NL8402242A - Grondbewerkingsmachine. - Google Patents

Description

C. van der Lely N.V., Maasland.

«V j.

"Grondbewerkingsmachine"

De uitvinding heeft betrekking op een grondbewe rkingsmachine voorzien van een rol met plaatvormige uitsteeksels.

Machines van deze soort, die overwegend bij 5 de zaaibedbereiding worden ingezet, hebben een rol die meestal een relatief gecompliceerde en zware uitvoering heeft hetgeen vooral indien de machine wordt gecombineerd met een zaai- of pootmachine een relatief zware belasting voor de hefinrichting van een trekker 10 kan betekenen.

De uitvinding beoogt nu bij een machine van bovengenoemde soort de rol, die ook wel pakkerrol wordt genoemd, op eenvoudige wijze te vervaardigen.

Volgens de uitvinding wordt dit bereikt doordat 15 de uitsteeksels zijn gevormd door plaatvormige delen waarvan de buitenste omtrekslijn althans gedeeltelijk overeenkomt met de binnenste omtrekslijn. Door toepassing van dit voorstel kan men de plaatvormige delen door stansen voorfabriceren, waardoor het vervaardigen van 20 de rol aanzienlijk kan worden vereenvoudigd en goedkoper kan plaatsvinden.

Een ander facet van de uitvinding betreft een rol waarbij de plaatvormige uitsteeksels zijn voorzien van uitsparingen. Hierdoor wordt het totale oppervlak 25 van de uitsparingen verkleind waardoor het aanhangen van aarde minder gemakkelijk zal plaatsvinden, terwijl eventueel aanhangende aarde gemakkelijker kan worden verwijderd.

Verder kunnen de uitsparingen tot een verbetering 30 van de aandrijvende functie van de uitsteeksels bijdragen.

Een volgend facet van de uitvinding betreft een voorgefabriceerd plaatvormig deel waarvan de uitsteeksels deel uitmaken en welk plaatvormig deel de vorm heeft van een W. Bij toepassing van deze vorm kan men 35 de plaatvormige delen zonder veel materiaalverlies vervaardigen.

3402242

Zs r-% - 2 -

Volgens een verder facet van de uitvinding kunnen de uitsteeksels slechts plaatselijk aan een drager van de rol zijn bevestigd. Dit vergemakkelijkt het aanbrengen van de uitsteeksels doordat men bijvoorbeeld slechts van 5 relatief korte lassen gebruik behoeft te maken voor het bevestigen van de uitsteeksels.

Aan de hand van een in de tekening weergegeven uitvoeringsvoorbeeld zal de uitvinding hieronder nader uiteen worden gezet.

10 Fig. 1 geeft in bovenaanzicht een grondbewerkings- machine weer voorzien van een rol volgens de uitvinding Fig. 2 geeft op grotere schaal een aanzicht weer volgens de pijl XI in fig. 1

Fig. 3 geeft op grotere schaal een doorsnede 15 weer volgens de lijn III - III in fig. 1

Fig. 4 geeft een aanzicht weer volgens de pijl IV in fig. 3 terwijl

Fig. 5 laat zien op welke wijze W -vormig uitgevoerde plaatvormige delen door stansen uit een enkele 20 strip materiaal kunnen worden voorgefabriceerd.

De in de figuren weergegeven inrichting betreft een grondbewerkingsmachine, in het bijzonder voor de bereiding van een zaaibed.

De machine omvat een zich dwars op de voort-25 bewegingsrichting A uitstrekkend kokervormig gesteldeel 1 waarin op onderling gelijke afstand van bij voorkeur 25 cm, de opwaarts, bij voorkeur althans nagenoeg verticaal, 1 gerichte assen 2 van bewerkingsorganen zijn gelegerd Elk van de assen 2 van een bewerkingsorgaan 3 omvat een. aan 30 de onderzijde uit het gesteldeel 1 stekende einde waarop een drager 4 is bevestigd, die zich althans nagenoeg in horizontale richting uitstrekt en aan de einden is voorzien van naar beneden gerichte bewerkingselementen 5 in de vorm van tanden.

