NL9000287A - Beveiliging van de koppeling tussen een motorvoertuig en een aanhanger. - Google Patents
Beveiliging van de koppeling tussen een motorvoertuig en een aanhanger. Download PDFInfo
- Publication number
- NL9000287A NL9000287A NL9000287A NL9000287A NL9000287A NL 9000287 A NL9000287 A NL 9000287A NL 9000287 A NL9000287 A NL 9000287A NL 9000287 A NL9000287 A NL 9000287A NL 9000287 A NL9000287 A NL 9000287A
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- hole
- coupling
- wedge
- parts
- pin
- Prior art date
Links
Classifications
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B60—VEHICLES IN GENERAL
- B60D—VEHICLE CONNECTIONS
- B60D1/00—Traction couplings; Hitches; Draw-gear; Towing devices
- B60D1/58—Auxiliary devices
- B60D1/60—Covers, caps or guards, e.g. comprising anti-theft devices
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Transportation (AREA)
- Mechanical Engineering (AREA)
- Lock And Its Accessories (AREA)
Description
Beveiliging van de koppeling tussen een motorvoertuig en een aanhanger
Het is een bekend probleem, dat kwaadwilligen de koppeling tussen een motorvoertuig en een aanhanger, in het bijzonder een personenauto en een caravan gemakkelijk kunnen verbreken, na welke ontkoppeling, hetzij de auto of de caravan kan worden gestolen.
Om dit probleem op te lossen verschaft de uitvinding een inrichting voor het borgen van de koppeling tussen een motorvoertuig, bijvoorbeeld een personenauto en een aanhanger, bijvoorbeeld een caravan, welke koppeling een aan het motorvoertuig aangebrachte trekhaak met kogel en een aan de aanhanger aangebrachte dissel, aan het vrije einde waarvan een met de trekhaak te koppelen koppelmiddel, zoals een haak, oog of kap, met blokkeermiddelen is aangebracht, welke inrichting een ruimte omsluit, waarin de koppeling met geringe speling past en voorzien is van door middel van een slot afsluitbare borgmiddelen, in de afgesloten en rond een koppeling aangebrachte toestand waarvan tenminste de blokkeermiddelen onbedienbaar zijn.
Bij voorkeur vertoont de inrichting het kenmerk dat de inrichting twee onderling beweegbare en in de bedrijfsstand door de borgmiddelen onderling borgbare delen omvat. Deze uitvoering heeft het voordeel, dat de inrichting kan worden aangebracht aan een zich in de bedrijfsstand bevindende koppeling, dus in de toestand, waarin de aanhanger met het motorvoertuig is gekoppeld.
De twee delen kunnen separaat of beweegbaar met elkaar gekoppeld zijn, bijvoorbeeld scharnierbaar of schuifbaar. Ook kunnen de twee delen integraal zijn, bijvoorbeeld van plaatmetaal, dat zodanig is omgezet, dat de twee delen min of meer buigzaam met elkaar zijn verbonden.
Een voorkeursuitvoering vertoont het kenmerk dat de borgmiddelen omvatten: schuifbaar in elkaar grijpende samenwerkende randen aan de respectieve delen; en een aan het ene deel aanwezig pen, die past in een in het andere deel aanwezig gat, welke pen aan zijn einde door een slot borghaar is tegen terugtrekken.
Deze uitvoering kan met voordeel de bijzonderheid vertonen, dat de pen aan zijn vrije einde een gat vertoont voor samenwerking met een slot.
In een bepaalde uitvoering vertoont deze variant het kenmerk dat het gat kan samenwerken met spiemiddelen die door middelen van een slot borghaar zijn.
Een voorkeursuitvoering van de uitvinding vertoont het kenmerk, dat het gat een sleufgat is en de spiemiddelen zijn uitgevoerd als een wigvormige plaat met een voor doorlating van de beugel van een hangslot dienend gat aan de relatief smalle zone, waarbij het sleufgat een lengte bezit, die kleiner is dan het breedste deel van de wigvormige plaat. Met deze uitvoering is een zeer strakke koppeling tussen de beide delen gewaarborgd. Duidelijk zal zijn, dat met de plaats van het gat, waardoor de beugel van het hangslot kan worden gestoken bij voorkeur niet ver van de pen zal opnemen. Daardoor is de beweegbaarheid van de spie in de bedrijfstoestand van de inrichting beperkt. Het gat zal bij voorkeur een zodanige diameter kunnen vertonen, dat de beugel van het hangslot daar met slechts geringe speling in past. Dergelijke maatregelen maken het forceren van de inrichting volgens de uitvinding moeilijk.
