NL8503152A - Dosismeter voor ioniserende straling. - Google Patents

Dosismeter voor ioniserende straling. Download PDF

Info

Publication number
NL8503152A
NL8503152A NL8503152A NL8503152A NL8503152A NL 8503152 A NL8503152 A NL 8503152A NL 8503152 A NL8503152 A NL 8503152A NL 8503152 A NL8503152 A NL 8503152A NL 8503152 A NL8503152 A NL 8503152A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
dosimeter according
dosimeter
anode wires
measuring chamber
cathode
Prior art date
Application number
NL8503152A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Optische Ind De Oude Delft Nv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Optische Ind De Oude Delft Nv filed Critical Optische Ind De Oude Delft Nv
Priority to NL8503152A priority Critical patent/NL8503152A/nl
Priority to US06/931,538 priority patent/US4896041A/en
Priority to DE8686202003T priority patent/DE3671319D1/de
Priority to EP86202003A priority patent/EP0227134B1/en
Priority to IL80649A priority patent/IL80649A0/xx
Priority to CN86108601A priority patent/CN1014934B/zh
Priority to JP61272741A priority patent/JPH06100656B2/ja
Priority to IN892/CAL/86A priority patent/IN168082B/en
Publication of NL8503152A publication Critical patent/NL8503152A/nl
Priority to JP6073655A priority patent/JPH07174856A/ja

Links

Classifications

    • HELECTRICITY
    • H01ELECTRIC ELEMENTS
    • H01JELECTRIC DISCHARGE TUBES OR DISCHARGE LAMPS
    • H01J47/00Tubes for determining the presence, intensity, density or energy of radiation or particles
    • H01J47/02Ionisation chambers
    • GPHYSICS
    • G01MEASURING; TESTING
    • G01TMEASUREMENT OF NUCLEAR OR X-RADIATION
    • G01T1/00Measuring X-radiation, gamma radiation, corpuscular radiation, or cosmic radiation
    • G01T1/16Measuring radiation intensity
    • G01T1/185Measuring radiation intensity with ionisation chamber arrangements
    • GPHYSICS
    • G01MEASURING; TESTING
    • G01TMEASUREMENT OF NUCLEAR OR X-RADIATION
    • G01T1/00Measuring X-radiation, gamma radiation, corpuscular radiation, or cosmic radiation
    • G01T1/29Measurement performed on radiation beams, e.g. position or section of the beam; Measurement of spatial distribution of radiation
    • G01T1/2914Measurement of spatial distribution of radiation
    • G01T1/2921Static instruments for imaging the distribution of radioactivity in one or two dimensions; Radio-isotope cameras
    • G01T1/2935Static instruments for imaging the distribution of radioactivity in one or two dimensions; Radio-isotope cameras using ionisation detectors

