NL8902938A - Holle naald met gesloten profiel. - Google Patents

Description

Holle naald met gesloten profiel.

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een holle naald met gesloten profiel voor het in een lichaam aanbrengen van een opening, waarvan uiteinde, dat het eerst in aanraking met het lichaam gebracht moet worden, afgeschuind is en tenminste gedeeltelijk van een snijkant voorzien is. Een dergelijke naald is in de stand der techniek algemeen bekend. Deze wordt bijvoorbeeld toegepast voor het verwezenlijken van een opening in de huid van bijvoorbeeld een dier, voor het inbrengen van voorwerpen, zoals transponders. Dergelijke transponders dienen als informtiedragers, die met uitwendige middelen afgelezen kunnen worden en gedurende een aanzienlijke duur van het leven van het dier, zo niet de gehele levensduur, daarin aangebracht zijn.

De naald volgens de stand der techniek geeft bij het in de huid binnendringen in veel gevallen een bij benadering ronde snede in de huid. Het ontstane cirkelvormige huiddeel wordt bij het inbrengen van de transponder in het lichaam daarvooruit in het lichaam van het dier gedrukt. Daarbij ontstaat het probleem van afstotingsreacties van het huiddeel indien dit zich binnen het dier bevindt. Eveneens is het mogelijk, dat afweerreacties ontstaan door verontreinigingen aanwezig op dit huiddeel of verontreinigingen, die van de huid anderszins in de injectiewand terechtkomen. Dit heeft niet alleen tot gevolg, dat het huiddeel naar buiten zal groeien, maar leidt eveneens tot het gevaar dat de transponder uit het lichaam verdwijnt. Getracht is dit in de techniek op te lossen door het voorzien in een naald waarvan het deel, dat in het dier ingebracht wordt, geen gesloten profiel omvat. Daarbij is de naald in vooraanzicht U-vormig. Bij het inbrengen van de naald in de huid van het dier ontstaat een U-vormige insnijding. Bij het inbrengen van een transponder klapt het U-vormige huiddeel (tijdelijk) naar binnen. Daarmee wordt vermeden, dat het huiddeel blijvend in het lichaam van het dier aangebracht wordt. Daarbij bestaat evenwel het gevaar, dat met de transponder vuil aanwezig ter plaatse van het naar binnen klappende huiddeel naar binnen bewogen wordt. Eveneens zullen antibiotica, anti-septica e.d., aanwezig op de transponder, door het huiddeel afgestreken worden.

Het doel van de onderhavige uitvinding is deze nadelen te vermijden.

Dit doel wordt bij een hierboven beschreven holle naald verwezenlijkt doordat van dat afgeschuinde uiteinde het meest uitstekende deel van een snijkant voorzien is en het minder ver uitstekende deel van een botte opduwkant voorzien is.

Doordat thans de opduwkant het U-vormig uitgesneden huiddeel naar binnen drukt, is de baan voor het in te brengen voorwerp vrij, d.w.z. deze ontmoet geen huiddeel meer. Daardoor wordt voorkomen, dat met het voorwerp vuil afkomstig van de huid naar binnen gebracht wordt terwijl tevens voorkomen wordt, dat zich op het en/of voor het voorwerp bevindende antibiotica, antiseptica en dergelijke weggeperst of verontreinigd worden.

Volgens een van voordeel zijnde uitvoering van de uitvinding is tussen het snijkantdeel en het opduwkantdeel een zich in hoofdzaak evenwijdig aan de as van de naald uitstrekkend overgangsdeel aanwezig. Daardoor kan productietechnisch de overgang van het scherpe snijkantdeel naar het botte opduwkantdeel beter verwezenlijkt worden. Volgens een verdere van voordeel zijnde uitvoering van het bovenstaande is dit overgangsdeel enigszins concaaf uitgevoerd, d.w.z. dat het aangrijppunt van het opduwkantdeel lager ligt dan de bovenste begrenzing van de snede in de huid van het dier.

Om een voldoend grote insnijding te waarborgen is het wenselijk, dat het snijkantdeel zich minstens tot de hartlijn van de naald uitstrekt. Een bijzonder scherp snijkantdeel wordt verwezenlijkt indien tenminste een afschuining daarvan zich aan de buitenzijde van de naald bevindt.

