NL9001109A - Gelijktijdig aanbrengen van een coating op oppervlak en rand van een glasvezelbekleding voor leidingen. - Google Patents

Gelijktijdig aanbrengen van een coating op oppervlak en rand van een glasvezelbekleding voor leidingen. Download PDF

Info

Publication number
NL9001109A
NL9001109A NL9001109A NL9001109A NL9001109A NL 9001109 A NL9001109 A NL 9001109A NL 9001109 A NL9001109 A NL 9001109A NL 9001109 A NL9001109 A NL 9001109A NL 9001109 A NL9001109 A NL 9001109A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
coating
blanket
edge
spreading
top surface
Prior art date
Application number
NL9001109A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Manville Corp
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Manville Corp filed Critical Manville Corp
Publication of NL9001109A publication Critical patent/NL9001109A/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B05SPRAYING OR ATOMISING IN GENERAL; APPLYING FLUENT MATERIALS TO SURFACES, IN GENERAL
    • B05CAPPARATUS FOR APPLYING FLUENT MATERIALS TO SURFACES, IN GENERAL
    • B05C3/00Apparatus in which the work is brought into contact with a bulk quantity of liquid or other fluent material
    • B05C3/18Apparatus in which the work is brought into contact with a bulk quantity of liquid or other fluent material only one side of the work coming into contact with the liquid or other fluent material

Landscapes

  • Laminated Bodies (AREA)
  • Moulding By Coating Moulds (AREA)
  • Rigid Pipes And Flexible Pipes (AREA)
  • Application Of Or Painting With Fluid Materials (AREA)
  • Duct Arrangements (AREA)