Description

# ·£ VO 7487
Titel: Dosismeter voor ioniserende straling.
De uitvinding heeft betrekking op een dosismeter voor ioniserende straling, omvattende een door een huis omsloten gasgevulde meetkamer, waarin zich een aantal in bedrijf een vaste elektrische spanning voerende anodedraden en tenminste één kathode-orgaan uitstrekken, welk huis 5 is voorzien van tenminste een ingangsvenster voor de ioniserende strattig.
Dergelijke dosismeters zijn reeds bekend uit het Handbook on Synchrotron radiation, Vol. IA, blz. 323-328 Ernst Eckhard Koch, North-Holland Publishing Company, Amsterdam, New York, Oxford, 1983. Een bezwaar van deze bekende dosismeters is, dat toepassing daarvan in een 10 inrichting voor spleetradiografie, waarbij tijdens het maken van een rontgenopname op elk moment de door een diafragmaspleet doorgelaten hoeveelheid straling per diafragmasectie gemeten en geregeld dient te kunnen worden, niet goed mogelijk is. Een voorbeeld van een dergelijke -inrichting voor spleetradiografie waarbij echter niet gebruik wordt ge-15 maakt van een dosismeter van de bovenbeschreven soort, is beschreven in de Nederlandse octrooiaanvrage 84.00845. De bekende dosismeters zijn niet ontworpen om de straling waarvan de sterkte gemeten dient te worden zo weinig mogelijk te verzwakken en om de vorming van een zichtbaar rontgenschaduwbeeld van de dosismeter zelf zo veel mogelijk te voorkomen.
20 Dit laatste is echter bij een inrichting voor spleetradiografie van groot belang, omdat de door de dosismeter doorgelaten straling dient om de gewenste rontgenopname te maken. Ook de vorm en afmetingen van de bekende dosismeters maken deze ongeschikt voor toepassing in een inrichting voor spleetradiografie.
25 Behoefte bestaat derhalve aan een dosismeter voor ioniserende straling, in het bijzonder röntgenstraling, die geschikt is om te worden toegepast in een inrichting voor spleetradiografie.
De uitvinding beoogt in deze behoefte te voorzien. Hiertoe wordt volgens de uitvinding een dosismeter van de beschreven soort daardoor 30 gekenmerkt, dat het huis een langwerpige, in hoofdzaak rechthoekige vorm heeft en dat de meetkamer een langwerpige, in hoofdzaak rechthoekige, in het huis uitgespaarde, ruimte is waarin zich een relatief groot aantal evenwijdige anodedraden, verdeeld over in hoofdzaak de gehele lengte van de meetkamer, uitstrekt in een richting in hoofdzaak 35 dwars op de lengterichting van de meetkamer.
ir -t * -m **
Λ ' - '·* -Λ V - - · v * >j L
it \ -2-
In het volgende zal de uitvinding nader worden beschreven met verwijzing naar de bijgevoegde tekening van een uitvoeringsvoorbeeld.
Fig. 1 toont een schematische dwarsdoorsnede van een uitvoeringsvoorbeeld van een dosismeter volgens de uitvinding; 5 Fig. 2 toont een doorsnede volgens de lijn II-II van Fig. 1;
Fig. 3 toont schematisch op welke wijzen een dosismeter volgens de uitvinding in een inrichting voor spleetradiografie kan worden toegepast;
Fig. 4 toont een voorbeeld van een kathode-orgaan voor een dosismeter volgens de uitvinding; en 10 · Fig. 5 toont schematisch in eindaanzicht een variant van Fig. 4.
De in de figuren 1 en 2 getoonde dosismeter omvat een langwerpige meetkamer 1 met evenwijdige langszij den 2, 2a, 4, 4a resp. 3, 3a, 5, 5a. Bij toepassing in een inrichting voor spleetradiografie is de meetkamer tenminste even lang als de breedte van de door het spleetdiafragma 15 doorgelaten, zich waaiervormig verbredende, platte röntgenbundel ter plaatse van de beoogde dosismeting. Indien de dosismeting in de direkte nabijheid van het spleetdiafragma dient plaats te vinden, kan de meetkamer even lang zijn als of iets langer zijn dan de diafragmaspleet. Naarmate de dosismeting verder van de diafragmaspleet plaats vindt, 20 dient de meetkamer langer te zijn. Bij meting nabij het rdntgenscherm kan de lengte van de meetkamer bijv. 40 a 45 cm bedragen.
De meetkamer is gevormd in een langwerpig huis 6 van isolerend materiaal, zoals bijv. glas of keramisch materiaal. Het huis bestaat uit twee in hoofdzaak spiegelbeeldige delen 7, 8, die gasdicht op el-25 kaar zijn bevestigd bijv. door fritten, versmelten of lijmen. Elk huisdeel bestaat in wezen uit een langwerpige strook van een isolerend materiaal, waarin een langwerpige sleuf ongeveer ter grootte van de te vormen meetkamer is uitgespaard, zodat een langwerpig raamwerk is ontstaan.
