overeenkomt met diegene van het tweede kanaal.
De bijzondere geometrie van de spieetvormige uitgang 9 zal nu nader worden toegelicht aan de hand van figuur 5. Zoals reeds beschreven verloopt het eindgedeelte van het tweede kanaal 11 iets conisch waardoor schuin opstaande zijwanden 22 ontstaan.
Het tweede kanaal mondt uit in een derde kanaal 23 waarvan de diameter aanzienlijk kleiner is dan diegene van het tweede kanaal.
Echter is de diameter van het derde kanaal groter dan de breedte van de spleet 9 en bedraagt de diameter van het tweede respectievelijk derde kanaal bijvoorbeeld 4,5 mm respectievelijk 1 mm, terwijl de spleet 0,7 mm bedraagt. Dit laatste houdt dus in dat het gas wat doorheen het derde kanaal 23 gestroomd is aanstoot tegen een wand 27 met een totale breedte van 0,3 mm. Deze wand vormt dus een weerstand voor de gasstroom waardoor het gas gedwongen wordt zich over de gehele breedte van de spleet te verspreiden en aldus waaiervormig naar buiten wordt gespoten.
De spleet vertoont een gekromde basis 26, bijvoorbeeld met een kromtestraal van 24 cm waardoor het reeds eerder genoemde waaiereffect versterkt wordt en een relatief grote uittreehoek aldus verkregen wordt zoals weergegeven door de stijpellijnen 27. Dé uittreehoek heeft bijvoorbeeld een waarde gelegen tussen 30° en 120°. Teneinde de gekromde basis een grotere lengte te geven zijn de uiteinde van de spleet bij voorkeur in gekromde opstaande vlakken 24 en 25 aangebracht. De kromtestraal van deze vlakken bedraagt bijvoorbeeld 9 cm. Immers wanneer ter hoogte van de wand 27 loodrecht opstaande zijvlakken zouden zijn aangebracht, zou dit basisvlak 26 zich over een kleinere lengte uitstrekken.
De werking van een sproeikop volgens de uitvinding zal nu nader worden beschreven. Door de tweede toevoerleiding 7 wordt gas onder druk, bijvoorbeeld perslucht afkomstig van een compressor, aangevoerd. Door de eerste toevoerleiding 4 wordt vaat-wasmiddel eveneens onder druk, bijvoorbeeld 1,3 bar, toegevoegd.
Het vaatwasmiddel is geconcentreerd, bijvoorbeeld van 30 tot 60 gewichtsprocenten vaste stof gehalte, en wordt niet, zoals gebruikelijk bij vaatwasmachines, eerst met water gemengd alvorens op het vaatwerk te worden gespoten. Het vaatwasmiddel wordt dus rechtstreeks uit een voorraadvat naar de eerste toevoerleiding 4 gevoerd zodat met zuiver geconcentreerd vaatwasmiddel wordt gewerkt.
Het vaatwasmiddel komt via het gleufje 17 in het eerst kanaal 12 terecht en bereikt zodoende de eerste uitgang 13.
Gezien de dimensie van de uitgang 13, bij voorkeur een diameter van 0,6 mm, is het debiet aan die uitgang klein en welt een geringe stroom vaatwasmiddel naar buiten waar het op de tafel 14 terecht komt. Het gas onder druk komt, zoals reeds beschreven, waaiervormig uit de spleet 9 en zal hierdoor het op de tafel 14 aanwezige vaatwas-middel opnemen. Gezien de kracht aanwezig in de gasstroom en de hoge concentratie van het vaatwasmiddel spat elke opgenomen druppel vaatwasmiddel uit elkaar waardoor deze zich nagenoeg homogeen en zeer fijn in de gasstroom zal verdelen. Er ontstaat als het ware een rookgordijn van vaatwasmiddel dat dan nagenoeg egaal over het af te wassen vaatwerk wordt verdeeld en zodoende zijn schoonmakende werking over het gehele oppervlak van het vervuild vaatwerk uitoefend.