Description

GELIJKTIJDIG AANBKENGEN VAN EEN COATING OP OPPERVLAK EN RAND VAN EEN GLASVEZELBEKLEDING VOOR LEIDINGEN
De uitvindig heeft in hoofdzaak betrekking op een werkwijze en een inrichting voor het coaten van het oppervlak van een relatief dichte glasvezeldeken om een bekledingsvoortbrengsel voor een leiding te vormen en meer in het bijzonder op een werkwijze en een fabricage-inrichting voor het gelijktijdig aanbrengen van een coating op een hoofdoppervlak en op de randoppervlakken van een glasvezeldeken om een leidingbekledingsvoortbrengsel van glasvezels te maken waarvan alle oppervlakken die blootgesteld worden aan door de leiding heengaande lucht gecoat zijn met een toepasbare coating.
Het is welbekend en standaardpraktijk om een relatief dichte laag flexibele glasvezel te gebruiken als een inwendige bekleding voor leidingwerken in verwarmings-, ventilatie- en air-conditioningtoepassingen. Dergelijke bekledingen functioneren als een isolatie om de temperatuur van de lucht in de leiding te behouden en condensatie van de buitenoppervlakken van de leiding te voorkomen en tegelijkertijd doelmatige geluidsabsorptie te verschaffen voor het controleren van door de lucht veroorzaakte geluiden. Doordat de glasvezelbekleding zich aan de binnenzijde van de leiding en daardoor aangrenzend aan de met hoge snelheid voortbewogen lucht bevindt is het volgens bepaalde federale, staats-, lokale en handelsovereenkomstbepalingen een vereiste dat de bekleding aan bepaalde normen moet voldoen voor gebruik in een dergelijke omgeving.
Eén van de typische normen waaraan de bekleding voldoen moet is een weerstand tegen erosie als gevolg van de door de leiding heen stromende lucht. Een dergelijke norm verlangt dat de leidingbekledingen niet wegbreken, afschilferen, sporen van de-laminatie of voortgezette erosie tonen wanneer lucht doorgevoerd wordt door kenmerkende gedeelten op een snelheid van twee en een half maal de nominale snelheid, echter niet lager dan ongeveer 25 xn/sec (5000 ft/min). Om aan een dergelijke norm te voldoen coaten fabricanten van glasvezelbekledingen voor leidingen daarom het vlak van de glasvezeldeken dat blootgesteld zal worden aan de lucht met een coating, die erosie van glasvezels van een dergelijk oppervlak onder de bovengenoemde omstandigheden voorkomt. Dergelijke coatings kunnen gevormd worden door een berubberd of kunststofmateriaal dat op dat oppervlak van het glasvezel aangebracht wordt en na gehard te zijn een taaie huid op een dergelijk oppervlak vormt. Op alternatieve wijzé, of in samenhang daarmee, kan een laag weefsel, zoals van een Chicopee materiaal op een dergelijk oppervlak van het glasvezel gehecht worden.
Zoals kenmerkend is in de industrie leveren de fabricanten van glasvezelbekledingen voor leidingen ook rollen van glasvezelbekledingen voor leidingen, in lengten van ongeveer 30 meter (100 voet) en in standaardbreedtes die variëren van ongeveer 0,6 m tot 1,5 m(2-5 voet), aan verwarming-, ventilatie- en aircon-ditioninginstallateurs die de leidingen installeren. De installateur op zijn beurt hecht de glasvezelbekleding voor de leiding, vaak in een automatische spoelgang, op een oppervlak van het blad-metaal, met de gecoate zijde van de leidingbekledig blootgesteld, waarna de combinatie van het bladmetaal en de leidingbekleding op stukken van standaardlengten gesneden worden die daarna tot stukken met èen "L"-vorm gevormd worden. Twee van dergelijke L's tegenover elkaar geplaatst en samengevoegd langs hun samengaande randen verschaffen daardoor een leidingstuk waarvan de glasvezelbekleding het binnenoppervlak vormt. Zoals hierna duidelijker uiteengezet zal worden, kan elk eind van een leiding, die op de bovenbeschreven manier gevormd is, een blootgesteld glasvezelbekledingrandoppervlak bezitten.