30 Zoals in Fig. 1 is te zien, zijn beide raamwerken langs de bin nenste langsranden en aan de naar elkaar toegekeerde zijden voorzien van een uitsparing, waardoor beide raamwerken naar elkaar toegekeerde, zich langs de langsranden uitstrekkende, schouders 9, 10, 11, 12 vormen. Het doel van deze schouders zal in het volgende nog nader worden 35 beschreven.
Dwars op de lengterichting van de raamwerken 7, 8 strekt zich door de meetkamer 1 een groot aantal evenwijdige dunne anodedraden 13 uit, die in bedrijf een vaste elektrische spanning voeren. In een •V . - w * ** -3- praktische uitvoeringsvorm kunnen de anodedraden bijv. vergulde wolfram-draden zijn, die bijv. een onderlinge afstand van 2,5 mm hebben en een dikte van 50/um.
De anodedraden zijn verdeeld over in hoofdzaak de gehele lengte 5 van de meetkamer aangebracht. De anodedraden liggen in het scheidings-vlak tussen de raamwerken 7 en 8 en worden door de tegen elkaar liggende oppervlakken van de raamwerken vastgehouden.
De anodedraden bevinden zich voorts in het middenvlak tussen twee evenwijdige vlakke kathode-organen 14,15 die bevestigd zijn op de schou— 10 ders 10,12 en op de schouders 9,11 van de beide raamwerken. De beide kathode-organen zijn elektrisch met elkaar verbonden. Opgemerkt wordt dat in beginsel echter ook met één kathode-orgaan volstaan zou kunnen worden.
De kathode-organen kunnen bestaan uit een dradenrooster, doch zijn 15 volgens een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding elk opgebouwd uit een dunne isolerende plaatvormige drager, waarop aan de naar de anodedraden toegekeerde zijde een geleidende metaallaag is aangebracht.
De drager kan uit een geschikte kunststof of een ander geschikt materiaal zoals glas zijn vervaardigd.
20 Fig. 4 toont een voorkeursuitvoeringsvorm van de kathode-organen 14,15, die hier in hun onderlinge relatie en in hun relatie tot de anodedraden 13 schematisch zijn afgebeeld, waarbij duidelijkheidshalve de rest van de dosismeter is weggelaten. De in Fig. 4 getoonde kathode-organen omvatten weer elk een dunne plaatvormige drager, die langs de 25 randen is voorzien van een afschermelektrode 40 resp. 41, die aan aarde ligt. Binnen elke afschermelektrode (,,guard,,-elektrode) ligt geïsoleerd t.o.v. de afschermelektrode door een smalle tussenruimte 42 resp. 43 de eigenlijke kathode 44, resp. 45. De afschermelektroden dienen om eventuele lekstromen af te voeren, waardoor de signaal/ruisverhouding 30 van het uitgangssignaal van de dosismeter wordt verbeterd.
In de in Fig. 4 getoonde uitvoeringsvorm zijn de afschermelektroden bij 46 onderbroken om een doorgang voor een aansluitgedeelte 47 van de kathoden te vormen. De werking van de afschermelektroden kan desgewenst nog geoptimaliseerd worden indien de afschermelektroden on-35 onderbroken worden uitgevoerd. Voor de kathoden dient dan een de afschermelektroden overbruggende aansluiting voorzien te zijn. Hiertoe kan bv. een door een opening in de drager gevoerde aansluiting zijn aangebracht, zoals bij wijze van voorbeeld bij 48 schematisch is aangegeven in Fig. 5 voor het kathode-orgaan 14. De doorgang 48 schema- -4- Γ t tisch is aangegeven in Fig. 5 voor het kathode-orgaan 14. De doorgang 48 of andere elektrische aansluiting van de kathoden bevindt zich bij voorkeur buiten het gebied van de anodedraden.
In een praktische uitvoeringsvorm kunnen de dragers bestaan uit 5 glasfolie van ± 80/um dik, dat door fritten op de schouders 9,11 resp.
10,12 is bevestigd. Op de dragers kan door opdampen een laagje goud of zilver of een ander goed geleidend metaal zijn aangebracht.
De meetkamer 1 strekt zich in de lengterichting met tenminste één kopeinde la tot voorbij de vlakke kathoden en het gebied van de anodedra-10 den uit, zodat de ruimte tussen de kathoden in verbinding staat met de ruimten aan de van de anodedraden afgekeerde zij.den van de kathoden.
De meetkamer is voorts gasdicht afgesloten door vensters 16,17, die zijn vervaardigd van een materiaal, dat röntgenstraling niet of nauwelijks verzwakt. In een praktische uitvoeringsvorm kunnen de vensters bijv. 15 van glasfolie met een dikte van 0,5 mm zijn vervaardigd.
