NL8800644A

NL8800644A - Werkwijze voor het vullen en op hun plaats aanbrengen van met stortgoed gevulde slangvormige lichamen.

Info

Publication number: NL8800644A
Application number: NL8800644A
Authority: NL
Original assignee: Acz Marine Contractors B V
Priority date: 1988-03-16
Filing date: 1988-03-16
Publication date: 1989-10-16

Description

ψ -1- 27122/CVOtl è

Korte Aanduiding: Werkwijze voor het vullen en op hun plaats aanbrengen van met stortgoed gevulde slangvormige lichamen.

De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het vullen en 5 op hun plaats op een onder water gelegen bodem aanbrengen van met stortgoed gevulde, uit flexibel materiaal vervaardigde slangvornTige lichamen. Dergelijke met zand of dergelijke gevulde slangvormige lichamen worden gebruikt voor de bodembescherming,ten einde uitslijten van de bodem ten gevolge van waterstromen, bijvoorbeeld aan dijkvoeten,bij pijlers of na-10 bij andere onder water op de bodem geplaatste bouwwerken of-dergelijke te voorkomen. Tot nu toe is het gebruikelijk,om dergelijke slangvormige lichamen op een bepaalde geschikte Locatie met het stortgoed,zoals bijvoorbeeld zand,te vullen en ze vervolgens met behulp van hefwerktuigen of dergelijke af te zinken. Dit brengt echter veel transportwerkzaamheden 15 met zich mee, en ook bij gebruikmaking van verhoudingsgewijs grote en volumineuze kraanwerktuigen is men toch vrij beperkt in de afmetingen van de zo te verwerken slangvormige lichamen.

Met de uitvinding wordt dan ook beoogd een werkwijze te verkrijgen, waarbij er praktisch geen begrenzingen behoeven te worden gesteld aan de 20 grootte van de sLangvormige lichamen,zowel wat betreft lengte als door-snede,zodat men op eenvoudige en doelmatige wijze de voor het desbetreffende toepassingsgeval meest geschikte bodembeschermingconstructie kan aanbrengen.

Volgens de uitvinding kan dit worden bereikt doordat men het slang-25 vormige lichaam vanaf een in een gewenste richting bewegend vaartuig laat afzinken onder het gelijktijdig vullen van het van het vaartuig afgevoerde deel van het slangvormige Lichaam.

Door toepassing van de werkwijze volgens de uitvinding wordt nu het met stortgoed gevulde slangvormige lichaam daar,waar het slangvormige 30 lichaam moet worden ingezet ter plaatse gemaakt,waardoor onder het gebruikmaken van verhoudingsgewijs eenvoudige hulpmiddelen slangvormige lichamen van iedere gewenste afmeting kunnen worden vervaardigd.

De uitvinding zal hieronder nader worden uiteengezet aan de hand van enige in bijgaande figuren schematisch aangegeven mogelijkheden voor 35 het uitvoeren van de werkwijze volgens de uitvinding.

.8800644

-2- 27122/CV/t L

\

Ftg- 1 toont schematisch een eerste mogelijkheid voor het leggen van met stortgoed gevulde slangvormige lichamen volgens de uitvinding.

Fig. 2 toont een doorsnede over het slangvormige lichaam gezien volgens de lijn II- II in fig.1.

5 Fig. 3 toont een tweede mogelijkheid voor het leggen van een slangvormig lichaam volgens de uitvinding.

In fig.1 is een vaartuig 1 weergegeven waarop een haspel 2 is aangebracht. Op deze haspel is een slangvormig omhulsel of slangvormig lichaam 3 gewikkeld,dat is vervaardigd uit flexibel waterdoorlatend materi-1Ó aal. Gerekend in de lengterichting van dit slangvormige lichaam3 zijn op regelmatige afstand van elkaar aan het slangvormige lichaam aansluitor-ganen 4 bevestigd. Deze aansluitorganen 4 zijn uitgevoerd voor het aankoppelen van het uiteinde van een persslang 5 ,welke aan zijn aan het slangvormige lichaam 2 aan te koppelen uiteinde is voorzien van op de 15 aansluitorganen 3 passende aansluitorganen. De met elkaar samenwerkende aansluitorganen zijn bij voorkeur zodanig uitgevoerd,dat zij op afstand bedienbaar zijn.

Zoals verder in fig.1 is weergegeven is het andere uiteinde van de persslang 5 aangesloten op een op het vaartuig 1 gemonteerde pomp 6.

20 Op de pomp 6 is tevens een leiding 7 aangesloten via welke tijdens bedrijf aan de pomp een mengsel van vloeistof en stortgoed,veelal water en zand kan worden toegevoerd.

Voor het leggen van het slangvormige lichaam zal men het uiteinde van het van de haspel 2 af te wikkelen slangvormige lichaam in het alge-25 meen op een geeigende plaats aan de onder het wateroppervlak 8 gelegen bodem 9 verankeren,terwijl zich op het vaartuig bevindend personeel de persslang 5 met de eerste van de haspel 2 afkomende aansluitmiddelen 3 zal verbinden,voordat deze aansluitmiddelen vanaf het vaartuig onder het wateroppervlak 8 naar beneden bewegen.

