NL8500668A - Verstelinrichting voor gieken van surf-zeilinrichtingen. - Google Patents

Description

N033067 1

Verstelinrichting voor gieken van surf-zellinrichtingen.

De uitvinding heeft betrekking op een verstelinrichting voor de giek ven surf-zeilinrichtingen met twee aan de zijde van de mast onder een scherpe hoek met elkaar verbonden hoofdbuizen en daarin telescope-rend verstelbare eindbuizen, die aan de achterlijkzijde met elkaar zijn 5 verbonden, waarbij elke eindbuis een aantal op afstand van elkaar aangebrachte grendelverdiepingen bezit en een in steeds een van de gren-delverdiepingen te brengen grendel op elke eindbuis is aangebracht.

Om de giek aan verschillende zeiltypen te kunnen aanpassen is reeds uit EP-OS-O.071.220 bekend de lengte van de giek door meer of 10 minder diep inschuifbare eindbuizen te veranderen. Daarbij zijn gren-delingen met wartelmoeren, excenters of voorspanveren met rustorganen aangebracht, die in overeenkomstige gaten van rails rusten. Deze bekende verstelinrichtingen zijn gecompliceerd wat betreft de constructie, moeilijk bij het behandelen, en vormen in de gekozen instelling een 15 starre verbinding tussen de hoofdbuis en de eindbuis, zodat bij belasting van de giek in spreidrichting een verkorting ervan optreedt, die weer het profiel van het zeil ongunstig verandert. Bovendien zijn uitstekende kanten aanwezig, die het sparen van de handen door de giek na- : delig beïnvloeden.

20 De uitvinding heeft tot doel een met betrekking tot de constructie en het werken ermede eenvoudige, zekere en de handen sparende verstel-inrichting te verschaffen, die zo is uitgevoerd dat bij spreidbelasting geen verkorting van de giek optreedt.

Dit doel wordt volgens de uitvinding bereikt doordat de grendel 25 een grendelring uit rubber of dergelijke is, die een O-ringvormig gren-deldeel, een cilindrisch tussenstuk alsmede een kegelvormig eindstuk bezit, dat naar het buitenomtreksvlak van het cilindrische tussenstuk een radiaal ringvlak vormt, waartegen de hoofdbuis aanligt, en dat de grendelring tot aan het radiale ringvlak in een verwijd einde van de 30 bijbehorende hoofdbuis grijpt.

Behalve de eenvoud van de constructie en het werken met de verstelinrichting volgens de uitvinding heeft deze nog verdere voordelen: er is geen metaal/metaal-passing noodzakelijk, die klapperen zou kunnen veroorzaken. De overgang tussen hoofdbuis en eindbuis is goed afgedicht 35 tegen het binnendringen van water en vuildeeltjes (zand en dergelijke), en spaart de handen sparend, zodat geen gevaar van verwonding door scherpe kanten, stiften of dergelijke bestaat. De grendeling in in-schuifrichting is volkomen zeker en bij het opbouwen van de totale 85 0 0 6 6 8 « 2 tuigage verhindert het schuimstoflichaam in het inwendige van de buizen het per ongeluk glijden van de eindbuis uit de hoofdbuis. Eventueel binnengedrongen vuildeeltjes worden bij het uit elkaar trekken van de buizen door het schuimstoflichaam volledig verwijderd. Een zeer belang-5 rijk voordeel is, zoals uit proeven en het praktische gebruik is aangetoond, dat de giek bij belasting niet korter wordt en het zeil verder strak gespannen blijft.

Uitvoeringsvoorbeelden van de uitvinding zijn in de tekening weergegeven.

10 Fig. 1 toont een bovenaanzicht van een giek.

Fig. 2 toont op groter schaal het gebied van het met streeppunt-lijnen aangegeven ovaal II in fig. 1 met een eerste uitvoeringsvoor-beeld van de verstelinrichting.

Fig. 3 toont op nog groter schaal een tweede uitvoeringsvoor-15 beeld.

Fig. 4 toont een derde uitvoeringsvorbeeld.

De in fig. 1 weergegeven giek bestaat in hoofdzaak uit twee hoofdbuizen 1, die via een verbindingsstuk 2 aan de zijde van de mast onder insluiting van een scherpe hoek met elkaar zijn verbonden, en twee 20 eindbuizen 3, die telescoperend door de hoofdbuizen 1 opgenomen worden en door een elastisch verbindingsstuk 4 met elkaar zijn verbonden.

De giek wordt met het verbindingsstuk 2 aan de mast van een surf-zeilinrichting (niet weergegeven) bevestigd en door het spannen van het zeil samengehouden die van de hoek tussen het achterlijk en het onder-25 lijk van het zeil naar het verbindingsstuk 4 verloopt.

Elke eindbuis 3 bezit een aantal op afstand van elkaar geplaatste ingedrukte omtreksranden 5, waarin een 0-ringvormig grendeldeel 6 van een in het algemeen met 7 aangegeven grendelring kan worden geplaatst, als de giek samengesteld wordt en daarop de met het betreffende zeil 30 overeenkomstige lengte moet worden ingesteld. Bij het uitvoeringsvoor-beeld van de grendelring 7 volgens fig. 2 sluit op het O-ringvormige grendeldeel 6 van de uit êén deel bestaande grendelring 7 een cilindrisch tussenstuk 8 aan, en de afsluiting vormt een kegelvormig eindstuk 9 waarbij tussen het buitenoppervlak van het cilindrische tussen-35 stuk 8 en het kegelvormige eindstuk 9 een radiaal naar buiten verlopend ringvlak 10 aanwezig is, waarvan de radiale breedte overeenkomt met de wanddikte van de hoofdbuis 1 en voor een verwijde einde 11 ervan een goede aanslag vormt. De buitendiameter van het cilindrische tussenstuk 8 komt overeen met de binnendiameter van het verwijde einde 11 van de 40 hoofdbuis 1. Zoals duidelijk is wordt van het radiale ringvlak 10 uit 85 0 0 6 6 8

