NL8900060A - Antidruppelmondstuk voor een vuleenheid voor het verpakken van een produkt met een vloeistofgedrag. - Google Patents

Description

- 1 - f .·ν )

AntidruppeImondstuk voor een vuleenheid voor het verpakken van een produkt met een vloeistofgedrag.

De uitvinding heeft betrekking op een antidruppel-mondstuk voor een vuleenheid voor het verpakken van een produkt met een vloeistofgedrag.

Het gebruik van vuleenheden van volumetrisch type 5 voor het vullen en verpakken van een vloeistofgedrag-bezittend produkt binnen houders, die achtereenvolgens worden gebracht onder een vulmond van dezelfde vuleenheid, is bekend.

Xndompelbare mondstukken zijn bekend, welke het 10 nadruppelen voorkomen, maar deze vormen onvermijdelijk een vertragend element voor het proces van het vullen van de houders, in die zin, dat zij een stap nodig hebben voor het inbrengen in en een stap voor uittrekken uit elke afzonderlijke houder.

15 Verder zijn er mondstukken voor afgifte boven de mond of opening van de houder bekend, welke in hun inwendige voorzien zijn van een aantal kleine openingen, welke het mogelijk maken, dat, nadat de vulstoot van het toe te voeren produkt is beëindigd, de vloeistof 20 wordt vastgehouden, waarbij voorkomen wordt dat deze afdruppelt als gevolg van het verschijnsel van opprvlakte-spanning onder het vormen van een meniscus.

Hoewel enerzijds dergelijke mondstukken het nadruppelen voorkomen, vertragen zij aan de andere kant 25 het vulproces, doordat zij een klein vrij dwarsdoorsnee-oppervlak hebben voor de doorvoer van het produkt, dat slechts wordt gevormd door de som van de oppervlaktes van alle afzonderlijke openingen.

Dit verschijnsel treedt nog duidelijker op, indien 30 de te vullen houder een vulopening heeft met een relatief klein oppervlaktegebied, zoals bijvoorbeeld de opening van een fles of een dergelijke houder.

Het doel van de onderhavige uitvinding is nu een antidruppelmondstuk voor een vuleenheid te verschaffen, 35 die een hoge verpakkings- en vulsnelheid mogelijk maakt, te bereiken zonder dat het behoeft te worden ingevoerd 8900060/

H

- 2 - * in de houder, en zonder een zodanige complexe en dure constructie zoals de constructie van de indompelmondstuk-ken, bekend uit de techniek, en zonder een lange vultijd, zoals de vultijd, vereist door de bovengenoemde mondstukken 5 met meniscuseffekt.

Deze en nog andere doeleinden worden volgens de onderhavige uitvinding bereikt door een antidruppelmondstuk te verschaffen voor een vuleenheid voor het verpakken van een produkt met een vloeistofgedrag, van het soort, ge-10 schikt om met de mogelijkheid van wegnemen te worden gebracht onder de vuleenheid, en het afgeven van het produkt boven de mond van een te vullen houder, met het kenmerk, dat het mondstuk bestaat uit een hol lichaam, voorzien van een inlaatopening, geschikt om in lijn ge-15 bracht te worden met een onderste afgifteopening, aangebracht in de vuleenheid, en met een uitlaatopening, geschikt om in lijn te worden gebracht boven de mond van de te vullen houder, waarbij binnen het holle lichaam een sluiterelement voor het sluiten van de uitlaatopening 20 is aangebracht, waarbij dit sluiterelement in normale toestand wordt gehouden in zijn sluitstand door een stootelement, en dat in zijn openingsstand kan worden verschoven door de druk, uitgeoefend door het produkt elke keer, dat het produkt wordt afgegeven in het inwendige 25 van het holle lichaam door de vuleenheid.

De strukturele en funktionele eigenschappen en de voordelen van een mondstuk volgens de onderhavige uitvinding zullen duidelijker worden uit de volgende bij wijze van voorbeeld en niet als beperkend bedoelde 30 beschrijving onder verwijzing naar de bijgevoegde schematische tekening. In de tekening toont: fig. 1 een aanzicht, gedeeltelijk in doorsnee van een mondstuk volgens de onderhavige uitvinding, aangebracht aan een vuleenheid, in zijn sluittoestand, 35 en het vloeistofgedrag vertonende produkt, waarmee de houder moet worden gevuld, vasthoudende, fig. 2 een vergroot aanzicht in doorsnee van het mondstuk in zijn sluittoestand, en fig. 3 een doorsnee equivalent aan die van fig. 2, 40 waarbij het mondstuk in open toestand is, en waarbij 89000607 h - 3 - r het produkt wordt geleverd aan de houder.

