NL8403879A - Beweegbare brug. - Google Patents

Beweegbare brug. Download PDF

Info

Publication number
NL8403879A
NL8403879A NL8403879A NL8403879A NL8403879A NL 8403879 A NL8403879 A NL 8403879A NL 8403879 A NL8403879 A NL 8403879A NL 8403879 A NL8403879 A NL 8403879A NL 8403879 A NL8403879 A NL 8403879A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
bridge
span
bridge span
movable
support
Prior art date
Application number
NL8403879A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Dhv Raadgevend Ing
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Dhv Raadgevend Ing filed Critical Dhv Raadgevend Ing
Priority to NL8403879A priority Critical patent/NL8403879A/nl
Publication of NL8403879A publication Critical patent/NL8403879A/nl

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E01CONSTRUCTION OF ROADS, RAILWAYS, OR BRIDGES
    • E01DCONSTRUCTION OF BRIDGES, ELEVATED ROADWAYS OR VIADUCTS; ASSEMBLY OF BRIDGES
    • E01D15/00Movable or portable bridges; Floating bridges
    • E01D15/10Travelling bridges, i.e. roller bridges; Sliding bridges; Rotary cylinder bridges, i.e. rotating about longitudinal axis to invert and raise the road

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Architecture (AREA)
  • Civil Engineering (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)
  • Bridges Or Land Bridges (AREA)

