NL8701268A

NL8701268A - Noorse schaats.

Info

Publication number: NL8701268A
Application number: NL8701268A
Authority: NL
Original assignee: Wintersport Leerdam B V
Priority date: 1987-05-27
Filing date: 1987-05-27
Publication date: 1988-12-16
Also published as: NL192503B; NL192503C

Description

* H AL/cp/2 Wintersp. 1 -1-

Noorse schaats

De uitvinding betreft een Noorse schaats volgens de aanhef van conclusie l.

Een dergelijke Noorse schaats is bijvoorbeeld bekend uit een Nederlandse, colliderende octrooiaanvrage 5 87.00023. Voor het van het glij-ijzer losmaken van deze bekende schaats moeten schroefbouten met behulp van een stuk gereedschap worden losgedraaid.

Het doel van de uitvinding is het verschaffen van een Noorse schaats, waarbij het van het glij-ijzer losmaken 10 van de schoen op eenvoudigere wijze kan plaatsvinden.

Dit doel wordt bereikt door de Noorse schaats, zoals gekenmerkt in conclusie 1.

Vooral bij het rijden van tochten op natuurijs, zoals dat onder andere in Nederland veel voorkomt, is het ge-15 wenst, indien een stuk over land moet worden afgelegd, de schoen op snelle wijze van het glij-ijzer te kunnen losmaken, zodat hierbij weinig tijd verloren gaat.

De Noorse schaats zoals gekenmerkt in de ondercon-clusies, verschaft uiterst economisch vervaardigbare uit-20 voeringsvormen van de uitvinding. Bovendien zijn deze uitvoeringsvormen zodanig uitgevoerd, dat de schoen relatief eenvoudig gehouden kan worden, zodat daarop goed te lopen valt, terwijl toch de vereiste stevige verbinding tussen schoen en glij-ijzer wordt verkregen.

25 Verdere voordelen, details en kenmerken zullen wor den getoond aan de hand van een tekening van een uitvoerings-voorbeeld van de onderhavige uitvinding, waarin tonen: fig. 1: een zijaanzicht van een schaats volgens de onderhavige uitvinding;

30 fig. 2: een perspektivisch aanzicht van detail II

van fig. l; en fig. 3: een perspektivisch aanzicht van detail III uit fig. i.

8701268 τ * -2-

Een schoen l is met behulp van een kleminrichting op een glij-ijzer 7, dat in een houder 6 is opgenomen, bevestigd. Van de kleminrichting maken deel uit: een neusstuk 3 voorzien van een overstaande rand 2, welk neusstuk met behulp 5 van een bout 5 aan een slede 4 is bevestigd, welke slede 4 met behulp van een schroefbout 8 op de houder 6 is bevestigd; de schoen 1 is voorts gesteund op een zoolplaat 9, die bijvoorbeeld uit aluminium van 1,5 mm dikte bestaat, zodat de schoen 1 stevig doch enigszins flexibel via slede 4, alsmede 10 slede 10 en schroefbouten 11 op de houder 6, waarin het glij-ijzer 7 is bevestigd, bevestigbaar is; aan de achterzijde is een hakplaat 12 via bouten 13 en een slede 14 aan de houder 6 bevestigd; evenals aan de voorzijde van een uitstekend zooldeel 15 is de schoen 1 aan de achterzijde van een uitstekend 15 zooldeel 16 voorzien, waaroverheen een hakstuk 17 grijpt, dat via een handgreep 18 bedienbaar is.

De handgreep 18 (fig. 2) is met behulp van twee koppelstukken 19, die samen bij pen 20 scharnierbaar aan de handgreep 18 zijn gelagerd, die zelf op zijn beurt scharnier-20 baar bij pen 21 aan een op de hakplaat 12 bevestigd staand verbindingsstuk 22 scharnierbaar is gelagerd, met een aan-drukstuk 32 bij pen 33 scharnierbaar verbonden. Het aandruk-stuk 32 is via pen 34 scharnierbaar met het verbindingsstuk 22 verbonden. In zijn de schoen 1 inklemmende stand is het 25 aandrukstuk 32 aan zijn in deze stand staande zijde voorzien van groeven, waarin corresponderende groeven van het hakstuk 17 kunnen aangrijpen. Door middel van deze groeven en met behulp van een schroefbouten 23, waarvan er slechts één getoond is en die in een sleuf 24 van het hakstuk 17 is opgenomen, 30 kan zodoende het hakstuk 17 in verschillende hoogten ten opzichte van het aandrukstuk 32 worden ingesteld. Zodoende kunnen verschillende schoenen met verschillende dikte van zolen op de schoen worden geklemd of kan bij afgesleten schoenzool het hakstuk 17 enigszins lager worden ingesteld.

35 Om het hakstuk niet duur en licht te houden is het voorzien van een opening.

Ter versteviging en ter voorkoming van schuiven van 8701 268 -3- de hak van de schoen 1 is de hakplaat 12 voorzien van rondlopende profielrillen 25. Ten einde gewicht en materiaal te besparen is deze hakplaat middenin voorts voorzien van een opening.

