NL8602751A

NL8602751A - Antidiefstalinrichting voor een audioinrichting.

Info

Publication number: NL8602751A
Application number: NL8602751A
Authority: NL
Original assignee: Clarion Co Ltd
Priority date: 1985-11-01
Filing date: 1986-10-31
Publication date: 1987-06-01
Also published as: JPS62105738A; FR2589405B1; JPH0453734B2; FR2589405A1; US4806926A; DE3637019A1

Description

% VO 8445

Titel: Antidiefstalinrichting voor een audioinrichting.

De uitvinding heeft betrekking op een antidiefstalinrichting voor een audioinrichting ten gebruike in een voertuig, voorzien van codeinstel-organen voor het instellen van een antidiefstalcode, codeinvoerorganen, en een micro rekeninrichting voor vergelijking en besturingsvergelijking 5 van een ingevoerde code met een voorafbepaalde code.

Er is een antidiefstalinrichting voor een autoinrichting bekend, waarin een microrekeninrichting voor het tegengaan van diefstal wordt gebruikt, en in het geheugen waarvan een identificatiegetal is opgeslagen; het identificatiegetal dient te worden ingevoerd om de audioinrichting 10 te gebruiken; en verschillende functies van de audioinrichting kunnen slechts worden vervuld wanneer een ingevoerde code overeenkomt met het opgeslagen identificatiegetal. Dat wil zeggen, dat zelfs indien iemand de audioinrichting steelt, hij tenzij hij het identificatiegetal kent, de audioinrichting niet kan laten werken en derhalve heeft de inrichting 15 een antidiefstaleffect.

Een antidiefstalinrichting voor een audioinrichting ten gebruike in een voertuig is beschreven in de Japanse octrooiaanvrage Sho-60-104434.

Deze inrichting heeft Hët bezwaar, dat vdór het gebruik noodzakelijkerwijze een code, welke het identificatiegetal voorstelt, moet worden inge-20 voerd.

Verder heeft deze inrichting het bezwaar, dat indien de voedingsbron daarvan, waarmede elektrisch vermogen aan de microrekeninrichting wordt toegevoerd, wordt uitgeschakeld, geen identificatiegetal kan worden geïdentificeerd omdat de inhoud van het geheugen daarvan niet wordt vast-25 gehouden.

Het doel van de uitvinding is het verschaffen van een antidiefstalinrichting voor een audioinrichting ten gebruike bij een voertuig, waarbij de inhoud van het geheugen wordt vastgehouden, zodat geen codeinvoer elke keer voordat de audioinrichting wordt gebruikt nodig is, zelfs 30 indien de voedingsbron daarvan eenmaal is uitgeschakeld.

(Λα dit doel te bereiken omvat een antidiefstalinrichting voor een audioinrichting ten gebruike in een voertuig volgens de uitvinding een microrekeninrichting, welke met een ondersteuningsvoedingsbron is verbonden en voorzien is van een ROM, welke antidiefstalverwerkings- • V V . - - i k ^ ^ -2 - programma's en dergelijke bevat, codeinstelorganen om een antidiefstal-code in te stellen, codeinvoerorganen, die door de microrekeninrichting zodanig worden bestuurd, zodat deze slechts een code afkomstig uit de codeinstelorganen, welke overeenkomt met een voorafbepaald identificatie-5 getal, aan de microrekeninrichting wordt toegevoerd, en een audioinrichting, welke door de microrekeninrichting zodanig wordt bestuurd, dat het uitgangsaudiosignaal wordt uitgeschakeld wanneer wordt vastgesteld, dat de ondersteuningsvoedingsbron eenmaal is afgeschakeld.

Aangezien voor het geheugen van het identificatiegetal diode-10 schakelaars worden gebruikt, verdwijnt de inhoud van het geheugen niet zelfs indien de voedingsbron wordt uitgeschakeld. Voorts wordt de ondersteuningsvoedingsbron gebruikt om vast te stellen of de audio-inrichting al dan niet gestolen is. In het geval, dat de ondersteuningsvoedingsbron eenmaal is onderbroken, wordt vastgesteld, dat de audio-15 inrichting is gestolen en slechts in dit geval is de codeinvoer nodig om de audioinrichting te laten werken.