Description

Nit 32.479-Jb/Vo/rvdv *
Beweegbare brug
De uitvinding heeft betrekking op een beweegbare brug, met een brugoverspanning, die beweegbaar is tussen een gesloten stand, waarin verkeer .gebruik kan maken van de brug, en een geopende stand.
5 Er zijn reeds verschillende typen van beweegbare bruggen bekend. Bij de bekende hefbruggen wordt de brugover-spanning nagenoeg verticaal omhoog en omlaag bewogen. Een nadeel van dit type brug is, dat de doorvaart- of doorrijhoogte, die na het omhoog bewegen in de geopende stand van de 10 hefbrug wordt verkregen, beperkt is. Indien deze hoogte groot moet zijn, zal de hefbrug een grote draagconstructie moeten bezitten.
Bij de bekende ophaalbruggen is de brugoverspanning verzwenkbaar om een van zijn uiteinden. Het andere uiteinde 15 is hierbij via een verticale trekstang of trekkabel verbonden met een evenwijdig aan de brugoverspanning verlopende, eveneens verzwenkbare, balansarm. De draaipunten van de brugoverspanning en de balansarm zijn zodanig geplaatst, dat de brugoverspanning, de balansarm en de trekstang drie zijden van 20 een vervormbaar parallellogram vormen. Het balansgewicht van de balansarm en de vereiste stijfheid van de ophanging van de brugoverspanning leiden bij een dergelijk bekend brugtype tot een uitgebreide, veelal uit staal vervaardigde, constructie.
In een ander bekend type beweegbare brug, de bascu-25 le brug, fungeert de brugoverspanning zelf als balansarm, waartoe de brugoverspanning aan de tegenoverliggende zijde van zijn draaipunt is voorzien van een balansgewicht. Wanneer de brugoverspanning vanuit de gesloten, horizontale, stand naar de nagenoeg geopende, verticale, stand wordt verzwenkt, 30 beweegt het balansgewicht langs een cirkelboog in een onder het betreffende bruggehoofd aangebrachte kelderruimte. In verband met de toegepaste balansgewichtarmen moet een dergelijke kelderruimte een aanzienlijke diepte bezitten, hetgeen onder andere leidt tot speciale en dure funderingswerkzaamhe-35 den, of, wanneer het een brug over een vaarwater betreft, af-dichtingswerkzaamheden.
De uitvinding beoogt een beweegbare brug van het in de aanhef genoemde type te verschaffen, waarbij de genoemde 8403879 -2- bezwaren op eenvoudige, doch niettemin doeltreffende wijze zijn ondervangen.
Hiertoe heeft de beweegbare brug volgens de uitvinding het kenmerk, dat de brug een, zich tenminste gedeelte-5 lijk onder het oppervlak van een der bruggehoofden uitstrekkende, opneemruimte bezit, die de brugoverspanning in de geopende stand althans in hoofdzaak opneemt.
Doordat de brugoverspanning zich in de geopende stand geheel of nagenoeg geheel in de opneemruimte bevindt, 10 wordt de doorvaart- of doorrijhoogte niet beperkt door de brugoverspanning. Bovendien zijn bij een beweegbare brug volgens de uitvinding geen uitgebreide, veelal stalen, constructies nodig, omdat de opneemruimte zich tenminste gedeeltelijk onder het oppervlak van het betreffende bruggehoofd bevindt, 15 en de opneemruimte een deel kan uitmaken van dit bruggehoofd. Tenslotte behoeft de opneemruimte niet diep te zijn, omdat de brugoverspanning zich in de geopende stand in het algemeen betrekkelijk dicht onder het oppervlak van het betreffende bruggehoofd zal bevinden.
20 In een voorkeursuitvoering van de beweegbare brug volgens de uitvinding is de brugoverspanning althans grotendeels evenwijdig aan zijn lengterichting in en uit de opneemruimte beweegbaar.
De opneemruimte behoeft in deze uitvoeringsvorm 25 slechts een breedte te bezitten, die nagenoeg overeenkomt met de breedte van de brugoverspanning. Hierdoor bezit deze opneemruimte een invoeropening met minimale afmetingen, hetgeen · uit constructief oogpunt gezien uitermate gunstig is.
In een handige uitvoeringsvorm van de beweegbare 30 brug volgens de uitvinding is het naar de opneemruimte toegekeerde uiteinde van de brugoverspanning naar en vanuit de gesloten stand op en neer beweegbaar.
Op deze wijze wordt op eenvoudige wijze bereikt, dat de brugoverspanning vanuit de gesloten stand naar de op-35 neemopening, en omgekeerd, vanaf de opneemopening naar de ge-. sloten stand wordt bewogen.