Gezien de hoge concentratie werkt het vaatwasmiddel zeer effectief en is slechts een kleine kontakttijd nodig, bijvoorbeeld in de orde van 2 seconden. Het spuiten met een zeer fijne nevel heeft verder het voordeel dat het vaatwasmiddel een grote impact uitoefent op het vuil en het zetmeel aanwezig op het vaatwerk, wat niet het geval is wanneer er gespoten wordt met een waterige oplossing van vaatwasmiddel. Door deze grote impact wordt het vaatwerk grondig schoongemaakt en is nabehandeling zoals strippen overbodig geworden.
Door het gebruik van een zeer fijne nevel is het mogelijk om een nagenoeg homogene verdeling van het vaatwasmiddel te verkrijgen en zodoende op alle plaatsen, zelfs tot in diepe pannen, het vaatwasmiddel aan te brengen. De nagenoeg homogene verdeling gecombineerd met het gebruik van hoog geconcentreerd vaatwasmiddel heeft een dermate hoge reinigende werking dat, zoals reeds vermeld het periodiek strippen van het vaatwerk overbodig wordt.
Door gebruik te maken van een sproeikop met een aparte uitgang voor het vaatwasmiddel en een aparte uitgang voor het gas onder druk in de plaats van het spuiten met een waterige oplossing van het wasmiddel zoals gebruikelijk, wordt enerzijds de kans op verstopping van de sproeikop en zodoende de storingsgevoeligheid van de inrichting aanzienlijk verminderd, immers het gas onder druk zal eventuele verontreinigingen wegblazen, en anderzijds doordat geen water wordt gebruikt is er ook in de hoofdwasfase geen produktie van afvalwater, waardoor de totale produkten van afvalwater voor het gehele proces aanzienlijk verminderd wordt. Gezien dit laatste facet biedt de werkwijze volgens de uitvinding bovendien een milieu vriendelijke oplossing.
Het schotje 10, waarvan het bovenvlak iets hoger gelegen is dan de spleet 9, heeft, zoals reeds vermeld, een geleidings-funktie. Bij voorkeur is het bovenvlak van het schotje 10 op dezelfde hoogte gelegen als de tafel 14 wat het vervaardigen van de sproeikop vereenvoudigd aangezien beide vlakken tijdens eenzelfde freezbewerking te vervaardigen zijn. Het schotje geleidt het uit de spleet tredende gas door te verhinderen dat het gas zich loodrecht op het vlak van de spleet over een te grote afstand ter hoogte van de spleet zou kunnen verplaatsen. Verder verhindert het schotje 10 ook dat het vaatwasmiddel uit de zone rond de spleet 9 zou treden.
Zoals reeds vermeld is de sproeikop niet alleen geschikt om te worden gebruikt in een vaatwasinrichting maar zijn andere toepassingen ook mogelijk. Zo is het bijvoorbeeld mogelijk om een rij sproeikoppen in een tuinbouwkast aan te brengen en er insecticides, c.q. vloeibare meststoffen mee te vernevelen.