Tot ditzelfde doel kan de inrichting het kenmerk vertonen dat het buitenvlak van het deel waarin zich het gat voor doorlating van de pen bevindt, nokken vertoont voor het tegen draaiing borgen van de wigvormige plaat. Teneinde bijvoorbeeld doorslijpen of doorzagen van borgende elementen van de inrichting te voorkomen kan met voordeel, althans het oppervlak van de spiemiddelen gehard zijn.
De inrichting volgens de uitvinding maakt tevens bouten, moeren en dergelijke van een koppeling onbereikbaar, zodat de koppeling niet kan worden losgedraaid.
De uitvinding zal nu worden toegelicht aan de hand van bijgaande tekening. Hierin tonen ;
Fig. 1 een gedeeltelijk weggebroken perspectivisch aanzicht van een inrichting volgens de uitvinding, waarbij de samenstellende delen in plofaanzicht zijn weergegeven?
Fig. 2 een gedeeltelijk weggebroken perspectivisch aanzicht van de inrichting volgens fig. 1 in bedrijfstoestand?
Fig. 3 een met fig. 2 overeenkomend gedeeltelijk weggebroken perspectivisch aanzicht van een andere uitvoeringsvorm; en
Fig. 4 een derde uitvoeringsvorm in perspectivisch aanzicht.
De borginrichting 1 volgens fig. 1 omvat twee min of meer plaatvormige delen 2 en 3. Het plaatvormige deel 3 vertoont een omgezette bovenrand 4 die past in een sleuf 5, die wordt begrensd door twee randen 6, 7, die zich uitstrekken aan de bovenzijde van het plaatvormige deel 2.
Het plaatvormige deel 2 draagt een buisvormige pen 8, waarvan de omtrekswand aan beide zijden een sleufgat 9, 9' vertoont. De pen 8 past in een gat 10, dat zich bevindt in het plaatvormige deel 3. Verder draagt het plaatvormige deel 3 een uitstekend deel 11, waarvan de functie hierna nog besproken zal worden.
De delen 2 en 3 kunnen op de met onderbroken lijnen aangeduide wijze in elkaar worden geschoven, zodanig dat de rand 4 past in de sleuf 5 en de pen 8 past in het gat 10.
Zoals in het bijzonder in fig. 2 duidelijk zal zijn, strekt in de aldus verkregen bedrijfstoestand van de borginrichting 1 het vrije einde 12 van de pen 8 zich buiten het buitenvlak van het deel 3 uit. Hierdoor is het sleufgat 9, 9' toegankelijk voor doorlating van een wigvormige spieplaat 13 die aan zijn toelopende onderzijde 14 voorzien is van een gat 15, waardoor heen de beugel 16 van een hangslot 17 kan worden gestoken. Fig. 2 toont, op welke wijze de genoemde onderdelen functioneel met elkaar samenhangen.
Zoals uit fig. 2 blijkt, strekt in de getoonde bedrijfstoestand de inrichting zich uit over een koppelkap 18 die samenwerkt met de kogel 19 van een trekhaak 20. Het uitsteeksel 11 is zodanig gepositioneerd dat in de bedrijfstoestand het ondervlak van het uitsteeksel 11 zich juist boven het bovenvlak van de koppelkap 18 bevindt. De buisvormige pen 8 blokkeert de inrichting 1 tevens tegen kantelen ten opzichte van de koppeling. Dit verhindert de toegang daartoe nog extra. De koppelkap 18 is aangebracht aan het vrije einde van een dissel 21 van een caravan, terwijl de trekhaak 20 met een personenauto is verbonden.
De inrichting 1 borgt in de fig. 1 getoonde toestand de vergrendeling van de koppelkap 18 aan trekhaakkogel 19. Zoals fig. 3 (hierna te bespreken) duidelijker toont, bevindt zich op de koppelkap een bedieningshefboom 22, die in de aangekoppelde toestand omlaag is gedrukt en voor ontkoppeling van koppelkap en trekhaakkogel omhoog dient te worden bewogen. Deze beweging omhoog van de bedieningshefboom 22 is door de inrichting 1 geblokkeerd.