In een verdere, met voordeel toe te passen, uitvoeringsvorm van de beweegbare brug volgens de uitvinding, zijn in de opneemruimte twee steunen voor de brugoverspanning aan-40 gebracht, waarvan een eerste, in de opneemruimte geplaatste, 8403879 -3- - steun een omlaag gerichte kracht en een tweede, dichter bij de invoeropening in de opneemruimte geplaatste, steun een omhoog gerichte kracht op de, tussen deze steunen gevoerde, brugoverspanning kan uitoefenen, waarbij deze steunen, wan-5 neer het zwaartepunt van de brugoverspanning zich aan de van de opneemruimte afgekeerde zijde van de tweede steun bevindt, een de momentenwerking van het gewicht van de brugoverspanning compenserend moment op de brugoverspanning kunnen uitoefenen, terwijl op het tegenoverliggende bruggehoofd een 10 derde steun is aangebracht, die een omhoog gerichte kracht op het corresponderende uiteinde van de brugoverspanning kan uitoefenen en die zodanig is geplaatst, dat de brugoverspanning tijdens zijn beweging op een bepaald tijdstip zowel door deze derde steun·alsmede door de eerste en de tweede steun 15 wordt gesteund.
De steunen garanderen een rechtlijnige stabiele geleiding van de brugoverspanning, wanneer deze in en uit de opneemruimte wordt bewogen. De door de brugoverspanning op de steunen uitgeoefende krachten worden hierbij doorgeleid naar 20 de bruggehoofdconstructies. Aangezien deze bruggehoofdcon-structies reeds een grote hoeveelheid zogenaamd dood con-structiegewicht bezitten, vormt de inleiding van deze steun-krachten geen bezwaar.
De uitvinding zal hierna nader worden toegelicht 25 aan de hand van de tekening, waarin een aantal.uitvoerings-voorbeelden van de beweegbare brug volgens de uitvinding zijn weergegeven.
Fig. 1 toont de werkingswijze van een uitvoeringsvorm van de beweegbare brug volgens de uitvinding; 30 Fig. 2 toont een andere uitvoeringsvorm van de brug volgens de uitvinding, in de gesloten en een gedeeltelijk geopende stand, en
Fig. 3 is op grotere schaal een gedeeltelijke doorsnede volgens de lijn III-III in fig. 2, waarbij de brug zich 35 in de gedeeltelijk geopende stand bevindt.
De in fig. 1 weergegeven brug 1 bezit een brugoverspanning 2, die beweegbaar is tussen een gesloten stand, die is getoond in fig. 1a, en een geopende stand, die is getoond in fig. 1e. Deze brug is aangebracht over een vaarwater 3, en 40 vormt een gedeelte van een weg 4. Wanneer de brugoverspanning 8403879 -» -4- 2 zich in de gesloten stand bevindt, kan het wegverkeer gebruik maken van de brug 1.
Aan weerszijden van het vaarwater 3 bezit de brug 1 twee bruggehoofden 5, 6. Onder het oppervlak van het in fig.
5 1 aan de linker zijde weergegeven bruggehoofd 5 bezit de brug een opneemruimte 7, die, zoals blijkt uit fig. 1e, de brug-overspanning 2 in de geopende stand althans grotendeels opneemt o
In de opneemruimte 7 zijn twee steunen voor de 10 brugoverspanning 2 aangebracht, waarvan een eerste, in de opneemruimte 7 geplaatste, steun 8 een omlaag gerichte kracht en een tweede, dichter bij de invoeropening 9 in de opneemruimte 7 geplaatste, steun 10 een omhoog gerichte kracht op de, tussen deze steunen 8, 10 gevoerde, brugoverspanning 2 15 kan uitoefenen. Hierbij kunnen deze steunen 8, 10, wanneer het zwaartepunt van de brugoverspanning 2 zich aan de van de opneemruimte 7 afgekeerde zijde van de tweede steun 10 bevindt, een de momentenwerking van het gewicht van de brugoverspanning 2 compenserend moment op de brugoverspanning 20 uitoefenen. Een dergelijke situatie is getoond in fig. 1d.
Op het tegenoverliggende bruggehoofd 6 is een derde steun 11 aangebracht, die een omhoog gerichte kracht op het corresponderende uiteinde van de brugoverspanning 2 kan uitoefenen. In de in fig. 1a, 1b en 1c getoonde situaties is dit 25 het geval.
De plaatsing van de derde steun 11 is zodanig, dat de brugoverspanning 2 tijdens zijn beweging op een, in fig.
1c getoond, bepaald tijdstip zowel door deze derde steun 11 alsmede door de eerste en de tweede steun ,8 respectievelijk 30 10 wordt gesteund. Hierdoor wordt er voor gezorgd, dat de brugoverspanning 2, wanneer deze de derde steun 11 verlaat, reeds stevig is gesteund door de eerste en de tweede steun 8, 10.