De uitvinding zal hieronder nader aan de hand van in de tekening weergegeven naalden verduidelijkt worden. Daarbij tonen:

Fig, 1 schematisch in zijaanzicht een eerste naald volgens de stand der techniek.

Fig. 2 schematisch een zijaanzicht een tweede naald volgens de stand der techniek.

Fig. 3a-c in perspectief, zijaanzicht en onderaanzicht een eerste uitvoeringsvorm van de naald volgens de uitvinding; en

Fig. 4 een zijaanzicht van een verdere uitvoering van de naald volgens de uitvinding.

In fig. 1 is een naald volgens de stand der techniek in het geheel met 1 aangegeven. Deze kan op een schematisch afgebeeld pistool 2 bevestigd worden. Een dergelijke combinatie naald-pistool wordt bijvoorbeeld gebruikt voor het inbrengen van voorwerpen 3 in lichamen. In het bijzonder wordt daarbij gedacht aan het inbrengen van zgn. transponders in lichamen van dieren waardoor in identificatie enz. daarvan voorzien wordt. Om een opening in de huid van het dier te vervaardigen, is naald 1 bij het uiteinde weg van het pistool afgeschuind en voorzien van een scherpe snijkant 4. Bij het in het lichaam van het dier inbrengen van naald 1 zal een cirkelvormig deel van de huid door snijkant 4 van het overige van de huid losgesneden worden. Bij het inbrengen van transponder 3 in het lichaam van het dier zal dit meestal cirkelvormige huiddeel door de transponder in het lichaam van het dier gedrukt worden. Daardoor kunnen ontstekingen en afstotingsreacties ontstaan. Ontstekingen ontstaan met name doordat de huid niet schoon is. Het is omslachtig om de huid voor het inbrengen van de naald eerst van haren en dergelijke te moeten ontdoen en vervolgens te reinigen. Het gevaar voor afstoting blijft altijd bestaan indien een dergelijk huiddeel dieper in een organisme ingebracht wordt. Door deze afstotingsreactie beweegt niet alleen het huiddeel naar buiten, maar eveneens de transponder 3 met alle ongewenste effekten vandien.

Een uit de stand der techniek bekende oplossing om dit probleem te vermijden, is in fig. 2 afgebeeld. Daarbij is de holle naald, in het geheel aangegeven met 5. hij het deel 6 rechts van aanslag 7 ontdaan van de bovenzijde daarvan. Het van de aanslag 7 afgelegen einde is nog steeds afgeschuind en omvat een scherpe snijkant 8. Daardoor ontstaat bij het inbrengen van deze naald 5 in het lichaam van een dier een U-vormige snede. Omdat de naald niet verder dan de aanslag in het lichaam aangebracht zal worden, zal het volledig gesloten profiel, zoals links van de aanslag 7 niet in het lichaam van het dier gebracht worden. Bij het vervolgens inbrengen van een transponder 3 in het lichaam van een dier scharniert het U-vormige huiddeel naar binnen en klapt na het inbrengen van de transponder en het uitnemen van de naald min of meer terug. Daarmee wordt weliswaar voorkomen, dat het huiddeel in het 1-ichaam van het dier gebracht wordt en worden zo afstotingsreacties, daardoor veroorzaakt, vermeden, maar het gevaar bestaat, dat transponder 3, die het huiddeel openklapt en langs dit huiddeel strijkt verontreinigd raakt. Daarbij treden deze verontreinigingen in het lichaam van het dier binnen met alle gevolgen van dien. Eveneens is het gebruikelijk dergelijke transponders bij het inbrengen te voorzien van een antibioticum of een antisepticum, zoals Betadine. Bij het langs de huid strijken wordt dit antiseptische middel weggenomen of verontreinigd, waardoor het weldadige effekt daarvan teniet gedaan wordt.

