NL8402993A

NL8402993A - Bevestigingsconstructie ter bevestiging van een geweven filtermat aan een persplaat van een cacaopers.

Info

Publication number: NL8402993A
Application number: NL8402993A
Authority: NL
Original assignee: Duyvis Maschf
Priority date: 1984-10-01
Filing date: 1984-10-01
Publication date: 1986-05-01
Also published as: DE3570034D1; DD236872A5; EP0183286A1; EP0183286B1; US4633775A

Description

fv -"‘'T

JL'~- H.O. 3232Ο

Korte aanduiding: Bevestigingsconstructie ter bevestiging van een geweven filtermat aan een persplaat van een cacaopers.

De uitvinding heeft betrekking op een bevestigingsconstructie ter bevestiging van een geweven filtermat aan een persplaat van een cacaopers, welke filtermat aan zijn omtreksrand is omgebogen, waarbij het 5 omgebogen randdeel in een groef in de persplaat is gestoken en door een ingeperst snoer is vastgezet.

Een cacaopers bestaat uit een serie tussen een cilinderblok en een eindblok op trekstangen gelagerde potten en drukkers, die elkaar afwisselen. De potten zijn 10 ringen die over een deel van een drukker kunnen schuiven.

Tussen de potten en een radiaal uitstekend flensdeel van de drukkers strekken zich veren uit. Aan weerszijden van elke drukker zijn persplaten bevestigd waarbij elke persplaat is voorzien van een groot aantal dwars op het oppervlak ervan 15 lopende boringen die bij de achterzijde van de plaat uitmonden in een systeem van ronde en radiale groeven. Dit systeem staat in verbinding met afvoerleidingen voor uitgeperste cacaoboter. Voorts is elke persplaat bekleed met een filtermat die uit roestvrij staaldraad is geweven.

20 Tussen twee tegenover elkaar aangebrachte filtermatten bevindt zich steeds een perskamer, waarin via toevoer-leidingen cacaomassa kan worden toegevoerd. Deze in de . perskamers gevoerde massa wordt door het in elkaar schuiven van potten en drukkers op hoge druk gebracht, waardoor de t 25 cacaoboter door de filtermat en via de genoemde boringen en het genoemde systeem van groeven in de afvoerleidingen wordt geperst. Tussen de filtermatten van een perskamer blijft een filterkoek van cacaodeeltjes achter, die na elke persing moet worden verwijderd. Hierbij wordt de filterkoek door een 50 pot losgetrokken van de filtermat waarbij zeer grote krachten op de mat worden uitgeoefend. Relatief dikke matten (dikte van 1 mm - 1,5 mm) verdienen in verband met hun grote sterkte vaak de voorkeur. Echter de bevestiging van zo een 84Ö2SS3 -2- Λ dikke mat aan een persplaat is kostbaar. Bekend is de afgewerkte rand van de mat door een speciaal geprofileerde bevestigingsrand op de omtreksrand van de persplaat te schroeven, waarbij de matrand enigszins wordt gebogen. Een 5 andere bevestigingsmethode bestaat eruit de omtreksrand van een weinig buigzame relatief dikke mat in een groef in een stalen ring te steken welke ring aan de persplaat wordt bevestigd.

Relatief dunne filtermatten (dikte van 0,6 10 - 0,9 mm) zijn goed buigzaam. Bekend is de omtreksrand van een dunne mat over 90q te buigen, in een groef in de persplaat te steken en vast te zetten met een snoer uit teflon, aluminium of dergelijke. Gebleken is dat de mat ter plaatse van de ombuiging snel kapot gaat, in het bijzonder 15 bij de plaats waar de zogenaamde très-draden van het matweefsel loodrecht uitsteken en de zogenaamde weefdraden er gemakkelijk af kunnen schuiven. Bij het van de persplaat lostrekken worden zeer grote krachten op de mat uitgeoefend. In het algemeen geldt dat een dikke mat wat betreft zijn 20 sterkte de voorkeur heeft doch dat de boven beschreven afwerking van de rand deze mat te duur maakt.

Met de uitvinding wordt beoogd de bovengenoemde bezwaren van bevestigingsconstructies van dunne en dikke matten te vermijden en een nieuwe 25 bevestigingsconstructie te verschaffen die bij dikke matten tot een aanzienlijke besparing en bij dunne matten tot een aanzienlijke verbetering van de duurzaamheid en verlenging , van de levensduur leidt.