Met verwijzing naar de figuren, is een ten minste gedeeltelijk aanzicht getoond van een vuleenheid, algemeen aangegeven met het verwijzingscijfer 11, dat een vloeistof-5 gedrag vertonend produkt 12 inneemt van een toevoerleiding 13 tot aan het inwendige van een cilinder 14 van een pomp-eenheid, waarbinnen een zuiger 15 glijdend gehouden wordt.

Een sluitelement, algemeen aangegeven door het verwijzingscijfer 16, is van het ronddraaiende type en 10 werkt als een afsluitkraan door de toevoerleiding 13 af te snijden en selectief te verbinden met de cilinder 14 of met een kamer 17, axiaal in lijn gelegen met de cilinder 14, en geplaatst binnen het bodemgedeelte van het lichaam 18 van de vuleenheid 11. Hiertoe zijn binnen 15 het ronddraaiende sluitelement 16 aangebracht een inwendig elleboog-kanaal 19, dat tijdens het innemen van het te verpakken produkt de toevoerleiding 13 verbindt met de cilinder 14, en een verder kanaal 20, dat de cilinder 14 verbindt met een mondstuk, dat de constructie volgens 20 de onderhavige uitvinding bezit, en algemeen aangegeven door het verwijzingscijfer 21, tijdens het afgeven van het produkt aan een daaronder gelegen houder (niet in de figuren weergegeven).

Het mondstuk 21 is samengesteld uit een uitwendig 25 hol lichaam 22, bijvoorbeeld gevormd door twee half-lichamen, dat gemonteerd is op het lichaam 18 van de vuleenheid 11 in overeenstemming met de ondersnijding 23 van een uitlaatopening 24 van de kamer 17 van de vuleenheid.

30 Het holle lichaam 22, gepositioneerd, bijvoorbeeld door omlaagschroeven binnen genoemde ondersnijding 23, heeft een doorgaande inlaatopening 25, met bijvoorbeeld een dwarsdoorsnee van cirkelvorm, welke in lijn kan worden gebracht met de opening 24 en de kamer 17 van het lichaam 35 18, alsook met het verdere kanaal 20 van het sluitelement 16, waarbij dit laatste zodanig is geplaatst, dat de cilinder 14 wordt aangesloten op het mondstuk 21.

Het holle lichaam 22 is verder voorzien van een uitlaatopening 26, die bijvoorbeeld een cirkelvormig 40 dwarsdoorsnee bezit, en die in lijn kan worden gebracht 8900060" .-4- boven de inlaatmond van een te vullen houder (niet getoond in de figuren).

Binnen het holle lichaam 22 is een sluiterelement 27 voor genoemde uitlaatopening 26 aangebracht, waarbij 5 het sluiterelement 27 normaal wordt gehouden in zijn sluitstand binnen dezelfde uitlaatopening 26 door een stootelement, bij wijze van voorbeeld voorgesteld door een veer 28. Het sluiterelement 27 is axiaal verschuifbaar naar een openingsstand door middel van de druk van 10 het produkt 12, elke keer, dat dit produkt 12 wordt toegevoerd naar het inwendige van het holle lichaam 22 door de vulinrichting 11, daarbij Stromende door het ronddraaiende sluitelement 16.

Nauwkeuriger gezegd is in het weergegeven voorbeeld 15 binnen het holle lichaam 22 een gesloten kamer aangebracht, die verbonden is met de buitenomgeving, die het holle lichaam 22 omringt, via een ontluchtingsleiding 29. De kamer heeft een klokvormig deel 30, vanwaar genoemde ontluchtingsleiding 29 aftakt, en welke is 20 afgesloten door een meegevend membraan 31, dat een wand-gedeelte voor genoemde kamer vormt.

Het wandmembraan 31 ondersteunt het sluiterelement 27 van een in wezen cilindrische vorm, dat daarop loodrecht is geplaatst, met de as ervan coaxiaal met de as 25 van het genoemde klokvormige gedeelte 30.

