NL8701246A - Haarinplantinrichting. - Google Patents

Description

W 5176-4 Ned.dB/LdB * * P & c -1-

Korte aanduiding: Haarinplantinrichting.

De uitvinding betreft het verbeteren van een haarinplantinrichting, waardoor kunsthaar rechtstreeks in de menselijke huid wordt ingeplant.

Verschillende voorstellen zijn reeds gedaan voor het verbeteren van haarinplantinrichtingen, waardoor lusvormige kunstharen rechtstreeks in 5 de huid worden bevestigd. Eén daarvan is dat volgens Amerikaans octrooi-schrift 4.378.019, afkomstig van de zelfde uitvinder, waardoor een haarinplantinrichting wordt voorgesteld, waarbij de punt van een haarin-plantnaald, die verschuifbaar in een buitencilinder is aangebracht, gevorkt is en waardoor een lusvormig haardeel in ingrijping wordt 10 gebracht met de naaldpunt, die bij het inplanten in de huid wordt gedrukt. Hoewel hiermee een vrij goed resultaat werd verkregen, was de inrichting toch nog onvoldoende door het nog grote uitvalpercentage van de ingeplante haren binnen ongeveer een maand na het inplanten. Gewoonlijk groeit vezelig verbindingsweefsel rond een ingeplante haar, die in het onderhuidse 15 weefsel is gestoken door het inplanten, door de invloed veroorzaakt door vreemd materiaal, waarbij de ingeplante haar eerst volledig vast zit wanneer het haarworteldeel is omsloten door het gegroeide verbindingsweefsel. Gewoonlijk is ongeveer een maand nodig voor de complete groei van het vezelige verbindingsweefsel. Wanneer de groei van het vezelige verbindings-20 weefsel nog onvoldoende is kan de ingeplante haar met een sterke trekkracht worden uitgetrokken.

Het doel van de uitvinding is het verschaffen van een haarinplantinrichting, waarmee een groter slaagpercentage wordt bereikt in de tijd direct na het inplanten van de kunsthaar, door de toevoer van een hoog-25 frequente stroom tegelijk met het inplanten van de haar, waardoor onderhuids weefsel, dat het lusvormige haardeel omgeeft, samenbalt door verhitting, terwijl uitvallen van de ingeplante haar, wanneer de groei van het vezelige verbindingsweefsel door de invloed van het vreemde materiaal nog onvoldoende is, wordt voorkomen door tegelijk met de haarinplanting een 30 lichte verbranding te veroorzaken in het deel waarin de haar is ingeplant en de haar tijdelijk wordt vastgehouden door het gevormde vezelige verbindingsweefsel, gevormd door herstel van de verbranding in ongeveer een week.

Bij een haarinplantinrichting met een metalen haarinplantnaald, voor-35 zien van een aangrijpdeel voor een haarworteldeel van de kunsthaar aan de punt van de naald en van een buitencilinder, die de voet van de naald omgeeft, wordt volgens de uitvinding de haarinplantnaald verbonden met een inrichting voor het opwekken van een hoogfrequente stroom, terwijl 87 0 1 2 4 6 -2- *' : , een schakelinrichting is aangebracht voor het tijdelijk toevoeren van de hoogfrequente stroom, wanneer de haarinplantnaald in de huid wordt gedrukt met de kunsthaar, waarbij schakelaar en naald zijn opgenomen in een circuit van de beschreven hoogfrequentgenerator met een stroombron.

5 De uitvinding zal hieronder nader worden toegelicht aan de hand van de tekening, waarin twee uitvoeringsvoorbeelden van de inrichting volgens de uitvinding zijn weergegeven.

Fig. 1-3 tonen de inrichting, waarvan fig. 1 een langsdoorsnede is door de haarinplantinrichting, 10 Fig. 2 toont vergroot een deel van de punt van de haarinplantnaald en fig. 3 toont de hoogfrequente inrichting in het algemeen.

Fig. 4 is een langsdoorsnede van een tweede uitvoeringsvorm.

Fig. 5 en 6 tonen het gebruik van de haarinplantinrichting.