De stalen plaatdelen 2, 3 vertonen aan hun onderzijde respectieve omgezette randen 23, 24, waarmee ze onder de koppelkap 18 grijpen.
Duidelijk zal zijn dat de passing van de diverse onderdelen zodanig dient te zijn gedimensioneerd, dat de inrichting 1 met lichte speling rond een koppelkap 18 past.
Zoals in het bijzonder uit fig. 2 duidelijk zal zijn, lopen de bovendelen van de wanden van de plaatdelen 2, 3 naar elkaar toe. De vorm van de spieplaat 13 is aan die vorm aangepast. De spieplaat 13 wordt voor rotatie geborgd door aan de buitenzijde van het deel 3 aangebrachte nokken 25. De spie is van staal vervaardigd en kan bij voorkeur een gehard buitenoppervlak bezitten. In het algemeen kunnen de delen van de inrichting 1 die zich lenen om door kwaadwilligen te worden doorgevijld, doorgezaagd of doorgeslepen, van gehard materiaal zijn of na vervaardiging een hardingsbehandeling hebben ondergaan.
Opgemerkt wordt nog dat de omgezette rand 6 een handgreep 26 draagt.
Fig. 3 toont een inrichting 27, die, in afwijking van de inrichting volgens fig. l en 2 en de hierna te bespreken fig. 3, uitsluitend in de niet-gekoppelde toestand over de koppelkap 18 kan worden geschoven.
Daartoe bestaat de inrichting 27 uit een min of meer buisvormig deel 28, waarvan de vorm grosso modo overeenstemt met de vorm van de inrichting 1 in de bedrijfstoestand. Hiervoor wordt verwezen naar fig. 2. De wanden 29, 30 vertonen vier gaten 31 voor doorlating van twee pennen 32, 33, die enerzijds vast zijn gekoppeld met een beugel 34 en aan de andere zijde zijn voorzien van gaten 35, 36 voor doorlating van een borgpen 37, die aan zijn ene einde een verdikking 38 draagt en aan de andere zijde een gat 39 vertoont voor doorlating van de beugel 40 van een hangslot 41. Voor het aanbrengen van de inrichting 1 dient eerst het buisvormige huis 28 over een met a aangeduide afstand over de koppelkap 8 van de dissel 21 te worden geschoven. Vervolgens vindt aankoppeling aan de trekhaakkogel 19 plaats, waarna de inrichting over de afstand a kan worden teruggeschoven en de vergrendeling kan plaatsvinden.
De inrichting 42 volgens fig. 4 omvat twee plaatvormige delen 43, 44, die door middel van een scharnier 45 met elkaar gekoppeld zijn. In afwijking van de pen 8 volgens de figuren 1 en 2 is de functioneel daarmee overeenkomende pen 46 van de inrichting 42 gebogen uitgevoerd met als krommingscentrum de hartlijn van het scharnier 44. Borging vindt plaats door middel van een scharnierbaar borgelement 47, dat wordt gedragen door een scharnierpen 48. De beugel 49 van een hangslot 50 kan samenwerken met een gat 51 in het omgezette einde 52 van het borgelement 47.
De inrichting 42 volgens fig. 4 heeft ten opzichte van de hiervoor beschreven uitvoeringen het voordeel, hij slechts uit twee losse onderdelen bestaat, namelijk de twee delen 43, 44 met de daaraan bevestigde onderdelen en het hangslot 50.
De inrichting volgens fig. 1 is scharnierbaar, in tegenstelling tot de inrichting volgens fig. 3. Een niet-getekende variant is als het ware een mengvorm tussen deze twee uitvoeringen. In deze variant zijn de plaatvormige delen 43, 44 volgens fig. 4 integraal uitgevoerd, zoals aangegeven in fig. 3. Anders dan in fig. 3 zijn ze aan de onderzijde open conform fig. 4. Aldus zijn de twee plaatdelen met enige kracht buigzaam met elkaar verbonden. De omzetranden vormen zones, die zich min of meer scharnierend gedragen.