5 In fig. 3 is te zien, dat onder de zoolplaat 9 een versterkingsplaat 26 is opgenomen, die op een versterkings-dwarselement van slede 10 is afgesteund.

Zoals voorts te zien is in fig. 3 is slede 4 zo breed uitgevoerd, dat deze aan de voorzijde vrijwel de gehele 10 breedte van de zoolplaat 9 ondersteund.

De zoolplaat 9 is met behulp van verzonken schroefbouten 35 resp. 36 vastgebout.

Het moge duidelijk zijn, dat met behulp van de handgreep 18 de schoen op eenvoudige wijze van het glijmes 15 losmaakbaar is, zodat het eenvoudig wordt het glij-ijzer van de schoen los te maken, zodat het zelfs bij korte, over land te leggen afstanden met behulp van deze schaats, het zogenaamde kluunen, de handgreep 18 te bedienen en zonder schaatsen een stuk te lopen.

20 Zoals vooral in fig. 1 te zien is, vergrendelt de handgreep 18 zichzelf, daar pijl A een hoek kleiner dan 180° omvat, zodat bij bovenwaartse krachten door de schoen 1, het scharnierpunt 20 naar de schoen 1 toegedrukt wordt, waardoor de vastklemming van de schoen op de schaats alleen maar 25 steviger wordt.

Hoewel de hierboven geschetste vergrendeling van de kleminrichting de voorkeur verdient, kan deze bijvoorbeeld ook met een veer zijn uitgevoerd.

Ten einde de gehele Noorse schaats licht uit te 30 voeren, zijn bij voorkeur de onderdelen uit aluminium gegoten.

De bevestiging van het glijmes 7 in de houder 6, alsmede van de slede op de houder is verder beschreven in de eerder genoemde Nederlandse octrooiaanvrage 87.00023.

35 Afgezien van de uitstekende zooldelen 15 en 16 zijn verdere details van de getoonde schoen beschreven in de colliderende Nederlandse octrooiaanvrage 86.02226.

8701268

Claims

1. Noorse schaats omvattende een glij-ijzer, een schoen en middelen voor het losmaakbaar met het glij-ijzer verbinden van de schoen, gekenmerkt door een van de verbindingsmiddelen deel uitmakende kleminrichting voor het op 5 glij-ijzer vastklemmen van de schoen.

2. Noorse schaats volgens conclusie 1, gekenmerkt door een van de kleminrichting deel uitmakend neusstuk voorzien van een rand waaronder een neusdeel van de schoen borghaar is.

3. Noorse schaats volgens conclusie 1 of 2, geken merkt door een deel van de kleminrichting uitmakende zool-plaat die met een houder voor het glij-ijzer is verbonden, die zich tenminste over een aanzienlijk deel van de zool van de schoen uitstrekt en die een zodanige dikte heeft, dat deze 15 enigszins buigbaar is, doch voldoende steun geeft voor de bij het schaatsen optredende door de voet in de schoen uit te oefenen krachten.

4. Noorse schaats volgens conclusie 1, 2 of 3, gekenmerkt door een deel van de kleminrichting uitmakende hak- 20 plaat, die met een houder voor het glij-ijzer is verbonden.

5. Noorse schaats volgens conclusie 2 of 3, met het kenmerk dat het neusstuk met behulp van een schroefbout en een tussenstuk met de zoolplaat verbindbaar is.

6. Noorse schaats volgens één van de voorgaande 25 conclusies, gekenmerkt door een deel van de kleminrichting uitmakend hakstuk en door een bedieningshefboom waarmee het hakstuk ten opzichte van het glij-ijzer vanuit een de schoen vrijgevende stand in langsrichting tot in een klemstand in aangrijping met de zool van de schoen verschuifbaar is.

7. Noorse schaats volgens conclusie 6, met het kenmerk dat het hakstuk in de klemstand boven de zool van de schoen op de hak aangrijpt.

8. Noorse schaats volgens conclusie 6 of 7, met het kenmerk dat het hakstuk aan de van de hak afgekeerde 35 zijde voorzien is van groeven, waarin groeven van een tussen 8701268 « -5- de bedieningshefboom en het hakstuk op te nemen verbindingsstuk dat van corresponderende groeven is voorzien, aangrijp-baar zijn en dat het hakstuk is voorzien van een sleuf waardoorheen een schroefbout te steken is, zodat het hakstuk op 5 verschillende hoogten instelbaar is.

9. Noorse schaats volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de overbrenging van bedieningshefboom naar hakstuk zodanig is, dat het hakstuk in zijn vooruitgeschoven, de schoen inklemmende stand de hefboom niet 10 de schoen uit zijn klemstand kan brengen.

10. Schoen ten gebruike bij een Noorse schaats volgens één van de voorgaande conclusies, gekenmerkt door aan voor- en achterzijde uitstekende zooldelen. 8701268