De uitvinding zal onderstaand nader worden toegelicht onder verwijzing naar de tekening. Daarbij toont: fig. J. een blokschema ter illustratie van de opbouw van een 20 antidiefstalinrichting voor een audioinrichting ten gebruike bij een voertuig volgens de uitvinding; en fig. 2 een stroomdiagram ter toelichting van de werking van de antidiefstalinrichting voor een audioinrichting ten gebruike bij een voertuig volgens de uitvinding.

25 Thans zal de uitvinding worden toegelicht voor enige voorkeurs uitvoeringsvormen waarbij wordt verwezen naar de tekening. Het is evenwel duidelijk, dat deze slechts voorbeelden zijn en dat binnen het kader van de uitvinding verschillende wijzigingen en verbeteringen mogelijk zijn.

30 Fig. 1 toont een blokschema van de opbouw van een antidiefstal inrichting voor een audioinrichting ten gebruike bij een voertuig volgens de uitvinding, waarbij met l microrekeninrichting (CPU) is aangegeven, met 2 een antidiefstalcodeinstelgedeelte waarbij gebruik wordt gemaakt van toetsen, met 3 een codeinvoergedeelte bestaande uit 35 diodeschakelaars, met 4 een batterij, welke als een ondersteunings- '3 '· ' '3 ' \ .J, Λ.' T* J 3 -3- ** % voedingsbron voor de microrekeninrichting dient, met 5 een invoercode-indicator, met 6 een bandweergeefinrichting, met 7 een radioketen, met 8 een audiosignaalomschakelaar en met 9 lichtemitterende dioden (LED) zijn aangegeven. De microrekeninrichting 1 omvat antidiefstalverwerkings-5 programma's enz. in de ROM daarvan en wordt voorts gevoed door een ondersteuningsvoedingsbron, zoals een batterij 4, bijvoorbeeld de in het voertuig aanwezig batterij.

De in fig. 1 afgeheelde inrichting werkt als volgt.

Wanneer de voedingsbron welke verschilt van de batterij 4, bij-10 voorbeeld de wisselstroomvoedingsbron in het voertuig wordt ingeschakeld, beoordeelt de microrekeninrichting 1 of de ondersteuningsvoedingsbron 4 al dan niet is ingeschakeld. In het geval, dat de ondersteuningsvoedingsbron 4 gedurende een periode waarin de hoofdvoedingsbron P is uitgeschakeld, zonder onderbreking is aangesloten, stelt de microreken-15 inrichting 1 vast, dat de audioinrichting niet is gestolen en wordt een omschakelaar 8 beïnvloed opdat audiosignalen afkomstig uit een radio of % een bandweergeefinrichting worden weergegeven. In het geval, dat de microrekeninrichting vaststelt, dat de ondersteuningsvoedingsbron 4 eenmaal is uitgeschakeld, blijven alle cijfers in de indicator uitge-20 schakeld, werkt de radioketen 7 niet en wordt de omschakelaar 8 op de radio ingesteld, zodat geen geluid kan worden gehoord. Op deze wijze kan nadat de audioinrichting is gestolen, deze niet op een bevredigende wijze worden gebruikt. In dit geval kan de inrichting niet worden bedreven zonder een voorafbepaald identificatiegetal in te voeren.

25 Het identificatiegetal is bijvoorbeeld een uit vier cijfers bestaand getal, dat een van de combinaties van de cijfers van 1 tot 6 is, gevormd door middel van de toetsen Ml tot M6. Elk van de vier cijferidentificatiegetallen worden bepaald door middel van diodeschake-laats in het codeinvoergedeelte 3. Het identificatiegetal, dat wordt 30 gevormd en door de microrekeninrichting 1 wordt bestuurd, in die toestand, waarbij slechts een diode Dq is aangesloten en de andere diode niet zijn aangesloten, is bijvoorbeeld "2431".

De code "2431", verkregen door het indrukken van de toetsen in de volgorde M2 -> M4 M3 -* Ml, wordt via de diode Dq aan de microreken-35 inrichting toegevoerd en de cijfers "2", "4", "3" en "1" in de Γ:. *: Λ v ~ 1 Μ V Jm * k __^ ï.' -w - 4 - indicator 5 worden achtereenvolgens door de microrekeninrichting tot oplichten gebracht. Aangezien de code, welke overeenkomt met het identi-ficatiegetal, is ingevoerd, geeft de microrekeninrichting 1 de gebruikelijke radioindicatie in de indicator 5 aan en brengt de radio of de 5 bandweergeefinrichting in de actieve toestand daarvan.