De uitvinding, zoals afgebeeld in fig. 3 en 4 voorziet in een oplossing voor dit probleem. Daarbij omvat het uiteinde van de in het geheel met 10 aangegeven naald een afgeschuind snijkantdeel 11 en een afgeschuind opduwkantdeel 13. Het opduwkantdeel 13 is voorzien van een afronding en bot uitgevoerd. Dit wordt o.a. door de wanddikte en de afrondingsstraal van het gebruikte materiaal bepaald. Het snijkantdeel 11 is daarentegen zo scherp mogelijk uitgevoerd en omvat daartoe aan de buitenzijde van naald 10 facetten 12, zoals in het bijzonder uit fig. 3C blijkt. Bij het inbrengen van de naald wordt, zoals bij de naald volgens fig. 2, eerst een U-vormig snede in de huid van het dier gemaakt. Deze U-vormige snede omvat tenminste de helft van de omtrek van de naald. Bij het verder bewegen van de naald zal het overblijvende deel van de huid opduwkant 13 raken. Deze is echter zo bot uitgevoerd, dat daardoor geen doorsnijding plaatsvindt. In tegendeel wordt het huiddeel evenals bij de uitvoering volgens fig. 2, naar binnen geklapt. Omdat de naald veel gladder is, is het gevaar veel kleiner dat daarmee vuil naar binnen gebracht wordt. Bovendien wordt de naald na gebruik teruggenomen, zodat eventueel aanhechtend vuil terug kan bewegen. Na het tot de aanslag 14 inbrengen van de naald kan de transponder 3 ingebracht worden. Daarbij bestaat niet, zoals bij de stand der techniek het gevaar, dat op de transponder 3 aangebracht antisepticum door het openklappende huiddeel afgestreken wordt. Daarmee is het eveneens mogelijk om voor en na de transponder 3 een hoeveelheid vloeistof of zalf in het lichaam van het dier in te brengen. Dit is bij de uitvoering volgens fig. 2 niet op doelgerichte wijze mogelijk, omdat een dergelijk gemakkelijk deformeer-bare massa door het huiddeel, dat terug wil veren, weggestreken zal worden.

Om de overgang tussen de scherpe snijkant 11 en de botte opduwkant 13 goed te begrenzen, is een horizontaal overgangsdeel 15 aanwezig. Na het aanbrengen van de eerste U-vormige insnijding vindt bij het verder bewegen van de naald in eerste instantie geen verdere vervorming van de snede of uitbreiding van de snede plaats en bij het raken van de afgeschuinde opduwrand bestaat minder gevaar, dat de snede voortgezet wordt. Eveneens is het op deze wijze mogelijk de afgeronde opduwrand op meer eenvoudige wijze te vervaardigen.

In fig. 4 is een verdere uitvoering van de naald volgens de uitvinding in het geheel aangegeven met 16 in zijaanzicht weergegeven. Het overgangsdeel hier aangegeven met 17 heeft hierbij een enigszins concave vorm. Daardoor wordt verwezenlijkt, dat de aangrijping van de botte opduwkant 18 op een lager punt plaatsvindt dan het einde 19 van de scherpe snijkant 20. Op deze wijze wordt in een verdere waarborg voorzien, dat de overgang tussen snijden-opduwen vloeiend verloopt.

Hoewel de uitvinding hierboven aan de hand van uitvoeringsvoor-beelden weergegeven is waar thans de voorkeur aan gegeven wordt, moet begrepen worden, dat daaraan talrijke wijzigingen uitgevoerd worden zonder buiten het bereik van de onderhavige uitvinding te geraken.

Zo is het mogelijk het overgangsdeel in het geheel weg te laten, en in plaats van transponders in staafvorm uitgevoerde veterinaire middelen, zoals hormonen of medicijnen toegediend worden.

Claims (5)

1. Holle naald (10,16) met gesloten profiel voor het in een lichaam aanbrengen van een opening, waarvan het uiteinde, dat het eerst in aanraking met het lichaam gebracht moet worden, afgeschuind is en tenminste gedeeltelijk van een snijkant (11,20) voorzien is, met het kenmerk, dat van dat afgeschuinde uiteinde het meest uitstekende deel (11.20) van een snijkant voorzien is en het minder ver uitstekende deel van een botte opduwkant (13) voorzien is.

2. Naald volgens conclusie 1, waarbij tussen het snijkantdeel (11.20) en het opduwkantdeel (13) een zich in hoofdzaak evenwijdig aan de as van de naald (10,16) uitstrekkend overgangsdeel (15,17) aanwezig is.

3· Naald volgens conclusie 2, waarbij het overgangsdeel (17) enigszins concaaf uitgevoerd is.

4. Naald volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het snijkantdeel zich minstens tot de hartlijn van de naald uitstrekt.

5· Naald volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het snijkantdeel (11,20) tenminste een afschuining van de buitenzijde van de naald omvat.