Binnenwaarts van de eerste steun 8 is in de opneem-35 ruimte 7 een vierde steun 12 aangebracht. Deze vierde steun 12 kan een omhoog gerichte kracht op de daarlangs gevoerde brugoverspanning 2 uitoefenen, waarbij deze vierde steun 12 en de eerste steun 8, wanneer het zwaartepunt van de brugoverspanning 2 zich aan de naar de opneemruimte 7 toegekeerde 40 zijde van de vierde steun 12 bevindt, een de momentenwerking 3403379 -5- ^ van het gewicht van de brugoverspanning 2 compenserend moment op de brugoverspanning 2 kunnen uitoefenen. Deze situatie is getoond in fig. Te, waar het zwaartepunt van de brugoverspanning zich aan de linker zijde van de vierde steun 12 bevindt.
5 De eerste steun 8 is bevestigd aan het bovenste ge deelte van het bruggehoofd 5, dat op gunstige wijze bijdraagt tot het opnemen van de door de brugoverspanning 2 uitgeoefende krachten. De tweede steun 10 is op overeenkomstige wijze bevestigd aan het onderste gedeelte van het bruggehoofd 5, T0 waarbij de door de brugoverspanning 2 op deze tweede steun 10 uitgeoefende krachten via het betreffende gedeelte van het bruggehoofd 5 door de fundering van de brug 1 worden opgenomen. De vierde steun 12 is bevestigd aan de vloer van het bruggehoofd 5, zodat de op deze vierde steun 12 uitgeoefende 15 krachten eveneens rechtstreeks door de brugfundering worden opgenomen.
Zoals blijkt uit de fig. 1b, 1c, 1d en 1e is de brugoverspanning 2 althans grotendeels evenwijdig aan zijn lengterichting in en uit de opneemruimte 7 beweegbaar. Om een 20 dergelijke beweging van de brugoverspanning 2 mogelijk te maken, uitgaande van de in fig. 1a getoonde gesloten stand van de brugoverspanning 2, is het naar de opneemruimte 7 toegekeerde uiteinde van de brugoverspanning 2 naar en vanuit de gesloten stand op en neer beweegbaar. Hiertoe zijn in de na-25 bijheid van de tweede steun 10 hefmiddelen aangebracht voor het naar en vanuit de gesloten stand op en neer bewegen van het corresponderende uiteinde van de brugoverspanning. In de in fig. 1 getoonde uitvoeringsvorm van de brug volgens de uitvinding bestaan de hefmiddelen uit op en neer beweegbare 30 heiblokken 13, die het betreffende uiteinde van de brugoverspanning 2 vanuit de gesloten stand omlaag kunnen bewegen, totdat dit uiteinde op de tweede steun 10 rust, en omgekeerd. Zoals bijvoorbeeld zichtbaar is in fig. 1a en 1b, kunnen de heiblokken 13 zijn aangebracht op de zuigerstang van een hy-35 draulische cilinder 14. In de in fig. 1a getoonde gesloten stand van de brugoverspanning 2 bevindt de zuigerstang van de hydraulische cilinder 14 zich in de uitgeschoven stand, waarbij de heiblokken 13 het betreffende uiteinde van de brugoverspanning 2 dragen. Hierbij bezit de brug 1 blokkeringen 40 voor het in de gesloten stand blokkeren van de brugover- 8433379 -6- spanning 2. Hierdoor wordt voorkomen, dat wanneer een storing optreedt in het hydraulische systeem van de hydraulische cilinders 14 het betreffende uiteinde van de brugoverspanning 2 omlaag zou zakken.
5 In de in fig. 1b-1e getoonde standen bevindt de zui- gerstang van de hydraulische cilinder 14 zich in de geheel ingeschoven stand, waarbij de hefblokken 13 zich buiten aanraking met het betreffende uiteinde van de brugoverspanning 2 bevinden, maar waarbij deze brugoverspanning 2 rust op de 10 tweede steun 10.
Naast de in fig. 1 slechts schematisch weergegeven uitvoeringsvorm met heiblokken 13, is het tevens mogelijk, dat de tweede steun 10 op en neer beweegbaar is uitgevoerd, en op deze wijze zelf als hefmiddel fungeert.
15 De brugoverspanning 2 is voorzien van een tandheu gel 15, waarop een, niet getoond, aangedreven tandwiel kan aangrijpen. Dit tandwiel is aangebracht op het bruggehoofd 5, en zorgt voor de beweging van de brugoverspanning 2 evenwijdig aan de lengterichting daarvan. Hierbij kan dit tandwiel 20 zijn aangebracht in de nabijheid van de tweede steun 10.
In plaats hiervan kan in de opneemruimte 7 van het bruggehoofd 5 een vaste tandheugel zijn geplaatst, waarop een, aan de brugoverspanning 2 bevestigd,, aangedreven tandwiel kan aangrijpen.
