NL8401339A

NL8401339A - Inrichting voor het openen en sluiten van een schuifdeur.

Info

Publication number: NL8401339A
Application number: NL8401339A
Authority: NL
Original assignee: Jan Jacob Gerard Markus
Priority date: 1984-04-26
Filing date: 1984-04-26
Publication date: 1985-11-18
Also published as: DE3511489C2; GB2159399A; US4641462A; DE3511489A1; GB8506791D0; DE8509450U1; GB2159399B

Description

' - 1 -

Inrichting voor het openen en sluiten van een schuifdeur.

De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het openen en sluiten van een schuifdeur, in het bijzonder voor een schuifdeur van het type waarbij de deur voor de deuropening in uithollingen in de geleidings-5 rail zakt en bij het openen ervan op de geleidingsrail moet worden gelicht, welke inrichting ten minste één om een draaiingsas draaibare hefboom omvat, waarvan de ene arm is voorzien van een afdruknok en de andere arm een bedieningshandgreep vormt.

10 Een dergelijke inrichting is bekend uit de ter inzage gelegde Nederlandse octrooiaanvrage 76 02714 op naam van aanvraagster, ofwel uit het daarmee overeenkomende Duitse Offenlegungsschrift 2.758.521.

Bij deze bekende inrichting neemt de draaibare 15 hefboom na het gebruik ervan steeds een vertikale stand in. Een bezwaar hiervan is, dat de bedieningshandgreep zich in de eindstand van de deur dicht bij het deurkozijn zal bevinden. Dit geldt in het bijzonder voor de bedieningshandgreep die zich bevindt aan die zijde van de 20 schuifdeur welke naar de deuropening is toegekeerd.

Gebleken is dat de geringe afstand aanwezig tussen de bedieningshandgreep en het deurkozijn bezwaren kan opleveren bij het openen en sluiten van de deur.

Dit geldt in het bijzonder wel voor personen met een 25 lichamelijke handicap.

De uitvinding beoogt nu deze bezwaren op te heffen en voorziet er daartoe in, dat de draaiingsas van de hefboom zodanig in de deur wordt ondersteund, dat, wanneer de deur nagenoeg een eindstand heeft bereikt, 30 de hefboom een stand in zal nemen, die een hoek maakt met de vertikaal, waardoor in elke eindstand van de deur de bedieningshandgreep op grotere afstand ligt van het zich er direkt naast bevindende deurkozijn dan de draaiingsas van de hefboom.

35 Dit betekent bijvoorbeeld, dat in de gesloten stand van de schuifdeur het ondereinde van de hefboom, dat de bedieningshandgreep vormt, enigszins naar het midden van de deur is toegericht, terwijl in de geheel 8401338 t - 2 - geopende stand van de deur het ondereinde van de hefboom zich juist aan de andere zijde bevindt van de vertikale lijn, die door de draaiïngsas van de hefboom gaat.

Volgens een uitwerking van de uitvinding wordt dit bereikt, doordat in de deur een cilindrische bus vast is aangebracht, in welke bus een met de hefboom verbonden deel draaibaar is opgenomen en in middelen is voorzien om de draaiïngshoek van de hefboom ten opzichte van de bus te beperken zodat de hefboom twee uiterste standen in kan nemen, terwijl in de cilindrische bus een ringvormig element is opgenomen omvattende een buiten- en een binnenhuis die niet verdraaibaar zijn ten opzichte van de bus resp. de hefbomen en tussen welke hulzen veerkrachtige elementen zodanig zijn aangebracht dat de hefboom veerkrachtig naar die stand wordt gedrukt welke hij bij gesloten deur inneemt.

Op deze wijze wordt bereikt, dat nagenoeg het gehele stelsel, dat dient voor het in een bepaalde eindstand brengen van de hefboom, zich binnen de deur bevindt.

Voor het brengen van de hefboom in een andere stand kan er in worden voorzien, dat voor het brengen van de hefbomen naar een andere stand dan hij onder invloed van de veerkracht inneemt, op het deurkozijn waar de hefboom bij het openen van de deur naar toe beweegt, een aanslag is aangebracht.

Volgens een uitvoeringsvorm kan de cilindrische bus een radiaal naar binnen toe stekende,, zich over een zekere omtrekshoek uitstrekkende, nok bezitten en het. met de hefboom verbonden deel zijn voorzien van een uitsparing, die zich over een grotere omtrekshoek uitstrekt en waarin de nok kan zijn opgenomen.

De buitenhuis van het ringvormige element kan ten opzichte van de bus niet draaibaar worden vastgehouden, door middel van sleuven en nokken en de binnenhuis kan inwendig een vierkante dwarsdoorsnede bezitten, zodat daarin de met de hefboom verbonden, vierkant uitgevoerde as kan worden geschoven.