Tot nu toe is het niet praktijk geweest van fabrikanten van glasvezelbekledingen voor leidingen om het gedeelte van de bekleding dat dit randoppervlak vormt te coaten; aangezien de dikte van een dergelijke rand vanwege de diktevariaties van de glasvezelbekleding, niet steeds constant is, kan een verbinding van twee van dergelijke leidinggedeelten een gedeelte van het niet—ge- coate randoppervlak blootgesteld hebben aan de luchtstroom en een potentieel erosiegebied verschaffen. Om te voldoen aan de toepasselijke normen voorziet de installateur in de praktijk derhalve dergelijke blootgestelde randen van het glasvezel van een coating. Gewoonlijk wordt dit gedaan terwijl de L-vormige stukken seriegewijs gestapeld worden zodat hun randen blootgesteld worden. Dit coaten vindt op kenmerkende wijze plaats met hetzelfde hechtmiddel dat toegepast wordt voor het aan het bladmetaal hechten van de glasvezels en kan met de hand gedaan worden, zoals met een spuitpistool, borstel of een roller, terwijl de L-vormige stukken zich in hun gestapelde toestand bevinden. Het is echter duidelijk dat dit de installateur meer werk verschaft en dat dit kan leiden tot een nogal smerige, onaantrekkelijke en potentieel gevaarlijke omgeving waar het hechtmiddel lukraak gesproeid of aangebracht wordt. Verder kan het zijn dat een dergelijke hechtende coating in feite niet voldoet aan erosienormen.
De onderhavige uitvinding verschaft een werkwijze en inrichting voor het gelijktijdig en doorlopend coaten van het blootgestelde hoofdoppervlak van een glasvezelbekleding voor leidingen met een oppervlaktecoatend materiaal dat erosie voorkomt en het met hetzelfde materiaal, coaten van de randoppervlakken van de glasvezelbekleding voor leidingen zodat alle oppervlakken van de leidingbekleding, die blootgesteld worden of potentieel blootgesteld kunnen worden aan de luchtstroming indien een luchtleiding gevormd is, gecoat zijn door het materiaal, waardoor de vroegere noodzaak voor de installateur om de randoppervlakken bij fabricage van de leidingen met de hand te coaten opgeheven wordt.
De uitvinding zal nu nader beschreven worden aan de hand van het in de tekeningen weergegeven voorbeeld.
Pig. 1 is een schematisch aanzicht van een automatische spoelgang om de kenmerkende werkwijze te illustreren waarop de installateur leidingen vormt met een inwendige glasvezelbekleding; fig. 2 is een isometrisch aanzicht van L-vormige stukken, met bekleding gecoat bladmetaal, die, voorafgaande aan samenvoeging voor het vormen van een beklede leiding gestapeld zijn; fig. 3 is een isometrisch aanzicht van een leiding die gevormd is van de beklede L-vormige stukken van fig. 2, waarbij het blootgestelde randoppervlak van de glasvezelbekleding weergegeven is; fig. 4 is een isometrisch, schematisch aanzicht van de werkwijze en de inrichting volgens de uitvinding voor het gelijktijdig coaten van een hoofdoppervlak en het randoppervlak van de glasvezelbekleding voor leidingen volgens de uitvinding; fig. 5 is een schematisch zijaanzicht van een gedeelte van fig. 4, waarbij het aanbrengingsblad en de binnengelegen bijsnij-schijven geïllustreerd zijn; fig. 6 is een vergroot, isometrisch, schematisch aanzicht van een gedeelte van fig. 4, waarbij het coatingmateriaal weergegeven wordt, zoals dat aangebracht wordt op het hoofdoppervlak en een randoppervlak; fig. 7 is een vergroot, isometrisch aanzicht van een gedeelte van fig. 4, waarbij de verdeling en het verspreiden van het coatingmateriaal op het hoofdoppervlak en één binnengelegen randoppervlak van een aan de binnenzijde bijgesneden glasvezeldeken weergegeven wordt; fig. 8 is een isometrisch aanzicht van het rand-smerende mechanisme, kenmerkend voor buitengelegen randoppervlak-ken; en fig. 9 is een isometrisch aanzicht van het rand-smerende mechanisme, kenmerkend voor tegenover elkaar liggende, binnengelegen randoppervlakken van een verdeelde glasvezeldeken.