25 In de in fig. 2 getoonde uitvoeringsvorm van de be weegbare brug volgens de uitvinding bestaan de hefmiddelen uit een vaste geleidingsbaan 16, die kan samenwerken met een geleidingsrol 17, waarbij de geleidingsbaan 16 aan het bruggehoofd 5 en de geleidingsrol 17 aan de brugoverspanning 2 is 30 bevestigd. Het is echter tevens mogelijk, dat de geleidingsbaan aan de brugoverspanning 2 en de geleidingsrol aan het bruggehoofd 5 is bevestigd. In de in fig. 2 getoonde gesloten stand van de brugoverspanning 2 bevindt de geleidingsrol 17 zich ter plaatse van het bovenste gedeelte van de geleidings-35 baan 16. In de getoonde, gedeeltelijk geopende, stand van de brugoverspanning 2 is de geleidingsrol 17 over een afstand omlaag en in de opneemruimte 7 langs de geleidingsbaan 16 bewogen. De vorm van de geleidingsbaan 16 is hierbij zodanig, dat het betreffende uiteinde van de brugoverspanning 2 op ge-40 schikte wijze tussen de eerste steun 8 en de tweede steun 10 8403379 -7- wordt geleid. Doordat de geleidingsbaan 16 via de geleidings-rol 17 een kracht kan uitoefenen op het betreffende uiteinde van de brugoverspanning 2, is het mogelijk om de vierde steun 12 achterwege te laten.
5 Zoals verder zichtbaar is in fig. 2, is in de na bijheid van de tweede steun 10 een blokkeringsmechanisme aangebracht, dat bestaat uit een verzwenkbare aanslag 18, die, aangedreven door een hydraulisch cilinder-zuigersamenstêl 19 met een zuigerstang 22, verzwenkbaar is om de hartlijn van de ~10 tweede steun 10. In de gesloten stand van de brugoverspanning 2 bevindt de aanslag 18 zich nagenoeg verticaal boven zijn rotatieas, namelijk de hartlijn van de tweede steun 10, en rust het betreffende uiteinde van de brugoverspanning 2 op deze aanslag 18. In de, eveneens weergegeven gedeeltelijk ge-15 opende stand van de brugoverspanning 2 is de aanslag 18, door toedoen van het cilinder-zuigersamenstel 19, verzwenkt naar een stand, waarin hij buiten aangrijping met de brugoverspanning is, zodat de geleidingsrol 17 langs de geleidingsbaan 16 kan bewegen, zonder dat het betreffende uiteinde van de brug-20 overspanning 2 door de aanslag 18 wordt tegengehouden. Met behulp van dit blokkeringsmechanisme wordt een betrouwbare vergrendeling van het betreffende uiteinde van de brugoverspanning 2 in de gesloten stand bereikt.
Tussen de activatie van de hefmiddelen en/of de 25 blokkeringsmiddelen van de brug 1 en de stand van de brugoverspanning 2 kan op eenvoudige wijze een synchronisatie worden aangebracht door de toepassing van sensoren. Deze sensoren registreren de stand van de brugoverspanning 2, waarbij de hefmiddelen en/of de blokkeringen worden geactiveerd res-30 pectievelijk gedesactiveerd.
De steun 8, 10, 11 en 12 bestaan in de uitvoeringsvormen van fig. 1 en 2 uit steunrollen, die, zoals zichtbaar is in fig. 3, aangrijpen op, op de brugoverspanning 2 aangebrachte, geleidingsrails 20. De in fig. 3 getoonde doorsnede 35 ter plaatse van de tweede steunrol 10 toont, dat deze steunrol 10 twee zijflenzen 21 bezit, die een goede geleiding van de geleidingsrail 20 langs de steunrol waarborgen. Op gelijke wijze kunnen de steunrollen 8, 11 en 12 aangrijpen op overeenkomstige geleidingsrails. Tevens zijn de zuigerstangen 22 40 van de cilinder-zuigersamenstellen 19 zichtbaar, die de aan- 8403379 * -8- slagen 18 doen bewegen.
Tenslotte blijkt uit fig. 3, dat de geleidingsbaan 16 bestaat uit een tandheugel, terwijl de geleidingsrol 17 bestaat uit een rondsel, dat wordt aangedreven door een niet 5 nader getoonde aandrijving, die is aangebracht binnen de brugoverspanning 2. Op deze wijze wordt de beweging van de brugoverspanning 2 langs de geleidingsbaan 16 op eenvoudige, doch niettemin doeltreffende wijze verkregen.
In het algemeen zal een beweegbare brug volgens de 10 uitvinding zijn voorzien van een symmetrische aandrijving.
Dat wil zeggen, dat de brug aan weerszijden van de brugoverspanning 2 wordt aangedreven, teneinde scheef trekken van deze brugoverspanning 2 te verhinderen. Op overeenkomstige wijze zal de brugoverspanning 2 aan weerszijden worden gesteund 15 door de genoemde steunen of geleidingsbanen.
De uitvinding is niet beperkt tot de in het voorgaande beschreven uitvoeringsvormen, maar kan binnen het kader der uitvinding op velerlei manieren worden gevarieerd. Zo kan de aandrijving van de brugoverspanning 2 naast de getoon-20 de uitvoeringsvormen eveneens worden verzorgd door rondgaande kabels, die met behulp van een Herwerk worden aangedreven.
8403879

