NL8702605A - Platenspeler met een laadinrichting voor het laden van een plaat. - Google Patents

Platenspeler met een laadinrichting voor het laden van een plaat. Download PDF

Info

Publication number
NL8702605A
NL8702605A NL8702605A NL8702605A NL8702605A NL 8702605 A NL8702605 A NL 8702605A NL 8702605 A NL8702605 A NL 8702605A NL 8702605 A NL8702605 A NL 8702605A NL 8702605 A NL8702605 A NL 8702605A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
drawer
turntable
movement
pivoting
record
Prior art date
Application number
NL8702605A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Philips Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Philips Nv filed Critical Philips Nv
Priority to NL8702605A priority Critical patent/NL8702605A/nl
Priority to EP88202401A priority patent/EP0315256A1/en
Priority to JP63273367A priority patent/JPH01149256A/ja
Publication of NL8702605A publication Critical patent/NL8702605A/nl

Links

Classifications

    • GPHYSICS
    • G11INFORMATION STORAGE
    • G11BINFORMATION STORAGE BASED ON RELATIVE MOVEMENT BETWEEN RECORD CARRIER AND TRANSDUCER
    • G11B17/00Guiding record carriers not specifically of filamentary or web form, or of supports therefor
    • G11B17/02Details
    • G11B17/04Feeding or guiding single record carrier to or from transducer unit
    • G11B17/05Feeding or guiding single record carrier to or from transducer unit specially adapted for discs not contained within cartridges
    • G11B17/053Indirect insertion, i.e. with external loading means
    • G11B17/056Indirect insertion, i.e. with external loading means with sliding loading means

Landscapes

  • Feeding And Guiding Record Carriers (AREA)
  • Holding Or Fastening Of Disk On Rotational Shaft (AREA)