Indien de ingevoerde code onjuist is bijvoorbeeld wanneer de ST-toets langer dan drie seconden is ingedrukt na het beëindigen van de invoer, worden alle cijfers in de indicator 5 gedoofd en wordt het mogelijk opnieuw een andere code in te voeren.

10 Om te laten weten, dat de audioinrichting is voorzien van een antidiefstalinrichting, is deze zodanig opgebouwd, dat de microrekeninrichting 1 een achter de indicator 5 opgestelde LED 9 in- en uitschakelt. Teneinde deze in- en uitschakeling van de LED 9 te beëindigen wordt bijvoorbeeld de ST-toets langer dan twee seconden ingedrukt.

15 Daarna onderkent de microrekeninrichting 1 dit en dooft de LED 9.

Ofschoon boven het geval is beschreven, waarbij een ST-toets wordt gebruikt, is dfe bedieningstoets niet beperkt tot de ST-toets doch het is natuurlijk duidelijk, dat elke andere toets daarvoor kan worden gebruikt indien dit een toets is, welke niets te maken heeft 20 met de werking, welke op dat moment plaatsvindt. Welke toets wordt gebruikt is afhankelijk van het in de microrekeninrichting aanwezige programma.

Fig. 2 toont een stroomdiagram waarin bovenbeschreven handelingen zijn geresummeerd. Bij de stap "begininstelling" vindt de 25 initiële instelling van de indicator en het besturingssignaal plaats.

Bij de stap "hulpvoeding ?" wordt beoordeeld of de ondersteuningsbron zonder onderbreking gedurende een periode, waarin de voedingsbronscha-kelaar is uitgeschakeld, is aangesloten geweest. Bij de stap "opnemen code uit diode" wordt een identificatiegetal bepaald door voorafbe-30 paalde dioden in en uit te schakelen. Voorts wordt bij de stap "code = identificatiegetal ?" de ingevoerde code met het identificatiegetal vergeleken.

Zoals boven is toegelicht wordt volgens de uitvinding aangezien voor het geheugen van het identificatiegetal diodeschakelaars worden 35 gebruikt, de inhoud van het geheugen niet gewist zelfs indien de voe- £ £ Cs 7 ^ ^ - 5 - dingsbron wordt afgeschakeld. Voorts is aangezien, een ondersteunings-voedingsbron wordt gebruikt voor het beoordelen of de audioinrichting al dan niet gestolen is en slechts wanneer de ondersteuningsvoedingsbron wordt uitgeschakeld wordt vastgesteld, dat de audioinrichting is gestolen, 5 de codeinvoer slechts in dit geval nodig.

%

* Λ *·» 1 .* A

.. V -J i ____

Claims

1. Antidiefstalinrichting voor een audioinrichting gekenmerkt door een microrekeninrichting, welke met een ondersteuningsvoedingsbron is verbonden en voorzien is van een ROM, welke antidiefstalverwerkingspro-•gramma's en dergelijke omvat; codeinstelorganen om een antidiefstalcode 5 in te stellen, codeinvoerorganen, welke door de microrekeninrichting zodanig worden bestuurd, dat deze organen slechts een code, afkomstig uit de codeinstelorganen, welke overeenkomt met een voorafbepaald identificatiegetal, aan de microrekeninrichting toevoeren, en een audioinrichting, welke door de microrekeninrichting zodanig wordt be-10 stuurd, dat het uitgangsaudiosignaal wordt uitgeschakeld wanneer wordt vastgesteld, dat de ondersteuningsvoedingsbron eenmaal is afgeschakeld.

2. Antidiefstalinrichting voor een audioinrichting volgens conclusie 1 gekenmerkt door een toetsschakelaar, welke het mogelijk maakt een code opnieuw in te voeren wanneer door middel van de codeinstel- 15 organen een code op een onjuiste wijze is ingevoerd. £ 5 -3 7 K 1