De vensters zijn bij voorkeur gebogen uitgevoerd op grond van sterkte-overwegingen. In Fig. 1 zijn de vensters 16,17 enigszins bol uitgevoerd. Het is echter ook mogelijk de vensters van buitenaf gezien hol uit te voeren. Een dergelijke constructie kan met voordeel worden toege-20 past als de inwendige druk in de dosismeter althans gedurende enige tijd groter is dan de omgevingsdruk, zoals bijv. tijdens transport per vliegtuig het geval kan zijn.
In het getoonde uitvoeringsvoorbeeld hebben beide raamwerken 7,8 een zich langs het scheidingsvlak tussen de raamwerken en in lengterich-25 ting van de raamwerken uitstrekkende uitwendige flens 18 resp. 19 (Fig.1). Op één der flenzen, in de tekening flens 18, is in het verlengde van elke anodedraad 13 een smalle geleidende baan 20, bijv. een zilverbaan, aangebracht. Op elke baan is het uiteinde van een anodedraad door solderen bevestigd. De flens 18 met de geleidende banen kan met voordeel zijn uit-30 gevoerd als connector, zodat de signalen van de anodedraden op eenvoudige wijze aan een verwerkingsinrichting voor deze signalen kan worden toegevoerd.
De in Fig. 1 getoonde flens 19 van het raamwerk 8 zou desgewenst op soortgelijke wijze van aansluitbanen voor de anodedraden kunnen zijn 35 voorzien. Noodzakelijk is dit echter niet en in het getoonde uitvoeringsvoorbeeld is de flens 19 uitgevoerd als bevestigingsflens met behulp waarvan de dosismeter op een drager of dergelijke kan worden bevestigd. De flens 19 is hiertoe voorzien van een aantal bevestigingsgaten 21, waarvan • .. - Ί ‘ * -5- • ·φ waarvan er ëën is getoond.
Een voordeel van de getoonde uitvoeringsvorm is, dat de beide raamwerken 7,8 exact dezelfde vorm kunnen hebben hetgeen de fabricage vereenvoudigt.
5 Als alternatief zou echter de flens 19 weggelaten kunnen worden zoals getoond in Fig. 2, en zou de flens 18 iets langer kunnen worden uitgevoerd, zoals met onderbroken lijnen bij 18' is aangegeven, en van bevestigingsgaten kunnen zijn voorzien.
In Fig. 2 is nog een met de meetkamer in verbinding j» 10 staande buisstomp 22 getoond, die met een vacuumpomp kan worden verbonden om de meetkamer leeg te pompen. De meetkamer wordt vervolgens met een geschikt gas, zoals bijv. een mengsel van Ar en Ch^ gevuld, dat een druk van 1 atm. kan hebben.
Daarna wordt de buisstomp dichtgeknepen. Desgewenst 15 kan het andere raamwerk 8 ook van een dergelijke buisstomp zijn voorzien.
-6-
De buisstomp kan met voordeel dienen als aansluitgeleider voor de kathoden 14 en 15 of voor de "guard"-elektroden. In Fig. 2 is bij 23 een galvanische verbinding tussen de buisstomp 22 en de kathode 15 getoond.
5 Met betrekking tot het zich in de meetkamer bevindende gas wordt nog opgemerkt, dat het Argongas onder invloed van ioniserende straling aan de elektroden het uitgangssignaal doet ontstaan, terwijl methaangas is toegevoegd als blusgas ("quenching agent") om het zgn. lawine-effect tegen te gaan. Bij voorkeur wordt echter de anode-kathodespanning zoda-10 nig gekozen, dat het lawine-effect normaliter niet optreedt. Het methaangas zou dan achterwege kunnen worden gelaten.
Daar Ar relatief transparant is voor ioniserende straling is het om een voldoend grote uitgangsstroom te verkrijgen (groter dan ca. 10“*^ A) nodig om in het zgn. gasversterkingsgebied te werken, waardoor een 15 signaalversterking met bijv. een factor 1000 kan worden verkregen, afhankelijk van de gekozen anode-kathodespanning. Dit opent tevens de mogelijkheid om, indien de dosismeter deel uitmaakt van een regelketen voor het besturen van de per sectie van een spleetdiafragma van een inrichting voor spleetradiografie doorgelaten hoeveelheid röntgenstraling, 20 gelijktijdig de versterking voor de bij elke sectie van het spleetdiafragma behorende regelkring in te stellen via de anode-kathodespanning van de dosismeter.
Fig. 3 illustreert enkele toepassingsmogelijkheden van een dosismeter volgens de uitvinding in een inrichting voor spleetradiografie.
25 Opgemerkt wordt, dat de dosismeter ook in andere situaties kan worden toegepast en in het algemeen in het bijzonder geschikt is om de verdeling en variatie van de intensiteit van ioniserende straling over een langgerekt gebied te detecteren.