Description

i * fc PHN 12.306 1 N.V. Philips* Gloeilampenfabrieken te Eindhoven "Platenspeler met een laadinrichting voor het laden van een plaat."
De uitvinding heeft betrekking op een platenspeler met een inrichting voor het registreren en/of uitlezen van informatie op een roterende schijfvormige plaat, in het bijzonder een optische plaat, omvattende een gestel, een om een rotatie-as roteerbare draaitafel met een cen-5 treerdoorn en een oplegvlak voor de van een centraal plaatgat voorziene plaat, een plaataandrukker voor het in een aandrukstand op de draaitafel drukken van de plaat, en een laadinrichting voor het laden van de plaat, welke laadinrichting een tussen een uitgeschoven en een ingeschoven stand verplaatsbare lade bezit, welke in de uitgesehoven stand ^ is ingericht voor het op een draagvlak leggen van de plaat, en welke door een invoerbeweging de plaat naar de draaitafel kan voeren en door een uitvoerbeweging de plaat mee terug kan nemen naar de uitgeschoven stand.
Dergelijke platenspelers zijn bekend uit de Europese 15 Octrooiaanvrage 0.149.532 (herewith incorporated by reference) en zijn voorzien van een behuizing en een daarin opgenomen gestel, dat een laadinrichting en een draaitafel draagt, De laadinrichting omvat een door een frontopening in de behuizing tussen een open en een gesloten
stand in- en uitschuifbare lade, met een frame en een ten opzichte van 2D
het frame verplaatsbaar plateau, bestemd voor het opleggen van een optische plaat, zoals een compact disc. De laadinrichting omvat voorts middelen, waarmede het plateau ten opzichte van het frame van de lade, en daarmede in axiale richting ten opzichte van de draaitafel verplaatsbaar is.
25
In een van de in de genoemde Europese octrooiaanvrage 0.149.532 getoonde platenspelers omvatten de genoemde middelen een aantal zijwaarts uit het plateau stekende pennen en een overeenkomstig aantal in het frame van de lade aangebrachte hellende groeven, waarin de pennen steken. Bij het naar binnen schuiven van de lade bevindt het 30 plateau zich tijdens het passeren van de draaitafel in een zodanig vlak, dat de eventueel op het plateau liggende plaat de draaitafel niet kan raken. Tegen het einde van de inschuifbeweging van de lade ver- .8702605 f * PHN 12.306 2 plaatsen de pennen van het plateau zich in neerwaartse richting door de genoemde groeven, waarbij het frame van de lade in hetzelfde vlak blijft en het plateau naar een lager gelegen vlak wordt gebracht. In een andere getoonde platenspeler omvatten de genoemde middelen een 5 viertal zwenkbare armen, die elk met een einde scharnierbaar aan het frame van de lade en met een ander einde scharnierbaar aan het plateau zijn bevestigd. Met behulp van een vaste aanslag en een tussen het plateau en het frame van de lade werkbare trekveer kan het plateau bij het rechtlijnig in- en uit schuiven van de lade zich ten opzichte van M het frame van de lade verplaatsen tussen een eerste en een tweede niveau, waarbij de genoemde armen over een beperkte hoek zwenken.
De bekende platenspelers vormen vanwege de noodzakelijke aanwezigheid van een tweedelige schuiflade, bestaande uit het genoemde frame en het ten opzichte daarvan verplaatsbare plateau, een nogal ge-15 compliceerd mechanisch geheel.
In dit verband wordt nog opgemerkt, dat de laadinrichting van de bekende platenspelers is voorzien van twee lagersystemen, te weten een lagersysteem voor het ten opzichte van het gestel lageren van de lade met het plateau en een lagersysteem voor het onderling lageren 20 van het plateau en het frame van de lade. Vanzelfsprekend heeft een dergelijke dure constructie een kostprijsverhogend effect op de totale prijs van de platenspeler. Daarnaast kan zo een constructie het bezwaar hebben, dat bij het laden van een plaat veel mechanische ruis ontstaat, te meer daar beide lagersystemen gelijktijdig in werking zijn.
25 De uitvinding beoogt een platenspeler van de in de aanhef genoemde soort te verschaffen, waarvan de laadinrichting eenvoudig van samenstelling is, opdat bij de fabricage slechts een beperkt aantal onderdelen en fabricagehandelingen nodig zijn. Bovendien wordt beoogt, dat de laadinrichting van de platenspeler bij het laden van een plaat 3° uiterst geruisarm werkt.
De platenspeler volgens de uitvinding wordt hiertoe gekenmerkt, doordat de laadinrichting een zwenkinrichting bezit welke ter weerszijden van de lade, gezien in een bewegingsrichting van de lade, zwenkelementen vertoont, welke zwenkbaar aan het gestel zijn gelagerd oe en door verbindingsmiddelen beweegbaar met elkaar zijn verbonden, welke zwenkinrichting is voorzien van eerste aanslagmiddelen, welke althans tijdens een slotgedeelte van de invoerbeweging en een aanvangsgedeelte .8702605 PHN 12.306 3 van de uitvoerbeweging van de lade samen werken met tweede aanslagmid-delen van de lade, waarbij tijdens het genoemde slotgedeelte de zwenk-elementen in een eerste richting zwenken voor het verplaatsen van het draagvlak van de lade tot voorbij het oplegvlak van de draaitafel, ge-5 zien langs de rotatie-as van de draaitafel, en tijdens het genoemde aanvangsdeel in een tweede tegengestelde richting zwenken voor het van de draaitafel tillen van de plaat.