Genoemd klokvormig deel 30 en genoemd membraan 31 zijn geplaatst boven een ringvormige flens 32, die dient voor het aanpassen daarvan, alsook om ze te ondersteunen ten opzichte van het holle lichaam 22 van het 30 mondstuk 21.

De ringvormige flens 32 is feitelijk voorzien van radiale elementen - of spaken 33, radiaal gericht binnenwaarts en ondersteunende een huls 37, waarbinnen het sluiterelement 27 vrij kan roteren en axiaal verschuif-35 baar is, en in overeenstemming met het inwendige einde van het klokvormige deel 30 is een blindgat 35 aangebracht, waarbinnen een vrijdraaiende en axiaal verschuifbare doorn 36 wordt opgenomen, die axiaal uitsteekt van het sluiterelement 27.

40 De doorn 36 werkt derhalve als een positionerings- 8300060.

- 5 - & orgaan voor de veer 28, door deze zodanig gepositioneerd te houden, dat zij een wisselwerking geeft tussen genoemd membraan 31 onder tussenplaatsing van een stoponderlegplaat je 37, vastgehouden door een compressiemoer 38, 5 en genoemd binneneinde van het klokvormige deel 30, dat uitgerust is met een cilindrische, hulsvormige schouder 39, waarbinnen het blindgat 35 is aangebracht. Op deze wijze wordt de veer 28 gepositioneerd gehouden: aan één einde door de compressiemoer 38, en aan zijn andere 10 einde door de hulsvormige cilindrische schouder 39.

Zodoende is een antidruppelmondstuk voor een vul-eenheid volgens de onderhavige uitvinding gemakkelijk te vervaardigen, en heeft het een volmaakte funktionali-teit.

15 Tijdens het bedrijf van de vuleenheid 11 treedt, wanneer het ronddraaiende sluitelement 16 is geplaatst met zijn verdere kanaal 20 in lijn gelegen met de cilinder 14 en de inlaatopening 25 van het mondstuk 21, wanneer de zuiger 15 naar omlaag beweegt, zoals aangegeven 20 door de pijl 40, het produkt 12 het holle lichaam 22 van het mondstuk 21 binnen. De druk van het produkt 12 werkt op het membraan 31 en doet, door de veer 28 samen te drukken, het sluiterelement 27 afkomen van de uitlaatopening 26, waardoor het produkt 12 in staat 25 gesteld wordt om te ontsnappen naar een ondergelegen houder (niet getoond in de figuren).

Wanneer de neergaande slag van de zuiger 15 beëindigd is, wordt het sluitelement 16 over 90° gedraaid, zodat de verbinding tussen de cilinder 14 en het mondstuk 30 21 wordt onderbroken, en via het elleboog-kanaal 19 het innemen van een verdere hoeveelheid produkt vanaf de toevoerleiding mogelijk wordt gemaakt.

Een overblijvende hoeveelheid produkt 12 blijft binnen de kamer 17, geblokkeerd door sluiting van het 35 sluiterelement 27, dat wordt teruggebracht door de veer 28 om de uitlaatopening 26 te sluiten. De beweging van het membraan 31 wordt mogelijk gemaakt door de aanwezigheid van de leiding 29, die het mogelijk maakt, dat de lucht, aanwezig binnen de kamer, bepaald door het-40 zelfde membraan 31 en het klokvormige deel 30, wordt 8900060/ * - 6 - uitgelaten naar buiten.

Het voordeel van een mondstuk volgens de onderhavige uitvinding is, dat op het moment, waarop de druk, veroorzaakt door het produkt, gestuwd door de zuiger 15, 5 eindigt, het mondstuk 21 of beter de uitlaatopening 26, wederom wordt gesloten door het sluiterelement 27 zonder zelfs een minimaal druppelen.

Een antidruppelmondstuk volgens de onderhavige uitvinding is, zoals gemakkelijk valt in te zien, 10 relatief eenvoudig te vervaardigen, en dankzij de afmeting van de uitlaatopening 26, zorgt het er voor, dat een betrekkelijk groot vrij dwarsdoorsnedeoppervlakte-gebied beschikbaar is voor de doorvoer van het produkt tijdens het afgeven. Tegelijk wordt op deze wijze de 15 afgifte van het produkt mogelijk gemaakt vanaf de vuleenheid rechtstreeks boven de mond van de houders, waardoor de vultijd tot een minimum kan worden teruggebracht.