Volgens de uitvinding is de in de aanhef 50 genoemde bevestigingsconstructie hiertoe gekenmerkt doordat de tegenover elkaar liggende wanden van de groef waartegen de omtreksrand van de filtermat respectievelijk het snoer zijn aangedrukt, met het oppervlak van de persplaat een hoek insluiten die tussen 25° en 55° is gelegen.

55 Omdat de omtreksrand van de mat slechts over een kleine hoek wordt gebogen is deze bevestigingsmethode bij weinig buigzame dikke matten mogelijk, waarbij 8402993 - -3- een dure afwerking van de omtreksrand kan vervallen. Bij een dunne mat leidt de buiging over een slechts kleine hoek ertoe dat het omgebogen deel veel minder kwetsbaar is.

Het verdient de voorkeur dat het eerste 5 gedeelte van de groefwand waartegen de omtreksrand van de filtermat is gedrukt een hoek van circa 30° en het o resterende deel van deze groefwand een hoek van circa 45 met het oppervlak van de persplaat insluit, en dat de groefwand waartegen het snoer is aangedrukt, een hoek van o 10 circa 45 met het oppervlak van de persplaat insluit.

De uitvinding zal nu aan de hand van de figuren, waarin een uitvoeringsvoorbeeld is weergegeven, nader worden toegelicht.

Figuur 1 toont een zij-aanzicht van een 15 cacaopers.

Figuur 2 toont een langsdoorsnede van een gedeelte van de cacaopers volgens figuur 1 op grotere schaal.

Figuur 3 toont een doorsnede van een 20 gedeelte van een persplaat van de pers volgens de figuren 1 en 2.

Figuur 4 toont het in figuur 3 weergegeven gedeelte van de persplaat met daarop bevestigde filtermat.

De weergegeven cacaopers omvat een serie 25 beurtelings achter elkaar geplaatste drukkers 1 en potten 2, waartussen zich perskamers 3 bevinden. Deze drukkers en potten zijn verschuifbaar gelagerd op trekstangen 4, welke zich uitstrekken tussen een cilinderblok 5 en een eindblok 6. In het cilinderblok bevindt zich een hydraulische plunjer 30 die grote kracht op de drukkers en potten kan uitoefenen, waarbij de drukkers in de potten schuiven. Tussen de potten en drukkers zijn drukveren 7 aangebracht, die bij het terugkeren van de plunjers naar de uitgangsstand, de potten en drukkers uit elkaar duwen. Elk van de drukkers is aan 35 weerszijden voorzien van een persplaat 8 in de vorm van een van boringen 9 voorziene stalen schijf, waarop een filtermat 10 is bevestigd.

8402983 -4-

In elke drukker is een toevoerleiding voor de uit te persen cacaomassa uitgespaard. Deze bestaat uit een in het hart van de drukker aangebracht axiaal gedeelte 11 en een radiaal gedeelte 12. In het axiale gedeelte 11 van 5 elke toevoerleiding is een door de druk van de toe te voeren cacaomassa te openen afsluitmechanisme 12 aangebracht, waarvan de constructie is beschreven in de ter inzage gelegde octrooiaanvrage 82.00588.

De boringen 9 monden uit in een systeem 10 van ronde en radiale groeven, dat in verbinding staat met afvoerleidingen 14 voor uitgeperste cacaoboter. De cacaomassa wordt in de perskamers 3 onder druk gezet doordat de potten en drukkers in elkaar schuiven. Op de filtermatten 10 blijft een filterkoek achter welke bij het naar de uitgangs-15 stand terugkeren van de drukkers gehecht blijft aan die drukker tegen een radiale flens waarvan een pot is aangedrukt. Door middel van niet weergegeven afzonderlijke hydraulische cilinders worden de potten verplaatst in de richting van de tegenovergelegen drukkers waarbij de filter-20 koeken worden meegenomen tot aan die tegenovergelegen drukkers welke de koeken van de potten losmaken zodat zij uit de pers kunnen vallen.

Het gaat bij de onderhavige'uitvinding om de bevestigingswijze van de uit roestvrij staaldraad geweven 25 filtermat 10 aan een persplaat 8. In de persplaat is hiertoe nabij de omtrek een groef 15 aangebracht waarvan de tegenover elkaar liggende wanden 16, 17 met op het oppervlak van de persplaten een hoek insluiten die tussen 25° en 55° is gelegen.