Indien men slechts geïnteresseerd is in de totale dosis ioniseren-30 de straling in het meetgebied, kunnen de signalen van de anodedraden bij elkaar worden opgeteld of kunnen de anodedraden met elkaar worden doorverbonden.
Fig. 3 toont schematisch een inrichting voor spleetradiografie met een rontgenbron 30 die via een spleetdiafragma 31 met een platte 35 rontgenbundel 32 een te onderzoeken lichaam 33 met een door een pijl 34 aangegeven aftastbeweging kan doorstralen, teneinde middels een achter - ·* «* »3 *·· «· 'J - 'J -za -7- het lichaam geplaatste rontgendetector 35 een rontgenbeeld te vormen.
Indien men slechts de totale rontgendosis, waaraan het lichaam 33 tijdens één of meer aftastbewegingen wordt blootgesteld, wenst te bepalen kan de dosismeter nabij het spleetdiafragma of zelfs tegen het 5 spleetdiafragma zijn aangebracht zoals schematisch aangegeven bij 36.
De uitgangssignalen van de dosismeter kunnen dan echter niet gebruikt worden om plaatselijk de hoeveelheid door het spleetdiafragma doorgelaten hoeveelheid straling te besturen teneinde een geharmoniseerde rontgenopname te verkrijgen. Daartoe dient de dosismeter zich, 10 zoals aangegeven bij 37, tussen het lichaam 33 en de rdntgendetector 35 te bevinden en vanzelfsprekend de aftastbeweging van de rSntgenbundel 32 te volgen. De dosismeter kan bijv.‘op een arm 38 zijn bevestigd, die synchroon met het spleetdiafragma beweegt. De uitgangssignalen van telkens één of een aantal naast elkaar gelegen anodedraden vormen een 15 maat voor de momentaan in de bijbehorende sector van de rontgenbundel heersende stralingsintensiteit en dus ook voor de helderheid van het met die sector corresponderende deel van de te maken rontgenopname.
Deze uitgangssignalen kunnen derhalve worden gebruikt om met de corresponderende sectie van het spleetdiafragma samenwerkende verzwakkings-20 organen 39 te besturen, teneinde beeldharmonisatie bewerkstelligen.
Teneinde grote verschillen tussen de uitgangssignalen van met naburige secties van het spleetdiafragma samenwerkende (stellen) anodedraden van de dosismeter te voorkomen, kan desgewenst het uitgangssignaal van elk stel bij een bepaalde diafragmasectie behorende anodedra-25 den, of, indien per diafragmasectie één anodedraad aanwezig is, van elke anodedraad, gecombineerd worden met het uitgangssignaal van één of meer bij naburige secties van het spleetdiafragma behorende anodedraden om het stuursignaal voor de desbetreffende sectie te verkrijgen.
In een praktische uitvoeringsvorm kan een dosismeter volgens de 30 uitvinding een meetkamer van 40 cm lang hebben en 160 anodedraden bevatten. Indien het spleetdiafragma bijv. twintig bestuurbare secties heeft, zijn acht draden per sectie beschikbaar. De signalen van deze acht draden worden dan gecombineerd tot een stuursignaal voor de bijbehorende diafragmasectie. Bij het vormen van het stuursignaal zouden 35 zoals boven beschreven, echter ook nog de uitgangssignalen van één of meer bij naburige secties behorende naburige draden betrokken kunnen worden.
/ } -8-
Afhankelijk van het gebruikte type rontgendetector is het als alternatief mogelijk de verzwakkingsorganen te besturen uitgaande van de door de rontgendetector 35 doorgelaten straling. De dosismeter kan dan achter de rontgendetector zijn opgesteld, zoals aangegeven bij 40 5 en dient dan ook weer synchroon met de aftastbeweging van de rontgen-bundel 32 mee te bewegen.
In alle gevallen is het een voordeel, dat een dosismeter volgens de uitvinding met een zeer geringe dikte, in de orde van 10 mm of kleiner, kan worden uitgevoerd.
10 Ondanks het feit, dat zeer dunne anodedraden kunnen worden toege past bestaat de kans dat de anodedraden aanleiding geven tot artefacten in de vorm van dunne strepen in de te maken rontgenopname. Dit kan desgewenst worden voorkomen door er voor te zorgen, dat de draden zich enigszins schuin t.o.v. de aftastrichting uitstrekken. Zulks kan op een-15 voudige wijze worden bewerkstelligd door de dosismeter zelf enigszins t.o.v. de aftastrichting te monteren of door de anodedraden onder een kleine hoek t.o.v. de langshartlijn van de dosismeter aan te brengen.
Opgemerkt wordt, dat na het voorgaande diverse modificaties voor de deskundige voor de hand liggen. Dergelijke modificaties worden ge-20 acht binnen het kader van de uitvinding te vallen.
AA*** \ » * · V · .-/ ? S y - —