Claims (15)

1. Werkwijze voor het middels een sproeikop, die een eerste uitgang bevat, vernevelen van een geconcentreerd vloeibaar produkt over een voorwerp, daardoor gekenmerkt, dat als produkt een produkt met een concentratie van ten minste 30 gewichtsprocenten vaste stof gehalte naar de eerste uitgang wordt geleid en dat een gas onder druk naar een tweede in de nabijheid van de eerste uitgang aangebrachte spieetvormige uitgang van de sproeikop wordt geleid en aldaar waaiervormig naar buiten wordt gespoten, en waarbij het uit de eerste uitgang tredende produkt in het uit de spleet tredende gas wordt geleid en aldaar verneveld wordt.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt, dat als produkt een produkt met een concentratie van ten hoogste 60 gewichtsprocenten vaste stofgehalte wordt gebruikt.
3. Werkwijze volgens conclusie 1 of 2, daardoor gekenmerkt, dat het gas onder een druk gelegen tussen 1,2 en 2 bar en bij voorkeur tussen 1,3 en 1,5 bar naar de tweede uitgang wordt geleid.
4. Werkwijze volgens één der conclusies 1-3, daardoor gekenmerkt, dat het produkt onder druk naar de eerste uitgang wordt geleid.
5. Werkwijze volgens één der conclusies 1-4, daardoor gekenmerkt, dat als produkt een vaatwasmiddel wordt gebruikt en waarbij de aldus gevormde nevel over af te wassen vaatwerk wordt verspreid.
6. Sproeikop voor het vernevelen van een geconcentreerd vloeibaar produkt, bevattende een eerste ingang en een eerste uitgang, daardoor gekenmerkt, dat de sproeikop een tweede ingang bevat voor het toevoeren van een gas onder druk en de eerste ingang voorzien is voor het toevoeren van genoemd produkt onder druk, welke eerste respectievelijk tweede ingang via een eerste respectievelijk tweede kanaal verbonden is met genoemde eerste uitgang respectievelijk een tweede in de nabijheid van de eerste uitgang aangebrachte spieetvormige uitgang, en waarbij de uittree oppervlakte van genoemde eerste uitgang kleiner is dan 4 mm2 en de breedte van genoemde tweede spleet vormige uitgang ter hoogste 1 mm bedraagt.
7. Sproeikop volgens conclusie 6, daardoor gekenmerkt, dat genoemde spieetvormige uitgang een gekromde basis bevat.
8. Sproeikop volgens conclusie 7, daardoor gekenmerkt, dat de uiteinden van de spieetvormige uitgang in gekromde opstaande vlakken zijn aangebracht.
9. Sproeikop volgens één der conclusies 6-8, daardoor gekenmerkt, dat genoemde tweede kanaal uitmondt in een derde kanaal met een diameter kleiner dan diegene van het tweede kanaal en groter dan de spleetbreedte.
10. Sproeikop volgens één der conclusies .6-9, daardoor gekenmerkt, dat de eerste uitgang nagenoeg loodrecht uitmondt op een vlak doorheen de spieetvormige uitgang.
11. Sproeikop volgens conclusie 10, daardoor gekenmerkt, dat de eerste uitgang hoger dan genoemde spieetvormige uitgang is aangebracht.
12. Sproeikop volgens conclusie 10 of 11, daardoor gekenmerkt, dat tussen genoemde eerste en tweede uitgang een tafel is aangebracht waarvan het bovenvlak nagenoeg op dezelfde hoogte als de eerste uitgang is aangebracht.
13. Sproeikop volgens één der conclusies 6 - 12, daardoor gekenmerkt, dat nagenoeg evenwijdig aan een vlak doorheen de spieetvormige uitgang een schotje is aangebracht waarvan het bovenvlak iets hoger gelegen is dan de spieetvormige uitgang.
14. Sproeikop volgens één der conclusies 6 - 13, daardoor gekenmerkt, dat de sproeikop een kopgedeelte en een aansluit-blok bevat en dat tussen kopgedeelte en aansluitblok een pakking voorzien van een gleufje ter hoogte van het eerste kanaal is aangebracht.
15. Vaatwasinrichting voorzien van ten minste één sproeikop volgens één der conclusies 6-14, daardoor gekenmerkt, dat de sproeikop een eerste uitgang en een tweede spieetvormige uitgang bevat. UITTREKSEL "Werkwijze en sproeikop voor het vernevelen van een geconcentreerd vloeibaar produkt" Sproeikop voor het vernevelen van een geconcentreerd vloeibaar-produkt, bevattende een eerste ingang en een eerste uitgang, alsook een tweede ingang voor het toevoeren van een gas onder druk, waarbij de eerste ingang voorzien is voor het toevoeren van genoemd produkt onder druk, welke eerste respectievelijk tweede ingang via een eerste respectievelijk tweede kanaal verbonden is met genoemde eerste uitgang respectievelijk een tweede in de nabijheid van de eerste uitgang aangebrachte spieetvormige uitgang, en waarbij de uittree oppervlakte van genoemde eerste uitgang kleiner is dan ((mm2 en de breedte van genoemde tweede spieetvormige uitgang ten hoogste 1 mm bedraagt. Figuur 2.
NL9001543A 1990-07-05 1990-07-05 Werkwijze en sproeikop voor het vernevelen van een geconcentreerd vloeibaar produkt. NL9001543A (nl)

Priority Applications (6)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL9001543A NL9001543A (nl) 1990-07-05 1990-07-05 Werkwijze en sproeikop voor het vernevelen van een geconcentreerd vloeibaar produkt.
AT91870106T ATE117186T1 (de) 1990-07-05 1991-07-04 Verfahren und sprühkopf zum zerstäuben einer konzentrierten flüssigkeit.
EP91870106A EP0465454B1 (en) 1990-07-05 1991-07-04 Method and spray head for atomizing a concentrated liquid product
DE69106792T DE69106792T2 (de) 1990-07-05 1991-07-04 Verfahren und Sprühkopf zum Zerstäuben einer konzentrierten Flüssigkeit.
DK91870106.1T DK0465454T3 (da) 1990-07-05 1991-07-04 Fremgangsmåde samt sprøjtehoved til forstøvning af et koncentreret flydende produkt
ES91870106T ES2069872T3 (es) 1990-07-05 1991-07-04 Metodo para atomizar un producto liquido concentrado.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL9001543A NL9001543A (nl) 1990-07-05 1990-07-05 Werkwijze en sproeikop voor het vernevelen van een geconcentreerd vloeibaar produkt.
NL9001543 1990-07-05

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL9001543A true NL9001543A (nl) 1992-02-03

Family

ID=19857375

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL9001543A NL9001543A (nl) 1990-07-05 1990-07-05 Werkwijze en sproeikop voor het vernevelen van een geconcentreerd vloeibaar produkt.