In fig. 1 is een automatische spoelgang weergegeven óm de aanbrenging van het glasvezelbekledingsmateriaal voor leidingen op bladmetaal voor het vormen van een beklede, luchtdoorvoeren-de leiding te illustreren. Deze handeling wordt kenmerkend uitgevoerd door een verwarmings-, ventilatie- en airconditioninginstal-lateur, die verplicht is om leidingen te leveren die voldoen aan s-tandaardkriteria voor, onder andere, de erosie van de leidingbe- kleding. Zoals te zien is in fig. 1 wordt aldus een rol bladmetaal-materiaal 10 afgerold en wordt hechtmiddel 12 op één oppervlak aangebracht. Daarna wordt een rol glasvezelbekleding 14 voor leidingen, zoals geleverd door de fabricant daarvan, afgerold en op hechtende en mechanische wijze (dat wil zeggen door metale bindingen, niet weergegeven) bevestigd op het bladmetaaloppervlak. De glasvezelbekleding 14 voor leidingen, zoals die geleverd wordt door de fabricant, is op kenmerkende wijze op het bovenvlak 14a gecoat met een coating, die in staat is om te voldoen aan de erosienormen van bestuurlijke en vergunningverlenende instanties. Nadat de glasvezelbekleding voor leidingen op het bladmetaal gehecht is, wordt het metaal gescheiden in stukken met standaardlengten, zoals ter plaatse van 16, die vervolgens in een vormer 17 geplaatst worden waarin het platte metalen stuk, bedekt door het bekledingsmateriaal, gevormd wordt tot een rechthoekig L-vormig stuk 18, waarbij de glasvezelbekleding 14 voor leidingen op de binnenoppervlakken gelegen is. De breedte van het bladmetaal is een standaardbreedte die een standaardlengte voor een leidinggedeelte verschaft. Begrepen wordt dat de glasvezelbekleding 14 voor leidingen ook geleverd wordt in een standaardbreedte die past bij het bladmetaal, zodat de standaardlengte-leiding gefabriceerd kan worden.
In fig. 2 is te zien dat een aantal van dergelijke L-vormige stukken 18, voorafgaand aan het vervaardigen van de voltooide leiding op een kenmerkende wijze voor opslag gestapeld worden. In een dergelijke toestand zijn de randoppervlakken 20 van de ft glasvezelbekleding 14 blootgesteld en het is kenmerkend dat de installateur in een dergelijke gestapelde toestand coating aanbrengt op de randoppervlakken 20 van de leidingbekleding door het met de hand opspuiten of anderzins aanbrengen, zoals met behulp van een rol of een borstel, van het hechtmiddel of ander randcoatend materiaal, zodat alle oppervlakken van de glasvezelbekleding die blootgesteld zullen of kunnen worden aan de luchtstroming erosiebesten-dig zullen zijn.
Fig. 3 toont een voltooid leidinggedeelte 22, dat gevormd is door het samenvoegen van twee L-vormige stukken 18, waarbij de glasvezelbekleding het binnenoppervlak vormt. Zoals daar te zien is heeft de glasvezelbekleding 14 een randoppervlak 20, dat tegen ofwel een bovenstrooms ofwel een benedenstrooms gelegen aangrenzend leidinggedeelte aan zal komen, waarbij, afhankelijk van het bij elkaar passen van de diktes van de randoppervlakken van de aangrenzende gedeelten, bepaalde randoppervlakgedeelten blootgesteld kunnen worden aan de luchtstroming in de leiding.
In fig. 4 worden de werkwijze en inrichting volgens de uitvinding getoond, waarbij het doorlopend coaten van één oppervlak van de glasvezelbekleding uitgevoerd wordt samen met het coaten van de voorheen niet-gecoate en blootgestelde randoppervlakken 20 van de glasvezelbekleding 14. Begrepen moet worden dat de fabri-cant voor glasvezelbekledingen voor leidingen bovenstrooms van fig. 4 een toevoer van met hars gecoat, gehard glasvezelmateriaal samengedrukt heeft tot de geschikte dichtheid en tot een deken gevormd heeft die voortbeweegt in de richting van de in fig. 4 weergegeven pijlen. Deze deken van glasvezelmateriaal 14 wordt eerst langs de tegenovergestelde randen van de glasvezeldeken bijgesneden door bij snij schijven 24 om de deken bij te snijden tot een standaardbreedte W. Een dergelijke breedte W is op kenmerkende wijze een standaardbreedte, die past bij de breedte van het de leiding vormende bladmetaal 10. De breedte W kan echter ook een veelvoud bedragen van een dergelijke standaardbreedte, zodat de binnengelegen bij snij schijven 26 gebruikt worden voor het scheiden van de baan met breedte W tot meerdere afzonderlijke standaardbanen. Dergelijke meerdere banen zijn in de aanvrage weergegeven om te illustreren dat de binnenrandoppervlakken 20a van dergelijke meerdere banen ook bijkomend gecoat worden tegelijk met het tegenoverliggende randop-pervlak 20.