Volgens een uitvoeringsvorm kan van het ringvormige element de binnenhuis uitwendig en de buiten- 8401339

A

A.

- 3 - huls inwendig vierkant zijn uitgevoerd, waarbij dan in de hoeken van de laatste staafjes van een veerkrachtig materiaal, zoals rubber, zijn aangebracht.

Op deze wijze wordt bereikt dat de hedienings-5 hefboom nooit in de vertikale stand kan blijven staan, maar steeds naar de ene eindstand wordt gedrukt, welke stand wordt begrensd door de samenwerking van de nok in de cilindrische bus en de uitsparing in het met de hefboom verbonden deel.

10 De uitvinding wordt nader toegelicht aan de hand van een uitvoeringsvoorbeeld, weergegeven in de tekening, waarin: fig. 1 een aanzicht toont van een deurkozijn met een daar tegenaan liggende schuifdeur, voorzien van 15 de bedieningsinrichting volgens de onderhavige uitvinding; fig. 2 een doorsnede toont over de bedienings~ inrichting volgens de lijn II-II van fig. 1; en fig. 3 en 4 doorsneden tonen volgens respectievelijk de lijnen IIX-ITf en XV^-IV van fig. 2.

20 Fig. 1 toont een deurkozijn 1, bestaande uit de vertikale stijlen 2 en de bovenbalk 3, welk kozijn 1 zich bevindt in een niet nader aangeduide muur. Vanaf de achterzijde van het weergegeven deurkozijn ligt een schuifdeur 4 daar tegenaan, welke schuifdeur 4 is voorzien 25 van de bedieningsinrichting 5.

Zoals in het bijzonder blijkt uit de fig. 2^-4 omvat de bedieningsinrichting 5 de hefbomen 6, waarvan het bovenste deel 7 de afdruknok vormt en het onderste deel 8 de bedieningshandgreep..

30 Elke hefboom 6 omvat een in hoofdzaak cilindrisch deel 9, dat draaibaar is. in de cilindrische bus 10, welke is voorzien van een radiaal naar 'binnen toe stekende nok 11,. die samenwerkt met een uitsparing 12 in het cilindrische deel 9. Dit deel 9 kan dus Slechts een beperkte 35 verdraaiing uitvoeren ten opzichte van de cilindrische bus 10 welke door middel van vast op de bus: aangebrachte ringen 13 en houten 14 vast op de deur 4 is aangebracht.

De beide hefbomen 6 zijn met elkaar verbonden door middel van een vierkante stang 15 , die is gestoken 40 in de cilindrische delen 9 en daarin is vastgezet bijvoor- 8401339 - 4 - beeld door middel van niet weergegeven klemschroeven.

De hefbomen 6 zijn geheel van elkaar gelijk, waardoor de vervaardiging daarvan goedkoper wordt. De nok 11 in de cilindrische bus 10 loopt echter niet over de 5 gehele lengte door maar eindigt bij het ringvormige element 1.6, waarvan de constructie in het bijzonder is weergegeven in fig. 4. De buitenhuis 7 van het ringvormige element 16 is voorzien van enkele uitsparingen 18 waarin nokken 19 van de bus 10 komen te vallen, zddat de buitenhuis 17 10 niet verdraaibaar is ten opzichte van de bus 10 en ten opzichte van de deur 4.

De buitenhuis 17 is verder voorzien van een rechthoekige uitsparing 20, waarbinnen zich de binnenhuis 21 bevindt, die vierkant is uitgevoerd, zodat de vierkante 15 stangen 15, die de hefbomen 6 met elkaar verbindt, er doorheen kan lopen. Tussen de buitenhuis: 16 en de binnenhuis 21 in bevinden zich vier rubber staven 22, die de binnenhuis 21 en daardoor de stang 15 veerkrachtig in een bepaalde stand vasthouden ten opzichte van de. buitenhuis 17 en 20 dus ten opzichte van de.deur 4.

De buitenhuis 17 en de binnenhuis 21 worden in axiale richting ten opzichte van elkaar op hun plaats gehouden door middel van niet weergegeven eindplaten, die bijvoorbeeld klemmend op de binnenhuis: 21 worden aangebracht. 25 In fig. 1 is de bedieningsinrichting 5 weer— gegeven in een stand waarbij de nok 11 van de bus 10 aun^ ligt tegen êên van de eindwanden van de uitsparing 12 in het cilindrische deel 9 van de hefboom 6, in welke stand hij veerkrachtig wordt vasthouden, door middel van het 30 ringvormige elemint 16. De bedieningshandgreep 8 kan nu gemakkeli'jk worden beetgepakt voor het openen van de schuifdeur, daar hij zich op voldoende afstand van het koziijndeel 2 bevindt., wanneer nu de deur 4 wordt open-geschoven, komt de handgreep 8 tegen een aanslag 23 aan, 35 die er dan voor zorgt dat de hefboom 6 naar de stand 5a wordt gedrukt zoals deze links in fig. 1 is weergegeven.