Claims (21)

1. Dosismeter voor ioniserende straling, omvattend een door een huis omsloten gasgevulde meetkamer, waarin zich een aantal, in bedrijf een vaste elektrische spanning voerende anodedraden en tenminste ëën kathode-orgaan uitstrekken, welk huis is voorzien van tenminste ëën in- 5 gangsvenster voor de ioniserende straling, met het kenmerk, dat het huis een langwerpige, in hoofdzaak rechthoekige vorm heeft en dat de meetkamer een langwerpige, in hoofdzaak rechthoekige, in het huis uitgespaarde, ruimte is, waarin zich een relatief groot aantal evenwijdige anodedraden, verdeeld over in hoofdzaak de ge- 10 hele lengte van de meetkamer uitstrekt in een richting in hoofdzaak dwars op de lengterichting van de meetkamer.
2. Dosismeter volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het huis is gevormd uit twee langwerpige, in hoofdzaak gelijkvormige stroken isolerend materiaal, die elk door het aan- 15 brengen van een langwerpige uitsparing zijn gevormd tot een langwerpig raamwerk, welke raamwerken gasdicht op elkaar zijn aangebracht, waarbij de anodedraden in het scheidingsvlak tussen de raamwerken liggen en door de tegen elkaar liggende raamwerken worden vastgehouden.
3. Dosismeter volgens conclusie 2, 20 met het kenmerk, dat in tenminste ëën der raamwerken een zich in hoofdzaak over de gehele lengte van de meetkamer uitstrekkend en in hoofdzaak vlak kathode-orgaan is aangebracht evenwijdig aan het vlak waarin de anodedraden liggen.
4. Dosismeter volgens conclusie 3, 25 met het kenmerk dat elk raamwerk langs de binnenste langsranden daarvan is voorzien van een zich evenwijdig aan het vlak van de anodedraden en op korte afstand daarvan uitstrekkende schouder, en dat de twee schouders van elk raamwerk een vlak kathode-oi>gaan dragen.
5. Dosismeter volgens conclusie 3 of 4, 30 met het kenmerk, dat elk kathode-orgaan bestaat uit een dunne isolerende drager, waarop een metaallaag is aangebracht. -* ,\ J -10-
6. Dosismeter volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat elk kathode-orgaan bestaat uit glasfolie, waarop een edelmetaal is opgedampt.
7. Dosismeter volgens conclusie 4, 5 met het kenmerk, dat elk kathode-orgaan door fritten op de schouders van het bijbehorende raamwerk is bevestigd.
8. Dosismeter volgens een der conclusies 3 t/m 7, met het kenmerk, dat elk vlak kathode-orgaan is voorzien van een zich langs de rand van het kathode-orgaan uitstrekkende afschermelektrode, 10 die in bedrijf aan aarde ligt en die met enige tussenruimte de eigenlijke kathode omsluit.
9. Dosismeter volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de meetkamer gasdicht is afgesloten door op de van elkaar afgekeerde oppervlakken van de raamwerken gasdicht aangebrachte 15 dunne glasplaten.
10. Dosismeter volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat de ruimten tussen elke glasplaat en het bijbehorende kathode-orgaan met elkaar en met de tussen de kathode-organen gelegen ruimte in verbinding staan via tenminste ëën zich tot voorbij de kathode-20 organen uitstrekkend kopeinde van de meetkamer.
11. Dosismeter volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat tenminste één der raamwerken een zich in de lengterichting van het raamwerk uitstrekkende langwerpige uitwendige flens heeft, waarvan ëën der oppervlakken samenvalt met h& scheidingsvlak, 25 welke flens is voorzien van zich op het genoemde oppervlak dwars op de lengterichting uitstrekkende evenwijdige geleidende banen, waarbij elke anodedraad door solderen op ëën der geleidende banen is bevestigd.
12. Dosismeter volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat de flens als connector is uitgevoerd.
13. Dosismeter volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat beide raamwerken een zich in de lengterichting van de raamwerken uitstrekkende langwerpige uitwendige flens hebben, waarbij van tenminste ëën flens ëën der oppervlakken samenvalt met het scheidingsvlak en is voorzien van zich op het genoemde oppervlak dwars 35 op de lengterichting uitstrekkende geleidende banen, waarbij elke anodedraad door solderen op ëën der geleidende banen is bevestigd, en waarbij de andere flens is voorzien van bevestigingsgaten. ’ ,3 ’ (\ „ ; 5 < * m -11-
14. Dosismeter volgens conclusie 13, met het kenmerk, dat de van geleidende banen voorziene flens als connector is uitgevoerd.
15. Dosismeter volgens conclusie 1, 5 met het kenmerk, dat een met de meetkamer in verbinding staande, buiten het huis dichtgeknepen buisstomp aanwezig is, waarmee de kathode-organen elektrisch zijn verbonden en die als elektrische aansluitklem voor de kathode-organen dienst doet.
16. Dosismeter volgens conclusie 1, 10 met het kenmerk, dat de anodedraden zich enigszins schuin t.o.v. de lengterichting van de meetkamer uitstrekken.
17. Dosismeter volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de meetkamer is gevuld met argongas en dat de anode-kathodespanning in bedrijf zodanig is, dat gasversterking optreedt.
18. Dosismeter volgens conclusie 17, met het kenmerk, dat aan het argongas methaangas is toegevoegd.
19. Werkwijze voor het toepassen van een dosismeter volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de anodedraden in een aantal stellen anodedraden 20 zijn gegroepeerd en dat de signalen van de tot elk stel behorende anodedraden worden gecombineerd voor het verschaffen van een bij het desbetreffende stel behorend uitgangssignaal.
20. Werkwijze volgens conclusie 19, met het kenmerk, dat de signalen van de tot elk stel anodedraden beho-25 rende anodedraden worden gecombineerd met signalen van één of meer tot naburige stellen behorende anodedraden voor het verkrijgen van een bij het desbetreffende stel behorend uitgangssignaal.
21. Werkwijze volgens conclusie 19 of 20, met het kenmerk, dat de dosismeter wordt toegepast in een inrichting 30 voor spleetradiografie met een spleetdiafragma, dat is voorzien van bestuurbare verzwakkingselementen, die plaatselijk de door het spleetdiafragma doorgelaten of door te laten straling kunnen verzwakken, waarbij de dosismeter zich op elk moment in de door het spleetdiafragma doorgelaten stralingsbundel bevindt op zodanige wijze dat elk stel 35 anodedraden zich bevindt in een gedeelte van de stralingsbundel dat correspondeert met tenminste één specifiek bestuurbaar verzwakkings-element, en waarbij elk bij een stel anodedraden behorend uitgangssig- \ -j ά -12- naal wordt gebruikt als stuursignaal voor het corresponderende verzwak-kingselement. StStStScSt T\ /r-r, , it .-J ^ '* “V- ✓ ' tJ
NL8503152A 1985-11-15 1985-11-15 Dosismeter voor ioniserende straling. NL8503152A (nl)