In fig. 4 is verder te zien dat volgend op het bijsnijden van de glasvezeldeken tot standaardbreedtes de deken vervolgens onderworpen wordt aan een coatingbehandeling, waarbij een geschikt coatingmateriaal 28 opgebracht wordt op het bovenoppervlak van beide gescheiden gedeelten van de deken. In dit geval wordt het materiaal 28 opgebracht via een verdeelkop 30, die, zoals door mid del van standaars 29, opgehangen is aan een aanbrengingsblad 32, dat juist benedenstrooms de kop 30 aangebracht is door middel van een verstelbaar monteringsmechanisme 34, dat het aanbrengingsblad 32 naar de gewenste positie aangrenzend aan het bovenoppervlak van de deken kan heffen.
Opgemerkt wordt het aanbrengingsblad 32 gevormd kan worden ofwel door twee afzonderlijke bladen, die zich van rand tot rand van het betreffende gedeelte van de deken uitstrekken, ofwel door een enkel blad, dat zich over de volledige breedte W uitstrekt. In beide gevallen is te zien dat het blad 32 neerwaarts helt in de richting van voortbeweging van de deken. Het coatingma-teriaal 28 wordt onder druk geleverd uit een reservoir 36 naar de respectieve verdeelkoppen 30, zoals via de toevoerleidingen 31, en wordt geleverd in een hoeveelheid die voldoende is om een poel van een overmaat van materiaal tussen de verdeelkop 30 en het aanbreng-blad 32 te vormen op elk betreffend gedeelte van de deken, zodat het aanbrengingsblad 32, wanneer dit zich in de juiste positie bevindt, zorgt voor een gelijkmatige verdeling en coating van het materiaal 28 over het blootgestelde bovenoppervlak van de deken en daarbij een gedeelte van het materiaal richt om over de tegenoverliggende randoppervlakken 20 te vloeien.
Een damdeel 38 is op een nader te beschrijven wijze op schuifbare wijze op het blad 32 aangebracht, aangrenzend aan elk bijgesneden buiten- of randoppervlak 20 van de deken. Een ander damdeel 38a is op gelijksoortige wijze aangebracht op het blad 32 aangrenzend en tussen elk binnengelegen randoppervlak 20a (indien een doorlopend blad gebruikt wordt, dan wordt damdeel 38a van een te beschrijven constructie gebruikt; indien echter twee afzonderlijke bladen 32 gebruikt worden, dan zouden twee eerder genoemde damdelen 38 gebruikt kunnen worden op elk blad aangrenzend aan de binnengelegen als de buitengelegen randoppervlakken ). Elk damdeel 38 en 38a is in lijn geplaatst met het aanbrengingsblad 32, waarbij het damdeel 38 een buitenwand 39 bepaalt, die het coatingmateriaal 28, dat door het aanbrengingsblad 32 gericht is om over de randen te vloeien, opsluit, en beide damdelen 38 en 38a bepalen verder respectievelijk, juist aangrenzend aan het randoppervlak 20 en 20a, een bladachtig deel 40,'40a, dat zodanig onder een hoek gelegen is, dat een materiaallaag 28 aangebracht wordt op de randoppervlakken 20 en 20a en de daardoor of tussen aangrenzende binnenrandopper-vlakken 20a opgesloten overmaat aan materiaal 28 te gehercirculeerd wordt naar de poel op het bovenoppervlak van de deken* Erkend wordt dat de deken samengedrukt is en enige stijfheid heeft in de verticale richting. De randoppervlakken 20, 20a waarmee de randcoating-mechanismen 38 en 38a in contact moeten komen zijn echter enigszins minder stijf en kunnen mogelijk, als gevolg van hun flexibliteit, geen uniforme coating van het materiaal 28 ontvangen* Derhalve zijn rollen 42, zoals verfrollers, benedenstrooms en aangrenzend aan de randoppervlakken 20 geplaatst om contact te maken met de gecoate randoppervlakken 20 om het materiaal gelijkmatig te verdelen over dergelijke oppervlakken. Kleinere maar gelijksoortige rollen 54 (zie fig. 7) zijn evenzo aangebracht om contact te maken met de binnengelegen randoppervlakken 20a.