De deur bevindt zich dan in de geopende stand en de eind-rand van de deur is door middel van de streeplijn 4a aangeduid. In deze stand 5a kan het andere vlak van de 40 nok. 11 eventueel in aanraking zijn met het andere vlak van 8401339 - 5 - de uitsparing 12 in het cilindrische deel 9 van de hefboom 6.

Bij het weer naar de gesloten stand bewegen van de schuifdeur zal de bedieningshandgreep vrijkomen 5 van de aanslag 23, zodat dan de hefboom 6 weer de stand in zal nemen zoals deze in fig. 1 is aangeduid.

Het zal duidelijk zijn dat slechts een mogelijke uitvoeringsvorm in de tekening is weergegeven en in het bovenstaande is beschreven en dat vele wijzigingen kunnen 10 worden aangebracht zonder buiten de uitvindingsgedachte te vallen.

- conclusies: ^ 8401339

Claims

1. Inrichting voor het openen en sluiten van een schuifdeur, in het bijzonder voor een schuifdeur van het type waarbij de deur voor de deuropening in uithollingen in de geleidingsrail zakt en bij het openen ervan op de 5 geleidingsrail moet worden gelicht, welke inrichting ten minste één om een draaiïngsas draaibare hefboom omvat waarvan de ene arm is voorzien van een afdruknok en de andere arm een bedieningshandgreep vormt, met het kenmerk, dat de draaiïngsas (15). van de hefboom (6) 10 zodanig in de deur (4) wordt ondersteund, dat, wanneer de deur (4) nagenoeg een eindstand heeft bereikt, de hefboom (6) een stand in zal nemen die een hoek maakt met de vertikaal, waardoor in elke eindstand van de deur (4) de bedieningshandgreep (8) op grotere afstand ligt van het 15 zich er direkt naast bevindende deurkozijn (2) dan de draaiïngsas (15) van de hefboom.

2. ! Inrichting volgens conclusie 1, m e t het kenmerk, dat in de deur (4) een cilindrische bus (10) vast is aangebracht in welke bus (10) een met de 20 hefboom (6) verbonden deel (9) draaibaar is opgenomen en in middelen is voorzien om de draaiïngshoek van de hefboom (6) ten opzichte van de bus (10) te beperken zodat de hefboom (6) twee uiterste standen in kan nemen, terwijl in de cilindrische bus (10) een ringvormig element 25 (16) is opgenomen omvattende een buiten— en een binnen huis (17,21) die niet verdraaibaar zijn ten opzichte van de bus (10) respectievelijk de hefboom (6) en tussen welke hulzen (17,21) veerkrachtige elementen (22) zodanig zijn aangebracht, dat de hefboom (6) veerkrachtig naar die 30 stand wordt gedrukt welke hij bij gesloten deur inneemt.

3. Inrichting volgens conclusie 2, m e t het kenmerk, dat voor hét brengen van de hefboom (6) naar een andere stand (5a) dan hij onder invloed van de veerkracht inneemt, op het deurkozijn waar de hefboom (6) 35 bij het openen van de deur naartoe beweegt, een aanslag (23) is aangebracht. 8401339

4 -ΊΑ, Inrichting volgens: conclusie 2 of 3, m e t het kenmerk, dat de cilindrische bus: (10) een radiaal naar binnen toe stekende, zich over een zekere omtrekshoek uitstrekkende, nok (11) bezit en het met de 5 hefboom (6) verbonden deel (9). is voorzien van een uitsparing (12), die zich over een grotere omtrekshoek uitstrekt en waarin de nok (11) kan zijn opgenomen.

5. Inrichting volgens: één der conclusies 2-4, methet kenmerk, dat de buitenhuis (17) van 10 het ringvormige element (16) ten opzichte van de bus (10) niet draaibaar wordt vastgehouden door middel van sleuven (18) en nokken (19) en dat de binnenhuis' (21) inwendig een vierkante dwarsdoorsnede bezit zodat in deze binnenhuis (21) de met de hefboom (6) verbonden, vierkant uitgevoerde 15 as (15) kan worden geschoven.

6. Inrichting volgens ëên der conclusies 3-5, met het kenmerk, dat van het. ringvormige element (16). de binnenhuis (211 uitwendig en de buitenhuis (17) inwendig vierkant zijn uitgevoerd en in de hoeken 20 van deze laatste staven (22) van een veerkrachtig materiaal zoals rubber zijn aangebracht, zodanig dat de hoeken van de binnenhuis (21)_ daar juist langs kunnen worden gedrukt.

7. Inrichting als: beschreven e.n/of weergegeven 25 in de tekening. 840133»