De platenspeler volgens de uitvinding heeft het voordeel, dat de laadinrichting uit betrekkelijk weinig, eenvoudig uitgevoerde 10 onderdelen te vervaardigen is, terwijl de ongecompliceerde mechanische uitvoering een juiste volgorde oplevert van de tussen het op de lade leggen van een plaat tot het aandrukken van de desbetreffende plaat tegen de draaitafel optredende functies. Voorts is een lage bouwhoogte van de platenspeler mogelijk.
15 Een voorkeursuitvoeringsvorm van de platenspeler volgens de uitvinding heeft het kenmerk, dat de zwenkinrichting twee parallelle geleidingsrails vertoont, welke zich ter weerszijden van de lade in de bewegingsrichting van de lade uitstrekken, welke elk seharnierbaar bevestigd zijn aan tenminste twee van de zwenkelementen, en welke samen-20 werken met geleidingsmiddelen van de lade, waarbij de lade althans gedurende de gedeelten van de invoer- en uitvoerbeweging waarin de eerste en tweede aanslagmiddelen niet met elkaar samenwerken verplaatsbaar is ten opzichte van de geleidingsrails. Deze, uit een beperkt aantal uiterst eenvoudige onderdelen samengestelde zwenkinrichting, vormt een 25 stabiele constructie voor het met de hand of eventueel met behulp van een eleetrische aandrijfeenheid rechtlijnig over een bepaalde, relatief grote afstand in en uit de behuizing van de platenspeler schuiven van de enkelvoudige lade.
De hierboven genoemde uitvoeringsvorm heeft bij voorkeur 30 tevens het kenmerk, dat de geleidingsmiddelen van de lade gevormd zijn door twee, in zijvlakken van de lade aangebracht, parallel aan elkaar lopende geleidingsgleuven, waarin de geleidingsrails van de zwenkinrichting verschuifbaar zijn, omdat dergelijke gleuven gemakkelijk zijn aan te brengen. Een verder kenmerk van deze uitvoeringsvorm kan zijn, 35 (jat de eerste aanslagmiddelen van de zwenkinrichting gevormd zijn door einddelen van de geleidingsrails en dat de tweede aanslagmiddelen gevormd zijn door gleufbegrenzende delen van de lade. Door een juiste .8702605 PHN 12.306 i\ 9 0' onderlinge dimensionering, met name in lengterichting, van de gelei-dingsrails en de geleidingsgleuven is dit kenmerk zonder extra fabrica-gestappen te verwezenlijken.
Een andere voorkeursuitvoeringsvorm van de platenspeler vol-5 gens de uitvinding heeft het kenmerk, dat de zwenkelementen voorzien zijn van cilindrische uitsteeksels waarin geleidingsgroeven zijn uitgespaard, en dat de lade is voorzien van twee geleidingsranden met cylin-drische uitsparingen, welke geleidingsranden verschuifbaar zijn door de geleidingsgroeven, en welke cilindrische uitsteeksels zich bij zwenking M van de zwenkelementen in de genoemde cilindrische uitsparingen bevinden. Met deze uitvoeringsvorm, welke een alternatief vormt voor de eerst genoemde voorkeursuitvoeringsvorm kan de lade eveneens rechtlijnig over een relatief grote afstand in en uit de behuizing van de platenspeler geschoven worden. Deze voorkeursuitvoeringsvorm bestaat in I5 principe uit nog minder onderdelen dan de vorige voorkeursuitvoeringsvorm, doch heeft dezelfde gunstige eigenschappen. Bij deze voorkeursuitvoeringsvorm komen, evenals bij de andere voorkeursuitvoeringsvorm bij het inschuiven van de lade op een zeker moment de aanslagmiddelen van de lade in aanraking met de aanslagmiddelen van de zwenkinrichting, 20 waarna de rechtlijnige invoerbeweging van de lade als gevolg van een zwenkbeweging van de zwenkelementen overgaat in een boogvormige invoerbeweging voor het op de draaitafel leggen van de plaat, waarbij een en ander uiteraard zodanig gedimensioneerd dient te zijn, dat de plaat daarbij met zijn centraal plaatgat over de doorn van de draaitafel kan 25 schuiven. Overigens kan, en dit is voor platenspelers met een kleine bouwhoogte bijzonder belangrijk, door een juiste dimensionering en plaatsing van de zwenkelementen de parallel aan de rotatie-as van de draaitafel plaatsvindende verplaatsing van het draagvlak van de lade klein gehouden worden, zonder dat afbreuk wordt gedaan aan de goede werking van de laadinrichting.
De laatstgenoemde voorkeursuitvoeringsvorm heeft om practi-sche redenen bij voorkeur het kenmerk, dat in de cilindrische uitsparingen in de geleidingsranden, dwars op de zwenkelementen geöriënteerde pennen zijn aangebracht. Bovendien is het eenvoudig uitvoerbaar, om de
QC
0 eerste aanslagmiddelen van de zwenkinrichting te vormen door een of meer van de genoemde uitsteeksels en de tweede aanslagmiddelen van de lade te vormen door een op de geleidingsranden aangebrachte verhoging .8702605 PHN 12.306 5 of nok.
Is de laaststgenoemde voorkeursuitvoeringsvorm voorzien van een electromotor en een overbrengingsmechanisme voor het aandrijven van de lade, dan heeft de platenspeler bij voorkeur tevens het kenmerk, dat 5 de lade is voorzien van twee zich in een bewegingsrichting van de lade uitstrekkende tandheugels met een recht gedeelte en een cirkelvormige gebogen gedeelte en dat het overbrengingsmechanisme twee met de tandheugels in ingrijping zijnde tandwielen omvat, waarbij de som van de straal van een van de tandwielen en de straal van een van de gebogen ® gedeelten van de tandheugels gelijk is aan de lengte van de zwenkele-menten, gemeten tussen de scharnieras bij het gestel en de hartlijn door het cilindrische uitsteeksel. Een dergelijke aandrljfconstructie is betrouwbaar gebleken en is tijdens bedrijf geruisarm.