Doordat het coatingmateriaal 28 bok moet voldoen aan bepaalde normen met betrekking tot vlamvertraging is het kenmerkend dat een dergelijk materiaal een op water gebaseerd materiaal is en de gecoate oppervlakken als zodanig daarna voorverwarmd worden door doorvoering door een infrarode verwarmer 44, die gevormd is om alle gecoate oppervlakken bloot te stellen aan infrarode warmte, om het bovènoppervlak en de randoppervlakken voor te drogen door de waterbasis te verdampen. Daarna gaat de gecoate glasvezeldeken voort door een afsluitend hardingsstation, zoals een convectie-roven 46, die verwarmers omvat voor het uiteindelijke harden van de aangebrachte coating. De glasvezeldeken 14 wordt daarna op een opneemrol gerold in standaardlengten, zoals 100 voet, voor levering aan de installateur.
In fig. 5 is weergegeven dat de centrale strook glasvezeldeken, die bijgesneden is om de deken tot meerdere stan-kaardbanen te verdelen, terzijde gevoerd wordt* Dit kan op voor wat voorkeursmanier uitgevoerd worden, maar weergegeven is dat de afvalstroom beneden de deken gevoerd wordt voorafgaande aan het aan brengen van het coatingmateriaal 28, op de binnenrandoppervlakken 20a. Verder is te zien dat het damdeel 38a, zoals aangebracht op blad 32, voorzien is van een opwaarts en voorwaarts uitstekend blad 40a met een rand die dicht bij het randoppervlak 20a van de deken gelegen is, waardoor de rand het coatingmateriaal op het randoppervlak 20a spreidt en de opwaartse helling overmaat aan coatingmateriaal terugleidt naar de poel op de bovenoppervlakken (zoals aangegeven met de pijl).
Fig. 6 toont een vergroot gedeelte van het coa-tingstation van fig. 4 en daarin is te zien dat het coatingmateriaal 28, zoals toegevoerd naar de kop 30, geregeld kan worden door een afsluitermechanisme 50 op elke kop 30 om daardoor de hoeveelheid materiaal 29 die toegevoerd wordt te regelen* Ook zijn, in samenhang met verwijzingen naar de figuren 8 en 9, de vormen van de damdelen 38 en 38a duidelijker weergegeven. Zoals daarin te zien is is elk damdeel 38, 38a voorzien van uitwendige lijsten 45 voor het schuifbaar monteren van de delen op het blad 32· Het buitengelegen damdeel 38 heeft een uitwendige wand 39, die in samenwerking met het vlakke horizontale bodemoppervlak 48 en het diagonale vlakke bovenoppervlak 52 het coatingmateriaal 25 omvat binnen het deel 38, zodat overmaat aan materiaal niet ontsnappen kan maar door blad 40 gehercirculeerd zal worden zoals eerder beschreven is* Het binnengelegen deel 38a heeft geen buitenwand 39 maar hangt af van de tegenovergestelde randoppervlakken 20a van de gespleten deken om het vlakke bodemoppervlak 48a en het diagonale bovenoppervlak 52a bij te staan in het omvatten van de overmaat aan materiaal 28 en dit te redistrubueren naar de bovengelegen poelen* Te zien is echter dat de bodemoppervlakken 48 en 48a zich in horizontale richting aangrenzend en onder de deken uitstrekken, zodat de deken enigszins op deze oppervlakken beweegt en het materiaal 28 op verdergaande wijze binnen de damdelen 38 en 38a opgesloten wordt.
Fig. 7 illustreert verder het binnengelegen damdeel 38a zoals geplaatst binnen de spleet om op gelijktijdige wijze het overgevloeide materiaal 28 van elke deken naar de betreffende binnengelegen randoppervlakken 20a te voeren. Ook getoond zijn binnen gelegen rollen 54, die op verstelbare wijze benedenstrooms het dam-deel 38a aangebracht zijn voor het gelijkmatig maken van de aanbrenging of het spreiden van het coatingmateriaal op de binnengelegen randoppervlakken. Het is duidelijk dat deze rollen 54 en rollen 42 naar aanraking met randoppervlakken gespannen zouden kunnen worden voor aanpassing aan oneffenheden in het bijgesneden randopper-vlak.
Aldus, zoals in het bovenstaande beschreven is, wordt een glasvezelbekleding 14 voor leidingen verschaft die niet alleen het hoofdoppervlak gecoat heeft met het materiaal voor het voorkomen van erosie, maar tegelijkertijd ook de blootgestelde randoppervlakken 20, 20a gecoat heeft, zodat de bekleding, zoals geleverd aan de installateur, door deze niet verder gecoat hoeft te worden om te voldoen aan de vereisten en normen voor het voorkomen van erosie van het materiaal, waardoor de installateur ontslagen wordt van de plicht om de randen van het leidingbekledingsmateriaal te behandelen tijdens verdere behandeling en vervaardiging»