Claims (15)

1. Beweegbare brug, met een brugoverspanning, die beweegbaar is tussen een gesloten stand, waarin verkeer gebruik kan maken van de brug, en een geopende stand, met het kenmerk, dat de brug een, zich tenminste gedeel- 5 telijk onder het oppervlak van een der bruggehoofden uitstrekkende, opneemruimte bezit, die de brugoverspanning in de geopende stand althans in hoofdzaak opneemt.
2. Beweegbare brug volgens conclusie 1, m e t het kenmerk, dat de brugoverspanning althans groten- 10 deels evenwijdig aan zijn lengterichting in en uit de opneemruimte beweegbaar is.
3. Beweegbare brug volgens conclusie 2, m e t het kenmerk, dat het naar de opneemruimte toegekeerde uiteinde van de brugoverspanning naar en vanuit de geslo- 15 ten stand op en neer beweegbaar is.
4. Beweegbare brug volgens conclusie 3, m e t het kenmerk, dat in de opneemruimte twee steunen voor de brugoverspanning zijn aangebracht, waarvan een eerste, in de opneemruimte geplaatste, steun een omlaag gerichte 20 kracht en een tweede, dichter bij de invoeropening in de opneemruimte geplaatste, steun een omhoog gerichte kracht op de, tussen deze steunen gevoerde, brugoverspanning kan uitoefenen, waarbij deze steunen, wanneer het zwaartepunt van de brugoverspanning zich aan de van de opneemruimte afgekeerde 25 zijde van de tweede steun bevindt, een de momentenwerking van het gewicht van de brugoverspanning compenserend moment op de brugoverspanning kunnen uitoefenen, terwijl op het tegenoverliggende bruggehoofd een derde steun is aangebracht, die een omhoog gerichte kracht op het corresponderende uiteinde van 30 de brugoverspanning kan uitoefenen en die zodanig is geplaatst, dat de brugoverspanning tijdens zijn beweging op een bepaald tijdstip zowel door deze derde steun alsmede door de eerste en de tweede steun wordt gesteund.
5. Beweegbare brug volgens conclusie 4, ra e t 35. e t kenmerk, dat binnenwaarts van de eerste steun in de opneemruimte een vierde steun is aangebracht, die een omhoog gerichte kracht op de daarlangs gevoerde brugoverspanning kan uitoefenen, waarbij deze vierde steun en de eerste 8403179 * -10- steun, wanneer het zwaartepunt van de brugoverspanning zich aan de naar de opneemruimte toegekeerde zijde van de vierde steun bevindt, een de momentenwerking van het gewicht van de brugoverspanning compenserend moment op de brugoverspanning 5 kunnen uitoefenen.
6. Beweegbare brug volgens een der conclusies 1-5, met het kenmerk, dat de brugoverspanning of het betreffende bruggehoofd is voorzien van tenminste ëên tandheugel, waarop een voor de beweging van de brugoverspanning 10 zorgend, op het bruggehoofd respectievelijk de brugoverspanning aangebracht, aangedreven tandwiel kan aangrijpen. 7c Beweegbare brug volgens een der conclusies 4-6, met het kenmerk, dat in de nabijheid van de tweede steun hefmiddelen zijn aangebracht voor het naar en vanuit 15 de gesloten stand op en neer bewegen van het corresponderende uiteinde van de brugoverspanning.
8. Beweegbare brug volgens conclusie 7, m e t het kenmerk, dat de hefmiddelen bestaan uit op en neer beweegbare hefblokken, die het betreffende uiteinde van 20 de brugoverspanning vanuit de gesloten stand omlaag kunnen bewegen, totdat dit uiteinde op de tweede steun rust, en omgekeerd.
9. Beweegbare brug volgens een der conclusies 4-6, met het kenmerk, dat de tweede steun op en neer 25 beweegbaar is uitgevoerd.
10. Beweegbare brug volgens conclusie 7, m e t het kenmerk, dat de hefmiddelen bestaan uit tenminste één vaste geleidingsbaan, die kan samenwerken, met tenminste één geleidingsrol, waarbij de geleidingsbaan aan de brug- 30 overspanning of aan het betreffende bruggehoofd is bevestigd, terwijl de geleidingsrol aan het betreffende bruggehoofd respectievelijk aan de brugoverspanning is bevestigd.
11. Beweegbare brug volgens conclusie 10, m e t het kenmerk, dat de geleidingsbaan bestaat uit een 35 tandheugel, terwijl de geleidingsrol wordt gevormd door een aangedreven rondsel.
12. Beweegbare brug volgens een der conclusies 1-11, met het kenmerk, dat deze blokkeringen bezit voor het in de gesloten stand blokkeren van de brugoverspanning.
13. Beweegbare brug volgens conclusie 12, m e t 84 0 3 §79 -11- het kenmerk, dat de blokkeringen elk bestaan uit een, om de hartlijn van de tweede steun verzwenkbare, aanslag, waarop in de gesloten stand het betreffende uiteinde van de brugoverspanning kan rusten.
14. Beweegbare brug volgens een der conclusies 7-13, met het kenmerk, dat deze is voorzien van sensoren, die de hefmiddelen en/of blokkeringen afhankelijk van de stand van de brugoverspanning activeren.
15. Beweegbare brug volgens een der conclusies 4-14, 10 m e t het kenmerk, dat de steunen bestaan uit steunrollen, die aangrijpen op, op de brugoverspanning aangebrachte , geleidingsrails.
16. Beweegbare brug volgens een der conclusies 1-5, 7-10 en 12-15, met het kenmerk, dat deze is uitgerust 15 met een lierwerk, dat met behulp van rondgaande kabels zorgt voor de beweging van de brugoverspanning. 8 4 " 3 3 7 9
NL8403879A 1984-12-20 1984-12-20 Beweegbare brug. NL8403879A (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8403879A NL8403879A (nl) 1984-12-20 1984-12-20 Beweegbare brug.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL8403879A NL8403879A (nl) 1984-12-20 1984-12-20 Beweegbare brug.
NL8403879 1984-12-20