35 Nabij de einden omvat het gesteldeel 1 zich in de voortbewegingsrichting A uitstrekkende opwaarts gerichte platen 6 die nabij de voorzijde zijn voorzien van een dwarstap 7 waarom een zich langs de platen naar 84 0 2 2 4 2.

- 3 - achteren uitstrekkende arm 8 verzwenkbaar is. Tussen de achtereinden van de armen 8 die ten opzichte van de platen 6 d.m.v. een schroefspindel 9 in hoogterichting verstelbaar en in meerdere standen vastzetbaar zijn, 5 is vrij draaibaar een rol 10 aangebracht. De rol 10 is uitgevoerd als een pakkerrol, dat wil zeggen is bij uitstek geschikt om te worden toegepast bij een machine voor de bereiding van een zaaibed. De rol 10 omvat een zich dwars op de voortbewegingsriehting A van de machine uitstrek-10 kende cilindervormige drager 11 die nabij de einden door middel van tappen 12 in aan de armen 8 aangebrachte legers vrij draaibaar is ondersteund. De diameter van de rol bedraagt bij voorkeur + 30 cm.

Op de cilindervormige drager 11 zijn op onderling 15 gelijke afstand van bij voorkeur 8 cm groepen, althans nagenoeg identieke uitsteeksels 13 aangebracht. De uitsteeksels 13 zijn plaatvormig en zijn in een ring om de cilindervormige dragers 11 aangebracht waarbij in naast elkaar gelegen ringen, de uitsteeksels ten opzichte van elkaar 20 om de langshartlijn van de drager zijn verdraaid, zodat zij in de langsrichting van de drager gezien, volgens schroeflijnen zijn opgesteld. Elke ring omvat drie plaatdelen 14 die elk in W-vorm uit een enkele strip materiaal van bij voorkeur 10 mm zijn gestansd waarbij de buitenste 25 omtrekslijn van de plaatdelen 14 althans nagenoeg gelijk is aan de binnenste omtrekslijn (fig. 3), een en ander zodanig, dat de plaatdelen praktisch zonder materiaal-verlies uit een enkele strip materiaal kunnen worden gestansd(fig. 5). De strip materiaal heeft bij voorkeur 30 een breedte van 40 cm. Zoals uit fig. 3 blijkt sluiten de respectieve plaatdelen 14 zodanig op elkaar aan dat de op elkaar aansluitende delen een uitsteeksel 13 vormen dat althans nagenoeg overeenkomt met de twee tussen de einden van een plaatdeel gelegen uitsteeksels 13. De 35 respectieve plaatdelen 14 zijn zodanig gestansd dat de taps toelopende gedeelten van de buitenste en de binnenste omtrekslijn einddelen hebben, die verlopen volgens een cirkelboog van een cirkel met middelpunt op de langshart-lijn a van de cilindervormige drager 11.

8402242 ί- * --4-

De respectieve plaatdelen 14 zijn door middel van taps toelopende gedeelten van de binnenste omtrekslijn, welke gedeelten aan de naar de drager 11 gekeerde zijde volgens de genoemde cirkelboog verlopen, op de drager 5 11 gelast (fig. 3). De lassen zijn snel aan te brengen en strekken zich over een afstand uit die geringer is dan de bij bevestigde plaatdelen aanwezige in hoofdzaak driehoekige uitsparingen. Ter hoogte van twee aan elkaar grenzende plaatdelen 14 zijn de kleinste volledige driehoekige 10 uitsparingen aanwezig. Aan de armen 8 zijn lippen 15 aangebracht, die zich naar achteren uitstrekken en waartussen een drager 16 is bevestigd, die zich althans nagenoeg evenwijdig aan de langshartlijn van de rol uitstrekt.

De drager 16 is voorzien van zich schuin naar beneden 15 en naar voren uitstrekkende afstrijkers 17 die in het achterste, onderste quadrant tegen de cilindervormige drager 11 rusten en tot tussen de boven beschreven groepen uitsteeksels 13 reiken (fig. 3).