- conclusies - 89 00 06 0 Γ

Claims (8)

1. Antidruppelmondstuk voor een vuleenheid voor het verpakken van een produkt met een vloeistofgedrag, van het soort, geschikt om te worden geplaatst met een mogelijkheid van verwijdering, onder de vuleenheid, en voor 5 het afgeven van genoemd produkt boven de mond van een te vullen houder, met het kenmerk, dat het wordt gevormd door een hol lichaam, voorzien van een inlaatopening, geschikt om in lijn te worden gebracht met een onderste afgifteopening, aangebracht in de 10 vuleenheid, en met een uitlaatopening, geschikt om in lijn gebracht te worden boven de mond van de te vullen houder, waarbij binnen het holle lichaam een sluiter-element voor het sluiten van de uitlaatopening is aangebracht, waarbij dit sluiterelement in normale 15 toestand in zijn sluitstand wordt gehouden door een stootelement, en in staat is om te worden verschoven in zijn openingsstand door de druk, uitgeoefend door het produkt, elke keer, dat het produkt wordt afgegeven in het inwendige van genoemd holle lichaam door de 20 vuleenheid.

2. Antidruppelmondstuk volgens conclusie 1, me t het kenmerk, dat binnen het holle lichaam een kamer is aangebracht, die is aangesloten op de buitenomgeving, die het holle lichaam omringt, via 25 een ontluchtingskanaal, waarbij een gedeelte van de wand van genoemde kamer het sluiterelement ondersteunt, welk gedeelte meegevend is en normaal wordt gehouden door het stootelement in een zodanige stand, dat het sluiterelement in de stand van sluiten van de uitlaat-30 opening van het holle lichaam wordt gebracht.

3. Antidruppelmondstuk volgens conclusie 2, m e t het kenmerk, dat de kamer een stijf, klok-vormig gedeelte heeft, vanwaar het ontluchtingskanaal aftakt, en een deel van meegevend membraanwand, waarbij 35 de kamer is aangebracht binnen het inwendige van het holle lichaam, gesteund op een ringvormige flens. 8900060.' * 'i - 8 -

4. Antidruppelmondstuk volgens conclusie 3, m e t het kenmerk, dat het sluiterelement van in wezen cilindrische vorm is, is aangedrukt tegen het deel van de meegevende membraanwand, geplaatst loodrecht 5 daarop, en met de as ervan coaxiaal met de as van het stijve klokvormige gedeelte, waarbij het stootelement is geplaatst binnen genoemde kamer en een wisselwerking uitvoert tussen een inwendig deel van genoemd klokvormig gedeelte, en genoemd membraanwandgedeelte. 10

5. Antidruppelmondstuk volgens conclusie 4, m e t het kenmerk, dat het stootelement een veer is, en dat vanaf hét Sluiterelement een doorn coaxiaal met het sluiterelement en met de veer uitsteekt in het inwendige van de kamer. 15

6. Antidruppelmondstuk volgens conclusie 3, m e t het kenmerk, dat buiten genoemde kamer vanaf genoemde ringvormige flens spaken naar binnen uitsteken, welke een huls ondersteunen, waarbij genoemd sluiterelement vrij kan roteren en axiaal verschuifbaar is. 20

7. Antidruppelmondstuk volgens conclusie 5, m e t het kenmerk, dat binnen een inwendig einde van genoemd klokvormig gedeelte een blindgat is aangebracht, dat dient voor het opnemen van genoemde doorn op een vrij roteerbare en axiaal verschuifbare wijze. 25

8. Antidruppelmondstuk volgens conclusie 4, m e t het kenmerk, dat genoemd inwendig einde van het klokvormig gedeelte voorzien is een cilindrische, hulsvormige schouder, gericht naar het inwendige van de kamer, en dat het sluiterelement is aangedrukt op 30 het membraanwandgedeelte door middel van een compressie-moer, welke aangrijpt op een doorn, die coaxiaal uitsteekt van hetzelfde sluiterelement, waarbij het stootelement gepositioneerd gehouden wordt aan één einde op genoemde cilindrische hulsvormige schouder, 35 en aan zijn andere einde op genoemde compressiemoer. 8900060’