Priority Applications (9)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8503152A NL8503152A (nl) 1985-11-15 1985-11-15 Dosismeter voor ioniserende straling.
US06/931,538 US4896041A (en) 1985-11-15 1986-11-14 Dosimeter for ionizing radiation
DE8686202003T DE3671319D1 (de) 1985-11-15 1986-11-14 Roentgenaufnahmegeraet mit schlitzblenden.
EP86202003A EP0227134B1 (en) 1985-11-15 1986-11-14 Apparatus for slit radiography
IL80649A IL80649A0 (en) 1985-11-15 1986-11-14 Dosimeter for ionizing radiation
CN86108601A CN1014934B (zh) 1985-11-15 1986-11-15 用于狭缝辐射照相设备的辐射剂量计
JP61272741A JPH06100656B2 (ja) 1985-11-15 1986-11-15 X線写真装置
IN892/CAL/86A IN168082B (nl) 1985-11-15 1986-12-09
JP6073655A JPH07174856A (ja) 1985-11-15 1994-04-12 X線写真方法および装置

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8503152 1985-11-15
NL8503152A NL8503152A (nl) 1985-11-15 1985-11-15 Dosismeter voor ioniserende straling.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8503152A true NL8503152A (nl) 1987-06-01

Family

ID=19846877

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8503152A NL8503152A (nl) 1985-11-15 1985-11-15 Dosismeter voor ioniserende straling.

Country Status (8)

Country Link
US (1) US4896041A (nl)
EP (1) EP0227134B1 (nl)
JP (2) JPH06100656B2 (nl)
CN (1) CN1014934B (nl)
DE (1) DE3671319D1 (nl)
IL (1) IL80649A0 (nl)
IN (1) IN168082B (nl)
NL (1) NL8503152A (nl)

Families Citing this family (14)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
JPH03502621A (ja) * 1987-03-26 1991-06-13 ドイチェス エレクトローネン‐シンクロトロン デジー 電離箱として使用するための遮蔽電極を有する同軸ケーブル
NL8701122A (nl) * 1987-05-12 1988-12-01 Optische Ind De Oude Delft Nv Inrichting voor spleetradiografie met beeldharmonisatie.
JPH06290507A (ja) * 1992-08-03 1994-10-18 Fujitsu Ten Ltd テープたるみ除去装置及びその方法
US5308987A (en) * 1993-02-01 1994-05-03 The United States Of America As Represented By The United States Department Of Energy Microgap x-ray detector
US5508526A (en) * 1995-02-01 1996-04-16 Keithley Instruments, Inc. Dual entrance window ion chamber for measuring X-ray exposure
WO2006107833A1 (en) * 2005-04-01 2006-10-12 Qualcomm Incorporated Method and apparatus for vector quantizing of a spectral envelope representation
JP4638294B2 (ja) * 2005-07-28 2011-02-23 京セラ株式会社 金属線材固定用セラミック枠体
SE529241C2 (sv) * 2005-10-26 2007-06-05 Tetra Laval Holdings & Finance Sensor samt system för avkänning av en elektronstråle
CA2720612C (en) 2008-04-07 2017-01-03 Mirion Technologies, Inc. Dosimetry apparatus, systems, and methods
US8911833B2 (en) * 2008-04-30 2014-12-16 Xyleco, Inc. Textiles and methods and systems for producing textiles
US7867358B2 (en) 2008-04-30 2011-01-11 Xyleco, Inc. Paper products and methods and systems for manufacturing such products
US9587349B2 (en) 2008-04-30 2017-03-07 Xyleco, Inc. Textiles and methods and systems for producing textiles
US8704189B2 (en) * 2009-11-18 2014-04-22 Saint-Gobain Ceramics & Plastics, Inc. System and method for ionizing radiation detection
CN105093263B (zh) * 2015-06-04 2017-08-29 西北核技术研究所 基于气体正比室的单粒子径迹成像装置