Binnen het kokervormige gesteldeel 1 is elk 20 van de assen 2 voorzien van een tandwiel 18 met rechte vertanding, een en ander zodanig, dat tijdens het bedrijf twee naast elkaar gelegen bewerkingsorganen 3 in tegengestelde richting in draaiing worden gebracht. Nabij het midden is de as 2 van een bewerkingsorgaan 3 naar boven verlengd 25 en reikt mét deze verlenging in een tandwielkast 19 waarbinnen de verlenging via een toerenvariator 20 aan de achterzijde in verbinding staat met een zich in de voortbewe-gingsrichting A uitstrekkerade as 21 die aan de voorzijde buiten de tandwielkast 19 uitsteekt. Het buiten' de tandwiel-30 kast 19 uitstekende einde van de as 21 kan door middel van een tussenas met de aftakas van een de inrichting voortbewegende trekker worden verbonden.

Voor het aankoppelen van de inrichting aan een trekker is nabij het midden op het kokervormig gestel-35 deel 1 een bok 22 aangebracht, die is voorzien van een driepuntsbevestiging, een en ander zodanig dat het geheel met de driepuntshefinrichting van een trekker koppelbaar is.

5402242 Λ? - 5 -

De werking van de in het voorgaande beschreven machine is als volgt:

Tijdens het bedrijf is de machine door middel van de bok 22 met de driepuntshefinrichting van een trekker 5 verbonden en wordt de machine voortbewogen in een richting volgens de pijl A.

Hierbij kan vanaf de aftakas via de tussenas en de in het voorgaande beschreven overbrenging een zodanige aandrijving van de bewerkingsorganen 3 worden 10 verkregen dat zoals reeds vermeld naast elkaar gelegen bewerkingsorganen in tegengestelde zin roteren, waarbij zij met een bewerkingselement ten minste aan elkaar grenzende stroken grond bewerken.

Met behulp van de als pakkerrol uitgevoerde 15 rol, wordt de machine tijdens het bedrijf ondersteund en kan men alvorens met het bedrijf te beginnen, door het verzwenken van de armen de gewenste werkdiepte van de bewerkingsorganen instellen.

Met behulp van de pakkerrol 10 wordt tijdens 20 het bedrijf de door de bewerkingsorganen bewerkte naar achteren verplaatste aarde opgevangen, verder verkruimeld, verdeeld en vervolgens met behulp van de tussen de uitsteeksels 13 gelegen delen van de cilindervormige drager verdicht. De op de cilindervormige drager 11 aanwezige 25 uitsteeksels 13 zorgen hierbij voor een continue rotatie van de rol 10. Door toepassing van de in het voorgaande beschreven vervaardigingswijze van de plaatvormige uitsteeksels 13 wordt bereikt dat, zoals reeds vermeld, er praktisch geen materiaal verloren gaat. Bovendien wordt bereikt 30 dat de drie een ring vormende plaatdelen 14 die elk twee volledig gevormde uitsteeksels 13 en aan de einden twee met een einde van een naast gelegen plaatdeel een uitsteeksel 13 vormende gedeelten omvatten, gemakkelijk op het cilindervormig deel aanhrengbaar zijn door middel van de in het voorgaan-35 de genoemde taps verlopende gedeelten van de binnenste omtrekslijn, die praktisch overeenstemt met de buitenste omtrekslijn.

De respectieve in hoofdzaak drie-hoekige uitsparingen die elk uitsteeksel 13 omvat, zorgen er voor 8402242 J.' Λ - 6 - dat het totale oppervlak van de uitsteeksels wordt verkleind, waardoor aarde minder gemakkelijk kan gaan aanhangen en indien dat toch plaatsvindt de aanhangende aarde gemakkelijk kan worden verwijderd. Door de aanwezigheid 5 van de uitsparingen kan de aandrijvende werking van de uitsteeksels nog effectiever zijn.

De toepassing van het bovenvermelde verschaft een effectief werkende pakkerrol, die op simpele en snelle wijze door de voorgefabriceerde W-vormige plaatdelen 14 praktisch zonder materiaal verlies kan worden vervaardigd en die bovendien een relatief gering gewicht heeft, hetgeen vooral indien de machine wordt gecombineerd met een zaai-of pootmachine van groot belang is daar hierbij de 'nefinrich-ting van de trekker minder wordt belast.

I5 De uitvinding is niet beperkt tot het vorenstaande doch betreft tevens alle details van de figuren al dan niet beschreven.