« -r «C

% 3 over het kegelvormige eindstuk 9 een de handensparende overgang tussen de hoofdbuis 1 en de eindbuis 3 gevormd, die bovendien nog waterdicht is. Daartoe draagt ook in belangrijke mate het 0-ringvormige grendel-stuk 8 bij dat bij gespannen zeil (niet weergegeven) vast op de over-5 gangsschuinte van het verwijde einde 11 van de hoofdbuis 1 rust.

Fig. 3 toont een variant van de verstelinrichting, waarbij een afzonderlijke 0-ring 12 als grendelstuk is aangebracht, terwijl het cilindrische tussenstuk 8 en het kegelvormige eindstuk 9 zoals bij het uitvoeringsvoorbeeld volgens fig. 2 uit êên stuk zijn gevormd en weer 10 een de handensparende overgang vormen.

Bij het uitvoeringsvoorbeeld volgens fig. 4 wordt weer dezelfde grendelring 7 als bij het uitvoeringsvoorbeeld volgens fig. 2 gebruikt, echter wordt hierbij een afzonderlijke profielring 13 uit metaal of kunststof op het niet verwijde einde van de hoofdbuis 1 geplaatst, zo-15 dat bij deze uitvoeringsvorm de mogelijkheid bestaat de hoofdbuis 1 eventueel nog verder te verkorten. Deze uitvoeringsvorm is weliswaar mogelijk maar heeft niet de voorkeur als gevolg van het enigszins problematisch zijn van de afdichting tussen profielring 13 en de hoofdbuis 1, alsook in een binnenomtreksgroef (niet weergegeven) van de profiel-20 ring 13 een 0-ring (eveneens niet weergegeven) geplaatst zou kunnen worden.

Zoals in het bijzonder uit fig. 2 blijkt is in de eindbuis 3 in het verstelgebied een schuimstoflichaam 14 geplaatst dat met een zuigervormig verwijd deelstuk 15 uit de eindbuis 3 steekt. Dit zuigervor-25 mige deelstuk 14 ligt bij de samengeschoven buizen 1, 3 dicht op het binnenvlak van de hoofdbuis en verhindert bij de montage het ongewenst naar buiten glijden van de eindbuis 3 uit de hoofdbuis 1, zodat bij het uittrekken van de eindbuis 3 een geringe trekkracht moet worden uitgeoefend. Bij het uittrekken heeft het zuigervormige deelstuk 15 van het 30 schuimstoflichaam 14 bovendien een reinigende werking omdat eventueel binnengedrongen vuil wordt weggeveegd.

Zoals fig. 1 blijkt, zijn buiten het verstelgebied in de hoofdbuis 1 op de gebruikelijke wijze stoppen 16 uit rubber of dergelijke aangebracht, zodat deze niet met water wordt gevuld en daardoor niet aan ge-35 wicht toeneemt.

8500663

Claims (6)

1. Verstelinrichting voor gieken van surf-zeilinrichtingen, met twee aan de zijden van de mast onder een spitste hoek met elkaar ver- 5 bonden hoofdbuizen en daarin telescoperend verstelbare eindbuizen, die aan de achterlijkzijde met elkaar zijn verbonden, waarbij elke eindbuis een aantal op afstand van elkaar geplaatste grendelverdiepingen bezit en een in steeds één van de grendelverdiepingen verplaatsbare grendel op elke eindbuis aanwezig is, met het kenmerk, dat de grendel een gren- 10 delring (7) uit rubber of dergelijke is, die een O-ringvormig grendel-deel (6), een cilindrisch tussenstuk (8) alsmede een kegelvormig eindstuk (9) bezit, dat ten opzichte van het buitenomtreksvlak van het cilindrische tussenstuk (8) een radiaal ringvlak (10) vormt, waartegen de hoofdbuis (1) rust, en dat de grendelring (7) tot aan een radiaal ring- 15 vlak (10) in een verwijd einde (11) van de bijbehorende hoofdbuis (1) grijpt*

2. Verstelinrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de grendelverdiepingen in de eindbuis (3) ingedrukte omtreksrillen zijn.

3. Verstelinrichting volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, 20 dat de grendelring (7) uit één deel is gevormd.

4. Verstelinrichting volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, Jat een afzonderlijke 0-ring (12) als grendeldeel is aangebracht en dat het cilindrische tussenstuk (8) en het kegelvormige eindstuk (9) als overgangsmanchet tussen hoofd- en eindbuis (1, 3) in êên stuk is uitge- 25 voerd.

5. Verstelinrichting volgens êên van de conclusies 1 tot 4, met het kenmerk, dat een afzonderlijke profielring (13) tussen een niet verwijd einde van de hoofdbuis (1) en de grendelring (7) is aangebracht. 30

6. Verstelinrichting volgens êên van de conclusies 1 tot 6, geken merkt door een in elke eindbuis (3) geplaatst schuimstoflichaam (14), waarvan een door eigenspanning zuigervormig verwijd deelstuk (15) uit êên einde van de eindbuis (3) naar buiten steekt en in gemonteerde toestand op de binnenwand van de hoofdbuis (1) rust. 35 ===== 85 0 0 6 3 8