Ter begrenzing van de hoek waarover de zwenkelementen zwen-15 ken, verdient het aanbeveling, om de zwenkinrichting te voorzien van een vast ten opzichte van het gestel opgestelde aanslag, welke tijdens het gedeelte van de uitvoerbeweging van de lade, waarin de eerste en tweede aanslagmiddelen niet met elkaar samenwerken de zwenkelmenten tegenhoudt.
20 u Een verdere voorkeursuitvoeringsvorm, waarbij de plaataan- drukker is bevestigd aan een tussen een aandrukstand en een verder van de draaitafel gelegen stand beweegbaar aandrukelement, heeft het kenmerk, dat het aandrukelement, gezien in een bewegingsrichting van de lade, aan weerszijden seharnierbaar is bevestigd aan twee van de zwenk-elementen, waarbij bij de invoerbeweging van de lade het aandrukelement naar de aandrukstand en bij de uitvoerbeweging van de lade naar de andere genoemde stand beweegt. Deze uitvoeringsvorm is vooral gunstig, indien de afstand tussen de zwenkelementen aan weerszijden van de lade relatief klein is. Ter verkrijging van een geleidelijk opgebouwde, goed gedefinieerde aandrukkracht is het aandrukelement bij voorkeur voorzien van een veerconstruetie, welke bijvoorbeeld een bladveer omvat, die met een vrij einddeel op de plaataandrukker rust en met een vast einddeel aan het aandrukelement is bevestigd, voor het op de plaataandrukker uitoefenen van een naar de draaitafel gerichte veerkracht.
35
De platenspeler volgens de uitvinding is zowel geschikt voor handbediening, waarbij de lade geheel door handkraeht verplaatst wordt, als voor motorische bediening, waarbij de lade geheel of gedeeltelijk .8702605 «r PHN 12.306 6 door een electromotor, meestal via een overbrengingsmechanisme, verplaatst wordt. Bij platenspelers die bestemd zijn voor handbediening of voorzien zijn van bepaalde overbrengingsmechanismen verdient het uit stabiliteitsoverwegingen aanbeveling om tussen het gestel en tenminste 5 een van de zwenkelementen een verend element, bijvoorbeeld een trek-veer, aan te brengen, dat door veerkracht de lade in een door zwenking van de zwenkelementen bereikte eindpositie houdt. Bij toepassing van bijvoorbeeld een zelfremmende overbrengingsconstructie is een dergelijke maatregel doorgaans niet nodig.
De uitvinding zal bij wijze van voorbeeld nader worden toegelicht aan de hand van de tekening. In de tekening is:
Figuur 1 een schematisch, perspectivisch aanzicht van een platenspeler volgens de uitvinding, met een uitgeschoven lade, waarop zich een optische plaat bevindt; 15
Figuur 2 een perspectivisch aanzicht van een eerste uitvoeringsvorm van de laadinrichting van de platenspeler van Figuur 1;
Figuur 3A een schematisch, perspectivisch aanzicht van het aandrijvingsmechanisme van de laadinrichting van Figuur 2;
Figuur 3B een schematische weergave van de laadinrichting 20 van Figuur 2 met een ten dele uitgeschoven lade;
Figuur 3C een schematische weergave van de laadinrichting van figuur 2 met een nagenoeg geheel uitgeschoven lade;
Figuur 4 een perspectivisch aanzicht van een tweede uitvoeringsvorm van de laadinrichting van de platenspeler van Figuur 1.
25
De in Figuur 1 weergegeven platenspeler 1 is bestemd voor het optisch uitlezen van een optische audio-plaat (CD) of een optische audio/video-plaat (CDV), in de tekening aangegeven met het cijfer 3· De platenspeler 1 omvat een behuizing 5 met opstaande zijwanden 7 en een frontwand 9 waarin een frontopening 11 is uitgespaard en waarin bedie-30 ningstoetsen 13 zijn aangebracht. In de behuizing 5 bevinden zich een in een deck 15 gelagerde, om een rotatie-as 17a roteerbare draaitafel 17 met een oplegvlak 17b, welke draaitafel 17 door een niet getoonde electromotor kan worden aangedreven, een eveneens in het montage-element 17 zwenkbaar gelagerde optische aftasteenheid 19 met een objectief 35 21, en een roet het deck 15 verbonden of een geheel daarmede vormend gestel (in Figuur 1 aangeduid met het cijfer 37) met een laadinrichting voor het naar de draaitafel 17 brengen en van de draaitafel wegvoeren .8702605 £ PHN 12.306 7 van de optische plaat 3. Uitvoeringsvormen van de laadinrichting, welke onder andere een door de frontopening 11 in en uit de behuizing 5 schuifbare lade, in Figuur 1 aangeduid met het cijfer 23, omvat, zijn te zien in de Figuren 2, 3A, 3B, 3C respectievelijk 4, De genoemde af-5 tasteenheid 19 is zwenkbaar om een vaste zwenkas 19a voor het in radiale richting volgen van het informatiespoor van de optische plaat 3 tijdens het uitlezen van de plaat. Een uitvoerige beschrijving van de aftasteenheid is te vinden in de Europese octrooiaanvrage 0.07¾.131 (PHN 10.134; herewith incorporated by reference). In plaats van de ge-1° toonde zwenkbare aftasteenheid kan overigens ook een lineair verplaatsbare aftasteenheid toegepast worden.