30 Vervolgens kan het via de toevoer leiding 7 aangevoerde mengsel van bijvoorbeeld water en zand met behulp van de pomp door de persleiding 5 in het onder water afgezonken deel van het slangvormige lichaam 3 worden gepompt, waarbij het water door het water doorlaatbare materiaal van het slangvormige lichaam naar buiten kan ontwijken.

35 Tevens wordt tijdens het leggen en volpompen van het slangvormige lichaam het vaartuig 1 geleidelijk verhaald in de richting volgens pijl ......Λμ .8800644 φ -3-- 27122/CV/tl A,zodat tijdens het vullen het vaartuig beweegt vanuit de met gestippelde lijnen weergegeven stand in de richting van de met getrokken lijnen weergegeven stand.

Op het tijdstip,dat een volgend aansluitorgaan van de haspel 2 af komt 5 wordt de persslang 5 van het eerste aansluitorgaan 4 losgekoppeld en op het vaartuig 1 met het volgende aansluitorgaan 4 verbonden,waarop het afwikkelen en vullen van het slangvormige lichaam weer kan worden voortgezet.

Het zal duidelijk zijn,dat daarbij in principe geen grens is 10 gesteld aan de lengte van het slangvormige lichaam. Indien een slangvormig lichaam van een haspel geheel is afgewikkeld kan men eventueel daarop een zich op een volgende haspel bevindend slangvormig lichaam aansluiten.

De breedte van de gevulde slangvormige lichamen varieert in het al-15 gemeen tussen 2 en 60 meter en de hoogte varieert in het algemeen tussen 1 en 20 meter. De aansluitorganen of vulopeningen 4 worden in het algemeen bij voorkeur op een onderlinge afstand van - 50 meter aangebracht.

Bij de in fig.3 weergegeven uitvoeringsvorm zijn op het vaartuig 1 een tweetal boven elkaar opgestelde haspels 8 en 9 aangebracht,die 20 ieder een doekbaan 10 resp. 11 dragen. Deze doekbanen 11 worden ongeveer ter plaatse van het punt 12 met behulp van een op het vaartuig aangebrachte niet nader weergegeven naaimachine met hun randen aan elkaar gestikt voor het vormen van een slangvormig lichaam 13 vervaardigd uit flexibel water doorlatend materiaal.

25 Daarbij wordt het slangvormige lichaam geleid over een aan de doorsnede van het slangvormige Lichaam aangepast geleidingsorgaan 14, bijvoorbeeld een rubber band of dergelijke welke is bevestigd aan het uiteinde van de persleiding 5.

Het zal duidelijk zijn,dat ook hier bij het vooruitbewegen van 30 het vaartuig 1 in de richting volgens pijl A het slangvormige lichaam 13,dat met zijn uiteinde aan de grond verankerd is,geleidelijk op de bodem 9 zal worden neergelegd onder het gelijktijdig vullen met stortmateriaal.

Voor de verankering van een slangvormig lichaam ten opzichte van de 35 bodem bij de aanvang van het leggen kan bijvoorbeeld een gewicht aan het uiteinde van het slangvormige lichaam zijn bevestigd.

.8800644

-4- 27122/CV/t L

Λ

Het zal duidelijk zijn,dat door toepassing van de werkwijze volgens de uitvinding met behulp van eenvoudige hulpmiddelen op snelle en doelmatige wijs met stortgoed gevulde slangvormige lichamen op onder water gelegen te beschermen bodemoppervlakken kunnen worden aangebracht,waarbij 5 praktisch geen begrenzingen zijn gesteld aan de afmetingen van dergelijke beschermingslichamen.

____ .8800644

Claims

1. Werkwijze voor het vullen en op hun plaats op een onder water gelegen bodem aanbrengen van met stortgoed gevulde uit flexibel materiaal vervaardigde slangvormige lichamen,met het kenmerk,dat men het slangvormige lichaam vanaf een in een gewenste richting bewegend vaartuig laat 5 afzinken onder het gelijktijdig vullen van het voor het vaartuig afgevoerde deel van het slangvormige lichaam.

2. Werkwijze volgens conclusie 1,met het kenmerk,dat het stortgoed aan het slangvormige lichaam wordt toegevoerd via een persleiding,welke men tijdens het vullen van het slangvormige lichaam achtereenvolgens ver- 10 bindt met gezien in de lengterichting van het slangvormige lichaam op afstand van elkaar gelegen vulplaatsen.

3. Werkwijze volgens conclusie 1,met het kenmerk,dat men het slangvormige lichaam geleid om een in het inwendige van het slangvormige lichaam opgesteld· ,met het vaartuig verbonden geleidingsorgaan waarop de perslei- 15 ding is aangesloten,terwijl men gezien in de verplaatsingsrichting van het slangvormige lichaam ten opzichte van dit geleidingsorgaan boven-strooms van dit geleidingsorgaan het slangvormige lichaam vervaardigt door het nabij hun randen aan elkaar stikken van een tweetal materiaal-banen. 20

4. Slangvormig Lichaam geschikt voor toepassing van de werkwijze vol gens conclusie 1 of 2,waarbij het slangvormige lichaam op regelmatige afstand van elkaar is voorzien van vulopeningen. 25 .8800644