Family Cites Families (16)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3852610A (en) * 1973-02-26 1974-12-03 Varian Associates Transmission ion chamber
FR2251830B1 (nl) * 1973-11-20 1976-10-01 Commissariat Energie Atomique
US4031396A (en) * 1975-02-28 1977-06-21 General Electric Company X-ray detector
US4032784A (en) * 1975-08-04 1977-06-28 The Gerber Scientific Instrument Company Method and apparatus for examining a body by a beam of x-rays or other penetrating radiation
DE2546948C3 (de) * 1975-10-20 1980-05-29 Siemens Ag, 1000 Berlin Und 8000 Muenchen Röntgendiagnostikanlage für Röntgenaufnahmen mit Mitteln zur organprogrammierten Einstellung der Aufnahmewerte sowie mit einem Röntgenbelichtungsautomaten
DE2556699A1 (de) * 1975-12-17 1977-06-23 Philips Patentverwaltung Roentgengenerator mit belichtungsautomatik
JPS5350787A (en) * 1976-10-20 1978-05-09 Hitachi Medical Corp Xxray detector
JPS5365744A (en) * 1976-11-24 1978-06-12 Nippon Chemical Ind Coated plastic glasses flame
JPS5365774A (en) * 1976-11-25 1978-06-12 Toshiba Corp Radiant ray detector
US4119853A (en) * 1977-06-09 1978-10-10 General Electric Company Multicell X-ray detector
JPS5438789A (en) * 1977-09-02 1979-03-23 Hitachi Medical Corp Tomography
DE2824333A1 (de) * 1978-06-02 1979-12-13 Muenchener Apparatebau Fuer El Zaehlrohr
US4230944A (en) * 1979-02-09 1980-10-28 Advanced Instrument Development, Inc. X-ray system exposure control with ion chamber
US4558223A (en) * 1981-03-02 1985-12-10 Sysmed, Inc. Electronic x-ray recording
DE3121176A1 (de) * 1981-05-27 1982-12-16 Siemens AG, 1000 Berlin und 8000 München Geraet zur bereichsweisen aufnahme von roentgenbildern
NL8400845A (nl) * 1984-03-16 1985-10-16 Optische Ind De Oude Delft Nv Inrichting voor spleetradiografie.

Also Published As

Publication number Publication date
EP0227134B1 (en) 1990-05-16
CN1014934B (zh) 1991-11-27
US4896041A (en) 1990-01-23
EP0227134A1 (en) 1987-07-01
IL80649A0 (en) 1987-02-27
DE3671319D1 (de) 1990-06-21
JPH07174856A (ja) 1995-07-14
JPH06100656B2 (ja) 1994-12-12
JPS62119490A (ja) 1987-05-30
CN86108601A (zh) 1987-06-17
IN168082B (nl) 1991-02-02

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL8503152A (nl) Dosismeter voor ioniserende straling.
US6002134A (en) Cross-strip semiconductor detector with cord-wood construction
JP4416318B2 (ja) 平面ビームラジオグラフィーで画像を得る方法とその装置、及び放射線検出器
AU2001288198B2 (en) Adaptable energy-resolved detection of ionizing radiation
NL8503153A (nl) Dosismeter voor ioniserende straling.
US6522722B1 (en) Collimation of radiation from line-like ionizing radiation sources and planar radiation beam detection related thereto
JP2002541488A (ja) 放射線検出器及びラジオグラフィーに使用する装置
WO2001075479A1 (en) Spectrally resolved detection of ionizing radiation
EP0198659B1 (en) Kinestatic charge detection using synchronous displacement of detecting device
AU765959B2 (en) Radiation detector and an apparatus for use in planar beam radiography
US6389103B2 (en) Method and an apparatus for radiography and a radiation detector
US4731534A (en) X-ray detector system
EP0358699B1 (en) Device for slit radiography with image equalization
US4481420A (en) Process for the manufacturing of X-ray detectors for use in tomography, radiography, and the like
NO172665B (no) Anordning for deteksjon og lokalisering av noeytrale partikler, samt anvendelse av denne anordning
KR20020087074A (ko) 방사사진술을 위한 방법 및 장치와 방사검출기
US4461953A (en) X-Ray detector for detecting X-rays having passed through an object or organ
EP1651984A1 (en) Multifunctional detector for measuring characteristics of the beam of particles or radiation
JPH11317191A (ja) 電離箱を有する放射線測定装置
NL8301094A (nl) Stralingsdetector.
US4629897A (en) Automatic high insulation switch
Bateman et al. A high resolution position sensitive x-ray MWPX for small angle x-ray diffraction
KR100216303B1 (ko) 고위치분해능을 갖는 x-선 위치검출기
RU2062483C1 (ru) Позиционно-чувствительный детектор ионизирующего излучения
JPS623681A (ja) 電離箱型x線検出器

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
BV The patent application has lapsed