De getoonde lade 23 is rechthoekig van vorm en heeft een verlaagd draagvlak 2¾ voor de optische plaat 3. In de bodem van de lade is een doorlaatopening 25 uitgespaard, welke het aftasten van de plaat 3 mogelijk maakt. Vermeld wordt voorts nog dat de optische plaat 3 een centraal plaatgat 27 heeft voor samenwerking met een centreerdoorn 17c van de draaitafel 17-
De in de Figuren 2, 3A, 3B en 3C getoonde laadinrichting, aangeduid met het cijfer 29, omvat de reeds in figuur 1 getoonde lade 20 23 en voorts twee paren zwenkelementen 31, 32 respectievelijk 33, 3¾.
De zwenkelementen 31 tot en met 3¾ zijn door middel van pennen 35 zwenkbaar gelagerd in het gestel 37, dat zoals reeds eerder is vermeld verbonden is met het deck 15. De zwenkelementen 31 tot en met 3¾ zijn voorts door middel van pennen 39 draaibaar gelagerd aan een verbin-25 dingselement 41. Het verbindingselement 41 fungeert in dit uitvoerings-voorbeeld tevens als aandrukelement voor een plaataandrukker 43, die door een opening 45 in het aandrukelement 41 steekt en door een aan het element 41 bevestigde bladveer 47 tegen een de opening begrenzende rand wordt gedrukt. De zwenkelementen 31 tot en met 3¾ vormen tezamen met 20 het verbindingselement 41 een constructie, die elders in deze aanvrage wordt omschreven als zwenkinrichting.
De zwenkelementen 31 tot en met 34 zijn elk aan een naar de draaitafel toegekeerde zijde voorzien van een cilindervormig uitsteeksel 49, waarin een geleidingsgroef 51 is uitgespaard. De gezamenlijke 35 geleidingsgroeven 51 kunnen in de in de figuren 2 en 3B getekende stand van de zwenkelementen 31 tot en met 34 de lade 23 rechtlijnig geleiden. Daartoe is de lade 23 aan weerszijden, in een richting gezien vol- .8702606 * ΡΗΝ 12.306 8 ψ gens de in figuur 2 getekende dubbele pijl A1, welke de inschuif- en uitschuifrichting van de lade 23 aangeeft, voorzien van een geleidings-rand 53, welke roet twee achter elkaar gelegen geleidingsgroeven 51 kan samenwerken. In elk van de beide geleidingsranden 53 zijn twee cilin-5 drische uitsparingen 55 aangebracht, op een onderlinge afstand die overeenkomt met de afstand tussen twee, aan eenzelfde zijde van de lade 23 aanwezige, cilindervormige uitsteeksels 49. Om een gelijkmatige verplaatsing van de geleidingsranden 53 door de geleidingsgroeven 51 te waarborgen zijn in de uitsparingen 55 pennen 57 gepositioneerd.
10 De laadinrichting van de platenspeler volgens de uitvinding is zodanig uitgevoerd, dat de invoerbeweging die de lade 23 uitvoert tussen de uitgeschoven stand, zoals bijvoorbeeld is getoond in figuur 2 en de ingesohoven stand, zoals is getoond in figuur 30, uit twee gedeelten bestaat. Tijdens het eerste gedeelte wordt de lade 23 langs een rechtlijnige baan in de behuizing 5 van de platenspeler geschoven, waarbij de geleidingsranden 53 van de lade 23 door de geleidingsgroeven 51 in de uitsteeksels 49 van de zwenkelementen 31 tot en met 34 schuiven. Deze beweging kan worden geëindigd, zodra een door een uitstulping gevormde aanslagrand 59 van de lade 23 tegen een van de cilindervormige ^ uitsteeksels 49, in de figuren 2, 3B, en 3C voorkomend aan het zwenk-element 31 botst. Een en ander is zodanig gedimensioneerd, dat de hartlijnen van de uitsteeksels 49 in dat geval precies samenvallen met de hartlijnen van de pennen 57 en de uitsteeksels 49 in de cilindrische uitsparing 55 draaibaar zijn ten opzichte van de geleidingsranden 53· on
Bij het op het genoemde gedeelte van de invoerbeweging van de lade 23 volgende slotgedeelte van de invoerbeweging wordt de lade 23 in een voortgaande, doch tevens neerwaarts gerichte verplaatsing gebracht, waarbij de zwenkelementen 31 tot en met 34 om de door de pennen 35 gevormde zwenkassen zwenken in een richting, welke overeenkomt met on ÜU de bewegingsrichting van de wijzers van een analoge klok. Aan het einde van het genoemde slotgedeelte bevindt de lade 23 zich in een zodanig niveau ten opzichte van het oplegvlak 17B van de draaitafel 17, en heeft de lade 23 een zodanige verplaatsing ten opzichte van de draaitafel 17 uitgevoerd, dat de bij de invoerbeweging op de draaitafel 17 35 gelegde plaat 3 geheel vrij van de lade 23 op de draaitafel 17 ligt.
Het aandrukelement 41 is zodanig ten opzichte van de andere delen van de laadinrichting gedimensioneerd, dat de plaataandrukker 43 bij het .8702605 4 PHN 12.306 9 genoemde slotgedeelte van de invoerbeweging pas in aanraking met de plaat 3 kan komen, nadat deze met zijn centrale plaatgat 27 op de een-treerdoorn 17c van de draaitafel ligt. Aan het einde van de invoerbeweging drukt de plaataandrukker 43 de plaat 3 met een gewenste kracht 5 tegen het oplegvlak 17b van de draaitafel 17.