30 Bij het weergegeven uitvoeringsvoorbeeld , o loopt de wand 16 eerst over een hoek Y van circa 30 en

U 0 O

vervolgens onder een hoek ft van circa 45 . De wand 17 loopt over de gehele lengte onder een hoek & van circa 45°.

De geweven filtermat 10 is bij de omtrek 35 omgebogen en in de beschreven groef gestoken. Onder de filtermat bevindt zich een zogenaamde ondermat 18 waarvan de omtreksrand over de hoek 0*\ is gebogen en zich slechts 8402993 ' ί5 5 -5- uitstrekt over de lengte van het onder de hoek O/! opende deel van de wand 16. Het in de groef gestoken omtreksdeel van de filtermat is vastgezet door een in de groef geperst snoer of koord 19 uit teflon, aluminium of ander geschikt 5 materiaal.

Van twee aan weerszijden van een persplaat bevestigde filtermatten 10 is er één die rondom de uitmonding van het axiale leidingdeel 11 moet worden bevestigd.

In de figuren 3 en 4 is de rand van de mat gestoken in een 10 roestvrij-stalen ring 20 die in een groef 21 in de persplaat is gebracht en bevestigd. Deze bevestigingswijze is betrekkelijk goedkoop omdat de diameter van de ring 20 slechts gering is; toepassing van deze bevestigingsmethode op de bevestiging van de omtreksrand van de matten 10 leidt, 15 zoals boven vermeld, tot hoge kosten. Niet uitgesloten is dat voor de bevestiging van de zich rond de uitmonding van het axiale leidingdeel 11 uitstrekkende rand van de filtermatten de methode volgens de uitvinding dus de voor de omtreksrand van de filtermatten toegepaste 20 bevestigingsmethode wordt gebruikt.

De getoonde bevestigingsmethode voor de omtreksrand van de filtermat 10 heeft de volgende voordelen: - ingeval van goed buigzame relatief dunne matten leidt de ombuiging over een relatief kleine hoek (30° resp.

25 45ö) ertoe dat de matten ter plaatse van de buiglijnen aanzienlijk minder snel kapot gaan.

- ingeval van weinig buigzame relatief dikke matten kan de omtreksrand zonder dure bevestigingsprofielen stevig worden bevestigd; de ombuiging over een relatief kleine 50 hoek is haalbaar.

Bij de uitvoering volgens de figuren 3 en 4 is voor de hoeken {2? en niet gekozen voor een waarde van 30° omdat in dat geval het wanddeel 22 nabij het vrije einde van de begrenzingswand 17 te kwetsbaar zou worden.

55 Door het onder 45° lopende wanddeel 16 te laten voorafgaan door een onder 30° lopend wanddeel vindt de buiging van de omtreksrand trapsgewijs plaats, waarbij de ondermat 18 met 8402933 -6- zijn omtreksrand maar weinig wordt gebogen en de omtreksrand van de mat 10 zeer stevig wordt opgesloten.

Binnen het kader van de uitvinding zijn verschillende wijzigingen denkbaar.

8402993

Claims

1. Bevestigingsconstructie ter bevestiging van een geweven filtermat aan een persplaat van een cacaopers, welke filtermat aan zijn omtreksrand is omgebogen, waarbij het omgebogen randdeel in een groef in de 5 persplaat is gestoken en door een ingeperst snoer is vastgezet, met het kenmerk, dat de tegenover elkaar liggende wanden (16, 17) van de groef, waartegen de omtreksrand van de filtermat (10) respectievelijk het snoer (19) zijn aangedrukt, met het oppervlak van de persplaat een hoek 10 insluiten die tussen 25° en 55° is gelegen.

2. Bevestigingsconstructie volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het eerste gedeelte van de groefwand (16) waartegen de omtreksrand van de filtermat (10) is gedrukt een hoek α van circa 30° en het resterende 15 deel van deze groefwand (16) een hoek 3 van circa 45° met het oppervlak van de persplaat insluit, en dat de groefwand (17) waartegen het snoer (19) is aangedrukt, een hoek ^ van circa 45° met het oppervlak van de persplaat insluit. 8402993