Claims (9)

1. Werkwijze voor het vormen van een oppervlak-ge-coat leidingbekledingsmateriaal van een glasvezeldeken, gekenmerkt door het toevoeren van een glasvezeldeken met een bovenoppervlak en tegenover elkaar liggende randoppervlakken; het toevoeren van coatingmateriaal naar het bovenoppervlak van de deken om een reservoir-opeenhoping van materiaal op dat oppervlak te bewerkstelligen; het spreiden van het materiaal volledig over het bovenoppervlak en het bewerkstelligen dat een hoeveelheid van het coatingmateriaal over de randoppervlakken vloeit; het tegelijkertijd leveren van het overgevloeide materiaal aan een spreidorgaan aangrenzend aan elk randoppervlak en spreiden van het coatingmateriaal over elk randoppervlak om dat te coaten; en het harden van de coa-ting op de deken.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het spreiden van het materiaal op het bovenoppervlak en op de randoppervlakken gepaard gaat met het hercirculeren van overmaat aan materiaal dat niet op de oppervlakken verspreid is naar de reservoir-opeenhoping van materiaal.
3. Werkwijze volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat het harden omvat het voor-drogen van de coating op de oppervlakken tijdens een eerste verwarmingshandeling en het uiteindelijk harden door het volledig drogen van het materiaal op alle gecoate oppervlakken van de deken.
4. Werkwijze volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat het spreiden van het materiaal over elk randoppervlak een eerste aanbrenging van het coatingmateriaal op de randoppervlakken omvat en vervolgens een afstrijken van de randoppervlakken met een roldeel om een in hoofdzaak gelijkmatige coating daarop te verschaffen.
5. Inrichting voor het doorlopend, gelijktijdig coaten van een bovengelegen horizontaal oppervlak en tegenover elkaar liggende verticale randoppervlakken van een voortbewegende glasvezeldeken, omvattend organen voor het toevoeren van een hoeveelheid coatingmateriaal naar het bovenoppervlak; organen voor het tijdens het daarlangs bewegen van de deken volledig over het bovenoppervlak spreiden van het materiaal en het er voor zorgen dat tenminste een gedeelte van het materiaal overvloeit en naar beneden vloeit naar de tegenover elkaar liggende randoppervlakken; organen voor het spreiden van het overgevloeide materiaal op de randoppervlakken, welke organen het overgevloeide materiaal opsluiten en overmaat aan materiaal hercirculeren voor verspreiding op die oppervlakken; en organen voor het verwarmen van het verspreide materiaal na aanbrengen daarvan op de oppervlakken om het materiaal op alle gecoate oppervlakken te harden.
6. Inrichting volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de organen voor het verspreiden van het materiaal over het bovenoppervlak een eerste blad omvatten, dat aangrenzend het bovenoppervlak van de deken gelegen is en zich daarover uitstrekt, én dat de organen voor het spreiden van het overgevloeide materiaal een tweede bladdeel omvatten, dat aangrenzend aan het randoppervlak geplaatst is en verder een opsluitende constructie bepaalt voor het tegenhouden van een overmaat aan overgevloeid materiaal voor hercirculatie met een daarin opgenomen materiaal-resérvoir·
7. Inrichting volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat de opsluitende constructie beweegbaar aangebracht is op het eerste blad aangrenzend aan het eind daarvan, om in samenwerking met het eerste blad middelen te bepalen voor het tussen de grenzen van het eerste blad en de opsluitende constructie opsluiten van het op het bovenoppervlak opgebrachte materiaal.
8. Constructie volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat de organen voor het spreiden van het overgevloeide materiaal een rol omvatten, die benedenstrooms van de opsluitende constructie in rollend contact geplaatst is met het randoppervlak van de deken.
9. Constructie volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat de organen voor het verwarmen van het materiaal een voorverwarmer omvatten voor het verwarmen van het materiaal op het bovenoppervlak en de randoppervlakken om het materiaal vooraf te drogen, alsmede een hardingsorgaan voor uiteindelijk, volledig drogen van het materiaal op de oppervlakken.
NL9001109A 1989-05-09 1990-05-09 Gelijktijdig aanbrengen van een coating op oppervlak en rand van een glasvezelbekleding voor leidingen. NL9001109A (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
US34919989A 1989-05-09 1989-05-09
US34919989 1989-05-09