In het hierboven beschreven uitvoeringsvoorbeeld wordt de lade 23 tijdens de invoerbeweging en de uitvoerbeweging door een motorische kracht aangedreven. Daartoe is op het gestel 37» dat elastisch bevestigd kan zijn op een in de tekening niet getoond frame van de be-huizing, een electromotor 61 aangebracht, welke via een overbrengingsmechanisme twee rondsels 65 aandrijft, die elk in ingrijping zijn met een tandheugel 67, die aan de onderzijde van de lade 23 is aangebracht. De beide tandheugels 67 zijn elk voorzien van een rechtgedeelte 67a, waarmede de rondsels 65 samenwerken tijdens het rechtlijnig ver-15 plaatsen van de lade 23, en een cirkelvormig gebogen gedeelte 67b, waarmede de rondsels 65 samenwerken tijdens het slotgedeelte van de invoerbeweging van de lade 23. De onderlinge dimensionering van de rondsels 65 en de gebogen gedeelten 67b van de tandhengels 67 is zodanig, dat de som van de stralen R1 en R2 van de steekcirkel van een van de 20 rondsels 65 respectievelijk een van de gedeelten 67b gelijk is aan de afstand L tussen de door de pennen 35 en 39 gevormde zwenkrolscharnier- assen van een zwenkelement. (Figuur 3c)
Tijdens de uitvoerbeweging van de lade 23, waarbij de lade 23 vanuit de positie, zoals is getoond in Figuur 3C naar de uitgescho-25 ven positie, zoals is getoond in Figuur 2 wordt verplaatst, worden tijdens een aanvangsgedeelte van de uitvoerbeweging de zwenkelementen 31 tot en met 34 om de pennenn 35 gezwenkt in een richting, tegengesteld aan de bewegingrichting van de wijzers van een klok. Deze zwenking eindigt, wanneer de zwenkelementen 31 tot en met 34 de in figuur 3b ge- on toonde stand innemen, in welke stand tenminste een van de zwenkelementen tegengehouden wordt door een op het gestel 37 bevestigde aanslag 69. Vanzelfsprekend vindt de aandrijving van de lade 23 ook tijdens de uitvoerbeweging plaats door middel van de electromotor 61, waarbij de lade 23, nadat het zwenkelement 31 de aanslag 69 heeft bereikt, recht-35 lijnig wordt verplaatst, totdat deze de in Figuur 2 getoonde positie inneemt.
In Figuur 4 is een variant op de reeds beschreven uitvoe- .8702605 4 PHN 12.306 10 ringsvorm van de laadinrichting van de platenspeler 1 van Figuur 1 weergegeven. Aangezien deze laadinrichting, aangeduid met het cijfer 129, qua constructie en werking veel gelijkenis vertoont met de aan de hand van de figuren 2, 3A, 3D en 3C beschreven laadinrichting 29, zal 5 slechts een korte beschrijving van deze variant worden gegeven.
De laadinrichting 129 bezit een gestel 137, een zwenkinrich-ting, die een viertal zwenkelementen 131 tot en met 134 alsmede een verbindingselement 141 omvat, en een lade 123. De zwenkelementen 131 tot en met 134 zijn ten opzichte van het gestel 137 zwenkbaar om assen 10 135, die door in het gestel 137 stekende pennen zijn gevormd, en zijn om assen 139 scharnierbaar ten opzichte van het verbindingselement 141. Op het gestel 135 bevindt zich een door een opstaande rand van een verhoging gevormde aanslag 169 voor de zwenkinrichting. De laadinrichting 129 omvat voorts twee geleidingsrails 171 en 173, waarbij de ge-15 leidingsrail 171 scharnierbaar is gelagerd aan de zwenkelementen 131 en 132 terwijl de geleidingsrail 173 scharnierbaar is gelagerd aan de zwenkelementen 133 en 134. De hierop betrekking hebbende scharnierassen zijn door het cijfer 175 aangegeven. Het genoemde verbindingselement 141 doet tevens dienst als aandrukelement en is om die reden voorzien 20 van een bladveer 147 voor het in de richting van de draaitafel 17 (Figuur 1) drukken van een plaataandrukker 143.
De lade 123, waarop de reeds in Figuur 1 getoonde optische plaat 3 is getekend, is voorzien van twee geleidingsgleuven 177 en 179, welke in de zijvlakken van de lade 123, gezien volgens een van de bewe-25 gingrichtingen van de lade 123, bijvoorbeeld volgens de getekende pijl A2, zijn uitgespaard. De afmetingen van de gleuven 177 en 179 zijn aangepast aan de afmetingen van de geleidingsrails 171 en 173, ten einde een soepele geleiding te waarborgen. De geleidingsrails 171 en 173 zijn voorzien van einddelen 171a en 173a, die bij de invoerbeweging van de 30 lade 123 als aanslag fungeren voor de lade en daarbij samenwerken met gleufbegrenzende delen 177a en 179a van de lade 123·
De laadinrichting 129 is in de getoonde uitvoering volgens figuur 4 bedoeld voor handbediening. Daartoe moet ten behoeve van de invoerbeweging van de lade 123, een kracht volgens pijl A2 op de lade 35 123 worden uitgeoefend. De lade 123 verplaatst zich onder invloed van die kracht aanvankelijk rechtlijnig, totdat de einddelen 171a en 173a van de geleidingsrails 171 en 173 het door de delen 177a en 179a ge- .8702605 ΡΗΝ 12.306 11 a vormde einde van de geleidingsgleuven 177 en 179 bereiken, waarna bij voortgaande invoerbeweging van de lade 123 de zwenkelementen 131 tot en met 134 om de assen 135 in zwenking worden gebracht, waarbij de lade 123 tevens in een neerwaartse richting wordt verplaatst, en waarbij het 5 aandrukelement 1^1 in de richting van de draaitafel van de platenspeler wordt verplaatst. Een trekveer 181, die tussen het gestel 137 en het zwenkelement 132 is aangebracht zorgt na het beëindigen van de invoerbeweging voor een stabiele positie van de zwenkinrichting en de lade 123. Vanuit die positie kan de kade 123, bijvoorbeeld met een door een ^ eject-knop te bedienen mechanisme (niet getekend) naar de uitgeschoven stand terug worden gebracht.
Vanzelfsprekend is de uitvinding niet beperkt tot de hier getoonde uitvoeringsvoorbeelden en zijn binnen het kader van de uitvinding meerdere uitvoeringsvormen mogelijk.
15 20 25 30 35 .»702605