Fig. 1 en 2 geven een eerste uitvoeringsvorm weer van de haarinplant-15 inrichting, waarbij een haarinplantnaald vrij verschuifbaar is aangebracht in een holle buitencilinder. De naald 1 volgens fig. 1 heeft een gevorkte punt, zoals de vergrote fig. 2 toont, welke punt een aangrijp-deel 2 heeft, dat een lusvormig haarworteldeel 21 van een kunsthaar 20 grijpt. De voet van de naald 1 is vrij verschuifbaar opgenomen in een 20 centrale opening 6 van de holle buitencilinder 3, bestaande uit isolerend materiaal, zoals kunststof. Het achtereinde van de naald 1 is ingebouwd in een kap 5, voorzien van een holle groef 16 en is daarin vastgezet. De diameter van de buitencilinder 3 van de kap 5 is verkleind door een trap 14 als aanligdeel voor een veer 4. Verder is ook de diameter van de 25 voet van de buitencilinder 3 verkleind, waardoor een trap 15 is ontstaan als aanligplaats voor de veer 4, waarbij het einde van de buitencilinder 3 vrij verschuifbaar steekt in de holle groef 16 van de kap 5. Tussen de trap 14 van de kap 5 en de trap 15 van de buitencilinder 3 is de veer 4 opgenomen, die een voorspanning geeft, waardoor de delen steeds van elkaar 30 af worden bewogen.

Een metalen ringkontakt 7 is ingebed in het middendeel van het lijf van de buitencilinder 3. Het binnenvlak van het ringkontakt 7 ligt op gelijke hoogte als het centrale gat 6 in de buitencilinder 3. Daardoor ligt het kontakt vrij in het centrale gat 6, zodat de haarinplant-35 naald 1 electrisch kan worden aangesloten, welke naald verschuifbaar is in het centrale gat 6. Verder is een uitsteeksel gevormd aan het ringkontakt 7, dat een klem 8 vormt, die buiten de cilinder 3 uitsteekt.

De klem 8 is verbonden met een snoer 19, dat wordt verbonden met de hieronder beschreven hoogfrequentgenerator 30, door een steker 11, 40 voorzien van een cilinddrisch veerkontakt 13 in een stekerhuis 12.

Ό A --1 ιΛ ί λ i υ \ io ψ \ -3-

Verder is een deel van het zijvlak van de voet van de buitencilinder 3 verwijderd, waardoor daarin een schuifgroef 17 is gevormd. Enerzijds steekt een einde van een aanslagpen 18, met schroefdrad aangebracht in de kap 18 uit in de schuifgroef 17, waardoor relatieve beweging wordt 5 belet tussen de buitencilinder 3 en de kap 5 in de rotatierichting, zodat de afstand wordt beperkt waarover de naald 1 wordt uitgebracht wanneer op de kap 5 wordt gedrukt.

Fig. 3 toont een inrichting 32 voor het opwekken van hoogfrequente stroom, waarmee de haarinplantinrichting 10 van de uitvinding is 10 verbonden. De hoogfrequentinrichting 32 omvat een hoogfrequente oscillator 33, een versterker 34 en een uitgangscircuit 35, terwijl de maximale uitgang gewoonlijk 20 W bedraagt en de opgewekte frequentie gewoonlijk ligt tussen 0,5 en 10 mhz. In het bijzonder is een voetschakelaar 36 aangebracht in het circuit tussen de stroombron 43 en de haarinplantinrichting 15 10 en ook een tijdschakelaar 42, waardoor stroom wordt toegevoerd gedurende bepaalde tijd na het sluiten van het circuit door het indrukken van de voetschakelaar 36 en het daarna weer openen van het circuit,

Fig. 4 toont een andere uitvoeringsvorm, waarbij de haarinplantnaald is gestoken in een buitencilinder, bestaande uit isolerend materiaal en 20 daaraan bevestigd. De voet van de haarinplantnaald 1 met een gevorkt aangrijpdeel 2 aan de punt is ingebed in een centraal gat 6* van de buitencilinder 3' en daaraan vastgezet. Een metalen kontakt 7' is ingebouwd aan het einde van de buitencilinder 3 en verbonden met de haarinplantnaald 1.

Een uitsteeksel is aangebracht aan het kontakt 7' en het kontakt 7' 25 steekt daarmee uit buiten de cilinder 3', waardoor een klem 8 is gevormd.

De klem 8 wordt verbonden met een hoogfrquentgenerator 32, voorzien van een voetschakelaar 36 en een tijdschakelinrichting 42, op gelijke wijze als bij de eerste uitvoeringsvorm, door een steker 11 met een cilindrisch veerkontakt 13 in een stekerhuis 12.