Het zal duidelijk zijn, dat de inrichting volgens de uitvinding van voldoend sterk materiaal dient te zijn vervaardigd. In het bijzonder redelijk harde en mechanisch sterke metaalsoorten komen in aanmerking. Zoals boven beschreven, kunnen kwetsbare delen, d.w.z. delen, die zich gemakkelijk lenen voor behandeling door kwaadwilligen met gereedschap, lokaal gehard zijn.
Claims (10)
1. Inrichting voor het borgen van de koppeling tussen een motorvoertuig, bijvoorbeeld een personenauto en een aanhanger, bijvoorbeeld een caravan, welke koppeling een aan het motorvoertuig aangebrachte trekhaak met kogel en een aan de aanhanger aangebrachte dissel, aan het vrije einde waarvan een met de trekhaak te koppelen koppelmiddel, zoals een haak, oog of kap, met blokkeermiddelen is aangebracht, welke inrichting een ruimte omsluit, waarin de koppeling met geringe speling past en voorzien is van door middel van een slot afsluitbare borgmiddelen, in de afgesloten en rond een koppeling aangebrachte toestand waarvan tenminste de blokkeermiddelen onbedienbaar zijn.
2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de inrichting twee onderling beweegbare en in de bedrijfsstand door de borgmiddelen onderling borgbare delen omvat.
3. Inrichting volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de twee delen separaat zijn.
4. Inrichting volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de twee delen beweegbaar met elkaar gekoppeld zijn.
5. Inrichting volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de borgmiddelen omvatten: schuifbaar in elkaar grijpende samenwerkende randen aan de respectieve delen; en een aan het ene deel aanwezig pen, die past in een in het andere deel aanwezig gat, welke pen aan zijn einde door een slot borghaar is tegen terugtrekken.
6. Inrichting volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de pen aan zijn vrije einde een gat vertoont voor samenwerking met een slot.
7. Inrichting volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat het gat kan samenwerken met spiemiddelen die door middelen van een slot borghaar zijn.
8. Inrichting volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat het gat een sleufgat is en de spiemiddelen zijn uitgevoerd als een wigvormige plaat met een voor doorlating van de beugel van een hangslot dienend gat aan de relatief smalle zone, waarbij het sleufgat een lengte bezit, die kleiner is dan het breedste deel van de wigvormige plaat.
9. Inrichting volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat het buitenvlak van het deel waarin zich het gat voor doorlating van de pen bevindt, nokken vertoont voor het tegen draaiing borgen van de wigvormige plaat.
10. Inrichting volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat althans het oppervlak van de spiemiddelen gehard is.
Priority Applications (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL9000287A NL9000287A (nl) | 1990-02-06 | 1990-02-06 | Beveiliging van de koppeling tussen een motorvoertuig en een aanhanger. |
EP19900203524 EP0446498A3 (en) | 1990-02-06 | 1990-12-28 | Protection of the coupling between a motor vehicle and a trailer |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL9000287 | 1990-02-06 | ||
NL9000287A NL9000287A (nl) | 1990-02-06 | 1990-02-06 | Beveiliging van de koppeling tussen een motorvoertuig en een aanhanger. |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL9000287A true NL9000287A (nl) | 1991-09-02 |
Family
ID=19856546
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL9000287A NL9000287A (nl) | 1990-02-06 | 1990-02-06 | Beveiliging van de koppeling tussen een motorvoertuig en een aanhanger. |
Country Status (2)
Country | Link |
---|---|
EP (1) | EP0446498A3 (nl) |
NL (1) | NL9000287A (nl) |
Cited By (1)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US5681053A (en) * | 1994-05-24 | 1997-10-28 | Alpine Solutions Incorporated | Protective encasement for trailer couplers |
Families Citing this family (7)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