Claims (12)

1. Platenspeler met een inrichting voor het registreren en/of uitlezen van informatie op een roterende schijfvormige plaat, in het bijzonder een optische plaat, omvattende een gestel, een om een rotatie-as roteerbare draaitafel met een centreerdoorn en een oplegvlak 5 voor de van een centraal plaatgat voorziene plaat, een plaataandrukker voor het in een aandrukstand op de draaitafel drukken van de plaat, en een laadinrichting voor het laden van de plaat, welke laadinrichting een tussen een uitgeschoven en een ingeschoven stand verplaatsbare lade bezit, welke in de uitgesehoven stand is ingericht voor het op een 10 draagvlak leggen van de plaat, en welke door een invoerbeweging de plaat naar de draaitafel kan voeren en door een uitvoerbeweging de plaat mee terug kan nemen naar de uitgeschoven stand, met het kenmerk, dat de laadinrichting een zwenkinrichting bezit welke ter weerszijden van de lade, gezien in een bewegingsrichting van de 15 lade, zwenkelementen vertoont, welke zwenkbaar aan het gestel zijn gelagerd en door verbindingsmiddelen beweegbaar met elkaar zijn verbonden, welke zwenkinrichting is voorzien van eerste aanslagmiddelen, welke althans tijdens een slotgedeelte van de invoerbeweging en een aanvangsgedeelte van de uitvoerbeweging van de lade samenwerken met tweede 20 aanslagmiddelen van de lade, waarbij tijdens het genoemde slotgedeelte de zwenkelementen in een eerste richting zwenken voor het verplaatsen van het draagvlak van de lade tot voorbij het oplegvlak van de draaitafel, gezien langs de rotatie-as van de draaitafel, en tijdens het genoemde aanvangsdeel in een tweede tegengestelde richting zwenken voor 25 het van de draaitafel tillen van de plaat.
2. Platenspeler volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de zwenkinrichting twee parallelle geleidingsrails vertoont, welke zich ter weerszijden van de lade in de bewegingsrichting van de lade uitstrekken, welke elk scharnierbaar bevestigd zijn aan tenminste twee van 30 de zwenkelementen, en welke samenwerken met geleidingsmiddelen van de lade, waarbij de lade althans gedurende de gedeelten van de invoer- en uitvoerbeweging waarin de eerste en tweede aanslagmiddelen niet met elkaar samenwerken verplaatsbaar is ten opzichte van de geleidingsrails.
3· Platenspeler volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de 35 geleidingsmiddelen van de lade gevormd zijn door twee, in zijvlakken van de lade aangebracht, parallel aan elkaar lopende geleidingsgleuven, waarin de geleidingsrails van de zwenkinrichting verschuifbaar zijn. .8702605 £ PHN 12.306 13
4. Platenspeler volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de eerste aanslagmiddelen van de zwenkinriehting gevormd zijn door einddelen van de geleidingsrails en dat de tweede aanslagmiddelen gevormd zijn door gleufbegrenzende delen van de lade.
5. Platenspeler volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de zwenkelementen voorzien zijn van cilindrische uitsteeksels waarin ge-leidingsgroeven zijn uitgespaard, en dat de lade is voorzien van twee geleidingsranden met cilindrische uitsparingen, welke geleidingsranden verschuifbaar zijn door de geleidingsgroeven, en welke cilindrische 10 uitsteeksels zich bij zwenking van de zwenkelementen in de genoemde cilindrische uitsparingen bevinden.
6. Platenspeler volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat in de cilindrische uitsparingen in de geleidingsranden, dwars op de zwenkelementen georienteerde pennen zijn aangebracht.
7. Platenspeler volgens conclusie 5 of 6 met het kenmerk, dat de eerste aanslagmiddelen van de zwenkinriehting gevormd zijn door een of meer van de genoemde uitsteeksels, en dat de tweede aanslagmiddelen van de lade gevormd zijn door een op de geleidingsranden aangebrachte aanslagrand.
8. Platenspeler volgens conclusie 5, 6 of 7 waarbij de lade door een electromotor via een overbrengingsmechanisme aandrijfbaar is, met het kenmerk, dat de lade is voorzien van twee zich in een bewegingsrichting van de lade uitstrekkende tandheugels met een recht gedeelte en een cirkelvormig gebogen gedeelte en dat het overbrengings-25 mechanisme twee met de tandheugels in ingrijping zijnde tandwielen omvat, waarbij de som van de straal van een van de tandwielen en de straal van een van de gebogen gedeelten van de tandheugels gelijk is aan de lengte van de zwenkelementen, gemeten tussen de scharnieras bij het gestel en de hartlijn door het cilindrische uitsteeksel.
9. Platenspeler volgens een van de voorgaande conclusies met het kenmerk, dat de zwenkinriehting tenminste een vast ten opzichte van het gestel opgestelde aanslag bezit, waarmede een van de zwenkelementen samenwerkt tijdens het gedeelte van de uitvoerbeweging van de lade waarin de eerste en tweede aanslagmiddelen niet met elkaar samenwerken.
10. Platenspeler volgens een van de voorgaande conclusies, waar bij de plaataandrukker is bevestigd aan een tussen een aandrukstand en een verder van de draaitafel gelegen stand beweegbaar aandrukelement, .8702605 ** PHN 12.306 14 met het kenmerk, dat het aandrukelement, gezien in een bewegingsrichting van de lade, aan weerszijden scharnierbaar is bevestigd aan twee van de zwenkelementen, waarbij bij de invoerbeweging van de lade het aandrukelement naar de aandrukstand en bij de uitvoerbeweging van de 5 lade naar de andere genoemde stand beweegt.
11. Platenspeler volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat het aandrukelement is voorzien van een veerconstructie voor het op de plaataandrukker uitoefenen van een naar de draaitafel gerichte veerkracht .
12. Platenspeler volgens een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat tussen het gestel en tenminste een van de zwenkelementen een verend orgaan is aangebracht, dat door veerkracht de lade in een door zwenking van de zwenkelementen bepaalde eindpositie houdt. 15 20 25 30 35 .8702605
NL8702605A 1987-11-02 1987-11-02 Platenspeler met een laadinrichting voor het laden van een plaat. NL8702605A (nl)