Conclusies 8402242

Claims (21)

1. Grondbewerkingsmachine voorzien van een rol met plaatvormige uitsteeksels, met het kenmerk, dat de uitsteeksels zijn gevormd door plaatvormige delen waarvan de buitenste omtrekslijn althans gedeeltelijk overeenkomt 5 met de binnenste omtrekslijn.

2. Grondbewerkingsmachine volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de plaatvormige uitsteeksels zijn voorzien van uitsparingen.

3. Grondbewerkingsmachine voorzien van een rol 10 met plaatvormige uitsteeksels, met het kenmerk, dat de plaatvormige uitsteeksels zijn voorzien van uitsparingen.

4. Grondbewerkingsmachine volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat een plaatvormig deel is voorgefabriceerd in de vorm van een W.

5. Grondbewerkingsmachine voorzien van een rol met plaatvormige uitsteeksels, met het kenmerk, dat de uitsteeksels deel uitmaken van een voorgefabrieeerd plaatvormig deel dat de vorm heeft van een W.

6. Grondbewerkingsmachine volgens een der voorgaande 20 conclusies, met het kenmerk, dat een plaatdeel slechts plaatselijk aart een cilindervormige drager van de rol is bevestigd.

7. Grondbewerkingsmachine voorzien van een rol met plaatvormige uitsteeksels, met het kenmerk, dat de 25 uitsteeksels slechts plaatselijk aan een drager van de rol zijn bevestigd.

8. Grondbewerkingsmachine volgens -een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat een plaatdeel ten minste twee uitsteeksels omvat.

9. Grondbewerkingsmachine volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat een aantal plaatdelen ringvormig om een drager van de rol zijn aangebracht.

10. Grondbewerkingsmachine volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat aan elkaar grenzende gedeelten van 35 de plaatdelen eveneens een uitsteeksel vormen.

11. Grondbewerkingsmachine volgens conclusie 9 of 10, met het kenmerk, dat drie W vormige plaatdelen als een ring om een cilindervormige drager van de rol zijn aangebracht. 8402242 < c - 8 -

12. Grondbewerkingsmachine volgens een der conclusies 9-11, met het kenmerk, dat de plaatdelen althans nagenoeg haaks ten opzichte van de langshartlijn van de cilindervormige drager zijn aangebracht.

13. Grondbewerkingsmachine volgens een der conclusies 6- 12, met het kenmerk, dat de binnenomtrek van een plaat-deel slechts gedeeltelijk tegen de omtrek van de cilindervormige drager is gelegen.

14. Grondbewerkingsmachine volgens een der voorgaande 10 conclusies, met het kenmerk, dat de bevestiging van de plaatdelen plaats vindt door middel van taps verlopende gedeelten van de binnenste omtrekslijn.

15. Grondbewerkingsmachine volgens conclusie 14, met het kenmerk, dat de taps verlopende gedeelten eindvlakken 15 hebben, die verlopen volgens een cirkelboog van een cirkel met middelpunt op de langshartlijn van de rol.

16. Grondbewerkingsmachine volgens conclusies 2 - 15, met het kenmerk, dat de uitsteeksels zijn voorzien van in hoofdzaak driehoekige uitsparingen.

17. Grondbewerkingsmachine .volgens conclusie 16 en een der conclusies^10 - 15, met het kenmerk, dat een uitsteeksel gevormd door aan elkaar grenzende gedeelten van naast elkaar gelegen plaatdelen, een kleinere uitsparing hebben dan de andere uitsteeksels.

18. Grondbewerkingsmachine volgans een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de plaatdelen W vormig uit een enkele strip materiaal zijn gevormd.

19. Grondbewerkingsmachine volgens conclusie 18, met het kenmerk, dat de strip een breedte heeft van 30 + 40 cm.

20. Grondbewerkingsmachine volgens een der voorgaande conclusies, voorzien van een aantal in een zich dwars op de voortbewegingsrichting uitstrekkende rij naast elkaar aangebrachte om opwaarts gerichte assen draaibare 35 bewerkingsorganen en een rol zich bevindt achter de be- werkingsorganen, waarbij hij in hoogterichting verstelbaar is aangebracht.

21. Grondbewerkingsmachine zoals beschreven in het voorgaande en weergegeven in de figuren. 04 02 2 4 2