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL9001109A true NL9001109A (nl) 1990-12-03

Family

ID=23371307

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL9001109A NL9001109A (nl) 1989-05-09 1990-05-09 Gelijktijdig aanbrengen van een coating op oppervlak en rand van een glasvezelbekleding voor leidingen.

Country Status (6)

Country Link
CA (1) CA2015159C (nl)
GB (1) GB2231514B (nl)
MX (1) MX172667B (nl)
MY (1) MY105994A (nl)
NL (1) NL9001109A (nl)
SE (1) SE505161C2 (nl)

Families Citing this family (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR2691482A1 (fr) * 1992-05-21 1993-11-26 Ferrari Tissage Enduction Serg Installation pour l'enduction double-face de tissus ou autres supports souples.

Also Published As

Publication number Publication date
MX172667B (es) 1994-01-05
GB2231514B (en) 1992-10-07
SE9001513D0 (sv) 1990-04-26
MY105994A (en) 1995-02-28
CA2015159A1 (en) 1990-11-09
SE505161C2 (sv) 1997-07-07
SE9001513L (sv) 1990-11-10
GB2231514A (en) 1990-11-21
GB9010293D0 (en) 1990-06-27
CA2015159C (en) 1997-02-04

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US4990370A (en) On-line surface and edge coating of fiber glass duct liner
RU2374006C2 (ru) Способ и устройство для нанесения на подложку твердых материалов в форме частиц
US5281435A (en) Continuously coating a moving metal strip
US6284313B1 (en) Coated air duct insulation sheets and the like and the method of coating such sheets
CA1090206A (en) Method and apparatus for coating tile
ES2221652T3 (es) Procedimiento y dispositivo para el revestimiento en continuo de al menos una cara de una banda metalica con una pelicula fluida monocapa o multicapa de polimero reticulable.
DE69309792T2 (de) Verfahren und Vorrichtung zur kontinuierlichen Schmelzbeschichtung
US6592701B1 (en) Method and device for continuous coating of at least one metal strip with a fluid cross-linkable polymer film
RU2471569C2 (ru) Установка для нанесения покрытий
NL9001109A (nl) Gelijktijdig aanbrengen van een coating op oppervlak en rand van een glasvezelbekleding voor leidingen.
JP2973496B2 (ja) シート状物にメタリック塗装を施す方法
DE69911245T2 (de) Verfahren und vorrichtung zum kontinuierlichen beschichten eines metallischen bandes mit flüssigkeitsfilm aus vernetzbarem polymer
JP2001500784A (ja) ストリップ上における縞状の塗装被覆の製造方法
US3632372A (en) Plastic coating of plasterboards or wood
JP6754545B2 (ja) 接着剤塗布装置および建築部材
PL320058A1 (en) Apparatus for applying thick coating material onto surfaces of buildings
DE10131027A1 (de) Verfahren und Vorrichtung zur Hochgeschwindigkeitsbeschichtung von Holz-/Kunststoff- und Metalloberflächen mit Pulverlacken
EP2027990B1 (en) Method for surface treatment of a tile of compressed fibre material
US20040052954A1 (en) Surface coating for insulation pack
EP0393102B1 (en) Method for making decorative webs, sheets or panels
CA2146622A1 (en) Duct liner with pre-applied adhesive and the method of making the same
AU2002328372B2 (en) Method and device for continuously coating a strip with a fluid film having a predetermined thickness and made from a crosslinkable polymer that is free from solvent and diluent
US4324609A (en) Humidifier arrangement for a travelling hydrophilic web
AU2001228183B2 (en) A coating method
Terry et al. Upper Surface and Edge Coating of Fibre Glass Blanket

Legal Events

Date Code Title Description
A1A A request for search or an international-type search has been filed
BB A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
BN A decision not to publish the application has become irrevocable