Priority Applications (3)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8702605A NL8702605A (nl) 1987-11-02 1987-11-02 Platenspeler met een laadinrichting voor het laden van een plaat.
EP88202401A EP0315256A1 (en) 1987-11-02 1988-10-28 Disc-record player comprising a disc-loading device
JP63273367A JPH01149256A (ja) 1987-11-02 1988-10-31 ディスク・レコードプレーヤ

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8702605A NL8702605A (nl) 1987-11-02 1987-11-02 Platenspeler met een laadinrichting voor het laden van een plaat.
NL8702605 1987-11-02

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8702605A true NL8702605A (nl) 1989-06-01

Family

ID=19850844

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8702605A NL8702605A (nl) 1987-11-02 1987-11-02 Platenspeler met een laadinrichting voor het laden van een plaat.

Country Status (3)

Country Link
EP (1) EP0315256A1 (nl)
JP (1) JPH01149256A (nl)
NL (1) NL8702605A (nl)

Families Citing this family (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR2663449B1 (fr) * 1990-06-15 1995-04-28 Atg Sa Lecteur-enregistreur de disques.
EP0693710B1 (en) 1994-07-18 2000-04-05 Konica Corporation Silver halide photographic element and processing method thereof
JP3903858B2 (ja) * 2002-06-18 2007-04-11 株式会社ディーアンドエムホールディングス 光ディスク再生装置

Family Cites Families (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3833926A (en) * 1972-11-10 1974-09-03 Arvin Ind Inc Magnetic disc recorder and cassette with compliant recording disc having flexible support means
US3845502A (en) * 1973-02-22 1974-10-29 Arvin Ind Inc Cassette locating system
US4337533A (en) * 1979-09-07 1982-06-29 Kabushiki Kaisha Aiwa Front loading type record player
KR830001951B1 (ko) * 1982-02-13 1983-09-26 허신구 비데오 디스크 플레이어의 디스크 안착장치
JPS60150262A (ja) * 1984-01-13 1985-08-07 Sony Corp デイスクプレ−ヤ
US4627037A (en) * 1984-04-12 1986-12-02 Nippon Gakki Seizo Kabushiki Kaisha Disc reproducing apparatus
IT1203575B (it) * 1986-06-20 1989-02-15 Olivetti & Co Spa Cartuccia per un disco ottico di registrazione di dati sulle due facce e relativo dispositivo di lettura

Also Published As

Publication number Publication date
EP0315256A1 (en) 1989-05-10
JPH01149256A (ja) 1989-06-12

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL8702604A (nl) Platenspeler met een laadinrichting voor het laden van een op een plaatdrager aanwezige plaat.
KR910003932B1 (ko) 광 디스크 장치용 픽업 이송 장치
US4617655A (en) Holder for a rigid information disc and loading-system comprising a loading mechanism adapted to cooperate with such a holder
NL8903114A (nl) Platenspeler, alsmede detectie-eenheid ten gebruike in de platenspeler.
NL8403582A (nl) Inrichting voor het centreren, richten en vastklemmen van een optische plaat.
NL8601938A (nl) Opspaninrichting voor het op een aandrijfspil opspannen van een optische plaat.
US5197056A (en) Disc record player
EP0439853B1 (en) Disc-record player
CN1218954A (zh) 用于装载不同规格盘的装置
NL8702605A (nl) Platenspeler met een laadinrichting voor het laden van een plaat.
KR100246651B1 (ko) 디스크 플레이어
NL8800448A (nl) Laadinrichting, alsmede een platenspeler voorzien van de laadinrichting.
EP0194713B1 (en) Disc-record player comprising a disc-loading mechanism
US4726005A (en) Disc-record player
EP0478079A1 (en) Cassette for storing and handling an information carrier, and scanning system comprising the cassette
EP0434136B1 (en) Disc-record player and centring device for use in the player
GB2213979A (en) Disk-type record medium loading device
JP2516827B2 (ja) ディスクプレ―ヤ
JPH0438660A (ja) ディスクプレーヤ
KR100244528B1 (ko) 디스크재생장치
NL8800859A (nl) Platenwisselaar, alsmede platenspeler voorzien van de platenwisselaar.
KR0183865B1 (ko) 디스크 재생장치
KR0139967Y1 (ko) 디스크 재생장치
KR0183864B1 (ko) 디스크 재생장치
KR0155891B1 (ko) 디스크 재생장치

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
BV The patent application has lapsed