30 Wanneer de inrichting wordt gebruikt, wordt een tegenelectrodeplaat 37, verbonden met de klem 38 van de hoogfrequentgenerator 32, welke plaat ook is voorzien van een sponskussen 40, dat aan het achtervlak is gehecht, zoals weergegeven in fig. 5 en 6, onder het hoofd van een patiënt gelegd in aanraking met zijn huid en wordt de klem 39 verbonden met de steker 11 35 van de haarinplantinrichting 10 via een snoer 19. Na het grijpen van een kunsthaar 20 aan het haarworteldeel 21 daarvan met een grijpdeel 2 aan de punt van de naald 1, wordt deze punt geplaatst op de huid waar de haar moet worden ingeplant en wordt de kap naar omlaag gedrukt.

De naald 1 schuift door de buitencilinder 3 en de punt steekt door 40 de opperhuid en de lederhuid tot diep in het onderhuidse weefsel 24.

S 'S i *7 i) -Αία dit stadium wordt de punt van de haarinplantnaald 1 ingesteld zodanig dat deze juist het oppervlak bereikt van de galea aponeurotica 25, bestaande uit stevig vezelweefsel dat het oppervlak van de schedel 26 bedekt, door het instellen van de plaats van de aanslagpen 18. Wanneer in 5 dit stadium het circuit wordt gesloten door bedienen van de voetschakelaar 36 ontstaat een tijdelijke toevoer van hoogfrequente stroom, waardoor co- agulatie ontstaat van het onderhuidse weefsel 27 op het punt 27, dat in aanraking is met de naaldpunt. Hierdoor wordt het lusvormige haarworteldeel 21 vastgehouden, zodat het uitvallen van de ingeplante haar wordt voorkomen.

10 Wanneer in dit stadium een grote stroom wordt toegevoerd of de stroom- toevoertijd te lang is, zet de coagulatie zich voort tot het oppervlak van de huid. Om dus coagulatie alleen plaatselijk te doen plaatsvinden in het deel van het onderhuidse weefsel waar zich de haarwortel 21 bevindt, is het nodig de tijdschakelaar 42 zo in te stellen dat de stroom vloeit 15 tussen 0,1 en 2 sec., bij voorkeur tussen 0,2 en 0,3 sec., wanneer een hoogfrequentgenerator met een uitgang van maximaal 20 W wordt gebruikt, die een frequentie van 1-2 mHz opwekt.

Wanneer de wond gesloten is en het vezelige verbindingsweefsel begint te groeien rond het lusvormige haarworteldeel 21, onder invloed van de 20 direct na de haarinplanting plaatsvindende verbranding,wor^t het haarworteldeel 21 tegengehouden door het onderhuidse weefsel 24 zodat belet wordt dat de ingeplante kunsthaar uitvalt. Wanneer ongeveer een maand is verlopen is de groei van het vezelige verbindingsweefsel doorgegaan ten gevolge van de invloed van het vreemde materiaal en is de ingeplante haarwortel 21 25 stevig bevestigd aan de galea aponeurotica 25 door het gecombineerde effect met het vezelige verbindingsweefsel, veroorzaakt door de verbranding.

Hiermee wordt dus een stevige bevestiging van de kunsthaar verkregen.

Zoals duidelijk zal zijn uit de bovenbeschreven beschrijving treedt uitval van de kunsthaar direct na de haarinplanting nauwelijks op daar 30 slechts het deel van het onderhuidse weefsel, dat in aanraking is met het lusvormige haarworteldeel, coaguleert door de toevoer van de hoogfrequente stroom, tegelijk met de haarinplanting door de inrichting volgens de uitvinding en wordt het haarworteldeel ook vastgehouden door het door de verbranding ontstane vezelige verbindingsweefsel. Daar bovendien het 35 gecoaguleerde deel, ontstaan door de verhitting, klein is, van 1-2 mm, vindt het herstel van het beschadigde weefsel snel plaats en stijgt het succespercentage van de inplantingen aanzienlijk.

Q '7 H λ f ü Q ; '~i a 4 ö

Claims (1)

1. Haarinplantinrichting, bestaande uit een metalen haarinplantnaald met een aangrijpdeel voor het aangrijpen van een haarworteldeel van een kunsthaar aan de punt van de naald, en met een buitencilinder, die het voetgedeelte van de naald bedekt, welke inrichting is gekenmerkt doordat 5 de haarinplantnaald verbindbaar is met een inrichting voor het opwekken van een hoogfrequente stroom, waarbij een schakelaar aanwezig is voor het tijdelijk toevoeren van de hoogfrequente stroom wanneer de haarinplantnaald in de huid wordt gestoken tezamen met een kunsthaar en de inrichting is voorzien van een circuit dat de naald verbindt met de 10 stroombron van de inrichting voor het opwekken van de hoogfrequente stroom. 87Ö12 4 6