Country Status (6)

Country Link
EP (1) EP0465454B1 (nl)
AT (1) ATE117186T1 (nl)
DE (1) DE69106792T2 (nl)
DK (1) DK0465454T3 (nl)
ES (1) ES2069872T3 (nl)
NL (1) NL9001543A (nl)

Families Citing this family (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE4434498C2 (de) * 1994-09-27 1996-12-12 Henkel Ecolab Gmbh & Co Ohg Verfahren zum Reinigen von Geschirr in gewerblichen Geschirrspülmaschinen und zur Durchführung des Verfahrens geeignete Geschirrspülmaschine
NL1006700C2 (nl) * 1997-07-31 1999-02-02 Epenhuysen Chem Nv Machinale vaatwaswerkwijze, reinigingssamenstelling daarvoor, toepassing van een reinigingssamenstelling in die vaatwaswerkwijze alsmede vaatwasmachine voor het uitvoeren van die werkwijze.
EP0980668A3 (en) * 1998-08-18 2002-05-22 Epenhuysen Chemie N.V. Method for dispensing a fluid, method for generating foam and systems to carry out said methods
JP4075842B2 (ja) 2004-04-12 2008-04-16 松下電器産業株式会社 食器洗い機
US7988789B2 (en) 2008-10-09 2011-08-02 Whirlpool Corporation System and method for low temperature hydration of food soils
US9962059B2 (en) 2014-05-08 2018-05-08 Illinois Tool Works Inc. Warewasher wash arm filter arrangement

Family Cites Families (8)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE75208C (de) * W. BAARS in Hannover, Cellerstr. 55 Zerstäuber
DE193433C (nl) *
DE447937C (de) * 1926-02-19 1927-07-30 Richard Schultheiss Zerstaeuberduese
US1888791A (en) * 1930-09-27 1932-11-22 Harry C Cole Spraying method and machine
US2910391A (en) * 1954-07-28 1959-10-27 Ohio Commw Eng Co Method of applying aerosol detergent fog
BE763453A (fr) * 1971-02-25 1971-07-16 Soilax Benelux S A Rampe d'amenee d'eau de rincage pourvue de gicleurs de pulverisation.
US4046321A (en) * 1975-04-03 1977-09-06 Kem-O-Kleen, Inc. High pressure spray cleaning head
DE3707366A1 (de) * 1987-03-07 1988-09-15 Diversey Gmbh Verfahren zur kontinuierlichen oder diskontinuierlichen maschinellen reinigung von gebrauchsgeschirr

Also Published As

Publication number Publication date
DE69106792T2 (de) 1995-09-07
DK0465454T3 (da) 1995-06-19
ATE117186T1 (de) 1995-02-15
DE69106792D1 (de) 1995-03-02
EP0465454A1 (en) 1992-01-08
ES2069872T3 (es) 1995-05-16
EP0465454B1 (en) 1995-01-18

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US4608064A (en) Multi-wash spray booth and method of capturing air borne particles
NL1006604C1 (nl) Inrichting en werkwijze voor het reinigen van oppervlakken.
US5497798A (en) Conveyor dishwasher
AU609498B2 (en) Dispenser
KR101370690B1 (ko) 약제를 나노포그 미립화 상태로 분무하여 최상 방제 효과를 얻고 농약중독 예방이 가능한 무인방제시스템
US5613594A (en) Conveyor belt treatment apparatus
US4393538A (en) Scrubber with foam and spray suppressor
JPS6133271A (ja) 基材スプレ被覆システム
CN1972621A (zh) 传送带式餐具清洗机及其运行方法
US4289276A (en) Improved apparatus for cleaning vehicles
US4567818A (en) Circular spray booth
NL9001543A (nl) Werkwijze en sproeikop voor het vernevelen van een geconcentreerd vloeibaar produkt.
US11832624B2 (en) Multi-angle carcass wash systems, wash cabinets including same, and related methods
EP0058507B1 (en) Powder dispenser
KR101941546B1 (ko) 금속 스트립의 후처리용 장치 및 방법
DE3922067A1 (de) Verfahren zum spuelen von gebrauchsgeschirr und geschirrspuelmaschine zum durchfuehren des verfahrens
CN112423903A (zh) 高压清洗装置、清洁分散液以及高压清洗装置相对于表面的布置
US2898881A (en) Apparatus for spraying waxy substances onto fruit surfaces
EP0980668A2 (en) Method for dispensing a fluid, method for generating foam and systems to carry out said methods
EP3111782B1 (en) Device for optimizing fruit washing
EP0783264B1 (de) Verfahren zum reinigen von geschirr in gewerblichen geschirrspülmaschinen und zur durchführung des verfahrens geeignete geschirrspülmaschine
NL9500254A (nl) Machinaal vaatwasproces.
DE102018104009B4 (de) System und Verfahren zum Trocknen von Spülgut
NL1012852C2 (nl) Werkwijze voor het doseren van een fluïdum, werkwijze voor het maken van een schuimende vloeistof, alsmede apparatuur voor het uitvoeren van die werkwijzen.
WO2016050591A1 (de) Wäschepflegegerät mit einem umlenkelement

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
DNT Communications of changes of names of applicants whose applications have been laid open to public inspection

Free format text: EPENHUYSEN CHEMIE N.V.

BV The patent application has lapsed