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL8403879A true NL8403879A (nl) 1986-07-16

Family

ID=19844946

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL8403879A NL8403879A (nl) 1984-12-20 1984-12-20 Beweegbare brug.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL8403879A (nl)

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US4297071A (en) Weight transfer apparatus
RU2381326C1 (ru) Устройство для подъема и монтажа блоков пролетного строения
CA1076548A (en) Vehicle hoist
RU2341441C2 (ru) Лифт
US20120145480A1 (en) Ladder Deployment System
NL8103028A (nl) Telescoperende boomconstructie.
US5176225A (en) Lifting platform for motor vehicles
US5522192A (en) Hangar
NL8403879A (nl) Beweegbare brug.
EP4166720A1 (en) Unit for the inspection/maintenance of the under-bridge zone of a bridge or viaduct
US5148751A (en) Bridging mechanism for crossing railroad tracks with vertically moving pivot carriage for bridge plate
ITUD20000182A1 (it) Dispositivo per chiudere ed aprire rapidamente e selettivamente i valichi di servizio (by-pass) nello spartitraffico centrale di un'autostr
US5129483A (en) Hoist for motor vehicles
GB2053153A (en) Lift truck
FI97252C (fi) Siirtosylinterisovitelma kallioporakoneen syöttöpalkissa
NL1022541C2 (nl) Aandrijfinrichting.
BE899350A (nl) Vrachtwagen met hydraulisch bediende laadlift.
NL1014332C2 (nl) Hijswerktuig.
JPH0462999B2 (nl)
NL8005220A (nl) Transportvoertuig voor ruimtecellen, in het bijzonder geprefabriceerde garages uit staalbeton.
SU445720A1 (ru) Устройство дл надвижки пролетных строений моста
SU1553518A1 (ru) Подъемник
US5310304A (en) Load-lifting device
KR102273765B1 (ko) 스마트 컨테이너 셔틀 및 물류 시스템
SU969644A1 (ru) Подвесной мостовой кран

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
BV The patent application has lapsed