GB9114397D0 (en) * | 1991-07-03 | 1991-08-21 | Denman Philip | Multi-purpose hitchlock |
GB0003297D0 (en) | 2000-02-15 | 2000-04-05 | Brital Engineering Services Lt | Anti-theft device |
NL1016742C1 (nl) | 2000-11-29 | 2002-05-31 | Lex Elzo Westera | Beveiliging voor een trekhaak en een daaraan gekoppeld koppelmiddel. |
DE102007062162B4 (de) * | 2007-12-21 | 2014-03-20 | Jul.Niederdrenk Gmbh & Co.Kg | Wegfahrsperre |
FR2968338A1 (fr) * | 2010-12-01 | 2012-06-08 | Guy Barrois | Bloque-benne dispositif de protection contre le vol pour bennes amovibles |
ES2464243B1 (es) * | 2012-11-30 | 2015-03-10 | Seguridad Fremoes S L | Dispositivo de protección del acoplamiento de un conjunto de vehículos |
GB201915904D0 (en) | 2019-11-01 | 2019-12-18 | Maypole Ltd | Anti-theft device |
Family Cites Families (6)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
DE1956088A1 (de) * | 1969-09-05 | 1971-03-18 | Lely Dechentreiter Maschinenfa | Anhaengerkupplung |
AU575935B2 (en) * | 1984-04-30 | 1988-08-11 | Garry Wayne Hensby | Trailer coupling lock |
DE8519623U1 (de) * | 1985-07-06 | 1985-08-22 | Dorer, Josef, 7743 Furtwangen | Diebstahlsicherung für Kraftfahrzeuganhänger-Kupplungen |
DE8706741U1 (de) * | 1987-05-11 | 1987-07-02 | Reher, Claus, Dipl.-Agr.-Ing., 4670 Lünen | Kupplungskopf-Sicherung |
DE8710941U1 (de) * | 1987-08-11 | 1987-11-19 | Eterpol B.V., Weert | Sicherungsvorrichtung für Verbindungen, insbesondere Anhängerkupplungen |
GB2218678A (en) * | 1988-05-10 | 1989-11-22 | Alan Place | Security device for theft prevention of a caravan or towable trailer when attached to the towing mechanism of a vehicle |
-
1990
- 1990-02-06 NL NL9000287A patent/NL9000287A/nl not_active Application Discontinuation
- 1990-12-28 EP EP19900203524 patent/EP0446498A3/en not_active Withdrawn
Cited By (1)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US5681053A (en) * | 1994-05-24 | 1997-10-28 | Alpine Solutions Incorporated | Protective encasement for trailer couplers |
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
EP0446498A3 (en) | 1991-11-13 |
EP0446498A2 (en) | 1991-09-18 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
US4141569A (en) | Theft prevention device | |
US4833442A (en) | Wheel immobilizer-chock w/integral latch and alarm | |
US7201028B1 (en) | Stanchion lever lock guard | |
CA1196791A (en) | Security device | |
NL9000287A (nl) | Beveiliging van de koppeling tussen een motorvoertuig en een aanhanger. | |
CA2427311A1 (en) | Coupler locking device and method | |
US5560233A (en) | Air brake valve shackle | |
US20060218977A1 (en) | Anti-theft device | |
US5947506A (en) | Trailer hitch bumper guard | |
US5299438A (en) | Automobile steering lock | |
US5461891A (en) | Apparatus for secure positioning over and around a steering wheel and steering column to prevent theft | |
US5765408A (en) | Large vehicle steering column lock mechanism | |
US5755122A (en) | Steering wheel lock | |
US6880368B1 (en) | Locking system for gooseneck trailer hitch | |
NL2004134C2 (nl) | Blokkeerinrichting voor het blokkeren van ten minste één aan een achterzijde van een voertuig, zoals een bus of auto, gelegen deur. | |
US5562177A (en) | Vehicle anti-theft system | |
NL1024068C2 (nl) | Diefstalbeveiliging voor een trekkogelkoppeling. | |
NL9401309A (nl) | Inrichting voor het afschermen van een opening. | |
EP0857589B1 (en) | Device for locking a female part to a male part | |
GB2221882A (en) | Security device for use with towable vehicles | |
NL1013307C2 (nl) | Inrichting voor het onverrijdbaar maken van trailers. | |
CA2979261C (en) | Security device for trailer hitch | |
NL2005316C2 (nl) | Inrichting voor het tegen diefstal beveiligen van een in een dashboard van een voertuig opgenomen toestel. | |
GB2272194A (en) | Vehicle coupling apparatus with locking device. | |
NL1018015C1 (nl) | Sluitorgaan. |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
A1B | A search report has been drawn up | ||
BV | The patent application has lapsed |